Het Keizerrijk Japan
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
HET KEIZERRIJK JAPAN Inleiding Door mijn reizen naar Japan (vanaf 1986) ben ik zeer gefascineerd geraakt door Japan, Japanse cultuur, Japanse geschiedenis en de Japanse taal. Het is een feit dat de Japanners zichzelf over het algemeen als een uniek volk beschouwen maar de meeste westerse Japanologen dit weer ontkennen. Toch kan men m.i. de Japanners een zekere uniciteit niet ontzeggen. Tenslotte is Japan een eiland dat gedurende bijna de gehele Tokugawa periode (1600-1878) afgesloten is geweest van de rest van de wereld (totale afsluiting was van 1641- 1854), op een kleine uitzondering na. Deze uitzondering was Deshima, een kunstmatig eiland voor Nagasaki waar de Hollanders een handelspost hadden en via deze contacten liep alle informatie voor de Japanners. Het is dan ook niet verwonderlijk dat oude gewoontes en cultuurinvloeden lang bewaard zijn gebleven en ook heden ten dage nog in gebruik zijn. Het zijn deze oude gewoontes en tradities die het moderne Japan en de Japanners toch een zeker uniek karakter geven. Het geloof van sommige Japanners in hun eigen unieke karakter gaat echter nog iets verder. Van oudsher geloofden ze namelijk dat zij het uitverkoren volk waren, uitverkoren door de kami, maar die theorie wordt door weinigen buiten Japan ondersteund. Voor de westerling is Japan in veel opzichten een uniek land. 1. Het is een zeldzaam schoon land. Stations, treinen, trottoirs, openbare gebouwen, wegen, straten, openbare toiletten, alles is er schoon. In welk land pakt een witgehandschoende conducteur in de trein een klein papiertje van de grond en gooit dit in een afvalbak? Kan iemand zich dat voorstellen in één van de NS-treinen? Treinen worden bij het eindpunt door een schoonmaakploeg onderhanden genomen. Niet door twee mensen, maar bij een lange trein als de shinkansen staan voor elke deur één of twee mensen klaar om alles schoon te maken. Op de foto rechts staat een schoonmaakploeg in keurige roze pakjes klaar om de trein te gaan schoonmaken. Met kleine handstoffertjes worden de stoelen schoongemaakt, terwijl de reiziger er in de trein er sowieso al geen bende van maakt. Niemand gooit zomaar wat op de grond. Iedereen doet z'n afval in de beschikbare afvalbakken. Het unieke zit 'm ook in het feit dat deze netheid niet door maatregelen of wetten wordt afgedwongen, maar een onderdeel van de Een schoonmaakploeg staat volksaard is. klaar bij een shinkansen. 2. Het is een zeer veilig land. Het is een verademing voor een westerling om in Japan rond te lopen en niet steeds om je papieren of geld te hoeven denken. Je kunt er rustig met een open tas lopen met alle spullen, als portemonnee en mobiele telefoon, er in. In een restaurant kun je je spullen, zoals je jas met al je papieren, gewoon laten liggen en even naar het toilet gaan. Niemand zal iets wegnemen. In Japan is het niet ongewoon om met veel contant geld op zak te lopen, misschien omdat dit min of meer noodzakelijk is vanwege de geringe pinfaciliteiten in de winkels, maar vooral omdat de kans op diefstal minimaal is. De vakantieganger zou dus bijvoorbeeld vanuit Nederland gewoon contant geld voor de hele reis met zich mee kunnen nemen. Het enige risico is dan gewoon verlies, maar als je een beetje uitkijkt, is verlies toch niet nodig. Men kent er namelijk weinig grote of kleine criminaliteit. Natuurlijk gebeurt er ook in Japan wel het een en ander en is de Japanse maffia, de yakuza, daar wel actief, maar dat is een criminaliteit waar de toerist eigenlijk nooit mee in aanraking komt. De (kleine) straatcriminaliteit zal men daar nauwelijks aantreffen, alle (drank)automaten, en dat moeten er duizenden zijn in Japan, werken altijd en zien er piekfijn uit. Nooit wordt er iets vernield. 3. Het is een hygiënisch land. Veel Japanners gaan minimaal 1 x per dag in bad. Als het enigszins kan gaat men wel 2 of 3 x per dag. Men kent van oudsher een uitgebreide badcultuur. Als men verkouden is, doet men een mondkapje voor. Japan kent geen risicogebieden. Bij een reis naar Japan zijn vaccinaties en het slikken van malariapillen dan ook niet nodig. 4. De mensen zijn zeer vriendelijk en hulpvaardig, ook in winkels. Als je als buitenlander ergens een tijdje staat omdat je iets niet begrijpt, komt er binnen de kortste keren iemand op je af om te vragen of ze kunnen helpen. Weet hij of zij het ook niet, dan wordt er iemand bijgehaald. Men is zeer hulpvaardig en in de winkels is men zeer servicegericht. Stationsbeambten, winkelpersoneel, ieder doet zijn best om de klant (Japanner of buitenlander) op correcte wijze te helpen. Men zal z'n uiterste best doen om de klant een antwoord te geven, anders dan 'ik weet het niet'. In Japan is een klant nog steeds koning. Er wordt nooit gesnauwd en men is altijd zeer respectvol tegenover de medemens. Een conducteur die in de shinkansen een wagon binnenkomt om de kaartjes te controleren, zal zich eerst uitgebreid verontschuldigen voor het feit dat komt storen. Bij het verlaten van de wagon volgt meestal een identiek ritueel. 5. Men is zeer secuur en alles rijdt op tijd. De treinen en bussen rijden stipt op tijd, men ziet dit als een teken van respect tegenover de passagier. Een machinist of buschauffeur houdt de klok scherp in de gaten en op de seconde nauwkeurig rijdt hij weg. Mede door het bewaren van oude gewoontes en tradities en tegelijkertijd het invoeren van de modernste technieken is Japan het land van de grote contrasten, zoals ook Ruth Benedict omschrijft in haar beroemde boek "The Chrysanthemum and the Sword". Het land van "enerzijds maar ook anderzijds". Enerzijds is de Japanner zeer beleefd en onderdanig maar anderzijds kan hij zeer onbeschaamd en aanmatigend zijn. Enerzijds heeft de Japanner een grote liefde en eerbied voor de natuur, maar anderzijds kan hij achteloos met de natuur omspringen en behoort Japan tot de groep van grote milieuvervuilers. Enerzijds is men star en zeer conservatief anderzijds is men zeer gewillig en bereid nieuwe gewoontes en technieken in te passen. Enerzijds hangt men nog zeer aan het traditionele eten maar anderzijds is ook de "hamburger cultuur", met name bij de jeugd, populair. Dit laatste is een duidelijk gevolg van de grote invloed die Amerika (mede door de bezetting van Japan na de Tweede Wereldoorlog) heeft gehad en nog heeft, denk aan de populariteit van honkbal in Japan. Men ziet hier ook weer de bereidheid terug om andere gewoontes over te nemen, aan te passen en te integreren, maar wel steeds met behoud van de eigen cultuur. De adaptatie van het boeddhisme in het shintoïsme en de integratie van de Chinese (hof)cultuur zijn hier goede voorbeelden van, evenals het overnemen van de Chinese karakters voor het Japanse schrift, met de noodzakelijke aanpassingen, die later volgden. Ook het overnemen van westerse kleren en gewoontes na de openstelling van Japan toont deze bereidheid. Deze openstelling voor buitenlanders werd afgedwongen door de Amerikanen in 1854. Na deze openstelling heeft Japan tijdens de Meiji restauratie (waarbij de keizer weer het hoofd van de natie werd i.p.v. de shôgun) weer zeer veel westerse zaken binnengehaald en heeft zijn leger op westerse (Duitse) leest geschoeid, ook al omdat Japan een krachtige invloedrijke natie in Azië wilde zijn en zich vergeleek met de grote westerse mogendheden. Eén van de laatste adaptaties is die van productietechnieken en kwaliteitscontroles geweest, die men, naar eigen zeggen, van de Amerikanen heeft geleerd. Door deze consequent toe te passen hebben de Japanse producten tegenwoordig een zeer goede naam gekregen. Denk hierbij maar aan de Japanse auto's en camera's, die kwalitatief zeer goed zijn. Na de Tweede Wereldoorlog, nog tijdens de Amerikaanse bezetting, is Japan, mede door de hierboven genoemde productietechnieken en kwaliteitscontroles, met een geweldige inhaalslag begonnen, die uiteindelijk resulteerde in een Japan als grote economische macht. Hiermee is Japan nu één van de belangrijkste landen geworden op het wereldtoneel. Dit is heel lang een grote droom geweest en is dus uiteindelijk gelukt, maar wel op het economisch vlak. Japan is wel het land van de kopieerders genoemd en dat is weliswaar terecht geweest (vanuit onze optiek gezien) maar ook dat dient mede bekeken te worden vanuit de Japanse cultuur. Bij ons is het gebruikelijk om geleerde technieken in de praktijk te brengen, maar daarbij is vooral de eigen creativiteit een voorwaarde om nieuwe wegen in te slaan en zo voortdurend te vernieuwen. In de eeuwenoude Japanse traditie is het evenaren van "de meester" het ultieme doel, hetgeen alleen bereikt kan worden door onder zijn leiding hard te studeren en jarenlang praktische ervaring op te doen. Een feit is ook dat de meeste uitvindingen uit de westerse wereld komen maar dat Japan de toepassingsmogelijkheden beter inziet. Een bekend voorbeeld is de transistor. De uitvinders waren Amerikanen maar die zagen op dat ogenblik weinig emplooi voor deze nieuwe ontwikkeling. Het waren de Japanners die dat wel zagen en uit die hoek kwamen ook de meeste nieuwe toepassingen, zoals de transistorradio en walkman. Het keizerrijk Japan Japan is een keizerrijk. De eerste (mythische) keizer Jimmu of Jinmu (die Japan stichtte in 660 v. Chr) was een directe afstammeling van de zonnegodin Amaterasu en aangezien de volgende keizers door erfopvolging werden bepaald, stammen alle keizers direct af van de zonnegodin. Deze goddelijke status van de keizer werd door de Amerikanen direct na de Tweede Wereldoorlog afgeschaft. De rol van de keizer is nogal afwisselend geweest. In de vroegste geschiedenis speelde de keizer een belangrijke rol maar bezetten de leden van de clans, waarvan de keizer lid was, de sleutelposities en was het het hoofd van die clans die de echte macht in handen had, maar dit is zeer afwisselend geweest.