za 12 november 2016 - 20 u - concertzaal

MANTELIUS ENSEMBLE, HELICON & LA PASSIONE O.L.V. JOS CUPPENS & GEERT HENDRIX KATRIEN BAERTS (SOPRAAN) BENOÎT GIAUX (BARITON) Ein deutsches Requiem

PROGRAMMA

Arnold Mendelssohn Passionsgesang op. 90 nr. 1

Felix Mendelssohn-Bartholdy Psalm 42 op. 42

Johannes Brahms Ein deutsches Requiem op. 45

Uitvoerders koren: Helicon (o.l.v. Geert Hendrix) en Mantelius ensemble (o.l.v. Jos Cuppens) orkest: La Passione solisten: Katrien Baerts (sopraan) en Benoît Giaux (bariton) algemene leiding: Jos Cuppens en Geert Hendrix TOELICHTING

Arnold Mendelssohn (1855-1933), Passionsgesang op. 90 nr. 1

Arnold Mendelssohn was een achterneef van - Bartholdy en de oudste van vijf kinderen. Tijdens de oorlog tussen Pruisen en Oostenrijk, verhuisde de familie in de zomer van 1866 naar Potsdam. Na de oorlog stierf zijn vader en zijn moeder verhuisde met de vijf kinderen naar Berlijn, waar hij pianoles kreeg van Carl August Haupt. In 1872 verhuisde Arnold naar Danzig, bij zijn oom. Daar ontstonden ook zijn eerste composities. Hij vereerde Mozart. Op aandringen van zijn moeder ging hij, na zijn middelbare studies, rechten studeren in Tübingen. Hij keerde echter terug naar Berlijn, waar hij hogere muziekstudies aanvatte.

In 1880 begon Arnold Mendelssohn aan de Neue Evangelische Kirche als organist en koordirigent. Samen met twee collega’s begonnen ze werk van Schütz en Bach opnieuw uit te voeren. In 1883 ging hij naar Bielefeld en een jaar later trok hij naar het conservatorium van Keulen, waar hij als leraar orgel en muziektheorie werkte. Hij werd bevriend met Engelbert Humperdinck, Herman Wette en Hugo Wolf. In 1912 gaf Arnold Mendelssohn in het Conservatorium van Frankfurt les in contrapunt aan Paul Hindemith. Deze laatste droeg zijn Bratschen- Konzert, op. 34/4 op aan Herrn Professor Arnold Mendelssohn. Hij componeerde o.a. 170 liederen, 3 symfonieën, koorwerken, kamermuziek en opera’s.

Felix Mendelssohn-Bartholdy (1807-1847), Psalm 42

De joodse Abraham Mendelssohn, vader van Felix, was een welgestelde bankier die zijn kinderen liet kennis maken met alle vormen van cultuur. Schrijvers, schilders en filosofen kwamen regelmatig over de vloer in hun huis te Berlijn. In 1816 besloot hij om zijn kinderen te laten dopen … om hen meer kansen te geven in de samenleving, en als gevolg van de 18de eeuwse Verlichting. Felix Mendelssohn is altijd jood èn christen geweest. Als hij een christelijk werk componeerde, koos hij een onderwerp dat stevig geworteld was in de joodse traditie … ook zo met Psalm 42, dat hij componeerde in 1837 tijdens zijn huwelijksreis. Een grote vakkundigheid en expressieve kracht spatten van de partituur. Het is een breed uitgesponnen werk, overwegend lyrisch introvert en ernstig van toon. Volgens zijn vriend Ferdinand Hiller vonden de tederheid en diepe pathos van het werk hun oorsprong in een totaal vertrouwen in God, in overeenstemming met het perfecte geluk dat Felix in die periode voelde.

Dit bijzonder werk, als het ware een klein oratorium, bestaat uit zeven delen. In de inleiding wordt een hert, dat naar water verlangt, vergeleken met de ziel die dorst naar God. De sopraanaria dialogeert met de hobo (geïnspireerd door Bach). Een recitatief leidt ons naar de tweede aria. Die suggereert het op weg zijn van de ziel, samen met de menigte (vrouwenkoor), naar het Huis van de Heer. Een tweede recitatief door de sopraan, leidt naar een kwintet, waarbij de sopraan vervoegd wordt door twee tenoren en twee bassen: de verontruste ziel, vergeten door God. Het slotkoor is een soort verlenging en versterking van het vierde deel, in de vorm van een indrukwekkende fuga, waarbij de componist net zoveel bewijs geeft van zijn muzikaal-technisch kunnen, als van zijn onwrikbaar vertrouwen in God.

Johannes Brahms (1833-1897), Ein deutsches Requiem nach Worten der Heiligen Schrift, op. 45

In februari 1933 huldigde Radio Frankfurt de 100ste verjaardag van de geboorte van Brahms met een radiovoordracht door niemand minder dan Arnold Schönberg. Dat is verbazingwekkend, want in vergelijking met Wagner werd Brahms beschouwd als een behoudsgezinde componist. Schönberg echter zag in Brahms een vooruitstrevende componist die constant op zoek was naar een meer vrije, vernieuwde muzikale taal.

Robert Schumann was een goede vriend van Johannes Brahms. In 1853 al -Brahms was toen 20 jaar- herkende hij het talent van de componist. Schumann schreef in zijn artikel ‘Neue Bahnen’ lovende woorden over Brahms, waarin hij hem aanspoorde een symfonie te schrijven. Brahms zal dit lang zien als een onmogelijke opgave, na de grootmeester Ludwig Van Beethoven. Toch schreef Brahms in 1854 drie bewegingen voor pianoduet, die hij wilde transformeren en orkestreren tot delen van een symfonie. Het zou echter nog tot 1876 duren eer hij zijn eerste symfonie zou voltooien. De eerste twee delen van het pianoduet werden uiteindelijk twee bewegingen van zijn eerste pianoconcerto (1857) en de derde beweging gebruikte hij als basis voor een treurmars met koor, dat in 1860 definitief het tweede deel van het Requiem zou worden.

De zelfmoordpoging van zijn goede vriend en mentor Robert Schumann in 1854, diens verblijf in de psychiatrie en diens overlijden in 1856 hadden zo’n diepe indruk gemaakt op Brahms, dat het hem inspireerde tot het schrijven van Ein deutsches Requiem. Het overlijden van Brahms’s moeder in 1865 zou hem ertoe aanzetten zijn Requiem af te werken. In 1861 had hij al een zeer persoonlijke keuze gemaakt van Bijbelcitaten. In 1865 schreef Brahms aan de weduwe van Schumann (Clara) over het eerste en vierde deel van ‘een soort Duits Requiem’: ‘Kijk met welke prachtige woorden het begint. Het is een koor in fa-groot zonder violen maar begeleid door harp en andere mooie dingen. Ik heb de tekst samengesteld op basis van passages uit de Bijbel. Ik hoop dat deze Duitse tekst jou even sterk zal bevallen als de gebruikelijke Latijnse. Ik wil er een soort geheel van maken en wens mezelf voldoende moed en energie om door te zetten.’

In de zomer van 1866 bestond het Requiem uit 6 delen (uivoering in Bremen, april 1868). Het ontbrekende deel voegde Brahms toe in 1868. Brahms is dan (nog maar) 35 jaar ! Men neemt aan dat hij dat deel al eerder klaar had, maar dat hij het dan pas de plaats toekende die hij het meest geschikt achtte (als deel vijf). Het gebeurde wel meer dat hij zijn composities lang liet rijpen en dikwijls bijschaafde.

Het gebruik van een Duitse vertaling van de Bijbel, was een bewuste keuze. Enerzijds verwijst het naar een grote vertrouwdheid met de Bijbelvertaling van Luther. Met het niet kiezen voor de Latijnse tekst van een Requiemmis plaatste Brahms zich in de Lutherse traditie van de treurmuziek. Na de uitvoering in Bremen spoorde de koordirigent Carl Reinthalen Brahms trouwens aan bepaalde tekstwijzigingen aan te brengen, zodat het werk meer zou beantwoorden aan de orthodoxe christelijke leer. Er werd bijvoorbeeld niet verwezen naar de kruisiging van Christus. In zijn antwoord wees Brahms dat radicaal van de hand. Het vermijden van al te sterke geloofssymbolen was zijn bewuste keuze geweest. En hij zou het Requiem zelfs graag ‘een menselijk Requiem’ hebben genoemd. Ook die keuze lag helemaal in de lijn van het Lutheranisme. In 1542 reeds had Martin Luther zich verzet tegen de angstaanjagende taferelen van het laatste oordeel en het afschrikwekkende hellevuur. Hij pleitte ervoor om tijdens een begrafenisdienst te mediteren met passages uit de Heilige Schrift als leidraad.

Anderzijds paste de keuze voor het Duits volledig in de politieke context van die tijd. Door de Oostenrijks-Pruisische oorlog werd in 1866 de tegenstelling tussen het protestantse noorden en het katholieke zuiden in alle scherpte duidelijk. Toen Pruisen in 1870 Frankrijk overwonnen had, werd het eengemaakte Duitse rijk gesticht met de Pruisische keizer Wilhelm en zijn kanselier Otto von Bismarck als machthebbers. De universele boodschap van de tekst en de muziek van Ein deutsches Requiem paste dan ook helemaal binnen die Duitse cultuur en religie.

De zeer persoonlijke keuze en de volgorde van de bijbelcitaten zorgen voor een combinatie, die Brahms toeliet een zeer persoonlijke boodschap mee te geven. Door een eigen tekstkeuze te maken, kon hij streven naar inhoudelijke samenhang en kon hij bepaalde beelden en thema’s onmiddellijk en met grote vrijheid muzikaal vorm geven.

Het zevendelig werk is symmetrisch opgebouwd rond het centrale rustige en verstilde vierde deel: een idyllische schets van het Koninkrijk Gods. De hoekdelen I en VII, twee zaligsprekingen, zijn verwant aan elkaar in tekst, muziek en sfeer: ‘Zalig zij die het leed dragen’ en ‘Zalig zijn de doden’. Het middendeel wordt omsloten door delen III en V, waarin telkens een solist optreedt. Beide delen zijn vanuit het perspectief van de individuele mens gedacht. Delen II en VI zijn algemener van aard en zijn de meest dramatische, met grote contrasten tussen pijn en vreugde, lijden en troost. Ze eindigen beiden in jubelende fuga’s. Deel I : Selig sind, die da Leid tragen (koor) Deel II : Denn alles Fleisch es ist wie Gras (koor) Deel III : Herr, lehre doch mich (koor en bariton-solo) Deel IV : Wie leiblich zind Deine Wohnungen (koor) Deel V : Ihr habt nun Traurigkeit (sopraan-solo) Deel VI : Denn wir haben hie keine bleibende Statt (koor en bariton-solo) Deel VII : Selig sind die Toten

De eerste drie delen behandelen eerder de vergankelijkheid van de mens, terwijl de laatste drie delen een troostvol uitzicht geven op eeuwig leven. Het vierde deel vormt het scharnier.

BRON: KRONIEK VAN HET REQUIEM (PIETER BERGÉ & JAN CHRISTIAENS) – EIN DEUTSCHES REQUIEM (KRISTOF BOUCQUET) – LIPSIUS LEUVEN 2011

KATRIEN BAERTS (SOPRAAN)

De Belgische sopraan Katrien Baerts staat bekend voor zowel haar krachtige en sensuele stem als voor haar diepgaande interpretatie en oprechte intensiteit.

In seizoen 16/17 zal Katrien onder meer het 'Stabat Mater' van Pergolesi brengen in het Concertgebouw Amsterdam en de 'Johannes Passie' met het Toonkunstkoor Amsterdam. Verder op het programma staan 'Les Illuminations' van Britten in Zwitserland en 'Pulse Shadows' van Birtwistle in een samenwerking van het Asko|Schönberg Ensemble met het Doelenkwartet en Maestro Reinbert de Leeuw. Daarnaast zal Katrien de sopraan solo vertolken in het muziektheaterstuk 'Die Fremden' van NTGent en de Ruhrtriënnale, en de rol van The Woman in 'House of the Sleeping Beauties' van Kris Defoort in Tokyo.

Aan De Nationale Opera te Amsterdam maakte Katrien haar debuut in een nieuwe productie van Lulu. Daarnaast vertolkte ze verschillende wereldpremières: in het Concertgebouw Amsterdam als Clara in Loevendies opera 'The Rise of Spinoza' en als de titelrol in Zuidams 'Suster Bertken'. In Jakarta Indonesië creëerde Katrien de titelrol in Prabowo's dans-opera 'Gandari'. Verdere rollen omvatten Micaëla in 'Carmen', Amina in 'La sonnambula', Despina in 'Così fan tutte', Miss Wordsworth in 'Albert Herring', Stimme des Falken en Hüter der Schwelle in 'Die Frau ohne Schatten' en Amore en Valletto in 'l'Incoronazione di Poppea'.

Haar concertrepertoire bevat onder meer de 'Grosse Messe in c minor' van Mozart, 'Die Jahreszeiten' van Haydn, Mahlers '4de Symfonie' en Mendelssohns 'Lobgesang' en dit met orkesten als het Koninklijk Concertgebouw Orkest, het Radio Filharmonisch Orkest, de philharmonie zuidnederland, the BBC Philharmonic Orchestra, the Chamber Orchestra of Europe en Klangforum Wien. Haar debuut aan het Barbican Center in London met muziek van Birtwistle werd erg enthousiast onthaald in de pers. Samen met Het Collectief bracht Katrien een tournee van haar laatste en wereldwijd geprezen album van Alban Bergs 'Sieben frühe Lieder' en de 'Maeterlinck Lieder' van Zemlinsky. In recitals is Katrien vaak te horen met haar pianist Bart Verheyen, met wie ze te gast was op verscheidene radiozenders en de Nederlandse nationale televisie.

Katrien is afgestudeerd aan de Dutch National Opera Academy en was geselecteerd om deel te nemen aan de 'International Lied Masterclasses' door Udo Reinemann en gastdocenten. Ze bereikte de halve finale van de Koningin Elisabeth Wedstrijd en behaalde een masterdiploma aan het Koninklijk Conservatorium van Brussel voor zowel zang als viool.

BENOIT GIAUX (BARITON)

Benoît Giaux behaalde eerst de diploma’s van Laureaat Piano en Muzikale Pedagogie aan het Institut Supérieur de Musique et de Pédagogie Musicale te Namen (IMEP). Daarna ging hij bij Greta De Reyghere zang studeren aan het Koninklijk Conservatorium van Luik, waar hij in 1995 zijn Eerste Prijs behaalde en in 1998 het Hoger Diploma Concertzang met grote onderscheiding. Aan de Internationale School voor Koordirectie van Namen volgde hij koordirectie in de klas van Pierre Cao (Luxemburg). Hij dirigeert sedert 1987 La Choraline, een jeugdkoor uit Namen, en sedert 1998 ook het jeugdkoor van de Koninklijke Muntopera te Brussel. Als lid van o.m. het Kamerkoor van Namen, het Wereldkoor van jeugd en Muziek, het Stuttgart Kammerchor, Collegium Vocale en het Ensemble Vocal de Bourgogne maakte hij vele internationale tournees en werkte hij mee aan meer dan twintig plaatopnamen. Hij vertolkt het concertrepertoire van renaissance tot hedendaags, met dirigenten als Philippe Herreweghe, , Frieder Bernius, Eric Ericson, Peter Philips, Marc Minkowski, Jean-Claude Malgoire, Erik van Nevel, e.a.

Nadat hij gedurende een tijd directeur was van het Internationaal Centrum voor Koormuziek te Namen, verdeelt hij momenteel zijn tijd tussen zijn functies van docent zang aan het IMEP, koordirigent en solist. Als internationaal solist zong Benoît Giaux onder leiding van o.m. Jean Tubery (La Fenice), Philippe Pierlot (Ricercar), Guy Van Waas (Les Agréments), Pierre Cao (Philharmonie de Lorraine) en Paul Dombrecht (Il Fondamento). In de Munt te Brussel maakte hij onlangs zijn debuut met La Rappresentatione di Anima et di Corpo van Cavalieri, terwijl hij in het Festival de Wallonie recent nog te horen was in de virtuoze rol van Polifermo in Aci, Galateo e Polifemo van Händel. Naast de recitals met Lieder en zijn geliefde Franse melodieën, zingt Benoît Giaux ook de grote repertoirewerken zoals het Requiem van Mozart, het Requiem van Fauré, de Mis en het Dixit Dominus van Händel, de Seizoenen en de Harmoniemis van Haydn, de Carmina Burana van Orff, Dido en Aenaes van Purcell (de rol van Aeneas), Elias van Mendelssohn, le Bal Masqué van Poulenc en de Mis in Si, de Johannespassie, het en vele cantates en missen van Bach.

GEERT HENDRIX (DIRIGENT)

Geert Hendrix is directeur Stedelijke Academie voor Muziek, Woord en Dans in Lier, voordien daar leraar koor, koordirectie, muziekgeschiedenis, symfonisch orkest. Docent inleiding tot de koordirectie, culturele stromingen, muziekgeschiedenis en dirigent groot koor aan het Koninklijk Conservatorium te Antwerpen. Gewezen docent filosofie aan de K.H.Kempen. Dirigent van Helicon, van de Kantorij ‘De Brug’ en diverse koorgroepen. Dirigent en artistieke leiding van het orkest ‘La Passione’. Gangmaker achter liturgische projecten i.s.m. Huub Oosterhuis en Liturgie Amsterdam. Enkele jaren jurylid van de internationale koorwedstrijd in Gorizia (Italië). Speciale liefde van J.S. Bach, J. Brahms en V. Nees. Wonend in een voormalig klooster, meewerkend aan opvang van illegalen, vluchtelingen en daklozen en mensen die, om welke reden dan ook, even rust behoeven. JOS CUPPENS (DIRIGENT)

Jos Cuppens begon zijn muzikale studies aan het Leuvense Lemmensinstituut, waar hij in 1975 het laureaatsdiploma Muziekpedagogie behaalde. Hij zette zijn studies verder aan het Koninklijk Conservatorium Brussel en behaalde Eerste Prijzen voor klarinet, koordirectie en fuga samen met het hoger diploma kamermuziek. Tussen 1982 en 1992 doceerde hij koordirectie aan het Koninklijk Conservatorium Brussel. Hij volgde regelmatig Master Classes bij befaamde dirigenten; zo heeft hij onder meer samengewerkt met Timothy Brown (Engeland), Eric Ericsson, Robert Sund (Zweden) en Frieder Bernius. Als lid van de muzikale adviescommissie Koor & Stem Limburg volgt Jos Cuppens het koorleven van zeer nabij en geeft geregeld "technische bijstand" aan Limburgse en Brabantse koren. Hij is ook nauw betrokken bij de opleiding van dirigenten in Limburg. Jos Cuppens gaf les aan het Stedelijk Muziekconservatorium van Hasselt (harmonieleer, vocaal ensemble, koordirectie) en de Haspengouwse academie van Sint-Truiden (klarinet, harmonie, samenspel en koorzang). Hij nam deel aan enkele Wereldsymposia voor Koormuziek. In 1993 was hij te gast in Vancouver (Canada), waar hij heeft kennisgemaakt met Imant Raminsh en zijn muziek; Ljubljana (Slovenië), Sydney (Australië 1996), in 1999 Rotterdam (1999 ) en in 2005 Kyoto (Japan). Verder was hij gastdirigent bij het Cathedral Boys Choir van Edmundsbury (Groot-Brittannië) en het koor Cantabile van Taichung (Taiwan). Als jurylid werkte hij onder meer in Nederland, Taiwan, Italië en Engeland. Zijn vriendschapsband met de befaamde Engelse componist John Rutter resulteerde in een schitterende samenwerking met enkele opmerkelijke premières en concerten. MANTELIUSENSEMBLE (KOOR)

Het Manteliusensemble werd in augustus 1985 in Hasselt opgericht en staat sindsdien onder leiding van dirigent Jos Cuppens. De naam van het koor herinnert aan één van de beroemdste zonen van Hasselt, namelijk de Hasseltse Augustijnenmonnik Jan Mantelius (1599-1676), een in zijn tijd internationaal gewaardeerd redenaar, predikant en de eerste geschiedschrijver van Hasselt.

In de loop der jaren verwierf het ensemble een aanzienlijke bekendheid en waardering, zowel in binnen- als buitenland. Het repertoire is veelzijdig en vernieuwend en omvat vier- tot twaalfstemmige religieuze en profane muziek van zowat alle genres en stijlperiodes, met een voorliefde voor oude en hedendaagse Vlaamse en Engelse meesters.

Ter gelegenheid van het eerste lustrum in 1990 concentreerde het Manteliusensemble zich op muziek van de Engelse componist John Rutter. Een bijzonder lustrumconcert uitgevoerd, in aanwezigheid van de componist zelf. Tijdens het jubileumconcert van 2000 stonden voor het eerst werken van de hedendaagse Canadees-Letse componist Imant Raminsh centraal, met op het programma enkele Belgische en zelfs Europese premières. Het hoogtepunt in 2005 was het concert op 5 november, gedirigeerd door Imant Raminsh, met een programma door hem samengesteld. In 2010 bracht het Manteliusensemble, samen met vier andere Limburgse koren "Ein deutsches Requiem", en vertolkte het ensemble het Requiem van Fauré en Lux Aeterna van Lauridsen. In 2012 werd het koor tweede laureaat op de provinciale koorwedstrijd Limburg en in 2013 pakte het ensemble uit met “American Explorations”, een programma met werk van o.a. Ola Gjeilo, Will Todd en Eric Whitacre. In het voorjaar van 2014 concerteerde het ensemble met internationale belangstelling onder leiding van de Engelse componist John Rutter. En in het najaar nam het koor deel aan het internationaal project “Thousand Voices for Peace” waarin 39 nationale en internationale koren in de Basiliek van Koekelberg een hommage brachten aan de vrede, ter herdenking van de Eerste Wereldoorlog. In 2015 behaalde het koor de eerste prijs op de provinciale wedstrijd. HELICON (KOOR)

Het koor Helicon werd opgericht in het begin van de jaren tachtig in Leuvense studentenkringen en het verhuisde in 1987 naar Lier, de thuishaven van Geert Hendrix. Er werd vanaf het begin op kwaliteit gewerkt. Het is moeilijk een vlag te vinden die het repertoire van helicon dekt. Dirigent Geert H. zegt het zo : “Het repertoire van Helicon omvat diverse perioden en spitst zich niet toe op één stijl. Het koor zingt van Barok (mn Schütz en Bach), over Romantiek (bv. Brahms, Mendelssohn, Stanford) tot hedendaags (Poulenc, Distler, maar met een speciale voorliefde voor de muziek van Vic Nees). Door de iets grotere bezetting kan er regelmatig dubbelkorig gezongen, en kan het koor goed functioneren met diverse instrumentale bezettingen. De ambitie van de groep is om zowel de ‘grote’ literatuur (wat vaak een forse en bewuste koorklank vraagt) als de verfijnde a-capellawerken (wat transparantie en toonprecisie vereist) goed op het podium te brengen. De muziek wordt vanaf de prille aanleerfase vanuit de woord/toonverhouding benaderd, wat misschien wel leidt tot een directe expressie. Deze expressie is één van de sterke kanten van het koor, getuige verschillende jury-verslagen van koorwedstrijden. De vocale acrobatie van de gepolijste klank is slechts een tweede betrachting, want zoals in elke kunst gaat het niet alleen om hoe je iets zegt, maar vooral om wàt je te zeggen hebt. Zoiets ontgaat zelden een aandachtig publiek!”

LA PASSIONE (ORKEST)

De oprichting van ‘La Passione’ in 2003 werd voorafgegaan door vele jaren waarin een aantal gedreven musici regelmatig in een losse orkestformatie de betere koren uit de regio begeleidden in het grote repertoire voor koor, solisten en orkest. Door het groeiend succes ontstond stilaan de noodzaak om een orkest te vormen met een vaste kern en een uitgebouwde structuur. Geboren in november 2003 kreeg de vzw La Passione vaste vorm en structuur in oktober 2004. Het uitgangspunt ligt nog steeds in de lijn van de oorsprong: La Passione is een professioneel orkest dat zijn diensten aanbiedt aan hoogstaande koren en solisten met als doel: muziek brengen naar een zo breed mogelijk publiek. Naast deze professionele kern krijgen jonge, getalenteerde muzikanten de kans om deel te nemen aan projecten. Zo kunnen zij degelijke orkestervaring opdoen. La Passione richt zich dus vooral tot koren en solisten. Vooral vanaf 2005 kreeg La Passione bekendheid als een kwalitatief begeleidingsorkest en nam het aantal opdrachten in en buiten Lier gestaag toe. Onder de artistieke leiding van Vera Van Eyndhoven en Geert Hendrix – en in een geprivilegieerde samenwerking met de Chorale (Antwerpen) en het koor Helicon (Lier) vonden heel wat gesmaakte projecten plaats. De grote Bach-werken, maar ook Haydn, Mozart, Mendelssohn, Beethoven, Brahms, Orff, Verdi en vele anderen werden aan het repertoire van het orkest toegevoegd. Samenwerkingen met verschillende koren resulteerden in vele producties. Door het vast engageren van een aantal musici krijgt de orkestklank een grotere solide eenheid. Dit wordt door de leiding van het orkest resoluut gekoppeld aan een grote musiceervreugde, onderlinge collegiale sfeer en een wil tot constructieve en positieve samenwerking met de koren die het orkest engageren. Qua bezetting kan La Passione variëren van een strijkersensemble tot een groot symfonisch orkest.

TEKSTEN

Ein deutsches Requiem Johannes Brahms (1833-1897)

Nederlandse vertaling: Alex van Heusden

1. Koor Selig sind, die da Leid tragen, Gelukkig de bedroefden denn sie sollen getröstet werden. want zij zullen worden getroost. (Matteüs 5:4)

Die mit Tränen säen, Wie zaait in tranen werden mit Freuden ernten. zal oogsten in vreugde. Sie gehen hin und weinen Zij gaan hun weg en wenen, und tragen edlen Samen, zij dragen edel zaad, und kommen mit Freuden in vreugde komen zij thuis und bringen ihre Garben. met volle schoven. (Psalm 126:5-6)

2. Koor Denn alles Fleisch es ist wie Gras Alle vlees is als gras und alle Herrlichkeit des Menschen en zijn heerlijkheid wie des Grases Blumen. als een bloem in het gras. Das Gras ist verdorret Het gras verdort, und die Blume abgefallen. de bloem valt af. (1 Petrus 1:24)

So seid nun geduldig, liebe Brüder, Wees nu geduldig, lieve broeders, bis auf die Zukunft des Herrn. tot de aankomst van de heer. Siehe, ein Ackermann wartet Zie, de landman wacht auf die köstliche Frucht der Erde op de kostbare oogst van zijn land und ist geduldig darüber, en bewaart zijn geduld bis er empfahe den Morgenregen tot de morgenregen is gevallen und Abendregen. en de avondregen. So seid geduldig. Wees dus geduldig. (Jakobus 5:7-8) Denn alles Fleisch es ist wie Gras Alle vlees is als gras und alle Herrlichkeit des Menschen en zijn heerlijkheid wie des Grases Blumen. als een bloem in het gras. Das Gras ist verdorret Het gras verdort, und die Blume abgefallen. de bloem valt af. Aber des Herrn Wort bleibet Maar het woord van de heer blijft in Ewigkeit. voor altijd en eeuwig. (1 Petrus 1:24-25)

Die Erlöseten des Herrn De vrijgekochten van de heer werden wiederkommen, keren terug, und gen Zion kommen mit Jauchzen; met gejuich komen zij aan in Zion. Freude, ewige Freude Vreugde voor altijd wird über ihrem Haupte sein; zal zijn op hun hoofden, Freude und Wonne werden sie ergreifen, blijdschap en vreugde worden hun deel, und Schmerz und Seufzen wird weg verdriet en lijden nemen de wijk. müssen. (Jesaja 35:10)

3. Koor met baritonsolo Herr, lehre doch mich, Geef mij, heer, te weten dass ein Ende mit mir haben muss, mijn einde, und mein Leben ein Ziel hat, wat de maat van mijn dagen zal zijn, und ich davon muss. wanneer ik gaan moet. Siehe, meine Tage sind einer Hand breit Zie, mijn dagen - een handbreed vor Dir, voor jou, und mein Leben ist wie nichts vor Dir. mijn leven - als niets voor jou. Ach, wie gar nichts sind alle Menschen, Ach, wij mensen zijn volstrekt nietig, die doch so sicher leben. zo stevig als wij nu staan. Sie gehen daher wie ein Schemen, Zij gaan hun weg als een schaduw, und machen ihnen viel vergebliche vergeefs hun handel en wandel; Unruhe; zij vergaren en weten niet - sie sammeln und wissen nicht, wie gaat er mee heen? wer es kriegen wird. En nu, heer, waarmee zal ik mij Nun, Herr, wes soll ich mich trösten? troosten? Ich hoffe auf Dich. Ik hoop op jou. (Psalm 39:5-8) Der Gerechten Seelen sind in Gottes De zielen der gerechten zijn in Gods hand, Hand geen kwelling zal hen deren. und keine Qual rühret sie an. (Wijsheid 3:1)

4. Koor Wie lieblich sind Deine Wohnungen, Hoe lieflijk zijn jouw woningen, Herr Zebaoth! heer der ordeningen! Meine Seele verlanget und sehnet sich Mijn ziel verlangt en smacht nach den Vorhöfen des Herrn; naar de voorhoven van de heer; mein Leib und Seele freuen sich mijn lichaam en ziel verheugen zich in dem lebendigen Gott. over de levende God. Wohl denen, die in Deinem Hause Gelukkig wie wonen in jouw huis, wohnen, die jou loven daar altijd. die loben Dich immerdar. (Psalm 84:2-3.5)

5. Koor met sopraansolo Ihr habt nun Traurigkeit; Nu zijn jullie nog bedroefd, aber ich will euch wiedersehen, maar ik zal jullie terugzien und euer Herz soll sich freuen, en je hart zal zich verheugen und eure Freude soll niemand en niemand neemt von euch nehmen. je vreugde van je weg. (Johannes 16:22)

Ich will euch trösten, Ik zal jullie troosten wie einer seine Mutter tröstet. zoals iemand zijn moeder troost. (Jesaja 66:13)

Ich habe eine kleine Zeit Een korte tijd slechts Mühe und Arbeit gehabt heb ik mij moeten inspannen und habe grossen Trost gefunden. en heb grote troost gevonden. (Sirach 51:27)

6. Koor met baritonsolo Denn wir haben hier keine bleibende Want hier hebben wij geen blijvende stad, Statt, sondern die zukünftige suchen wir. daarom zoeken wij de toekomstige. (Hebreeën 13:14) Siehe, ich sage euch ein Geheimnis: Zie, ik zeg jullie een geheim: Wir werden nicht alle entschlafen, wij zullen niet allen ontslapen, wir werden aber alle verwandelt werden; wij zullen allen worden veranderd und dasselbige plötzlich in einem in één ondeelbaar ogenblik, plotseling, Augenblick, bij de laatste bazuin. zu der Zeit der letzten Posaune. Dan zal de bazuin schallen Denn es wird die Posaune schallen en de doden worden opgewekt, und die Toten werden auferstehen onvergankelijk, unverweslich; en wij zullen worden veranderd. und wir werden verwandelt werden. Dan zal worden vervuld het woord Dann wird erfüllet werden das Wort, dat geschreven staat: das geschrieben steht: ‘Verzwolgen is de dood door de ‚Der Tod ist verschlungen in den Sieg. overwinning. Tod, wo ist dein Stachel? Dood, waar is je angel? Hölle, wo ist dein Sieg?‘ Onderwereld, waar is je overwinning?’ (1 Korintiërs 15:51-52.54-55)

Herr, Du bist würdig Heer, jij bent waardig zu nehmen Preis und Ehre te ontvangen de heerlijkheid en de eer und Kraft, en de macht denn Du hast alle Dinge erschaffen, want jij hebt alles geschapen. und durch deinen Willen haben sie das Door jouw wil was het Wesen en werd het geschapen. und sind geschaffen. (Openbaring 4:11)

7. Koor Selig sind die Toten, Gelukkig zijn de doden die in dem Herrn sterben, die sterven in de heer, von nun an. van nu af. Ja der Geist spricht, Ja, de geest zegt dass sie ruhen von ihrer Arbeit; dat zij rusten van hun werk denn ihre Werke folgen ihnen nach. want hun werken volgen hen na. (Openbaring 14:13)

VOLGENDE CONCERTEN

vr 18 nov 2016 - 21 u ENSOR STRIJKKWARTET & JAN DECLEIR (VERTELLER) Les Vendredis

De schoonheid van muziek is grenzeloos. za 19 nov 2016 - 20 u Het aanbod concerten lijkt dat soms ook. NATIONAAL ORKEST VAN BELGIË Daarom start CCHA met een nieuwe club, SERGEY KHACHATRYAN (VIOOL) waar net iets meer gebeurt en plaats en Bruch, Brewaeys & Dvorák ruimte wordt gemaakt voor ontmoetingen. Allereerst loodst de Club je door acht niet- di 29 nov 2016 - 20 u symfonische passages: van solo tot opera. CHIAROSCURO QUARTET Van 1300 tot 1941. Naast de onbesproken Rosamunde kwaliteit van programma’s en uitvoerders kan je voor en na, of tussenin, rekenen op za 10 dec 2016 - 20 u een extra: een drankje, een informele babbel symphoniaASSAI met de musicus of componist, een passende Nordiske lyder/Scandinavische muziek film, een onverwachte ontmoeting. voor strijkers Welkom op onze clubconcerten! za 17 dec 2016 - 20 u zo 04 dec 2016 - 11 u - stadhuis L’ARTE DEL MONDO & CLUB#3 DUO SYBRANDUS (GITAARDUO) KNAPENKOOR GÜTERSLOH Tic-toc choc ou la révolte des maillotins MICHAEL MOGL TENOR JENS HAMANN BAS vr 20 jan 2017 - 20 u - parketzaal Magnificat van J.S. Bach CLUB#4 CLARON MCFADDEN & TRIO MASSOT-FLORIZOONE- do 22 dec 2016 - 20 u HORBACZWESKI AQUARIUS Secrets Magnificat van Arvo Pärt do 09 feb 2017 - 20 u - parketzaal zo 08 jan 2017 - 11 & 15 u CLUB#5 ANNELEEN LENAERTS (HARP) deFILHARMONIE & & QUATUOR ZAÏDE LORENZO GATTO (VIOOL) Fantastische vertellingen Nieuwjaarsconcert