Geschiedenis Van De Benediktijnenkloosters in De Provincie Groningen

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Geschiedenis Van De Benediktijnenkloosters in De Provincie Groningen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/148452 Please be advised that this information was generated on 2021-09-24 and may be subject to change. 1 Geschiedenis van de Benediktijnenkloosters in de provincie Groningen C.I.DAMEN Geschiedenis van de Benediktijnenkloosters in de provincie Groningen PROMOTOR: PROF. DR. J. С. P. A. VAN LAARHOVEN Geschiedenis van de Benediktijnenkloosters in de provincie Groningen Proefschrift TER VERKRIJGING VAN DE GRAAD VAN DOCTOR IN DE GODGELEERDHEID AAN DE KATHOLIEKE UNIVERSITEIT VAN NIJMEGEN OP GEZAG VAN DE RECTOR MAGNIFICUS MR. W. С L. VAN DER GRINTEN, HOOGLERAAR IN DE FACULTEIT DER RECHTSGELEERDHEID, VOLGENS BESLUIT VAN DE SENAAT IN HET OPENBAAR TE VERDEDIGEN OP 28 APRIL 1972 DES MIDDAGS TE 4 UUR DOOR Cornelius Ignatius Damen o.s.b. GEBOREN TE TREEBEEK ТЕ ASSEN BIJ VAN GORCUM & COMP. N.V. - DR. H. J. PRAKKE & H. M. G. PRAKKE De publicatie van deze studie werd mogelijk gemaakt door financiële steun van de Nederlandse Organisatie voor Zuiver-Wetenschappelijk Onderzoek (Z.W.O.) Inhoudsopgave Inleiding I Bronnen en literatuur 1 II De politieke en godsdienstige toestand in de Friese gouwen in de twaalfde eeuw 30 III De oorsprong der Groningse benediktijnenkloosters ... 42 A De stichtingen van Sint Hathebrand 43 1 De bronnen 43 2 Hathebrand's leven 46 3 De stichtingen van Hathebrand 48 В De andere Ommelandse benediktijnenkloosters .... 51 1 Selwerd 51 2 Rottum 53 3 Menterwold 54 4 Trimunt 54 5 Ten Boer 55 IV Groei en bloei in de dertiende en veertiende eeuw .... 56 1 Bewoners 56 2 Bezittingen 58 3 Intern kloosterleven 61 4 Maatschappelijke rol 63 5 Relaties met Munster en Rome 67 Samenvatting 69 Va De vijftiende eeuw. De kloosters 71 1 Bewoners 72 2 Bezittingen 75 3 Intern kloosterleven 82 4 Geestelijke literatuur 89 Vb De vijftiende eeuw. De relaties met de buitenwereld . 105 1 Maatschappelijke rol 105 2 Relaties met Munster 108 3 Relaties met Rome 109 4 De Saksisch-Gelderse oorlog 111 Samenvatting van hoofdstuk Va en Vb 115 Vla De zestiende eeuw. De kloosters 119 1 Bewoners 119 2 Bezittingen 124 3 Intern kloosterleven 130 4 Cultureel leven 141 VIb De zestiende eeuw. Externe geschiedenis 145 1 Maatschappelijke rol 145 2 Relaties met Munster en Rome 148 3 In de politieke maalstroom 154 Samenvatting van hoofdstuk Vla en VIb 168 Na de secularisatie 171 Nabeschouwing 178 Zusammenfassung 182 Abtenlijsten 184 Synchronische lijst van de abten 210-211 Aantekeningen 212 Kaarten: Oost-Friesland 48 Provincie Groningen, uitslaande kaart achterin. Inleiding De aanmoediging tot het bestuderen van de geschiedenis der benediktijnen in Nederland heb ik gekregen van twee ordebroeders die zich op dit ge­ bied verdienstelijk gemaakt hebben, Dom J. Huyben, eertijds prior van Egmond, en Dom Paulus Volk uit Maria Laach. Een speurtocht van enke­ le jaren in binnen- en buitenlandse archieven leverde zoveel materiaal, dat het noodzakelijk bleek de stof te verdelen. Ik heb daarom een verdeling naar de huidige provincies aangehouden en voor dit proefschrift de kloos­ ters in de provincie Groningen gekozen. Vooreerst omdat de geschiedenis van deze groep me bijzonder boeide. Vervolgens omdat hier, meer dan in de andere provincies een samenhang bleek te bestaan. Niet alleen behoor­ de dit gebied kerkelijk tot een enclave van het bisdom Munster; in de tijd dat de te behandelen kloosters bestonden, voltrok zich ook de moeizame staatkundige ontwikkeling die uiteindelijk zou voeren tot de vorming van wat wij nu kennen als de provincie Groningen. De bestuurders der kloos­ ters waren bij deze ontwikkeling nauw betrokken. Toch kan dit boek zich slechts aanbieden als een bijdrage, en wel in tweeërlei opzicht. Een bijdrage tot de geschiedenis van de provincie en tot de geschiedenis van de benediktijnen in Nederland. De geschiedenis van de provincie Groningen is nog niet geschreven. Daardoor ontbreekt in deze studie misschien nog te veel de lokale of regi­ onale achtergrond. Zelfs voor het speciale aspect van de kerkgeschiedenis ontbreekt nog in vele opzichten het voorbereidende werk. Met name zou voor een betere situering van de benediktijnenkloosters een soortgelijke studie van de andere grote orden, de cisterciënsers en de premonstraten- sers of norbertijnen, ondernomen moeten worden. Wat met betrekking tot de gewestelijke geschiedenis gezegd is, geldt ook ten aanzien van de ordesgeschiedenis. De eigen aard van de monnikenor­ de lag, en ligt gedeeltelijk nog in het ontbreken van een centraal bestuur. Elk klooster is autonoom en onafhankelijk. Dit in tegenstelling tot de mo- déme orden en congregaties, maar ook tot de meer verwante instituten, de cisterciënsers en de premonstratensers. Van een ordesbewustzijn kan bij de benediktijnen in die eeuwen nauwelijks gesproken worden. Voor zover kloosters samengingen, geschiedde dat geheel op vrijwillige basis. Pogin­ gen van Rome, daarin verandering te brengen, vonden toen in de Neder­ landen weinig weerklank. Vanuit de „ordesgeschiedenis" is er derhalve weinig documentatie te verwachten. De verleiding, om slechts één klooster uit te kiezen en daarop alle aan­ dacht te richten, is dan ook zeer groot geweest. Het werk zou veel gemak­ kelijker en aangenamer geweest zijn. Maar de leemten in onze bronnen zouden zich nog meer getoond hebben. Het te geven beeld zou zeer onvol­ ledig en eenzijdig geweest zijn. Bij de behandeling van alle benediktijnen- kloosters uit het aangegeven gebied daarentegen kan men onvolledigheid op bepaalde punten in het ene klooster soms compenseren met gegevens over een ander. Ook komt op deze wijze de rol van de kloosters in het kerkelijke, politieke en maatschappelijke leven van het aangeduide gebied beter tot zijn recht. De beoefenaar van de streekgeschiedenis zal hier bo­ vendien vele personalia en toponymica vinden, die hem bij zijn onderzoek kunnen helpen. Wij moeten daarom vooral steunen op de bronnen die ons uit klooster­ lijke, gewestelijke en diocesane archieven en uit kronieken resten. Dat is een beperking die nog verscherpt wordt door de lacuneuze aard van deze bronnen. In het eerste hoofdstuk wordt een inventarisatie gegeven van het nog voorhanden zijnde materiaal. De daar telkens herhaalde opmerking dat de besproken teksten tot nu toe niet of nauwelijks gebruikt zijn, moge deze studie rechtvaardigen. De kloosterarchieven en de „landsarchieven" (als we hiermee de gro- ningse archieven gemakshalve even mogen aanduiden) zouden tesamen met enkele familie-archieven reeds een politieke en sociaal-economische geschiedenis van de kloosters mogelijk gemaakt hebben. De Duitse en Romeinse archivalia leveren vooral het materiaal voor de interne situatie: bestuur, ordetucht en de plaats in het kerkelijk leven. Datzelfde geldt van de kapittelverslagen die pas sinds kort door edities be­ reikbaar zijn. Het belang van de Munsterse archivalia moet daarbij bijzon­ der onderstreept worden. Ook het Oorkondenboek van Groningen en Drente kan ten aanzien van de in- en uitwendige geschiedenis der kloosters moeilijk overschat worden. Maar zelfs dit is meest nog onontgonnen terrein. De kronieken zijn door hun subjectieve inslag een moeilijker waardeer­ bare en hanteerbare groep. Zij zijn vooral van belang voor de eigen tijd en situatie. Bij elke auteur ligt dat anders. De brieven geven vaak details en kunnen het reeds bekende soms op verrassende wijze corrigeren, aanvullen of verduidelijken. Het belangrijkste aspect in een kloostergeschiedenis, namelijk het gehal- te van het innerlijk leven der bewoners, kan vooral uit de vrijwel onbeken­ de kapittelrecessen en meer nog uit de wel bekende, maar bijna niet ge­ kende geestelijke geschriften worden afgelezen. Doch juist op dit punt is ons materiaal het schaarst. Een ernstige moeilijkheid komt voort uit de ongelijke verdeling van het beschikbare materiaal over de vier eeuwen geschiedenis die wij willen be­ handelen. Uit de twaalfde eeuw hebben wij geen eigentijdse gegevens; uit de dertiende stammen enkele oorkonden, een paar opmerkingen uit de ka­ pittelrecessen en wat losse mededelingen uit kronieken. In de veertiende eeuw begint het oorkonde-materiaal iets rijker te vloeien, maar boven de twintig stukken komen we amper uit. Eerst in de vijftiende eeuw kunnen we ons een beter beeld vormen. Een vloed van oorkonden, de kapittelver- slagen en enkele kronieken geven een veelzijdiger beeld. In de laatste eeuw die ons zal bezighouden, is de oogst het grootst. Oorkonden van al­ lerlei aard en talrijke kronieken stellen ons in staat, het leven van nabij te volgen; kapittelverslagen tonen ons de op- en neergang; de uitgewisselde brieven brengen ons in bijna direct contact met de mensen. In deze ongelijkheid krijgen wij toch weer een correctie in die zin dat de abdijen slechts geleidelijk door rijkdom en invloed aan betekenis wonnen. De geleidelijke toename van materiaal is dus niet helemaal toevallig. Zij beantwoordt min of meer aan de langzaam stijgende belangrijkheid der kloosters in de Ommelanden. Rest nog een woord te zeggen over de gevolgde methode. Hoofddoel van deze studie is de kloostergeschiedenis. Deze beslaat een periode van onge­ veer vier eeuwen. ledere verdeling heeft iets willekeurigs. Toch is hier een verdeling naar eeuwen aangehouden, een verdeling die door het zoeven gezegde over het voorhanden materiaal gerechtvaardigd moge worden. Zo ontstond de volgende opbouw. Aan het eigenlijke corpus gaan drie hoofd­ stukken vooraf waarin behandeld worden het
Recommended publications
  • Hoe Een Gemeentehuis Van De 'Grote' Berlage in Het 'Verre' Usquert Komt
    Monumenten van daadkrachtig gemeenschapsbestuur Voor invoering van de Gemeentewet van 1851 gers in elke lokale gemeenschap nog over hun vergaderen raadsleden en collegeleden op het eigen nieuws, hun eigen lijst met plaatselijke pro- Hoogeland nog in café's. In de provincie Gronin- blemen, incidenten en successen. gen zijn er dan nog maar twee stadhuizen. Eén aan de Grote Markt in Groningen Stad. In de bouwstijl van deze, rond de vorige eeuw- Het andere stadhuis staat tegenover de grote wisseling opgetrokken, gemeentehuizen kunnen Nicolaaskerk te Appingedam. De gemeenten we soms de lokale verschillen in levensbeschou- - ook die in het Ommeland - krijgen meer taken. wing nog herkennen. De raad van het gerefor- Kantens De wegen moeten worden verhard en onder- meerde Bedum houdt het sober en zakelijk. Het houden. Ook moet de gemeente zorgen dat voor resultaat is een massief, maar markant gemeen- alle kinderen openbaar basisonderwijs beschik- tehuis met als wapen een bijbel met spade: “bidt baar is. Pas heel laat, aan het eind van de ne- gemeentehuis moet voor burgers, die bijvoor- en werkt”. gentiende eeuw gaan de gemeentebesturen op beeld aangifte komen doen van een pasgebo- het Hoogeland over tot de bouw van hun eerste ren kind, toegankelijk zijn. Dus komen er een gemeentehuis. hal en een balie. Sommige gemeentehuizen hebben een klein torentje. Maar de gemeente- In de grasgroene driehoek tussen Reitdiep, torentjes zijn minder hoog dan de oude kerkto- Damsterdiep en Waddendijk verrijzen op pro- rens die de skyline van het Hoogeland blijven minente plekken, midden in de kerndorpen, 21 domineren. gemeentehuizen. Op één uitzondering na (Ul- rum) zijn het heel statige gebouwen geworden.
    [Show full text]
  • De Archieven in Groningen
    De archieven in Groningen DE ARCHIEVEN IN GRONINGEN Omslag: brief van burgemeesters en raad van de stad Groningen aan de inge- zetenen van Drenthe met verzoek te helpen bij het wegbreken van de dwang- burcht die op bevel van Alva door Caspar de Robles was opgeworpen vóór de Herepoort te Groningen, 2 maart 1577 (Rijksarchief in Groningen, familie- archief Lewe, nr. 36 d). OVERZICHTEN VAN DE ARCHIEVEN EN VERZAMELINGEN IN DE OPENBARE ARCHIEFBEWAARPLAATSEN IN NEDERLAND uitgegeven onder auspiciën van de Vereniging van Archivarissen in Nederland redactie: L.M.Th.L. Hustinx F.C.J. Ketelaar H.J.H.A.G. Metselaars J.J. Temminck H. Uil DEEL V DE ARCHIEVEN IN GRONINGEN DE ARCHIEVEN IN GRONINGEN redactie: J.F.J. van den Broek O.A.M.W. Hartong A.L. Hempenius J. Meinema Samsom Uitgeverij bv, Alphen aan den Rijn, 1980. Dit overzicht is bijgewerkt tot 31 mei 1979. Voor deze uit gave werd financiële steun verleend door het Ministerie van Cultuur, Recrea- tie en MaatschappelijkPP J Werk. Copyright © 1980 Samsom Uitgeverij,g J The Netherlands. All rightsg reserved. No partp of this publicationP mayY be reproduced,P stored in a retrieval sY stem or transmitted, in anyY form or byany Ymeans, electronic, mechanical,photocopy-P ingg,^ g or otherwise,^ without the priorP permissionP of Samsom Uitgeverij. ISBN 90 14 02925 X INHOUD Kaarten: archiefbewaarplaatsen van de gemeenten en water- schappen 10 Inleiding 12 0 Algemeen 12 1 Archieven 12 1.1 Archieven en verzamelingen 12 1.2 Taak van de archivaris 12 1.3 Openbaarheid 13 2 Archiefvormende instellingen 13 2.1.1
    [Show full text]
  • Hoogtepunten in Het Groninger Kleiland
    Ben Westerink het land vorm gaven. Hoewel niet altijd in goed overleg. De aanwijsbaarheid van zo'n lange kultuurgeschiedenis in een landschap is uniek. Drentse dorpen zwierven, Romeinse wegen raakten zoek, maar wierden, maren en HOOGTEPUNTEN IN kleiwegen bleven op hun plaats. Het moet 26 eeuwen geleden begonnen zijn: toen de eer- ste bewoners naar de drooggevallen kwelders HET GRONINGER KLEILAND trokken. Wierden op wallen De bewoners van het jonge kwelderland ko- Volgens enquêtes oefent zen de hoogstgelegen plekken voor hun be- het noordelijk kleiland huizingen. De terpen (Groningers spreken van wierden) ontstonden als kralensnoeren slechts een geringe op de hoog opgeslibde kwelderwallen langs aantrekkingskracht uit op de kust. Dat wil zeggen de toenmalige zee- de toerist. Het Groninger kust, want tegenwoordig liggen deze woon- plaatsen kilometers ver landinwaarts. Mid- land is te vlak en te saai. delstum, Oostum of Godlinze zijn geen zee- De aanwezigheid van dorpen meer. In de omgeving van wierden is hoogteverschillen in het vaak nog natuurlijk reliëf aan te treffen. Op de oudste kwelders is het reliëf door latere landschap is immers een opslibbing afgevlakt. De wierdenreeks Groot voorwaarde voor een Maarslag-Mensingeweer-Eenrum ligt op een massale toeloop van zeer oude kwelderwal waar het reliëf nog dui- dagjesmensen. Hoe meer delijk waarneembaar is. Rond Loppersum, Stedum en Westeremden is het land licht gol- heuvels en dalen hoe vend. Ook hier hangt het reliëf vermoedelijk beter. Toegegeven, samen met de vorming van zeer oude kwel- stoeltjesliften en ders. Langs het Valgepad tussen Sauwerd en Groot Wetsinge zien we de akkers bollen; het lawinegevaar zullen in het pad loopt over de kam van een kwelderwal kleiland nooit een grote die 2600 jaar geleden is drooggevallen.
    [Show full text]
  • N361 Winsum-Groningen V3
    Herinrichting N361 Winsum – Groningen (gemeenten Winsum en Groningen) Een Archeologisch Bureauonderzoek Libau, 9 mei 2017 – rapport 17-50 Administratieve gegevens provincie: Groningen gemeenten: Winsum en Groningen plaats: N361 Winsum-Groningen toponiem: Winsum, Sauwerd, Adorp, Harssens en Noorderhoogebrug bevoegd gezag: gemeenten Winsum en Groningen opdrachtgever: Provincie Groningen coördinaten: Tracédeel Winsum: Noord 230.572/593.490 Zuid 231.868/586.587 Noorderhoogebrug: Centrum 234.093/584.602 kaartbladen: 7B & 7D onderzoeksmeldingsnummer: Winsum: 4041270100 Groningen (Noorderhoogebrug): 4542783100 beheer documentatie: Libau, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, gemeente Winsum en E-depot uitvoerder: Libau auteur: M. de Jong autorisatie: N. van der Mei rapport: 17-50 telefoon: 050-3126545 e-mail: [email protected] afbeelding voorblad: Uitsnede uit de topografisch militaire kaart van 1903 (Topotijdreis) Libau, 9 mei 2017 – rapport 17-50 Herinrichting N361 Winsum – Groningen (gemeenten Winsum en Groningen) Een Archeologisch Bureauonderzoek Aanleiding In opdracht van de Provincie Groningen, vertegenwoordigd door dhr. C.O. Folkerts, is een bureauonderzoek uitgevoerd voor het tracé van de N361 tussen Groningen en Winsum. Het bureauonderzoek is voornamelijk gericht op het wegdeel binnen de gemeente Winsum, één locatie bevindt zich binnen de gemeente Groningen (zie figuur 1). De aanleiding voor dit onderzoek is de herinrichting van de komtraversen te Adorp en Sauwerd en het voornemen om op enkele plaatsen buiten de bebouwde kom maatregelen te treffen ten behoeve van de verkeersveiligheid en de doorstroming van het verkeer. Figuur 1: Topografische kaart (Opentopo) van het plangebied N361 en omgeving waarin de dorpskommen van Sauwerd (noord) en Adorp (zuid) zijn omkaderd, evenals de planlocatie te Noorderhoogebrug. De meest ingrijpende wijziging te Sauwerd bestaat uit de aanleg van een rotonde ter hoogte van de Stationsstraat.
    [Show full text]
  • Rooms-Katholieke Adel in De Provincie Groningen, I.H.B. in De Ommelanden
    Rooms-Katholieke adel in de provincie Groningen, i.h.b. in de Ommelanden e e In de 17 eeuw en 18 eeuw Richard F.J. Paping Rijksuniversiteit Groningen Lezing voor Historische Kring Ubbega en de Stichting Heerlijkheid Harssens Adorp 29 oktober 2008 De laatste Roomse jonkers Balthasar George Joseph baron van Asbeck (1740-1817), heer van Luilema te Warfhuizen, 2 huwelijken, geen kinderen. Erfgenaam te Vorden op Onstein (Gelderland) Adolf Gerard van Heerma (1722-1813), kolonel in het leger, ongehuwd overleden te Groningen De tachtigjarige oorlog (1568-1648) • In Groningen samenvallend met diverse conflicten – Spaansgezinden tegen Staatsgezinden – Rooms-Katholieken tegen Calvinisten – Stad Groningen tegen Ommelanden • Na ‘verraad’ van Rennenberg (1580) 14 jaar ‘burgeroorlog’ in Stad en Lande tot verovering stad (1594) Drie vragen: • 1. Hoeveel jonkers bleven er eigenlijk katholiek in de provincie Groningen? • 2. Wat was de relatie tussen de katholiek gebleven jonkers en de resterende katholieke gemeenschappen in de Groninger Ommelanden? • 3. Hoe kon het dat de katholieke jonkers als groep in de 17e en 18e eeuw geheel verdween in de provincie Groningen? Katholieke concentraties in 17e en 18e eeuw in: • Katholieke concentraties in 17e en 18e eeuw in de Ommelanden: – Kloosterburen – Den Hoorn, maar ook Wehe, Warfhuizen, Eenrum & Leens – Uithuizen & Usquert – Bedum e.o., Middelstum & Westerwijtwerd – Den Ham & Aduard e.o. – Appingedam & Delfzijl (vooral import in 18e eeuw) – Loppersum (vooral tot ca. 1750) Adellijke families rond 1600 in Groningen e.o. die ten dele RK zijn gebleven • Aldringa Uitgestorven 2 e helft 17e eeuw • Van Berum Uitgestorven 1723, deels prot. en later uitgestorven • Broersema Uitgestorven eind 17e eeuw • Van Diest Uitgestorven 1728 • Eelts Uitgestorven, deels protestants geworden • Van Ewsum (eerst Dr.) Uitgestorven, laatste naar Friesland • Froma Uitgestorven 2e helft 17e eeuw • Hillebrandes Uitgestorven, laatste dochter protestants nageslacht • ten Holte Uitgestorven, deels protestants geworden • Jarges Uitgestorven ca.
    [Show full text]
  • 4 Schilligeham, Redwolde En Paddepoel
    Groningen en het Drentse water Vooraf Jan van den Broek Groningen en het Drentse water Verkenningen in de landschaps- en waterstaatsgeschiedenis van Centraal-Groningen 4 Schilligeham, Redwolde en Paddepoel Groningen 2015 1 Groningen en het Drentse water 4 Schilligeham, Redwolde en Paddepoel Op het titelblad: Het Dwarsdiep (Paddepoel) in 2012 2 4.1 Het probleem 4 Schilligeham, Redwolde en Paddepoel 4.1 Het probleem 4.2 Zijlen bij Schilligeham (1323) 4.3 Het Winsumerzijlvest 4.4 Zijlen in Redwolde en de Paddepoel (1332) 4.5 Tussen Harssens en de Mude Hunze, A en Reitdiep op de hoogtekaart In de twee vorige delen ging het alleen over de Hunze. We zagen dat verschillende gebieden voor hun ontwatering van die rivier afhankelijk waren: de Drentse Hondsrugdorpen, Drenterwolde, het oostelijke deel van Go, de Groninger stadshamrikken, Innersdijk (het Nieuwe Gat!) en de aangelanden in Hunsingo. Sinds ongeveer 1250 kwamen de Drentse A en de Hunze in de Paddepoel bij elkaar. Ik kom daarop een volgende keer terug, wanneer we de waterstaatkundige toestand ten westen van de Hondsrug bespreken. Die samenvloeiing maakte dat ook enkele Drentse dorpen ten westen van de Hondsrug op de gezamenlijke benedenloop van A en Hunze aangewezen waren. De hoogtekaart laat echter zien dat het niveau in de Hoge Paddepoel relatief hoog is. Het Drentse water moest dus over een drempel heen om de zee te bereiken. 1 Groningen en het Drentse water 4 Schilligeham, Redwolde en Paddepoel Ook al was de opslibbing in de veertiende eeuw nog niet zo ver gevorderd als hier te zien is (het proces ging toen nog ruim vijf eeuwen voort!), ook toen moet de Paddepoel een hindernis zijn geweest.
    [Show full text]
  • Herindelingsadvies BMWE (Pdf)
    Herindelingsadvies I Vooraf Herindelingsadvies II Vooraf Voorwoord Herindelingsadvies III Vooraf Voor u ligt het herindelingsadvies voor de vrijwillige her- Wij zijn verheugd en trots dat de raden van de vier gemeen- indeling van de gemeenten Bedum, De Marne, Winsum en ten uiteindelijk op 13 oktober 2016 unaniem hebben beslo- Eemsmond (BMWE) tot één nieuwe gemeente per 1 januari ten het voornemen te bekrachtigen om per 1 januari 2019 2019. Een gemeentelijke herindeling vindt plaats bij wet. In te gaan herindelen. De raden van de gemeenten Bedum, De de Wet algemene regels herindeling zijn de procedures en Marne, Winsum en Eemsmond hebben vervolgens respectie- bevoegdheden van gemeenten, provincies en het Rijk vast- velijk op 16 januari 2017, 17 januari 2017, 17 januari 2017 en gelegd om te komen tot een herindelingsvoorstel. De vast- 19 januari 2017 het herindelingsontwerp vastgesteld. stelling van het herindelingsadvies door de vier betrokken raden maakt onderdeel uit van de Arhi-procedure en heeft De nieuwe gemeente vertoont landschappelijk, bestuurlijk als doel een succesvolle gemeentelijke herindeling van de en historisch een grote verwantschap. Het is een uitgestrekte gemeenten Bedum, De Marne, Winsum en Eemsmond te be- gemeente, liggend aan het Werelderfgoed Waddenzee, met werkstelligen. de Eemshaven en de haven van Lauwersoog en de agrarische sector als economische motoren. Ze heeft 48.350 inwoners, De keuze voor deze herindeling kent een lange voorgeschie- een oppervlakte van 907,6 km2 en 50 kernen. Er is binnen denis. Er is veel gesproken en gediscussieerd over de wijze alle vier raden unaniem draagvlak voor ‘Het Hogeland’ als waarop de bestuurskracht van gemeenten in de provincie naam voor de nieuw te vormen gemeente.
    [Show full text]
  • Adorp 2012 Hoe Waarderen Inwoners Van Adorp Hun Leefomgeving?
    Adorp 2012 Hoe waarderen inwoners van Adorp hun leefomgeving? Waarde(n)volle ruimte! - 2 - Adorp 2012 Hoe waarderen inwoners van Adorp hun leefomgeving? In opdracht van Vereniging Dorpsbelangen Adorp Gemeente Winsum Hanzehogeschool Groningen Kenniscentrum NoorderRuimte Jannie Rozema Januari 2013 - 3 - Samenvatting In het najaar is door het Kenniscentrum NoorderRuimte van Hanzehogeschool Groningen onderzoek gedaan naar de waardering van de leefomgeving van het dorp Adorp (gemeente Winsum). Adorp is een eeuwenoud wierdedorp in het vroegere stroomdal van de Hunze ten noorden van de stad Groningen. Het dorp Adorp telt 530 inwoners, met het buitengebied erbij ongeveer 650 inwoners. De laatste tien jaar is het inwoneraantal ongeveer gelijk gebleven. De opdrachtgever voor het onderzoek was de Vereniging Dorpsbelangen Adorp, gefaciliteerd door de gemeente Winsum. Het bestuur van de Vereniging Dorpsbelangen Adorp is voornemens een dorpsvisie voor Adorp uit te brengen. Dit inwonersonderzoek wordt gebruikt om doelen en actiepunten voor deze dorpsvisie te vinden. De onderzoeksvraag voor dit onderzoek luidde: Welke waardering geven inwoners van Adorp aan hun leefomgeving? Hierbij gaat het om de waardering van aspecten uit vier domeinen van de leefomgeving: a. de woonsituatie; b. de voorzieningen; c. het sociale klimaat; d. het organiserend vermogen. In oktober 2012 hebben 387 inwoners van Adorp meegedaan aan een schriftelijke vragenlijst, hiermee is de totale respons 73%. De respons kwam uit de groep van kinderen tussen 6 en 12 jaar en van de groep inwoners van 13 jaar en ouder. De gegevensverwerving van dit onderzoek is op een betrouwbare wijze uitgevoerd. De respondentgroep is qua geslacht en leeftijd representatief voor de bevolking in Adorp.
    [Show full text]
  • Bulletin Winshem HISTORISCHE VERENIGING WINSUM-OBERGUM HISTORISCHE
    Infobulletin Winshem HISTORISCHE VERENIGING WINSUM-OBERGUM HISTORISCHE september 2014 achttiende jaargang nummer 3 Juni 2014 negentiende jaargang nummer 1 Dit informatiebulletin is een periodieke uitgave Woord Vooraf van de Historische Vereniging Winsum-Obergum Hierbij bieden wij u een zeer gevarieerde aflevering van het In dit bulletin worden artikelen en berichten Infobulletin Winshem aan. Zoals u waarschijnlijk heeft vernomen opgenomen met betrekking tot het werkterrein en heeft onze voorzitter Jacques Tersteeg zijn functie om gezond- de activiteiten van de vereniging, de ingestelde heidsredenen neergelegd. Zijn afscheidsbrief is tijdens de jaarver- werkgroepen, individuele leden of derden. Een gadering verspreid en ook in dit nummer opgenomen.. ieder, al dan niet lid van de vereniging, kan idee- Interim-voorzitter Joop Haak is op zoek gegaan naar de geschiede- en, suggesties en materiaal aanleveren op onder- staand redactieadres. De redactie zal beoordelen nis van de steen- en buizenfabrieken in Winsum. Een aantal korte- of het aangeboden materiaal voor plaatsing in re artikelen volgen, zo is er een verslag van de jaarvergadering van aanmerking komt. 18 maart 2014, een impressie van de lezing over Rudolph Agricola en een korte weergave van de lezing over de kanalen in Groningen Dit bulletin verschijnt twee keer per jaar en wordt gratis aan de leden van de vereniging door Jan Meijering. verstrekt. Redactieleden Jannie Wicherts en Tineke van der Schoor hebben Voor niet-leden is het bulletin tegen betaling van het plan opgevat om bewoners van monumenten in Winsum te €7,- per exemplaar verkrijgbaar bij: interviewen. In dit nummer staat de pastorie in Winsum centraal, C. Tersteeg, Freesialaan 30, 9951 GM Winsum het artikel behandelt de bouw van de pastorie in 1886, de bewo- Redactie: ningsgeschiedenis en een interview met de huidige bewoner, Jan J.A.
    [Show full text]
  • Boerderijenboeken
    Boerderijenboeken Boerderijenonderzoek werd in het verleden in de provincie Groningen meestal uitgevoerd op initiatief van lokale afdelingen van de Groninger Maatschappij van Landbouw. Vaak werd ter gelegenheid van de viering van een jubileum van zo’n afdeling onderzoek gedaan naar de bewoningsgeschiedenis van de boerderijen van de leden van de G.M.v.L. binnen die betreffende afdeling. Tegenwoordig gebeurt dit type onderzoek meer en meer op initiatief van particulieren. Zo is met behulp van deze “boerderijenboeken” inmiddels een groot deel van de kuststrook en het oosten van Groningen in kaart gebracht. De boerderijenboeken kennen een identieke tweedeling: het eerste gedeelte bestaat uit beknopte verhandelingen over facetten uit de historie van het gebied ressorterend onder een afdeling van de Groninger Maatschappij van Landbouw, bijvoorbeeld over kloosters, vestingen in het gebied, inpolderingen, ruilverkavelingen, mechanisatie, coöperaties. In het tweede gedeelte wordt per boerderij in het kort de geschiedenis van het bedrijf en de bewoning weergegeven. Een boerderijenboek bevat, naast andere wetenswaardigheden, vooral een schat aan genealogische gegevens. De gebieden, die in de genoemde publicaties worden behandeld, komen niet overeen met de gemeentegrenzen. Van veel gebieden is nog geen overzicht gepubliceerd, sommige boeken bestrijken een gebied dat in meer gemeenten ligt, en voor de niet-genoemde gemeenten is geen beschrijving van meerdere boerderijen beschikbaar. Bij de onderstaande indeling is uitgegaan van de huidige gemeentelijke indeling. Appingedam J.E. Emmelkamp, De historie van boerderijen en molens in de gemeente Appingedam. Bedum 2005. Bellingwedde Th.P.E. de Klerck, O.Chr. Mellema, Bellingwolde vroeger en nu. Groningen 1979. Met aanvulling, deel II, 2000. E. Buringh, Afdeling Blijham van de Groninger Mij van Landbouw (1854-1954).
    [Show full text]
  • Rooms-Katholieke Adel in De Provincie Groningen, I.H.B. in De Omgeving Van Bedum
    Rooms-Katholieke adel in de provincie Groningen, i.h.b. in de omgeving van Bedum e e In de 17 eeuw en 18 eeuw Dr. Richard F.J. Paping Rijksuniversiteit Groningen Lezing voor Historische Vereniging gemeente Bedum 21 april 2009 Omgeving Bedum Bevolking Bedum e.o. rond 1600 • Adel en patriciaat: 1-3% • Boeren: 40-60% • Middenstanders e.d.: 30-40% • Arbeiders e.d.: 10-25% • Fantasietekening kerk Bedum 18e eeuw De tachtigjarige oorlog (1568-1648) • In Groningen samenvallend met diverse conflicten – Spaansgezinden tegen Staatsgezinden – Rooms-Katholieken tegen Calvinisten – Stad Groningen tegen Ommelanden • Na ‘verraad’ van Rennenberg (1580) 14 jaar ‘burgeroorlog’ in Stad en Lande tot verovering stad (1594) Drie vragen: • 1. Hoeveel jonkers bleven er eigenlijk katholiek in de provincie Groningen, en met name rond Bedum? • 2. Wat was de relatie tussen de katholiek gebleven jonkers en de resterende katholieke gemeenschap rond Bedum? • 3. Hoe kon het dat de katholieke jonkers als groep in de 17e en 18e eeuw geheel verdween uit de provincie Groningen? Katholieke concentraties in de 17e en 18e eeuw in de Ommelanden: -Kloosterburen -Den Hoorn, maar ook Wehe, Warfhuizen, Eenrum & Leens -Uithuizen & Usquert -Bedum e.o., Middelstum & Westerwijtwerd -Den Ham & Aduard e.o. -Appingedam & Delfzijl (vooral import in 18e eeuw) -Loppersum (vooral tot ca. 1750) Rood: borgen met RK jonkers Donker: borgen met RK patriciërs Rood: borgen met RK jonkers Donker: borgen met RK patriciërs Rood: borgen met RK jonkers Donker: borgen met RK patriciers Rood: borgen met RK jonkers Donker: borgen met RK patriciërs Rood: borgen met RK jonkers Donker: borgen met RK patriciërs 14 Borgen rond Bedum vanaf 1600 (volgens Formsma, Ommelander borgen) Harssens Harssensborg (ca.
    [Show full text]
  • Klik Hier Voor Een Kaart Van Het Tracé Met
    Eemshaven Valom Station Eemshaven Synergieweg 380 N46 Station Eemshaven Koningsoord Oudeschip 380 121(! Station Eemshaven Oost 220 Oudeschip 120(! 119(! Station Eemshaven Noordpolderzijl 118(! Station Tijdelijk 380 Z Eemsh2a0ven i 117 2 j (! l t r a 380 Station i a E e pl E t 116(! Eemshaven en E 0 bb 38 220 115 (! Ro E n Hefswal n- de te E ee ! la M Roodeschool 114 ( r E n- rve ve Nooitgedacht Vie E a 113 (! msh t E Ee ie Uithuizermeeden r ! E Katershorn " " ja 112( " " Oosteinde T E Polen " " ote 111(! Gro E (! E N363 N363 110 't Lage van de Weg E N33 " " " " 109(! Tweehuizen " " " " E Vierhuizen De Streek 108 Dekkershuizen " " " Uithuizen " " " " (! E " " " " " " " 107! N363 " " " " " " N46 ( E Nieuwstad " " " " " " " " " 106 (! Oudedijk " " " Oldorp " " " " " " E Kaakhorn " " " " " " " " " 105(! " " " E Wadwerd Usquert Oosternieland 104(! Wierhuizen " " " " " E " " " 103(! " " " Pieterburen " " " Westernieland Kolhof E " " " " " " N363 Paapstil " " 102(! " " " " " " " " " " " " E " " Oostervalge " " W 101(! " " " a Holwinde " " " E r Oldenzijl "f " " " Zijldijk Hoogwatum Kleine Huisjes " fu" " " 100 (! m Westerhorn aar E " "e " " Helwerd rm Broek r de Doodstil " " "m " er 99 (! Spijk Warffaum elw E " " " a H r 't Zandstervoorwerk " " " Zandeweer 98(! E " " " Den Andel " " " " " Honderd 97(! E " " " " De Knijp " " " Zevenhuizen Kloosterburen Breede " " " " " E Bierum Molenrij " " " " " " " 96(! " " " " " " " Bethlehem " " " " " " " " " " " " " " "Rottum E " " " " " " " " Eppenhuizen 95(! " " Saaxumhuizen " " " E 94(! Lutje Marne E
    [Show full text]