Effectgerichte Maatregelen Voor Het Herstel En Beheer Van Faunagemeenschappen Van Heideterreinen

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Effectgerichte Maatregelen Voor Het Herstel En Beheer Van Faunagemeenschappen Van Heideterreinen Effectgerichte maatregelen voor het herstel en beheer van faunagemeenschappen van heideterreinen Evaluatie en ontwerp van bestaande en nieuwe herstelmaatregelen (2006-2010) Joost Vogels Arnold van den Burg Eva Remke Henk Siepel Bosschap, bedrijfschap voor bos en natuur, augustus 2011 © 2011 Directie Kennis en Innovatie, Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie Rapport nr. 2011/OBN152-DZ Den Haag, 2011 Deze publicatie is tot stand gekomen met een financiële bijdrage van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Teksten mogen alleen worden overgenomen met bronvermelding. Deze uitgave kan schriftelijk of per e-mail worden besteld bij het Bosschap onder vermelding van code 2011/OBN152-DZ en het aantal exemplaren. Oplage 150 exemplaren Samenstelling J.J. Vogels, A. van den Burg, E. Remke, H. Siepel Foto’s omslag Heidelandschap: Jap Smits, vervellende Veldkrekel: Joost Vogels Druk Ministerie van EL&I, directie IFZ/Bedrijfsuitgeverij Productie Bosschap, bedrijfschap voor bos en natuur Bezoekadres : Princenhof Park 9, Driebergen Postadres : Postbus 65, 3970 AB Driebergen Telefoon : 030 693 01 30 Fax : 030 693 36 21 E-mail : [email protected] Voorwoord Het doel van het Kennisnetwerk Ontwikkeling en Beheer Natuurkwaliteit (O+BN) is het ontwikkelen, verspreiden en benutten van kennis voor terreinbeheerders over natuurherstel, Natura 2000, leefgebiedenbenadering en ontwikkeling van nieuwe natuur. In dit netwerk formuleren onderzoekers en terreinbeheerders samen onderzoekideeën om tot concrete beheermaatregelen voor natuurherstel te komen. Nederland is een van de kleinere lidstaten van Europa. Toch heeft Nederland binnen Europa een relatief groot areaal heidelandschap en ook een belangrijke internationale verantwoordelijkheid vanwege het voorkomen van een aantal zeer bijzondere heide typen (zoals HT 2140*, HT 2310, HT 2320, HT 4010, HT 4030). Door verzuring, vermesting en verdroging zijn veel soorten van heideterreinen achteruitgegaan. Terreinbeheerders willen weten welke herstel- en beheermaatregelen nodig zijn om heidelandschappen met hun karakteristieke biodiversiteit te behouden. Dit onderzoek naar effectgerichte maatregelen voor het herstel en beheer van fauna gemeenschappen van het heidelandschap is opgezet en begeleid door het Kennisnetwerk OBN. Het rapport dat voor u ligt is daarvan het resultaat. Ik raad elke heidebeheerder aan om in ieder geval hoofdstuk 8 en 9, “Conclusies en Aanbevelingen aan beheerders voor effectgericht beheer”, maar eigenlijk het hele rapport te lezen. In dit rapport is veel aandacht besteed aan het ontrafelen van doorwerkende effecten van verzuring en vermesting, via de bodem en vegetatie, op fauna. Dat deze effecten op fauna aanwezig zijn, werd tot op heden alleen vermoed. Dit rapport levert voor het eerst bewijzen dat dergelijke effecten inderdaad optreden. Dit is onder meer inzichtelijk gemaakt met uitgebreid onderzoek naar bodem, vegetatie en bijbehorende fauna, en verder uitgewerkt door middel van experimenten met vlinderrupsen en veldkrekels. Dit rapport bevat daarom innovatieve vuistregels en adviezen voor het beheer van heidegebieden op landschapschaal, zowel in Nederland als internationaal. Drs. E.H.T.M. Nijpels Voorzitter Bosschap Inhoudsopgave Voorwoord 3 Inhoudsopgave 5 1 Kaderstelling en leeswijzer 7 1.1 OBN problematiek in heidegebieden 7 1.2 Doel van het onderzoek 8 1.3 Onderzoeksvragen 9 1.4 Onderzoeksopzet 9 1.5 Leeswijzer 11 1.6 Dankwoord 12 2 Het heidelandschap in historische context 13 2.1 Veranderende kijk op heidehistorie 13 2.2 Ontstaansgeschiedenis van het heidelandschap 14 2.3 Antropogeen beïnvloede nutriëntrijkere elementen in het heidelandschap: historische en huidige ligging 20 2.4 Voor fauna relevante eigenschappen van de verschillende landschapsonderdelen 21 2.5 Koppeling van habitatkarakteristieken en eigenschappen van dagvlinders 25 2.5.1 Biologische groep 3: Popoverwinteraars 28 2.5.2 Biologische groep 4: ei-overwinteraars 29 2.5.3 Biologische groep 7: nuchtere rups-overwinteraars 30 2.5.4 Biologische groep 8: rupsoverwinteraar met meerdere generaties per jaar 31 2.5.5 Biologische groep 12: rupsoverwinteraars met traag groeiende rupsen 32 2.5.6 Biologische groep 14: variabele groeiers 33 2.6 Koppeling habitatkarakteristieken en eigenschappen van sabelsprinkhanen (Orthoptera: Tettigonioidae) 34 2.6.1 Overzicht van soorteigenschappen 34 2.6.2 Ei-fase 34 2.6.3 Nymfen en adulten: Optimumtemperatuur en temperatuurs- tolerantiegrenzen. 35 2.6.4 Verschillen in voedselvoorkeur en benodigde groeisnelheid 36 2.6.5 Mobiliteit 36 2.6.6 Koppeling van soorten met de habitattypen 36 2.7 Hoofdconclusies uit de koppeling tussen landschapsonderdelen en soorten 42 2.8 Effecten van ontginning, versnippering en ver-factoren op het model 42 2.8.1 Selectieve ontginning 42 2.8.2 Aantasting door Ver-factoren. 43 2.8.3 Verdwijnen van de interactie tussen heide en rijkere gronden 43 2.9 Synthese 45 3 Overzicht van bemonsteringslocaties en proefopzet 47 3.1 Bemonsteringslocaties in Oost-Nederland, België en Duitsland 47 3.1.1 Onderzoekslocaties en gebiedskarakterisering 47 3.1.2 Overzicht van bemonsteringen en metingen 50 3.1.3 Statistische uitwerking 51 3.2 Proefopzet Strabrechtse Heide en Dwingelderveld bemonsteringen 52 3.2.1 Gebiedskarakterisering 52 3.2.2 Bemonsteringslocaties 57 3.2.3 Overzicht van bemonsteringen en metingen 58 3.2.4 Statistische uitwerking 59 4 Patroonanalyse van bemonsteringen op de Strabrechtse Heide en het Dwingelderveld 61 4.1 Doelstellingen en scope van dit hoofdstuk 61 4.2 Microklimaat 61 4.2.1 Temperatuurssom van bodem, bodemoppervlak en kroonlaag van de vegetatie 61 4.2.2 Conclusies met betrekking tot microklimaat 64 4.3 Patronen op basis van beheertype 65 4.3.1 Bodemactieve ongewervelden: loopkevers en spinnen 65 4.3.2 Diptera families: voedselgilden 67 4.3.3 Verhouding tussen voedselgilden over beheertypen 68 4.3.4 Conclusies wat betreft beheertypen 69 4.4 Patronen op basis van standplaats en beheertype 70 4.4.1 Aanleiding 70 4.4.2 Beheermaatregelen 72 4.4.3 Soortenrijkdom en diversiteit van vegetatie 72 4.4.4 Relatie tussen soortenrijkdom en diversiteit van vegetatie en soortenrijkdom van loopkevers en spinnen 73 4.4.5 Soortenrijkdomcurves van loopkevers en spinnen op basis van vegetatieclusters 77 4.4.6 Diptera families: voedselgilden 77 4.5 Soorteigenschappenanalyse van loopkevers 79 4.5.1 Voortplantingsstrategie 79 4.5.2 Voedselgilden 82 4.5.3 Gewichtsklassen 84 4.6 Veldkrekels 86 4.6.1 Verschillen in dichtheid 86 4.6.2 Verschillen in dichtheid binnen de alternatieve beheervormen 88 4.6.3 Verschillen in dichtheid tussen de vegetatieclusters 88 4.6.4 Verschillen in grootte 89 4.7 Synthese van de onderzoeksresultaten 89 4.8 Belangrijkste conclusies op basis van dit hoofdstuk 91 5 Bottum-up effecten van verzuring en vermesting in de bodem- en plantchemie 93 5.1 De gevolgen van verzuring en vermesting op de bodem- en plantchemie van heidevegetatie, met in het bijzonder Struikheide (Calluna vulgaris). 93 5.1.1 Inleiding 93 5.1.2 Aanpak 94 5.1.3 Resultaten van bodeminteracties 96 5.1.4 Discussie van de bodemchemie 97 5.1.5 Resultaten van bodem-plant en plant-plant interacties 100 5.1.6 Discussie van de bodem-plantchemie interacties 105 5.1.7 Resumé en beantwoording onderzoeksvragen. 108 5.2 Vergelijkingen tussen plantensoorten: in welke mate verschillen planten in plantchemische relaties en welke gevolgen heeft dit voor de kwaliteit? 109 5.2.1 Inleiding 109 5.2.2 Aanpak 110 5.2.3 Resultaten en discussie 110 5.2.4 Resumé en terugkoppeling met de onderzoeksvragen 117 5.3 Effecten van extra stikstof en mineralenbemesting (Fe, Ni) op de voedselkwaliteit bij Struikheide 118 5.3.1 Inleiding 118 5.3.2 Aanpak 119 5.3.3 Resultaten en discussie 120 5.3.4 Resumé en terugkoppeling met de onderzoeksvragen 122 5.4 Synthese nutriëntenkringloop in droge heide 122 5.4.1 Nutriënten-kringloop in een niet-aangetast systeem 122 5.4.2 De effecten van verzuring en vermesting op de kringloop 126 5.5 Hoofdpunten uit dit hoofdstuk 127 6 P en N-P co-limitatie in Nederlandse heideterreinen 129 6.1 Inleiding 129 6.2 N en P limitatie: effecten op vegetatiepatronen en – samenstelling. 129 6.3 N:P ratio’s van Nederlandse heiden 131 6.4 Additionele bodemfactoren die bijdragen aan hoge N:P ratio’s134 6.5 Verschillen in N/P ratio in relatie tot beheer 136 6.5.1 Verschillen in N:P ratio van vegetatie in relatie tot het uitgevoerde beheer 136 6.5.2 Verschillen in N:P ratio in relatie tot vegetatieclusters 137 6.5.3 Opbouw van P en N na plaggen tot op de minerale bodem 140 6.6 Resultatendiscussie 144 6.6.1 P en plaggen tot op de minerale bodem 144 6.6.2 Resumé en beantwoording onderzoeksvragen 145 7 Het doorwerken van chemische bodem- en planteigenschappen op de fauna. 147 7.1 P als limiterende voedselcomponent voor de entomofauna 147 7.1.1 Inleiding 147 7.1.2 Aanpak 148 7.1.3 Abundantie van Diptera in relatie tot C:N:P stoichiometrie van de vegetatie 148 7.1.4 Interpretatie van de potvalbemonsteringen met betrekking tot vegetatiebedekking 149 7.1.5 Activiteit van Loopkevers , bodemactieve spinnen en Velkrekels (Gryllus campestris) in relatie tot C:N:P stoichiometrie van de vegetatie 150 7.1.6 Activiteit van spinnen naar jaagstrategieën in relatie tot CNP stoichiometrie 151 7.1.7 Resumé en terugkoppeling met de onderzoeksvragen 154 7.2 Experimenteel onderzoek naar de effecten van beheer en mineralenrijkdom op een polyfage soort: de Veldkrekel Gryllus campestris. 156 7.2.1 Inleiding 156 7.2.2 Aanpak 157 7.2.3 Resultaten van het veldexperiment 159 7.2.4 Resultaten van het kweekexperiment 161 7.2.5 Discussie van de resultaten 161 7.2.6 Resumé en terugkoppeling met de onderzoeksvragen 161 7.3 Experimenteel onderzoek naar de plantkwaliteit van Struikheide voor herbivoren, aan de hand van de Kleine nachtpauwoog Saturnia pavonia. 162 7.3.1 Inleiding 162 7.3.2 Aanpak 163 7.3.3 De experimenten 165 7.3.4 De koppeling met chemische analyses 169 7.3.5 Verklarende variabelen voor aminozuren en NPN.
Recommended publications
  • 22 3 259 263 Mikhailov Alopecosa.P65
    Arthropoda Selecta 22(3): 259263 © ARTHROPODA SELECTA, 2013 Tarentula Sundevall, 1833 and Alopecosa Simon, 1885: a historical account (Aranei: Lycosidae) Tarentula Sundevall, 1833 è Alopecosa Simon, 1885: èñòîðè÷åñêèé îáçîð (Aranei: Lycosidae) K.G. Mikhailov Ê.Ã. Ìèõàéëîâ Zoological Museum MGU, Bolshaya Nikitskaya Str. 6, Moscow 125009 Russia. Çîîëîãè÷åñêèé ìóçåé ÌÃÓ, óë. Áîëüøàÿ Íèêèòñêàÿ, 6, Ìîñêâà 125009 Ðîññèÿ. KEY WORDS: Tarentula, Alopecosa, nomenclature, synonymy, spiders, Lycosidae. ÊËÞ×ÅÂÛÅ ÑËÎÂÀ: Tarentula, Alopecosa, íîìåíêëàòóðà, ñèíîíèìèÿ, ïàóêè, Lycosidae. ABSTRACT. History of Tarentula Sundevall, 1833 genus Lycosa to include the following 11 species (the and Alopecosa Simon, 1885 is reviewed. Validity of current species assignments follow the catalogues by Alopecosa Simon, 1885 is supported. Reimoser [1919], Roewer [1954a], and, especially, Bonnet [1955, 1957, 1959]): ÐÅÇÞÌÅ. Äàí îáçîð èñòîðèè ðîäîâûõ íàçâà- Lycosa Fabrilis [= Alopecosa fabrilis (Clerck, 1758)], íèé Tarentula Sundevall, 1833 è Alopecosa Simon, L. trabalis [= Alopecosa inquilina (Clerck, 1758), male, 1885. Îáîñíîâàíà âàëèäíîñòü íàçâàíèÿ Alopecosa and A. trabalis (Clerck, 1758), female], Simon, 1885. L. vorax?, male [= either Alopecosa trabalis or A. trabalis and A. pulverulenta (Clerck, 1758), according Introduction to different sources], L. nivalis male [= Alopecosa aculeata (Clerck, 1758)], The nomenclatorial problems concerning the ge- L. barbipes [sp.n.] [= Alopecosa barbipes Sundevall, neric names Tarantula Fabricius, 1793, Tarentula Sun- 1833, = A. accentuata (Latreille, 1817)], devall, 1833 and Alopecosa Simon, 1885 have been L. cruciata female [sp.n.] [= Alopecosa barbipes Sun- discussed in the arachnological literature at least twice devall, 1833, = A. accentuata (Latreille, 1817)], [Charitonov, 1931; Bonnet, 1951]. However, the arach- L. pulverulenta [= Alopecosa pulverulenta], nological community seems to have overlooked or ne- L.
    [Show full text]
  • New Insights Into the Karyotype Evolution of the Genus Gampsocleis (Orthoptera, Tettigoniinae, Gampsocleidini)
    COMPARATIVE A peer-reviewed open-access journal CompCytogen 12(4): New529–538 insights (2018) into the karyotype evolution of the genus Gampsocleis... 529 doi: 10.3897/CompCytogen.v12i4.29574 RESEARCH ARTICLE Cytogenetics http://compcytogen.pensoft.net International Journal of Plant & Animal Cytogenetics, Karyosystematics, and Molecular Systematics New insights into the karyotype evolution of the genus Gampsocleis (Orthoptera, Tettigoniinae, Gampsocleidini) Maciej Kociński1, Beata Grzywacz1, Dragan Chobanov2, Elżbieta Warchałowska-Śliwa1 1 Institute of Systematics and Evolution of Animals, Polish Academy of Sciences, Sławkowska 17, 31-016 Kraków, Poland 2 Institute of Biodiversity and Ecosystem Research, Bulgarian Academy of Sciences, 1 Tsar Osvoboditel Boul., 1000 Sofia, Bulgaria Corresponding author: Maciej Kociński ([email protected]) Academic editor: D. Cabral-de-Mello | Received 6 September 2018 | Accepted 6 December 2018 | Published 19 December 2018 http://zoobank.org/C1DC4E65-DF52-4116-AFDD-C9AE43176DF3 Citation: Kociński M, Grzywacz B, Chobanov D, Warchałowska-Śliwa E (2018) New insights into the karyotype evolution of the genus Gampsocleis (Orthoptera, Tettigoniinae, Gampsocleidini). Comparative Cytogenetics 12(4): 529– 538. https://doi.org/10.3897/CompCytogen.v12i4.29574 Abstract Five species belonging to the genus Gampsocleis Fieber, 1852 were analyzed using fluorescencein situ hybridization (FISH) with 18S rDNA and telomeric probes, as well as C-banding, DAPI/CMA3 staining and silver impregnation. The studied species showed two distinct karyotypes, with 2n = 31 (male) and 2n = 23 (male) chromosomes. The drastic reduction in chromosome number observed in the latter case suggests multiple translocations and fusions as the main responsible that occurred during chromosome evolution. Two groups of rDNA distribution were found in Gampsocleis representatives analyzed.
    [Show full text]
  • Distribution of Spiders in Coastal Grey Dunes
    kaft_def 7/8/04 11:22 AM Pagina 1 SPATIAL PATTERNS AND EVOLUTIONARY D ISTRIBUTION OF SPIDERS IN COASTAL GREY DUNES Distribution of spiders in coastal grey dunes SPATIAL PATTERNS AND EVOLUTIONARY- ECOLOGICAL IMPORTANCE OF DISPERSAL - ECOLOGICAL IMPORTANCE OF DISPERSAL Dries Bonte Dispersal is crucial in structuring species distribution, population structure and species ranges at large geographical scales or within local patchily distributed populations. The knowledge of dispersal evolution, motivation, its effect on metapopulation dynamics and species distribution at multiple scales is poorly understood and many questions remain unsolved or require empirical verification. In this thesis we contribute to the knowledge of dispersal, by studying both ecological and evolutionary aspects of spider dispersal in fragmented grey dunes. Studies were performed at the individual, population and assemblage level and indicate that behavioural traits narrowly linked to dispersal, con- siderably show [adaptive] variation in function of habitat quality and geometry. Dispersal also determines spider distribution patterns and metapopulation dynamics. Consequently, our results stress the need to integrate knowledge on behavioural ecology within the study of ecological landscapes. / Promotor: Prof. Dr. Eckhart Kuijken [Ghent University & Institute of Nature Dries Bonte Conservation] Co-promotor: Prf. Dr. Jean-Pierre Maelfait [Ghent University & Institute of Nature Conservation] and Prof. Dr. Luc lens [Ghent University] Date of public defence: 6 February 2004 [Ghent University] Universiteit Gent Faculteit Wetenschappen Academiejaar 2003-2004 Distribution of spiders in coastal grey dunes: spatial patterns and evolutionary-ecological importance of dispersal Verspreiding van spinnen in grijze kustduinen: ruimtelijke patronen en evolutionair-ecologisch belang van dispersie door Dries Bonte Thesis submitted in fulfilment of the requirements for the degree of Doctor [Ph.D.] in Sciences Proefschrift voorgedragen tot het bekomen van de graad van Doctor in de Wetenschappen Promotor: Prof.
    [Show full text]
  • 196 Arachnology (2019)18 (3), 196–212 a Revised Checklist of the Spiders of Great Britain Methods and Ireland Selection Criteria and Lists
    196 Arachnology (2019)18 (3), 196–212 A revised checklist of the spiders of Great Britain Methods and Ireland Selection criteria and lists Alastair Lavery The checklist has two main sections; List A contains all Burach, Carnbo, species proved or suspected to be established and List B Kinross, KY13 0NX species recorded only in specific circumstances. email: [email protected] The criterion for inclusion in list A is evidence that self- sustaining populations of the species are established within Great Britain and Ireland. This is taken to include records Abstract from the same site over a number of years or from a number A revised checklist of spider species found in Great Britain and of sites. Species not recorded after 1919, one hundred years Ireland is presented together with their national distributions, before the publication of this list, are not included, though national and international conservation statuses and syn- this has not been applied strictly for Irish species because of onymies. The list allows users to access the sources most often substantially lower recording levels. used in studying spiders on the archipelago. The list does not differentiate between species naturally Keywords: Araneae • Europe occurring and those that have established with human assis- tance; in practice this can be very difficult to determine. Introduction List A: species established in natural or semi-natural A checklist can have multiple purposes. Its primary pur- habitats pose is to provide an up-to-date list of the species found in the geographical area and, as in this case, to major divisions The main species list, List A1, includes all species found within that area.
    [Show full text]
  • Arthropods in Linear Elements
    Arthropods in linear elements Occurrence, behaviour and conservation management Thesis committee Thesis supervisor: Prof. dr. Karlè V. Sýkora Professor of Ecological Construction and Management of Infrastructure Nature Conservation and Plant Ecology Group Wageningen University Thesis co‐supervisor: Dr. ir. André P. Schaffers Scientific researcher Nature Conservation and Plant Ecology Group Wageningen University Other members: Prof. dr. Dries Bonte Ghent University, Belgium Prof. dr. Hans Van Dyck Université catholique de Louvain, Belgium Prof. dr. Paul F.M. Opdam Wageningen University Prof. dr. Menno Schilthuizen University of Groningen This research was conducted under the auspices of SENSE (School for the Socio‐Economic and Natural Sciences of the Environment) Arthropods in linear elements Occurrence, behaviour and conservation management Jinze Noordijk Thesis submitted in partial fulfilment of the requirements for the degree of doctor at Wageningen University by the authority of the Rector Magnificus Prof. dr. M.J. Kropff, in the presence of the Thesis Committee appointed by the Doctorate Board to be defended in public on Tuesday 3 November 2009 at 1.30 PM in the Aula Noordijk J (2009) Arthropods in linear elements – occurrence, behaviour and conservation management Thesis, Wageningen University, Wageningen NL with references, with summaries in English and Dutch ISBN 978‐90‐8585‐492‐0 C’est une prairie au petit jour, quelque part sur la Terre. Caché sous cette prairie s’étend un monde démesuré, grand comme une planète. Les herbes folles s’y transforment en jungles impénétrables, les cailloux deviennent montagnes et le plus modeste trou d’eau prend les dimensions d’un océan. Nuridsany C & Pérennou M 1996.
    [Show full text]
  • Using Distribution Patterns of Five Threatened Invertebrates in a Highly
    BIOLOGICAL CONSERVATION 133 (2006) 490– 499 available at www.sciencedirect.com journal homepage: www.elsevier.com/locate/biocon Using distribution patterns of five threatened invertebrates in a highly fragmented dune landscape to develop a multispecies conservation approach D. Maesa,*, D. Bonteb aDivision of Species Ecology and Populations, Research Institute for Nature and Forest, Kliniekstraat 25, B-1070 Brussels, Belgium bGhent University, Department of Biology, Terrestrial Ecology Unit, K.L. Ledeganckstraat 35, B-9000 Ghent, Belgium ARTICLE INFO ABSTRACT Article history: We analysed the patterns of occupancy of five threatened invertebrates in a highly frag- Received 27 March 2006 mented dynamic grey dune landscape. During two years (2003–2004), 133 dune patches Received in revised form between Nieuwpoort (Belgium) and Bray-Dunes (France) varying in area, connectivity, 26 July 2006 eolian sand dynamics and trampling disturbance were sampled for five focal species: Accepted 13 August 2006 two spiders (Alopecosa fabrilis and Xysticus sabulosus), two butterflies (Issoria lathonia and Available online 2 October 2006 Hipparchia semele) and one grasshopper (Oedipoda caerulescens). Overall diversity was highest in large and well connected patches that were characterised by high eolian sand dynamics Keywords: and an intermediate trampling intensity. Patch occupancy differed greatly among species: Alopecosa fabrilis all species significantly occurred more often in large and connected patches. High tram- Belgium pling intensity (by cattle and/or tourists) negatively affected the two ground dwelling spi- Conservation ders, but not the grasshopper or the butterfly species. High eolian sand dynamics Dynamic grey dunes positively affected the presence of the spider X. sabulosus, the grasshopper O. caerulescens Spatial distribution and the butterfly H.
    [Show full text]
  • Biologie Studijní Obor: Ekologická a Evoluční Biologie
    Univerzita Karlova v Praze Přírodovědecká fakulta Studijní program: Biologie Studijní obor: Ekologická a evoluční biologie Pavel Just Ekologie a epigamní chování slíďáků rodu Alopecosa (Araneae: Lycosidae) Ecology and courtship behaviour of the wolf spider genus Alopecosa (Araneae: Lycosidae) Bakalářská práce Školitel: Mgr. Petr Dolejš Konzultant: prof. RNDr. Jan Buchar, DrSc. Praha, 2012 Poděkování Rád bych touto cestou poděkoval svému školiteli, Mgr. Petru Dolejšovi, za odborné vedení, podnětné rady a poskytnutí obtížně dostupné literatury. Bez jeho pomoci by pro mě psaní bakalářské práce nebylo realizovatelné. Díky patří také mému konzultantovi, prof. RNDr. Janu Bucharovi, DrSc., který svými radami a bohatými zkušenostmi přispěl k lepší kvalitě této bakalářské práce. Nemohu opomenout ani svou rodinu a přítelkyni Kláru, kteří pro mě byli během práce s literaturou a psaní rešerše velkou oporou a projevovali nemalou dávku tolerance. Prohlášení: Prohlašuji, že jsem závěrečnou práci zpracoval samostatně a že jsem uvedl všechny použité informační zdroje a literaturu. Tato práce ani její podstatná část nebyla předložena k získání jiného nebo stejného akademického titulu. V Praze, 25.08.2012 Podpis 2 Obsah: Abstrakt 4 1. Úvod 5 1.1. Taxonomie rodu Alopecosa 6 2. Ekologie 8 2.1. Způsob života 8 2.2. Fenologie 10 2.3. Endemismus 11 3. Epigamní chování 12 3.1. Evoluce a role námluv 13 3.2. Mechanismy rozeznání opačného pohlaví 15 3.2.1. Morfologie samčích končetin 16 3.2.2. Akustické projevy 19 3.2.3. Olfaktorické signály 21 3.3. Epigamní projevy samců a samic 22 3.4. Pohlavní výběr 26 4. Reprodukční chování 29 4.1. Kopulace 29 4.2.
    [Show full text]
  • Ekologie Pavouků a Sekáčů Na Specifických Biotopech V Lesích
    UNIVERZITA PALACKÉHO V OLOMOUCI Přírodovědecká fakulta Katedra ekologie a životního prostředí Ekologie pavouků a sekáčů na specifických biotopech v lesích Ondřej Machač DOKTORSKÁ DISERTAČNÍ PRÁCE Školitel: doc. RNDr. Mgr. Ivan Hadrián Tuf, Ph.D. Olomouc 2021 Prohlašuji, že jsem doktorskou práci sepsal sám s využitím mých vlastních či spoluautorských výsledků. ………………………………… © Ondřej Machač, 2021 Machač O. (2021): Ekologie pavouků a sekáčů na specifických biotopech v lesích s[doktorská di ertační práce]. Univerzita Palackého, Přírodovědecká fakulta, Katedra ekologie a životního prostředí, Olomouc, 35 s., v češtině. ABSTRAKT Pavoukovci jsou ekologicky velmi různorodou skupinou, obývají téměř všechny biotopy a často jsou specializovaní na specifický biotop nebo dokonce mikrobiotop. Mezi specifické biotopy patří také kmeny a dutiny stromů, ptačí budky a biotopy ovlivněné hnízděním kormoránů. Ve své dizertační práci jsem se zabýval ekologií společenstev pavouků a sekáčů na těchto specifických biotopech. V první studii jsme se zabývali společenstvy pavouků a sekáčů na kmenech stromů na dvou odlišných biotopech, v lužním lese a v městské zeleni. Zabývali jsme se také jednotlivými společenstvy na kmenech různých druhů stromů a srovnáním tří jednoduchých sběrných metod – upravené padací pasti, lepového a kartonového pásu. Ve druhé studii jsme se zabývali arachnofaunou dutin starých dubů za pomocí dvou sběrných metod (padací past v dutině a nárazová past u otvoru dutiny) na stromech v lužním lese a solitérních stromech na loukách a také srovnáním společenstev v dutinách na živých a odumřelých stromech. Ve třetí studii jsme se zabývali společenstvem pavouků zimujících v ptačích budkách v nížinném lužním lese a vlivem vybraných faktorů prostředí na jejich početnosti. Zabývali jsme se také znovuosídlováním ptačích budek pavouky v průběhu zimy v závislosti na teplotě a vlivem hnízdního materiálu v budce na početnosti a druhové spektrum pavouků.
    [Show full text]
  • Bulletin Number / Numéro 3 Entomological Society of Canada September / Septembre 2011 Société D’Entomologie Du Canada
    ............................................................ ............................................................ Volume 43 Bulletin Number / numéro 3 Entomological Society of Canada September / septembre 2011 Société d’entomologie du Canada Published quarterly by the Entomological Society of Canada Publication trimestrielle par la Société d’entomologie du Canada ........................................................ .......................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................ ......................................................................................................................................................................................................................... ........................................................................................... ............................................................... .......................................................................................................................................................................................... List of contents / Table des matières Volume 43(3), September / septembre 2011 Up front / Avant-propos ..............................................................................................................101 Important information / Information importante
    [Show full text]
  • Wybrane Zagadnienia Z Zakresu Nauk Biologicznych I Weterynaryjnych
    Wybrane zagadnienia z zakresu nauk biologicznych i weterynaryjnych Wybrane zagadnienia z zakresu nauk biologicznych i weterynaryjnych Redakcja: Kamil Maciąg Alicja Danielewska Lublin 2019 Wydawnictwo Naukowe TYGIEL składa serdecznie podziękowania dla zespołu Recenzentów za zaangażowanie w dokonane recenzje oraz merytoryczne wskazówki dla Autorów. Recenzentami niniejszej monografii byli: prof. dr hab. Łukasz Adaszek dr hab. Mariola Andrejko dr hab. inż. Ryszard Tuz dr Jolanta Artym dr n. o zdr. Mariola Janiszewska dr Agnieszka Kuźniar dr n. med. Łukasz Pilarz dr Anna Pytlak dr Małgorzata Telecka Wszystkie opublikowane rozdziały otrzymały pozytywne recenzje. Skład i łamanie: Alicja Danielewska Monika Maciąg Projekt okładki: Marcin Szklarczyk © Copyright by Wydawnictwo Naukowe TYGIEL sp. z o.o. ISBN 978-83-65932-95-2 Wydawca: Wydawnictwo Naukowe TYGIEL sp. z o.o. ul. Głowackiego 35/341, 20-060 Lublin www.wydawnictwo-tygiel.pl Spis treści Karolina Boguszewska, Michał Szewczuk, Bolesław T. Karwowski Naprawa uszkodzeń DNA w mitochondriach poprzez wycinanie zasady system BER .... 7 Michał Szewczuk, Karolina Boguszewska, Bolesław T. Karwowski Rola OGG1 w przebiegu procesu naprawy DNA przez system BER .................................. 19 Magdalena Szatkowska, Renata Krupa Paralogi RAD51 w naprawie pęknięć dwuniciowych DNA na drodze rekombinacji homologicznej ......................................................................................................................... 28 Jakub Krzaczyński, Beniamin Grabarek, Barbara Strzałka-Mrozik
    [Show full text]
  • (Araneae) As Polyphagous Natural Enemies in Orchards" by S
    SPIDERS (ARANEAE) ASPOLYPHAGOU S NATURAL ENEMIES IN ORCHARDS Promotor: dr. J. C. van Lenteren hoogleraar ind e Entomologie inhe tbijzonde r deoecologi e der insecten Co-Promotor: dr. ir. P.J . M.Mol s universitair docent Laboratoriumvoo r Entomologie ,> - • Sandor Bogya SPIDERS (ARANEAE) ASPOLYPHAGOU S NATURAL ENEMIES IN ORCHARDS Proefschrift terverkrijgin g vand e graad vandocto r opgeza gva n derecto r magnificus van deLandbouwuniversitei t Wageningen, dr. C.M .Karssen , inhe t openbaar te verdedingen opdinsda g 27apri l 1999 desnamiddag st e 13.30uu r ind eAul a to my parents ISBN: 90 580803 74 cover drawings by Jozsef Kovacs BIBLIOTHEEK LANDBOUWUNIVERSITEIT WAGENINGEN Propositions 1. Workers in the field of biological control should not try to make the spider fit the mold of the specialist predator or parasitoid. Riechert& Lockley(1984 )Ann . Rev. Entomol.29:299-320 . ThisThesi s 2. Single spider species cannot, but whole spider communities, as complexes of generalist predators can be effective in controlling pests. Wise(1995 )Spider si necologica lwebs .Cambridg eUniversit yPres s ThisThesi s 3. Careful use of pesticides in orchard IPM programs may result in development of more complex and abundant spider communities, thereby augmenting biological pest control. ThisThesi s 4. Cluster analysis and measurement of ecological similarity are two parts art and one part science, and ecological intuition is essential to successfully interpret the results. Krebs(1989 )Ecologica lmethodology .Harpe r& Row Publisher ThisThesi s 5. If you have an apple and I have an apple and we exchange these apples then you and I will still each have one apple.
    [Show full text]
  • Contents Nov
    Contents NOV. 20, 2020 (click on page numbers for links) CONTACT US REGULATORY UPDATE subscribers@chemwatch. ASIA PACIFIC net Chemical Management changes coming in 2021 .................................................4 tel +61 3 9572 4700 Improving chemical assessment for a safer environment ..................................5 fax +61 3 9572 4777 Six more chemicals prioritised for reassessment ...................................................6 1227 Glen Huntly Rd AMERICA Glen Huntly 1,4 Dioxane: Another forever chemical plagues drinking-water utilities .....7 Victoria 3163 Australia New Jersey signs strongest plastic and paper bag ban in US ...........................8 Wisconsin officials offer water quality standards for PFAS .................................9 Biden’s EPA expected to pass limits on some “Forever Chemicals” .................9 EUROPE Advice for GB-based companies intending to export chemicals listed in the PIC Regulation (EU 649/2012) in the period immediately after the end of the Transition Period ............................................11 EC requests scientific opinion on UV-Filter HAA229 (Nano) ............................13 * While Chemwatch INTERNATIONAL has taken all efforts to Kazakhstan to establish interagency coordination body for safe ensure the accuracy chemicals management ...............................................................................................14 of information in this publication, it REACH UPDATE is not intended to REACH change planned to extend chemical safety reports to low
    [Show full text]