<<

Gebiedsbestemmingen

Essen en oude veldontginningen

Essen

Bovensmilde Oude veldontginningen (kampontginningen)

Beekdalen

Beekdalen I

Beekdalen II

Jonge veld- en veenontginningen Jonge veldontginningen

Veenontginningen

Bossen en velden

Onder ‘Overige gebieden’ (functioneel) vallen de gebiedsbestemmingen P.M. ‘Bossen’ en ‘Velden’ (landschapseenheden). De bestemming en begrenzing moet nader worden bepaald op grond van de aanwijzing / verwerving van 1 natuurgebieden, huidige eigendom- en beheerssituatie, ontwikkelingsdoel.

2 4 Oranje 3 3 5 2 1

1 6 1 2 2 Klatering-Alting 1 1 3 3

Brunsting 4 3

2 1 1 1 1 2 -Lieving-Makkum 3 4 2 3 2 Terhorst

1 1 2 3 6 2 3 1 4 Witteveen 4 5 7

Mantinge 2 1 1

2

Nieuw Balinge

Hooghalen Zwiggelte 1. De gronden noordelijk langs de Nijlanden zijn te 1. Dit stuk grond van de Eekhorsten behoort ook tot de beschouwen als kampontginningen. bovenloop van de Leek en is dus bij Beekdalen II 2. Hetzelfde geldt voor het Nijland zuidelijk, terwijl ondergebracht. het voor de Westkampen kan worden betwijfeld 2. Dit stuk grond noordelijk van het Oranjekanaal 3. De Holtes moet duidelijker begrensd worden naar behoort tot de Jonge veldontginningen en niet tot de Jonge veldontginningen. Beekdalen II. 3. De begrenzingen zijn hier wat aangepast, gekoppeld Hijken aan landschapselementen. 1. Een stukje bovenloop van de Vorrelveense Lake 4. Een groot stuk grond behoort tot de Jonge (noordelijk van N381) behoort tot Beekdalen II. veldontginningen. Holthe-Lieving-Makkum Spier 2. De Westerkamp bij Hijken is begrensd als es, 1. Een stuk grond westelijk van Makkum behoort niet 1. De gronden noordelijk van Spier zijn te beschouwen maar moet dan ook onder de juiste gebiedsbe- Elp tot Beekdalen II, maar tot de Essen en de Jonge als kampontginningen. stemming gebracht worden. De omgeving 1. Het Halen Veldje oostelijk aan het Alenveld behoort veldontginningen. bestaat uit kampontginningen. tot de Jonge veldontginningen. 2. Noordoostelijk van Lieving moeten de gronden Drijber 3. De Noordkamp is een es, omgeven door ondergebracht worden bij Beekdalen II. 1. De oostelijke begrenzing van de Drijbersche Esch kampontginningen. De begrenzingen daarvan Westerbork 3. Bij de begrenzing is het Linthorst Homankanaal moet aangepast worden. Kampontginningen waren moeten echter worden aangepast. 1. Het stuk grond tussen de Stukkenweg en N381 aangehouden. Een strook zuidelijk om de Holther er alleen aan de noordzijde. 4. De Hijker Esch of Nastering Esch kende een behoort tot de Jonge veldontginningen, niet tot het Esch moet Jonge Veldontginningen worden. 2. Het deels gereconstrueerde, deels met natuurtechni- grillige begrenzing. De begrenzing is hier beekdal van de Ruimsloot. 4. De Oosterkamp bij Holthe is vermoedelijk wel jonge sche ingrepen aangepaste Oude Diep wordt gekoppeld aan landschapselementen. 2. Het stukje Beekdalen I kan beter onder de Essen een es, maar kan ook tot de kampontginningen bestemd tot Beekdalen I. 5. De noordelijke grens van dit deel van de es is gebracht worden. Het betreft eigenlijk een kampont- gerekend worden. De begrenzing naar de Jonge naar het zuiden toe wat aangepast. ginning in een laagte van de esrand. veldontginningen is aangepast. Bruntinge 6. De zuidelijk gelegen Hijker Esch kende een nog 3. De rand van de Eursinger Esch kent kampontginnin- 1. Een inconsequente bestemmingsvariatie. Bij grilliger begrenzing. Maar het stuk grond zuidelijk gen, maar een groot deel ervan is opgegaan in de Wijster agrarisch beheer de bovenloop in zijn geheel van de N381 behoort zeker tot de Jonge Jonge veldontginningen. 1. De noordelijke grens van de oude ontginningen was bestemmen tot Beekdalen I. veldontginningen. te ver gelegd en gekoppeld aan het spoortraject. De 2. De zuidwestelijke rand van de Bruntinger Esch tot Orvelte grenzen zijn nu aangepast tot Emelangen. aan de Holtherstraat behoort tot de Jonge veldont- Klatering-Alting 1. De Noord Esch en Kampesch werden gescheiden 2. Langs het Looveen komt nu een strook Jonge ginningen. 1. De Hanekamp, noordelijk van Eursing is te door een complex van kampontginningen en veldjes. veldontginningen. 3. Een onmisbare schakel tussen het Garminger beschouwen als een kleine es, opgenomen in Deze worden onder eenzelfde bestemming 3. Deze gronden kunnen beter beschouwd worden als beekdal en de Bruntingerweide. Een smalle strook een complex kampontginningen. Deze onder één gebracht. Jonge veldontginningen. bestemmen van Jonge veldontginningen naar bestemming Essen brengen. 2. Het valt te betwijfelen of het hier om een essencom- 4. Het heet de Nieuwe Esch, maar met de kenmerken Beekdalen I. 2. De begrenzing van de Klater Esch is nu plex gaat. Alles onder één bestemming brengen van een kampontginning. Zou mogelijk ook als 4. Deze gronden zijn foutief bestemd als Beekdalen I, gekoppeld aan landschapselementen. geeft duidelijkheid. Essen bestemd kunnen worden. moet Jonge veldontginningen zijn. 3. Dit stuk grond kan ook tot de Jonge veldontgin- 5. Er liggen hier voormalige kampontginningen aan de ningen gerekend worden. Terhorst buitenkant van de Zuider Esch. Kan ook als Jonge

veldontginningen bestemd worden. 1. De gronden zuidelijk bij Smalbroek zijn Jonge 6. Dit stuk Eekma gaat als beekdal helemaal op in de 1. De gronden westelijk van de Stienkamp behoren tot 1. De strook erven van Brunsting moet onder veldontginningen. gebiedsbestemming Bossen. Zou ook Beekdalen I de Jonge veldontginningen. Beekdalen II gebracht worden en het voormalige 2. De gronden bij Terhorst zijn eerder te beschouwen kunnen worden, als er agrarisch beheer plaatsvindt. 2. Ook de gronden oostelijk van de Heirweg en het Koolveen onder de Jonge veldontginningen. als Jonge veldontginningen dan als kampontginnin- 7. Een groot stuk grond dat foutief bestemd is, moet in stuk bij de Vosseheugte behoren tot de Jonge 2. Het stuk Jonge Veldontginningen kan worden gen. het geheel Jonge veldontginningen zijn. veldontginningen. uitgebreid tot aan de Beilervaart.