Ben Westerink het land vorm gaven. Hoewel niet altijd in goed overleg. De aanwijsbaarheid van zo'n lange kultuurgeschiedenis in een landschap is uniek. Drentse dorpen zwierven, Romeinse wegen raakten zoek, maar wierden, maren en HOOGTEPUNTEN IN kleiwegen bleven op hun plaats. Het moet 26 eeuwen geleden begonnen zijn: toen de eer- ste bewoners naar de drooggevallen kwelders HET GRONINGER KLEILAND trokken. Wierden op wallen De bewoners van het jonge kwelderland ko- Volgens enquêtes oefent zen de hoogstgelegen plekken voor hun be- het noordelijk kleiland huizingen. De terpen (Groningers spreken van wierden) ontstonden als kralensnoeren slechts een geringe op de hoog opgeslibde kwelderwallen langs aantrekkingskracht uit op de kust. Dat wil zeggen de toenmalige zee- de toerist. Het Groninger kust, want tegenwoordig liggen deze woon- plaatsen kilometers ver landinwaarts. Mid- land is te vlak en te saai. delstum, Oostum of Godlinze zijn geen zee- De aanwezigheid van dorpen meer. In de omgeving van wierden is hoogteverschillen in het vaak nog natuurlijk reliëf aan te treffen. Op de oudste kwelders is het reliëf door latere landschap is immers een opslibbing afgevlakt. De wierdenreeks Groot voorwaarde voor een Maarslag-- ligt op een massale toeloop van zeer oude kwelderwal waar het reliëf nog dui- dagjesmensen. Hoe meer delijk waarneembaar is. Rond Loppersum, Stedum en Westeremden is het land licht gol- heuvels en dalen hoe vend. Ook hier hangt het reliëf vermoedelijk beter. Toegegeven, samen met de vorming van zeer oude kwel- stoeltjesliften en ders. Langs het Valgepad tussen en Groot zien we de akkers bollen; het lawinegevaar zullen in het pad loopt over de kam van een kwelderwal kleiland nooit een grote die 2600 jaar geleden is drooggevallen. rol spelen, maar reliëf is Duidelijker is het reliëf rondom de kwelders die in de vroege Middeleeuwen (6e-10e er wel degelijk te vinden. eeuw) ontstonden. De jongste kwelderwallen Maar het is van een zijn het hoogst opgeslibd. De toppen van deze subtiel karakter. Voor de kwelders rijken tot ruim + 2 m NAP terwijl de zware klei landinwaarts hier en daar tot fijnproever als U wilt. —1.0 is ingeklonken. Een hoogteverschil van Foto 1 — Sloot in de omgeving van . Het reliëf is slechts drie meter. Niet onbelangrijk als men bewaard gebleven. De sloot heeft nog de allure van een priel. in het achterland met een ingenieus spel van sluizen, pompen, zijltjes, voorden en tocht- sloten de voeten droog moet houden. Drie IN DIT ARTIKEL WORDEN VOORBEELDEN GEGE- dien is hieraan door de mens veel reliëf toe- meter hoogteverschil was voldoende om van ven van de soorten reliëf die we in het Gro- gevoegd in de vorm van wierden, dijken, wie- te spreken. ninger kleiland kunnen aantreffen. Noodge- len, veldovens, borgrestanten, dobben, afti- dwongen ook aandacht voor de bedreiging chelingen etc. Bij nadere beschouwing blijkt Het Hogeland van dit reliëf. De egalisaties deden en doen al dat het natuurlijke reliëf heel nauw verweven tientallen jaren hun vernielende werk. En er is met het kultuurlijke reliëf. Daarin ligt te- Het Hogeland is de benaming voor de hoog- is een nieuwe dreiging: bosbouw in het Noor- vens het unieke karakter van het Groninger opgeslibde kwelders die het noordelijke deel den. kleiland. Het is een tientallen eeuwenoud van het kleiland vormen. Boven op de gol- Het Groninger kleiland is van oorsprong een kultuurlandschap waarin menselijk hande- vende kwelderwallen van het Hogeland wer- kwelderlandschap, het is een mozaïek van len zich liet leiden door natuurlijk hoogtever- den lichte kleien afgezet. Deze zandige klei kwelderwallen, prielen, oude rivierbeddin- schil. Het landschap is er een kollage van in- wordt in traditioneel gebruikt gen, oeverwallen en inversieruggen. Boven- grepen waarin beurtelings de zee en de mens voor akkerbouw. Om deze akkertjes beter te

NOORDERBREEDTE vormen het restant van doorbraken die Humsterland vroeger tot een eiland maak- ten. Door eeuwenlange bedijking zijn de voormalige geulen hoog opgeslibd tot lang- gerekte kleiheuvels, die het Humsterland lij- ken te omarmen. De stroomdraad van deze inbraak is herkenbaar in de Oude Riet en de Oude Tocht. Humsterland en Middag vor- men een volstrekt uniek gebied met een eigen kleinschalige sfeer die zich moeilijk laat be- schrijven. Deze voormalige eilanden zijn door hun geïsoleerde ligging nog altijd eilan- den. Maar nu van stilte. De topografie is er gaaf bewaard. De voormalige prielen vormen Foto 2 — Het Oude Diep tussen Winsun en Garnuierd. Het Diep volgt de stroomdraad van de voormalige een verkavelingspatroon dat als onregelmati- Hunze. Vanaf de eerste bedijking (13e eeuw) tot aan de'afdamming in 1640 is hier het buitendijkse land ge blokverkaveling werd aangeduid. Ruilver- opgeslibd. Hierdoor lijkt het alsof liet Diep in een beekdal ligt. kavelingen hebben in Groningen thans het merendeel van deze typerende en reliëfrijke ontwateren zijn ze eeuwenlang bolgeploegd, bedding van het oude Diep is nog afgetekend verkavelingsvorm uitgewist. Het onlangs waardoor het reliëf versterkt werd. De bolle in het landschap aanwezig. In de landstreek door de Provincie Groningen uitgebrachte akkertjes zijn een typisch kleinschalig ele- Middag (rondom Franssum en Ezinge) heeft rapport 'De landelijke lijn' (PPD, Groningen) ment van het Groninger Hogeland. het Peizerdiep het landschap sterk beïnvloed. laat daar geen misverstand over bestaan. On- Tussen de akkertjes kronkelen de maren als De voormalige beddingen zijn nu vochtige regelmatige blokverkaveling is thans vrijwel restanten van oude kreken. Het land is er zel- groenlanden, waardoor veel weidevogels beperkt tot Middag en Humsterland. Het is den vlak. Nederzettingen als of worden aangetrokken. Op de wallen van het van het allergrootste belang dat dit verkave- liggen op bescheiden wierden, Peizerdiep zien we zeer oude, soms verlaten, lingstype als monument aan het nageslacht maar het kunnen evengoed natuurlijke ver- wierden. wordt doorgegeven. hogingen zijn. Hier valt de invloed van mens Naast oude rivierbeddingen liggen in het en de zee nauwelijks te ontrafelen. land de restanten van geulen en prielen, die Reitdiepdal In de Marne vinden we diverse oost-west ver- in het kleiland werden uitgesleten toen de zee lopende kwelderwallen die door laagten ge- nog vrij toegang had tot het onbedijkte land. Ook de Hunze heeft het kleiland niet over- scheiden worden. Op de toppen van de wal- Middag en Humsterland (omgeving Oldeho- leefd. De rivier werd gekanaliseerd en tot len zijn de verhoogde woonplaatsen lijnvor- ve en Noordhorn) zijn rijk aan natuurlijk ge- Reitdiep vergraven. De bedding van de voor- mig gerangschikt, waardoor het reliëf van de vormde sloten, die soms nog van het oor- malige Hunze wordt vaak het Reitdiepdal ge- oost-west ruggen versterkt wordt. De walleen spronkelijke reliëf zijn voorzien (foto 1). De noemd. Hieraan gerelateerd zijn de beide worden naar het noorden toe jonger. Er is wegen zijn smal en kronkelen op hun beurt wierdenreeksen (- en Dork- een geleidelijke overgang van wierdenlinten weer langs verdwenen geulen. Het voormali- werd-Oldehove) die op de oevers van de ge- naar dijkdorpen. Op de oudste en meest ge eiland Humsterland wordt omgeven door tijdenrivier ontstonden. De typische perce- zuidelijke wal vinden we , en hoog opgeslibde brede kleibeddingen. Ze ling, wegenloop, borgplaatsen, en resten van Wehe-Den Hoorn. Op de jongste en noorde- lijkste rug liggen en Westernie- land. Ook hier zijn wierde, dijkrestant en na- tuurlijke hoogte met elkander vergroeid.

Rivierlopen, prielen en geulen De Fivel, de Hunze en het Peizerdiep hebben eeuwenlang door het kleiland gekronkeld. De oeverwallen en beddingen van deze ver- dwenen rivieren zijn nog in het land herken- baar. De hunzebedding is beeldbepalend in het Reitdiepdal. De Fivel is minder makkelijk terug te vinden; de rivier verzandde reeds in de vroege Middeleeuwen en sedertdien is veel reliëf verloren gegaan. Het Peizerdiep stroomt als Aduarderdiep het kleiland bin- nen. Het water van het Peizerdiep vloeit te- Foto 3 — Resten van veldovens nabij de borgstee Harssens. Hier werden kloostermoppen gebakken. Links genwoordig via kanalen naar de zee, maar de volgt het Selwerderdiepje de stroomdraad van de voormalige Hunze.

NOORDERBREEDTE - 1 3 8 oude bedijking kompleteren het gebied. De omvang, samenhang en gaafheid van het Reitdiepdal maakt het tot een type landschap dat volstrekt uniek is. Het kent in het Noord- Westeuropese kleilandschap niet zijn gelijke. De komende ruilverkaveling Sauwerd lijkt het Reitdiepdal grotendeels te sparen.

Het Reitdiepdal is rijk aan verschillende soor- ten reliëf. De oude beddingen worden bege- leid door oeverwallen. De meanders in de Koningslaagte torsen op hun wallen boerde- rijplaatsen die uit de jonge ijzertijd dateren. De sierlijke Hunzebeddingen bij Wetsinge, Gamwerd en Winsum zijn landschappelijk van een nauwelijks te evenaren schoonheid. Foto 5 — Middendijk ten noorden van . De basis van deze dijk werd in 1717 gelegd Volstrekt uniek is het Oude Diep dat tussen Winsum en Garnwerd stroomt. De oude reliëf die we ons maar kunnen wensen. Een nig bewoond. Soms passeert men de oude Hunze lijkt hier een kleibeekdal gevormd te wierde uit de late ijzertijd wordt er doorsne- zeekust, men ervaart dan een plotselinge hebben. De werkelijkheid is anders. Door den door de restanten van een vroeg- en een overgang van de grootschalige voormalige menselijke ingrepen is tussen de voormalige laatmiddeleeuwse borgstee. Langs de wallen zeeboezem naar het kleinschalige oude kwel- Hunzedijken het buitendijkse land ca. 2 me- van de dubbele borggracht liggen scherven derland. Van de dijken die als groene linten ter hoger opgeslibd. De bedding van de voor- uit de late ijzertijd en de middeleeuwen ach- de horizon markeren gaat een sterke visuele malige getijdenrivier ligt daardoor tussen teloos door elkaar. Op korte afstand zien we werking uit (foto 4 en 5). Dijken zijn onlosma- brede kleiruggen die de indruk maken een veldovens waar de kloostermoppen voor de kelijk verbonden met de historie en het ka- dal te vormen. Het Reitdiepdal bestaat dus ei- borg gebakken werden (foto 3). En natuurlijk rakter van het Groninger landschap. De vele genlijk niet, het is eerder een hoog opgeslib- is er de stroomdraad van de Hunze, hier te- kolken en kleidobben aan de voet van de dij- de kleirug. De dijken zijn verdwenen maar ruggebracht tot het Selwerderdiep. Het Diep ken herinneren ons aan de dikwijls ongelijke het reliëf bleef bestaan (foto 2). Hierdoor is is een karaktervolle kleibeek die de herinne- strijd met de zee. Middeleeuwse dijken zijn het verklaarbaar dat we midden in het Reit- ring aan de oude rivier levend houdt. dikwijls als wegtracee herkenbaar. Soms ont- diepdal 's avonds de vuurtoren van Schier- stond op de dijk in het verre verleden bewo- monnikoog kunnen zien oplichten. Ook hier Dijkrestanten ning. In deze oude woonplaatsen bleef het is het reliëf weer het resultaat van een samen- dijkreliëf goed bewaard. Zo is er in Kolhol ten spel tusssen mens (dijkenbouw) en natuur Slaperdijken een dijkrestanten zijn beeldbe- oosten van Zijldijk, midden in het grootscha- (opslibbing vanuit zee). palend in de jonge polders die men onmid- lige polderland, een fors stuk middeleeuws dellijk achter de zeedijk en in de voormalige dijkreliëf door bewoning gekonserveerd. Het Een uniek element in het Reitdiepdal vormt zeeboezems (de Ruigezandster polder, de dijkfragmentbij Kolham is een restant van de de oude woonplaats Harssens. De direkte Dollard en de Fivelboezem) aantreft. Het veelgeplaagde Olddijk. Deze dijk werd in omgeving van Harssens toont ons alle typen landschap is er ruimtelijk, zeer open en wei- slecht onderhouden toestand in 1717 ver- nield. Het wiel dat nog bij Kolham aanwezig is, spreekt boekdelen. Andere fragmenten van de Olddijk vinden we nabij Hoogwatum. Mooie voorbeelden van nog oudere bewoon- de dijkrestanten zien we tussen de bebouwing van Zijldijk en (ook met wiel). De oudste kustlijn — die dateert uit het begin der jaartelling — treffen we tussen Zeerijp en Godlinze. Het is één langgerekte wierde, of dijk of kustwal of alle drie. Weer een voor- beeld van verwevenheid van natuurlijk en kultuurlijk reliëf.

De oude Hunzedijken zijn — op een enkel fragment na — afgegraven. Bewaard en be- schermd is de Reitdiepdijk. Het is een waar- devol kultuurmonument dat de gekanali- Foto 4 — De Ruigezandsterpolder is een voormalige zet i. Dijklinten zijn beeldbepalend in dit seerde Hunze trouw begeleidt vanuit de ha- ruimtelijke, grootschalige landschap. venwijken van de stad Groningen tot aan de

NOORDERBREEDTE wijde riviermonding nabij . De Reitdiepdijk is door zijn grote hoogte (tot ruim 5 m + N.A.P.) een markant reliëf en een belangrijke beeldbepaler in het hart van het Groninger land.

Beleving De belevingswaarde van reliëf is uiteraard subjektief. Mijn persoonlijke ervaring leert dat deze gevoelswaarde snel is over te dragen aan hen die er onbekend mee zijn. Men moet hooguit wat op weg geholpen worden. De late herfst, de winter en het vroege voorjaar zijn de meest geschikte jaargetijden. Bepaalde soorten reliëf zijn uitsluitend zichtbaar vroeg in de ochtend, als een ijle nevel de horizon nog versluiert. Of tegen het vallen van de avond als een grondmist het land gaat toe- dekken. Voor een ogenblik toont het Heiland dan zijn geheimen en worden verlaten wier- den, oude bedijkingen en rivierbeddingen aan de vergetelheid onttrokken. Een stokou- Foto 6 — Verlaten huisimerde nabij Savwerd. De wierde u alleen zichtbaar bij lichte nevel De boom u de woonplaats wordt dan een zwak glooiende uiteramd een ei,. lijn in het land; voor menige passant onopge- merkt. Toch herinnert zo'n gebogen lijn ons aan talloze generaties Groningers, wier moei- wierde in een prieel geschoven. Bij Winsum Men kan over wegbeplanting natuurlijk re- zaam bestaan al lang in de nevel van de histo- werd in een potentieel relatienotagebied oud detwisten. Persoonlijk zou ik de door weer rie is verdwenen. Het is een bescheiden maar Hunzereliëf met behulp van laserstralen geë- een wind geschoren iepenlanen niet graag tegelijkertijd geheimzinnig reliëf in het land- galiseerd. De werkelijke lijst is helaas veel lan- willen missen. Menens wordt het indien men schap: in het felle zonlicht zal men er dikwijls ger. kennis neemt van de nieuwste snode plan- tevergeefs naar zoeken (foto 6). Zo subtiel is nen. Het Nieuwsblad van het Noorden opent het Groninger landschap! Boomaanplant op 13 mei 1988 haar voorpagina met de kop: Bosplan van 20.000 hektare in het Noorden. Bedreiging Het Groninger landschap kenmerkt zich Men spreekt van een uniek bosplan. Dat is het door een horizontaal lijnenspel. Dijken, kwel- inderdaad. Maar bossen passen niet in het Met dit unieke maar tegelijkertijd uiterst derwallen, oeverwallen, verlaten wierden en oude open wierdenlandschap. Ze zijn in strijd kwetsbare reliëf is deze eeuw erg nonchalant kleine wierdedorpen zijn uiterst kwetsbaar met de belevingswaarde van dit landschap. omgesprongen. Kleiland is zacht en kwets- voor vertikale verstoringen. Ongemerkt is de De ruimtelijke werking die uit gaat van een baar. In enkele uren tijds kan met gravende laatste jaren het Groninger land bezaaid ge- kwelderwal wordt verstoord door een blok- machines verwijderd worden wat in vele eeu- raakt met duizenden bomen. Dit gaat ten kos- beplanting. De bomenruigte tussen Rottum wen werd opgebouwd. Wierden doorston- te van de openheid van het landschap en het en Warffum is daar een voorbeeld van. Men den tientallen eeuwen lang de aanvallen uit versluiert het reliëf. De sfeervolle oeroude waant zich welhaast in Drente. Dat is niet ne- zee maar ze sneuvelden door de vloedgolf kleiwegen die we ten noorden van Groningen gatief bedoeld. Immers door dit soort ingre- der moderne beschaving: ze werden rond de of Appingedam vinden (bv. de Paddepoel- pen gaan voorheen karakteristieke land- eeuwwisseling op een hebberige manier afge- sterweg of de Zijlvesterweg) worden van na- schappen steeds meer op elkaar lijken. Ver- graven. Ruilverkavelingen vernielden de ture slechts gemarkeerd door een eenzame es dergaande egalisatie, ruilverkaveling en be- kleinschalige en zo typerende Groninger bol- of een weerbarstige meidoorn met ekster- bossing leiden uiteindelijk tot een een- le akkertjes. Kwelderlaagten en oeverwallen nest. Oude topografische kaarten laten daar heidslandschap zoals men dat in de IJssel- werden geëgaliseerd. Wierden werden in geen twijfel over bestaan. Veel van soortgelij- meerpolders aantreft. Vol ongebruikte pick- prielen geschoven en eeuwenlang gekoester- ke weggetjes staan nu van de ene op de an- knicktafels. Dan is Groningen echt saai. Wie de dijken werden in enkele weken opge- dere dag vol met jonge boomaanplant. Het is dit land van zijn reliëf ontdoet, ontneemt het ruimd (soms illegaal, soms met Rijkssubsi- nog best aardig, maar net niet meer Gro- tevens zijn geschiedenis en dus zijn karakter; die). En dat alles gaat nog gewoon door. En- nings. De ijzelstorm stelde wat orde op zaken, men wordt er tot een vreemdeling op eigen kele voorbeelden. Bij de Provincie regent het maar Staatsbosbeheer leverde bliksemsnel erf. • aanvragen voor dijkafgravingen. Ondanks voor tienduizenden guldens nieuwe boom- het bestaan van een kommissie Ruimtelijke aanplant. Het lijkt een automatisme gewor- Ordening werd in Adorp vorig jaar weer een den.

NOORDERBREEDTE