ARCHEOLOGISCHE EVALUATIE VAN HET BODEMARCHIEF VAN DE TERHULPSESTEENWEG TE HOEILAART (PROV. VLAAMS-BRABANT)

VERSLAG VAN RESULTATEN

ABO Archeologische Rapporten 984

Rapport opgemaakt door: Evelien Dirix

november 2019

Mevrouwhofstraat 1a Projectnummer intern: 26279

3511 Hasselt Projectnummer OE: 2019F51

COLOFON

Titel

Archeologische evaluatie van het bodemarchief van de Terhulpsesteenweg te Hoeilaart (prov. Vlaams-Brabant)

Auteur

Evelien Dirix

Projectnummer

- 26279 (intern)

- 2019F51 (Agentschap Onroerend Erfgoed)

Plaats en Datum

Hasselt, november 2019

Reeks en nummer

ABO archeologische rapporten 984

ISSN 2406-3940

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg II

RAPPORTFICHE

Versies

Versie Datum Status

v000 24/06/2019 Interne draft

v001 28/06/2019 Externe draft

v002 29/10/2019 Interne draft 2

v003 12/11/2019 Definitieve draft

Projectteam

Functie Naam

Projectleider Evelien Dirix

Project Manager Anouk Van der Kelen

Business Unit Manager Toon Moeskops

Kwaliteitscontrole Anouk Van der Kelen

General director Patrick Hambach

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg III

INHOUD

DEEL 1 Bureaustudie ...... 7

Inleiding ...... 7 Thesaurus ...... 7 Administratieve gegevens ...... 7 Locatie en omschrijving werken ...... 7 Wettelijk kader ...... 10 Doel van het onderzoek en onderzoeksstrategie ...... 11

Aard van de bedreiging ...... 12 Huidige situatie ...... 12 Toekomstige situatie ...... 13

Assessmentrapport: Landschappelijke analyse ...... 18 Topografische situering ...... 18 Bodemkundige situering ...... 22

Assessmentrapport: Archeologische voorkennis ...... 26 Historische situering van Hoeilaart ...... 27 Inventarissen Onroerend Erfgoed ...... 28 Cartografische bronnen ...... 36

Besluit ...... 43 Interpretatie en datering ...... 43 Potentieel tot kennisvermeerdering ...... 43

Kwaliteitscontrole en ondertekening...... 45

Bibliografie ...... 46

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg IV

LIJST VAN FIGUREN Figuur 1: GRB met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 8 Figuur 2: De recentste orthofotomozaïek met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 8 Figuur 3: Meest recente kadasterkaart van het projectgebied. (Bron: CadGIS, 05/06/2019) ...... 9 Figuur 4: Gewestplan met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 10 Figuur 5: Zicht op het projectgebied aan de Hendrickxdreef naar het zuidwesten. (Bron: Google Street View, 2018)...... 12 Figuur 6: Zicht op het projectgebied naar het zuidwesten. (Bron: Google Street View, 2018). .. 12 Figuur 7: Zicht op het projectgebied naar het zuidwesten ter hoogte van de Netelenweg. (Bron: Google Street View, 2018)...... 13 Figuur 8: Typedwarsprofiel A. (Bron: initiatiefnemer, 2019)...... 14 Figuur 9: Typedwarsprofiel B, ter hoogte van het kruispunt met de Hendrickxdreef. (Bron: initiatiefnemer, 2019)...... 15 Figuur 10: Toekomstplan: deel 1. (Bron: initiatiefnemer / ABO nv / Geopunt, 2019)...... 15 Figuur 11: Toekomstplan: deel 2. (Bron: initiatiefnemer / ABO nv / Geopunt, 2019)...... 16 Figuur 12: Toekomstplan: deel 3. (Bron: initiatiefnemer / ABO nv / Geopunt, 2019)...... 16 Figuur 13: Toekomstplan: deel 4. (Bron: initiatiefnemer / ABO nv / Geopunt, 2019)...... 17 Figuur 14: De topografische kaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 18 Figuur 15: De Traditionele Landschappenkaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 19 Figuur 16: Digitaal Hoogtemodel (DHMVII) (1m) met aanduiding van het projectgebied en de waterlopen. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 20 Figuur 17: Digitaal Hoogtemodel (DHMVII) (1m) met aanduiding van het projectgebied in detail. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 20 Figuur 18: Hoogteprofiel ZN. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 21 Figuur 19: Skyview (0,25m) met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)...... 21 Figuur 20: Gedigitaliseerde bodemkaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 22 Figuur 21: Gedigitaliseerde Tertiairgeologische kaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 23 Figuur 22: Detail van de eenheden die de onderstaande Quartairgeologische kaart kenmerkt (Bron: DOV 2018)...... 24 Figuur 23: Gedigitaliseerde Quartairgeologische kaart met het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 24 Figuur 24: Bodemerosiekaart op perceelniveau met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 25 Figuur 25: Bodembedekkingskaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 25 Figuur 26: Weergave van de meldingen uit de Inventaris Onroerend Erfgoed binnen de 1.000m van het projectgebied. (Bron: Inventaris Onroerend Erfgoed, 2019)...... 30 Figuur 27: Alle CAI-meldingen binnen een straal van 1.000 meter van het projectgebied. (Bron: Centrale Archeologische Inventaris / BruGIS, 2019)...... 32 Figuur 28: Fol. 24 uit het ‘Caertboeck van Sonien Bosch’ van Laurain. (Bron: KBR, 1638) ...... 37 Figuur 29: Fricxkaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 38 Figuur 30: Ferrariskaart met aanduiding van het projectgebied (Bron: Geopunt, 2019)...... 38

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg V

Figuur 31: Atlas der Buurtwegen met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 39 Figuur 32: Vandermaelenkaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) 40 Figuur 33: Popp-kaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 40 Figuur 34: Topografische kaart van 1939 met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 41 Figuur 35: Orthofotomozaïek 1971 met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 42 Figuur 36: Orthofotomozaïek 1979-1990 met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) ...... 42

LIJST VAN TABELLEN Tabel 1: Geraadpleegde bronnen voor hoofdstuk 4...... 26 Tabel 2: Overzichtstabel bouwkundig erfgoed binnen een straal van 1.000m van het projectgebied. (Bron: Inventaris Onroerend Erfgoed, 2019)...... 29 Tabel 3: Overzichtstabel CAI-locaties in een straal van 1km. (Bron: Centrale Archeologische Inventaris, 2018) ...... 36

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg VI

DEEL 1 BUREAUSTUDIE

INLEIDING

THESAURUS Bureauonderzoek, Hoeilaart, Terhulpsesteenweg, wegenis, abdij Groenendaal, Zoniënwoud, beschermd cultuurhistorisch landschap, bufferzone Unesco werelderfgoed, steentijdpotentieel, rioleringswerken, nieuwe wegenis, vrijgave.

ADMINISTRATIEVE GEGEVENS

Projectcode Onroerend Erfgoed: 2019F51 ISSN-nummer 2406-3940 Erkend Archeoloog ABO nv Erkenningsnummer OE/ERK/Archeoloog/2017/00167 Naam + adres projectgebied Herinrichting Terhulpsesteenweg TSS r0 / Groenendaal en Bundersdreef - Straat + nr.: Terhulpsesteenweg - Postcode: 1560 - Fusiegemeente: Hoeilaart - Land: België Lambert 72 coördinaten xMin: 154530.92 xMax: 162089.86 (EPSG:31370) yMin: 155221.34 yMax: 163081.13 Kadaster - Gemeente: Hoeilaart - Afdeling: / - Sectie: C - Percelen: / (openbare weg) Oppervlakten: projectgebied: ca. 16.419,13m² lopende meter: ca. 1.186m Onderzoekstermijn juni-november 2019

LOCATIE EN OMSCHRIJVING WERKEN Deze archeologienota kwam tot stand naar aanleiding van de aanvraag van een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen op de Terhulpsesteenweg te Hoeilaart (Vlaams-Brabant) (Figuur 1). Het projectgebied bestaat uit een openbare weg in betonverharding met enkel aan de westelijke zijde een fietspad in betonklinkers (Figuur 2). De opdrachtgever plant de aanleg van een enkelvoudige riolering over traject in combinatie met een nieuwe wegenis, fietspaden en groene zone. Het terrein ligt volgens het Gewestplan in bosgebied, met name het Zoniënwoud (Figuur 4).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 7

Figuur 1: GRB met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

Figuur 2: De recentste orthofotomozaïek met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 8

Figuur 3: Meest recente kadasterkaart van het projectgebied. (Bron: CadGIS, 05/06/2019)

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 9

Figuur 4: Gewestplan met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

WETTELIJK KADER Deze archeologienota kwam tot stand in opdracht van de initiatiefnemer wegens de aanvraag van een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen. De geplande werkzaamheden aan de Terhulpsesteenweg te Hoeilaart (prov. Vlaams-Brabant) houden de aanleg van nieuwe riolering, nieuwe verharding en een groene zone in. De geplande werken worden beschouwd als een ingreep in de bodem.

Het projectgebied bevindt zich buiten een definitief of tijdelijk beschermde archeologische site en buiten een geïnventariseerde archeologische zone. Verder valt het projectgebied eveneens buiten een zone waar geen archeologie te verwachten valt. De geplande werken hebben betrekking op een zone in bosgebied, met name het Zoniënwoud. De ingreep in de bodem overschrijdt de drempelwaarde van 5.000m², nl. 16.419,13m², terwijl de aanvrager privaatrechtelijk is. Er moet dan in het kader van het Onroerend Erfgoeddecreet, voorafgaand aan een omgevingsvergunning, een archeologienota worden opgemaakt om het archeologisch potentieel te evalueren (art. 5.4.1. Onroerend Erfgoeddecreet). Het bureauonderzoek moet uitwijzen of een onderzoek met ingreep in de bodem mogelijk en wenselijk is voor het projectgebied.

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 10

DOEL VAN HET ONDERZOEK EN ONDERZOEKSSTRATEGIE

Deze archeologienota heeft als doel na te gaan welke archeologische resten er te verwachten zijn ter hoogte van het projectgebied en in welke mate deze bedreigd worden door de nakende ingreep in de bodem. Het onderzoek in deze archeologienota heeft drie doelen.

1) Er wordt een inschatting gemaakt van het archeologisch potentieel. 2) Er wordt nagegaan welke bewaring van deze resten te verwachten is. 3) Er wordt nagegaan welke impact van de geplande bodemingreep zal hebben op deze resten.

De gegevens, waarop het onderzoek is gebaseerd, vloeien voort uit de plannen aangeleverd door de initiatiefnemer en landschappelijke, bouwkundige en archeologische inventarissen en kaarten met de bedoeling steeds het archeologisch verwachtingsprofiel te confronteren met de aard van de geplande werken om zo de impact van deze werken op het bodemarchief te bepalen.

Op basis van de resultaten van dit onderzoek wordt een advies geformuleerd omtrent een eventueel archeologisch vervolgonderzoek, een in situ bewaring of een vrijgave. De volgende stappen worden ondernomen om een archeologisch verwachtingsprofiel op te stellen:

1) Een studie van de bestaande en ontsloten landschappelijke gegevens plaatst het projectgebied in een breder landschappelijk kader (hfst. 3). Hiertoe werden zowel kaartmateriaal als literaire bronnen geconsulteerd.

2) Een studie van de bestaande en ontsloten historische en archeologische gegevens geeft inzicht in het archeologisch potentieel van het projectgebied (hfst. 4). Hierbij werden voornamelijk inventarissen onroerend erfgoed en historische kaarten geraadpleegd.

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 11

AARD VAN DE BEDREIGING

HUIDIGE SITUATIE Het projectgebied betreft de Terhulpsesteenweg in Hoeilaart tussen de kruispunten met de Hendrickxdreef (noorden) en de Leopoldlaan III (zuiden). De straat bestaat uit een betonverharding en heeft enkel aan de westelijke zijde een fietspad in betonklinkers. Bij het kruispunt met de dreven (noorden) is reeds aan weerszijden een busstrook in kasseien aanwezig. Langs beide zijden liggen nutsleidingen voor elektriciteit op geringe diepte. Op enkele locaties op het projectgebied liggen ze gecombineerd met bestaande riolering (doorsnede 400mm) van Aquafin. Op een 6-tal plaatsen op het projectgebied liggen deze rioleringsbuizen loodrecht onder de bestaande rijweg (zie bestaande toestandsplan in bijlage).

Figuur 5: Zicht op het projectgebied aan de Hendrickxdreef naar het zuidwesten. (Bron: Google Street View, 2018).

Figuur 6: Zicht op het projectgebied naar het zuidwesten. (Bron: Google Street View, 2018).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 12

Het projectgebied op de Netelenweg bestaat uit een kasseiweg met bebossing.

Figuur 7: Zicht op het projectgebied naar het zuidwesten ter hoogte van de Netelenweg. (Bron: Google Street View, 2018).

TOEKOMSTIGE SITUATIE De initiatiefnemer plant nieuwe riolering onder de bestaande rijweg over quasi het gehele projectgebied (Figuur 10 tot Figuur 13). De riolering vangt aan met een uitbouwput op een diepte van ca. 110m-TAW (2,25m-MV) en eindigt met een uitbouwput in het zuiden op een diepte van 100,25m-TAW (1,20m-MV). Ter hoogte van de Netelenweg zal de riolering op een diepte van ca. 3m-MV worden ingeplant. Dit samen komt neer op een gemiddelde verstoringsdiepte van 2,15m-MV.

Na de rioleringswerken zal het gehele projectgebied heraangelegd worden met drie types verharding en een groene zone. De straat zelf zal bestaan uit een bitumineuze verharding dat in combinatie met de steenslagfunderingen en onderfundering uitkomt op een dikte van ca. 70cm. De onderste laag bestaat uit geotextiel. De totale ingreep in de bodem zal ongeveer 1,2m onder het bestaande maaiveld bedragen. De perronband en haltelocatie voor de bussen zal eveneens een ingreep van ca. 1m-MV inhouden. Voor de sleuf voor de nutsleidingen wordt een ingreep verwacht van 1,2m-mv, wat neerkomt op een totale ingreep in de bodem van ca. 1,5m-mv (Figuur 9). Op dezelfde locatie als heden zal een nieuw maar breder fietspad voorzien worden, bestaande uit steenslag met een dikte van 25cm. Deze bodemingreep zal neerkomen op ca. 60cm-MV. Tussen de rijweg en het fietspad wordt een houten vangrail voorzien (Figuur 8). Plaatselijk worden er nog geleidingswanden voorzien zodat kleine dieren verhinderd worden om de rijweg over te steken (ingreep van 10cm-mv in schraal beton).

Alle aangereikte plannen van de nieuwe toestand van de site worden voor een betere leesbaarheid toegevoegd in een aparte bijlage.

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 13

Figuur 8: Typedwarsprofiel A. (Bron: initiatiefnemer, 2019).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 14

Figuur 9: Typedwarsprofiel B, ter hoogte van het kruispunt met de Hendrickxdreef. (Bron: initiatiefnemer, 2019).

Figuur 10: Toekomstplan: deel 1. (Bron: initiatiefnemer / ABO nv / Geopunt, 2019).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 15

Figuur 11: Toekomstplan: deel 2. (Bron: initiatiefnemer / ABO nv / Geopunt, 2019).

Figuur 12: Toekomstplan: deel 3. (Bron: initiatiefnemer / ABO nv / Geopunt, 2019).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 16

Figuur 13: Toekomstplan: deel 4. (Bron: initiatiefnemer / ABO nv / Geopunt, 2019).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 17

ASSESSMENTRAPPORT: LANDSCHAPPELIJKE ANALYSE

TOPOGRAFISCHE SITUERING

3.1.1 TOPOGRAFIE Het projectgebied is gelegen in Hoeilaart, een zelfstandige gemeente in de groene rand rond Brussel (Vlaams-Brabant). De Topografische kaart toont een bosrijke omgeving doorsneden door enkele gewestwegen en spoorwegen. Net ten zuidwesten van het projectgebied zijn de vijvers en gebouwen van de abdij van Groenendaal nog goed zichtbaar (Figuur 14). Hoeilaart bevindt zich ca. 8km ten noordoosten van het centrum van Sint-Genesius-Rode, ca. 6km ten zuidwesten van en ca. 12km ten zuidoosten van het stadscentrum van Brussel.

Figuur 14: De topografische kaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019) Vanuit landschappelijk standpunt ligt het projectgebied in de ‘Brabantse Leemstreek’ (ca. 70-120m TAW), meer bepaald in ‘Zoniënwoud’, ingesloten door ‘Het land van Dworp’ en ‘Serreland van Hoeilaart en Overijse’ (Figuur 15). Het terrein kent een golvende topografie met valleien en boscomplexen in combinatie met een verstedelijkt weefsel. Het is een sterk versneden leemplateau dat aansluit bij Droog-Haspengouw en vooral loofbossen op de plateaus omvat. Het plateau wordt doorsneden door de rivier ‘IJsse’ (Antrop e.a. 2002, p. 51).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 18

Figuur 15: De Traditionele Landschappenkaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

3.1.2 HOOGTEVERLOOP Het Digitaal Hoogtemodel geeft weer dat het projectgebied gelegen is op een fluctuerend terrein vanuit het zuidelijke lokale dal van de IJse, aftakking van de Demer (Scheldebekken). Het terrein bevindt zich tussen op een reeds bestaande ophoging in een golvende topografie van leemplateaus en valleien. De vermeldde gewestwegen en spoorwegen zijn opvallend aanwezig in het Digitaal Hoogtemodel in de vorm van kunstmatige verhoogde lijntracés ten opzichte van de omliggende percelen (Figuur 16).

Het projectgebied kent reeds een antropogene ophoging aangezien het lokaal hoger gelegen is dan het bosgebied rondom (Figuur 17). Er werd een NWZO hoogteprofiel genomen van het projectgebied (Figuur 18).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 19

Figuur 16: Digitaal Hoogtemodel (DHMVII) (1m) met aanduiding van het projectgebied en de waterlopen. (Bron: Geopunt, 2019)

Figuur 17: Digitaal Hoogtemodel (DHMVII) (1m) met aanduiding van het projectgebied in detail. (Bron: Geopunt, 2019)

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 20

Bovenstaande figuur toont het DHM van het kaartblad 31 van het projectgebied met aangepaste min/max-waarden voor een gedetailleerder inzicht. Het laagste gedeelte van het terrein bevindt zich centraal bij het kruispunt met de Netelenweg. Het hoogste gedeelte bevindt zich aan het noordelijke uiteind van het projectgebied (lokaal leemplateau) (Figuur 17).

Hoogteprofiel NWZO

Het profiel kent een algemeen golvend maar over het algemeen dalend verloop tussen ca.114 en 94m- TAW. Het hoogteprofiel bereikt zijn dieptepunt van in de zuidoostelijke hoek van het terrein, ter hoogte van de nabije aansluiting met R0 (buitenring Brussel) (Figuur 18). Het profiel toont evenzeer een lokale ophoging op ca. 800m op ca.107m-TAW.

Figuur 18: Hoogteprofiel ZN. (Bron: Geopunt, 2019) De Skyview met resolutie van 0,25m op basis van het Digitaal hoogtemodel van Vlaanderen maakt duidelijk dat het projectgebied reeds kunstmatig genivelleerd en geëgaliseerd is. De nuance tegenover onaangeroerde bosgebied rondom het projectgebied is frappant (Figuur 19).

Figuur 19: Skyview (0,25m) met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 21

BODEMKUNDIGE SITUERING

3.2.1 BODEMTYPE Volgens de gedigitaliseerde Bodemkaart komen de karteringen OB, Abc0, Aba0(b) en ADp voor ter hoogte van het projectgebied (Figuur 20). OB-bodems zijn gronden waarvan het originele bodembestand niet gekend is of sterk beïnvloed is door bebouwing. De drie overige gekarteerde bodemtypes kunnen beschreven worden als volgt:

Abc0 zijn niet gleyige leemgronden met sterk gevlekte textuur B horizont en een A horizont van meer dan 40cm. De gevlekte textuur kan verklaard worden door de aanwezigheid van beukenbomen.

Aba0(b) zijn niet gleyige leemgronden met textuur B horizont en een A horizont van meer dan 40cm. Aba0 komt enkel voor op zones waar erosie weinig of niet heeft ingewerkt. Vaak zijn het gronden in lichte terreininzinkingen of afgesloten depressies waar de A horizont aangevuld werd met colluviale afzettingen.

ADp zijn zwak of matig gleyige gronden op leem m.n. colluviale gronden zonder ontwikkeling en met matig of onvoldoende drainering, meestal met een permanente grondwatertafel. ADp komt uisluitend voor in valleidepressies en smalle bosgeulen (Baeyens en Tavernier 1959).

Bij een goed bewaarde bodem kan een aanwezige B-horizont voor een goed bewaringspotentieel voor sporen en vondsten uit alle archeologische perioden zorgen. Colluviale bodemtypes boden in het verleden een geschikte afdekking voor het archeologisch bodemarchief.

Figuur 20: Gedigitaliseerde bodemkaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 22

3.2.2 TERTIAIR GEOLOGISCHE KAART Het projectgebied ligt op de tertiaire afzettingen van de Formatie van Brussel (Br) en de Formatie van Lede (Ld) (Figuur 21).

De formatie van Brussel bestaat uit bleekgrijs fijn zand dat soms kalkhoudend of fossielhoudend is met kiezel- en kalkzandsteenbanken. De Formatie van Lede bestaat uit lichtgrijs fijn zand, soms kalksteenbanken, kalkhoudend, fossielhoudend (Nummulites variolarius), soms glauconiethoudend met basisgrind.

Figuur 21: Gedigitaliseerde Tertiairgeologische kaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

3.2.3 QUARTAIRGEOLOGISCHE KAART Volgens de Quartairgeologische kaart (schaal 1:200 000) bestaat het projectgebied uit type 2 (Figuur 23).

De quartairgeologische sequentie ter hoogte van het projectgebied bestaat grotendeels uit hellingsafzettingen uit het Quartairt (HQ) en/of uit eolische afzettingen van het Weichseliaan, mogelijk vroeg-Holoceen (type 2). Een dergelijke sequentie heeft een relatief klein archeologisch potentieel. De zandige opduikingen nabij waterlopen, gevormd door deze Elpw-afzettingen, waren vanaf de steentijd aantrekkingspolen voor bewoning. De sporen die deze jager-verzamelaars achterlieten bestaan voornamelijk bestaan uit verspreide vondsten op het toenmalig loopvlak. Als deze loopvlakken kort na gebruik niet worden afgedekt, zoals het geval met type 2, dan is de kans op bewaring van paleolithicum- en mesolithicumsites zeer klein (Figuur 22).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 23

Figuur 22: Detail van de eenheden die de onderstaande Quartairgeologische kaart kenmerkt (Bron: DOV 2018).

Figuur 23: Gedigitaliseerde Quartairgeologische kaart met het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

3.2.4 BODEMEROSIEKAART De potentiële bodemerosie is lokaal in de directe omgeving van het projectgebied gekarteerd als ‘laag‘ en ‘zeer hoog’. De hoge impact bevindt zich ter hoogte van de abdijsite van Groenendaal. De kaart doet geen uitspraak over het projectgebied zelf. Een lage impact van erosie, in centrum Hoeilaart, bevordert de bewaring van de bodemopbouw en bijgevolg ook van eventueel aanwezige archeologische resten (Figuur 24).

3.2.5 BODEMBEDEKKINGSKAART Het projectgebied wordt volgens de Bodembedekkingskaart grotendeels gekenmerkt als ‘overig afgedekt’. Het projectgebied is van het zuidwesten tot noordoosten omringd door een groene zone doorsneden door spoor- en gewestwegen (Figuur 25).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 24

Figuur 24: Bodemerosiekaart op perceelniveau met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

Figuur 25: Bodembedekkingskaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 25

ASSESSMENTRAPPORT: ARCHEOLOGISCHE VOORKENNIS

Geraadpleegde bronnen met betrekking tot archeologische Toelichting voorkennis Inventarissen Zone waar geen archeologie te verwachten valt Relevant, cf. 4.2.2 Archeologische vooronderzoeken in de omgeving Relevant, cf. 4.2.3 Inventaris Bouwkundig Erfgoed Relevant, cf. 4.2.1 Centrale Archeologische Inventaris Relevant, cf. 4.2.2 Cartografische bronnen Kaartboek van Laurain (1638) Relevant, cf. 4.3.1 Fricxkaart (ca. 1712) Onvoldoende gedetailleerd, cf. 4.3.2 Villaretkaart (ca. 1745) Niet beschikbaar Ferrariskaart (1771-1778) Relevant, cf. 4.3.3 Atlas der Buurtwegen (1841) Relevant, cf. 4.3.4 Vandermaelenkaart (1846-1854) Relevant, cf. 4.3.5 Poppkaart (1842-1879) Relevant, cf. 4.3.6 Topografische kaart van België (1873) Niet relevant Topografische kaart van België (1904) Niet relevant Topografische kaart van België (1939) Relevant, cf. 4.3.7 Topografische kaart van België (1969) Niet relevant Topografische kaart van België (1981) Niet relevant Topografische kaart van België (1989) Niet relevant Orthofotomozaïek Kleinschalig, zomeropnamen, panchromatisch, 1971 Relevant, cf. 4.3.7 Kleinschalig, zomeropnamen, kleur, 1979-1990 Relevant, cf. 4.3.7 Middenschalig, winteropnamen, kleur, 2000-2003 Niet relevant Middenschalig, winteropnamen, kleur, 2005-2007 Niet relevant Middenschalig, winteropnamen, kleur, 2008-2011 Niet relevant Grootschalig, winteropnamen, kleur, 2013-2015 Niet relevant Grootschalig, winteropnamen, kleur, meest recent Relevant Tabel 1: Geraadpleegde bronnen voor hoofdstuk 4.

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 26

HISTORISCHE SITUERING VAN HOEILAART Meerdere archeologische vondsten verwijzen naar bewoning in Hoeilaart sedert het einde van het mesolithicum. In de wijk Dumberg kwamen immers diverse voorwerpen aan het licht als schrapers, pijlpunten en silexbijltjes. In 1870 werd bij de afbraak van de oude Sint-Clemenskerk een votiefsteen gevonden uit de 2de eeuw, een getuige van menselijke aanwezigheid in de Romeinse periode.

Hoeilaart, een benaming van Gallisch-Keltische oorsprong 'Ho-lar', vermoedelijk in de betekenis van ‘hoge plaats in een bebost moerassig gebied’ werd ontgonnen op het Zoniënwoud in de bronrijke vallei van de IJse (Gysseling 1960, p.500). De aanwezigheid van ijzererts speelde hierbij een belangrijke rol. Gedurende meerdere eeuwen vormde het ijzererts, waarvan de lagen tot aan de oppervlakte te vinden waren immers een belangrijke bron van inkomsten. De bewoners van Hoeilaart werden vaak als kolenbranders geciteerd aangezien zij zorgden voor houtskool dat noodzakelijk was voor het smelten van het ijzer in ijzererts. Het Zoniënwoud leverde hierbij het nodige hout. Verspreid over het woud zijn tal van smeltovens bewaard waarvan sommige opklimmen tot de Karolingische periode.

Twee belangrijke heerlijkheden bepaalden de geschiedenis van Hoeilaart, de heerlijkheid Ter Heyde ten zuiden van de IJse enerzijds en de heerlijkheid Holaer of Hoeilaart ten noorden van de IJse anderzijds. De oudst bekende eigenaar van de heerlijkheid Ter Heyde was de familie van Hoeilaart, genaamd de Holar waarvan Soteman de Holar voorkomt in een akte van 1186. De laatste eigenaar, eveneens de laatste vertegenwoordiger van het ancien régime was François Joseph Ignace Pangaert (+ 1798).

Op het einde van de 18de en het begin van de 19de eeuw brak voor Hoeilaart een periode van welvaart aan: op dat ogenblik golden er in de hoofdstad hoge vleesprijzen en het waren de inwoners van Hoeilaart die de markt voor meer dan 80% bevoorraadden. Ook de handel in boter, eieren, kippen en groenten droeg bij aan de economische ontwikkeling die voorheen voornamelijk was afgestemd op de kleine landbouw. Belangrijk in deze context was de aanleg van de spoorlijn Brussel-Namen. Deze spoorlijn, die de gemeente in het zuidwesten doorkruist, werd in 1847-1857 aangelegd door de "Grande Compagnie du Luxembourg", die ook het beheer in concessie had.

Op het einde van de 19de eeuw ontstond de behoefte aan beter transport voor de aanvoer van grondstoffen en het vervoer van de druiven. De gemeenten Hoeilaart en Overijse dienden in 1885 samen een aanvraag in bij de pas opgerichte Nationale Maatschappij der Buurtspoorwegen (NMBS) voor de aanleg van een tramlijn Brussel-Overijse. De lijn die uiteindelijk Overijse met Groenendaal zou verbinden, werd vergund in 1892 en ingehuldigd op 15 juli 1894. Ze halveerde Hoeilaart van oost naar west, ongeveer parallel met de as Overijsesteenweg – Albert Biesmanslaan – J.B. Charlierlaan en Groenendaalsesteenweg.

Het westelijke deel van Hoeilaart, meer dan de helft van de totale oppervlakte wordt ingenomen door het Zoniënwoud dat in zijn totaliteit meer dan 4000 ha beslaat en een overblijfsel vormt van het oude ‘Kolenwoud’. Op het einde van de 12de eeuw komt het Zoniënwoud in het bezit van de hertogen van Brabant die het als hun favoriete jachtgebied zullen beschermen. Het bos blijft in handen van hun nakomelingen tot het einde van het ancien régime. Geleidelijk zal er zich een administratie ontwikkelen om het gebied te beheren. Het huidige beukenbestand vindt zijn oorsprong in de bosbouwkundige keuze van de Oostenrijkse periode (1715-1794) toen grootschalige herbebossingen plaatsvonden. Momenteel fungeert het bos als groene long voor de nabije Brusselse agglomeratie. De Koningsvijvers aangelegd in 1902 door landschapsarchitect Elie Lainé, op initiatief van Koning Leopold II langs de IJse ten noorden van het station van Groenendaal, sluiten min of meer aan bij de reeks van vier historische vijvers: de Ganzepootvijver, Lindenvijver, Putselvijver en Keizer Karelvijver; ze werden aangelegd door de priorij van Groenendaal als viskweekvijvers (Agentschap Onroerend Erfgoed, “Hoeilaart”).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 27

INVENTARISSEN ONROEREND ERFGOED

4.2.1 INVENTARIS ONROEREND ERFGOED Volgens de Inventaris Onroerend Erfgoed ligt het projectgebied in het ‘Zoniënwoud en Kapucijnenbos’ (een beschermd cultuurhistorisch landschap), ‘Zoniënwoud: strikte buffer’ (een bufferzone van Unesco werelderfgoed) en ‘Zoniënwoud tussen Hoeilaart en Sint-Genesius-Rode’ (een landschappelijk erfgoedobject) (Figuur 26).

Het Zoniënwoud, met een oppervlakte van circa 4400 hectare, bestaat uit twee deelgebieden: het zuidwestelijk deel van het Zoniënwoud tussen Hoeilaart en Sint-Genesius-Rode en het noordoostelijk deel in en , dat ook het Kapucijnenbos, het Bos van Marnix en het arboretum van Tervuren bevat. Het Zoniënwoud is een restant van het historische Kolenwoud dat zich in de 4de eeuw nog uitstrekte van Thuin tot Brussel. Dit gebied heeft een grote geomorfologische waarde omdat de bossen op het loess-plateau, tussen de Zenne in het westen en de Dijle in het oosten met het hoogste punt op 133 meter +TAW, hier nooit gerooid werden, waardoor de oorspronkelijke geomorfologie bewaard bleef. Centraal in het huidige Zoniënwoud ligt het brongebied van de IJse, een zijrivier van de Dijle, waarvan de loop gekarakteriseerd wordt door de tientallen aangelegde vijvers. De Ganzepootvijver is de eerste van die reeks, verder zijn er nog de Keizer Karelvijver en de Koningsvijvers. Enkele vijvers werden aangelegd door de voormalige priorij van Groenendaal door een afdamming van de IJse en dienden om het klooster te voorzien van vis. Van bijzondere (ook archeologische) betekenis zijn de site van de voormalige priorij van Groenendaal, inclusief het aanpalende bosarboretum, en de kapel van Onze-Lieve-Vrouw-Willerieken, welbekend van een schilderij van Rik Wouters. Het arboretum van Groenendaal herinnert ook aan de wereldtentoonstelling van 1897 te Brussel, waarbij het een deel van het aanbod vormde. Het Kapucijnenbos is een momenteel beboste archeologische site (Agentschap Onroerend Erfgoed, “Zoniënwoud tussen Hoeilaart en Sint-Genesius-Rode”).

De oorsprong van de ‘Augustijnenpriorij van Groenendaal’ gaat terug tot 1343. Vanuit een kluis, reeds vermeld in 1304, groeide het uit tot een heuse priorij. In 1783 werd de priorij door Jozef II opgeheven, onder de Franse bezetting werd ze verbeurd verklaard. Het grootste deel van de gebouwen werd in 1825 gesloopt. De priorijhoeve, de onderbouw van de priorijkerk en het voormalige priorshuis werden gevrijwaard van de sloop. In het Kapucijnenbos zijn er nog maar weinig sporen van gebouwen bewaard gebleven. De symmetrische paden in dit bos wijzen op de aanwezigheid van een klooster 200 jaar geleden. Een deel van het Kapucijnenbos werd circa 1860 gerooid, maar werd omstreeks 1875-1880 herbebost op wat toen als door de landbouw verlaten leemgronden omschreven werd. De vijvers op de IJse, ten zuidwesten van het projectgebied, werden aangelegd door de voormalige priorij van Groenendaal door een afdamming van de IJse en dienden om het klooster te voorzien van vis. Op de kaart van Vandermaelen (1846-1854) staat onder andere de Ganzepootvijver niet meer aangegeven en op de kaarten van het Dépôt de la Guerre (circa 1850) worden de vijvers niet meer vermeld. Dit wijst erop dat de opstuwing niet meer gebeurde. De Koningsvijvers werden in het begin van de 20ste eeuw (1902-1903) aangelegd door de firma Edmond Parmentier uit Brussel, in opdracht van Koning Leopold II (Agentschap Onroerend Erfgoed, “Zoniënwoud tussen Hoeilaart en Sint-Genesius-Rode”).

De grote verkeersassen, die nu het woud doorkruisen, werden in de eerste helft van de 19de eeuw aangelegd: het was deSociété Générale die in 1832 de werken liet starten voor de aanleg van de wegen Waterloo-Groenendaal en Oudergem-Tervuren. Nadien kwam hierbij nog de spoorlijn naar Luxemburg, waarvan de sectie Brussel-Terhulpen in 1854 gerealiseerd werd. De wegen werden na de Tweede Wereldoorlog sterk verbreed en vormen daardoor een belangrijke fysische hindernis voor faunamigraties. De ‘Kapel van Onze-Lieve-Vrouw Willerieken’ is een aloude bedevaartsplaats. Het eerste

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 28

kapelletje dateert uit de 15de eeuw, het huidig gebouwtje is vermoedelijk 19de-eeuws met een neoromaans getint voorportaal en een ijzeren hek (Agentschap Onroerend Erfgoed, “Zoniënwoud tussen Hoeilaart en Sint-Genesius-Rode”).

In een straal van 1.000 meter rondom het projectgebied zijn er 13 meldingen uit de Inventaris Onroerend Erfgoed. Het betreft een combinatie van beschermde monumenten, Unesco werelderfgoed en beschermde landschappen met name:

ID Naam Locatie Bescherming Hoeilaart (Hoeilaart), Sint-Genesius- Unesco werelderfgoed 21125 Zoniënwoud: strikte buffer Rode (Sint-Genesius-Rode) bufferzone Priorij van Groenendaal: Duboislaan 2, Duboislaan 4, 471 Beschermd monument priorijhoeve met bakhuis Duboislaan 8 (Hoeilaart) Priorij van Groenendaal: 225 Duboislaan 1 (Hoeilaart) Beschermd monument ondergrondse relicten Hoeilaart (Hoeilaart), Sint-Genesius- Unesco werelderfgoed 21124 Zoniënwoud Rode (Sint-Genesius-Rode) kernzone Priorij van Groenendaal: 473 Duboislaan (Hoeilaart) Beschermd monument restanten van ommuring Priorij van Groenendaal: 475 Joannes Ruysbroeckweg 1 (Hoeilaart) Beschermd monument boswachterswoning Priorij van Groenendaal: 467 Joannes Ruysbroeckweg +1 (Hoeilaart) Beschermd monument kloosterkerk Station Groenendaal met Groenendaalsesteenweg 149 1098 Beschermd monument schuilplaats (Hoeilaart) Priorij van Groenendaal: 232 wagenhuis met Duboislaan 1 (Hoeilaart) Beschermd monument personeelsverblijf Hoeilaart (Hoeilaart), Overijse Zoniënwoud: verbindende (Overijse), Sint-Genesius-Rode (Sint- Unesco werelderfgoed 21126 buffer Genesius-Rode), Duisburg, Tervuren bufferzone (Tervuren) Hoeilaart (Hoeilaart), Sint-Genesius- Beschermd 1427 Zoniënwoud en Kapucijnenbos Rode (Sint-Genesius-Rode), Duisburg, cultuurhistorisch Tervuren (Tervuren) landschap

113450 Chateau du Prince Léoopold Sint-Jansbergdreef 16 (Overijse) Beschermd monument

Zoniënwoud tussen Hoeilaart Erfgoedobject 135091 Hoeilaart, Overijse, Sint-Genesius-Rode en Sint-Genesius-Rode landschappelijk geheel Tabel 2: Overzichtstabel bouwkundig erfgoed binnen een straal van 1.000m van het projectgebied. (Bron: Inventaris Onroerend Erfgoed, 2019). Vanaf een kilometer ten noordwesten van het projectgebied, toont de ‘Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed Brussel’ tevens verschillende elementen in het centrum van Watermaal-Bosvoorde (Figuur 26). Het gaat uitsluitend om vastgesteld bouwkundig erfgoed aan de Hakbosstraat, Heiligenborre en Terhulpsesteenweg vanaf het einde van de 19de eeuw. Het betreft grotendeels woonhuizen maar ook kantoorgebouwen en een psychiatrisch ziekenhuis (Monumenten en Landschappen Brussel, “Watermaal-Bosvoorde - Ziekenhuis - Stichting Ter Kameren - Psycho-Geriatrie - Terhulpsesteenweg 169”).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 29

Figuur 26: Weergave van de meldingen uit de Inventaris Onroerend Erfgoed binnen de 1.000m van het projectgebied. (Bron: Inventaris Onroerend Erfgoed, 2019).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 30

WERKEN IN EEN BESCHERMD CULTUURHISTORISCH LANDSCHAP

Toelatingsplichtige werken

Plan je werken in een beschermd cultuurhistorisch landschap, kijk dan eerst na voor welke werken je een advies of toelating nodig hebt. Sinds 1 januari 2015 zijn in de beschermingsbesluiten de toelatingsplichtige handelingen en beheersdoelstellingen opgenomen.

Werd het landschap beschermd vóór 1 januari 2015, dan tonen het beschermingsbesluit EN de generieke, specifieke en aanvullende toelatingsplichten uit het Onroerenderfgoedbesluit je voor welke werken een toelating nodig is:

 De generieke toelatingsplichten staan opgesomd in ’artikel 6.2.3’

De volgende handelingen aan of in beschermde monumenten, beschermde cultuurhistorische landschappen en beschermde archeologische sites kunnen niet worden aangevat zonder toelating van het agentschap of, zoals vermeld in artikel 6.4.4, § 1, eerste lid, van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, van de erkende onroerenderfgoedgemeente:

1° de aanmerkelijke reliëfwijziging van de bodem;

2° elke handeling die een aanzienlijke wijziging van de landschapskenmerken tot gevolg heeft, met uitzondering van cultuurgewassen, onder meer voor de landbouw, en tuinbeplanting.

 De specifieke toelatingsplichten vind je in ’artikel 6.2.6’

De volgende handelingen aan of in beschermde cultuurhistorische landschappen kunnen niet worden aangevat zonder toelating van het agentschap of, zoals vermeld in artikel 6.4.4, § 1, eerste lid, van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, van de erkende onroerenderfgoedgemeente:

4° het plaatsen of wijzigen van bovengrondse nutsvoorzieningen en leidingen;

6° het aanleggen, structureel en fundamenteel wijzigen of verwijderen van wegen en paden;

7° het vellen of beschadigen van bomen en struiken of kleine landschapselementen die opgenomen zijn in het beschermingsbesluit of in een goedgekeurd beheersplan, en elke handeling die een wijziging van de groeiplaats en groeivorm van de bomen en de struiken die opgenomen zijn in het beschermingsbesluit of in een goedgekeurd beheersplan tot gevolg kan hebben;

8° het aanleggen of wijzigen van verharding met een minimale gezamenlijke grondoppervlakte van 30 m² of het uitbreiden van bestaande verhardingen met minimaal 30 m² (Agentschap Onroerend Erfgoed, “Werken in een cultuurhistorisch landschap”).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 31

4.2.2 CENTRALE ARCHEOLOGISCHE INVENTARIS Op het projectgebied zelf bevinden zich geen vermeldingen uit de Centrale Archeologische Inventaris (Figuur 27). Aan het noordwestelijke einde van de Terhulpsesteenweg toont de CAI de locatie van ‘’t Schansken’, een 17de-eeuwse redoute (ID 151355). De plattegrond van 20x30m werd reeds in 1913 ontdekt bij een archeologische opgraving. Westelijke gelijklopend met de Terhulpsesteenweg, ter hoogte van de huidige spoorlijn, toont de CAI twee vondstenlocaties uit de middeleeuwen (ID’s 213032 en 2285). Bij een onderzoek in 2007 werd bij ID 213032 een middeleeuwse haras of ‘wolvensprong’ aangetroffen. Bij de aanleg van de GEN-spoorlijn werd tevens in 2007 sporen teruggevonden van ijzer- en houtskoolproducite. Ten zuidwesten van het projectgebied zijn verschillende vondstlocaties gecentraliseerd rond de voormalige Priorij van Groenendaal mede door verschillende noodopgravingen in 2005 en 2006 (zie beschrijving in Tabel 3).

Op ca. 700m ten zuidwesten van het projectgebied werd op slechts 1 locatie op het Vlaams grondgebied een bewerkte natuursteen uit de steentijd aangetroffen. Echter ten noorden van het projectgebied, op grondgebied, zijn er meerdere losse vondsten met steentijdartefacten gemeld. Meldingen 2, 5 en 11 (gele bolletjes) beschrijven de aanwezigheid van lithisch materiaal. Verder in het noordwesten, ter hoogte van Watermaal-Bosvoorde, beschrijft de archeologisch inventaris de aanwezigheid van een talud en lithisch materiaal ter hoogte van de Michielsberg (Mesolithicum).

Figuur 27: Alle CAI-meldingen binnen een straal van 1.000 meter van het projectgebied. (Bron: Centrale Archeologische Inventaris / BruGIS, 2019). In een straal van 1.000 meter zijn er in totaal 19 meldingen uit de Centrale Archeologische Inventaris. Het betreft om vondstenmeldingen vanaf de steentijd tot en met de 20ste eeuw (WO II). De focus ligt op vondstmeldingen uit de middeleeuwen, Nieuwe en Nieuwste tijd. Vondsten uit de Romeinse tijd ontbreken echter. Het betreft onder andere:

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 32

ID Naam/locatie Omschrijving Datering Versterking > Gebouwen > Redoute > een rechthoek Nieuwe Tijd 151355 't Schansken van 20 x 30 m (o.b.v. opgraving in 1913)1 (17de eeuw) Economie > Veeteelt > Kraal > paardenfokkerij/stoeterij bij het onderzoek in 2007 werd een 'wolvensprong' aangetroffen: een omwalling voorafgegaan door een Wolvensprong/Haras gracht. | Economie > Industrie > Houtskool- 213032 van Antoon van Middeleeuwen Kolenbranderij > resten van een houtskoolbranderij Bourgondië werden aangetroffen onder de wal (wat dus een tereminus ante quem oplevert voor deze archeologische sporen) Economie > Grondstofwinning > Ertswinning > resten van ijzerproductie: roosteren van ijzerzandsteen scoriahopen (ijzerslakken) | Economie > Industrie > Houtskool-Kolenbranderij > sporen van Vroege 2285 GEN-Spoorlijn houtskoolproductie: houtskoolhopen | Onbepaald > Middeleeuwen lineaire sporen die in profiel half ellipsvormig zijn. Waarschijnlijk karrensporen: het verkeer van en naar de houtskoolbranderijen of ijzersmeltovens2 Grondstofwinning > Ertswinning > kunstmatig 9.01 - Ten noorden aangelegde aardwerken: ijzerlaagovens Metaaltijden 150600 van het station van sporen van ijzerertsontginning: ijzerslakken (late IJzertijd) Groenendaal houtskoolmeilers | Industrie > Houtskool- Kolenbranderij > houtskoolmeilers Religie > Kapel > het huidig gebouwtje is vermoedelijk Middeleeuwen Kapel OLV van 3802 19de-eeuws met een neoromaans getint voorportaal (late Welriekende en een ijzeren hek./eerste gebouw uit de 15de eeuw middeleeuwen) Roerende Archaeologica > Losse Vondst > Natuursteen > grès?steen: Aan de Gewicht 2,500 kg, inhoud 0,9 dm³, grootte 23 x 17 x 7 Steentijd 150625 Ganzepootvijver cm hoog. De bovenzijde is komvormig uitgesleten, de (neolithicum) onderzijde is duidelijk tot een steunvlak afgeschuurd ((neolithische) maalsteen?) Religie > Klooster > ondergronds relict van de westelijke sectie van de clausura (ommuring) resultaat opgraving, afbraaksleuf met lei-, baksteen-, zandsteen- en kalkvoegfragmenten en een dunne laag gemetselde 123 Omheiningmuur I Nieuwe Tijd bakstenen en een laag ijzerzandstenen + twee losse parementstenen en een funderingssteen vondsten - scherf wit aardewerk met groen glazuur (17de eeuw) (heupbeen dier & dakpan in verniste rood aardewerk) Religie > Klooster > Vloer (drempel) poortopening en (late) 20185 Omheiningsmuur II ondergrondse basis van noordelijke poortpost (op Middeleeuwen pilaster) resultaten

1 A Vincent en G. Vincent, “’t Schansken (Forêt de Soignes)”, Annales de la Société royale d’Archéologie de Bruxelles 27 (1913): 61–67., Marc Meganck en Hans Blanchaert, “Het Schansken. Een 17e eeuwse redoute in het Zoniënwoud”, Historische woonsteden & tuinen III, nr. 171 (2011): 13–17. 2 Ina Metalidis e.a., “Archeologisch onderzoek op GEN Lijn 161, TR 101311 (Groenendaal, Hoeilaart) (Deel 2 van 2)”, Rapportage Onroerend Erfgoed Vlaanderen 1492 (2008), http://oar.onroerenderfgoed.be/publicaties/ROEV/1492/ROEV1492-001.pdf.

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 33

- een uitgebreide fundering voor de zuidelijke poortpost uit grof gemetselde braakstenen - basis van de noordelijke poortpost uit metselwerk van zandstenen en kalkvoeg met gehouwen parementstenen, waarvan een typische hoeksteen. - 2 steunberen uit recuperatiemateriaal); Religie > Klooster > op de helling: afwezigheid van muurresten of ander metselwerk: geen afbraaksporen, alleen enkele verspreide baksteenfragmenten en brokjes kalkvoeg; op de 2 lagere niveaus leem en op het laagste een laag losse ijzerzandstenen bij de steunbeer: aanwezigheid van 2 bouwlagen: een fundering rustend 20186 Omheiningsmuur III op leem en bestaand uit een mengsel van kalk, zand en Nieuwe Tijd kalkzandstenen + een onderbouw bestaand uit 4 lagen kalkzandstenen en kalkvoeg. Op de onderbouw rust de enige nog intacte steenlaag van de opbouw / vondsten - aan de voet van de steunbeer: enkele stukken vierkante tegels uit rood aardewerk met resten van witte bepleistering); Roerende Archaeologica > Vondstenconcentratie > Aardewerk > - een half sierbord in Brusselse faience en allerlei andere scherven) | Roerende Archaeologica > Vondstenconcentratie > Bouwmateriaal > resten van baksteen) | Religie > Kerk > - een humuslaag van ca. 50 cm dik met fragmenten metselwerk (bak- en natuursteen, voeg, zeldzaam stuk lei), onder de humus een zanderige laag met tamelijk veel scherven 20187 Omheiningsmuur IV Nieuwe Tijd - afgebroken uiteinde van een muur in baksteen, die dwars op de bocht van de Duboislaan gericht is - puinlaag waarin een losse gehouwen boogsteen de muur komt overeen met de westelijke sectie van de priorijommuring, precies op de plaats waar een kleine ronde uitkijktoren langs de ingangsweg naar de westelijke poort van het klooster stond) | archeologische opgravingen in 2005 en 20063 Onbepaald > Onbepaald > Onbepaald > Kasteel van funderingsmuren van een utiliteitsgebouw steengoed: 1 20208 Nieuwe Tijd Groenendaal Siegburg fragment en Raeren steengoed (noodopgraving in 2006)4 Religie > Klooster > priorij: 1894-1897: opgravingen waarbij enkele munten werden gevonden / 2005: deels gewelfde zaal bestaande uit 2 beuken en 4 traveeën in Priorij van het noordelijke uiteinde van de oostelijke 3666 Middeleeuwen Groenendaal kloostervleugel: kanunnikenzaal / 2014: geofysisch onderzoek. Het onderzoek toonde aan dat er nog heel wat waardevolle resten van het klooster bewaard zijn, o.a. de gekanaliseerde Ijse met daarop aansluitend de

3 Yves Goffin, “Archeologische opgravingen in Groenendaal (Hoeilaart, Vl. Brabant) volgens vergunning nr. 05/10 op datum van 1 april 2005”, 2006, https://oar.onroerenderfgoed.be/publicaties/ROEV/1302/ROEV1302-001.pdf. 4 Petra Boekstal, “Noodopgraving Kasteel van Groenendaal, juli 2006”, 2006, https://oar.onroerenderfgoed.be/publicaties/ROEV/1362/ROEV1362-001.pdf.

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 34

noordelijke pandgang, overwelfde ruimten, restanten van de oostelijk en westelijke pandgang, oudere fasen van de kerk, Â… / okt-nov 2015: opgravingen) Bewoning > Alleenstaand > Lusthof > hof van Ravenstein: dit kasteeltje stond onmiddellijk achter de kerk, aan de Vet of Keizer Karel Vijver: 2 Nieuwe Tijd vooruitspringende torens stonden aan de achterzijde in het water afgebroken na 1740 en voor 1769 (in kader van een noodonderzoek) Bewoning > Alleenstaand > Hoeve Middeleeuwen Bewoning > Alleenstaand > Openbare gebouwen > Volgens Verbesselt (Het Parochiewezen in Vl-Br, deel XVII, p. 230) bevond zich op deze locatie, na het 3808 Hof te Dumberg Nieuwe Tijd verdwijnen van het hof, eveneens een ziekenhuis. Op (18de eeuw) de kaart van Ferraris en van Popp zien we op deze percelen een imposant langwerpig gebouw met noord- zuid oriëntatie (o.b.v. cartografie) 3809 Slijpmolen Economie > Industrie > Molen (o.b.v. literatuur) Middeleeuwen Infrastructuur > Wereldoorlogen (Infrastructuur) > Prikkeldraadversperring > munitiedepots met een prikkeldraad en loopgravensysteem. De Duitsers groeven rond de munitiedepots een loopgravenstelsel, 212655 Munitiedepot WO II Nieuwste Tijd defensieve loopgraven om aanvallen af te weren; evacuatieloopgraven voor het ontruimen van het depot | Infrastructuur > Wereldoorlogen (Infrastructuur) > Loopgraven (o.b.v. literatuur 2014) Versterking > Gebouwen > Kamp > 610 Duitse krijgsgevangen huisden in dit tentenkamp. Zij werden Krijgsgevangenkamp 210908 ingeschakeld bij het ontmijnen van munitie op de Nieuwste Tijd WO I renbaan. Die munitie werd van overal aangevoerd via wagonnetjes op rails. (op grondgebied Hippodroom) Bewoning > Alleenstaand > Openbare gebouwen > Op het einde van de 19de eeuw (1889) werd de africhtingsrenbaan van Groenendaal aangelegd op een open plek waar tot op het einde van de 17de eeuw gewassen geteeld werden door de kloosterlingen van Groenendaal. Dit gebeurde naar een idee van Koning Leopold II, die het renbaancircuit van Bosvoorde te klein vond. Op 24 maart 1888 werd de Associété des Steeple Chase de Belgique” opgericht, die in het Zoniënwoud een nieuwe renbaan liet oprichten op 210909 Hippodroom Nieuwste Tijd gronden die de vereniging van het koninklijk domein huurde. De eigenlijke renbaan, met een piste-omtrek van 2600 meter en 1600 meter in rechte lijn, kwam er naast de baan naar Waterloo en had een eigen spooraansluiting met het station van Groenendaal. | Infrastructuur > Wereldoorlogen (Infrastructuur) > Onbepaald > munitiedepot en ontmijningsdienst. Via het doodlopend spoor van het huidige station van Groenendaal werd de munitie aangebracht. Op 6 mei 1919 was er een enorme ontploffing veroorzaakt door

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 35

een brandende sigaret van één van de Duitse krijgsgevangenen die werden ingeschakeld in de ontmijning van munitie op de renbaan. De ontploffing veroorzaakte een kettingreactie. De gebouwen en tribunes van de renbaan waren volledig verwoest. Er zijn 42 doden gevallen. In 1921 werd de hippodroom heropend. De tribunes, gebouwen, installaties en koninklijke loge werden allemaal herbouwd. Tijdens WO II werd de renbaan gesloten en bezet door het Duitse leger. Een tijd lang werden er Italiaanse soldaten van de luchtmacht gelegerd. Economie > Veeteelt > Kraal > aardenfokkerij/stoeterij 93 ha groot harasomwalling is bewaard: zou een Haras van Albrecht dubbele omwalling zijn. In 1978 werd er gegraven in de Nieuwe Tijd 3462 en Isabelle structuur. Men ontdekte toen baksteenpuin, (17de eeuw) tegelfragmenten, leifragmenten, aardewerk (o.b.v. opgraving in 1978 en cartografische bronnen) Economie > Grondstofwinning > Ertswinning > ijzersmeltovens, er werden 2 categorieën herkend: een primitiever model en een meer geëvolueerd model. Het gebruik van tegelfragmenten voor de bekleding van de kuip doet de auteur voor het laatste model een Romeinse datering suggereren. De andere ovens bestonden uit een ronde kuil van 0,95 tot 1,6 m 9.01 - 3107 diameter en 0,25 tot 1,2 m diep. Er werd in ieder geval Onbepaald Paardenrenbaan een luchtkanaal herkend. Over de in de kuip opgestalde hoop erts en brandstof werd waarschijnlijk een bedekking in leem gelegd. Brokken van verbrande leem werden terug gevonden in de laag van scorieën (zwarte aarde en houtskool). Deze afvallaag ontstond door het herhaaldelijk ledigen van de oven. In de kuilen werden ook ijzerslakken teruggevonden. Tabel 3: Overzichtstabel CAI-locaties in een straal van 1km. (Bron: Centrale Archeologische Inventaris, 2018)

4.2.3 ARCHEOLOGISCHE VOORONDERZOEKEN IN DE DIRECTE OMGEVING Op een afstand van 1.000m van het projectgebied werd sinds 2016 slechts 1 archeologienota uitgevoerd (Figuur 27). ‘Vooronderzoek Hoeilaart Hoeilaart Duboislaan Bosmuseum’ werd in 2017 uitgevoerd door BAAC Vlaanderen (ID 4572). Doordat de site deel uitmaakt van het beschermd monument ‘Priorij van Groenendaal’ en de geplande werken onherroepelijke schade zullen toebrengen aan het archeologisch potentieel werd een combinatie van opgravingen en werfbegeleidingen voorgeschreven. Deze onderzoeken werden tot heden nog niet gerapporteerd.

CARTOGRAFISCHE BRONNEN

4.3.1 "CAERTBOECK VAN SONIEN BOSCH” (CA. 1638-1740) Een van de oudste cartografische bronnen met een inzicht in het projectgebied is ‘Fol. 24. Tervuren, Hoeilaart. Priorij van Groenendaal, dorpskom van Hoeilaart. Wegen. Waterlopen. Vijvers.’ uit het 17de- eeuwse kaartboek van Lambertus Laurain (Laurain 1638). Het kaartboek beschrijft de volledige omgeving van het Zoniënwoud. Op onderstaande kaart is reeds een wegenis zichtbaar op de huidige

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 36

locatie van de Terhulpsesteenweg die naar het zuiden toe de vijvers van de priorij doorsnijdt richting Hoeilaart. Aan het kruispunt van de huidige Terhulpsesteenweg en de Hendrickxdreef beschrijft de kaart de aanwezigheid van een plein met kersenbomen (‘Kesselaer’) en mogelijk een kapel.

Figuur 28: Fol. 24 uit het ‘Caertboeck van Sonien Bosch’ van Laurain. (Bron: KBR, 1638)

4.3.2 FRICXKAART OF KAART VAN DE NEDERLANDEN (CA. 1712-1744) Het projectgebied ligt op een bosgebied met wegen ter hoogte van ‘Les 3 Fontaines’. Het projectgebied ligt in realiteit zuidelijker dan gekarteerd, met name tussen de vermeldingen ‘Groenendael’ en ‘Holar’, de wegenis tussen de vijvers van Groenendael. De kaart bevestigd opnieuw dat een voorloper van de Terhulpsesteenweg met zekerheid in het begin van de 18de eeuw aanwezig was als verbinding tussen ‘Watermael’ en ‘Holar’ (Figuur 29).

4.3.3 FERRARISKAART OF KABINETSKAART DER OOSTENRIJKSE NEDERLANDEN EN HET PRINSBISDOM LUIK (1771- 1778) De Ferrariskaart toont een wegenis met quasi eenzelfde omtrek als de huidige Terhulpsesteenweg (Figuur 30). Het projectgebied bevindt zich in een glooiend loofbos en eindigt net voor het vijvergedeelte van de priorij in het zuiden. De beschreven redoute ‘’t Schanksken’ uit de CAI is zichtbaar aan de noordwestelijke zijde van het projectgebied.

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 37

Figuur 29: Fricxkaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

Figuur 30: Ferrariskaart met aanduiding van het projectgebied (Bron: Geopunt, 2019).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 38

4.3.4 ATLAS DER BUURTWEGEN (1843–1845) De Atlas der Buurtwegen toont een vergelijkbare situatie met de Ferrariskaart (Figuur 31). De Terhulpsesteenweg toont vanaf deze kaart de huidige omvang.

Figuur 31: Atlas der Buurtwegen met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

4.3.5 VANDERMAELENKAART OF CARTES TOPOGRAPHIQUES DE LA BELGIQUE (1846-1854) De Vandermaelenkaart toont in grotendeels dezelfde stedenbouwkundige situatie als de Atlas der Buurtwegen (Figuur 32). Vanaf deze bron is bijkomend de spoorweg zichtbaar ten zuidwesten van het projectgebied. Net aan het einde van de Terhulpsesteenweg vermeldt de kaart het ‘Station’.

4.3.6 POPPKAART OF KAARTEN VAN CHRISTIAAN POPP (1842-1879) De Popp-kaart toont in grotendeels dezelfde stedenbouwkundige situatie als de Vandermaelenkaart (Figuur 36).

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 39

Figuur 32: Vandermaelenkaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

Figuur 33: Popp-kaart met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 40

4.3.7 LANDSCHAPSVERANDERINGEN GEDURENDE DE 20STE EN 21STE EEUW De recentere topografische kaarten en luchtfoto’s tonen aan dat het grondgebruik van het projectgebied geen evolutie meer heeft doorgemaakt vanaf de eerste decennia van de 20ste eeuw tot heden. De topografische kaart van 1939 bevestigd de omvang van de wegenis zoals vastgestelde op de voorgaande 19de-eeuwse bronnen. De eerder beschreven ‘Hippodrôme’ (renbaan) uit 1898 is ten westen van het projectgebied zichtbaar op de gemene gronden van de voormalige priorij.

De luchtfoto’s van 1971 en 1979-1990 tonen nog dezelfde toestand van het terrein als de topografische kaart van 1939 (Figuur 35 en Figuur 36). Het Zoniënwoud rondom het projectgebied kent eveneens geen veranderingen. In hoeverre het projectgebied een aanpassing in het wegdek kreeg doorheen de 19de en 20ste eeuw kan niet afgeleid worden van de geraadpleegde bronnen.

Figuur 34: Topografische kaart van 1939 met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 41

Figuur 35: Orthofotomozaïek 1971 met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

Figuur 36: Orthofotomozaïek 1979-1990 met aanduiding van het projectgebied. (Bron: Geopunt, 2019)

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 42

BESLUIT

INTERPRETATIE EN DATERING Op basis van de landschappelijke, archeologische en historische gegevens kan een inschatting gemaakt worden van de aard en ouderdom van het archeologische potentieel ter hoogte van het projectgebied. Het projectgebied bevindt zich buiten een voorlopig of tijdelijk beschermde archeologische site en buiten een geïnventariseerde archeologische zone.

De ondergrond ter hoogte van het projectgebied wordt door de Bodemkaart gekarteerd als OB, Abc0, Aba0(b) en ADp. Dit zijn voornamelijk niet gleyige leemgronden met een B-horizont, een verbrokkelde textuur B-horizont en een bodem zonder profielontwikkeling. Het projectgebied ligt in een bosgebied (Zoniënwoud) in de Brabantse Leemstreek, meer bepaald in ‘Zoniënwoud’, op een glooiende topografie tussen ca. 94 en 114m-TAW. Hierdoor was de locatie aantrekkelijk voor de prehistorische mens. De CAI en de archeologische data van grondgebied Brussel toont effectief een viertal steentijdlocaties in het Zoniënwoud, op geringe afstand op zowel de heuveltoppen als de alluviale laagtes van de IJse. Binnen de perimeter van 2.000m betreffen het archeologische vondsten vanaf de steentijd tot en met de nieuwste tijd, met een focus op de late middeleeuwen, 17de en 18de eeuw. Het betreft vooral vondstlocaties naar aanleiding van noodopgravingen in 2005 en 2006 op het grondgebied van de voormalige Priorij van Groenendaal (est. 1343). Aan de noordwestelijke zijde van het projectgebied werd in 1913 reeds een plattegrond van een 17de-eeuwse redoute aangetroffen. Zuidelijker, ter hoogte van de huidige spoorwegen, kon een 17de-eeuwse haras of wolvensprong in 2007 vastgesteld worden. Net ten noorden van de voormalige priorij werd tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog de 19de- eeuwse Hippodroom ingenomen als krijgsgevangenkamp en munitiedepot. Door de combinatie van belangrijke culturele, historische en landschappelijke elementen in dit gedeelte van het Zoniënwoud valt het projectgebied binnen het beschermd cultuurhistorisch landschap ‘Zoniënwoud en Kapucijnenbos’. De reeds uitgevoerde archeologische vooronderzoeken in de directe omgeving konden geen relevante informatie verschaffen.

Volgens het historisch kaartmateriaal en recentere topografische kaarten en luchtfoto’s (tussen 1638 en 2018) evolueerde het projectgebied van een bestaande onverharde weg als connectie tussen Watermaal en Hoeilaart naar de huidige betonweg. De directe omgeving bleef gedurende de gehele periode bosgebied. Het projectgebied werd niet in cultuur gebracht door de priorij door de ongunstige topografie. Vanaf het einde van de 19de eeuw wordt het bestaande bosgebied meer doorsneden door bijkomende verkeersaders zoals de spoorweg.

POTENTIEEL TOT KENNISVERMEERDERING Het archeologische potentieel van het projectgebied wordt als hoog beschouwd vanwege de hoge CAI- meldingen, de lange menselijke occupatie het Zoniënwoud en de beschermde zones op en rond het projectgebied. De landschappelijke ligging kent wel een hoger potentieel voor steentijdsites (alluviale en colluviale sites). Tot op vandaag werden een viertal sites in de dichte omgeving aangetroffen op zowel Vlaams als Brussels grondgebied op zowel colluviale als alluviale locaties.

Op basis van de bureaustudie en de geanalyseerde archeologische data wordt het potentieel als eerder hoog ingeschat. Er worden voornamelijk sporen vanaf de steentijd tot en met de nieuwste tijd verwacht maar voor Romeinse vondsten ontbreekt mogelijk de omvattende context. De geplande werken zullen vervolgens slechts een minimale bijkomende verstoring van het archeologisch potentieel teweegbrengen gezien het projectgebied reeds vermoedelijk sinds het begin van de 20ste eeuw verhard

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 43

is en reeds vanaf de 17de eeuw in gebruik is als openbare weg. De relevante archeologische lagen kunnen dus behouden blijven in situ.

1) Uit het historisch, archeologisch en landschappelijk onderzoek (hst. 3 en 4) blijkt dat het projectgebied gelegen is in het beschermde gedeelte van het Zoniënwoud, te Hoeilaart (Vlaams Gewest). Het terrein is een glooiende topografische zone met gradiëntzones en valleien opklimmend vanuit de vallei van de IJse. De bodemtypes ter hoogte van het projectgebied zijn voornamelijk niet gleyige leemgronden met respectievelijk een B-horizont, een verbrokkelde textuur B-horizont en geen profielontwikkeling.

1) De initiatiefnemer plant nieuwe riolering onder de bestaande rijweg over quasi het gehele projectgebied. Hierna wordt de verharding over het gehele projectgebied vernieuwt en aangevuld met een groene zone. Waar nieuwe nutsleidingen gepland staan, kan gesproken worden van een zeer lokale diepere ingreep in de bodem (tot maximaal 2,25m-MV). De wegenis en perronband zullen een maximale ingreep in de bodem hebben van 1m-MV. Het geplande fietspad komt neer op een bodemingreep van 0,6m-MV.

2) Het archeologisch potentieel is hoog. Op basis van de CAI, de landschappelijke ligging, de historische kaarten en de uitgevoerde archeologische onderzoeken in de directe omgeving worden er vooral sporen verwacht van de steentijd, middeleeuwen, nieuwe tijd en nieuwste tijd. Door de topografische ligging mag een steentijdpotentieel niet uitgesloten worden. De initiatiefnemer plant een zeer lokale diepere ingreep in de bodem voor de aanleg van nutsleidingen. De geplande nieuwe verhardingen zijn op ongeveer eenzelfde diepte gepland als heden bestaand. Dit komt neer op een zeer kleine bijkomende bodemingreep ten opzichte van de totale projectoppervlakte waardoor de potentiële kenniswinst voor het project nihil is, ongeacht de ligging in een beschermd cultuur-historisch landschap. De koste-bate voor verder archeologisch onderzoek is bijkomend ongunstig.

Omdat met de geplande werken slechts beperkte bijkomende bodemverstoringen zullen plaats vinden, is er slecht een minieme potentiele kenniswinst waardoor de kosten-bate voor dit project ongunstig wordt en er aldus gepleit wordt voor geen bijkomend vooronderzoek van het projectgebied. Op basis van bovenstaande argumenten wordt vrijgave geadviseerd.

Niettegenstaande, gelet op de bescherming en de aard van de werken, is de initiatiefnemer verplicht om het Agentschap Onroerend Erfgoed op de hoogte te brengen in de vorm van een schriftelijke melding waarna een vooroverleg kan plaats vinden met de bevoegde instantie. Tevens is een aangepaste dossiersamenstelling voor een omgevingsvergunning in dergelijke zone nodig.

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 44

KWALITEITSCONTROLE EN ONDERTEKENING

Naam Functie Handtekening Datum

12 november Patrick Hambach General Director 2019

12 november Toon Moeskops Business Unit Manager 2019

Archeoloog/ 12 november Anouk Van der Kelen Kwaliteitsverantwoordelijke 2019

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 45

BIBLIOGRAFIE Laurain, L. (1638, 1740). Fol. 24. Tervuren, Hoeilaart. Priorij van Groenendaal, dorpskom van Hoeilaart. Wegen. Waterlopen. Vijvers. niet-gegeorefereerde kaart.

Kaart van Villaret, Institut National de l’Information Géographique et Forestière, Sint-Mande (France), CH 292, uitgegeven in 1745, schaal 1:14.400.

Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden voor Zijn Koninklijke Hoogheid de Hertog Karel Alexander van Lotharingen, Jozef Jean François de Ferraris, Koninklijke Bibliotheek van België, uitgegeven in 1770-1778, schaal 1:11.520 herleid naar 1:25.000.

Atlas van de Buurtwegen, opgesteld naar aanleiding van de wet op de buurtwegen van 10 april 1841, schaal 1:2.500 (overzichtsplannen schaal 1:10.000).

Topografische kaart van België, Philippe Vandermaelen, uitgegeven in 1846-1854, schaal 1:20.000.

Atlas Cadastral parcellaire de la Belgique de Lummen, Philippe-Christian Popp, uitgegeven in 1842- 1879, schaal 1:5000.

Geopunt Vlaanderen, Orthofoto’s 1971, 1979-1990, 2018, Terhulpsesteenweg, Hoeilaart [online], http://www.geopunt.be (geraadpleegd op 24 juni 2019)

Cartesius, Topografische kaarten 1873, 1904, 1939, 1969, Terhulpsesteenweg, Hoeilaart [online], http://www.cartesius.be (geraadpleegd op 24 juni 2019)

Agentschap Onroerend Erfgoed. (z.d.). Hoeilaart. In Inventaris Onroerend Erfgoed. https://inventaris.onroerenderfgoed.be/themas/14267. Geraadpleegd 26 juni 2019

Agentschap Onroerend Erfgoed. (z.d.). Zoniënwoud tussen Hoeilaart en Sint-Genesius-Rode. In Inventaris Onroerend Erfgoed. https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/135091. Geraadpleegd 26 juni 2019

Agentschap Onroerend Erfgoed. (z.d.). Werken in een cultuurhistorisch landschap. Onroerend Erfgoed. /werken-een-beschermd-cultuurhistorisch-landschap. Geraadpleegd 28 juni 2019

Baeyens, L., & Tavernier, R. (1959). Verklarende tekst bij het kaartblad Tervuren 102 E. Gent: Instituut tot aanmoediging van het Wetenschappelijk Onderzoek in Nijverheid en Landbouw.

Goffin, Y. (2006). Archeologische opgravingen in Groenendaal (Hoeilaart, Vl. Brabant) volgens vergunning nr. 05/10 op datum van 1 april 2005. https://oar.onroerenderfgoed.be/publicaties/ROEV/1302/ROEV1302-001.pdf. Geraadpleegd 26 juni 2019

Gysseling, M. (1960). Toponymisch woordenboek van België, Nederland, Luxemburg, Noord-Frankrijk en West-Duitsland vóór 1226. Belgisch Interuniversitair Centrum voor Neerlandistiek.

Meganck, M., & Blanchaert, H. (2011). Het Schansken. Een 17e eeuwse redoute in het Zoniënwoud. Historische woonsteden & tuinen, III(171), 13–17.

Metalidis, I., Deckers, P., Vanmontfort, B., & Langohr, R. (2008). Archeologisch onderzoek op GEN Lijn 161, TR 101311 (Groenendaal, Hoeilaart) (Deel 2 van 2). Rapportage Onroerend Erfgoed Vlaanderen, 1492. http://oar.onroerenderfgoed.be/publicaties/ROEV/1492/ROEV1492-001.pdf

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 46

Monumenten en Landschappen Brussel. (z.d.). Watermaal-Bosvoorde - Ziekenhuis - Stichting Ter Kameren - Psycho-Geriatrie - Terhulpsesteenweg 169. In Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed. http://www.irismonument.be/nl.Watermaal-Bosvoorde.Terhulpsesteenweg.169.html. Geraadpleegd 26 juni 2019

Vincent, A., & Vincent, G. (1913). ’t Schansken (Forêt de Soignes). Annales de la Société royale d’Archéologie de Bruxelles, 27, 61–67.

2019F51 | 26279.R.01 (intern) | Archeologienota Hoeilaart Terhulpsesteenweg 47