PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

The following full text is a publisher's version.

For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/130183

Please be advised that this information was generated on 2021-10-03 and may be subject to change. 2 9 3

De cultuur van het televisiedebat Veranderende percepties van de relatie tussen media en politiek, 1960 – heden

Harm Kaal

TVGESCH 127 (2): 293–316 DOI: 10.5117/TVGESCH2014.2.KAAL

A b s t r a c t This article adopts a new perspective on the interaction between political parties and Dutch television in election campaigns from the 1960s onwards. Rather than exploring the ‘real’ impact of television on the nature and content of political campaigning, it presents a case study of televised debates in order to explore changing perceptions among par- ties and press regarding the so-called mediatization of politics. It shows that televised debates were at fi rst perceived as a means to bridge the gap between politics and people. In the 1970s and early 1980s, when parties tried to control the set-up of these debates, they met with increasing criticism and were perceived as having hardly any infl uence on the outcome of the elections. Although the staging of the debates remained the same, midway through the 1980s perceptions of the impact of television dramatically changed. In response to the surprising outcome of the 1986 general election a discourse of media- tization and Americanization became dominant. This in turn resulted in a re-evaluation of the relationship between politics and the media in which the latter were now said to hold the upper hand.

K e y w o r d s : Televised debates; election campaigns; mediatization; political history; perceptions

We weten niet beter of verkiezingscam- Op basis van een analyse van de cultuur pagnes draaien om televisiedebatten. van het televisiedebat vanaf de jaren zes- Daar wordt de strij d om de gunst van de tig wordt in kaart gebracht hoe politieke kiezer beslist. Dat dit een goede ontwik- partij en en de pers vanaf de jaren zestig keling is, wordt in het publieke debat veel- hebben aangekeken tegen de invloed van vuldig betwist: volgens critici wordt in de televisie op de verkiezingscampagnes. ‘mediacratie’ de politieke inhoud opge- offferd voor soundbites en een personali- In Nederland lij kt een verkiezingscampag- sering van de politiek. Dit artikel onder- ne zonder televisiedebatten ondenkbaar. zoekt de opkomst van dit vervalvertoog. Zowel bij de publieke omroep als op de

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 293293 227-05-147-05-14 11:0111:01 294 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

commerciële zenders kruisen de lij sttrek- king vormde van verschuivende verhoudin- kers meerdere malen de degens. Het ver- gen tussen ‘de media’ en ‘de politiek’.3 loop van de debatten speelt een cruciale De grote aandacht voor televisiedebat- rol in de duiding van de campagne in de ten en het belang dat eraan wordt gehecht pers. In een in NRC Handelsblad gepubli- in analyses van de verkiezingsstrij d kun- ceerde terugblik op de campagne van 2012 nen gezien worden als een bevestiging van met SP-lij sttrekker Emile Roemer gaat het de door opiniemakers en communicatiewe- vooral over de televisiedebatten en de vraag tenschappers vaak geconstateerde ‘media- waarom PvdA-voorman Diederik Samsom tisering’ van politiek.4 In de huidige ‘me- hierin glorieerde en Roemer faalde. 1 Ook diacratie’ en audience democracy worden bij recente voorgaande verkiezingen wezen politieke praktij ken in toenemende mate zowel de media als campagneonderzoekers aangepast aan ‘de verhalende structuren op de doorslaggevende rol die de televisie- en de vormprincipes die zich binnen de debatten in de verkiezingsstrij d hadden sterk geprofessionaliseerde mediapraktij k gespeeld.2 ontwikkelen’ en moeten politici ‘media Dit artikel behandelt de cultuur en re- experts’ zij n om te overleven. 5 Vooral in de ceptie van het televisiedebat in Nederland opiniërende pers wordt mediatisering ge- vanaf de introductie in 1963 tot de debat- associeerd met de dominantie van de me- ten uit de laatste verkiezingscampagnes. dia over de politiek en daarmee van vorm Onder cultuur worden de opzet, gebruiken over inhoud en personen over principes. 6 en rituelen van het televisiedebat verstaan, Vaak gaat dit gepaard met de verzuchting evenals de plaats die de partij en er in hun campagnes aan toekenden en de ontvangst 3 Een aantal, ook oudere, debatten zij n terug te zien in de pers. Een inhoudsanalyse valt buiten via www.geschiedenis24.nl/dossiers/Dossier-Verkie- het bestek van dit onderzoek: het gaat er zingsdebatten-on-demand-te-bekij ken.html [geraad- pleegd 6 januari 2014]; zie voor onderzoek naar de in- niet om vast te stellen hoe het debat daad- houd en efffecten van televisiedebatten onder meer: werkelij k verliep en met welke retorische M.S. McKinney en D.B. Carlin, ‘Political campaign de- middelen de politici elkaar te lij f gingen, bates’, in: L.L. Kaid ed., Handbook of political commu- maar om inzicht te krij gen in de betekenis nication research (Mahwah 2004) 203-234; S. Coleman ed., Televised election debates. International perspecti- van het televisiedebat als een fenomeen dat ves (New York 2000). niet alleen de Nederlandse verkiezingscul- 4 M. Elchardus, De dramademocratie (Tielt 2002); Th. tuur ging domineren, maar ook de uitdruk- Meyer, Mediokratie. Die Kolonisierung der Politik durch das Mediensystem (Frankfurt am Main 2001); Media- logica. Over het krachtenveld tussen burgers, media en politiek. Raad voor Maatschappelij ke Ontwikkeling (RMO) (Den Haag 2003). 5 H. Wij fijjes, ‘Vorm of vent? Mediatisering in de po- 1 Mij n dank aan Remieg Aerts, Anne Bos, Liesbeth van litieke geschiedenis’, in: G. Voerman en D.J. Wolfffram de Grift, Carla Hoetink en de anonieme referenten voor ed., Kossmann Instituut. Benaderingen van de geschie- hun commentaar op eerdere versies van dit artikel. denis van politiek (Groningen 2006) 32-38, aldaar 33; C. Verbraak, ‘Dit overkomt me geen tweede keer’, NRC- B. Manin, The principles of representative government Handelsblad , 21 december 2012. (Cambridge 1997) 220. 2 Ph. van Praag, ‘Turbulent maar wel echt Hollands. 6 M. van Weezel en M. Zonneveld, ‘Een democratie De campagnes van 2002 en 2003’, in: R. Coops ed., Een van toeschouwers’, Vrij Nederland , 18 januari 2003; X. politieke aardverschuiving (Alphen aan den Rij n 2003) Schutte, ‘Inleiding: in de mediacratie’, De Groene Am- 113-128, aldaar 123. sterdammer, 21 november 2012.

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 294294 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 2 9 5

De verrassende uitslag van 1986. Een analyse van de verrassende verkiezingsuitslag in Het Vrij e Volk . De foto bij het artikel is genomen tij dens het laatste televisiedebat bij NRCV’s Hier en Nu tussen Lubbers, Den Uyl en Nij pels. Lubbers’ winst van het debat en vooral de berichtgeving erover in de pers zou een grote invloed op de uitslag hebben gehad. Bron: Henk Blanken, ‘Waar haalde Lubbers toch die 500.000 stemmen vandaan?’, Het Vrij e Volk , 29 mei 1986.

dat de politiek ‘vroeger […] anders, beter, duid als het politiek-mediaal complex. 8 Na hoogstaander, fatsoenlij ker, inhoudelij ker de periode van de verzuiling, waarin poli- was’.7 Politicologisch en mediahistorisch tiek en pers ideologisch hechte banden on- onderzoek heeft ons inzicht gegeven in de derhielden (aangeduid als ‘partisan logic’), historische ontwikkeling van deze relatie brak eind jaren zestig de fase van de ‘party tussen media en politiek, ook wel aange- logic’ aan: de partij en bepaalden nog wel

8 F. van Vree et al., ‘Het ontstaan van een politiek- 7 Wij fijjes, ‘Vorm of vent?’, 34. publicitair complex 1960-2002’ in: Medialogica , 67-98.

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 295295 227-05-147-05-14 11:0111:01 296 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

de politieke agenda, maar werden kritisch heid zoals die door verschillende actoren – door de pers gevolgd. Toenemende concur- politici, journalisten en het publiek – werd rentie in het medialandschap zorgde ver- geconstrueerd en beleefd.13 De nadruk ligt volgens begin jaren negentig voor een om- in dit artikel op het perspectief van de po- slag naar de huidige ‘media logic’. 9 litieke partij en en de schrij vende pers: aan In recent onderzoek wordt niet zozeer de hand van de veranderende cultuur van deze indeling betwist, als wel de strij d aan- het televisiedebat wordt uiteengezet hoe gebonden met het vervalvertoog dat ermee zij de wisselwerking tussen media en poli- verbonden is.10 Door middel van empirische tiek percipieerden. Welke verwachtingen analyses van mediaberichtgeving en het en ideeën hadden zij vanaf de jaren zestig optreden van politici in de media hebben over de betekenis van de televisie voor de politieke communicatiewetenschappers wij ze waarop politiek bedreven werd? onder meer aangetoond dat de, mede door In het navolgende wordt eerst de intro- de media gevoede, personalisering van de ductie van het televisiedebat begin jaren Nederlandse politiek niet een recent feno- zestig nader geduid tegen de historische meen is en bovendien niet per se ten koste achtergrond van de rol die het politieke gaat van de inhoud.11 Ander onderzoek laat debat in de Nederlandse electorale cultuur zien dat na 2002 de ‘medialogica’ zelfs licht heeft vervuld. Dit historische perspectief is gedaald: de berichtgeving over de poli- maakt inzichtelij k dat de heersende poli- tiek wordt gekenmerkt door minder ‘geper- tieke cultuur, het verkiezingsstelsel en de sonaliseerd nieuws, (wed)strij dnieuws en dynamiek binnen het partij politieke land- negatief nieuws’.12 schap bepalend zij n geweest voor de meer of minder prominente plaats die het debat In dit artikel wordt voor een andere invals- in de verkiezingsstrij d heeft ingenomen. hoek gekozen. Het doel is niet percepties Vervolgens wordt aan de hand van corres- van de relatie tussen media en politiek pondentie in partij archieven en artikelen te ontzenuwen – zoals in veel politicolo- in kranten, opiniebladen en omroepgid- gische studies het geval is – maar om ze sen de opkomst, praktij k en receptie van serieus te nemen. Ze vormen namelij k de de televisiedebatten vanaf de vroege jaren bouwstenen voor de politieke werkelij k- zestig geanalyseerd. In het laatste deel van het artikel wordt aan de hand van het debat 9 K. Brants, ‘Opgejaagd door Cerberus. De moeiza- me mediatisering van de politieke communicatie’, in: over het televisiedebat de dynamische rela- J. Bardoel e.a. ed., Journalistieke cultuur in Nederland tie tussen politiek en media in Nederland (Amsterdam 2002) 85-100, aldaar 90. vanaf de jaren zestig nader geduid. 10 K. Brants, ‘Double bind of de ambivalente relatie tussen politiek en media’ (Oratie Universiteit Leiden 2000); N. Marres, ‘Beter productief wantrouwen dan misplaatst vertrouwen. Over de politieke verdiensten van media-afffaires’, Krisis 4 (2003) 36-52. 11 R.A. van Santen, Popularization and personalizati- on. A historical and cultural analysis of 50 years of Dutch political television journalism (Amsterdam 2012). 12 J. Kleinnij enhuis e.a., ‘Gevaren van medialogica voor de democratie?’, in: R. Aerts en P. de Goede ed., 13 R. Aerts, ‘Omstreden democratie. Over de studie Omstreden democratie. Over de problemen van een suc- van een complex bestel’, in: idem en De Goede ed., Om- cesverhaal (Amsterdam 2013) 111-130, aldaar 129-130. streden democratie , 263-294, aldaar 287-288.

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 296296 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 2 9 7

De plaats van debat in de batteerden nauwelij ks, maar zij vormden Nederlandse electorale cultuur electoraal dan ook een tamelij k gesloten gemeenschap.18 Het verkiezingsdebat tussen twee of meer Door het nieuwe kiesstelsel en verande- politieke opponenten werd pas laat in de ringen in de partij cultuur en het politieke negentiende eeuw in de Nederlandse ver- klimaat verloor het verkiezingsdebat in het kiezingscampagnes geïntroduceerd. Vol- interbellum aan betekenis. Met de invoe- gens de liberale staatsman J.R. Thorbecke ring van evenredige vertegenwoordiging vormde beschaafd, rationeel debat wel- veranderden verkiezingen in een strij d tus- iswaar de kern van de politiek, maar dit sen partij en die een massa-electoraat aan- debat diende in het parlement gevoerd te spraken dat zich verspreid over het land be- worden, zonder last of ruggespraak. Een vond. Andere vormen van communicatie, verkiezingsdebat kon politici verleiden tot zoals de populaire massameetings, leenden het doen van beloftes aan de kiezer en werd zich beter voor het voeren van ‘massa-pro- daarom door hem als ongeoorloofd gezien. 14 paganda’. 19 Ook de overheid droeg bij aan Toen in de jaren 1860 een hevige strij d los- de marginalisering van het debat. Tegen barstte tussen conservatieven en liberalen, de achtergrond van de opmars van links- werd het verkiezingsdebat echter door de en rechts-extremistische partij en werd het liberalen omarmd als een middel om hun openlij k benadrukken van politieke tegen- beginselen te etaleren en hun conservatie- stellingen als een gevaar voor de openbare ve tegenstanders als principeloze fijiguren orde gezien. De radiocensuur waartoe het te ontmaskeren.15 Hoewel de verkiezings- parlement in 1930 besloot stond politieke debatten aanvankelij k volgens parlemen- uitingen alleen toe wanneer ze ‘stellig’ wer- taire spelregels werden gevoerd, werden ze den uitgesproken. Dit betekende dat open- al snel geassocieerd met een nieuwe vorm lij ke kritiek op andersdenkenden niet was van politiek theater waarin het publiek een toegestaan.20 actieve rol opeiste.16 Het verkiezingsdebat, Hoewel na de oorlog de censuur ver- dat rond 1900 een niet meer weg te den- soepeld werd, bleef de ruimte voor debat ken onderdeel van de campagne vormde, beperkt. In ruil voor de radiozendtij d – en ontwikkelde zich zo tot een manifestatie vanaf 1959 ook televisiezendtij d – die de waarbij politici samen met (een deel van) regering de partij en tij dens de verkiezings- het publiek uitdrukking gaven aan hun ver- campagne ter beschikking stelde, dwong bondenheid in de strij d tegen hun politieke zij een ‘spertij d’ af. Hoewel de regeling per tegenstanders.17 Alleen de katholieken de- verkiezingsjaar licht verschilde, kwam het

14 De briefwisseling J.R. Thorbecke V, 1845-1853 . ed. G.J. Hooykaas en F.J.P. Santegoets (Den Haag 1996), nr. 217 18 R. de Jong, ‘Verkiezingen in Nederland 1888-1917. en nr. 219. Een strijd om de kiezers of rituele volkstellingen?’, De 15 J.T. Buij s, ‘De Conservatieve partij ’, De Gids 33 Negentiende Eeuw 29 (2005) 115-133, aldaar 129-130. (1869) 72-107, aldaar 94. 19 J. van Rij n, De eeuw van het debat. De ontwikkeling 16 ‘De meeting van 1 Februarij in den Doelen te Haar- van het publieke debat in Nederland en Engeland, 1800- lem’, NRC, 3 februari 1868. 1920 (Amsterdam 2010) 258. 17 A. Bos, R. de Jong en J. Loots, Een sprong in het duis- 20 H. Wij fijjes, ‘Tussen de “avond van Oud” en de “nacht ter. De overgang van het absolute meerderheidsstelsel van Schmelzer”. Politiek en radio in de jaren vij ftig en naar het stelsel van evenredige vertegenwoordiging in zestig’, Jaarboek Mediageschiedenis 3 (1991) 243-263, al- 1918 (Den Haag 2005) 68. daar 247-248.

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 297297 227-05-147-05-14 11:0111:01 298 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

er op neer dat de omroepen en partij en kiezingen het eerste verkiezingsdebat op beloofden gedurende drie weken voor de de radio plaats tussen oud-minister Hein verkiezingen geen verkiezingspropaganda Vos (PvdA) en het VVD-Kamerlid Govert uit te zenden en ook polemiek – debat dus Ritmeester. De burgemeester van Hilver- – achterwege te laten. Zo hoopte de rege- sum zat voor.24 Dat laatste was van belang, ring te waarborgen dat partij en die geen omdat de debatten werden georganiseerd nauwe band met een omroep hadden niet binnen een verzuild omroepbestel; de bur- benadeeld werden; vooral de VVD beklaag- gemeester was als neutrale bestuurder bij de zich er herhaaldelij k over dat de PvdA uitstek geschikt om een goed verloop van dankzij steun van de VARA in het voordeel het debat te waarborgen. was. Deze regeling bleef tot en met de Ka- De rol van de omroepen beperkte zich merverkiezingen van 1963 van kracht.21 tot het aanleveren van zendtij d; radiojour- Toch kwam het in de jaren vij ftig wel nalisten speelden in de verkiezingsdebat- een enkele keer tot uitzending van een ra- ten geen rol van betekenis. Uit de bericht- diodebat, maar dan vaak voordat de sper- geving in de geschreven pers blij kt dat de tij d was ingegaan. Vooral de PvdA stuurde debatten vooral werden gezien als een er op aan, omdat het debat een uitstekend vorm van politieke voorlichting door de middel leek om haar doorbraakstreven partij en: ze maakten de kiezer duidelij k kracht bij te zetten: de sociaaldemocra- op welke punten de partij en van mening ten vielen partij vorming op confessionele verschilden. Het fenomeen van het verkie- grondslag aan en probeerden een wig te zingsdebat trok geen aandacht en er werd drij ven tussen de progressieve en conser- ook niet gesproken in termen van winnaars vatieve vleugels van de confessionele par- en verliezers.25 Het waren de lezers die de tij en. In deze situatie achtten de laatsten dagbladen tot een nadere reflectie op het een debat met de PvdA echter niet oppor- debat aanzetten. In reactie op een ingezon- tuun. ‘Ze durven niet’ merkte een socialis- den brief van een PvdA-aanhanger, die de tische verkiezingskrant schamper op.22 De VARA verweet dat een radiodebat simpel- liberalen namen de handschoen wel op.23 weg gratis zendtij d betekende voor politie- In 1950 vond in aanloop naar de Statenver- ke tegenstanders, prees Het Vrij e Volk het radiodebat aan als een middel om de ‘po- 21 Zie bij voorbeeld: Handelingen van de Tweede Ka- litieke meningsvorming’ te stimuleren. 26 mer (HTK), 1947-1948. Aanhangsel no. 211. Vragen van mevrouw Fortanier – de Wit betrefffende het houden Ook in de persreacties op de eerste televi- van verkiezingstoespraken door de politieke partij en siedebatten keert dit opvoedende discours voor de radio, ingezonden 23 juni 1948; Brief van de terug: radio en televisie werden bij uitstek staatssecretaris van Onderwij s, Kunsten en Weten- schappen R.G.A. Höppener aan het bestuur van de 24 ‘Ir Vos: “Bezuinigen? Goed! Maar hoeveel? En waar- Nederlandse Radio Unie en de daarin samenwerken- op?”’, Het Vrij e Volk , 24 april 1950. Van een spertij d was de omroeporganisaties, d.d. 27 januari 1959. Centraal dat jaar geen sprake, want het debat vond twee dagen Archief NOS (NOS), doos 2142, dossier nr. 4.524.6. Po- voor de verkiezingen plaats. litieke Programma’s Radio. NB: deze stukken worden 25 Zie bij voorbeeld ‘Radiodebat Samkalden-Oud’, De in de zomer van 2014 overgedragen aan het Nationaal Tij d – De Maasbode, 14 februari 1959; ‘Radio-discussie Archief. Samkalden-Oud’, De Telegraaf , 14 februari 1959; ‘Sam- 22 Verkiezingskrant Klaarheid (1959). IISG, Archief kalden in radiodebat met Oud’, Het Vrij e Volk, 14 febru- PvdA, inv.nr. 1685. ari 1959. 23 ‘Geen debat tussen Hofstra en Lucas’, De Tij d – De 26 H. Kupers, ‘Dom van de VARA’, Het Vrij e Volk , 10 Maasbode, 9 februari 1959. februari 1959.

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 298298 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 2 9 9

geschikt geacht om een breed, en voor een De omarming van het groot deel nog onwetend publiek politiek televisiedebat aan het denken te zetten. In de jaren vij ftig werd televisie ech- Gezien de huiver waarmee de confessione- ter nog nauwelij ks gebruikt voor het voe- le partij en een verkiezingsdebat doorgaans ren van politieke discussies. Politiek was benaderden, kan de positieve ontvangst weliswaar alomtegenwoordig, maar dan van het televisiedebat door alle grote par- vooral in de vorm van propaganda: voor de tij en gerust opmerkelij k genoemd worden. camera’s van de ‘eigen’ omroep kregen po- In aanloop naar de verkiezingen van 1963 litici ruimschoots de gelegenheid om hun werden vier televisiedebatten uitgezonden standpunten uiteen te zetten.27 In de jaren waaraan alleen de CPN (niet uitgenodigd) zestig veranderde dit. De nauwe banden en de SGP (principiële bezwaren) niet deel- werden doorgesneden: van een gunstige namen. Voor de camera’s van de V.P.R.O. be- ontvangst in de studio’s waren de partij en ten op 6 april 1963 Anne Vondeling (PvdA) niet langer verzekerd. De eind jaren vij ftig en (VVD) het spits af. Het ingevoerde Zendtij d voor Politieke Partij en initiatief was genomen door Elsevier -jour- bleef als propagandaplatform over. De lage nalist Ferry Hoogendij k die in 1960 de be- kij kcij fers en waardering maakten dit ech- faamde reeks televisiedebatten tussen ter tot een krachteloos instrument. 28 Vol- Kennedy en Nixon van dichtbij had meege- gens een redacteur van KRO’s brandpunt maakt. Op 16 april volgde een debat van op- vormden de spotjes die werden uitgezon- nieuw Vondeling en diens partij genoot Ko den geen efffectieve propaganda, omdat het Suurhofff met premier Jan de Quay en frac- aan discussie ontbrak. De partij en moesten tievoorzitter Wim de Kort (beiden KVP). daarom overwegen om tegenstanders uit te Het eerste lij sttrekkersdebat – een term nodigen, want alleen in een ‘objectieve’ set- die toen nog niet gebruikt werd, omdat de ting kon de kij ker overtuigd worden. 29 Het meeste partij en met meerdere lij staanvoer- televisiedebat bood zo’n setting. ders de verkiezingen ingingen – werd op 18 april uitgezonden. Twee dagen later volgde nog een ‘tweedebat’ tussen (ARP) en Suurhoff. Vanwege de spertij d werden de debatten ruim voor de verkie- zingen van 15 mei uitgezonden.30

27 E. Smulders, ‘“Het glazen huis der openbaarheid”. Waarom waren praktisch alle partij en nu Televisie in de jaren vij ftig: de moeizame groei van een modern medium’ in: P. Luykx en P. Slot ed., Een stille wel bereid op televisie met elkaar het de- revolutie? Cultuur en mentaliteit in de lange jaren vij ftig bat aan te gaan? Op de eerste plaats speel- (Hilversum 1997) 249-279, aldaar 258-259. de voor de KVP mee dat de vrees voor een 28 M. Prenger, ‘Uitglij den over de beeldbuis. Neder- doorbraak was geluwd. Na de verkiezingen landse politici op de televisie in de jaren vij ftig en zes- van 1959 hadden de katholieken de PvdA tig’, Jaarboek Mediageschiedenis 5 (1993) 199-226, aldaar 210. afgelost als de grootste fractie in de Kamer 29 ‘Politieke televisie mist objectiviteit’, [krant on- bekend], april 1967. Katholiek Documentatiecentrum 30 ‘Propaganda op tv’, De Telegraaf, 3 april 1963; HTK, (KDC), Archief KVP, inv.nr. 4006. 1962-1963, 30 oktober 1962 (middagzitting).

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 299299 227-05-147-05-14 11:0111:01 300 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

KVP versus PvdA, 16 april 1963. De Hilversumse burgemeester J.J.G. Boot (midden) leidt het debat tus- sen – van links naar rechts – W.L.P. de Kort , J.E. de Quay (beiden KVP) en J.G. Suurhofff en A. Vonde- ling (beiden PvdA), dat door de KRO en VARA gezamenlij k op radio en televisie werd uitgezonden. Dankzij kettingroker Suurhofff zat de asbak na afloop van het debat vol. In de pers kreeg Suurhofff kri- tiek te verduren vanwege de rookwalmen die hij door de studio had verspreid. Bron: Nationaal Archief. Fotocollectie Anefo, 2.24.01.05, bestandeelnummer 915-0439. Fotograaf: Hugo van Gelderen. Hilversum, 16 april 1963.

en was een centrumrechtse regering aange- omarmd, omdat het politici in één klap een treden. Hun zelfvertrouwen was gegroeid.31 grote naamsbekendheid bezorgde; vooral Ten tweede speelde mee dat politici inmid- voor de nieuwe generatie partij leiders die dels met het nieuwe medium hadden leren begin jaren zestig naar voren trad was dit omgaan. Halverwege de jaren vij ftig begon een aanlokkelij k perspectief. Televisie was de NTS met de tv-registratie van Kamerde- in de jaren zestig tot een massamedium uit- batten. Aanvankelij k hadden de Kamer- gegroeid dat hen toegang verschafte tot een leden zich nog wat onwennig gedragen, miljoenenpubliek. 33 Ten vierde diende het maar al spoedig gingen zij hun normale televisiedebat het streven van de partij en gang. 32 Ten derde werd het televisiedebat om wat zij zagen als een toenemende poli- tieke apathie bij de kiezers te bestrij den. 34 31 J.W. Brouwer en P. van der Heiden ed., Parlementai- re geschiedenis van Nederland na 1945 VI, Het kabinet- door TV niet uit haar doen’, Het Vrij e Volk , 11 maart 1955; Drees IV en het kabinet-Beel II 1956 -1959. Het einde van Prenger, ‘Uitglij den’, 213. de rooms-rode coalitie (Den Haag 2004) 317. 33 Prenger, ‘Uitglij den’, 214-215; Smulders, ‘“Het glazen 32 Met dank aan Carla Hoetink die mij inzage gaf in huis”’, 250. het manuscript van haar proefschrift waarin de in- 34 Propaganda en de jongeren. Notitie van de KVP, troductie van de televisiecamera in de Nederlandse 1959. KDC, Archief KVP, inv.nr. 1503; Plan de campagne Tweede Kamer wordt behandeld; zie ook: ‘Kamer raakt voor de Tweede Kamerverkiezingen 1963. KDC, Archief

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 300300 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 3 0 1

Televisie leek bij uitstek geschikt om de de ‘zuilgebonden’ omroepen aanvankelij k kiezer directer bij de politiek te betrekken weinig voelden voor het plan van de NTS en in staatsburgerlij ke en politieke zin op om politieke programma’s uit te zenden – te voeden. 35 Binnen de PvdA was Vonde- zij vreesden concurrentie voor hun eigen ling een van de eersten die de potentie van actualiteitenrubrieken – kreeg de omroep televisie onderkende, maar de confessio- in 1967 toch toestemming om televisiede- nele partij en bleven niet achter. 36 Volgens batten te verzorgen. De NTS zegde toe het de partij secretaris van de ARP hadden de bescheiden te houden en de kij ker niet met Amerikaanse televisiedebatten de demo- een ‘teveel’ aan politiek te overvoeren. 40 cratie gediend, omdat miljoenen kij kers zo Nederland wij kt met deze omarming hadden ontdekt ‘waartoe de politiek dient van het televisiedebat af van omliggende en wat er zo al in de politiek omgaat’. 37 Het landen. In Duitsland vond het eerste tele- bevestigt de constatering van Mirjam Pren- visiedebat in 1969 plaats, in de Verenigde ger dat de angst voor de ‘veronderstelde Staten pas weer in 1976 en in het Verenigd ontmythologiserende werking van de tele- Koninkrij k duurde het tot 2010. 41 Het tele- visie’ in de jaren zestig plaatsmaakte voor visiedebat werd vermeden, omdat het de ‘overspannen verwachtingen’.38 kiezer zou aanzetten tot het maken van De omroepen op hun beurt waren graag een keuze op basis van beeldvorming in bereid debatten uit te zenden. Niet alleen plaats van politieke standpunten. Vooral boden ze zo een platform aan de ‘eigen’ po- bij zittende premiers speelde deze angst.42 litici – voor zover nog in deze termen werd Bepalend voor dit negatieve beeld van het gedacht – maar daarbij achtten ook zij de televisiedebat was de ervaring met de pre- bestrij ding van politieke apathie of, meer sidentsdebatten tussen Kennedy en Nixon. positief geformuleerd, politieke vorming Hoewel later onderzoek liet zien dat de de- een groot goed. Met name de NTS profiji- batten niet doorslaggevend waren geweest leerde zich in de jaren zestig als een om- voor de uitslag, bleef in de publieke opinie roep die zich boven het partij gewoel uit het idee bestaan dat Kennedy de verkiezin- sterk maakte voor een ‘objectieve’ politie- gen had gewonnen omdat hij op beeld beter ke en staatkundige voorlichting.39 Hoewel was overgekomen.43 Volgens de Amerika- correspondent van het Nieuwsblad van het KVP, inv.nr. 1504. Zie ook: ‘Lusteloze verkiezingen’, De Telegraaf, 9 februari 1959. Noorden, die het eerste presidentsdebat in 35 Bos, Loots en De Jong, Een sprong, 100. een bar in New York had gevolgd, had het 36 Ph. van Praag jr., Strategie en illusie. Elf jaar intern debat in de PvdA (1966-1977) (Amsterdam 1990) 28. 40 J.W. Rengelink aan de leden van de programma- 37 ‘Politiek T.V.-tournooi op te smalle basis’. Radiotoe- raad d.d. 7 december 1966. NOS, doos 2143, dossier nr. spraak mr. W.R. van der Sluis d.d. 7 maart 1963. His- 4.524.6. Kamerverkiezingen 1967. torisch Documentatiecentrum voor het Nederlands 41 Het betreft hier televisiedebatten in aanloop naar Protestantisme (HDC). Archief ARP (272), inv.nr. 880; nationale verkiezingen met deelname van de leidende zie ook: S. Toonen, Op zoek naar charisma. Nederland- politici. A. Walter en Ph. van Praag, ‘Wie zegt dat de ta- se politieke partij en en hun lij sttrekkers 1963-1986 (Am- fel vierkant is?’, De Groene Amsterdammer , 22 augustus sterdam 1992) 97. 2012. 38 Prenger, ‘Uitglij den’, 200-201. 42 ‘Geen televisiedebat Brandt-Adenauer’, De Tij d – De 39 Uittreksel uit de notulen van de vergadering van de Maasbode 12 januari 1961. programmaraad d.d. 9 december 1966. NOS, doos 2142, 43 M. Schudson, The power of news (Cambridge MA dossier nr. 4.524.6. Map Uitzending Politieke Partij en – 1995); S. Kraus ed., The great debates. Background – per- Algemeen Tij dstip uitzenden – Faciliteiten, 1956-1986. spective – efffects (Bloomington 1962).

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 301301 227-05-147-05-14 11:0111:01 302 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

aanwezige publiek niet alleen geluisterd meester, die voortdurend als ‘meneer de ‘maar […] vooral ook naar de gezichten’ ge- voorzitter’ wordt aangesproken. In andere keken.44 Dat de Nederlandse politici zich debatten was het niet anders: Toxopeus hierdoor niet lieten afschrikken had, naast sprak Vondeling zelfs aan als ‘geachte af- de eerdergenoemde redenen, ook te ma- gevaardigde’.45 ken met het partij politieke landschap. In landen als de VS, Engeland en Duitsland, Bij de dagbladen was wel sprake van een waar de verkiezingen door twee partij en opvallende wij ziging. De kranten hielden gedomineerd werden, kon een flater in een het niet langer bij een inhoudelij k verslag, televisiedebat potentieel grotere gevolgen maar velden ook een oordeel over het hebben dan in Nederland, met zij n pluri- optreden van de politici en stonden, net forme en vooralsnog betrekkelij k stabiele als de omroepgidsen, uitgebreid stil bij politieke bestel. het fenomeen van het televisiedebat zelf.46 Bepalend voor de berichtgeving was het frame van het sportverslag: het debat als De eerste televisiedebatten in 1963 boks- of schermwedstrij d. De omroepen en 1967 droegen hieraan bij door de televisiedebat- ten programmatitels mee te geven als op De praktij k van de eerste televisiedebat- de degen en helpers weg, voorlaatste ten wees niet op een mediatisering van de ronde. Dit frame bracht met zich mee dat politiek. Zowel de televisieomroepen als er ook een winnaar van het debat werd de politieke partij en legden de nadruk op aangewezen. De kranten onderbouwden een serieuze, inhoudelij ke discussie. De hun oordeel door te wij zen op de debat- discussieleiders stelden zich bescheiden vaardigheden van de politici, maar ook de op: hun rol beperkte zich tot het aandra- gezindheid van de krant klonk er in door. gen van de onderwerpen en het bij houden Volgens De Telegraaf, nooit op de hand van de spreektij d. De debatten kregen zo van de socialisten, was Toxopeus in het het karakter van een parlementaire discus- debat met Vondeling ‘handiger en sneller’ sie waarbij de sprekers zich weinig van de geweest en had hij terug kunnen vallen op camera leken aan te trekken. De televisie- de prestaties van het confessioneel-liberale registratie van het debat van Vondeling en kabinet-De Quay. In het socialistische Het Suurhofff met De Quay en De Kort laat vier Vrij e Volk werd daarentegen Vondeling als mannen zien die tegenover elkaar aan een winnaar aangewezen, want hij ‘beheerste tafel zitten, waarop ordners met beleids- de materie duidelij k beter en debat- dossiers zij n uitgestald. Alleen de voorzit- teerde zakelij ker’.47 Er klonk ook kritiek: ter van het debat – opnieuw de burgemees- de kranten waren het erover eens dat er ter van Hilversum – wordt frontaal in beeld te veel televisiedebatten waren geweest. gebracht. Dat de deelnemende politici zich eerder in de Tweede Kamer wanen dan in 45 ‘Levendig tv-debat’, De Telegraaf , 8 april 1963. een televisiestudio blij kt ook uit het feit dat 46 ‘Televisie gaat de verkiezingen beslissen’, Vrij e Ge- luiden 33, afl. 19 (mei 1963); ‘Kroniek’, Katholieke Radio- ze het debat indirect voeren, via de burge- en Televisiegids, 5 mei 1963. 47 ‘Levendig tv-debat’, De Telegraaf, 8 april 1963; W.P., 44 ‘Kennedy won eerste ronde tegen Nixon’, Nieuws- ‘Tv-debat ontaardt in race tegen de klok’, Het Vrij e Volk , blad van het Noorden , 27 september 1960. 8 april 1963.

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 302302 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 3 0 3

Het klasje van Hoogendij k. Voor de Provinciale Statenverkiezingen van 1966 vond bij AVRO’s Tele- vizier een televisiedebat plaats onder leiding van Ferry Hoogendij k. Vanwege Hoogendij ks school- meesterachtige optreden én vanwege de klaslokaalachtige setting waarin het debat plaatsvond werd gesproken van het ‘klasje van Hoogendij k’. Van links naar rechts zien we Gerard Nederhorst (PvdA), Bauke Roolvink (ARP), Norbert Schmelzer (KVP), Ferry Hoogendij k, Henk Beernink (CHU) en Edzo Toxopeus (VVD). Alleen bij Schmelzer en Beernink ontbreekt de asbak. Schmelzer heeft de aktetas bij de hand om zij n betoog met papierwerk te kunnen onderbouwen. Bron: Nationaal Archief. Fotocollectie Anefo, 2.24.01.05, bestandeelnummer 918-9478, licentie CC-BY-SA. Fotograaf: Ron Kroon. Hilversum, 22 maart 1966

Politici vielen snel in herhaling en dat was televisie is geweest’. 49 Als we de politici ‘allerminst bevorderlij k voor de belangstel- zelf moeten geloven, was het publiek over ling van een zo breed mogelij k publiek, het algemeen echter enthousiast over hun dat men hoopt te bereiken’.48 Columnist optreden op televisie: ze gaven allen aan Simon Carmiggelt leek deze sentimenten veel positief getoonzette brieven ontvan- te onderkennen in zij n column in Het gen te hebben.50 Parool . In zij n ‘Kronkel’ voerde hij twee Eén element werd in haast alle kran- mannen op die in de tram de verkiezingen tenverslagen benadrukt: het debat diende bespraken. Een van hen gaf aan zij n stem gebruikt te worden als een middel om po- te geven aan de ‘vent, die niet voor de litici en kiezers weer dichterbij elkaar te brengen. Om het publiek voor politiek te 48 ‘Roolvink en Suurhofff in vaak vinnig debat’, Leeu- warder Courant , 22 april 1963; ‘“Het woord” hoogtepunt 49 S. Carmiggelt, ‘Kronkel’, Het Parool, 3 mei 1963. van televisieseizoen’, De Telegraaf, 19 april 1963. 50 ‘Televisie’, Vrij e Geluiden .

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 303303 227-05-147-05-14 11:0111:01 304 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

interesseren was het zaak standpunten hel- tuigd dat het medium om een nieuwe vorm der uiteen te zetten en verschillen met te- van presentatie vroeg, zeker ook omdat zij genstanders te benadrukken. Dat hierdoor meenden dat de kiezer zich sterk door het ook de persoon van de politicus meer op tv-optreden van politici liet beïnvloeden. de voorgrond kwam te staan, werd als een Hier tekent zich de betekenis van per- positieve ontwikkeling gezien. Het televi- cepties af. Hoewel onderzoek uitwees dat siedebat was volgens de befaamde politiek hun televisieoptredens geen fundamen- commentator G.B.J. Hiltermann bij uitstek tele verandering van het kiezersgedrag geschikt om het ‘contact tussen kiezer en bewerkstelligden, waren politici en ook gekozene’ te herstellen, dat door de invoe- journalisten er van overtuigd dat de ver- ring van de evenredige vertegenwoordiging kiezingsstrij d zich steeds meer naar de te- was geërodeerd. 51 V.P.R.O.-dominee E.D. levisie verplaatste.56 Uitzonderingen waren Spelberg was minder enthousiast en waar- er ook, zoals oud-fractievoorzitter van de schuwde voor het stellen van persoonlij k- PvdA , die in 1966 meende dat heid boven beginselen. 52 Volgens de Katho- de televisie ‘zij n hoogtepunt al een beetje lieke Radio- en Televisiegids was het echter […] gehad’ had. De meeste van zij n collega’s ‘toch wel plezierig als je je mening ook eens dachten er echter anders over. PvdA-voor- aan persónen kunt toetsen’.53 Showbizzver- man Vondeling vond zelfs dat ‘de mensen slaggever Henk van der Meyden van De Te- die het het beste voor de tv doen’ de partij legraaf hoopte dat met de debatten ook bij de verkiezingen moesten aanvoeren. 57 mensen werden bereikt die niet sterk in De KVP constateerde in 1968 dat door de politiek geïnteresseerd waren.54 Gezien de opkomst van de televisie de politiek ‘fei- kritiek op de eerste debatten was dat voor- telij k van karakter veranderd’ was, omdat alsnog niet het geval. Daarvoor waren de meer dan voorheen personen, in plaats van debatten te ‘strikt parlementair’ geweest.55 partij en en hun programma’s, op de voor- De partij en zelf leken ook aan hun be- grond stonden.58 Aan deze nieuwe werke- nadering van het televisiedebat te twij felen lij kheid – zo meenden ook de andere grote en sloegen in de tweede helft van de jaren partij en – dienden zij zich aan te passen. zestig een nieuwe weg in. In 1963 hadden zij Niet alleen berichtgeving in de pers waar- de televisie nog hoofdzakelij k benaderd als in over ‘televisieverkiezingen’ gesproken een nieuw platform waarop zij simpelweg werd, maar ook uitspraken van kiezers zelf hun politieke boodschap konden verkondi- voedden hen hierin.59 Zo ontving Joop den gen zoals zij dat ook elders deden, maar dan Uyl brieven waarin zij n veelvuldige inter- voor een breder publiek. In de daaropvol- rupties en zij n neiging om te snel te praten gende jaren raakten zij er echter van over-

51 G.B.J. Hiltermann, ‘Televisie gaat de verkiezingen 56 Prenger, ‘Uitglij den’, 203-204; Ed. van Thij n, ‘Een beslissen’, Haagse Post , 27 april 1963. moderne verkiezingscampagne’, Socialisme en demo- 52 E.D. Sp., ‘Stemmen’, Vrij e Geluiden 33, afl. 19 (mei cratie 23 (1966) 704-714. 1963). 57 Geciteerd door Toonen, Op zoek , 144-145. 53 ‘Kroniek’, Katholieke Radio- en Televisiegids, 5 mei 58 P.J.A. van der Sanden, ‘Notitie voor het fractiebe- 1963. stuur’, d.d. 31 januari 1968. KDC, Archief KVP, 6503. 54 H. van der Meyden, ‘Politici in tv-quiz’, De Tele- 59 ‘Het ANP pleegt VARA-KIRI’, De Telegraaf, 30 janu- graaf , 5 april 1963. ari 1967; [A.J. Cuppen], ‘Vrij moedig commentaar’, De 55 ‘Levendig tv-debat’, De Telegraaf , 8 april 1963. Tij d, 21 januari 1967.

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 304304 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 3 0 5

werden bekritiseerd.60 ARP-lij sttrekker Ba- Om de parlementaire sfeer van de debatten rend Biesheuvel op zij n beurt kreeg te ho- te doorbreken, schakelden zowel de NTS als ren dat het ‘bepaald irriterend’ was geweest de AVRO in 1967 een kritisch journalisten- ‘zoals hij met zij n handen en armen werk- panel in om de politici te ondervragen en te’, terwij l in de jaren zeventig mocht ook het publiek zich in het debat werd geprezen omdat hij in navolging van mengen. ‘de Amerikanen […] meer in de lens – en De nieuwe aanpak van het debat door dus naar het publiek’ had gekeken.61 Tegelij - partij en en omroepen verried zo ook een kertij d bevestigde deze correspondentie de andere benadering van de kiezer. In de indruk bij de partij en dat het contact met eerste televisiedebatten hadden politici de kiezer door hun televisieoptredens werd met hun optreden sterk de nadruk gelegd versterkt.62 Om de vaardigheid in het om- op politiek als een kwestie van beginselen gaan met het nieuwe medium aan te scher- en vooral ook van beleidsvraagstukken die pen schakelden zij deskundigen in die met vanuit deze beginselen door de partij en de politici opnames van debatten terugke- verschillend benaderd werden. In een be- ken en in een rollenspel een debatsituatie schaafd debat waren de principiële tegen- nabootsten.63 stellingen tussen de partij en inzichtelij k Ook de omroepen pasten hun benade- gemaakt. Hoewel politici de televisie had- ring van het televisiedebat aan. Hier teken- den omarmd als een medium dat de poli- de zich de omslag af die de relatie tussen tiek dichterbij de burger kon brengen, was media en politiek meer in het algemeen aan hem of haar nog steeds een passieve doormaakte: de ‘traditionele beleefdheid’ rol als toehoorder toebedeeld. De complexi- waarop politici doorgaans hadden kunnen teit van de discussies die voor de camera rekenen verdween en de pers ontzuilde.64 werden gevoerd, had bovendien de afstand tussen de beroepspolitici en de burgers die 60 B. Vechtman aan J. den Uyl, d.d. 30 januari 1967. zij vertegenwoordigden benadrukt. In 1967 IISG, Archief PvdA, inv.nr. 2052. was dit anders. Bij het door de NTS georga- 61 Brief van J.H. Slik aan het Centraal Comité van Anti-Revolutionaire Kiesverenigingen d.d. 20 oktober niseerde ‘schakeldebat’ bevonden de lij st- 1966. HDC, ARP (850), inv.nr. 323; Brief aan Wiegel d.d. trekkers van de KVP, PvdA, ARP en VVD 23 mei 1977. Nationaal Archief (NA), Archief Wiegel, zich elk in een met eigen aanhangers gevul- inv.nr. 186. de zaal ergens in het land. Naast het journa- 62 ‘Televisie brengt politiek dichter bij de mensen’, Haagsche Courant , 13 mei 1964, aanwezig in IISG, Ar- listenpanel, dat vanuit de studio in Bussum chief PvdA, inv.nr. 1366; ‘De kiezer’, VARA Radio-TV- vragen op de politici afvuurde, kreeg ook Gids, 11 februari 1967. het publiek de gelegenheid om een van de 63 A. van Kessel, ‘Confessioneel-liberale samenwer- andere lij sttrekkers te ondervragen. De te- king geprolongeerd. Verkiezingen, formatie en samen- levisiedebatten vormden zo – zoals we zul- stelling van het kabinet-Marij nen’ in: P. van der Hei- den en idem ed., Rondom de Nacht van Schmelzer. De len zien kortstondig – de uitdrukking van kabinetten-Marij nen, -Cals en -Zij lstra 1963-1967 (Am- een nieuwe politieke cultuur waarin van sterdam 2010) 15-50, aldaar 18; Gesprek met de heer J. politici de bereidwilligheid (en behendig- Weier over coaching t.v. sprekers’ [1963], HDC, Archief heid) verwacht werd om op kritische vra- ARP, inv.nr. 889; Werkconferentie politieke presentatie, [1972]. IISG, Archief PvdA, 1781. gen van burgers in te gaan. 64 J. Bank, ‘Televisie in de jaren zestig’, BMGN 101 (1986) 52-76, aldaar 67; Prenger, ‘Uitglij den’, 219-220; andering in politieke journalistiek’ in: Bardoel e.a. ed., H. Wij fijjes, ‘Haagse kringen, Haagse vormen. Stij lver- Journalistieke cultuur, 19-36, aldaar 23.

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 305305 227-05-147-05-14 11:0111:01 306 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

De partijen op de regisseursstoel Het betekende een keerpunt in de relatie tussen partij en en omroepen: om een der- Leken deze ontwikkelingen de partij en gelij k debacle in het vervolg te voorkomen binnen het politiek-mediale complex in gingen de omroepbazen op audiëntie bij de een afhankelij ke rol te drukken, de praktij k campagneleiders om hun plannen voor een van de televisiedebatten in de jaren zeven- televisiedebat voor te leggen.67 Een goed tig wees iets anders uit. Hoewel in de jaren voorbeeld is het tweedebat tussen Wiegel zeventig de mondigheid van de burgers niet en Den Uyl dat de VPRO op 18 mei 1977 verdween en ook de kritische journalistiek uitzond. In de VPRO Gids lichtte Feike Sal- overeind bleef, lieten de partij en zien het verda toe hoe de omroep erin was geslaagd medium televisie ook naar hun hand te hen te strikken: al in het najaar van 1976 kunnen zetten. Na een fase waarin zowel was hoofd televisie Arie Kleywegt begon- de omroepen als de partij en de (on)moge- nen met zij n ‘gelobby’ bij beide partij en. De lij kheden van het televisiedebat hadden af- keuze van de onderwerpen, de spelregels getast en de politieke partij en vooral onder van het debat en de voorzitter werd aan de indruk waren geweest van de vermeen- de partij en overgelaten.68 Ook kwam het de efffecten van het nieuwe medium op de voor dat de partij en zich met het decor en politiek, traden de laatsten in aanloop naar de rol van de presentator bemoeiden. 69 De de verkiezingen van 1971 zelfbewuster op onvoorspelbare interactie met het publiek, en namen de regie in handen. Het leverde waarmee in 1967 was geëxperimenteerd, een legendarisch televisiefragment op: op verdween uit de debatten. De partij en 27 april registreerden de camera’s van de stuurden aan op studiodebatten met een AVRO een rij lege stoelen in de studio waar neutrale gespreksleider, zoals ook in 1963 onder leiding van Wibo van der Linde een het geval was geweest. AVRO-televisiejour- debat had moeten plaatsvinden tussen de nalist Jaap van Meekren bleek voor deze lij sttrekkers van de 28 partij en die een dag rol geknipt. Hij groeide vanaf 1977 uit tot later aan de verkiezingen deelnamen. De het gezicht van de televisiedebatten. De lij sttrekkers van de grote partij en hadden partij en hadden geen bezwaar, want Van op het laatste moment echter afgezegd, Meekren stelde zich zeer gedienstig op. Hij omdat zij een ‘groot politiek circus’ en een gebrek aan ‘politieke duidelij kheid’ vrees- H.L.H. v.d. Molen, ‘Uitzending ging niet door’, AVRO- 65 bode , afl. 20 (mei 1971). den. De AVRO zag zich genoodzaakt om 67 Zie bij voorbeeld: C. Labeur, ‘hier en nu won het het programma dat live werd uitgezonden gevecht om hèt lij sttrekkersdebat’, NCRV-Gids afl. 20 af te breken, de wel opgekomen lij sttrek- (17 mei 1986) 12-13. kers bedremmeld in hun stoelen achterla- 68 F. Salverda, ‘Voorgeschiedenis van een debat’, tend.66 VPRO Gids, afl. 20 (mei 1977); Brieven (ongedateerd) van campagneleider R. de Korte aan H. Wiegel aangaande de televisiedebatten van 18 en 24 mei 1977. NA, Archief Wiegel, inv.nr. 186; F. Salverda (VPRO) aan L. Rhij ns- 65 Het betrof hier de ARP, KVP, CHU, VVD en D66 burger (VVD) en K. Bode (PvdA) d.d. 22 februari 1977. – en nieuwkomer PPR. ‘AVRO breekt program af’, De IISG, Archief PvdA, inv.nr. 1781. Volkskrant, 28 april 1971; Max [van der Stoel] aan J. den 69 Brief van PvdA partij secretaris H. Ouwerkerk aan Uyl, ongedateerd [1971]. IISG, Archief Den Uyl, inv.nr. L. Steij aard d.d. 27 april 1971. IISG, Archief PvdA, inv. 640. nr. 1781; Resumé gesprek de heer mr. B.W. Biesheuvel 66 De AVRO schoof de schuld voor de afgelasting van en partij secretariaat d.d. 25 oktober 1972. HDC, Archief het televisiedebat volledig in de schoenen van Den Uyl. ARP (272), inv.nr. 816.

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 306306 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 3 0 7

Lege stoelen. AVRO-presentator Wibo van de Linde (links op de voorgrond) legt de tv-kij kers uit dat het geplande debat in Studio Bellevue in Amsterdam niet doorgaat, omdat de lij sttrekkers van de grote partij en niet zij n komen opdagen. Omringd door lege stoelen kij ken de vertegenwoordigers van de kleine partij en gelaten toe. De AVRO vulde het ongeplande gat in de programmering op met een tv- registratie van een optreden van Tom Jones. Bron: Nationaal Archief. Fotocollectie Anefo, 2.24.01.05, bestandeelnummer 924-4954, licentie CC-BY-SA. Fotograaf: Bert Verhoefff. Amsterdam, 27 april 1971 [924-4954]

vroeg de partij en welke vragen de lij sttrek- standpunt van het CDA (en coalitiegenoot kers aan elkaar gingen stellen en welke VVD) ten aanzien van kernenergie.71 vragen hij als discussieleider vervolgens De dominante positie die de partij en bij naar voren moest brengen.70 de organisatie van de televisiedebatten in- Wat de repercussies waren als een om- namen, bevestigt de these dat in de jaren roep de partij en tegen de haren instreek, zeventig en tachtig in het politiek-mediaal merkte de NOS in 1986. Dat jaar dwong complex de ‘party logic’ overheerste: on- het CDA af dat niet de NOS, maar NCRV’s danks de kritische journalistiek, bepaal- hier en nu het slotdebat op de dag voor den de partij en nog steeds in grote mate de verkiezingen mocht uitzenden. De par- de campagneagenda.72 Tegelij kertij d sloot tij nam zo wraak voor de berichtgeving in de meer ‘neutrale’ positie van de tv-journa- het NOS-Journaal, waarin een verband was listen aan bij een omslag in de journalis- gelegd tussen de kernramp die eind april in Tsjernobyl had plaatsgevonden en het 71 Ph. van Praag, ‘Het Journaal en de Haagse politici’, Tij dschrift voor Mediageschiedenis 8.2 (2005) 61-78, al- daar 65. 72 K. Brants en Ph. van Praag, ‘Politieke strij d: in of 70 J. van Meekren aan G. van der Wulp (CDA), K. Bode met de media?’ in: idem ed., Tussen beeld en inhoud. Po- (PvdA), G.Ch.O. Boosman (VVD) en E. Bakker (D66) litiek en media in de verkiezingen van 1998 (Amsterdam d.d. 8 mei 1981. IISG, Archief Den Uyl, inv.nr. 646. 2000) 1-15, aldaar 7.

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 307307 227-05-147-05-14 11:0111:01 308 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

tiek van een participerende (en vaak ook ruziemakers’.77 Terwij l de VVD met rollen- polariserende) taakopvatting eind jaren spelen Ed Nij pels trainde in het provoceren zestig naar de journalist als ‘bemiddelaar van Den Uyl – Wiegel had deze gave van in beeldvorming’ in de late jaren zeventig nature bezeten – kreeg Den Uyl steun van en tachtig.73 communicatiebureau De Beuk om zich een De inschikkelij kheid van de omroepen meer ontspannen houding aan te meten.78 gaf de partij en alle ruimte de televisiede- Het CDA op zij n beurt probeerde de moei- batten te benaderen vanuit hun electora- lij k coachbare Van Agt zoveel mogelij k bij le strategie. De PvdA gaf de voorkeur aan debatten weg te houden.79 Adviezen om ‘tweedebatten’, die haar immers in staat ‘geen toneel’ te spelen en ‘“dure” woorden’ stelden de tegenstelling tussen progres- te vermij den waren bij hem aan dovemans- sieve en conservatieve politiek op de voor- oren gericht.80 grond te plaatsen. Debatten met meerdere partij en moesten vermeden worden, omdat Het gevolg hiervan was dat de televisie- de confessionelen dan de kans kregen zich debatten in de jaren zeventig en tachtig als de ‘redelij ke middenpartij ’ te profijileren nauwelij ks spannende televisie oplever- tussen de kemphanen Den Uyl en Wiegel den. ‘Saai’, ‘mat’ en ‘zeer georganiseerd’, in, zo lichtte campagnestrateeg Kees Bode oordeelden de dagbladen.81 Het debat in alle openheid toe in de VPRO Gids. 74 De tussen Biesheuvel en Den Uyl was volgens ARP en KVP gingen mee in de polarisatie- Herman Hofhuizen een ‘slaapverwekkend strategie van de PvdA. De ARP hoopte door saaie bedoening’, omdat beide heren een redelij ke opstelling van Biesheuvel Den ‘kennelij k afgesproken [hadden] lief voor Uyl als een ‘onredelij ke’ zwartkij ker weg te elkaar te zij n’. 82 De schuld werd niet al- kunnen zetten. 75 KVP-lij sttrekker Frans leen bij de politici neergelegd, maar ook Andriessen op zij n beurt kreeg in 1972 van bij omroepjournalisten als René Eij bersen zij n campagnestrategen de opdracht ‘har- (NCRV) die volgens zij n collega Fred Ver- monie’ te plaatsen tegenover ‘polarisatie’.76 bakel (NOS) in 1986 de lij sttrekkers alle In 1977 zag de PvdA ook de nadelen in van de polarisatiestrategie: kiezersonderzoek had uitgewezen dat Den Uyl ‘te veel als een partij man’ werd gezien en dat de PvdA zelf 77 Notitie campagnestrategie, d.d. 14 december 1976. te boek stond als een partij van ‘onredelij ke IISG, Archief Den Uyl, inv.nr. 813; Sprekers-coördinatie Den Uyl en Van den Berg [1981]. Ibidem, inv.nr. 646; De Belle van 1982. IISG, Archief PvdA, inv.nr. 2838. 73 C. Vos, ‘Van propagandist naar makelaar. De uit- 78 C. van der Eij k en Ph. van Praag, De strij d om de vinding van de Nederlandse televisiejournalistiek’, in: meerderheid. De verkiezingen van 1986 (Amsterdam Bardoel e.a. ed., Journalistieke cultuur, 269-286, aldaar 1987) 81 en 83. 270. 79 Van Praag jr., Strategie , 277. 74 B. Paans, ‘Kees Bode. Gebruik nooit een vragende 80 Richtlij nen voor contacten met radio en televisie zin’, VPRO Gids , 18 mei 1977; Van Praag jr., Strategie , 272. (1977). KDC, Archief KVP, inv.nr. 1398. 75 Debat Biesheuvel-Den Uyl [1972], HDC, Archief van 81 ‘Slappe thee’, Leeuwarder Courant, 31 maart 1971; de Dr. Stichting (276), doos 32, map ‘Geen vuurwerk, geen diepgravend gesprek’, Leidsch 407. Dagblad, 18 mei 1981; ‘Vuurwerk bleef uit in slotdebat’, 76 Notitie Advies bij t.v.-debatten en andere openbare De Telegraaf, 21 mei 1986. optredens voor de fraktievoorzitter van C.F. Kleister- 82 H. Hofhuizen, ‘Het leek nergens op’, De Tij d, 28 no- lee, d.d. 26 oktober 1972. KDC, Archief KVP, inv.nr. 1507. vember 1972.

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 308308 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 3 0 9

Van Agt verzorgt zij n scheiding. Vlak voor aanvang van Den Haag Vandaag , waarin hij samen met Wiegel en Den Uyl aan de tand zal worden gevoeld, kamt Van Agt nog even zij n haren. De foto maakte deel uit van de tentoonstelling ‘Verkiezingen en kabinetsformatie 1977’ die in 1978 in het Rij ksmuseum werd gehouden met werk van Singels en zij n collega Dolf Toussaint. Bron: foto Han Singels. Hilversum, 21 mei 1977. Met dank aan Han Singels voor het ter beschikking stellen van deze foto.

ruimte had geboden om de anderhalf uur de debatten op de uitslag, hoewel moeilij k van het debat ‘vol [te] lullen’.83 meetbaar, ‘uiterst marginaal’ was. 85 Pre- Over de betekenis van de televisiede- sentator Jaap van Meekren toonde zich be- batten voor de verkiezingsuitslag bestond scheiden en suggereerde dat de debatten dan ook weinig discussie: ‘Niet, dat ik ook slechts een door de kiezer reeds gemaakte maar één moment geloof, dat dergelij ke tv- keuze konden bevestigen.86 debatten beslissend zij n voor de uitslag van de verkiezingen. Dat zij n andere dingen, zo- Getuige de intensieve voorbereiding en de als traditie, de omgeving, het “postduiven- campagneactiviteiten die eromheen wer- instinct”, noem maar op’, aldus Ger Vaders, den georganiseerd en ondanks de kritische hoofdredacteur van het Nieuwsblad van het reacties in de pers, namen de partij en de Noorden, in zij n nabeschouwing op een de- televisiedebatten uiterst serieus. Ze boden bat tussen Van Agt en Den Uyl in de cam- hen immers nog steeds een uitgelezen pagne van 1981.84 Wetenschappers zagen gelegenheid om een groot deel van het ook geen verband. In een in opdracht van electoraat te bereiken. In 1981 verspreidde de NOS geschreven artikel uit 1977 over te- 85 C. Vos, ‘Televisie en verkiezingen’, gedateerd 6 mei levisie en de verkiezingen stelde mediades- 1977. KDC, Archief KVP, inv.nr. 1398. Zie ook: H. Went- kundige Chris Vos zelfs dat het efffect van holt, De onvindbare invloed van een verkiezingsdebat. Onderzoek naar de informatieve efffekten van een “debat” 83 R. van Scheers, ‘De missers van de PvdA. Media- met Den Uyl, Wiegel en Van Agt in Den Haag Vandaag op mannen over het efffect van de verkiezingsdebatten’, zondag 22 mei 1977 (Hilversum z.j.) 38-39. Haagse Post, 31 mei 1986. 86 B. Jalink, ‘Het debat een delicate zaak’, Televizier , 84 G. Vaders, ‘Een slechte thriller’, Nieuwsblad van het afl. 36 (4 september 1982); H. Post en G. Groen, ‘De kie- Noorden , 18 mei 1981; zie ook: M. van der Plas, ‘Bokser zer heeft het laatste woord’, KRO Studio , afl. 21 (mei versus schermer’, Elseviers Magazine, 23 mei 1981. 1977).

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 309309 227-05-147-05-14 11:0111:01 310 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

De Van Meekren-methode. De lij sttrekkers Den Uyl, Wiegel, Terlouw en Van Agt kort voor het slot- debat dat op 24 mei 1981 door de AVRO werd uitgezonden. Jaap van Meekren trad op als gespreksleider. Bron: Nationaal Archief. Fotocollectie Anefo, 2.24.01.05, bestandeelnummer 931-5048, licentie CC-BY-SA. Fotograaf: Marcel Antonisse. Hilversum, 24 mei 1981.

de PvdA een dag voor de verkiezingen van Hans Hillen in 1981 beweerden, was dan 26 mei een flyer waarin werd verwezen ook niet juist. 89 naar het slotdebat dat op 24 mei door de AVRO was uitgezonden: ‘gisteravond was het duidelij k: Van Agt en Wiegel zien De nieuwe realiteit: het slotdebat zichzelf wel blij ven zitten’.87 Partij en van 1986 en de discussie over de adverteerden ook in omroepgidsen om de televisiedemocratie lezers op het optreden van hun lij sttrekker in een televisiedebat te wij zen. 88 Dat de de- Niets suggereerde dat het slotdebat van 20 batten vooral georganiseerd werden omdat mei 1986 tussen Ruud Lubbers (CDA), Den de omroepen het zo graag wilden, zoals Uyl en Ed Nij pels een fundamentele ver- televisiejournalisten Charl Schwietert en andering teweeg zou brengen in de wij ze waarop politici, omroepen en journalisten het politiek-mediaal complex percipieer- den. De opzet en het verloop van het de- bat verschilden nauwelij ks van de eerdere 87 ‘Ook gekeken naar het tv-debat’. Flyer van de PvdA, d.d. 25 mei 1981. IISG, Archief PvdA, inv.nr. 2093. 89 C. Schwietert en H. Hillen, De formatie van een tij d- 88 Zie bij voorbeeld: AVRO-bode, afl. 19 (mei 1977). bom. Het tweede kabinet Van Agt (Haarlem 1981) 65.

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 310310 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 3 1 1

lij sttrekkersdebatten. Toch barstte naar die partij was wel in ruime meerderheid aanleiding van het debat in de pers een dis- het CDA van premier Lubbers geweest. De cussie los over de veranderingen waaraan helft van de ondervraagden had bovendien de politiek onder invloed van de televisie aangegeven dat Lubbers het debat gewon- onderhevig zou zij n. Van een belangrij k, nen had.92 Het was niet het optreden van maar niet doorslaggevend onderdeel van ‘de Saaie Drie’, maar het bandwagon-efffect de verkiezingscampagne groeiden de de- dat de kiezers in de armen van het CDA had batten na 1986 uit tot de kapstok waaraan gedreven: de neiging van de kiezer om op de pers haar berichtgeving over de verkie- een winnaar te stemmen.93 zingsstrij d ophing – en nog steeds ophangt. Deze ontwikkelingen in de nasleep van Deze verandering werd in gang gezet het slotdebat van 1986 hadden grote gevol- door de verrassende verkiezingsuitslag van gen voor de perceptie van de relatie tussen 1986. De opiniepeilers hadden een overwin- media en politiek, waarbij de nadruk kwam ning voor de PvdA voorspeld, maar het CDA te liggen op het verband tussen een succes- won uiteindelij k negen zetels en kwam zo vol mediaoptreden en succes bij de stembus. als grootste partij uit de bus. Volgens Mau- De televisiedebatten kregen voortaan een rice de Hond – de opiniepeiler die in 1977 centrale rol in de verslaggeving en duiding nog had verkondigd dat televisiedebatten van de campagne. 94 Volgens Ton Planken, ‘weinig invloed’ hadden – had het slotde- voormalig eindredacteur van den haag bat bij de NCRV de zwevende kiezers naar vandaag, waren de debatten ‘behoorlij k Lubbers getrokken.90 Ook de Leidse politi- van invloed […] meer dan ik vroeger dacht’. coloog Rudy Andeweg wist een dag na de Zij n NOS-collega Bob de Ronde achtte het verkiezingen al te melden dat het lij sttrek- efffect van debatten zelfs ‘enorm’.95 Herman kersdebat waarschij nlij k ‘de belangrij kste Wigbold, hoofdredacteur van Het Vrij e Volk rol heeft gespeeld bij de grote winst van het en oud-programmamaker van de VARA, CDA’. 91 Cruciaal was volgens hem de ‘blik- suggereerde dat Wim Kok het in het televi- semenquête’ die het NIPO na het debat had siedebat beter zou hebben gedaan dan Den gehouden en waarvan de resultaten op de Uyl, omdat hij een ‘nieuw gezicht’ was, dat verkiezingsdag in de kranten waren gepu- ‘beter past bij de televisiedemocratie van bliceerd. Uit de peiling was weliswaar ge- onze dagen’. 96 bleken dat slechts een magere drie procent Nieuw was dit denken in termen van van de kiezers na het debat had besloten op televisiedemocratie natuurlij k niet: Hilter- een andere partij te gaan stemmen, maar mann had in 1963 al over televisieverkie-

90 Post en Groen, ‘De kiezer’; Ph. van Praag en W. Geij - tenbeek, ‘Het onderschatte debat. De rol van het RTL4- 92 Van der Eij k en Van Praag, De strij d, 73. debat in de campagne van 2003’ in: K. Brants en Ph. van 93 M. de Roode, ‘De onderzoekers’, Het Vrij e Volk, 22 Praag ed., Politiek en media in verwarring. Verkiezings- mei 1986. campagnes in het lange jaar 2002 (Amsterdam 2005) 111. 94 ‘Nationale verkiezingsdebat. Jacht op de zweven- 91 ‘Lubbers, schrik van opiniepeilers’, Leeuwarder de kiezer’, VARA TV-Magazine afl. 18 (30 april – 6 mei Courant , 23 mei 1986; Andeweg kwam na onderzoek 1994); ‘Kok wint tv-debat’, De Telegraaf , 3 mei 1994; F. weer op zij n uitspraak terug: R. Andeweg ed., Tussen Vermeulen, ‘Zwevende kiezer kiest na debat’, NRC Han- steekproef en stembus. Beschouwingen over verkiezings- delsblad, 3 mei 1994. peilingen naar aanleiding van de discrepantie tussen de 95 Van Scheers, ‘De missers’. peilingen en de verkiezingsuitslag van 21 mei 1986 (Lei- 96 H. Wigbold, ‘PvdA is met open ogen in Lubbers’ val den 1988). getrapt’, Het Vrij e Volk, 22 mei 1986.

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 311311 227-05-147-05-14 11:0111:01 312 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

zingen gesproken.97 Wel nieuw was dat het geen sprake was. ‘In Nederland zal de tele- begrip televisiedemocratie hoofdzakelij k visie nooit zo’n grote rol gaan spelen als in met een vervalvertoog verbonden werd. In Amerika. Televisie zal nooit de andere me- de eerste helft van de jaren tachtig dook de dia en de toespraken van de lij sttrekker in term in de Tweede Kamer en de pers on- rokerige zaaltjes kunnen vervangen’, aldus der meer op in verwij zing naar de mani- Ries Smits (CDA). Zij n PvdA-collega Peter pulatieve werking die uitging van de me- Kramer sprak van ‘legendevorming’ rond diale representatie van de werkelij kheid.98 het lij sttrekkersdebat. 101 Zij stonden ech- Na de verkiezingen van 1986 groeide het ter betrekkelij k alleen, want veel politici begrip uit tot het centrale element in het onderschreven de kritische analyses in de vertoog waarmee journalisten de relatie pers. PvdA-Kamerlid Jacques Wallage he- tussen media en politiek benaderden. ‘Te- kelde in 1987 de ‘zucht naar vluchtigheid en levisiedemocratie’ werd hierbij vaak in een oppervlakkigheid’ die de mediadominantie adem genoemd met ‘amerikanisering’. 99 met zich meebracht, maar stelde ook de Het waren pejoratieve concepten, die on- ‘hoerigheid van de politiek jegens de media’ der meer door de Twentse politicoloog aan de kaak. ‘Op de een of andere manier Andries Hoogerwerf in verband werden heeft de personality-kant van de politiek gebracht met een ‘vervlakking’ van de po- aan belang gewonnen. Dat heet dan man- litiek. Opiniepeilingen en televisiedebatten netjesmakerij of televisiedemocratie, maar vormden de voornaamste uitdrukking van het is wel degelij k waar’.102 deze vervlakking. 100 Ze waren nauw met el- Ook de omroepen raakten ervan over- kaar verbonden: de televisiedebatten vorm- tuigd dat zij zich in een nieuwe (media) den natuurlij k een mooi aanknopingspunt werkelij kheid bevonden en gooiden hun voor het verrichten van opiniepeilingen die gedweeë houding overboord. Hun veran- niet alleen in kaart brachten wie het debat derende opstelling ten aanzien van de po- gewonnen had, maar ook prognoses gaven litiek werd mede ingegeven door ontwik- over de uitslag van de Kamerverkiezingen. kelingen binnen het medialandschap zelf. Politici zelf waren er verlegen mee. De Verschillende mediaonderzoekers hebben campagneleiders van het CDA en de PvdA, erop gewezen dat eind jaren tachtig, met die binnen het nieuwe vertoog als mede- de introductie van commerciële televisie schuldigen werden aangewezen voor de op- gekoppeld aan technologische innovaties, komst van de televisiedemocratie, haastten de slag om de kij ker een nieuwe represen- zich te benadrukken dat hiervan nog lang tatie van politiek in de media met zich mee- bracht, waarbij de nadruk kwam te liggen 97 Hiltermann, ‘Televisie’. op conflicten, drama en emoties, opdat een 98 G. Driehuis en T-J. Meeus, ‘Peter Lankhorst (PPR): 103 “Wij zij n op weg naar een televisiedemocratie”’, De Tij d, hoge kij kdichtheid was gegarandeerd. Op 1 februari 1985; ‘Wat heeft de televisiedemocratie nodig om democratie te blij ven’, vroeg Ria Beckers (PPR) zich 101 S. Akkerman, ‘Televisie maakt rokerige zaaltjes af in oktober 1985. HTK, 15 oktober 1985, p. 469; ‘Haagse niet overbodig’, Leidse Courant , 10 oktober 1986. kopstukken bedreigen lokale democratie’, De Telegraaf , 102 Ischa, ‘Onze voorvaderen’, Vrij Nederland, 10 janu- 18 maart 1986. ari 1987. 99 Zie bij voorbeeld: H. Faas, Termieten & muskieten. 103 M. Adriaansen en Ph. Van Praag, ‘ Nieuwe scheids- Vernieuwing en vernieling in de Nederlandse politiek lij nen en de turbulente relatie tussen politiek, media en (Amsterdam [1987]) 244-245. burgers’ in: H. Dij stelbloem e.a. ed., WRR-Verkenning 100 ‘Val der peilers’, Leeuwarder Courant, 27 mei 1986. 23, Het gezicht van de publieke zaak. Openbaar bestuur

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 312312 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 3 1 3

basis van een analyse van het NOS-Journaal herhaaldelij ke onderbreking van het debat heeft Van Praag bij voorbeeld geconstateerd voor de reclame (‘even boodschappen doen dat de omroep het in de jaren negentig niet en dan vlug weer terug’). 106 Deze kritiek valt langer aan de partij en liet om de nieuwsa- niet terug te voeren op frustratie over het genda in campagnetij d te bepalen.104 Voor succes van Fortuyn, want ook hij had zich de politieke partij en bevestigde dit alleen openlij k aan het debat bij RTL4 geërgerd.107 maar hun analyse dat ze in een televisie- Dat ook de overheid zich zorgen maakte democratie opereerden. blij kt wel uit het feit dat verschillende ad- Ook in de televisiedebatten tekende de viesorganen in het begin van de eenentwin- nieuwe werkelij kheid zich af. Om het saaie tigste eeuw rapporten publiceerden over de imago te doorbreken kozen de omroepen mediatisering van de politiek. 108 Een van de voor een nieuwe aanpak die volgens tv- rapporten bevatte kritiek op de televisiede- journalist Paul Witteman ‘spannende tele- batten: de kiezer kwam niet aan bod en de visie’ – en dus hoge kij kcij fers – moest op- partij en en omroepen bekommerden zich leveren. 105 De ‘Van Meekren-formule’ – een vooral om de ‘visuele aantrekkelij kheid’ in debat met een neutrale presentator – werd plaats van ‘de kwaliteit van de informatie verruild voor debatleiders die een actieve, en ondervraging’. 109 Terwij l de televisiede- kritische bij drage aan de discussie lever- batten in de jaren zestig nog met een ver- den. Het commerciële RTL experimenteer- sterking van de democratie in verband wa- de met meer dynamische debatformules, ren gebracht omdat ze burgers en politici zoals het town-hall format met vragen van- dichterbij elkaar zouden brengen, groeiden uit het publiek en een afwisseling van ple- ze zo in het begin van de eenentwintigste nair debat en korte tweedebatten. Ook de eeuw juist uit tot symbool voor de ontaar- keuze van de locatie was vaak veelzeggend: ding van de televisiedemocratie. in 1998 werd het slotdebat in theater Carré Hoewel de entertainmentformule met gehouden en in 2002 organiseerde RTL een het soundmixshow -debat wel haar gren- debat in de studio van de soundmixshow . zen had bereikt en partij en zich niet nog Politici, politicologen en politieke jour- eens lieten verrassen, hield de kritiek op nalisten reageerden kritisch op deze ont- de televisiedebatten in de eenentwintig- wikkelingen. Naast televisiedemocratie ste eeuw aan. ‘Debat gemist gisteravond? werden termen als ‘dramademocratie’, ‘me- Geeft niets. Bij lij sttrekkersdebatten op diacratie’ en ‘spektakeldemocratie’ gemunt televisie gaat het tenslotte niet om wat er om de efffecten van de mediatisering op de daadwerkelij k wordt gezegd’, zo stelde de politiek te duiden. De lij sttrekkers die aan het soundmixshow -debat hadden meege- 106 ‘Ergernis overstij gt routine in tv-debat’, NRC-Han- delsblad , 29 april 2002; ‘Uniek tv-debat wekte vooral daan waren gepikeerd over de verrassingen verwarring’, De Volkskrant, 30 april 2002; zie voor een die RTL voor hen in petto had gehad, zoals overzicht van de krantenreacties op het debat: M. stemkastjes waarmee het publiek in de stu- Benzakour, ‘Televisiedemocratie’, De Volkskrant , 4 mei dio de lij sttrekkers had beoordeeld en de 2002. 107 Van Praag en Geij tenbeek, ‘Het onderschatte de- bat’, 117. onder ogen (Amsterdam 2010) 241-272, aldaar 270; Wij f- 108 Politiek en media. Pleidooi voor een LAT-relatie . jes, ‘Haagse kringen’, 28. Raad voor het Openbaar Bestuur (Den Haag 2003); Me- 104 Van Praag. ‘Het Journaal’, 70. dialogica. RMO; Dij stelbloem, Het gezicht . 105 Walter en Van Praag, ‘Wie zegt’. 109 Politiek en media, 20.

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 313313 227-05-147-05-14 11:0111:01 314 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

Volkskrant in 2006.110 Parlementair jour- politicus’. Hoewel hij deze stelling niet on- nalist Willem Breedveld vroeg lezers van derbouwde, kon uit zij n ingezonden brief in Trouw om te melden of ze iets met de de- NRC Handelsblad wel opgemaakt worden batten van dat jaar waren opgeschoten dat Rutte leunde op het in de jaren zestig en trok op basis van de ingezonden brie- veelgehoorde argument dat de televisie de ven de conclusie dat ‘het tv-geweld’ niet democratie juist diende: het bracht politiek in verhouding stond ‘tot de vragen die de in de huiskamers van mensen die er anders burgers echt bezighouden’. 111 Niet alleen niet of veel minder mee in aanraking zou- de televisiemakers droegen schuld. Politi- den komen.114 Zelf had hij daar in 2006 ook coloog en PvdA-sympathisant Jos de Beus groot belang bij . Hij was immers een rela- wees met beschuldigende vinger naar de tieve nieuwkomer die als underdog de de- ‘lij sttrekkers, parlementaire journalisten batten met gelouterde fijiguren als Wouter en campagnestrategen’ die ‘ten onrechte Bos en Jan-Peter Balkenende inging; debat- [meenden] dat “de gewone man” niet ge- ten die hem bovendien landelij ke bekend- interesseerd is in inhoudelij ke debatten heid gaven. over belangrij ke onderwerpen’. 112 André Rouvoet, lij sttrekker van de ChristenUnie, Dat het televisiedebat, ondanks alle kritiek, vond dat het ‘democratisch proces’ geweld een niet meer weg te denken onderdeel is werd aangedaan door politiek debat ‘naar geworden van de Nederlandse verkiezings- Amerikaans voorbeeld’ als ‘behapbaar en- campagnes komt omdat het beantwoordt tertainment’ te presenteren.113 In de ogen aan wensen van de politiek, het publiek van deze journalisten en politici waren de en de media. In het televisiedebat komt politiek en de media door hun wederzij dse de hang naar dramatiek die het medium afhankelij kheidsrelatie in de ban geraakt televisie eigen is samen met de voorkeur van de televisiedemocratie en hadden ze de van journalisten voor drama en strij d – burger uit het oog verloren. zie hun verslaggeving van de debatten als VVD-lij sttrekker Mark Rutte verzette sportwedstrij den – en de neiging van poli- zich echter tegen de analyse van De Beus tici om – in de woorden van Henk te Velde en verdedigde de televisiedemocratie. On- – de ‘dramatische kant van de strij d in de der verwij zing naar het Nixon-Kennedy-de- politieke arena’ aan te grij pen om ‘een brug bat uit 1960 stelde hij dat ‘wie zich nieuwe met de kiezers’ te slaan. In verkiezingstij d media eigen maakt, […] niet alleen meer vormt het televisiedebat het voornaamste kiezers [wint], het maakt je ook tot beter theater waarin deze strij d wordt gevoerd. Met de leegloop van de partij organisaties 110 R. du Pré en Ph. Remarque, ‘Alleen de verliezers is de televisie bovendien uitgegroeid tot het spinnen na afloop van het debat’, De Volkskrant , 4 no- vember 2006; zie ook: J. van Velzen, ‘Campagnekoorts’, belangrij kste communicatiekanaal met het 115 Trouw, 17 november 2006. electoraat. Voor de kiezers ten slotte biedt 111 W. Breedveld, ‘Tsunami aan tv-debatten heeft de het televisiedebat een platform om met kiezers nauwelij ks geholpen’, Trouw, 25 november 2006. ‘hun’ lij sttrekker mee te leven, zoals bleek 112 J. de Beus, ‘Debat in verkiezingscampagne verarmt door het nihilisme van de politieke klasse’, NRC Han- delsblad, 21 oktober 2006. 114 M. Rutte, ‘Tussen piano en pret is genoeg ruimte 113 A. Rouvoet en J. Voordewind, ‘Politics on Ice ver- voor politiek’, NRC Handelsblad, 28 oktober 2006. groot de kloof burger-politiek’, De Volkskrant, 3 novem- 115 Van Vree, ‘Het ontstaan’, 91-92 en 95; H. te Velde, ber 2006. Het theater van de politiek (Amsterdam 2003).

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 314314 227-05-147-05-14 11:0111:01 KAAL 3 1 5

Voorpagina van De Telegraaf op 12 september 2012. De Telegraaf opende op de dag van de Tweede Kamerverkiezingen met het laatste televisiedebat dat volgens de krant voor ‘weinig vuurwerk’ had gezorgd. De foto is genomen vlak voor het debat waarin de lij sttrekkers volgens het bij schrift bij de foto weer ‘de degens’ kruisten. Bron: De Telegraaf

uit de brieven die zij naar de partij leiders te lachen, HK] om hun prestaties, hun ui- stuurden en tegenwoordig door middel van terlij k, hun optreden, hun rij kdom, hun le- twitter gestalte krij gt. Hiermee sluiten de vensstij l’.116 debatten aan bij de door Remieg Aerts ge- constateerde neiging van burgers om ‘pu- blieke persoonlij kheden op een voetstuk te plaatsen en hen te adoreren [of juist uit 116 R. Aerts, Het aanzien van de politiek. Geschiedenis van een functionele fijictie (Amsterdam 2009) 99.

VOL. 127, NO. 2, 2014

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 315315 227-05-147-05-14 11:0111:01 316 DE CULTUUR VAN HET TELEVISIEDEBAT

Conclusie debatten en de verkiezingsuitslag en ook de opzet van de debatten geen noemenswaar- De in dit artikel geschetste ontwikkeling dige verandering had ondergaan, was er in van de cultuur van het televisiedebat laat de perceptie van politici, politicologen en zien dat onderzoek naar de veronderstelde de pers sprake van een opmars van de tele- en gewenste relatie tussen politiek en me- visiedemocratie. dia andere inzichten geeft in de ontwikke- Het waren niet zozeer nieuwe praktij - ling van het politiek-mediaal complex, dan ken die het beeld deden kantelen – tele- wanneer de blik uitsluitend gericht is op de visiedebatten (en opiniepeilingen) kende reële relatie tussen beide sferen. Daarnaast Nederland al langer – maar de opkomst heeft het onderzoek naar de televisiedebat- van een nieuw vertoog dat draaide rond de ten laten zien dat vanaf de jaren zestig geen concepten televisiedemocratie en amerika- sprake was van een toenemende onderge- nisering. Dit vertoog werd dominant na de schiktheid en afhankelij kheid van de poli- verrassend verlopen parlementsverkiezin- tiek ten opzichte van media, maar van een gen van 1986. In samenhang met ontwik- historisch contingente ontwikkeling van kelingen binnen het medialandschap zelf hun onderlinge verhouding. maakte dit de televisiedemocratie in de Begin jaren zestig werd in de pers, door ogen van partij en, omroepen, pers en pu- omroepen en door partij en de relatie tussen bliek tot een realiteit die vervolgens ook de media en politiek nog vooral gepercipieerd praktij k en perceptie van de relatie tussen vanuit het perspectief van democratisering media en politiek ging bepalen. en politieke opvoeding en voorlichting – de televisie als een nieuw medium dat nieu- we vormen van interactie tussen politici en Over de auteur kiezers mogelij k maakte en het publiek op Dr. Harm Kaal is universitair docent politieke de hoogte bracht van de politieke agenda’s geschiedenis bij de Afdeling Geschiedenis van van de partij en en hun principiële verschil- de Radboud Universiteit. In 2013 publiceerde hij len. Dat door de televisie de persoon van de ‘Constructing a socialist constituency. The soci- politicus naar de voorgrond werd gedron- al-democratic language of politics in the Nether- gen, werd door de partij en en de pers als lands, c. 1890-1950’, Archiv für Sozialgeschichte 53 een goede ontwikkeling gezien: het kon de (2013) 175-202. E-mail: [email protected]. betrokkenheid van de burgers bij de poli- tiek verhogen. Over een vervlakking van de politiek werd in de pers nog niet gesproken; de zakelij ke televisiedebatten gaven hier- toe ook geen enkele aanleiding. In de jaren zeventig nam de kritiek in de pers toe. Door de controle die de partij en uitoefenden op hun beeldvorming in de media leverden de debatten vooral ‘saaie’ televisie op. Halver- wege de jaren tachtig kantelde het beeld. Hoewel studies lieten zien dat er nauwe- lij ks tot geen verband was tussen televisie-

TIJDSCHRIFT VOOR GESCHIEDENIS

TTVGESCH2014.2.inddVGESCH2014.2.indd 316316 227-05-147-05-14 11:0111:01