<<

Wadden route Harlingen – Jade – Helgoland -de Eider gevaren door Dirk van Loo in 2016

Deze route is mogelijk voor schepen tot een diepgang van 1,20 meter. Een schipper met tijd kan alles in dagtochtjes doen.

Voor schepen tot 150 cm is de route vanaf naar mogelijk via de Oosterom en de Blauwe Balg. Vanaf Ameland naar is het Pinkegat het ondiepste stuk, secuur rekenen is daarbij noodzakelijk rekening te houden met het aantal dagen na springtij en mogelijke verlaging.

De routes worden regelmatig gelood door RWS en die resultaten zijn terug te vinden op de site van de Wadvaardersvereniging, https://www.nautin.nl/wb/pages/getij/dieptestaat-----wadden.php Voor de Duitse wadden kan je deze vinden op de site http://www.wattenschipper.de/Aktuelles.htm Print deze gegevens uit, zodat je er aan boord altijd over kan beschikken. De aangegeven dieptes in de kaart naast de routes zijn niet betrouwbaar en kunnen jaren oud zijn. Om je eigen routes te nemen over zandplaten is kennis van het waddenzeilen een vereiste.

Let op er worden twee manieren gebruikt om de posities aan te geven: 1. GMS, graden, minuten, seconden bv 53°16.502’N 2. DG , decimale graden bv N53.28062 (via GoogleMaps) Dit zijn beide dezelfde posities (Kimstergat), maar op een andere manier weergegeven.

4° 30’ 35” omrekenen naar DG gaat als volgt: De 35” seconden omzetten in decimalen van een minuut gaat als volgt: 35/60 optellen bij de 30´minuten geeft dus 4º 30,583 Andersom kan ook: neem 4,5097 daar trekken we de hele graden van af (getal voor de komma) blijft dus 0,5097 om nu de minuten en seconden te vinden vermenigvuldigen we 0,5097 met 60 dat wordt dan 30,582 ofwel we hebben nu 4º 30,582 nu trekken we de minuten hier weer even af (getal voor de komma) en vermenigvuldigen we de rest 0,582 weer met 60 ofwel 0,582 x 60 = 34.92 Totaal wordt het nu dus 4º 30´ 34.92”

Dieper stekende schepen die zee willen vermijden kunnen vanaf Delfzijl starten.

Wat kaarten betreft zijn de kaarten van NV. Atlas het beste. De Navionics op de plotter zijn in deze gebieden heel onbetrouwbaar. Bijvoorbeeld: In 2016 lag de aanloopton van de Eider b.v. 2 mijl verder mijn Navionicskaart (2016) op mijn plotter aangaf, terwijl de kaart van NV Atla, DE10, uit 2015 wel de juiste positie aangaf. Op de plotter vertrouwen is niet aan te raden. Blijf vooral naar de tonnen en prikken kijken, want die worden in sommige gebieden regelmatig verplaatst i.v.m. veranderingen in die gebieden.

Tussendoor ankeren of droogvallen en een tij overblijven is het echte genieten van het wad. Er zijn veel diepere stukken tussen droogvallende banken waar je prima kan ankeren en ook bij flinke wind geen last hebt van wat hogere golven. Zorg wel dat je vrij blijft van de randen van de banken, anders kan je heel scheef komen te liggen en blijf ook weg van de zeegaten.

Houd bij het berekenen van de noodzakelijke diepte voldoende water (ruimte) onder de kiel. Ik reken altijd 20 cm extra en bij zeegaten minimaal 50 cm tot 100 cm. In de zeegaten kunnen flinke golven lopen en de bodem bestaat door de stroming uit een harde zandgrond.

1 1. Harlingen – Ameland (afstand 22 mijl) Vertrekken vanuit Harlingen naar het Kimstergat

Het Kimstergat is zelfs voor schepen met een diepgang van 1,20 M niet altijd mogelijk. Let dus op bij extra verlaging en bij doodtij is dit af te raden. Met een diepgang van 1.00 M is het meestal wel mogelijk.

Voor de diepere schepen is een route via Terschelling – Oosterom – Blauwebalg – Borndiep – Molengat naar Nes (Ameland) een goed alternatief.

Vertrek 2,5 uur voor hoogwater vanuit de buitenhaven van Harlingen.

Afstand Harlingen – Kimstergat 6 mijl

Het wantij zit tussen de K28 naar de V13-K30 (N53.28062 – E5.52033)

Als je vastloopt, omdat je iets te vroeg bent weggegaan, ga dan even voor anker, liefst buiten de geul, zodat je geen hindernis bent voor ondiepere schepen die er wel over kunnen. De kielschepen moeten ervoor zorgen de ondieptes te passeren met rijzend water. Eventueel vastlopen is dan ook geen probleem: je komt vanzelf weer los! Wel het anker uitzetten met voldoende ketting om te voorkomen dat je steeds verder op een bank gezet wordt. Geniet van de omgeving. Het is ook een goed moment om koffie te zetten e.d. Niet gaan ploegen door met motorgeweld toch over het Wantij te komen. Met een peilstok even bijhouden wat de rijzing is. Neem bijvoorbeeld een uitschuifbare hengel met een plakbandje om de 20 cm. De dieptemeter is over het algemeen onbetrouwbaar in deze omstandigheden, meestal geeft die dan allerlei onwaarschijnlijke dieptes aan.

Vanaf de scheidingston V13 – K40 ga je over het Vingegat, de ondiepte zit daar tussen ton V23 – V27 (N53.32041 – E 5.5386). Als je hier komt na het Kimstergat, is passage mogelijk.

Afstand Kimstergat – Vingegat 5 mijl.

Na het Vingegat volg je de Kromme Balg vanaf de Kb 19 steek je over naar het Molengat Mg2.

Je kan ankeren in de Ballemerbocht voor de Gele paal 53°25.973'N-005°45.593'. Let op de rand van de geul, want die loopt stijl op, droogvallen kan daar ook prima (met wind vanuit van NW tot NO). Afmeren in de haven van Ameland is altijd mogelijk, diep genoeg tot 1,60 m.

2. Ameland – Lauwersoog (afstand 20mijl)

Zuiderspruit – Pinkegat – Friesche wad – Wierumerwad - Paesenrede

Vertrek 2 uur voor hoogwater Ameland.

Je kan er ook voor kiezen om eerst naar Schiermonnikoog te gaan. Vertrekken vanuit Schiermonnikoog om verder het Oostelijk wad op te gaan is minder handig, omdat je bij vertrek uit Schier moet wachten op HW vanwege de ondiepte in de haven. Vertrek vanuit de buitenhaven van Lauwersoog is 24 uur per dag mogelijk.

2 Pinkegat ondiepte tussen PG6 en PG8 (N53.42732 - E5.93251) Je kan er overheen van twee uur voor tot twee uur na laagwater (afhankelijk van je diepgang).

Friese Wad ondiepte tussen FW13 en WW1 (N53.42008 - E5.99080)

Wierumerwad ondiepte tussen WW7 – WW3 (N53.41683 – E5.99988) Wierumerwad ondiepte tussen WW15 – WW25 (N53.42464 – E6.04491)

Paesrede ondiepte tussen PR5 – PR7 (N53.43305 – E6.088117)

3. Lauwersoog – (afstand 25 mijl)

Vertrek vanuit Lauwersoog (buitenhaven) 2 uur voor HW Lauwersoog

Direct vanuit Lauwersoog stuurboord uit door de Oort naar de Groningerbalg (Poepegat) vanaf de GB2 (53° 25.485’N - 006°15.101’E gele stompe ton naar de GB10 nabij de LW4.

Verderop nabij de gele kunststof sparboei LW-A1 ligt de route via de gele tonnen naar de groene kunststof sparboei LW3.

Deze routes is uitdrukkelijk alleen beschikbaar als de wit-rood kleurwisselende lichten op de gele palen van de schietrange Marnewaard uit zijn. Vraag bij twijfel informatie op bij de zeeverkeerspost Schiermonnikoog via marifoonkanaal 5.

Als dit gebied niet toegankelijk is moet je via de groene tonnen in de Oort Vanaf de O5 naar de O19 en daarna via de Rode LW 2 (Lutjewad) tot aan de LW 20.

Daarna is het vervolg voor beide routes hetzelfde.

Het wantij op het Lutjewad ligt tussen LW28 en LW38 (N 53.44121 – E 6.37860)

Ben je over het eerste deel van de route (voor HW) dan kan je ook over het tweede deel.

Afstand Lauwersoog – Lutjewad wantij = ongeveer 7 mijl.

Het Lutjewad gaat over in de Spruit en daar staat voldoende water.

Bij de scheidingsboei SP11 – PW2 (Pieterburenwad) staat bij HW al snel 150 cm water bij springtij 200 cm), daarna ga je verder naar de PW4 tot de PW 12 en vervolgens naar de RG 3 en RG4.

Heb je meer water nodig (ben je te laat), dan kan je ervoor kiezen om de spruit uit te varen tot het zeegat tussen en om vandaar via Lauwers naar de Zuidoost Lauwers te varen. Bij harde noordelijke winden is het water daar in het zeegat behoorlijk onrustig. Dit is een flink stuk om en een tijstop is dan wel noodzakelijk om het wantij van het ZOL te kunnen passeren (staat maximaal tussen de 210 cm [springtij] en 160 cm [doodtij]) Je kan dan prima ankeren iets voorbij de ZOL15. Daar lig je rustig tussen de zandbanken en kan je genieten van het Wad bij laagwater.

Ondiepe schepen kunnen gelijk door over het wantij van het ZOL tussen ZOL46 en ZOL50 (N53.47997 - E6.63630). Als het intussen hoogwater geweest, is moet je goed uitrekenen of je er wel overheen kan. Anders is het noodzakelijk een tijstop te maken. (zie het vorige schuingedrukte stukje) 3 Met een diepgang van 100 cm is het heb ik altijd nog kunnen doorvaren.

Er is nog wel een droogvallende haven voor het wantij. Dat is Noordpolderzijl, te bereiken vanaf de scheidingboei ZOL 17 – VN 2. Deze haven is alleen toegankelijk voor zeer ondiepe schepen (boven 70 cm diepgang af te raden) en zelfs dan is het niet eenvoudig. De geul is zeer smal en passeren is niet mogelijk. Via kanaal 10 informeren of er uitgaande vaart is vanuit Noordpolderzijl is sterk aan te raden. Navragen bij verkeerspost Schiermonnikoog (kanaal 5) om na te gaan of de geul niet verzand is kan hier ook geen kwaad.

Afstand Lutjewad – ZOL46 ongeveer 10 mijl.

Het Lutjerwad gaat over in de Ra R2 tot en met R24, welke uitkomt in de Oude Westereems. In de Ra is het prima ankeren om een tijstop te maken, ook bij harde wind is het water daar betrekkelijk rustig.

Vanaf de Oude Westereems naar Borkum moet je de Alte Eems afvaren tot A2 om de Meeuwenstaart heen. Er is ook een doorvaart over de Meeuwenstaart tussen de A8 en A10, maar die is erg smal met een dwarsstroom dus alleen voor de ervaren wadvaarders te overwegen.

Vanaf de A2 kan je de Westereems oversteken naar de rode kant, maar blijf wel buiten de vaargeul (oostzijde rode tonnen) om naar de Fischerbalje te varen. Let op de dwarsstroom bij het invaren van de Fischerbalje en vaar tussen de Kardinale boei en de groene ton F1. Blijf tussen rood en groen en let op de veerboot, die regelmatig de Fischerbalje in- en uitvaart.

De Eems De Eems is ook getijdenwater en woelig vergeleken met de Waddenzee. Het stroomt er harder (drie tot vier knopen) en er is veel vaarverkeer: veerboten van en naar Borkum vanuit Emden, Delfzijl of Eemshaven, vrachtschepen en viskotters. Zij kunnen onaangename golfslag veroorzaken die het stroom-windpatroon doorbreekt. • Luister uit op marifoonblokkanaal 20 of 21. • Op de Eems is het mogelijk om buiten het betonde vaarwater te varen. Maar let op: het varen aan de verkeerde zijde binnen het betonde vaarwater kan je een flinke bekeuring kosten. • Houd in dit vaarwater rekening met in- en uitgaande zeeschepen, veerdiensten en zandzuigers. • Op de Eems is de Duitse verkeersdienst Eems Traffic verantwoordelijk (marifoonkanalen 18, 20 en 21). • Hier geldt het Scheepvaartreglement Eemsmonding.

Als je verder het Duitse wad op wil kan je het beste in de tweede haven, ‘Burkanahafen’, gaan liggen. In de eerste haven, ‘Port Henry’, val je op veel plaatsen droog en er ligt een drempel voor, dus heb je redelijk wat water nodig om te kunnen vertrekken. (Port Henry is nog steeds en zeker al 30 jaar een vervallen haven met roestige en gammele steigers).

In de Burkanahafen bevindt zich een verenigingshaven met drijfsteigers als je direct na de ingang bakboord uit gaat. De steigers bevinden zich tegen de westelijke wal en de groene boxen zijn vrij (melden bij de kroeg op de wal). Aanleggen aan de grote pontons is niet toegestaan. Aan de noordzijde in de haven zijn drie grote pontons, waartussen de twee oostelijke wel afgemeerd mag worden (ook havengeld verschuldigd), maar daar lig je met zuidelijke winden wel behoorlijk te deinen. Doorvaren vanuit de Fischerbalje naar het Borkmer Wattfarrwasser om daar te ankeren of droog te vallen is een goed alternatief. Aan het einde van de beboeiing/begin van de prikken lig je prima tussen hoge zandbanken.

4 Op de Duitse wadden eilanden wordt bovenop het havengeld ook Kurtax berekend en dit kan oplopen tot € 3 p.p. Vaak wordt het bij verblijf voor één nacht niet berekend, maar daarna wel. In de verenigingshaven op Borkum heb ik het nooit Kurtax hoeven betalen, maar aan de Pontons (Rijkshaven) weer wel en op wordt het ook over de eerste nacht berekend.

Voor de diepere schepen is de route via de Eemshorn (53°28.903’N - 006°53.888’E) naar aan te bevelen, na een tijstop (overnachting achter je anker) kan je met rijzend water naar de Osterems . Vanaf Delfzijl is het ook mogelijk, maar dan is een tijstop voor 037 bij de Osterems aan te bevelen, om te voorkomen dat je vanuit Delfzijl tegen de stroom op naar de Eems moet varen.

4. Borkum – Juist ongeveer 15 mijl.

Dit wordt wadden varen langs de prikken, deze zijn op de Nederlandse wadden bijna verdwenen maar worden op de Duitse wadden nog volop gebruikt. Veelal rode prikken, dus met de takken wijd uiteen en vaak zit er ook een rood plakband omheen. Bij de groene zijn de takken bij elkaar gebonden (gelijk aan spitse tonnen). Bij het begin en het einde van de geul met prikken staan er meerdere (veelal) 3 bij elkaar.

Borkum – (5 mijl)

Borkumer Farrwasser – Hornsbalje Het Borkumer Farrwasser (Borkumer Watt) is tussen de 200 cm en 160 cm diep bij hoogwater.

Start 2 uur voor HW Borkum bij het begin van Borkumer Watt (53°34.785’N - 006°45.541’E). Deze route is voorzien van prikken. Let goed op: soms is er een stuk gevaren en dan steekt er nog net een stompje boven water. Hornsbalje is diep genoeg (tussen de tonnen). Ga niet te snel stuurboord uit, want er ligt een flinke zandplaat aan de oostzijde van de geul. Dus blijf de rode tonnen volgen tot in de buurt van de scheidington O15/F16. Tussen Borkum en de Memmert kunnen er bij NW flinke golven lopen

Via Memmertbalje naar M6B/NL2. Er zijn 2 routes naar Juist. Eén via Nordland Fahrwasser (rode NL tonnen met daarna prikken) en één over Juister Wattfahrwasser. De route over Juister Wattfahrwasser is iets dieper. Blijf de rode ton en van de Memmertbalje volgen tot aan scheidingsboei M10A/J2. Blijf de J tonnen volgen en na de J14 gaat het over in prikken (let op: bij laatste prikken staan groene prikken, die je stuurboord moet houden).

De haveninvaart begint aan het einde van een strekdam met daarop een paal als Oostelijke Kardinaal. Daar wel omheen varen als je uit westelijk richting komt, anders loop je vast op de strekdam. Vanuit het Oosten niet de bocht afsnijden, maar doorvaren tot de geul en voor de strekdam stuurboord uit de geul in. Direct na de havenentree is aan stuurboord de ingang (tussen de damwanden) naar de jachthaven. Let op de prikken, want er liggen daar zandbulten. De jachthaven is erg ondiep. Als je er niet in kan, mag je het tij afwachten in de voorhaven (die is dieper) aan bakboordwal. In de jachthaven val je droog (in de blub) en kan je pas + 1 uur voor HW vertrekken. Op Juist is het ongeveer 30 minuten later HW dan op Borkum.

5. Juist – Greetsiel ongeveer 15 mijl

Greetsiel is een leuke plaats om aan te doen (aan de vaste wal) en makkelijk aan te varen vanuit Juist. 5

Bij vertrek vanuit Juist kan je vanuit de geul rechtdoor over de zandplaat doorvaren naar de Memmertbalje M8. Als je dat niet wil doen is dezelfde route als op de heenweg natuurlijk een veilige optie.

Vanaf de Memmertbalje zijn er 2 routes mogelijk, 1. Bij de Memmertbalje oversteken naar de Bantsbalje en vanaf BB29 de groene tonnen volgen over het Kopersand. Vanaf de BB 10 naar de BB5/L17 door varen tot aan de sluis. De sluis wordt (zeker) bediend van 2 uur voor tot 2 uur na hoogwater. Het kanaal blijven volgen ( + 3mijl ) en bij de splitsing stuurboord uit. Bij het aanvaren van de (verenigings)jachthaven: zuidelijk invaren tot aan de Houseboat, waar je langs de steiger kan afmeren. 2. Voor de wat diepere jachten vanaf M8 ongeveer 2 mijl naar het oosten tot de scheidingboei O20/M1. De Osterems volgen tot de O23 en daarna de Bantsbalje in vanaf BB2 tot aan de BB8. Daar de Greetsieler Legde in bij scheidingston BB5/L17 door varen tot aan de sluis. Vanaf hier is hetzelfde als bij route 1.

Je kan Greetsiel natuurlijk overslaan en direct vanaf Juist naar Norderney.

Dan ga je vanaf scheidingsboei M10A/J2 de Memmert Wattfahrwasser verder volgen tot aan de M20A. Daarna de prikken volgen over het wantij (N53.65606 – E7.06972) diepte maximaal tussen de 300 cm en 250 cm bij HW bij doodtij. Een tijstop is goed te maken voorbij de M14 (53°38.557’N - 007°02.357’E). Daar blijft bij LW zeker 200 cm water staan, ook bij harde wind rustig water tussen de zandbanken. Vanaf de M14 over het wantij (N53.65606 – E7.06972) de prikken volgen. Diepte maximaal tussen de 300 cm en 250 cm bij HW bij doodtij, doorvaren tot aan de scheidingston B5/M32. De diepste route loopt over het Busetief de rode ton B4, daarna doorvaren tot voorbij de D7A (Dovetief). Te snel stuurboord uit naar de scheidingston D9/B2 kan een vastloper op de zandbank tot gevolg hebben. In het zeegat bij Norderney kan bij noordelijke winden een flinke zee staan. Na 2 mijl in het Riffgat kom je weer in rustig water.

6. Greetsiel – Norderney ongeveer 20 mijl

Het is van belang om na HW te vertrekken uit de sluis om stroom mee te krijgen. De route is hetzelfde als op de heen reis er moet wel een tijstop gemaakt worden voorbij de M14 zoals hiervoor aangegeven. Het is zeker geen straf om het HW af te wachten tussen de droogvallende banken. Vanaf de M14 over het wantij (N53.65606 – E7.06972) de prikken volgen. Diepte maximaal tussen de 300 cm en 250 cm bij HW bij doodtij, doorvaren tot aan de scheidingston B5/M32. De diepste route loopt over het Busetief de rode ton B4, daarna doorvaren tot voorbij de D7A (Dovetief). Te snel stuurboord uit naar de scheidingston D9/B2 kan een vastloper op de zandbank tot gevolg hebben. In het zeegat bij Norderney kan bij noordelijke winden een flinke zee staan. Na 2 mijl in het Riffgat kom je weer in rustig water. De haven van Norderney is één van de meeste beschutte havens van het Duitse wad, in het hoogseizoen is het er vaak heel druk en is het zoeken naar een plekje.

6 6a. Delfzijl – Norderney ongeveer 35 mijl

Deze route wordt veel gebruik door de dieper stekende jachten die vanaf Denemarken binnendoor vanaf Norderney naar Delfzijl gaan en de Duitsebocht met westelijke winden zoveel mogelijk willen vermijden. Daarna via Delfzijl binnen door de staandemastroute te volgen tot en met een diepgang tot + 180 cm.

Vanaf Delfzijl naar Eemshorn (53°28.903’N - 006°53.888’E) = ongeveer 15 mijl. Vanaf de Osterems bij de O42 naar het wantij O38 (N53.50145 – E006.03736) diepte maximaal + 300 cm bij HW en 250 cm bij doodtij. De Osterems blijven volgen tot aan de scheidington O20/M2, daarna richting M14 en doorvaren tot aan de scheidingston B5/M32. De diepste route loopt over het Busetief de rode ton B4, daarna doorvaren tot aan de D7 (Dovetief). Te snel stuurboord uit naar de scheidingston D9/B2 kan een vastloper op de zandbank tot gevolg hebben. In het zeegat bij Norderney kan bij noordelijke winden een flinke zee staan. Na 2 mijl in het Riffgat kom je weer in rustig water. De haven van Norderney is één van de meeste beschutte havens van het Duitse wad, in het hoogseizoen is het er vaak heel druk en is het zoeken naar een plekje.

7. Norderney – – Wangeroog.

Als je niet te diep steekt kan je in één keer doorvaren naar Spiekeroog over de verschillende wantijen.

Naar Balrum ongeveer 10 mijl, het Riffgat uitvaren in Oostelijke richting, vanaf D38 beginnen de prikken van het Noderneyer Wattfahrwasser (diepte ongeveer 220 tot 170 cm bij HW bij doodtij). Doorvaren tot de scheidingboei D19/B2. De haven van Baltrum is een kleine haven met drijfsteigers. Tegen de wal val je daar droog. Ten oosten van de haven kan je prima droogvallen.

Baltrum – Langeoog ongeveer 6 mijl, Het Baltrumer Balje volgen naar het Baltrumer Wattfahrwasser. Vanaf de B16 beginnen de prikken. (diepte ongeveer 170 tot 120 cm bij HW bij doodtij). Vanaf scheidingboei A9/B26 naar de A13 (Accumer Ee) naar de kardinaal A14. De haven van Langeoog is diep genoeg en beschikt over drijfsteigers. Het zeegat Accumer Ee is ook geschikt voor diepere schepen om de naar buiten(zee) te gaan.

Langeoog – Spiekeroog ongeveer 10 mijl, de haven bakboord uit naar het Langeooger Wattfahrwasser (diepte ongeveer 220 tot 170 cm bij HW bij doodtij). De haven van Spiekeroog is een drukbezochte haven en daar val je voor een groot deel droog. Geen probleem voor kieljachten, want die zakken in de blub. Hoe dichter bij de wal hoe ondieper.

Een bezoek aan Neuharlingersiel is ook de moeite waard, een oude vissersplaats (wat je niet zou denken als je de nieuwe betonnen havenhoofden binnenvaart). Het ligt een kleine 5 mijl vanaf Spiekeroog aan de vaste wal. Direct aan bakboord na invaart is een kleine verenigingshaven met drijfsteigers, je moet er aan de noordzijde invaren om bij de boxen te komen. Aan de voorste steiger kunnen aan weerszijden de wat langere schepen liggen. Kieljachten vallen droog in de blub. Met een diepgang van meer dan 150 cm is de aanvaart af te raden. Bij het aanvaren is er een lange strekdam na de A42, welke je stuurboord moet houden. Houd de strekdam ook aan stuurboordzijde. Vanaf ongeveer 2 uur voor HW is het mogelijk de haven te verlaten. Let op de in- en uitvarende veerboten. Die hebben een diepgang van slechts 100 cm! Dus vaar daar niet in de blind achteraan.

Neuharlingersiel – Wangeroog naar de haven ongeveer 9 mijl en naar de oostkant ongeveer 14 mijl. 7

Vertrek 2 uur voor HW uit Neuharlingersiel. De geul langs de strekdam uitvaren en voor ton A42 stuurboord uit naar Harlesieler Wattfahrwasser vanaf OB16 naar OB28/AH2. Let op: hier is een splitsing van twee vaarwegen de Alte Harle en het Harlesieler Wattfahrwasser, die allebei starten vanaf dit punt met prikken. Neem de meeste zuidelijke route na de prikken gaat deze verder met OB30. Bij de OB 40 naar de H9 (Harle). Let op de zandbank aan stuurboord: met opkomend water zit je daar zo bovenop. Bij de aanloop naar de haven vanaf de groene prik naar het westelijk havenhoofd. De oostkant is ondiep. Bij LW staat er ongeveer 100 cm water in de haven en kieljachten zakken in de blub.

8. Wangerooghaven – Wangeroog oost- De Jade - Helgoland. (kaart NV-DE 12) Vanuit de haven in oostelijke richting varen naar de Telegraphenbalje T4 t/m T10. Na de T10 beginnen de prikken van Wangerooger Wattfahrwasser en deze komen uit bij de oostelijke punt van het eiland. Daar kan je ankeren bij de T12 en droogvallen kan daar ook. Het zeegat Blaue Balje kan erg onrustig zijn bij noordelijke winden. Bij de scheidingsboei B3/T16 kan je er voor kiezen om in zuidelijke richting de Blaue Balje af te varen B5 t/m B15. Na de B15 beginnen de prikken onder , Minsener Oog Wattfahrwasser. Aan de Oostzijde van Minsener Oog ten westen van de B14 (in de Jade) kan je met een ZW-wind goed ankeren.

Dit is ook een goeie plek om naar Helgoland te vertrekken + 21 mijl. Na het passeren van (meerdere) wantij(en) kom je rond HW in de Jade en kan je met de stroom mee naar buiten. Vanaf de rode ton 14 in de Jade kan je dan richting Helgoland. Niet vergeten even diesel te tanken op Helgoland (82 cent per liter in 2016). De Vorhafen voorbijvaren de S-Reede op, in de eerste havenkom aan bakboord 54°10.727’N - 007°53.367’E is achterin een drijfsteiger, waar je kan (zelf)tanken. De eerste keer is het even zoeken, want het staat nergens aangegeven. Als er ruimte is in de verenigingshaven heeft dat de voorkeur om aan te meren, dat is de volgende havenkom na het tanken 54°11.041’N - 007°53.396. Is er geen plek, dan blijft er niets anders over dan in de Vorhafen te gaan liggen. Daar lig je meestal behoorlijk gestapeld. 8 dik is maar heel gewoon in het seizoen! Verwacht geen aanwijzingen van een havenmeester.

Helgoland – de Eider - Tönning. Ongeveer 38 mijl (Kaart NV Nordsee Serie 10) Vertrek vanuit Helgoland ongeveer 4 uur voor HW Helgoland. Bij Het Eidersperrwerk is het 1 uur en 20 min later HW als op Helgoland. HW in de haven van Tönning is 1 uur later als voor het Sperrwerk.

De aanloop naar het Eidersperrwerk is sterk veranderd ten opzichte van 9 jaar geleden. De slalom, die met scherpe bochten tussen de zandbanken liep, is niet meer, het is ook dieper geworden. Het aanvaren is nu eigenlijk erg simpel.

Vanaf Helgoland naar de aanloop van de Eider (verkenningsboei Eider 54°15’45.10”N - 008°29’03.21”E) is het ongeveer 23 mijl. De aanloop is ongeveer 10 mijl vanaf de verkenningboei tot aan het Sperrwerk. Vanaf het Sperrwerk tot aan Tönning is het ongeveer 5 mijl.

Het ondiepe deel bevindt zich 3,5 mijl na de verkenningsboei Eider (54°15’45.10”N - 008°29’03.21”E en daar is de kaartdiepte 90 cm. Dus toegankelijk voor diepere schepen. Aanvaren met een westelijke wind boven windkracht 5 is af te raden. Er lopen dan flinke golven, wat het navigeren moeilijk maakt en natuurlijk is het erg oncomfortabel.

8 Voor de aanloop worden aan de groene zijde (als er een zonnepaneel op zit) ook stompe tonnen gebruik met hetzelfde model als de rode tonnen. Met een bepaalde lichtval is de kleur niet te onderscheiden. Dus ook dat is opletten.

Aardige beschrijving van de Eider op http://houtekamer.com/wordpress/2014/06/eider-en- eidersperwerke/ Zij beschrijven de aanloop als erg lastig, daar ben ik het niet mee eens. Ik was er 9 jaar geleden en toen was het inderdaad lastig maar nu (2016) vond ik het nogal simpel. De aanloop was nu heel anders als in dit artikel staat aangegeven op het kaartje. Over de aanlegplaats bij het Gieselaukanaal/sluis ben ik positief. Wij hebben er wel een keer of 6 overnacht, van en naar Denemarken, en we lagen daar prima. Wel wat ruimte geven aan de landvasten, zodat de boot kan bewegen.

Marifoonkanaal Eidersperrwerk is 14, direct na de sluis stuurboord uit, achter het Sperrwerk langs naar de overkant van de Eider. (staat een dwarsstroom)

Tönning is de moeite waard om te overnachten. Persoonlijk vind ik dat leuker als Friederichstadt. Let op: bij de invaart van de haven van Tönning. Het beste tijdstip is van 1 uur voor tot 1 uur na HW. Houd stuurboord wal aan (bakboord is ondiep). Na de bocht aanleggen aan BB zijde, de passanten (langs)steiger. Daar zakken de kieljachten in de blub. Verderop kan je aan BB een vrije (groene) box nemen, die zijn echter alleen geschikt voor ondiepe schepen. Aan de wal is het ondieper en je ligt daar snel achterover bij LW.

Op vrijdagavond is er meerdere malen in het seizoen garnalen pellen in het gebouw aan de haven, een aanrader om eens heen te gaan. Het is voor de plaatselijke bevolking, maar gasten zijn van harte welkom. http://www.tz-eiderstedt.de/aktiv/veranstaltungsreihen/krabbenpulen-toenning.html

De bruggen en sluizen in de Eider maken geen gebruik van de marifoon. Het is gebruikelijk om te bellen, of hard op de hoorn te blazen. Bij vertrek uit Tönning is het verstandig om te bellen vóór je de haven verlaat (de brug is vlakbij), zodat je met de brugwachter kan afstemmen. De sluizen kosten geld. Als je met één boot bent, betaal je € 10 met 2 of meer boten is het € 5 euro per boot. De sluis naar Friederichstadt was € 14 (een retourtje). Je moet naar de sluiswachter toe gaan. Hij/zij komt niet langs bij de boot.

De verenigingshaven bij Süderstapel in een bocht van de Eider vind ik een aanrader. Mooi uitzicht over de rivier, klein plaatsje met supermarkt op loopafstand en een mooi gebied voor een fietstocht. https://www.viamichelin.nl/web/Kaarten-Plattegronden/Kaart_Plattegrond-Suderstapel-25879- Schleswig_Holstein-Duitsland?strLocid=31M201NzEwY05UUXVNelE1T0RJPWNPUzR5TVRjME1RPT0=

Aan het einde kom je na de laatste sluis in het Gieselaukanaal. Daar kan je prima overnachten (alleen een steiger en geen elektra of water). Het ligt een 0,5 mijl vanaf het Kielerkanaal, 41 km vanaf Brunsbüttel en 25 km vanaf Rendsburg.

Vroeger moest je het bonnetje van de sluis bij Gieselau bewaren, want dan werd dat in mindering gebracht op de betaling aan de sluis bij Holtenau. Nu kan je niet meer betalen bij de sluis bij Holtenau, want er mag geen gebruik meer gemaakt worden van de ladders in de sluismuren. In verband met de veiligheid zijn deze afgekeurd voor gebruik van door jachtschippers. De sluiswachter halen geen geld op, dus is het op dit moment gratis. 9

Informeer voordat je naar de Eider gaat of de sluis bij Gieselau (0332/995910) nog wel draait. De sluiswachters meldden ons dat er renovatie nodig is en het is maar de vraag of de politiek de portemonnee wil trekken. Zo niet, dan gaat de sluis dicht.

Telefoonnummers en openingstijden bruggen en sluizen Eider.

Een hulpmiddel voor het wadvaren kan de App QuickTide zijn, heel erg handig. Het blijft noodzakelijk om zelf de boel na te rekenen, want de schipper blijft natuurlijk altijd zelf verantwoordelijk voor de gekozen route en vertrektijden. De door mij genoemde tijden en diepten zijn een gemiddelde en er kan ook best nog wel een foutje in zitten. We hebben deze route gedaan op weg naar Denemarken en we zijn niet vastgelopen, alleen een paar keer omdat we te vroeg waren, maar dat hoort bij het wadvaren. Onze boot steekt 90 cm en ik laat altijd nog 20 tot 30 cm kielmidzwaard uitsteken zodat we niet direct vast komen te zitten.

Dirk van Loo, September 2016.

10