Gebruikersonderzoek P+R Station Lent
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Gebruikersonderzoek P+R Station Lent Vervolgmeting 2005 Gemeente Nijmegen Afd. Onderzoek en Statistiek Januari 2006 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding en doel onderzoek 3 1.2 De onderzoeksvragen 4 1.3 Onderzoeksopzet 5 1.4 Afbakening doelgroep onderzoek 6 1.5 Opzet rapportage 7 2 Gebruik van de P+R 9 2.1 Omschrijving P+R Station Lent 9 2.2 Wat is op dit moment het feitelijk gebruik? 9 3 Achtergrondkenmerken van de overstappers 13 3.1 Geslacht en leeftijd 13 3.2 Opleiding en woonplaats 14 4 Kenmerken van de ketenverplaatsing 15 4.1 Herkomst, bestemming en meest gemaakte reizen 15 4.2 Reisdoelen, reden voor ketenverplaatsing en openbaar vervoer gebruik 17 5 Oordeel gebruikers over de P+R voorziening 21 5.1 Tevredenheid over voorzieningen 21 5.2 Problemen in het dagelijks gebruik 22 5.3 Tevredenheid over reisinformatie en tarief 25 6 Conclusies en aanbevelingen 29 6.1 Meeste P+R gebruikers stappen van fiets over op trein 29 6.2 Meer reizigers dan verwacht 29 6.3 Reizigers jong, hoog opgeleid en vooral uit Lent 29 6.4 P+R terrein speelt grotere rol in het bezoek aan het Nijmeegse stadscentrum 29 6.5 Angst voor files belangrijk motief gebruik P+R voorziening 30 6.6 Ondanks tevredenheid P+R-voorziening toch enkele problemen 31 6.7 Meerderheid nog steeds tevreden over reisinformatie 31 Inhoudsopgave (vervolg) 6.8 Aanbevelingen 32 6.8.1 Mogelijkheden vervolgonderzoek 32 6.8.2 Het P+R terrein in Lent 32 7 Bijlagen 35 7.1 Vragenlijst 35 7.2 Telgegevens voertuigen 38 7.3 Reismotieven bij de meest voorkomende reizen 40 2 Gebruikersonderzoek P+R Station Lent Inleiding 1 Inleiding De verkeersdrukte in de stad neemt toe. Parkeerplaatsen staan vaker vol en er is meer filevorming op de wegen in en naar de stad. Deze verkeersdrukte komt de bereikbaarheid van het centrum van Nijmegen niet ten goede. Om toch enigszins deze bereikbaarheid te garanderen, zou de Park and Ride voorziening in Lent een oplossing kunnen bieden. De P+R voorziening zorgt voor parkeergelegenheid en biedt gelegenheid tot ketenmobiliteit: men parkeert de auto bij de voorziening en reist verder met het openbaar vervoer of vice versa. 1.1 Aanleiding en doel onderzoek De gemeente Nijmegen heeft eind 2004 onderzoek gedaan naar de ‘Park and Ride’- voorziening bij station Lent. Gedurende drie weken in november zijn tellingen gedaan en enquêtes afgenomen onder de gebruikers van het P+R terrein. Het doel van dit onderzoek was het in kaart brengen van het gebruik, de gebruiker en het oordeel van de gebruiker over de voorziening in Lent. Onder de gebruikers werden de mensen verstaan die door middel van ketenmobiliteit gebruik maakten van de P+R voorziening. De definitie van ketenmobiliteit is in het onderzoek van 2004 ruimer opgevat dan de gangbare definitie. Zo is naast de autoverplaatsing ook de fietsverplaatsing meegenomen. Bij ketenverplaatsing ging het in dit onderzoek dus om de reizigers die hun auto parkeerden dan wel hun fiets stalden op het P+R Station Lent en overstapten op het openbaar vervoer of vice versa. Een aantal belangrijke conclusies dat werd getrokken uit het gebruikersonderzoek van 2004 was dat het feitelijke gebruik van de P + R voorziening ver onder de verwachte aantallen lag. De voornaamste reden voor automobilisten om gebruik te maken van de voorziening was het grote parkeerprobleem op de bestemming. Fietsers vonden de bestemming te ver en gingen daarom verder met het openbaar vervoer. De belangrijkste verplaatsing waar de P + R voorziening voor werd gebruikt, was de route Nijmegen- Lent - Arnhem en vice versa. Verder bleek dat voornamelijk jongeren, hoog opgeleiden en mannen gebruik maakten van de voorziening en dat de meeste van hen op weg waren naar hun werk of school/studie. Belangrijke klachten waren de kwaliteit van de verharding, het feit dat de fietsenstalling niet overdekt is, diefstal en vernieling. Sinds het gebruikersonderzoek 2004 zijn er, qua inrichting van de P + R voorziening, een aantal zaken veranderd en verbeterd. In 2004 waren nog maar 20 parkeerplaatsen verhard, nu zijn alle parkeerplaatsen (114) verhard. Ook heeft het wooninformatiecentrum ‘Waalsprong’ zich gevestigd op de parkeervoorziening van het station Lent. De openbaar vervoervoorzieningen tussen station Lent en de binnenstad zijn ten opzichte van 2004 nog niet verbeterd. Ook de plannen van Regiorail om in een rechtstreekse verbinding met het station Heijendaal te voorzien zijn tot op heden niet uitgevoerd. Het doel van deze vervolgmeting is het gebruik, de gebruiker en het oordeel van de gebruiker over de P + R voorziening in kaart te brengen en te vergelijken met het gebruik, de gebruiker en het oordeel van de gebruiker uit 2004. Wat is op dit moment het feitelijke gebruik van het P + R Station Lent? Welke achtergrondkenmerken hebben de overstappers? Wat zijn de kenmerken van de ketenverplaatsing? Welk oordeel hebben de overstappers over de kwaliteit van de voorziening? En in welke mate zijn deze zaken veranderd ten opzichte van 2004? 3 Gebruikersonderzoek P+R Station Lent Vervolgmeting 2005 Dit onderzoek is, net als de eerste meting, gedaan in opdracht van de afdeling Openbare Ruimte (DGG). Op basis van de resultaten kan bekeken worden of aanpassing van de voorziening eventueel nodig is. 1.2 De onderzoeksvragen De centrale onderzoeksvragen zijn: 1. Wat is op dit moment het feitelijke gebruik van de P + R Station Lent? In welke mate is dit veranderd ten opzichte van 2004? 2. Welke achtergrondkenmerken hebben de overstappers? In hoeverre zijn deze veranderd ten opzichte van 2004? 3. Wat zijn de kenmerken van de ketenverplaatsing? In hoeverre zijn deze veranderd ten opzichte van 2004? 4. Welk oordeel hebben de overstappers over de kwaliteit van de voorziening? In welke mate is dit veranderd ten opzichte van 2004? Voordat we verder gaan met de operationalisering van de begrippen uit de centrale onderzoeksvragen is het belangrijk om te beseffen dat de volgende zaken aan de orde komen in dit onderzoek: 1. de herkomst en bestemming van de reizigers; 2. het reismotief; 3. de gebruikte vervoermiddelen; 4. de frequentie van gebruik; 5. het oordeel over diverse onderdelen van de P+R; 6. persoonskenmerken van de reizigers. Aan deze zaken is ook in de nulmeting aandacht besteed. Voor de vragen over deze zaken wordt verwezen naar de vragenlijst die in bijlage 7.1 is opgenomen. Operationalisering van de begrippen uit de onderzoeksvragen In dit gebruikersonderzoek wordt het feitelijke gebruik gemeten aan de hand van tellingen van het aantal geparkeerde auto’s en gestalde fietsen op verschillende momenten in de week, en aan de hand van gegevens over de frequentie van het gebruik van de parkeervoorziening/fietsenstalling in de enquête. Bij de achtergrond van de overstappers kijken we naar geslacht, leeftijd, opleiding en woonplaats. Overstappers zijn de reizigers die via een ketenverplaatsing gebruik maken van de P+R bij Station Lent. In dit onderzoek zal dezelfde definitie van ketenmobiliteit worden gehanteerd zoals dit in de nulmeting ook is gedaan: reizigers parkeren hun auto of stallen hun fiets op het P+R Station Lent en stappen vervolgens over op het openbaar vervoer of vice versa. In het gebruikersonderzoek van 2004 werden de kenmerken van de ketenverplaatsing en de achtergrondkenmerken van de overstappers nog samengenomen. In het gebruikersonderzoek van 2005 zijn deze onderscheiden door toevoeging van een extra onderzoeksvraag, d.w.z. een vraag over de kenmerken van de ketenverplaatsing. Hieronder wordt verstaan: herkomst, bestemming, gemaakte reis, reisdoel, reden voor ketenverplaatsing en gebruikt openbaar vervoermiddel. 4 Gebruikersonderzoek P+R Station Lent Inleiding Als laatste wordt het oordeel van de overstappers over de kwaliteit van de voorziening gemeten in relatie tot de volgende zaken: tevredenheid over de voorzieningen, reisinformatie en tarieven en de problemen in het dagelijkse gebruik. 1.3 Onderzoeksopzet Om de centrale onderzoeksvragen te beantwoorden zijn voertuigtellingen gehouden en is een enquêteonderzoek uitgevoerd. De gegevens van het onderzoek zijn verzameld in de maanden oktober/november 2005, dezelfde periode als in 2004. Het veldwerk is uitgevoerd door Bureau Planwerk uit Nijmegen. Voertuigtellingen Om het gebruik van de P+R door overstappers vast te stellen is in overleg met de opdrachtgever uitgegaan van het aantal gestalde voertuigen. Het aantal geparkeerde auto’s en fietsen op de P+R is geteld op verschillende dagen in de week: werkdagen, koopavond (donderdagavond) en zaterdag. Om betrouwbare uitspraken te kunnen doen is gedurende 3 weken achtereen op de genoemde dagen geteld, op vastgestelde tijden in week 43, 44 en 45 (oktober/november 2005). Tellocaties waren het parkeerterrein en de fietsenstalling bij station Lent. Enquêteonderzoek De onderzoekspopulatie bestaat uit reizigers die met hun auto geparkeerd dan wel met hun fiets gestald staan op het terrein van P+R station Lent en verder gaan met het openbaar vervoer of vice versa. Een belangrijk verschil met het onderzoek van 2004 is dat nu ook andere type reizigers worden geregistreerd. Mensen die worden afgezet of opgehaald, bus-trein (vice versa) reizen, carpoolen of het wooninformatiecentrum bezoeken worden weliswaar niet geïnterviewd, maar worden wel geregistreerd. Dit middels een kleine aanpassing in de vragenlijst. Deze aanpassing heeft dus als voordeel dat mensen die niet binnen de onderzoekspopulatie vallen niet worden geïnterviewd. Dit was in het onderzoek van 2004 soms wel het geval. In de enquête zijn er vragen aan bod gekomen waarmee we een duidelijk beeld kunnen geven van de