De Vogels Van Rottum. DLN 97

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

De Vogels Van Rottum. DLN 97 Levende Natuur Henk van den Brink De vogels van Rottum De sombere toekomstverwachting die Thijsse in 1916 schetste voor Rottumer- oog - door hem nog kortweg 'Rottum' genoemd - is niet uitgekomen. Het ei­ land is nog steeds een zeer belangrijk vo- gelgebied. Thijsse heeft wel gelijk gekre­ gen wat betreft de groei van 'de Noordwestplaat', het huidige eiland Rot­ tumerplaat. Dat heeft het oudere zuster­ eiland inmiddels overvleugeld in opper­ vlakte, en voor een deel ook in betekenis voor vogels. Grote sterns broeden niet meer op 'Rottum' (in dit artikel de-verza­ Kwelder van melnaam van Rottumeroog en -plaat), Rottumeroog maar verschillende soorten uit Thijsse's (foto: Koen van tijd bepalen nog steeds mede het beeld, terwijl andere sindsdien op het toneel zijn verschenen. Jonge Visdief op Rottumer­ oog (foto: Koen van Dijken). Rottumeroog en Rottumerplaat zijn de meest oostelijke eilanden in het Neder­ landse deel van het waddengebied en de enige die tot de provincie Groningen be­ horen (fig. 1). Rottumeroog is - uitgaande van de gemiddelde hoogwaterlijn als be­ de overige soorten zijn alle territorium- en (9%). Binnen het Nederlandse wadden­ grenzing - ongeveer 250 ha groot, en nestindicerende waarnemingen geno­ gebied gooit Rottum hoge ogen met het maximaal zo'n 4,5 km lang. Rottumer­ teerd. Dankzij de grote frequentie van aandeel van de Dwergstern (29-48%), ge­ plaat heeft nu een oppervlakte van rond waarnemen worden van bijna alle broed- volgd door Eidereend (21-24%), Noordse 900 ha en een maximale lengte van 6,5 paren, van vrijwel alle soorten, aanwijzin­ stern (9-16%), Strandplevier {Charadrius km. Naar verwachting zal het eiland nog gen voor de aanwezigheid van nest en/of alexandrinus) (11-15%) en Zilvermeeuw verder groeien. jongen gevonden. (11-14%). Sinds 1981 zijn beide eilanden be­ Vijf soorten van de 'top-acht' staan schermd natuurgebied en worden ze be­ DE BETEKENIS VAN ROTTUM VOOR op de Rode Lijst van bedreigde en kwets­ heerd door Staatsbosbeheer. Ze mogen BROEDVOGELS bare vogelsoorten in Nederland: Bontbek- het hele jaar niet worden betreden. In de Beide eilanden kennen een broedvogelbe- plevier {Charadrius hiaticuU), Strandple­ zomermaanden (meestal van eind april tot volking van zo'n 25 soorten. De huidige vier, Visdief Noordse stern en Dwerg­ half augustus) zijn op beide eilanden twee betekenis van Rottum berust vooral op stern. Het zijn soorten van sterk dynami­ bewakers permanent aanwezig om daarop het voorkomen van een achttal broedvo­ sche (kust)milieus, vaak schaars of kort toe te zien. Zij inventariseren tevens de gelsoorten, waarvan meer dan 1 % van de begroeide zandige plekken dicht bij water. broedvogels en tellen regelmatig overtijen- Nederlandse populatie, en rneer dan 3% De aanwezigheid van deze biotopen is de wadvogels bij hoogwater. van de populatie van het hele Nederland­ dus bepalend voor de betekenis van de ei­ se waddengebied (inclusief vastelandskust landen. Elders in Nederland zijn dergelij­ Broedvogels en Afsluitdijk), op de beide eilanden ke biotopen veelal het domein van de re­ De broedvogelinventarisaties zijn uitge­ broedt (tabel 1). In termen van nafionale creant geworden (Waddeneilanden, voerd volgens de richtlijnen van het betekenis spant de Eidereend de kroon Noordzeestrand) en daardoor niet meer SOVON-broedvogelonderzoek (Hustings met 21% van de landelijke populatie, ge­ geschikt als broedgebied. Ook de vrijwel et al., 1985; Van Dijk, 1993). Van Eider- volgd door Noordse stern {Stemaparadi- volledige afwezigheid van menselijke ver­ eend {Somateria mollissimd), meeuwen en saed) (13%), Dwergstern {Sterna albifrons) storing in het broedseiioen is een belang­ sterns zijn jaarlijks de nesten geteld. Van (10%) en Zilvermeeixw {Lams argentatus) rijke factor. Fig.'L De ligging van Rottutneroog (reclits) en Rottumerplaat (links) in het Nederlandse Waddengebied. Schiermonnikoog ^fe.^^J "'^ Amelani>M>d< r A >i fat»;.. •*«* • / Leeuwarden Groningen WINST EN VERLIES Twee soorten in tabel 1 kwamen in Thijs- Tabel 1. Broedvogels waarvoor Rottum van nationale betekenis is. Van links naar rechts zijn weergege­ se's tijd nog niet als broedvogel op Rot­ ven: het gemiddelde resp. maximale aantal broedparen op Rottumeroog in 1981-1995; het gemiddelde tum voor: Eidereend en Stormmeeuw resp. maximale aantal broedparen op Rottumerplaat in 1981-1994; het aandeel van Rottum in de totale {Larus canus). De Eidereend heeft zich in populatie van het Nederlandse waddengebied in de jaren 1991-1994; het aandeel van Rottum in de tota­ 1948 op Rottumeroog gevestigd; op Rot­ le Nederlandse populatie in 1989-1991. De gegevens van het waddengebied komen uit Dijksen en Kle- tumerplaat werd in 1969 het eerste zekere mann (1992), Dijksen (1993), Koks (1994) en Koks in litt. De aantalsschattingen voor Nederland zijn ont­ broedgeval gevonden. Sindsdien is het leend aan Osieck en Hustings (1994). aantal, zoals op alle Waddeneilanden, spectaculair toegenomen, met alleen op Rottumeroog Rottumerplaat % wad % Ned Rottumeroog een dip rond 1990 (fig. 2). gem. max. gem. max. De laatste jaren lijkt het plafond te zijn Eidereend 457 805 431 1245 21-24 21 bereikt. De Stormmeeuw heeft zich in de Noordse stern 44 100 157 271 9-16 13 loop van de eeuw in Nederland als broed- Dwergstern 27 62 14 41 28-48 10 vogel gevestigd; op Rottum is hij in elk Zilvermeeuw 3891 5619 2575 2993 11-14 9 geval sinds de jaren veertig vaste broedvo­ Strandplevier 2 7 7 12 11-15 2 gel. Overigens werd één van de allereerste Bontbekplevier 2 4 i- 4 é .: • 5 2 broedgevallen van ons land op Rottumer­ Visdief 70 250 287 637 3-5 1 oog geregistreerd: al in 1908 werden twee Stormmeeuw 57 74 28 46 3-4 1 legsels verzameld (Braaksma, 1973). Het aantal broedparen van de Stormmeeuw^ is op Rottum de laatste twintig jaar stabiel finitieve vestiging van de Lepelaar {Plata- de Grote-sternpopulatie in de jaren zestig, gebleven, net als in de rest van het Neder­ ka leucorodid) als broedvogel is een kwes­ als gevolg van waterverontreiniging met landse waddengebied (Fleet et al., 1994). tie van tijd. In 1995 was op de kwelder bestrijdingsmiddelen, verdween de soort Een andere nieuwkomer is de Kleine van Rottumerplaat een groep Lepelaars, van Rottum. Vanaf 1972, toen de totale mantelmeeuw {Larus fUscus), die zich in waaronder twee adulte paren, vanaf half populatie zich enigszins herstelde, ver­ 1967 op Rottumerplaat en in 1970 op mei weken achtereen aanwezig. Er werd schenen weer Grote sterns op Rottumer­ Rottumeroog heeft gevestigd, en sinds­ een copulatie gezien en enkele malen plaat, zij het in veel kleinere en sterk wis­ dien vrijwel voortdurend is toegenomen. werd een vogel op een nest waargenomen. selende aantallen. 1983 kende een laatste De laatste jaren broeden op elk van beide Tot broeden kwam het (nog) niet. eilanden 100-160 paren. Een aardige - zij opleving met 183 paar. Sindsdien heeft het in nationaal perspectief marginale - Tegenover deze nieuwkomers staat nog slechts één keer 1 paar het gepro­ recente ontwikkeling is de vestiging van het verdwijnen van de Grote stern {Sterna beerd, in 1988. Naar de oorzaken van het de Blauwe kiekendief (Gra<j cyaneus) sandvicensis), tot 1962 een vaste broedvo­ verdwijnen kunnen we slechts gissen. De (sinds 1991 jaarlijks broedpogingen, in gel op Rottum. In de jaren vijftig werden Grote stern staat bekend om het compleet 1994 op beide eilanden 1 paar) en van de nog grote aantallen gemeld: op Rottu­ verlaten van broedkolonies bij veranderin­ meroog 2000 paar in 1955, 1900 paar in Bruine kiekendief (GVCMJ aeruginosus) gen in de broedhabitat of in de omgeving, (sinds 1994 op Rottumerplaat). De de- 1959; in 1961 waren er nog 2000 op of bij gering of ontbrekend broedsucces. Rottumerplaat. Met de algehele crash van Helaas zijn over het broedsucces op Rot- £fe Levende 64 Natuur 1400n I |R'oog tum geen gegevens bekend. Met het broedsucces van de andere sterns is het in 1200 HR'plaat elk geval sinds 1981 beroerd gesteld; het is aannemelijk dat dat ook voor de Grote stern gold, aangezien dezelfde factoren 1000 het broedsucces bepaalden. 800 ANDERE RECENTE AANTALSONTWIKKELINGEN De aantallen van Bontbekplevier en 600 Strandplevier zijn sinds 1981 stabiel ge­ bleven. Het aantal broedparen van de Dwergstern fluctueert sterk, maar ver­ 400 toont geen toe- of afname. Deze ontwik­ Fig. 2. Aantalsverloop kelingen komen overeen met de trends in 2oo-„ n van de Eidereend op het Nederlandse waddengebied (Fleet et Rottum in 1981-1994. al., 1994). Landelijk is de Strandplevier in de jaren tachtig afgenomen, de Dwerg­ 81 82 83 84 85 86 87 88 90 91 92 93 94 stern toegenomen (Osieck en Hustings, 1994). Van beide soorten ligt het zwaarte­ punt van de Nederlandse verspreiding in het Deltagebied. 9000 I |R'oog Het aantal Zilvermeeuwen is na ; 1985 afgenomen, hetgeen geheel op het 8000 SR'plaat conto van Rottumeroog komt (fig. 3). 7000 Dit komt overeen met de ontwikkelingen in het hele Nederlandse waddengebied. 6000 Volgens Spaans et al. (dit nummer) moet de oorzaak hiervan gezocht worden in een 5000 beperkt voedselaanbod. De achteruitgang ^ van de Zilvermeeuw langs de Hollandse 4000 kust zou voor rekening komen van de ^ Vos, terwijl in het Deltagebied geen ach­ 3000 teruitgang is geconstateerd. Tegelijkertijd 2000 worden meer landinwaarts broedplaatsen Fig. 3. Aantalsverloop van zilvermeeuwen waargenomen. 1000 van de Zilvermeeuw op Het zicht op de aantalsontwikkeUng Rottum in 1981-1994. van Visdief en Noordse stern wordt enigs­ O zins bemoeilijkt doordat beide soorten in 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 enkele jaren niet zijn onderscheiden. Niettemin is duidelijk dat de aantallen visdieven begin jaren negentig beduidend kleiner zijn dan in de eerste helfi: van de 1200 [ [visdlef jaren tachtig, terwijl die van de Noordse stern ongeveer gelijk zijn gebleven (fig. 4). ^[ noordse stem De aantalsontwikkeling van de Visdief 1000 W/. 'noordse dleT wijkt daarmee in negatieve zin af van die m in het waddengebied en in Nederland, 800 waar de aantallen in deze periode onge­ veer gelijk zijn gebleven.
Recommended publications
  • The Cultural Heritage of the Wadden Sea
    The Cultural Heritage of the Wadden Sea 1. Overview Name: Wadden Sea Delimitation: Between the Zeegat van Texel (i.e. Marsdiep, 52° 59´N, 4° 44´E) in the west, and Blåvands Huk in the north-east. On its seaward side it is bordered by the West, East and North Frisian Islands, the Danish Islands of Fanø, Rømø and Mandø and the North Sea. Its landward border is formed by embankments along the Dutch provinces of North- Holland, Friesland and Groningen, the German state of Lower Saxony and southern Denmark and Schleswig-Holstein. Size: Approx. 12,500 square km. Location-map: Borders from west to east the southern mainland-shore of the North Sea in Western Europe. Origin of name: ‘Wad’, ‘watt’ or ‘vad’ meaning a ford or shallow place. This is presumably derives from the fact that it is possible to cross by foot large areas of this sea during the ebb-tides (comparable to Latin vadum, vado, a fordable sea or lake). Relationship/similarities with other cultural entities: Has a direct relationship with the Frisian Islands and the western Danish islands and the coast of the Netherlands, Lower Saxony, Schleswig-Holstein and south Denmark. Characteristic elements and ensembles: The Wadden Sea is a tidal-flat area and as such the largest of its kind in Europe. A tidal-flat area is a relatively wide area (for the most part separated from the open sea – North Sea ̶ by a chain of barrier- islands, the Frisian Islands) which is for the greater part covered by seawater at high tides but uncovered at low tides.
    [Show full text]
  • Appendix-II-Country-And-People-Of-Rottum
    Appendix II The description of the Free State of Rottum Relief and boundaries of the Free State of Rottum. The eastern boundary is the river Ems; the southern boundary is the Zwartewater and Vecht rivers. To the west and north, Rottum borders the IJsselmeer and the North Sea. Country and people The territory The territory of the Free State of Rottum is part of the Northwest European Plain. It is therefore a completely flat country, only in the east there is a low ridge, the Hondsrug, a remnant from the last Ice Age. Inland, besides sandy soil, there are also peat areas. Along the coast the soil consists of sea clay. The mainland is so low-lying that it has to be protected from the flood by dikes. Some parts of the country lie below sea level and were poldered in earlier times. The northern coastline is formed by a series of artificial islands, or rather embankments, built in the open sea. For the most part, these are not real islands, but floating dykes anchored to the bottom by cables. They form the so-called 'breeding fields'; each 'field' is a diked stretch of water in which fish are bred. In the floating fields, the fish are protected from escaping (and from predators) by tightly woven nets that hang in the water like giant bags. By the way, the main function of the fields is not to breed fish, but to generate energy, especially electricity, by channelling tidal flows. Closer to the coast are six islands; apart from Rottum, from east to west these are Schiermonnikoog, Ameland, Terschelling, Vlieland and Texel.
    [Show full text]
  • De Kaap - Juni 2019 Louis De Jonge
    Half januari van dit jaar overleed toch nog vrij onverwacht De Kaap - Juni 2019 Louis de Jonge. Voor onze Stichting was Louis van bijzondere betekenis, want hij verzorgde voor meer dan dertig jaar als schipper de excursies naar Rottumeroog. Dus al voor de Stichting Vrienden een feit was. Ook heeft Louis met ms ‘Noordster’ en ms ‘Boschwad’ heel wat keren ander vervoer van en naar de Rottums verzorgd. In memoriam Louis de Jonge (1946-2019) Tekst Albert Buursma Foto Frans Driesens De levensloop van Louis was een bijzondere: die van en Ameland. Louis verrichtte het pionierswerk voor boer naar wadvaarder. Hij werd op 9 maart 1946 ge- wat betreft de excursies naar Rottumeroog. Het was boren in de Biesbosch. De familie De Jonge (twee zijn idee om mensen op die manier kennis te laten broers met hun gezinnen) was voor de Tweede We- maken met dat bijzondere deel van het Nederlandse reldoorlog van Zeeland naar het Brabantse deel van waddengebied. Hij ontwikkelde de excursies samen de Biesbosch verhuisd en vormde daar, in de Heem- met Staatsbosbeheer, vanaf 1985. Jaarlijks vinden er plaatpolder, als het ware een Zeeuwse kolonie. Louis nu 25 tochten plaats met een kleine 30 deelnemers groeide op in een waterrijke omgeving. Zo moest hij per keer. Heel wat keren heeft hij ook voor de met een roeiboot naar school. Het water trok en hij ‘Vrienden’ gevaren. wilde graag gaan varen. Zijn vader had een boerenbe- drijf en zo was Louis voorbestemd om boer te worden. De thuishaven van de boot was oorspronkelijk Noord- Hij volgde de lagere en de middelbare landbouw- polderzijl.
    [Show full text]
  • Natura 2000-Beheerplan Noordzeekustzone Periode 2015-2021
    Kaartenbijlage bij concept ontwerpplan Natura 2000-beheerplan Noordzeekustzone Periode 2015-2021 Inhoud Kaarten 1 Natura 2000-gebieden en grenzen 2 Recreatie 3 Scheepvaart Noordzeekustzone en havens 4 Scheepvaart, havens en baggerwerken 5 Civiele werken en economisch gebruik 6 Militair gebruik en burgerluchtvaart 7 Zeehondenligplaatsen 8 Kolonies broedvogels en sterns 9 Hoogwatervluchtplaatsen vogels 10 Maatregelen Noordzeekustzone 11 Maatregelen kustbroedvogels Habitattypenkaarten 1.0 Overzicht 1.1 Uitsnede Texel 1.2 Uitsnede Vlieland 1.3 Uitsnede Terschelling 1.4 Uitsnede Ameland 1.5 Uitsnede Schiermonnikoog 1.6 Uitsnede Rottum W es BORKUM ter eem Huibertgat s LA U R W OTTUME E RPLAATROTTUMEROOG RS FR I d O E il Zuiderduintjes u S h d CH Wierumergronden Balg c e A E S W M E Bornrif Z Simonszand e E E i s E l t L G SCHIERMONNIKOOG a Boswad e A Z A n u r N T i e d d e D O m e o s E r st b R Rif Het Rif La G De Hon laat a uw np l g e A AMELAND sma rs T Neerlandsreid ngel E Z B ou Brakzand Eemshaven tka o B m c p h o er Boschplaat r la t n ag d v i a e n p Lauwersoog Hond W gat TERSCHELLING tzig a k Dan t oe Terschellinger wad u H m lse Holwerd ge Lauwersmeer Paap Emden En Noordsvaarder V L IE Delfzijl lk teme p Dokkum Punt van Reide Stor ee t m es W Breebaartpolder Dollard VLIELAND Richel Griend Kroonspolders rs Blauwe Slenk Leeuwarden ho ie Groningen Vl EYERLANDSCHE GAT In s c h o Harlingen t s e j t n o Vlakte van Kerken o Veendam B d n e e l t n TEXEL o alg e B n v e oo D d om r ro o st el w ex T n Malzwin Assen e De Hors t Razende Bol h c MARSDIEP e r Balgzand n e Den Helder e g n e n Den Oever n u k e v a g t i u Callantsoog e IJSSELMEER z e d n a A Petten 0 20 Bergen aan Zee Kilometers Natura 2000-gebied Grenzen Diepte in meter Kaart Nr.
    [Show full text]
  • Staatsbosbeheer Waddenarchieven
    STAATSBOSBEHEER WADDENARCHIEVEN Versie 27-6-2011 Onderstaand overzicht behoort tot het project Waddenarchieven, dat wordt gefaciliteerd door de Waddenacademie (www.waddenacademie.knaw.nl). Heeft u vragen over het project of aanvullende informatie over specifieke waddenarchieven, dan nodigen wij u uit om contact op te nemen met de Waddenacademie: tel. 058-2339032, e-mail: [email protected] INLEIDING Staatsbosbeheer is eigenaar en beheerder van diverse natuurgebieden (‘objecten’) in het waddengebied. Deze zijn verdeeld over de kantoren van Staatsbosbeheer Regio Noord (Fryslân, Groningen en Drenthe) en Regio West (Noord-Holland). Het gaat om de objecten: Regio Noord: - Vlieland - Terschelling - Ameland - Lauwersmeer - Rottum - Engelsmanplaat - Buitendijks Holwerd - kleinere objecten binnendijks op het vasteland Objecten in erfpacht bij Natuurmonumenten – zie overzicht archieven natuurmonumenten - Schiermonnikoog - Griend Regio West: - Texel - Noord-Hollandse waddenkust (Wieringen, Wieringermeerpolder) ARCHIEVEN De statische archieven van Staatsbosbeheer zijn gedeponeerd bij: - Nationaal Archief • 2.11.49: Inventaris van het archief van de Commissie van Advies inzake de Natuurmonumenten van het Staatsbosbeheer, 1927-1934 (1946) , zie SBB Commissie van Advies • 2.11.50: Dienst Staatsbosbeheer van het Ministerie van Landbouw, 1899-1950 , zie SBB Ministerie van Landbouw - Tresoar • 54.01: SBB Friesland, 1941-1988 , zie SBB Friesland 1 • 54.02: SBB Regio 1: Friesland, 1950-1988 , zie SBB Regio 1 Het tweede gedeelte is in 2007 bewerkt en overgedragen aan Tresoar. Beide archieven betreffen grotendeels dezelfde periode en onderwerpen. Wanneer een bepaalde archiefstuk in de eerste inventaris niet te vinden is, dan kan het de moeite lonen om ook de tweede inventaris te raadplegen - Noord-Hollands Archief • 809 Staatsbosbeheer Noord-Holland te Haarlem , 1899-1965 – met o.a.
    [Show full text]
  • Cetaceans Stranded in the Netherlands in 2008-2014
    Cetaceans stranded in the Netherlands in 2008-2014 Guido O. Keijl1, Lineke Begeman2, Sjoukje Hiemstra2, Lonneke L. IJsseldijk2, Pepijn Kamminga1 & Seal Centre Pieterburen3 1 uaNa t r lis Biodiversity Center, P.O. Box 9517, NL-2300 RA Leiden, the Netherlands, e-mail: [email protected] 2 Faculty of Veterinary Medicine, Department of Pathobiology, Utrecht University, Yalelaan 1, NL-3584 CL Utrecht, the Netherlands 3 Seal Rescue Centre Lenie ‘t Hart (nowadays called: Seal Centre Pieterburen), Hoofdstraat 94a, NL-9968 AG Pieterburen, the Netherlands Abstract: We present a validated list of cetaceans stranded from 2008 up to and including 2014. A total of 4406 cetaceans was found on the Dutch coast during this period, comprising 4346 harbour porpoises (Phocoena phoc- oena) (98.6% of all strandings) and 59 individuals of twelve other species. The next most numerous species was white-beaked dolphin (Lagenorhynchus albirostris) (14 individuals). All individual cases of stranded cetaceans are included, excepting those of harbour porpoise. During the present period, the years with the highest numbers ever of harbour porpoise have been recorded, although numbers in the early twentieth century or before may have been equally high. Largest numbers of harbour porpoise, both absolute and expressed as average per stretching kilome- tre, are found in the Wadden Sea area, with a gradually decreasing density further south. Keywords: Cetacea, harbour porpoise, mortality, North Sea, Phocoena phocoena, sex bias. Introduction often accompanied with photographs. Despite this, the overview becomes obscured by This report on cetacean strandings in the strandings of the numerous harbour porpoise Netherlands is the 39th report in the series (Phocoena phocoena), especially since 2004, reviewing at least one entire year since the first making it harder than before to keep track of report on the same topic by Van Deinse (1933).
    [Show full text]
  • Alien Species on the Dutch Wadden Sea Islands
    Alien species on the Dutch Wadden Sea Islands Occurrence and ecological risks R. Lensink T.M. van der Have R.J. van der Haterd J.A. Inberg D.M. Soes B. Achterkamp Alien species on the Dutch Wadden Sea Islands Occurrence and ecological risks R. Lensink T.M. van der Have R.J. van der Haterd J.A. Inberg D.M. Soes B. Achterkamp Alien species on the Dutch Wadden Sea Islands Occurrence and ecological risks R. Lensink T.M. van der Have R.J. van der Haterd J.A. Inberg D.M. Soes B. Achterkamp commissioned by: Invasive Alien Species Team of the Netherlands Food and Consumer Product Safety Authority 15 December 2015 report nr. 15-077 Status: final report Report nr.: 15-077 Date of publication: 15 November 2015 Title: Alien species on the Dutch Wadden Sea Islands Subtitle: Occurrence and ecological risks Authors: drs. ing. R. Lensink dr. T.M. van der Have drs. R.J. van de Haterd drs. J.A.. Inberg ir. D.M. Soes drs. B. Achterkamp Photo credits cover page: Branta canadensis (Hein Prinsen), Myocastor coypus (Fleur van Vliet), Ludwigia grandiflora, Cotula coronopifolia (both Rob van de Haterd) Number of pages incl. appendices: 10! 4 Project nr: 14-856 Project manager: drs. ing. R. Lensink. Name & address client: NVWA; p/a Postbus 43006, 3540 AA Utrecht Reference client: letter 10th December 2014 Signed for publication: Team Manager Bureau Waardenburg bv drs. C. Heunks Signature: Bureau Waardenburg bv is not liable for any resulting damage, nor for damage which results from applying results of work or other data obtained from Bureau Waardenburg bv; client indemnifies Bureau Waardenburg bv against third-party liability in relation to these applications.
    [Show full text]
  • The Wadden Sea Area: Nature Conservation, Nature Management and Spatial Planning
    The Wadden Sea area: nature conservation, nature management and spatial planning Audit team The Netherlands Court of Audit Ms A.A.M. de Haan (Project Manager) Algemene Rekenkamer Mr J. Verhulst Lange Voorhout 8 Ms F.T.G. de Graaf P.O. Box 20015 Mr P. Jong 2500 EA The Hague Mr G.P.A. Bakker phone +31 70 342 43 00 www.courtofaudit.nl Cover Design: Corps Ontwerpers, The Hague Photo: Frans Lemmens / Hollandse Hoogte The Hague, March 2014 The Wadden Sea area: nature conservation, nature management and spatial planning The original report Waddengebied: natuurbescherming, natuurbeheer en ruimtelijke inrichting was adopted on 20 November 2013 and presented to the Dutch House of Representatives on 28 November 2013. 2 the netherlands court of audit Contents Executive summary 3 1 Introduction 7 1.1 Background and audit questions 7 1.2 The Wadden Sea area: a protected nature reserve 7 1.3 Responsible ministers 8 1.4 Decentralisation 9 1.5 Central government investment 10 1.6 Guide to the report’s contents 11 2 The battle for space in the Wadden Sea area 13 2.1 Problems confronting the natural environment and the landscape 13 2.1.1 Factors that have a disruptive effect on the natural environment 13 2.1.2 Factors that affect the open landscape 15 2.2 Problems caused by human activity 15 2.2.1 Licensing procedures: a wide range of criteria 16 2.2.2 Permit applications: lots of government counters 17 2.3 Conclusion 18 3 The management of the Wadden Sea area and expenditure of the Wadden Sea Fund 19 3.1 The management of the Wadden Sea area 19 3.1.1 Many
    [Show full text]
  • Beheerregeling Rottum 2007-2010 Definitief 3.0 Incl. Bijla–
    a b c d e f g h Rijkswaterstaat Beheerregeling Rottum Beheer Rottumeroog en Rottumerplaat 2007 - 2010 a b c d e f g h Rijkswaterstaat Beheerregeling Rottum Beheer Rottumeroog en Rottumerplaat 24 oktober 2006 Beheerregeling Rottum 2007-2010 Uitvoeringsafspraken t.a.v. Beheer en onderhoud platencomplex Rottumeroog en Rottumerplaat . Colofon Uitgegeven door: Beheer en Adviescommissie Kustverdediging Rottumeroog en Rottumerplaat Informatie: Rijkswaterstaat Noord Nederland Waterdistrict Waddenzee Telefoon: 0511-54 84 84 Fax: 0511-54 84 00 Uitgevoerd door BAKR Vastgesteld door: Rijkswaterstaat Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit Directie Regionale Zaken Noord Staatsbosbeheer regio Noord Provincie Fryslân Provincie Groningen Geadviseerd BAKR door Datum: 1 december 2006 Status: Definitief Versienummer: 3.0 3 Beheerregeling Rottum Inhoudsopgave . 1. Inleiding 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Doelstelling 5 2. Betrokken partijen 6 3. Beleid en Wettelijk kader 7 3.1 Derde nota PKB Waddenzee 7 3.2 Wettelijk kader 8 4. Gebied, waarden 13 4.1 Gebiedsbeschrijving 13 4.2 Waarden 13 5. Toegankelijkheid 15 5.1 Uitgangspunten 15 5.2 Excursies 15 5.3 Wetenschappelijk onderzoek 16 5.4 Werkbezoeken 17 5.5 Voorlichting / Pers en Media 17 5.6 Wadlooptochten 18 6. Beheer en Onderhoud 19 6.1 Ontwikkeling beheer 19 6.2 Taken Rijkswaterstaat 21 6.2.1 Kustbeheer 21 6.2.2. Water(kwaliteits)beheer 21 6.2.3 Maatregelen RWS 22 6.3 Taken Staatsbosbeheer 23 6.3.1 Surveillance en toezicht 23 6.4 Monitoring 24 6.4.1 Fysische metingen 24 6.4.2 Biologische metingen 25 7. Onderkomens
    [Show full text]
  • Beheerregeling Rottum 2007-2010 Definitief 3.0 Incl. Bijlagen
    ? ???????? Rijkswaterstaat Beheerregeling Rottum Beheer Rottumeroog en Rottumerplaat 2007 - 2010 ? ???????? Rijkswaterstaat Beheerregeling Rottum Beheer Rottumeroog en Rottumerplaat 24 oktober 2006 Beheerregeling Rottum 2007 -2010 Uitvoeringsafspraken t.a.v. Beheer en onderhoud platencomplex Rottumeroog en Rottumerplaat . Colofon Uitgegeven door: Beheer en Adviescommissie Kustverdediging Rottumeroog en Rottumerplaat Informatie: Rijkswaterstaat Noord Nederland Waterdistrict Waddenzee Telefoon: 0511-54 84 84 Fax: 0511-54 84 00 Uitgevoerd door BAKR Vastgesteld door: Rijkswaterstaat Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit Directie Regionale Zaken Noord Staatsbosbeheer regio Noord Provincie Fryslân Provincie Groningen Geadviseerd BAKR door Datum: 1 december 2006 Status: Definitief Versienummer: 3.0 3 Beheerregeling Rottum Inhoudsopgave . 1. Inleiding 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Doelstelling 5 2. Betrokken partijen 6 3. Beleid en Wettelijk kader 7 3.1 Derde nota PKB Waddenz ee 7 3.2 Wettelijk kader 8 4. Gebied, waarden 13 4.1 Gebiedsbeschrijving 13 4.2 Waarden 13 5. Toegankelijkheid 15 5.1 Uitgangspunten 15 5.2 Excursies 15 5.3 Wetenschappelijk onderzoek 16 5.4 Werkbezoeken 17 5.5 Voorlichting / Pers en Media 17 5.6 Wadlooptochten 18 6. Beheer en Onderhoud 19 6.1 Ontwikkeling beheer 19 6.2 Taken Rijkswaterstaat 21 6.2.1 Kustbeheer 21 6.2.2. Water(kwaliteits)beheer 21 6.2.3 Maatregelen RWS 22 6.3 Taken Staatsbosbeheer 23 6.3.1 Surveillance en toezicht 23 6.4 Monitoring 24 6.4.1 Fysische metingen 24 6.4.2 Biologische metingen 25 7. Onderkomens op Rottumeroog
    [Show full text]
  • Beheerregeling Rottum 2011-2016 Uitvoeringsafspraken T.A ,V
    FUjksvvaterstaat Ministerie van Verkeer en Waterstaat Beheerregeling Rottum Beheer Rottumeroog en Rottumerplaat 2011-2016 Datum 13 december 2010 Status definitief Beheerregeling Rottum Beheer Rottumeroog en Rottumerplaat 20 11-2016 Datum 13 december 2010 Status Definitief Beheerregeling Rottum 2011-2016 Uitvoeringsafspraken t.a ,v. Beheer en Onderhoud platencompex Rottumeroog en Rottumerplaat Beheerregeling RoUum I 13 oktober 2010 Colofon Uitgegeven door Beheer en Adviescommissie Kustverdediging Rottumeroog en Rottumerplaat Informatie Rijkswaterstaat Noord-Nederland Waterdistrict Waddenzee Telefoon 0511-548484 Fax 0511-548400 Uitgevoerd door BAKR Opmaak G,T, Renkema- Weerd Cover Dick Spijker Vastgesteld door Rijkswaterstaat Noord-N ederland Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie Directe Regionale Zaken Noord Staatsbosbeheer regio Noord Provincie Groningen Geadviseerd door BA KR Datum 13 december 2010 Status Definitief Versienummer 1.0 Pagina 4 van 57 Beheerregeling Rottum I 13 december 2010 Inhoud 1. Inleiding 7 1.1 Aanleiding 7 1.2 Doelstelling 7 2. Betrokken partijen 8 3. Beleid en Wettelijk kader 9 3.1 Beheerplan Natura 2000 9 3.2 PKB Derde Nota Waddenzee (januari 2007) 10 3.3 Wettelijk kader 12 4. Gebied, waarden 17 4.1 Gebiedsbeschrijving 17 4.2 Waarden 17 5. Toegankelijkheid 19 5.1 Uitgangspunten 19 5.2 Excursies 19 5.3 Wetenschappelijk onderzoek 20 5.4 Werkbezoeken 21 5.5 Voorlichting I Media 21 5.6 Wadlooptochten 21 6. Beheer en Onderhoud 22 6.1 Ontwikkeling Beh eer 22 6.2 Taken Rijkswaterstaat 24 6.2. 1 Kustbeheer 24 6.2.2. Water(kwaliteits)beheer 24 6.2.3 Maatregelen RWS 25 6.3 Taken Staatsbosbeheer 26 6.3.1 Surveillance en Toezicht 26 6.4 Monitoring 26 6.4.1 Fysische metingen 27 6.4.2 Biologische metingen 27 7.
    [Show full text]
  • Meulmeester, A.M. De & J. Janssen (1996) Ontwikkelingen in Flora En Vegetatie Van Rottumeroog Sinds 1916. DLN 97: 55-61
    55 ^J^ Ton de Meulmeester & John Janssen Ontwikkelingen in flora en vegetatie van Rottumeroog en Rottumerplaat sinds 1916 Rottumeroog en Rottumerplaat zijn beide sterk in grootte en vorm veranderd sinds het bezoek van Thijsse in 1911-1916. Dat heeft ook grote gevolgen gehad voor flora en vegetatie. Welke veranderingen zijn er Voogd lag in puin tegen den grond en er zoal opgetreden en wat is de toekomst van werd een nieuw huis voor hem ge­ flora en vegetatie van beide eilanden? bouwd, alweer honderden meters oost­ waarts in het nieuwe duin. De tuin was door den stormvloed vernield en van al Thijsse vond bij een bezoek in 1916 aan van het eiland. Ondanks deze inspannin­ de boomen van vroeger was nu nog Rottum en de Plaat de toestand op Rot- gen is de oppervlakte van het eiland, in­ maar alleen een enkele vlierstruik over­ tum treurig, in tegenstelling tot wat hij clusief Zuiderduintjes, inmiddels terugge­ gebleven. Van het dijkje, dat het ooste­ zag op de Plaat. Aan de gehele westkant lopen tot ca 300 ha. In latere jaren zijn lijk en westelijk deel van het eiland ver­ van Rottum (= Rottumeroog) waren dui­ nog twee keer woningen door de zee ver­ bond was geen spoor meer over én de nen weggevaagd en ook de noordkant zwolgen, voordat in 1956 de huidige wo­ broedplaats van de Groote sterns is stuk had zwaar te lijden gehad. Het huis van ning werd gebouwd op een stuifduin tus­ gebeukt en weggevaagd. Het mooie wei­ de voogd, dat in 1911 nog midden op het sen paal 10 en 11.
    [Show full text]