<<

Nieuwsbrief van hetCuypersbulletin Cuypersgenootschap 2017-4 Het Cuypersgenootschap jaargang 22jaargang − nº4 december 2017

Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap, vereniging en stichting tot behoud van negentiende- en twintigste-eeuws cultuurgoed in nederland. 1 2017-4 Cuypersbulletin

Colofon

Het Cuypersbulletin verschijnt zo mogelijk vier maal per jaar. De redactie ontvangt graag me- dedelingen, wetenswaardigheden, brieven en korte artikelen over onderwerpen die het werk- terrein van het genootschap in de ruimste zin van het woord betreffen. De opgenomen artike- len weerspiegelen niet noodzakelijk de zienswijze van het bestuur en de redactie.

Redactie: drs D. Mulder (voorzitter), drs. Gert Eijkelboom, dr. Gerrit Vermeer Redactieadres: 1e Jacob van Campenstraat 14-3a, e-mail: [email protected]

Omslagontwerp: Rosa Stigter Binnenwerk: CB Druk: Weemen Drukwerk, Druten

Het Cuypersgenootschap, opgericht 15 januari 1984, is een vereniging en stichting tot behoud van negentiende- en twintigste-eeuws cultuurgoed in Nederland.

Bestuur: Prof. dr. V.V. Stissi, voorzitter L.W. Dubbelaar, secretaris Drs. J.G.W.R. Dekkers, penningmeester Mr. M.M.G.M. Richter, lid Drs. D. Mulder, lid

Secretariaat: Alferbos 246, 2715 TN Zoetermeer Tel. 06-233 98 363 e-mail: [email protected] website: www.cuypersgenootschap.nl en www.cuypersjaar.nl Het Cuypersgenootschap is een ANBI. Giften zijn aftrekbaar van belasting. Kamer van Koophandel Limburg: 4017672. Bankrekening: NL26 INGB 0004 835 002 t.n.v. Cuypersgenootschap, Druten

De contributie bedraagt € 30,- per jaar. In verband met verzendkosten betalen leden die buiten Nederland wonen € 40,-.

Foto omslag: Gerrit Vermeer

2 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4

Inhoud Korte berichten 3 // Het Juvenaat van de Broeders van Liefde in Etten-Leur 7 // Wooncomplex Gran Vista, Amsterdam 14 // Doorbraak plannen Paterskerk Eindhoven 23

Korte berichten //

Protest tegen sloop Een recent onderzoek van interieurarchitect Rietveldhuizen Reeuwijk-Brug Erik Slothouber onderstreept het bijzondere Norman Vervat karakter van dit project. Het Cuypersgenootschap tekende in novem- Het project in Reeuwijk-Brug is van gro- ber protest aan tegen de voorgenomen sloop te architectuur- en cultuurhistorische waarde van de naoorlogse Rietveldwoningen in Reeu- voor Reeuwijk. Hoewel de woningen door wijk-Brug. Het betreft huizen aan de Jan van een renovatie in 1979-1980 aan de buitenzijde Hoofstraat, de Vincent van Goghstraat en de wijzigingen ondergingen, behielden ze hun Erasmusweg. Woningbouwvereniging Reeu- karakter. Het moet goed mogelijk zijn om het wijk wil een groot deel van deze wijk slopen. herstel van de oorspronkelijke uitstraling van Voor de beroemde vormgever en architect de huizen te combineren met de realisatie van Gerrit Rietveld bood dit project destijds een eigentijdse en duurzame woningen. Elders in kans om kleinschalige sociale woningbouw te Nederland, zoals in Utrecht, Amersfoort en realiseren. Rietveld bouwde, in weerwil van Amsterdam hebben corporaties al veel er- zijn ambities op dit vlak, slechts drie sociale varing opgedaan met het verbeteren en ver- woningbouwprojecten. Het project in Reeu- duurzamen van bijzondere naoorlogse wo- wijk-Brug uit 1957-1958 beslaat 52 woningen ningbouwprojecten. met een opvallende plattegrond. Deze om- en-om-woningen bezitten een gelijkwaardige Foto van de Rietveldhuizen kort na de oplevering. voor- en achtergevel, die elkaar afwisselen. Foto P. Brattinga. Collectie Stichting Erven Rietveld.

3 2017-4 Cuypersbulletin

Monumentenaanvraag voor kerk in Haren De Sint-Nicolaaskerk in Haren. Foto Kris Rodenburg, Norman Vervat 2008. Rijksdienst Cultureel Erfgoed. In september heeft het Cuypersgenoot - schap de gemeente Haren verzocht om de rense katholieken in de Sint-Jozefkerk in Sint-Nicolaaskerk te Haren te beschermen Groningen. In 1958-1959 werd het huidige als gemeentelijk monument. Het Groningse kerkgebouw gebouwd naar een ontwerp van villadorp Haren is sinds de reformatie over- architect J.A.A. Dresmé uit Driebergen. De wegend protestants en beschikt pas sinds de jaren vijftig weer over een eigen rooms-ka- De Sint-Nicolaaskerk in Haren. Foto Kris Rodenburg, tholieke parochie. Daarvoor kerkten de Ha- 2008. Rijksdienst Cultureel Erfgoed.

4 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4 kerk verrees op een lommerrijk perceel op Vier nieuwe monumenten in de de hoek van de Irenelaan en Beatrixlaan, en gemeente Rhenen werd in samenhang ontworpen met de aan- Norman Vervat palende pastorie en groenaanleg. Architec- Na veel discussie en een bezwaarprocedure tuurhistorisch is de kerk van grote betekenis heeft de gemeente Rhenen recent besloten vanwege de zeldzame plaats ervan in de na- om vier gebouwen, waaronder een zeldzaam oorlogse rooms-katholieke kerkbouw in het diepvrieshuisje uit de wederopbouwperiode noorden van ons land. Dit ontwerp kenmerkt en de Gedachteniskerk, te beschermen als zich door een radicale toepassing van het gemeentelijk monument. Reeds enkele jaren modernisme. Het speelde in op de ideeën van wil de gemeente de lokale monumentenlijst de liturgische vernieuwingsbeweging. De uitbreiden. De politiek besloot echter alleen kerk neemt een belangrijke plaats in binnen met goedkeuring van een eigenaar aan te het oeuvre van de architect. Het voor Haren wijzen. Bij bezwaar van een eigenaar, zelfs beeldbepalende gebouw bleef uit- en inwen- in geval van zeer zwakke argumenten, zet de dig vrijwel gaaf behouden. Het Cuypersge- gemeente de aanwijzingsprocedure niet door. nootschap hoopt dat de gemeente Haren in Zo kwam het bij deze vier panden in 2016 2018 de kerk op de monumentenlijst plaatst. niet tot aanwijzing. Het Cuypersgenootschap vocht de afwijzing van de monumentenstatus De Gedachteniskerk in Rhenen. Foto A.J. van der Wal. met succes aan door een eigen monumenten­ Rijksdienst Cultureel Erfgoed. aanvraag en vervolgens een bezwaarproce-

5 2017-4 Cuypersbulletin dure. De gemeentelijke bezwarencommissie vervanging van de ‘tijdelijke’ huisvesting van sprak zich afkeurend uit over de huidige ge- de Zoölogie in oude gebouwen van de Medi- meentelijke aanpak en volgde daarmee een sche Faculteit aan het Reitemakersrijge in de eerdere uitspraak van de rechtbank te Den stad Groningen. Na de oorlog stonden deze Haag. Wederom is bevestigd dat voor een mo- gebouwen de uitbreiding van de naastgele- numentenbeleid uitsluitend met instemming gen telefooncentrale in de weg en bovendien van de eigenaar geen juridische basis bestaat. waren de gebouwen sterk verouderd en prak- Het gemeentebestuur heeft de uitspraak van tisch onbruikbaar. haar eigen commissie overgenomen en de Het in traditionalistische trant gebouw- genoemde objecten in oktober 2017 alsnog de laboratoriumgebouw werd zoals de mees- aangewezen tot monument. Het Cuypersge- te overheidsgebouwen in de jaren vijftig nootschap hoopt dat dit besluit ook positieve voorzien van een aantal monumentale kunst- gevolgen heeft voor andere kandidaat-monu- toepassingen. Deze zijn wat betreft thematiek menten in de gemeente Rhenen. aangepast aan de functie van het gebouw. Het dierenleven staat in deze werken centraal. Voormalig Zoölogisch Laboratorium in Aan de buitenzijde wordt de hoofdingang Haren aangewezen opgesierd door een prachtig bas-reliëf van Norman Vervat de Haarlemse beeldhouwer Theo van Reijn. Recent heeft de gemeente Haren besloten op Van Reijn bracht in de zandsteen op subtiele verzoek van het Cuypersgenootschap het Zo- wijze diverse zeedieren aan. In de hal bevindt ölogisch Laboratorium van de Rijksuniversi- zich direct tegenover de hoofdingang een teit Groningen aan te wijzen tot gemeentelijk wandschildering van de kunstschilder Albert monument. Het laboratoriumgebouw is in de Muis. jaren 1952-1953 gebouwd naar ontwerp van ir. J. de Bruin van de Rijksgebouwendienst. Het insectarium van het Zoölogisch Laboratorium. Het Zoölogisch Laboratorium verrees als Foto Chris Booms, 2008. Rijksdienst Cultureel Erfgoed.

6 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4

Het juvenaat van de Broeders van Liefde te Etten-Leur / Gert Eijkelboom, Gerrit Vermeer

Twee jaar geleden bleek het in 1951 voltooide Afb. 1. Voorgebouw met de entree. Foto auteurs. Juvenaat van architect Frans Mol uit Breda al monumentwaardig te zijn, maar de later van, waaronder in Etten-Leur. Hij had ook aangebrachte kunststof kozijnen vormden in Noord-Brabant zijn opleiding genoten. Na destijds een beletsel voor de aanwijzing tot de lagere school ging Frans Henri Marie Mol gemeentelijk monument. Recentelijk doemde (1910-1963), geboren en getogen in Breda, voor het leegstaande complex een scenario op waarschijnlijk eerst naar de Ambachtsschool. met sloop en vervangende nieuwbouw. De Ad- Hierna doorliep hij de driejarige ­Rijks-HBS viescommissie Cultuurhistorische Bebouwing aan de Nassaustraat in Breda. Na de afron­ Etten-Leur en de Heemkundekring Jan uten ding van de Katholieke Leergangen in Tilburg Houte sprongen alsnog voor het complex in de volgde hij daar de opleiding Architectuur bres. Het Cuypersgenootschap leverde daarbij van de Academie voor Beeldende en Bou- een nieuwe, uitgebreide waardestelling en een wende Kunsten. Mol was als zelfstandig ar- van de insprekers op de zitting van de gemeen- chitect vanaf 1930 tot aan zijn vroege dood, teraad op 4 december jongstleden. Uiteindelijk in 1963, vooral actief in Breda en daarbuiten spraken de partijen zich unaniem uit voor de ook in het westen van Noord-Brabant en een behoudoptie. Het Cuypersgenootschap stelde enkele keer in Zuid-Holland en Zeeland. Hij behalve historische en architectuurhistorische bouw­de vrijwel alle denkbare gebouwentypes, waarden van lokaal belang, ook een typolo- van kerken tot villa’s, openbare gebouwen, gische waarde vast, die het lokale overstijgt. scholen en instellingen, maar ook straten Voor het complex gloort weer hoop. met woningen en voerde hij restauraties uit. Daarnaast vermeldt zijn ongeveer 250 werken Architect Frans Mol in Etten-Leur tellende oeuvre, dakkapellen en andere kleine De architect van het Juvenaat werkte vooral bouwkundige ingrepen. Van zijn werken uit binnen in Breda en in de omgeving daar- de periode van het interbellum zijn dertien

7 2017-4 Cuypersbulletin

panden aangewezen als rijksmonument.1 Afb. 2. Plattegrond klooster en juvenaat, mei 1950. Vanaf 1940 kwam slechts een klein deel van zijn oeuvre tot stand in Etten en Leur het huisje uit voor gebruik als permanente (van­af 1968 Etten-Leur geheten), maar voor woning.2 Met deze eerste opdracht in Etten en de ontwikkeling van deze gemeente waren Leur moet hij de aandacht hebben getrokken, deze projecten van grote betekenis. In 1940 want weldra volgden meer werken. kreeg Frans Mol hier zijn eerste opdracht. Het betrof de bouw van het vakantiehuis De Koe- Wederopbouw koek op Koekoekstraat 3, in een bosje nabij In 1941 wees het Regeeringscommissariaat de Zundertseweg voor zijn neef, de huisarts voor den wederopbouw de architecten Mol Chris Mol. Voor de bouw in boerenstijl met rieten dak gebruikte hij materiaal dat afkom- 2 Website Het Nieuwe Instituut, Projecten, onder Frans Henri Marie Mol: https://zoeken.hetnieuwein- stig was van door krijgshandelingen vernielde stituut.nl/nl/projecten/?q=Frans%20Henri%20Ma- boerderijen. In 1953-1954 breidde Frans Mol rie%20Mol; geraadpleegd 2 oktober 2017. Eveneens 1 I. Erkens-Mol, Frans Mol: een Bredase architect, raadpleegbaar op de website van de Rijksdienst Cul- 1910-1963, Breda 2010. tureel Erfgoed.

8 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4

en M. van der Made aan om de vier door Afb. 3. Voorgebouw vanuit het zuiden. een bombardement op 12 mei 1940 ver- Foto auteurs. woeste woningen met winkel of horecagele- genheid op de Markt in de woonkern Leur gronden uit dat jaar vermelden: ‘Situatie 100 te ­herbou­wen. Op de nummers 36, 38, 40 en woningen Bouwplan 1947’. 42 verrezen panden in traditionalistische stijl Het Vincent van Goghplein vormde de naar ontwerp van Mol. Daarnaast herstel- kern van het uitbreidingsplan in de woonkern de hij in 1940-1941 de woning op de Oude Etten. Rondom het plein verrezen woningen Bredaseweg 29, die in 1977 een ingrijpende van Mol in de Schonckweg, de Dr. Moller- verbouwing onderging. Vanaf 1946 voerde straat, de Mgr. Poelstraat en de Van den El- hij het eerste noodherstel uit voor de in de senstraat. Bij het ontwerp van Schonckweg oorlog beschadigde kerktoren van de Neder- 9-15, 10-20 en Vijfhuizenweg 21-27 in 1946- lands-hervormde kerk aan de Markt in Leur. 1948, was ook zijn compagnon J.J. Brug- In 1949-1950 was hij betrokken bij de restau- man betrokken. In de kern Leur verrezen ratie van het eveneens in de oorlog bescha­ arbeiderswoningen aan de Vijfhuizenweg en digde raadhuis uit 1776. Het brandspuithuisje in de Kerkstraat en Kasteellaan. In Sint Wille- naast het raadhuis (Markt 2) verbouwde hij in brord kwamen in 1947 de woningen Pastoor 1952-1953 tot Mariakapel. Kroesstraat 5-38, 28-42 tot stand, die hij ook In opdracht van de gemeente Etten en samen met J.J. Brugman ontwierp. De bouw Leur ontwierp Mol tussen 1946 en 1948 een van een derde reeks van 41 woningen startte groot aantal arbeiderswoningen voor uit- in 1948: Schonckweg 17-21, Dr. Mollerstraat breiding van de woonkernen Etten, Leur en 29-35, Vincent van Goghplein 25-35 Stations- Sint Willebrord, dat tot 1953 tot deze gemeen- straat 64-66, Poelsstraat 2-16, Kasteellaan te behoorde. De eerste (niet uitgevoerde) ont­ 34-48, 35-41. In Sint Willebrord bouwde hij werpen voor deze woningen dateren al uit in deze reeks Pastoor Kroesstraat 10-16, 24- het voorjaar van 1943. Na de oorlog tekende 26. Op het Vincent van Goghplein bouwde hij diverse woningtypen die wel op elkaar Mol in 1949 tevens drie particuliere winkel- leken, maar in grootte en opzet verschilden. panden: een sigarenwinkel (nummer 14), een De eerste serie tekeningen kwam tot stand in bakkerij (nummer 16) en een groentewinkel 1946, de tweede in 1947. Overzichtsplatte- (nummer 20).

9 2017-4 Cuypersbulletin

De gebouwen voor de Broeders van Liefde Afb. 4. De kapel in het midden met rechts daarvan In 1950 vestigde zich in de omgeving van het verbindingsdeel met het voorgebouw. de landbouwschool de Congregatie van Foto auteurs. de Broe­ ­ders van Liefde. Sinds 1815 legde deze congregatie zich toe op de zorg voor concentreren. Vlak naast de door de broeders geestesziekten. Vanaf 1894 zijn de broe­ gekochte grond, op Edward Poppelaan 6, liet ders actief in Nederland. In 1907 startten zij de gemeente in 1950 door Mol een Land- en een psychiatrische inrichting in Venray en Tuinbouwschool bouwen. In 1954 breidde hij in 1914 een tweede in Noordwijkerhout. Zij de school uit en ontwierp hij hierbij tevens de richtten vanaf 1924 in Nederland ook scholen directeurswoning op Edward Poppelaan 4. op. Het provinciaal bestuur van de Congre- De bouw van het complex startte in gatie van de Broeders van Liefde zocht sinds 1951. In augustus 1951 arriveerden achttien 1949, in een tijd dat het katholieke leven in broeders in het klooster op Edward Pop- Noord-Brabant op het culturele en maat­ pelaan 12. Zij beheerden het bijbehorende schap­pelijke vlak nog een overheersende rol juvenaat, waar aspiranten van de congregatie vervulde, naar een locatie voor een kloos­ intern gingen om onderwijs te volgen. Aan ter met een zelfstandig juvenaat met mo­ het klooster voegde Mol een jaar later nog gelijkheden voor de oprichting van een ULO een bakkerij en een schuur toe. Mol leverde en een ambachtsschool. De broeders kwamen eveneens de ontwerpen voor de nabijgelegen in contact met de pastoor van de Sint-Lam- ULO en de ambachtsschool van de broeders. bertusparochie in Etten, waarop de broe­ In 1951 verrees de ULO aan de Don Bosco- ders in Etten en Leur in 1949 zeven hectare laan 2. Een uitbreiding volgde in 1960-1961. bouwgrond aankochten ten noorden van De meeste van de aanvankelijk 132 aspiran­ de spoorlijn. Kennelijk had de gemeente het ten van de congregatie genoten hier hun on- idee hier een aantal onderwijsinstellingen te derwijs, maar er kwamen ook wel leerlingen

10 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4

uit de omgeving op af. De bouw van de am- Afb. 5. De kapel vanuit het zuidwesten. bachtsschool Don Bosco aan de Hoevenseweg Foto auteurs. startte in 1952. De school ging echter nog in september van dat jaar van start in noodloka- kruisgang voor het interne verkeer. Deze len. Op 10 september 1953 opende het nieu- besloten opzet past bij een naar binnen ge- we, definitieve, schoolgebouw zijn deuren. keerde gemeenschap. Hier ontwierp Mol een De meeste leerlingen op deze school kwamen bijna diametraal tegenovergestelde structuur: uit de omgeving. Mol realiseerde ook de twee vanuit de rechthoekige kloosterkapel in het uitbreidingen van de ambachtsschool in hart van het complex steken alle vleugels naar 1956 en 1962. In de jaren zestig kwamen er buiten, gelegen aan prachtig ingerichte tuinen­ steeds minder aspiranten naar het klooster en en open naar de groene omgeving (afb. 2). ontwikkelde het complex zich gaandeweg tot Om te voorkomen dat de oostwest gerichte schippers- en later ook kermisinternaat. Als kapel het knooppunt zou vormen van al het zodanig was het complex tot 2004 in ge­bruik. verkeer, omgeeft een lagere ombouw met gan- De twee scholen van de broeders gingen van­ gen deze ruimte. af die tijd ieder hun eigen weg, totdat deze Aan de westzijde sluit in het verleng- schoolgebouwen in 2009 werden gesloopt.3 de van de kapel een laag en tamelijk lang verbindingsdeel aan, gedekt met twee even­ Ruimtelijke opzet wijdig lopende zadeldaken (afb. 4). Aan Het klooster met juvenaat verrees op een de westzijde sluit een breed symmetrisch ruim terrein. Er werd niet gekozen voor de voorgebouw met een hoge begane grond, traditionele kloosteropzet met drie panden twee betrekkelijk lage verdiepingen en een en een kerk om een vierhoekige (carré) kloos- kap op deze verbindingsgang aan (afb. 1, 3). terhof, omgeven door een al dan niet open Dit haaks op de gang geplaatste voorgebouw 3 Nederland en de Broeders van Liefde, 2015. doet zich voor als een hoog massief scherm

11 2017-4 Cuypersbulletin

tussen het entreegebied en de open tuinen Afb. 6. Uiteinde van de noordvleugel. erachter. In dit voorgebouw bevonden zich Foto auteurs. kantoren en kamers van de broeders. In deze vleugel bevindt zich ook de entree. Traditionalisme en hiërarchie Verbonden aan de omgang rond de In de eerste fase van de wederopbouwtijd na kerk en dwars daarop steken in de breedte de Tweede Wereldoorlog kozen de meeste van het terrein twee lange, identieke vleugels katholieke architecten in Noord-Brabant voor naar buiten van twee bouwlagen en een kap een vorm van traditionalisme, die aansloot (afb. 7). Hierin bevonden zich vermoedelijk op de lokale bouwwijzen en vanouds ge­ klaslokalen en op de zolder de slaapzalen van bruikte materialen. Deze praktijk leidde tot de aspiranten. het gebruik van eenvoudige, historiserende De vleugel die aansluit op de oostzijde vormen en het gebruik van baksteen, veelal van de kapel staat precies op de symmetrieas in kettingverband gemetseld, zoals ook in met de voorbouw, het verbindingsdeel en het klooster met juvenaat. Deze Brabantse de kapel. Het oostelijke bouwdeel kenmerkt architectuur stond dicht bij het werk van de zich door een basilicale doorsnede, waarbij Delftse hoogleraar M.J. Granpré Molière. Met het hogere middendeel zich voordoet als een hem hadden de Brabantse architecten ook lichtbeuk. In deze vleugel bevond zich een een zekere voorliefde voor vroegchristelijke gymzaal en vermoedelijk ook een eetzaal. en romaanse elementen gemeen. Mol volgde Door de bijzondere ruimtelijke structuur, in Den Bosch de cursus Kerkelijke Architec- grenzen alle ruimten aan ruime tuinen die tuur van de benedictijner monnik en archi- elk weer in verbinding stonden met de groene tect Hans van der Laan. Binnen die opleiding omgeving, doordat het perceel hier nergens vormde de beginselen van de Delftse school begrensd wordt door bebouwing. aanvankelijk het uitgangspunt.

12 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4

Romaanse vormen zijn in het complex Afb. 7. Interieur van de kapel gezien naar het van Etten-Leur te vinden in de entree en in ­oosten. Foto auteurs. de kapel. De entree in de voorbouw be­staat uit open arcade met drie rondbogen in de De verschillende venstervormen zijn voorgevel, met daaronder twee ronde zuilen aangebracht in een strak ritme. De vensters in met een kapiteel, dat veel weg heeft van een de voorgevel van het voorgebouw ter hoogte romaans dobbelsteenkapiteel (afb. 1). Aan van de twee verdiepingen vertonen brede, weerszijden van de ingang bevinden zich witte omlijstingen. Op de begane grond van in de tamelijk gesloten muur op de begane de zuid- en de noordvleugel keren deze om- grond een aantal gekoppelde rondboogven- lijstingen terug. Door de flauwe dakhelling stertjes. Boven de ingang staat op het dak van de met pannen belegde zadeldaken ont- een open torentje met opnieuw rondbogen, stonden er op de uiteinden van de kapel en bekroond door een bol. Op de kapel staat op het voorgebouw geveltoppen met de vorm het oostelijke uiteinde een klokkenmuur met van een klassiek fronton (afb. 3, 4, 5). Dit ge- rondboog. In de kapel staan rondom, tegen geven benadrukte Mol door in deze toppen de muren, betonnen kolommen met daarop een met het baksteen contrasterend wit veld een betonnen architraaf (afb. 7). Daarboven aan te brengen. Het zadeldak van de zuid- en bracht de architect halfronde boognissen aan. noordgevel eindigt met een dakschild (afb. 6). De kerkzaal ontvangt daglicht door de recht­ Op het oostelijke uiteinde van de oostvleugel hoekige, maar op romaanse wijze gekoppelde, bleef het witte veld eveneens achterwege. vensters. De basilicale dwarsdoorsnede van Om de gevel lopen op verschillende de oostvleugel valt eveneens op te vatten als plaatsen witte, horizontale lijsten, zoals boven een verwijzing naar de middeleeuwse kerk- de hoge begane grond van het voorgebouw en bouw. nog een veel hogere lijst met het karakter van

13 2017-4 Cuypersbulletin een hoofdgestel onder de daklijst daarboven. in Etten-Leur. Het klooster met juvenaat Dezelfde hoge lijst keert terug op de zijge­ kwam tot stand in een periode dat de katho- vels van de kapel. Onder de daklijsten van lieke kerk nog een dominante rol vervulde de zuid- en noordvleugel dwars op de kerk, in het maatschappelijke en culturele leven in bevinden zich eenvoudiger lijsten. In de ba- Noord-Brabant. silicale oostvleugel bleven lijsten achterwege. Door zijn bijzondere ruimtelijke struc- De toepassing van de witte onderde­ tuur met een open karakter, grenzend aan len verleent de bakstenen gevels bijzondere door de vleugels van elkaar gescheiden tui­ accenten, overeenkomstig de hiërarchische nen, betreft het een kloostercomplex met een rangorde van de bouwdelen en de vertrek- bijzondere typologie. De ruimtelijke struc­ ken. De meest bijzondere verschijningsvorm tuur vormt daarbij een aanwinst voor de om- heeft wel de kapel met de ombouwing. Deze geving, die mede aan de nog aanwezige, niet ombouwing heeft een plat dak. Door het naar afgegrensde, tuinen haar groene karakter ont- binnen springen van de hoeken van de kapel, leent. De bijzondere typologie overstijgt het doen de kopse gevels en de zijgevels zich voor lokale belang. als zelfstandige onderdelen die uit de hoofd- De traditionalistische architectuur is vorm naar voren komen. De uiteinden van de typerend voor het in die tijd nagestreef- noord- en zuidvleugel kregen een afwijkende de Brabantse karakter in de periode van de vensterindeling, zodanig dat deze het karak- wederopbouw. De verwijzingen naar de ro- ter hebben van een uitgewerkte beëindiging. maanse bouwstijl zijn toegepast op subtiele wijze en passen in een hiërarchische rang­ Conclusie orde, die Mol in de gevels markeerde door de Het complex speelde door zijn ligging aan toepassing van witte gevelelementen. Door de noordzijde van de spoorlijn een belang­ de zorgvuldige en weloverwogen afwerking rijke rol in de uitbreidingsgeschiedenis van ontstond een architectonisch geheel van hoge Etten-Leur. Het betreft een belangrijk werk kwaliteit. in het naoorlogse oeuvre van de Brabantse De conclusie kan daarom niet anders architect Frans Mol, die een vooraanstaan- ­luiden dat dit complex het behouden waard de rol speelde in de wederopbouwperiode is.

Wooncomplex Gran Vista, Amsterdam / Gert Eijkelboom, Gerrit Vermeer

Verleden jaar overleed architect Th.A.P.C. kwaliteit. Het is spijtig dat het woongebouw (Dik) Tuynman, die in het begin van de ja- van woningcorporatie Ymere deze aantasting ren tachtig enkele stadsvernieuwingsprojecten moet ondergaan, nog voordat het bescherming bouwde. Zijn enige grote project betrof het geniet als monument door een aanwijzing wooncomplex Gran Vista. De Werkgroep Ar- in het kader van ‘post 1965’, waarbinnen de chief Dik Tuynman, die zijn archief ordende, gebouwen van na de Wederopbouw worden schrok bij de ontdekking dat het wooncomplex beoordeeld. Gran Vista van Tuijnman, ont- een aantal gevoelige ingrepen staat te wach- worpen in de jaren 1978-1981 en voltooid in ten. De opgangetjes en galerijen, die dreigen 1984, komt daar in de bestaande toestand ze- te verdwijnen, vormen juist een bijzondere ker voor in aanmerking.

14 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4

Geschiedenis Afb. 1. Situering Gran Vista (gearceerd). Tekening Het project kwam tot stand in een periode Dik Tuijnman. Archief Dik Tuijnman. waarin de wederopbouwplannen met brede doorbraken voor verkeerswegen en plannen lang braak liggen. In de oorspronkelijke plan- voor grootschalige kantoorfuncties het veld nen had het blok een kantoorbestemming ruimden voor een meer behoudende aanpak, moeten­ krijgen. De planvorming van deze waarin de bestaande stedelijke structuren kantoren stuitte echter op bezwaren. De En- het uitgangspunt vormden en de woonfunc- gelse projectontwikkelaar Gran Vista diende tie, aangevuld met gemengde kleinschalige in januari 1974 een plan in voor een kan- bestemmingen, centraal bleef staan. Na een toorgebouw, dat zich eveneens uitstrekte over periode van grootschalige sloop, vooral ook het uit omstreeks 1900 daterende Saskiahuis in de Nieuwmarktbuurt, begon in de loop van van de architecten A. Jacot en W. Oldewelt. de jaren zeventig de stadsvernieuwing, met In augustus van hetzelfde jaar wees het Col- een zorgvuldige inpassing van blokken met lege dit plan echter af vanwege de al te grote voornamelijk woningen in de gaten binnen schaal. Het architectenbureau Jan Brouwer het bestaande stedelijke weefsel. Gran Vis- Ass. uit Den Haag paste de plannen aan, maar ta behoort tot de vroegste voorbeelden van de schoonheids­commissie keurde deze plan- de stadsvernieuwing die vanaf de late jaren nen af in mei 1975.1 zeventig momentum kreeg. De commissie toonde zich inschikke- Het gat in het blok met het Rem- lijker naar een tweede plan van Gran Vista, brandthuis, dat met Gran Vista werd gevuld, waarbij het Saskiahuis voorlopig zou blijven was ontstaan door onttakeling van panden 1 Archief Dik Tuynman, dozen Gran Vista; Radboud tij­dens de Tweede Wereldoorlog en daar- van Beekum, ‘Dik Tuijnman (1937-2016), zoekend opvolgende sloop. Daarna bleef het terrein naar alternatieven’, Binnenstad 278, 50 (2016), 86-87.

15 2017-4 Cuypersbulletin

staan en er voor de rest wisse­lingen in hoogte Afb. 2. De gevels aan de Jodenbreestraat en de toepassing zouden vinden, die de ‘steriliteit Houtkopersdwarsstraat in mei 1986. Foto Dienst van de nieuwbouw’ konden verhullen. Een Ruimtelijke Ordening, Stadsarchief Amsterdam. derde plan van Brouwer voor Gran Vista kwam in december 1976 wel door de com- corporatie en voor de toepassing van de toen- missie, nadat er uitdrukkelijk op was gewezen malige locatiesubsidieregeling. Deze regeling dat de nieuwbouw zich in de eerste plaats voorzag erin dat het rijk bijpaste in geval van voegde naar het Burgemeester Tel­legenhuis, dure grondaankopen om zo sociale woning- in de volksmond het Maupoleum genoemd, bouw mogelijk te maken. De gemeente kocht aan de noordzijde van de Jodenbreestraat, en de grond inderdaad aan. het te bouwen stadhuis aan de kant van het In eerste instantie zag de in 1978 als . Dit plan leidde echter tot pro- wethouder aangetreden wethouder Jan testen van de bewoners en tot het raadsadres Schaeffer alleen kans hier premiekoopwo­ Jodenbreestraat. Hier horen geen kantoren. ningen te realiseren, aangezien de bouw­ Protest tegen de plannen van ‘Gran Vista’, kosten te hoog zouden uitvallen voor so- aangeboden op 26 augustus 1977. Hierin eis­ ciale woningbouw. De wederopbouwgroep ten de bewoners dat de bouw­aanvraag voor Jodenbreestraat gaf vervolgens Dik Tuijnman Gran Vista aangehouden zou worden. Zij opdracht voor een alternatief ontwerp met stelden een overleg voor tussen Gran Vista, sociale huurwoningen. Daarbij moest Joden- woningbouwverenigingen en overheidsin- breestraat 24, het Titushuis, dat geïsoleerd stanties over mogelijkheden van verwerving was komen te staan door afbraak aan weers­ van de betreffende gaten in de bebouwing zij­den, gehandhaafd blijven. Een andere eis door de stedelijke overheid of een woning- betrof een opslag voor de markt op het Wa-

16 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4 terlooplein en winkels in de plint. Aanvan- kelijk dacht Tuijnman te kunnen volstaan met 58 woningen en vijf bouwlagen aan het Waterlooplein, maar gelet op de financiële haalbaarheid kwamen hier gedeeltelijk ook acht bouwlagen en werd het programma uitge­breid tot 62 woningen. De welstandcom- missie, die de schoonheidscommissie had opgevolgd, liet zich lovend uit over het plan en sprak van een monumentaliteit ‘die zelden bij wo­ningbouw voorkomt’. De reeds ingebur­ gerde naam Gran Vista bleef gehandhaafd.

De architect Th.A.P.C. (Dik) Tuijnman (1937-2016) begon zijn loopbaan als werknemer in een timmer- fabriek. Via de avondschool, ambachtschool en de MTS werkte hij zich op en hij kwam te werken als bouwkundig tekenaar bij de architecten Karel Sijmons en Aldo van Eyck. Uiteindelijk voltooide hij de Academie van Bouwkunst, waarna hij zich in 1968 vestigde als architect. Hij gaf les aan de Academie van Bouwkunst en de Gerrit Rietveld Academie. Afb. 3. De hoek Jodenbreestraat en Daarnaast verzorgde hij timmercursussen Houtkopersdwarsstraat. Foto auteurs, 2017. voor krakers aan de Zondag Timmerschool. Met zijn blauwe of witte overall plaatste hij plan voor een aanpassing van de Joden- zich buiten de gevestigde orde, en behoorde breestraat. Die had de breedte van een vier­ hij tot het kamp van de alternatievelingen. baansweg gekregen. Aan de noordzijde Zijn kleine oeuvre, dat ook enkele onuitge­ hiervan, op de plek van de vroegere Joden voer­de projecten telt, bestaat voornamelijk uit Houttuinen, kwam in 1974 een kolossaal ge­ woningbouw in de stadsvernieuwing. Hij re- bouw gereed, het Burgemeester Tellegenhuis aliseerde in de Govert Flinckstraat in de Pijp van architect Piet Zanstra. Dit stond bekend een kleine invulling op de plek van een afge- om zijn brute lelijkheid en werd intens ver- brand huis. Hij werkte mee aan het alternatief guisd door de Amsterdammers. Voorlangs voor het wederopbouwplan voor de Nieuw- dit gebouw wilde Tuijnman een winkelgalerij marktbuurt door bureau Van Eyck & Bosch, laten verrijzen met woningen, gescheiden dat in 1970 in het blad Forum verscheen. Dit van de betonnen kolos van Zanstra door een plan voorzag in een terugkeer naar de oude smalle binnenstraat. Vanwege de rijkelijke rooilijnen en herstel van de woonfunctie. Hij toepassing van glas sprak hij van een ‘glazen droeg ook bij aan het door bureau Van Eyck fort’ en proclameerde hij de ‘Nieuwe Gezel- en Bosch ontworpen woongebouw Pentagon ligheid’ tegenover de zakelijkheid van Zan­ aan de , dat tussen stra.2 De vormgeving vond zijn inspiratie in 1975 en 1984 tot stand kwam. het destijds opkomende structuralisme, dat In 1977 trok hij de aandacht met een 2 De Volkskrant, 21 maart 1975.

17 2017-4 Cuypersbulletin

Afb. 4. Opgang in de Houtkopersdwarsstraat op de Afb. 5. Galerij langs de winkels/bedrijfsruimten in hoek met de Jodenbreestraat. Foto auteurs, 2017. de Houtkopersdwarsstraat. Foto auteurs, 2017. zich kenmerkte door een opbouw uit klein- hij het in deze tijd bij de woningbouw ver- schalige, zich telkens herhalende elementen. plichte balkon, door het als speels element in Deze ontwerpmethodiek was ontwikkeld te passen in zijn ontwerp. door architecten als Aldo van Eyck, Herman Hertzberger en Jan Verhoeven. Opzet Ongeveer gelijktijdig met het Gran Vis- In 1981 startte de bouw van het complex aan ta-complex ontwierp Tuijnman de stadsver- het Waterlooplein, de Houtkopersdwarsstraat nieuwingsprojecten Dijkstraat 81-111 (twee en de Jodenbreestraat. Aangezien het pand ateliers en zestien woningen), Korte Ko­ Jodenbreestraat 24 gehandhaafd bleef, kwam ningsstraat 13-19 (twee ateliers en zeven wo­ de bebouwing aan die straat uit twee de­ ningen) en Korte Koningdwarsstraat 4A-4C len te bestaan. Het project omvatte duizend (drie woningen met een doorgang naar het vier­kante meter marktberging, die op straat- speelterrein en de Siepersteeg) tot stand. niveau uitkomt via twee grote poorten aan In al deze projecten besteedde hij veel het Waterlooplein. In totaal biedt het com- aandacht aan de verkeerscirculatie door het plex de mogelijkheid voor zeven grote win- gebouw met bijzondere opgangen en gale­ kels (onder te verdelen in 12 units), waarvan rijen. Een groot gebouw als Gran Vista stel- die aan de Jodenbreestraat en twee winkels de hem in staat dit thema op een bijzondere aan het Waterlooplein direct vanaf de straat manier uit te werken. Verder verwelkomde bereikbaar zijn. De winkels aan de Hout-

18 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4 kopersdwarsstraat en de overige aan het Opgangen en galerijen Waterlooplein liggen aan een gaanderij en De verschillende woningtypen stelden Tuijn­ zijn te bereiken via een trapopgang. Rond man in staat te variëren met de opgangen een binnenplaats boven de marktberging en die als een bijzonder ontwerpelement ­staan de drie vleugels met 6 eenkamerwo­ uit te buiten. Op de binnenplaats gaan de ningen, 15 tweekamerwoningen, 18 drieka- bewoners op naar hun woningen via een merwoningen, 17 vierkamerwoningen en mengeling van uitwendige steektrappen en 6 vijfkamerwoningen. Tussen de bestaande inwendige trappenhuizen, in combinatie met panden Jodenbreestraat 16 en 24 kwam een binnen- en buitengalerijen en luchtbruggen. apart cascogebouw voor een woongroep van Dit gevarieerde stelsel maakt een tocht door 17 personen, waarvan de inrichting en de in- het gebouw tot een ervaring vol verrassingen. deling door de bewoners werd bepaald. Een Aan de Houtkopersdwarsstraat hangen aan bijzondere opgave vormde het aflopende ta- de buitengevel bovendien twee open spiltrap- lud van de Jodenbreestraat, een vroegere zee- pen die op verschillende hoogten aanvangen wering. Hierdoor kreeg het Waterlooplein er en eindigen. Beneden loopt hier ook een aan de onderzijde een bouwlaag bij, die zijn gaanderij langs de winkels, die zich vanwege aanvang neemt in de Houtkopersdwarsstraat. het aanwezige talud boven het straatniveau Tuijnman buitte dit hoogteverschil uit door bevinden. Het ronde, uitstekende paviljoen hier opgangen en gaanderijen te brengen. met de glazen overkapping, laaghangend op Aan de zijde van het Waterlooplein is dit een de hoek van het Waterlooplein met de Hout- hoge, met glas overdekte trap, aan de Joden- kopersdwarsstraat, hoort bij de winkel op de breestraat een hellingbaan voor fietsen en een hoek. De opgangen aan weerszijden vertonen trapje. eveneens een glazen overkapping. De speelse

Afb. 6. Hoekpaviljoen en opgang galerij aan de Houtkopersdwarsstraat. Foto auteurs, 2017.

19 2017-4 Cuypersbulletin omgang met de inwendige circulatie geeft het lagen de meeste reliëf en nadruk krijgen. Aan gebouw een bijzondere kwaliteit. de kant van de Jodenbreestraat begint de af- wisseling tussen open en dicht meteen boven Geleding de hoge winkelplint. Na een overgang op de De buitengevels wekken ondanks hun grote derde verdieping krijgt de gevel daarboven oppervlak geen kolossale indruk. Debet hier­ weer meer reliëf, zoals aan het Waterlooplein. aan is de overwegend verticale geleding en de Alleen de tweede verticale as vanaf de linker- grote variatie aan speels toegepaste, telkens hoek bereikt acht bouwlagen, de overige assen­ terugkerende elementen. Aan het Water- zeven. Deze hoge as verleent het gebouw looplein beslaan de hoge winkelruimten de nabij de hoek een extra accent. De gevel aan twee onderste bouwlagen. De twee bouwla- de Houtkopersdwarsstraat heeft door de toe- gen daarboven vertonen een afwisseling van passing van een groot aantal dichte wanden dichte onderdelen met vensters en houtwerk het karakter van een zijgevel. Net als aan de en open delen met inpandige balkons. De kant van het Waterlooplein, kregen de hogere bouwlaag daarboven fungeert als overgang bouwlagen van deze ‘zijgevel’ een andere be- naar de hogere verdiepingen, waarin zowel de handeling dan de lagere. Het rechterdeel van dichte delen als erkers naar voren komen en de gevel, naar de Jodenbreestraat, telt een de balkons op soortgelijke wijze naar voren bouw­laag minder dan het linkerdeel naar het steken. Door deze gelaagde opbouw ontstaat Waterlooplein. Een vergelijkbare opzet met een bijzondere opbouw, waarbij de hoogste de nodige variatie vertoont het cascogebouw

Afb. 7. Het hoekpaviljoen­ op de hoek van het Waterlooplein, mei 1986. Foto Dienst Ruimtelijke Ordening, Stadsarchief Amsterdam.

20 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4

Afb. 8. De binnenplaats gezien naar het noordoos­ Afb. 9. Trappen gezien naar het oosten. ten. Foto auteurs, 2017. Foto auteurs, 2017. met de woongroep, maar dit bouwdeel is grotere halfronde balkons aan deze straat di- ­lager. rect boven de twee spiltrappen. Overal in de gevel vormen de kleur van Bijzondere detaillering het beton en het houtwerk de basis van het Zowel aan de straat als op de binnenplaats kleurenpalet, maar daarbij paste Tuijnman trekken bijzondere details de aandacht. Een in de kozijnen en hekwerken, meestal per as, bijzondere vorm kregen de twee buitenhoe­ blauwe en rode accenten toe. De blauwe ac- ken in het gebouw aan weerszijden van de centen komen vooral voor in de naar binnen Houtkopersdwarsstraat. Op beide openge­ golvende delen van de gevel, de rode vooral werkte hoeken staat een ronde kolom, die op de naar buiten stekende onderdelen. Al- doorloopt van onder tot boven. Ze steunen de leen in het hoekpaviljoen aan de kant van het balkons. Aan de Jodenbreestraat zijn dit drie- Waterlooplein kwam in het glazen dak ook hoekige, naar voren stekende balkons, aan het geel voor, wat het kleine hoekpaviljoen een Waterlooplein blijven de balkons achter het bijzonder belang lijkt te geven. Het kleuren- gevelvlak. Aan de kant van de Houtkopers- schema verkeert verder niet meer geheel in dwarsstraat hebben deze balkons een kleine, zijn oorspronkelijke staat. Zo maakte de blan- halfronde uitstulping, die bewoners in staat ke houtkleur plaats voor wit. stellen deze straat in te kijken. Deze halfronde In de marktberging achterin staan bij- vormen corresponderen met die in de veel zondere kolommen in paddenstoelvorm, met

21 2017-4 Cuypersbulletin daarop een vierkante dekplaat. Een fraai uit- zo goed mogelijk aan bij aansluitende be- gewerkte opening in het plafond voorziet de bouwing en de omge­ving. Het gebouw toont ruimte van daglicht. aan hoe het verkeer in een gebouw benut kan worden als een ontwerpmogelijkheid die Conclusie kwaliteit kan toevoegen aan het geheel. Het Het complex vervult een bijzondere plaats complex vertoont een uitzonderlijke geleding in de architectuurgeschiedenis als een van en opbouw en tevens een, zeker voor sociale de vroegste voorbeelden van stadsvernieu- woningbouw, ongekend verfijnde en verras- wing op een historisch beladen plaats, waar sende detaillering, waarvan de kwaliteit des­ grootschalige kantoorbouw had moeten ver- tijds meteen ook al door de welstandscom- rijzen in het kader van de Wederopbouw. missie werd onderkend. De architect Dik Tuijnman behoorde tot In het kader van de aanwijzingen ‘post de representanten van het toenmalige struc- 1965’ komt dit complex in de oorspronkelijke turalisme en vertegenwoordigde daarbij te- staat zeker in aanmer­king voor een aanwij­ vens de alternatieve bewegingen van die tijd, zing tot gemeentelijk mo­nument. Het is spij­ die zochten naar eigen levenswijzen. Hij sym- tig dat het Cuypers­ge­nootschap niet eerder in pathiseerde met de toenmalige krakersbewe- kennis is gesteld van de dreigende aantasting, gingen en bracht, mede door zijn afvalligheid want we hadden ons zeker ingezet voor be- aan de gevestigde orde, een naar omvang ui- houd van de be­staande karakteristie­ken. De terst bescheiden oeuvre voort. Daarbinnen bouwvergunning is he­laas al onherroepelijk. vormt dit project zijn meesterwerk. Het is afwachten of het com­plex na de ge­ In hoogte en door de afwisseling daarin, plande ingrepen­ nog steeds voor een monu- sluit het gebouw in alle drie de zijden steeds mentenstatus in aanmerking komt.

Afb. 10 Gran Vista in de noordelijke pleinwand van het Waterlooplein. Foto Radboud van Beekum.

22 Nieuwsbrief van het Cuypersgenootschap 2017-4

Doorbraak Plannen Paterskerk Eindhoven / David Mulder

De zienswijze van het Cuypersgenootschap geen noodzaak en mogelijkheid tot het instel- tegen de ingrijpende wijzigingen van het zui- len van een beroepsprocedure. Uit recente ju- delijke transept en het interieur van de Paters- risprudentie is gebleken dat rechtbanken zich kerk in Eindhoven (zie Cuypersbulletin 2017- in dergelijke beroepszaken terughoudend op- 3) heeft tot wijziging van de plannen geleid. stellen en gemeenten alleen terugfluiten wan- Het Cuypersgenootschap is tevreden met het neer, in geval wordt afgeweken van een advies behoud van het zuidelijke transeptportaal van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en het grootste gedeelte van de uitgebouwde (RCE), deze niet aan de motiveringsplicht biechtstoelen: de laatste zullen voorzien wor- hebben voldaan. De gemeente Eindhoven den van vensters. Ook zal waarschijnlijk het heeft het advies gemotiveerd weerlegd en kan Maarschalkerweerd-orgel niet uit de kerk steunen op een positief advies van de Com- verwijderd worden. Vanwege de vele kerkslui- missie Ruimtelijke Kwaliteit. Ook zijn de tingen in de nabije toekomst lijkt het name- zienswijzen van de bezwaarmakers uitgebreid lijk niet aannemelijk dat zich daarvoor een beantwoord en zijn de toezeggingen van DE- passende herbestemming aandient. Helaas zal LA door de gemeente mede ondertekend. We de verplaatsing van het bijzondere hoogaltaar kunnen niet anders concluderen dan dat de wel doorgaan, maar doordat het binnen het gemeente Eindhoven de procedure zorgvul- kloostercomplex behouden blijft, is herplaat- dig doorlopen heeft en dat een beroep geen sing in de toekomst mogelijk. Het Cuypersge- kans van slagen heeft. Overigens zal de Henri nootschap legt zich neer bij de verwijdering van Abbe Stichting te Eindhoven wel beroep van de kruisweg. Een en ander is door de aantekenen tegen de voorgenomen verplaat- opdrachtgever DELA schriftelijk vastgelegd. sing van het hoogaltaar en de aantasting van Het bestuur van het Cuypersgenootschap ziet de biechtstoelen.

Rectificatie In Cuypersbulletin 2017-3 is bij het artikel over de Paterskerk helaas een storende fout geslo- pen: de afbeeldingen op de pagina’s 13, 14, 15 en 18 zijn niet vervaardigd door Bernadette van Hellenberg Hubar, maar door Bart van Gestel van Franken Projectmanagement.

23 § 2017-4 Cuypersbulletin

Exclusief kunsthistorisch rondleidingarrangement in de kerstvakantie

In het afgelopen jaar heeft de Carnegie-Stichting onderzoek verricht naar de kunstenaars die het Vredespaleis in Den Haag hebben gedecoreerd: wie waren dit en op welke manier hebben zij van het gebouw een tempel van Vrede en Recht willen maken? Bijna alle ontwerpers waren afkomstig uit Den Haag en omgeving. Eén van hen trok in het bijzonder onze aandacht: Herman Rosse. Deze Hagenaar was nog geen 24 jaar oud toen hij zijn omvangrijke werk voor het Vredespaleis begon. Na de opening van het Vredespaleis vertrok hij met zijn echtgenote, de assistente van de tuinarchitect, naar de Verenigde Staten en zou daar dankzij zijn ontwerpen de eerste Nederlander worden die een Oscar in de wacht sleepte.

Afgelopen maand is over Herman Rosse en zijn werk in het Vredespaleis een fraai, rijk ­geïllustreerd magazine verschenen. In de kerstvakantie biedt de Carnegie-Stichting ­bovendien op 5 en 6 januari exclusieve rondleidingarrangementen aan waarin de kunst en ­kunstnijverheid centraal staan. De rondleidingen (een primeur!) vinden plaats op 5 en 6 januari. Tickets zijn te boeken op de website van het Vredespaleis: www.vredespaleis.nl. De rondleidingen worden aangeboden in combinatie met een hightea.

Het Herman Rosse magazine kan besteld worden in de webshop van het Vredespaleis: https://www.vredespaleis.nl/webshop Beschikbaar in het Nederlands en Engels. Introductieprijs 9.50 www.vredespaleis.nl Foto: Collectie Carnegie-Stichting

24