Varianten Rijngouwelijn in Relatie Tot Het Hoofdlijnenakkoord “Zuid-Holland Verbindt En Geeft Ruimte”

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Varianten Rijngouwelijn in Relatie Tot Het Hoofdlijnenakkoord “Zuid-Holland Verbindt En Geeft Ruimte” Quick scan Uitvoerings- varianten RijnGouwelijn In relatie tot het Hoofdlijnenakkoord “Zuid-Holland verbindt en geeft ruimte” 30 augustus 2011 T.b.v. de Stuurgroep RijnGouwelijn Quick scan scan uitvoeringsvarianten Uitvoerings- variantenRijnGouwelijn RijnGouwelijn in relatie tot het HoofdlijnenakkoordIn relatie tot het Hoofdlijnenakkoord “Zuid-Holland “Zuid-Holland verbindt en geeft ruimte” verbindt en geeft ruimte” Vertrouwelijk Projectorganisatie RijnGouwelijn Deze quick scan is opgesteld ten behoeve 30 augustus 2011 van de bijeenkomst van de Stuurgroep Provincie Zuid-Holland RijnGouwelijn op 9 september 2011. Inhoud 1 Disclaimer 4 2 Samenvatting 6 3 Inleiding 13 3.1 Hoofdlijnenakkoord 13 3.2 Planning besluitvorming RijnGouwelijn 13 4 Beleidsuitgangspunten 14 4.1 RijnGouwelijn als oost-west verbinding in de regio 14 4.2 Doelstellingen RijnGouwelijn 15 4.3 Stimulans voor ruimtelijke ontwikkelingen 15 5 Variantenonderzoek 16 5.1 Uitgangspunten 16 5.2 Varianten 18 5.3 Criteria 22 6 Huidige scope: Tramsysteem Gouda - Katwijk Badstraat/ESA ESTEC 25 6.1 Beschrijving 25 6.2 Vervoerwaarde en kostendekkingsgraad 27 6.3 Veiligheid 28 6.4 Investeringskosten 29 6.5 Raakvlakken 29 6.6 Milieuaspecten 29 6.7 Risico’s 30 7 Variant 1: Verbeterde verbinding Gouda - Leiden en busbaan in west 31 7.1 Beschrijving 31 7.2 Vervoerwaarde en kostendekkingsgraad 33 7.3 Veiligheid 34 7.4 Investeringskosten 34 7.5 Raakvlakken 35 7.6 Milieuaspecten 36 7.7 Risico’s 36 8 Variant 2: Vier keer per uur trein Leiden - Utrecht 37 8.1 Beschrijving 37 8.2 Vervoerwaarde en kostendekkingsgraad 39 8.3 Veiligheid 39 8.4 Investeringskosten 40 8.5 Raakvlakken 40 8.6 Milieuaspecten 41 8.7 Risico’s 41 9 Variant 3: Tramsysteem Gouda - Leiden binnenstad - Oegstgeest 42 9.1 Beschrijving 42 9.2 Vervoerwaarde en kostendekkingsgraad 44 9.3 Veiligheid 44 9.4 Investeringskosten 45 9.5 Raakvlakken 45 9.6 Milieuaspecten 45 9.7 Risico’s 46 10 Variant 4: Tramsysteem Katwijk - Leiden binnenstad - Zoeterwoude Meerburg en verbeterde treinverbinding Leiden - Gouda 47 10.1 Beschrijving 47 10.2 Vervoerwaarde en kostendekkingsgraad 49 10.3 Veiligheid 50 10.4 Investeringskosten 50 10.5 Raakvlakken 50 10.6 Milieuaspecten 51 10.7 Risico’s 51 11 Variant 5: Verbeterde verbinding Gouda - Leiden (inclusief haltes) en bus naar de kust 52 11.1 Beschrijving 52 11.2 Vervoerwaarde en kostendekkingsgraad 54 11.3 Veiligheid 54 11.4 Investeringskosten 55 11.5 Raakvlakken 55 11.6 Milieuaspecten 55 11.7 Risico’s 57 12 Variant 6: Tramsysteem Gouda - Leiden - Oegstgeest met een dedicated tramspoor tussen Elfenbaan en Alphen aan den Rijn 57 12.1 Beschrijving 57 12.2 Vervoerwaarde en kostendekkingsgraad 59 12.3 Veiligheid 59 12.4 Investeringskosten 59 12.5 Raakvlakken 60 12.6 Milieuaspecten 60 12.7 Risico’s 60 Bijlage A: Overzicht vervoerwaardecijfers per trajectdeel 61 Bijlage B: Indicatie beheerconsequenties 62 Bijlage C: StedenbaanPlus 64 Bijlage D: Afbeelding busbanen 65 Bijlage E: Financiële verschillen 66 Bijlage F: Overeenkomsten en verschillen per gemeente 69 Disclaimer 1 Disclaimer In het Hoofdlijnenakkoord is aangekondigd dat onder andere een heroverweging van het project RijnGouwelijn noodzakelijk is. Gedeputeerde Staten hebben begin juli 2011 besloten dat in het kader van deze heroverweging en de voorbereiding van het BO MIRT van november 2011 een rapport wordt opgesteld waarin de mogelijkheden voor uitvoeringsvarianten op hoofdlijnen met elkaar worden vergeleken. Hoewel dit rapport met zorg is samengesteld moet het wel in de hierna toegelichte context worden gelezen. Dit rapport is in korte tijd tot stand gekomen waardoor vrijwel alleen gebruik kon worden gemaakt van bestaande informatie en er maar op beperkte schaal nader onderzoek heeft kunnen plaatsvinden. Een toetsing heeft dan ook beperkt plaatsgevonden. Deze werkwijze maakt het overigens wel mogelijk om de beschreven varianten op hoofdlijnen met elkaar te vergelijken en een keuze te maken voor een uitvoeringsvariant die daarna eventueel nader wordt ingevuld. Daarnaast zijn er grote verschillen in de kennis over de verschillende beschreven varianten. Sommige varianten zijn al langer in beeld, zoals variant 3 met het tramsysteem tussen Gouda en Oegstgeest. Over andere varianten, zoals variant 6 met een dedicated tramspoor langs het hoofd- spoor, is op dit moment veel minder informatie beschikbaar. Dat betekent dat onder andere voor varianten waar minder informatie beschikbaar was, een grotere onzeker- heidsmarge voor de kosten is gehanteerd. Met uitzondering van varianten 3 en 6 is nog niet bekend of aan alle noodzakelijke voorwaarden kan worden voldaan om die varian- ten te realiseren. Met betrekking tot de inschatting van de kosten voor het aanpassen van het spoor tussen Gouda en de Elfenbaan zal ProRail nog moeten beoordelen of de kosten juist zijn berekend, of op de voorgestelde infrastructuur een robuuste dienst- regeling kan worden gerealiseerd en of de bediening van de voorgestelde haltes daad- werkelijk mogelijk is. Met ProRail is afgesproken dat zij na de keuze van de voorkeurs- variant, deze zullen beoordelen op de kostenraming en robuustheid. Alle varianten zijn met betrekking tot de vervoerwaarde doorgerekend met het provinciale vervoermodel. Dit model is primair bedoeld om relatieve effecten van maatregelen weer te geven. Bij het gebruik van absolute aantallen moet voorzichtigheid worden betracht, mede gezien de afhankelijkheid van de gehanteerde externe factoren. Opgemerkt dient te worden dat nog optimalisaties in de varianten mogelijk zijn. De bedragen die in dit rapport worden genoemd ter zake van de investerings-, beheer- en onderhoudskosten, betreffen ramingen ten behoeve van de vergelijking van de varian- ten. Deze bedragen dienen dus niet te worden opgevat als projectkosten. Waar in dit rapport wordt gesproken over de NS als houder van de Hoofdrailnetconcessie dient te worden gerealiseerd dat NS een eigenstandige bevoegdheid heeft om te bepalen of zij bepaalde lijnen willen rijden en daarbij bepaalde haltes willen bedienen en of zij de infrastructuur robuust genoeg vindt voor het uitvoeren van een dienstregeling. Het is de verwachting dat de nieuwe HRN-concessie voorwaarden zal bevatten die invloed hebben op de beschreven varianten. Dit betekent dat er in een aantal varianten samenloopafspraken met de NS (die hoogstwaarschijnlijk de HRN-concessie na 2015 zal verwerven) gemaakt dienen te worden. Voor sommige varianten is het nog nodig om met derden te overleggen of zij bereid zijn hun medewerking aan uitwerking dan wel realisatie van de betreffende variant(en) te verlenen. Dit heeft vanwege de korte doorlooptijd van het tot stand komen van het rapport nog niet kunnen plaatsvinden. 4 Disclaimer Dit document is opgesteld voor overleg met de partners die bij het RijnGouwelijnproject zijn betrokken om zo te komen tot een gedragen variant van de RijnGouwelijn in relatie tot het Hoofdlijnenakkoord. Dit document bevat geen visie of intentie van de provincie Zuid-Holland om het RijnGouwelijnproject op een van de beschreven wijzen uit te voeren. Zolang geen andersluidende afspraken zijn gemaakt met de partijen die aan het project RijnGouwelijn deelnemen werkt de provincie Zuid-Holland verder aan de RijnGouwelijn conform de gesloten overeenkomsten. Aan dit document kunnen geen rechten worden ontleend. 5 Samenvatting 2 Samenvatting In april 2011 hebben de coalitiedragende partijen uit de Provinciale Staten van Zuid-Holland het Hoofdlijnenakkoord “Zuid-Holland verbindt en geeft ruimte” gepresenteerd. In het Hoofdlijnenakkoord hebben deze partijen gekozen voor de aanleg van zowel de RijnGouwelijn als de RijnlandRoute met een algemene heroverweging binnen en tussen de beide projecten gezien de financiele risico’s en alle wensen voor een veilige en goede inpassing. Deze quick scan is onderdeel van die heroverweging en inventariseert de mogelijke oplossingsrichtingen en is opgesteld voor discussiedoel- einden tussen de partners die bij het RijnGouwelijnproject zijn betrokken. Uitgangspunten Bij deze quick scan naar de verschillende uitvoeringsalternatieven van de RijnGouwelijn zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: 1. Het uitvoeringsalternatief moet aansluiten bij de vervoersbehoefte van de reiziger. 2. Het uitvoeringsalternatief moet idealiter worden gedragen door de regio. 3. Het uitvoeringsalternatief moet invulling geven aan het Hoofdlijnenakkoord inzake de algemene heroverweging binnen en tussen de projecten RijnGouwelijn en RijnlandRoute. Onderzochte varianten Op basis van ambtelijke en bestuurlijke contacten in de afgelopen periode heeft de provincie Zuid-Holland een viertal varianten opgesteld (1 t/m 4). Naar aanleiding van de vergadering van de Directieraad op 3 augustus 2011 zijn twee extra varianten aan de quick scan toegevoegd (5 en 6). Als referentie is de huidige scope van de RijnGouwelijn in deze quick scan meegenomen. De onderzochte varianten (naast de huidige scope als referentie) zijn: 1. Een verbeterde verbinding per trein of hogevloer tram over bestaand spoor tussen Gouda en Leiden Centraal en een vertrambare busbaan vanaf Leiden Centraal naar de kust (conform het Hoofdlijnenakkoord). 2. Een verbeterde treinverbinding tussen Leiden Centraal en Utrecht Centraal van 4 keer per uur en een verbeterde treinverbinding van 4 keer per uur tussen Gouda en Alphen aan den Rijn. Dit gecombineerd met verbeterde busverbindingen vanaf Leiden Centraal naar de kust. 3. Een tramsysteem met tramvoertuigen van Gouda door de Leidse binnenstad tot Oegstgeest (RijnGouwelijn Oost). Dit gecombineerd met verbeterde busverbindingen van
Recommended publications
  • Op Pad in Het
    ONTDEK DE RUST EN DE RUIMTE OP PAD IN HET Met verrassende wandel, fiets- en vaarroutes Hollands landschap PROEF HET PLATTELAND Historie leeft WATER BETOVERT 02 #oppadinhetgroenehart 03 #oppadinhetgroenehart 4 Wandel en fietsroutes 8 Historie leeft 14 Proef het platteland 20 Iconen van het Groene Hart 22 Water betovert 28 Hollands Landschap In een prachtig, groen gebied tussen de 32 Aanbiedingen steden Amsterdam, Utrecht, Den Haag en 34 Meer informatie Rotterdam, ligt een oase van rust, ruimte en natuur: het Groene Hart. Je wandelt en fietst er door de polders en vaart over de Hollandse Plassen. Dit magazine is een bron van inspiratie voor iedereen die dit Ga op pad... oer- Hollandse, landelijke gebied beter wil en maak de mooiste foto's Waar je ook bent in het Groene Hart, je spot leren kennen. altijd wel iets moois om vast te leggen. Leuk als jij je foto's met ons wilt delen! Mail ze aan Het Groene Hart heeft een rijke geschiede- [email protected] en wij delen de mooiste nis, die je nog dagelijks ziet. Van de Oude op onze social media. Dan zien we je daar! Hollandse Waterlinie en de Romeinse Limes tot en met de molens van Werelderfgoed Kinderdijk. In oude vestingstadjes als Oudewater, Schoonhoven en Leerdam. Het Hollandse landschap is uniek. Met charmante streek met vier gemeenten: boerensloten, groene weides en bijna altijd Gouda, Woerden, Bodegraven-Reeuwijk en wel een molen aan de horizon. En dan het Krimpenerwaard. Hier zie je hoe kaas wordt water. Of je nu met een fluisterbootje de gemaakt en verhandeld. Maar waar je ook OP PAD IN HET adembenemende Nieuwkoopse of Reeu- komt, overal tref je leuke restaurants, cafés wijkse Plassen ontdekt of in de Vinkeveense en terrasjes, om van het leven te genieten.
    [Show full text]
  • Autobusonderneming Trio Verzorgde Het Personenvervoer Van Boskoop Via Hazerswoude Naar Leiden
    Autobusonderneming Trio verzorgde het personenvervoer van Boskoop via Hazerswoude naar Leiden Hans van der Wereld Anno 2016 verzorgt vervoersmaatschappijgigant Arriva het personenvervoer in een groot deel van Rijnland. In een tijd van schaalvergroting is het daarom aardig om eens terug te blikken op het verleden. Wie kan zich nog de groene bussen van de Citosa herinneren die dagelijks van Boskoop via Hazerswoude naar Leiden en terug reden of vanuit Boskoop via Waddinxveen naar Gouda? In de jaren voor de Tweede Wereldoorlog, in een tijd van kleinschaligheid, was het de autobusonderneming Trio uit Boskoop die de bewoners van de streek langs de Gouwe en de Oude Rijn de gelegenheid bood om naar elders te reizen. Op 1 januari 1922 opende J. Kok senior uit Boskoop een autobusdienst tussen Boskoop, Hazerswoude en Leiden. Zoals gebruikelijk in die jaren werd daarvoor een Ford T gebruikt. De zaken floreerden en niet lang daarna kwam er een tweede bus bij, een GMC, op welks chassis de bekende fabriek van Verheul in Waddinxveen een fraaie carrosserie bouwde. Deze aanwinst was afkomstig van een Franse dump met afgedankt legermateriaal uit de Eerste Wereldoorlog, dat voor een appel en een ei aan belangstellenden werd verkocht. Al gauw werd de eerste GMC gevolgd door een tweede, waarop Verheul wederom een – zij het nu wat grotere – carrosserie plaatste. Kok was lang niet de enige ondernemer die een buslijn exploiteerde van Boskoop naar Leiden. In een tijd waarin op het gebied van het autobusvervoer nog weinig was gereglementeerd en het iedereen vrij stond om waar hij maar wilde een buslijn te beginnen, kwamen er spoedig twee concurrenten bij.
    [Show full text]
  • Infopaneel TOP Boskoop
    Toeristisch Overstappunt Boskoop 10 03 06 Alphen a/d Rijn 18 Tips O 05 ud 02 e Rij n 1 Sortimentstuin ‘Harry van de Laar’ N11 Op ruim 2 ha staan meer dan 2500 54 verschillende boomkwekerijgewassen, de top van het Nederlandse handels­ 88 sortiment, voorzien van de correcte 36 Zwammerdam botanische naam. De sortimentstuin is Gouwe 93 in 2003 vernoemd naar de bekende 34 N207 sortimentsdeskundige Harry van de Laar (1929­1999). De sortimentstuin ‘Harry van de Laar’ richt zich op innovatie, informatie en educatie. Een dertigtal 27 38 toonaangevende bedrijven participeert in Hazerswoude-Dorp 35 de tuin met een modern en vernieuwend sortiment. De tuin is vrij toegankelijk van 26 zonsopgang tot zons ondergang. Adres: Rijneveld 153a, Boskoop. Welkom in Fietsroutes 30 Internet: www.sortimentstuin.nl Veenweideroute 28 km 28 Boskoop Markering: zeshoekige ANWB­bordjes 2 Boomkwekerijmuseum 25 Het Boomkwekerijmuseum vertelt alles 29 4 over de boomteelt in Boskoop. Het Coperoute (verkort) 32 km U staat hier 94 mu seum is gevestigd in een boom­ De heerlijkheid Buckscope (Boskoop) staat Markering via de zeshoekige ANWB­bordjes kwekerswoning uit 1870 en ingericht in 1 de sfeer van 1900­1910. Van 1 april tot bekend als grootste aaneengesloten boomkwekerij­ en fietsknooppunten: 17 1 oktober zijn er rondvaarten langs de 16 ­ 05 ­ volg de ANWB bordjes tot 09 ­ 04 ­ 19 Boskoopse boomkwekerijen. De rond­ gebied ter wereld. Het gebied kent een prachtige Boskoop N11 10 ­ 03 ­ 88 ­ 94 ­ 19 ­ volg de ANWB bordjes 02 3 vaarten vinden plaats in een open boot 03 4 onder begeleiding van een vakkundig gids. afwisseling tussen waterrijk boomkwekerijgebied, via 21 richting 16 ­ 29 11 Bodegraven Adres: Reijerskoop 54, Boskoop.
    [Show full text]
  • Bijlage 1: Visies, Beleidsnotities En Andere Documenten
    Bijlage 1: Visies, beleidsnotities en andere documenten Visies Visie Opgesteld door of in opdracht In samenwerking met: Opgesteld/Vastgesteld: van: Intergemeentelijke Structuurvisie Greenportgemeenten - Provincie Zuid-Holland - 16 februari 2011 (gemeenteraad Greenport regio Boskoop - Hoogheemraadschap van van Waddinxveen) Rijnland - 24 februari 2011 (gemeenteraad - Stichting Belangenbehartiging van Boskoop) Greenport Boskoop - 3 maart 2011 (gemeenteraad van Rijnwoude) - 16 maart 2011 (gemeenteraad van Bodegraven-Reeuwijk) Landschapsvisie Zuidwijk Gemeente Boskoop - Provincie Zuid-Holland 26 maart 2012 (gemeenteraad van - Hoogheemraadschap van Boskoop) Rijnland - Andere Greenportgemeenten - Stichting Belangenbehartiging Greenport Boskoop Structuurvisie Waddinxveen Gemeente Waddinxveen 3 oktober 2012 (gemeenteraad van 2030: Positief en realistisch naar Waddinxveen) 2030 Watervisie Gouwepolder Boskoop Gemeente Boskoop Stichting Belangenbehartiging 27 juni 2013 (gemeenteraad van Greenport Boskoop Boskoop) Structuurvisie Vitaliteit in het Gemeente Bodegraven-Reeuwijk 9 oktober 2013 (gemeenteraad van Reeuwijkse Land Bodegraven-Reeuwijk) Intergemeentelijke Structuurvisie Gemeente Alphen aan den Rijn 17 juli 2014 (gemeenteraad van Greenport regio Boskoop – 1e Alphen aan den Rijn) aanvulling 1e herziening Structuurvisies Gemeente Bodegraven-Reeuwijk 20 mei 2015 (gemeenteraad van Bodegraven en Reeuwijk inzake Bodegraven-Reeuwijk) paragraaf uitvoering Visiedocument openbare ruimte Gemeente Alphen aan den Rijn 28 mei 2015 (gemeenteraad van De Alphense
    [Show full text]
  • 20090217 Strategische Visie Boskoop-Rijnwoude
    STRATEGISCHE VISIE BOSKOOP-RIJNWOUDE Versie 12 februari 2009 1 1. INLEIDING Toekomstvisie op gemeente Boskoop-Rijnwoude De gemeenteraden van Boskoop en Rijnwoude hebben op 10 juli 2008 de intentie uitgesproken om de mogelijkheden van een vrijwillige herindeling per januari 2011 te onderzoeken. Één van de onderzoeken in de voorbereidingsfase heeft betrekking op de meerwaarde, de zogenaamde toekomstvisie van de nieuwe gemeente. De toekomstvisie ligt voor u en geeft antwoord op twee vragen: 1. Hoe ziet de gemeente Boskoop-Rijnwoude er in 2015 uit en wat moeten we doen om dit te bereiken? 2. Wat is de meerwaarde van een fusie Boskoop-Rijnwoude? Kortom, kunnen we het samen beter dan ieder afzonderlijk? Definitief besluit over fusie moet nog plaatsvinden Om misverstanden te voorkomen: er is nog geen besluit genomen over een fusie van Boskoop- Rijnwoude! De gemeenteraden van Boskoop en Rijnwoude hebben alleen besloten de mogelijkheid te onderzoeken. Dit besluit is genomen nadat ook naar fusiealternatieven is gekeken. Deze bleken op dat moment niet haalbaar of wenselijk. De strategische visie gaat dan ook uit van een toekomstbeeld voor een eventueel te vormen gemeente Boskoop-Rijnwoude. De meerwaarde moet hierin beschreven zijn. Uiteindelijk is het aan beide gemeenteraden om te oordelen of een fusie van Boskoop-Rijnwoude voldoende is. Beide gemeenteraden betrekken in hun afweging alle afgesproken onderzoeken (strategische visie, herindelingscan en due diligence onderzoek). Een ‘open’ proces De strategische visie is tot stand gekomen met inbreng van burgers, ondernemers, maatschappelijke instellingen, raadsleden en medewerkers van beide gemeenten. Hiervoor zijn diverse bijeenkomsten georganiseerd zoals gesprekken met focusgroepen, toekomstdebatten en raadsbijeenkomsten. De uitkomsten van deze bijeenkomsten zijn verwerkt in de toekomstvisie, maar ook in afzonderlijke verslagen vastgelegd.
    [Show full text]
  • Transit Oriented Development: a Study Into the Relation Between Spatial Developments and Public Transport Use Case Study: Stedenbaanplus
    Transit Oriented Development: a study into the relation between spatial developments and public transport use Case study: StedenbaanPlus Final report MSc. Thesis project June 11, 2014 M.C.J. Schouwenaars, BSc Delft University of Technology Section of transport and planning Student Thesis professor Daily supervisor External supervisor 1 External supervisor 2 Thesis coordinator M.C.J. Schouwenaars, Prof. dr. ir. Dr.Ir. R. van Nes Dr. ir. J.H. Baggen Ir. M.W.J. Bus Ir. P.B.L. Wiggenraad BSc B. van Arem (Panteia) Transit Oriented Development: a study into the relation between spatial developments and public transport use Case study: StedenbaanPlus Final report MSc. thesis project M.C.J. Schouwenaars, BSc 1304208 marc.schouwenaars.1988 –at– gmail.com Delft University of Technology Civil Engineering, master track Transport and Planning Committee: Prof. dr. ir. Bart van Arem Chairman Delft University of Technology Faculty of Civil Engineering Section of transport and planning Dr. ir. Rob van Nes Daily supervisor Delft University of Technology Faculty of Civil Engineering Section of transport and planning Dr. ir. John Baggen External member TU Delft Delft University of Technology Faculty of Technology, Policy and Management Section of Engineering Systems and Services Ir. Marcel Bus External member Panteia Panteia Zoetermeer (NEA) Ir. Paul Wiggenraad Graduation coordinator Delft University of Technology Faculty of Civil Engineering Section of transport and planning Delft, 11th of June 2014 Final report MSc. thesis M.C.J. Schouwenaars, BSc PREFACE This thesis is presented in partial fulfillment of the requirements for the degree of MSc. in Civil Engineering, track Transport & Planning, and has been completed at the Delft University of Technology.
    [Show full text]
  • Advies Commissie M.E.R
    Pot- en Containerteelt in de Hazerswoudsche droogmakerij Toetsingsadvies over de derde aanvulling op het milieueffectrapport en de aanvullende notities daarop 22 juni 2010 / rapportnummer 1050-254 1. OORDEEL OVER HET MER Meersma Projecten en de gemeente Rijnwoude hebben het voornemen om een pot- en containerteeltterrein te ontwikkelen van circa 175 hectare ten westen van de kern Boskoop. Het project kent een lange voorgeschiedenis. Ter onder- steuning van de besluitvorming is al in 2000 een milieueffectrapport (MER 2000) opgesteld. Vervolgens is in mei 2005 een aanvulling op het MER ge- maakt (aanvulling 2005). De Commissie voor de m.e.r1, 2 heeft beide rapporten in 2001 en 2005 getoetst en was van mening dat het MER en de aanvulling tezamen de essentiële informatie voor de besluitvorming bevatten. Om de ontwikkeling van het PCT-terrein mogelijk te maken wordt een bestemmings- plan opgesteld. De gemeenteraad van Rijnwoude is bevoegd gezag in deze pro- cedure. De gemeente Rijnwoude heeft in november 2009 opnieuw een aanvulling op het MER laten maken (aanvulling 2009) vanwege de volgende wijzigingen in het plan: • Circa 32 hectare van het plangebied zal worden ontwikkeld tot een 'Agro Business Centre'; • Nieuwe directe ontsluiting op de N455; • Realisatie van meer waterberging. Tijdens de toetsing van de aanvulling 2009 heeft een gesprek plaats gevonden tussen de Commissie, het bevoegd gezag en de initiatiefnemer. Daar heeft de Commissie kenbaar gemaakt dat de aanvulling 2009 naar haar oordeel op een aantal onderdelen een onvolledig beeld geeft. Naar aanleiding daarvan heeft het bevoegd gezag de Commissie verzocht de advisering op te schorten om de initiatiefnemer in de gelegenheid te stellen om een aanvullende notitie op de aanvulling 2009 te maken.3 De Commissie is van mening dat in de aanvulling 2009 in combinatie met de nadere informatie over de verkeersafwikkeling en de watervoorziening de es- sentiële informatie aanwezig is voor de besluitvorming.
    [Show full text]
  • Visie Connexxion Op Het Busnet Bij Realisatie Van De Rijngouwelijn
    Visie Connexxion op het busnet bij realisatie van de RijnGouwelijn 5 1 4 4 5 2 1 3 1 39 15 4 1 15 2 3 4 1 1 4 4 4 1 1 4 3 1 4 2 3 4 Hilversum, januari 2007 - 2 - I N H O U D Pagina 1 Inleiding...............................................................................................5 2 Uitgangspunt en visie op hoofdlijnen....................................................6 3 Fase 0 bouwfase....................................................................................7 4 Fase 1 RijnGouwelijn oost gereed........................................................15 5 Fase 2 RijnGouwelijn west gereed.......................................................22 Kaarten 4.1 Aangepast busnet fase 1 streek .........................................................17 4.2 Aangepast busnet fase 1 Leidse agglomeratie....................................20 5.1 Aangepast busnet fase 2 Leiden – Katwijk – Noordwijk ...................23 - 3 - - 4 - 1 Inleiding In ontwikkeling is de planvoorbereiding voor de RijnGouwelijn, een light-rail verbinding (sneltram) Gouda – Alphen aan den Rijn – Leiden – Katwijk/Noordwijk. De 1e fase van dit project betreft het deel Gouda – Leiden transferium ’t Schouw/A44 (RijnGouwelijn Oost) en de 2e fase betreft het deel Leiden transferium – Katwijk/Noordwijk (RijnGouwelijn West). Connexxion is concessiehouder van de concessie van het stads- en streekvervoer in de Duin- en Bollenstreek, Leidse regio, Rijnstreek en Midden-Holland. Deze concessie heeft een looptijd tot 1 januari 2011, met een mogelijke verlenging tot 1 januari
    [Show full text]
  • Bloedafnamelocaties Zorggebied Groene Hart Ziekenhuis
    Kijk voor de meest recente gegevens altijd op www.ghz.nl/bloedprikken ZORGGEBIED vanaf 11 februari 2021 BLOEDAFNAMELOCATIES GROENE HART ZIEKENHUIS Wij verzoeken u dringend deze locaties niet te bezoeken als u klachten heeft zoals hoesten, benauwdheid en/of koorts. - Draag op al onze bloedafnamelocaties een mondkapje dat de mond en neus goed omsluit en doe het mondkapje pas af na het verlaten van de locatie. Plaats Gebouw Adres Dag Tijd Ammerstol H. Zanengebouw Ds. Hugenholzstraat 2 Vrijdag 08:00 - 08:30 uur Benthuizen Allcura, zorgbureau Kon. Julianastraat 16B Vrijdag 09:00 - 09:30 uur Bergambacht Kruisgebouw Meidoornstraat 3D Ma t/m Vr 08:00 - 09:00 uur Berkenwoude t Pluspunt Pr. Beatrixstraat 1 Maandag 10:15 - 10:30 uur Bleiswijk Zorgcentrum Leeuwerikstraat 2 Dinsdag 09:00 - 10:00 uur Medisch Centrum W. de Zwijgerstraat 9C Ma t/m Vr 08:00 - 10:00 uur Bodegraven M.i.v. 22 februari 2021 kunt u hier op afspraak terecht via bloedprikken.ghz.nl Dienstencentrum Rijngaarde 1 Ma / Wo / Vr 09:00 - 10:00 uur MFC "De Plataan" Snijdelwijklaan 2 Di / Do 09:00 - 10:00 uur Boskoop Christengemeente Bethel Boomgaard 21 Ma t/m Vr 08:00 - 09:00 uur Driebruggen Huisartsenpraktijk Burg. Doormanstraat 25 Di / Do 08:15 - 08:30 uur Ma t/m Vr 07:30 - 17:15 uur Groene Hart Ziekenhuis: Bleulandweg 10 (bloedafname Ma t/m Vr locatie Gouda route 27) 08:00 - 12:00 uur trombosezorg U kunt hier m.i.v. 1 maart 2021 uitsluitend op afspraak terecht via bloedprikken.ghz.nl De Veste R.
    [Show full text]
  • OV-Visie Holland Rijnland Schakels in Het Zuidvleugelnet
    OV-visie Holland Rijnland Schakels in het ZuidvleugelNet Eerste partiële herziening OV-visie Holland Rijnland \ n opdracht van: In opdracht van: Holland Rijnland Datum: 4 juli 2011 Versie: 5.3 Opgesteld door: TransTec adviseurs BV Auteurs: Fred van der Blij, Walter Brands en Dominic de Vreeze Projectnummer: 31002 Adres: Postbus 14788, 1001 LG Amsterdam Telefoon: 020 – 669 3034 Fax: 020 – 669 3586 E-mail: [email protected] Website: www.transtecadviseurs.nl Auteursrecht: © 2011 TransTec adviseurs BV Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatisch gegevensbestand en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van TransTec adviseurs BV. OV-visie Holland Rijnland Schakels in het ZuidvleugelNet Inhoudsopgave Inleiding 5 1. Samenvatting 7 2. Achtergrond 11 2.1. Deelrapport Holland Rijnland Net 11 2.2. Deelrapport Verkenning HOV-lijnen 14 3. Aansluiting bij bestaande projecten 16 3.1. OV ontwikkelingen 16 3.2. Ruimtelijke ontwikkelingen 20 3.3. Milieu 23 4. Kwaliteitssprong openbaar vervoer 25 5. Opbouw van het netwerk 30 5.1. Uitgangspunten 30 5.2. Corridor Leiden – Katwijk – Noordwijk 32 5.3. Corridor Leiden – Alphen aan den Rijn – Gouda 36 5.4. Corridor Leiden – Leiderdorp – Kaag en Braassem – Schiphol 39 5.5. Corridor Leiden – Zoetermeer (– Rodenrijs) 42 5.6. Corridor Leiden – Voorschoten – Den Haag 45 5.7. Corridor Leiden – Wassenaar – Den Haag 48 5.8. Corridor Leiden – Duin- en Bollenstreek – Haarlem 51 5.9. Corridor Duinstreek – Bollenstreek 54 5.10. Corridor Bollenstreek - Schiphol 57 5.11. Corridor Alphen aan den Rijn - Schiphol 59 5.12.
    [Show full text]
  • Estimating Railway Ridership
    28-04-2016 Estimating Railway Ridership DEMAND FOR NEW RAILWAY STATIONS IN THE NETHERLANDS TSJIBBE HARTHOLT S1496352 COMMITTEE: K. GEURS (Chairman) University of Twente L. LA PAIX PUELLO University of Twente T. BRANDS Goudappel Coffeng 0 1 I. SUMMARY Demand estimation for new railway stations is an essential step in determining the feasibility of a new proposed railway stations. Multiple demand estimation models already exist. However these are not always accurate or freely available for use. Therefore a new demand estimation model was developed which is able to provide rail ridership estimations. Main question of this thesis that will be answered is: How can the daily number of passengers of a new train station be forecasted on the basis of departure station choice and network accessibility? Aim is to estimate a demand estimation model which is valid for the whole of the Netherlands and focusses on proposed sprinter train stations. Factors determining total rail ridership Rail ridership can be determined by three main factors: Built environment factors Socio-economic factors Network dependent factors Built environment factors are factors that describe the situation in the direct environment of the station. A subdivision can be made into station environment factors based on the three d’s as described by Cervero and Knockel-man (1997): o Density: Describing the amount of activities in the proximity of the station. This could be the e.g. number of jobs, number of students, shops or total population. o Diversity: describing the diversity of the activities that take place in the proximity of the station. o Design: variables describing the properties of a station (area) as a direct consequence of its design.
    [Show full text]
  • Onderzoek Luchtkwaliteit
    Onderzoek luchtkwaliteit RijnGouwelijn - Oost Bestaand Spoor Opdrachtgever ProRail, Infraprojecten cluster Grote Projecten ir. H. van Veen Movares Nederland B.V. Auteur dr. H. Stuit Kenmerk BO-HS-090020072 - Versie 1.0 Utrecht, 8 april 2010 Vrijgegeven 2010, ProRail. All rights reserved. No part of this edition may be reproduced, stored in an automated database or published in any form or by any mean, electronic or mechanical, including photo-copying and recording, without permission in writing from ProRail. Original maker of this work is Movares Nederland B.V. Samenvatting De plannen voor RijnGouwelijn betreffen de realisatie van een hoogwaardige lightrailverbinding tussen Gouda, Leiden en de kust bij Katwijk en Noordwijk. Het project RijnGouwelijn-Oost (RGLO), dat ProRail voor de provincie Zuid-Holland uitvoert, betreft het deel van Gouda tot een nieuw te bouwen opstelterrein bij Zoeterwoude. Dit rapport beschrijft de effecten ten aanzien van luchtkwaliteit. Deze effecten hangen samen met het goederenvervoer. De goederenwagons worden namelijk getrokken door locomotieven met dieselmotoren. De reizigerstreinen zijn elektrisch en leveren geen significante bijdragen aan de concentraties luchtverontreinigende stoffen. Er zijn twee redenen waarom er effecten op de luchtkwaliteit te verwachten zijn: 1. Daar waar het spoor wordt verdubbelt (Alphen aan den Rijn – Hazerswoude Rijndijk) komen de goederentreinen dichter bij de omliggende woningen te rijden. 2. ProRail houdt in de prognose rekening met een extra goederentrein op werkdagen (heen- en terug) tussen Alphen aan den Rijn en Gouda en de eventuele komst van een goederentrein op werkdagen (heen- en terug) tussen Alphen aan den Rijn en Leiden. Deze effecten zijn in dit onderzoek beschouwd. Daaruit blijkt dat er geen sprake is van een overschrijding van de normen.
    [Show full text]