Predikanten Die Joden Hielpen IV
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
DRS. G.C. HOVINGH Voor opmerkingen, aanvullingen en vragen: e-mail Ten onrechte als predikant vermeld in de lijst van Yad Vashem, pagina 208 Literatuur pagina 209 OVERZICHT VAN PREDIKANTEN DIE JODEN HIELPEN 1. Ds. Aalders, hervormd predikant te Driebergen? Maar in Driebergen heeft gedurende de oorlogsjaren geen predikant met de naam Aalders gestaan, en andere predikanten, die wel ‘Aalders’ heetten, waren niet in actief in de hulp aan joodse onderduikers (schuilnaam?). Mevrouw S.A.M. Lemmens-Bisschops startte in 1942 met haar dochter de hulpverlening aan joden (te Heerlen). Aangezien haar moeder Jodin was had ze veel verwanten, vrienden en kennissen in joodse kring. De joden werden haar gezonden door Paul Terwindt (= “Oom Jan”, lid van het ‘Utrechts Kindercomité’; GCH), student uit Arnhem, ds. Aalders uit Driebergen en L. Cats-Bollen uit Den Haag. De ruim tweehonderdvijftig joden die uiteindelijk via deze kanalen in Heerlen terecht kwamen, vonden zowel bij haar thuis als elders onderdak. Ze ondervond onder anderen steun van pater Beatus van Beckhoven, A.M. van Kranen en verscheidene L.O.-ers. Van Kranen, een P.T.T.- beambte, haalde sedert 1942 joden op in Amsterdam en Zeist. Lit.: A.P.M. Cammaert, Het verborgen front, 666. 2. Bastiaan Jan Ader, drager Verzetsherdenkingskruis (geboren 30.12.1909 te ’s Gravenzande, zoon van onderwijzer Bastiaan Ader en Antje van der Schaaf-gefusilleerd 20.11.1944 in het Schupse Bos bij Rhenen als represaille voor een aanslag op een Duitse onderofficier; in november 1944 begraven in het familiegraf van zijn schoonfamilie Appels op de Oude Algemene Begraafplaats in Driebergen; later overgebracht naar het Nationaal Ereveld Loenen, E 52); ds. Ader studeerde theologie aan de RU te Utrecht; hij behaalde in 1936 zijn kandidaatsexamen theologie en maakte vervolgens een fietstocht naar Palestina; hervormd hulppredikant Haarlemmermeer-Badhoevedorp (september 1937-oktober 1938; predikant te Nieuw Beerta (1938-1944; opvolger van ds. Eise Postma, zie daar); godsdienstleraar aan het Gymnasium te Winschoten; gehuwd op 25.9.1935 te Amsterdam in de Willem de Zwijgerkerk met Johanna Adriana Appels (9.5.1906-31.7.1994), zie daar. “Zij (mevr. Ader, GCH) had een Joodse vriendin in Amsterdam (= Lilly Samuel, 1909-1944; GCH) en die schreef haar: “Kan ik een tijdje bij jullie logeren? Ik ben in grote nood”. Toen mevrouw Ader deze brief aan haar man liet lezen, was die juist in een pessimistische bui en zei: “Daar heb je ’t al …, ik eindig mijn leven nog in een Pagina 1 van 217 concentratiekamp”. Maar de vriendin mocht wel komen, en na haar vele anderen. Over de tweehonderd werden ondergebracht. Via zijn collega Klaas Beks in Garsthuizen kwam Ader in het verzetswerk terecht. Hij raakte aanvankelijk betrokken bij het werk van de LO onder de verzetsnaam ‘Van Zaanen’. Later trad hij toen tot de ‘hervormde’ groep van de Groninger Roelof Gjalt Radersma (1902- 1944), die vond dat de LO te veel gedomineerd werd door gereformeerden. Ook ds. Klaas Beks (zie daar) trad toe tot deze groep. Ds. Ader spande zich met name in voor het redden van joden uit de Joodsche Invalide in Amsterdam. Minstens 17 joodse onderduikers verzorgde hij zelf met zijn vrouw, o.a. Johanna-Ruth Dobschiner, Elly van Gelder, Martha de Lieme (?), Lilly Samuels en Ruth Watermann en korte tijd Maurits en Eva de Lieme-Beek. Ook Sam Bos (latere echtgenoot van Ruth Watermann), Miep Wonder, portier I. Abram, zuster Mansveldt (?) en Lisette Bolle, zijn latere rechterhand, wist hij uit de Joodsche Invalide vandaan te krijgen en elders onder te brengen. Verder onderhield hij onder meer contact met de verzetsman (leraar, geen ‘pastoor’ zoals Yad Vashem abusievelijk vermeldt) Jan Meilof IJben en (via hem?) met ds. Hendrik Berkhof (zie daar) in Lemele en andere collega’s als ds. Dick Boon (zie daar) te Bovenkerk en ds. Johan Willem Siertsema (zie daar) te Haarlem. Ook zijn joodse vrienden Lisette Bolle, Arnold Blik en Wim Hagen betrok hij bij zijn verzetswerk. Met anderen samen bereidde hij een overval voor op kamp Westerbork om met behulp van een trein zoveel mogelijk joden te bevrijden (Ader kon zelf een trein besturen). Onderdeel van dit plan was ook het opblazen van de spoorbrug over het Buiskooldiep bij Ulsda, zodat het spoorwegverkeer naar Duitsland gestremd zou worden. De treinen die uit Westerbork vertrokken naar het oosten liepen altijd via dit enkelspoor. Helaas kon de actie niet tot uitvoering worden gebracht. Verraad noodzaakte ds. Ader op Goede Vrijdag 1944 onder te duiken in Amsterdam, waar hij vooral werkte aan het Westerborkplan. Om die reden moesten ook alle joodse onderduikers in de pastorie elders worden ondergebracht. Mevrouw Ader bleef. Op 22.7.1944 werd Ader door de Sicherheitspolizei gearresteerd op een adres aan de Pieter Kiesstraat te Haarlem, mogelijk tijdens een voorbereidingsgesprek voor de overval op Westerbork. Bij alle verhoren weigerde hij hardnekkig namen van ondergedoken joden te noemen. Toen hij begreep, dat zijn activiteiten hem het leven zouden kosten, schreef hij aangrijpende gedichten in de cel. Na korte tijd werd hij overgebracht naar de gevangenis aan de Weteringschans te Amsterdam. Daar gaf hij in het geheim door hem gemaakte preken door aan medegevangenen. Ook verleende hij pastorale bijstand aan medegevangenen die zouden worden doodgeschoten. Hij onderhield contact met hen (in code?) via de verwarmingsbuizen. Minstens één maal werd een gebedsstond gehouden waarin ds. Ader voorging. Hij ontving d.d. 22.11.1967 postuum de Yad Vashem-onderscheiding. In Drieborg werd de ‘Ds. B.J. Aderstraat’ naar hem genoemd. Lit.: J.A. Ader-Appels, Laat uw licht schijnen – In memoriam 20 Nov. 1944 Ds. B.J. Ader (VDM-serie III). J.A. Ader-Appels, Een Groninger pastorie in de storm (Amsterdam, 1945); Biografisch Lexicon, II, p. 18; Els Boon, artikel ‘De dood van een predikant en de gevolgen voor diens gezin’ in George Harinck en Gert van Klinken (red.), Van kansel naar barak (Zoetermeer, 2011); Johanna-Ruth Pagina 2 van 217 Dobschiner, 115-127, 133-155, 163, 167, 172, 182-187, 195, 206vv., 211, 216, 225, 227v., 231vv.; Het Grote Gebod, I, 144 en 157, II, 139 en 619; Constant van den Heuvel, Het kruis op de berg; Dr. L. de Jong, De Bezetting, III, 85; Ger van Roon, 162, 361; Leesha Rose, 158; J.M. Snoek, 156vv; H.C. Touw, I, 627-630; Harm van der Veen, artikel Dominee Bastiaan Ader in: Toal en Taiken – Tiedschrift veur Grunneger cultuur jrg. 17 (1999), 132vv.; Yad Vashem, 70vv., 80, 111, 130, 597, 605, 803, 821. 3. Johanna Adriana Ader-Appels, draagster Verzetsherdenkingskruis, ridder in de Orde van Oranje-Nassau (geboren 9.5.1906 te Utrecht, dochter van aannemer Jan Appels en Johanna Adriana van Stam- overleden 31.7.1994 te Winschoten; begraven Begraafplaats te Nieuw-Beerta); gehuwd op 25.9.1935 in de Willem de Zwijgerkerk te Amsterdam met ds. Bastiaan Jan Ader (30.12.1909 ’s Gravenzande- 20.11.1944 Rhenen); zij bezat de M.O-akte Engels; werkte op een redactiebureau en schreef verhalenbundels; verder volgde zij de opleiding tot godsdienstlerares; na de oorlog werd ze hervormd evangelist, later hervormd predikant te Nieuw-Beerta. Zij ontving d.d. 22.11.1967 samen met haar man – zie hierboven – de Yad Vashem-onderscheiding. Bibl.: Laat zo uw licht schijnen. In memoriam 20 Nov. 1944 ds. B.J. Ader (VDM-serie no. 11; Amsterdam, z.j.); Een Groninger Pastorie in de Storm (Franeker, 1947). Lit.: Els Boon, artikel Een gezamenlijke roeping alleen voortgezet – De dood van een predikant en de gevolgen voor diens gezin, in: Van Kansel naar Barak, 121-135; Johanna-Ruth Dobschiner, 122-129, 138-158, 172vv., 185v., 190-193, 205vv., 225-227, 231v.; J.M. Snoek, 156v., 167; Yad Vashem, 70vv., 368. 4. Gerrit Willem Alberts (geboren 30.1.1886 te Voorst, zoon van Albert Alberts en Gerritje van Schoten-overleden 29.3.1961 te Vlaardingen), kandidaat te Apeldoorn; christelijk-gereformeerd predikant te Zutphen (2.12.1923-15.5.1929); emeritus: 15.5.1929; op 2.12.1925 te Zutphen gehuwd met Cornelia Johanna Adriana Rog (geboren 3.8.1899 te Zutphen-overleden 14.4.1970 te Zutphen). Beide ontvingen postuum – met hun kinderen Gerritje (geboren 1926), Wilhelmina (geboren 1927), Albert (geboren 1929) en Cornelis (geboren 1932) – op 4.9.1991 de Yad Vashem-onderscheiding omdat ze onderdak boden aan Amalia de Leeuw. Lit.: Yad Vashem, 74. 5. Johannes Hendrik Alderse Baas (geboren 15.6.1914 te Amsterdam, zoon van Wilhelmus Johannes Baas en Maria Cornelia Roos- overleden 22.10.2001 te Amsterdam; begraven Begraafplaats ’Zorgvlied’ te Amsterdam), theologisch student te Amsterdam en lid van een ondergrondse studentenverzetsgroep; na de oorlog gereformeerd predikant te Wolvega (evangelisatiearbeid; 29.8.1946- 30.11.1952), te Hillegersberg-Terbregge (14.12.1952-13.4.1958), te ‘s Gravenhage-West (evangelisatie-arbeid; 27.4.1958); te Amsterdam (22.5.1966-29.8.1976) en te Bussum (12.9.1976-2.9.1979 wegens emeritaat); verpleeghuispastor in Naarden (‘Naarderheem’) en Amsterdam (‘De Poort’ en ‘Hospice Wallone’); gehuwd op 24.7.1946 Pagina 3 van 217 met Maria Theodora (Door) van den Berg (geboren 27.12.1922 te Zutphen-overleden 21.6.2010 te Amsterdam). Ds. Alderse Baas ontving op 28.11.1978 de Yad Vashem- onderscheiding omdat hij onderdak verzorgde voor Jacob H. Coppenhagen, die hij al kende vanaf zijn middelbare school-jaren. Lit.: W.P.H. Pouwels, In memoriam in: Historisch Tijdschrift GKN, nr. 4 (april 2004), 35vv.; Yad Vashem, 74. 6. Gerard Alers (geboren 1.6.1886 te Rotterdam, zoon van Gerrit Alers en Rina Cornelia Rozenraad-overleden 1963); kandidaat te Schiedam (1911); hervormd predikant (Gereformeerde Bond) te Goudriaan (1.10.1911-20.4.1919), te Middelharnis (4.5.1919-16.10.1921), te Nieuw-Lekkerland (30.10.1921-2.11.1930) en te Dordrecht (9.11.1930-30.9.1951 wegens emeritaat); op het laatst van zijn leven was hij blind; gehuwd op 21.9.1911 te Schiedam met Lena Hille (dochter van Hendrik Hille en Johanna Suttorp).