'Going Native'. Beb Vuyk En Het Verlangen Naar Een

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

'Going Native'. Beb Vuyk En Het Verlangen Naar Een ‘GOING Native’. BEB VUYK EN HET VERLANGEN NAAR EEN INDONESISCHE IDENTITEIT Olf PRAAMSTRA Abstract – Beb Vuyk created an image of herself as someone who at an early stage distanced herself from colonial relationships and turned against her compatriots in favour of the Indonesian population. She did this in particular in interviews. Therefore she took a unique position in her own words in the literature of the Dutch East Indies. This image was repeated and confirmed by the biography Bert Scova Righini published about her in 2005. A postcolonial analysis of her work, however, reveals that Vuyk adopts a remarkably chameleonic attitude towards the colonial Dutch East Indies and post-colonial Indonesia. This is particularly evident in what she writes about her life on Buru, an island she visited four times in greatly varying conditions. The explanation for this must be sought in her mixed Dutch-Indonesian descent, with which she could never reconcile. Eventually, nowhere did she feel at home, neither in the Netherlands, nor in the Dutch East Indies, nor in Indonesia. Beb Vuyk is hard op weg om een vergeten auteur te worden.1 In de Indische letteren neemt ze nog steeds een vooraanstaande plaats in, maar in de Nederlandse literatuurgeschiedenis is ze verwezen naar het tweede of misschien wel derde plan (Bel 2015, 833-835 en 857 en Brems 2006, 84, 88, 175, 178-179). Weliswaar is sinds 2013 haar Verzameld Werk als e-book verkrijgbaar, maar voor het overige worden haar romans en ver- halen al jaren niet meer herdrukt. Ook de omvangrijke biografie die Bert Scova Righini in 2005 over haar publiceerde, bracht daar geen verande- ring in. In dit artikel wil ik het beeld van Vuyk dat in hoge mate door haar zelf gecreëerd is, en dat in deze biografie wordt bevestigd, tegen het licht hou- den. Hoewel Scova Righini (2005, XI-XII en 107-109) zich ervan bewust is dat de herinneringen van Vuyk niet altijd even betrouwbaar zijn en self- fashioning haar niet vreemd is, neemt hij het zelfbeeld dat zij op latere * De auteur is verbonden aan de Universiteit Leiden (adres: P.N. van Eyckhof 3, 2311 BV Leiden; e-mail: [email protected]). 1 Fragmenten uit de Inleiding en paragraaf 1 zijn eerder in een andere context verschenen in Praamstra 2015a (ook verschenen in Praamstra 2015b). Wat de spelling van Indonesische namen en woorden betreft, houd ik de vooroorlogse spelling aan die Beb Vuyk, op een enkele uitzondering na, altijd trouw is gebleven. Spiegel der Letteren 58 (1), 43-81. doi: 10.2143/SDL.58.1.3157069 © 2016 by Spiegel der Letteren. All rights reserved. 001_98943_SDL_2016-1.indb 43 20/06/16 09:33 44 O. PRAAMSTRA Afbeelding 1 Beb Vuyk in 1930 te Arnhem voor haar vertrek naar Nederlands-Indië. Collectie Letterkundig Museum, V 00983 II 009. leeftijd vooral in interviews van zich geeft, toch grotendeels over.2 Het is het beeld van een vrouw die al vroeg afstand nam van de koloniale verhoudin- gen en zich keerde tegen haar eigen landgenoten ten gunste van de Indone- sische bevolking. Daardoor was zij anders dan alle andere Europeanen in Nederlands-Indië; en daardoor nam zij volgens haarzelf in de Indische let- teren een unieke positie in. De reden voor dat anders zijn was het gevolg van haar verblijf op Boeroe, een eiland in de Molukken dat steeds weer opduikt in haar leven en werk. Op Boeroe had zij zich bevrijd van het koloniale discours waarin haar tijdgenoten gevangen zaten. Is het waar? vraagt Scova Righini zich af. Het is jammer, verzucht hij, ‘dat er geen getuigenissen van derden zijn over Bebs eigen gedrag in de 2 Ook, zo blijkt uit de bibliografie in de biografie, heeft Scova Rhigini niet alles gelezen wat Vuyk over Boeroe schrijft. 001_98943_SDL_2016-1.indb 44 20/06/16 09:33 ‘going native’ 45 kolonie. We moeten het doen met haar eigen retrospectieve opmerkingen’ (Scova Righini 2005, 92). Gelukkig hoeven we ons daar niet bij neer te leggen. Een postkoloniale analyse van haar werk, die gebaseerd is op het werk van theoretici als Elleke Boehmer (2005) en Mary Louise Pratt (2008), kan hier uitsluitsel geven. Uit die analyse blijkt dat Beb Vuyk een opmer- kelijk kameleontische houding aanneemt ten aanzien van het koloniale Nederlands-Indië en het postkoloniale Indonesië. Die houding kwam voort uit haar verlangen om de Nederlandse identiteit van zich af te schudden en een te worden met de inheemse, Indonesische bevolking. Daarmee schond zij een taboe, en niet het minste. Tot het grootste taboe in de koloniale samenleving behoorde het ‘going native’, op welk terrein dan ook: seksueel, sociaal of cultureel (D’haen e.a. 2001, 233-234). Toch is het juist dat wat Beb Vuyk wilde. Het heeft alles te maken met haar afkomst: Vuyk is een Indo-Europese. Haar vader was het kind van een Nederlandse man en een Madoerese vrouw, haar moeder een Nederlandse. Daardoor had Vuyk wortels in zowel de Europese als de Indonesische samenleving. Die gemengd Nederlands-Indonesische afkomst is bepalend voor alles wat zij schreef. Door die afkomst had zij deel aan twee culturen, waarin ze zich nooit volledig geaccepteerd voelde. Dat had zij gemeen met veel andere Indo-Europeanen, maar wat haar anders maakte, was dat zij bewust koos voor haar Indonesische kant. In Nederlands-Indië wilde zij opgaan in de inheemse wereld, en na de onafhankelijkheid in 1949 koos zij voor de Indo- nesische nationaliteit3. Hoewel zij haar uiterste best deed om zich zoveel mogelijk aan te passen aan haar nieuwe vaderland, zou het uiteindelijk op een mislukking uitlopen. De idealen waarmee ze de onafhankelijkheid begroette, liepen stuk op de werkelijkheid van het nieuwe Indonesië. Tot haar teleurstelling merkte zij dat ‘going native’ ook in de postkoloniale samenleving onoverkomelijke bezwaren met zich meebracht. Haar leven lang hield zij vast aan haar Indonesische paspoort, maar Nederland werd haar thuis. Haar streven om in Indië een te worden met de inheemse bevol- king, haar overtuiging dat Indo-Europeanen moesten kiezen tussen Neder- land en Indonesië – en dat Indonesië de juiste keuze was – en de bittere teleurstelling die het gevolg was van de afwijzing door haar nieuwe vader- land, vinden hun neerslag in haar werk. Toen Beb Vuyk in 1931 in Indië aankwam, was zij vijfentwintig. Ze wist eigenlijk niets van Indië, ze kende het land niet, ze sprak de taal niet; bijna 3 Dit in tegenstelling tot het overgrote deel van de Indo-Europeanen, die vasthielden aan de Nederlandse nationaliteit. Zie Scova Righini 2005, 288-291; vgl. ook Bosma e.a. 2008, 188-190. 001_98943_SDL_2016-1.indb 45 20/06/16 09:33 46 O. PRAAMSTRA Afbeelding 2 Beb Vuyk met Ferdinand in Soekaboemi op nieuwjaarsdag 1932. Collectie Letterkundig Museum, V 00983 III 020). haar hele leven had ze in Delfshaven gewoond en was opgegroeid in een burgerlijk Nederlands huishouden (Scova Righini 2005, 12-13). Haar enige band met Indië was haar huidskleur – de erfenis van haar grootmoeder – waarom ze als kind op straat af en toe werd uitgescholden. ‘“Vuile neger, zwarte moriaan,” riepen de straatjongens in Rotterdam mij na, “blauwe, liplap, Chinees!” Dan vocht ik, ik ging altijd naar school met een liniaal los in de hand’ (Vuyk 1981, 432). Haar huidskleur maakte dat ze anders was. Hoewel ze totaal westers was opgevoed, wist ze – tenminste zo voelde ze het – dat ze door het Westen nooit als gelijke zou worden gezien (Scova Righini 2005, 25-31). 001_98943_SDL_2016-1.indb 46 20/06/16 09:33 ‘going native’ 47 In 1924, toen ze achttien, negentien jaar oud was, verhuisde ze naar Heemstede waar ze aan de middelbare huishoudschool werd opgeleid tot lerares koken en voedingsleer. In die tijd publiceerde ze haar eerste verhalen in het familieblad Eigen Haard. Het is jeugdwerk waarin Indië alleen op de achtergrond voorkomt, centraal staat een eenzaam onbegrepen kind dat hunkert naar avontuur (Scova Righini 2005, 19-21). Ze zijn nooit herdrukt. Haar literaire debuut maakte ze in 1930 in De Vrije Bladen met ‘De vriend’. Hierna volgden nog twee verhalen: ‘De verliezer’ en een fragment uit de novelle ‘Vele namen’, die later in zijn geheel afzonderlijk is verschenen. Alle drie zijn ze opgenomen in haar Verzameld Werk.4 Opvallend in deze vroege verhalen zijn de autobiografische elementen, die er verantwoordelijk voor zijn dat Indo-Europese personages vaak de hoofdrol spelen. Dat geldt in het bijzonder voor ‘Vele namen’ dat het verdriet van de in Nederland buiten- gesloten Indo-Europeaan thematiseert (Scova Righini 2005, 25-31). In de loop der jaren zijn haar afkomst en haar vaders land van herkomst steeds belangrijker geworden. Ze wil Indië met eigen ogen zien en solliciteert naar de functie van lerares aan de Soekaboemische Opvoedingsgestichten (SOG), een opvanghuis voor verwaarloosde Indo-Europese kinderen, waar de meisjes worden opgeleid voor het huishouden en de jongens voor een ambacht. Ze wordt aan- genomen, en op 30 oktober 1930 vertrekt ze, in de woorden van haar vader, naar ‘het land van haar dromen’ (Scova Righini 2005, 22-25 en 43-45). Nederlands-Indië (1931-1945) Discriminatie Beb Vuyk reist het eerste stuk over land. Ze neemt de trein naar Genua om daar over te stappen op een van de schepen van de Stoomvaartmaatschappij Nederland – zo duurt de reis tien dagen korter. In de trein raakt ze in gesprek met Fernand de Willigen die passage heeft geboekt op dezelfde boot. Aan boord trekken zij veel met elkaar op en vertelt Fernand haar over zijn leven als planter op Java en zijn avontuurlijke jeugd op Boeroe, een afgelegen eiland in de Molukken. Met zijn verhalen maakt hij een overweldigende indruk op Beb Vuyk en als Fernand haar de avond voor de aankomst in Indië ten huwe- lijk vraagt, zegt zij ja (Scova Righini 2005, 39-42 en Bibeb 1990, 12).
Recommended publications
  • Aanspraak September 2014 English
    SelectedAanspraak articles in English translation Afdeling Verzetsdeelnemers en Oorlogsgetroffenen September 2014 They can’t touch my innermost being Toos Blokland kept a diary in the camps at Darmo-wijk and Halmaheira Contents The page numbers refer to the original Dutch edition Page 3 Speaking for your benefit Page 4-7 The 15 August Commemoration speech by Gerdi Verbeet in The Hague Page 8-12 They can’t touch my innermost being Toos Blokland kept a diary in the camps at Darmo-wijk and Halmaheira Page 16-19 Coming to terms - silently As a teenager, Jacquelien de Savornin Lohman survived the camps at Kramat and Tjideng Page 22 Questions and Answers No rights may be derived from this text. Translation: SVB, Amstelveen. Aanspraak - September 2014 - 2 Speaking for your benefit Many of us find it difficult to say goodbye. If we say It is therefore no easy matter for me to lay down goodbye to loved ones knowing that we will never my task as Chair of the Pension and Benefit Board. see them again, that is only to be expected. But let You will have the opportunity to meet my successor, me speak from my own experience. As a three-year Dineke Mulock Houwer, in a future edition of old in early 1943, I was handed over by my mother to Aanspraak. During the coming months, I will assist a member of the resistance. He placed me in a foster Dineke in preparing for her presidency. She is an family until my mother came to fetch me in 1945. experienced administrator with a real affinity with At the time, I didn’t understand why I kept having to victims of war.
    [Show full text]
  • 'De Rekkelijkheid Van De Herinnering'
    ‘De rekkelijkheid van de herinnering’ De classificatie van de tweede generatie Indische auteurs Christiaan Boesenach MA Universiteit van Amsterdam Masterscriptie Redacteur/editor Amsterdam, 28 augustus 2016 Begeleider: Dr. N.T.J. Laan Inhoudsopgave ‘De rekkelijkheid van de herinnering’ 5 Probleemstelling, opbouw en methode 8 1. Canonisering en classificatie 10 1.1 Biografische gegevens 11 1.2 Classificatie en canonisering van Indische literatuur 12 Kritiek op de ‘status aparte’ 13 1.3 Classificatie en canonisering in internationaal perspectief 15 Postkolonialisme als merk 17 1.4 De effecten van literaire classificaties 18 2. Symbolische productie en beeldvorming 19 2.1 De auteur 20 2.2 De kritiek 21 2.3 De uitgeverij 22 Hella Haasse en postkolonialisme als merk 23 2.4 Symbolische productie door auteur, kritiek en uitgeverij 24 3. Posture en paratekst 25 3.1 De auteurspresentatie van de tweede generatie Indische auteurs 25 Marion Bloem 25 Alfred Birney 26 Adriaan van Dis 27 3.2 Paratekst, materiële productie en beeldvorming 30 Marion Bloem 31 Alfred Birney 31 Adriaan van Dis 32 3.3 Indische posture en paratekst 34 4. Mentions-analyse 35 4.1 De tweede generatie Indische auteurs 36 4.2 Birney, Bloem en Van Dis 39 4.3 Een Indische of een Nederlandse literatuur? 44 5. Conclusie 46 Discussie 47 Reflectie 47 6. Bibliografie 49 ‘De rekkelijkheid van de herinnering’ De classificatie van de tweede generatie Indische auteurs Misschien is dat voor mij de kern van het Indische: verhalen vertellen. De rekkelijkheid van de herinnering. Herinneringen aan een verleden waar ik geen toegang tot had. Een Indië dat ik zelf heb verzonnen.1 Het bovenstaande vertelt Adriaan van Dis in een persoonlijk verhaal dat hij schreef voor het boek Indisch leven in Nederland (2006).
    [Show full text]
  • Indische Letteren. Jaargang 13
    Indische Letteren. Jaargang 13 bron Indische Letteren. Jaargang 13. Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde, Alphen aan den Rijn 1998 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_ind004199801_01/colofon.php © 2012 dbnl i.s.m. 1 [Nummer 1] Redactioneel Hella S. Haasse is op 2 februari tachtig jaar geworden. Die gebeurtenis is niet onopgemerkt voorbijgegaan. Indische Letteren wil zich graag aansluiten bij de hommages die haar ten deel zijn gevallen. Daarom opent dit voorjaarsnummer met een beschouwing over Indië in haar werk. Pieter Korver, die in ons blad al eerder zijn licht over het werk van Friedericy liet schijnen, zet zijn reeks over deze auteur en Zuid-Celebes voort met een beschouwing onder de titel ‘De wereld van Djongaja, Friedericy's grote inspiratiebron’. Honderd jaar geleden verscheen Indrukken van een ‘Tòtòk’ van de Amsterdamse volksschrijver Justus van Maurik. Dit nummer bevat de tekst van de lezing over dit boek die Joop van den Berg op 23 januari van dit jaar voor onze Werkgroep heeft gehouden. Deze aflevering bevat bovendien de beloofde Lijst van Indische Letteren 1994. Tevens wordt onze oude rubriek De Indische Navorscher nieuw leven ingeblazen. Graag vestigen wij uw aandacht op enige evenementen die dit jaar zullen plaatsvinden. Op vrijdagmiddag 3 juli is er een feestelijke presentatie van de heruitgave van Rob Nieuwenhuys' vermaarde fotoboeken Baren en oudgasten, Komen en blijven en Met vreemde ogen, georganiseerd in samenwerking met uitgeverij Querido (zie de uitnodiging achterin dit nummer). In september hopen wij een symposium te organiseren over het veelbewogen jaar 1898. In diezelfde maand wordt het honderdste sterfjaar van P.A.
    [Show full text]
  • Cultivated Tastes Colonial Art, Nature and Landscape in The
    F Cultivated Tastes G Colonial Art, Nature and Landscape in the Netherlands Indies A Doctoral Dissertation by Susie Protschky PhD Candidate School of History University of New South Wales Sydney, Australia Contents Acknowledgments …………………………………………………………….. iii List of Abbreviations ………………………………………………………….. v List of Plates …………………………………………………………………… vi F G Introduction ……………………………………………………………………. 1 Part I — Two Journeys Chapter 1: Landscape in Indonesian Art ……………………………………….. 36 Chapter 2: Dutch Views of Indies Landscapes …………………………………. 77 Part II — Ideals Chapter 3: Order ………………………………………………………………. 119 Chapter 4: Peace ………………………………………………………………. 162 Chapter 5: Sacred Landscapes ………………………………………………… 201 Part III — Anxieties Chapter 6: Seductions …………………………………………………………. 228 Chapter 7: Identity – Being Dutch in the Tropics …………………………….. 252 Conclusion …………………………………………………………………….. 293 F G Glossary ……………………………………………………………………….. 319 Bibliography …………………………………………………………………... 322 ii Acknowledgments First, I would like to express my gratitude to the Faculty of Arts and Social Sciences at the University of New South Wales for granting me an Australian Postgraduate Award between 2001 and 2005. The same Faculty funded two research trips abroad, one to the Netherlands in 2004 and another to Indonesia in 2005. Without these sources of funding this thesis would not have possible. In the Netherlands, I must thank Pim Westerkamp at the Museum Nusantara, Delft, for taking me on a tour through the collection and making archival materials available to me. Thanks also to Marie-Odette Scalliet at the University of Leiden, for directing me toward more of her research and for showing me some of the university library’s Southeast Asia collection. I also appreciate the generosity of Peter Boomgaard, of the KITLV in Leiden, for discussing aspects of my research with me. Thanks to the staff at the KIT Fotobureau in Amsterdam, who responded admirably to my vague request for ‘landscape’ photographs from the Netherlands Indies.
    [Show full text]
  • Ik Maak Kenbaar Wat Bestond. Leven En Werk Van Hella S. Haasse
    Ik maak kenbaar wat bestond. Leven en werk van Hella S. Haasse samenstelling Mariëtte Haarsma, Greetje Heemskerk en Murk Salverda bron Mariëtte Haarsma, Greetje Heemskerk en Murk Salverda, Ik maak kenbaar wat bestond. Leven en werk van Hella S. Haasse (Schrijversprentenboek 35). Em. Querido's Uitgeverij, Amsterdam / Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum, Den Haag 1993 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/salv007ikma01_01/colofon.php © 2007 dbnl / Mariëtte Haarsma, Greetje Heemskerk en Murk Salverda i.s.m. 6 1918-1938 Verlovingsfoto van Willem Hendrik Haasse en Katharina Diehm Winzenhöhler, ± 1915. Hella S. Haasse beschrijft in Persoonsbewijs (p.13) hoe haar moeder in 1914, na haar opleiding aan het Amsterdamse conservatorium, ‘half’ verloofd naar Indië vertrok om daar pianolessen te gaan geven: ‘Zij vertrok, eenentwintig jaar oud, zonder een cent op zak, zonder tropenuitzet, met de passage enkele reis als afscheidsgeschenk van een oude dame die zij wel eens had voorgelezen. De verloving liep op niets uit, met de muziek had zij meer succes. Een concert in Batavia, waar zij als soliste met het orkest van de Stafmuziek Griegs pianoconcert speelde, werd toevallig bijgewoond door mijn vader (toen commies-redacteur bij Gouvernementsbedrijven), die onmiddellijk en voorgoed zijn hart verloor.’ Foto N.V. Charls & Van Es & Co, Ned.-Indië. Collectie Hella S. Haasse Ik maak kenbaar wat bestond. Leven en werk van Hella S. Haasse 7 Op 2 februari 1918 wordt in de buitenwijk Weltevreden van Batavia het eerste kind van Willem Haasse en Katharina Diehm Winzenhöhler geboren. Zij noemen haar Hella, voluit Hélène Serafia. Hier ligt zij - pas een paar dagen oud - in de armen van de trotse baker.
    [Show full text]
  • Uva-DARE (Digital Academic Repository)
    UvA-DARE (Digital Academic Repository) Een leven in twee vaderlanden. Een biografie van Bep Vuijk Scova Righini, A.A. Publication date 2004 Link to publication Citation for published version (APA): Scova Righini, A. A. (2004). Een leven in twee vaderlanden. Een biografie van Bep Vuijk. in eigen beheer. General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl) Download date:25 Sep 2021 327 7 BIBLIOGRAFIEBIBLIOGRAFIE BEB VUIJK INHOUD D VerantwoordingVerantwoording 328 BoekenBoeken van Beb Vuijk 328 ArtikelenArtikelen en verhalen van Beb Vuijk 331 VerhalenVerhalen en artikelen van Beb Vuijk in verzamelbundels, bloemlezingen e.d. 351 VertalingenVertalingen van romans en verhalen van Beb Vuijk 353 VertalingenVertalingen
    [Show full text]
  • PDF Van Tekst
    Indische Letteren. Jaargang 18 bron Indische Letteren. Jaargang 18. Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde, Alphen aan den Rijn 2003 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_ind004200301_01/colofon.php © 2013 dbnl i.s.m. 1 [Nummer 1] Redactioneel In deze aflevering vraagt Esther ten Dolle aandacht voor een verschijnsel dat een belangrijk ingrediënt vormt van de bellettrie over Indië, maar dat tot dusver in ons periodiek nog geen bijzondere nadruk heeft gekregen. Dat gebeurt nu dus wel, in haar artikel ‘Tropenkolder in de Indische letteren’. Aan Tjalie Robinson is binnen onze kring uiteraard veel meer aandacht besteed. Toch weet Alexander Nieuwenhuis de relatie tussen Vincent Mahieu en Tjalie Robinson nog wat scherper onder woorden te brengen in zijn bijdrage: ‘De Januskop van Jan Boon’. Binnen onze toenemende belangstelling voor Indische gedichten past ook het overzicht dat René B. Karels geeft van de Indische poëzie van Leo Vroman en diens echtgenote Georgine Sanders (bij Vroman-lezers ook bekend als ‘Tineke’). De eerstvolgende lezingenmiddag vindt plaats op vrijdag 30 mei 2003. Gerard Termorshuizen zal dan zijn licht laten schijnen over de Indische journalist l'Ange Huet. ‘Visies op de Indische “oermoeder”; het beeld van de njai in de Indisch-Nederlandse literatuur’ is de veelbelovende titel van een lezing door Reggie Baay. Het tweede deel van de middag bestaat uit een gesprek met Adriaan van Dis. Peter van Zonneveld zal de auteur vooral aan de tand voelen over diens roman Familieziek. Nadere informatie over deze bijeenkomst vindt u achter in deze aflevering. Ten slotte willen we u alvast mededelen dat ons symposium ditmaal gewijd zal zijn aan een onderwerp dat al jaren op de agenda stond, maar dat nu in het najaar dan echt aan bod zal komen: Het KNIL in de Indische letteren.
    [Show full text]
  • Download PDF Van Tekst
    Indische Letteren. Jaargang 33 bron Indische Letteren. Jaargang 33. Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde, Alphen aan den Rijn 2018 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_ind004201801_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. i.s.m. 7 [Multatuli nu: Nieuwe perspectieven op Eduard Douwes Dekker en zijn werk] Multatuli nu Inleiding Jacqueline Bel & Rick Honings Op vrijdag 27 januari 2017 vond in het Klein Auditorium van het Academiegebouw van de Universiteit Leiden het symposium ‘130 jaar later. Nieuwe perspectieven op Multatuli’ plaats. Tijdens deze drukbezochte dag presenteerden negen neerlandici uit binnen- en buitenland ieder een nieuw perspectief op de auteur die met recht de beroemdste van Nederland genoemd kan worden. De teksten van hun lezingen, aangevuld met enkele extra bijdragen, treft u aan in deze bundel, die ook het eerste nummer van de 33ste jaargang (2018) van het tijdschrift Indische Letteren vormt. Multatuli is de godfather van de Indisch-Nederlandse literatuur. Waarom vond het Multatuli-symposium plaats in Leiden? Allereerst vanwege de link met de Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde, die het financieel mede mogelijk maakte. Deze werkgroep is gelieerd aan de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden. In 2002 kwam Multatuli als winnaar uit de bus bij een onder de leden van de Maatschappij georganiseerde enquête over de vraag wie de belangrijkste klassieke auteur uit de Nederlandse literatuur is. Er werd 212 keer op Multatuli gestemd. De nummer twee en drie, Joost van den Vondel en W.F. Hermans, volgden slechts op ruime afstand (respectievelijk met 165 en 163 stemmen).
    [Show full text]
  • University of Southampton Research Repository
    University of Southampton Research Repository Copyright © and Moral Rights for this thesis and, where applicable, any accompanying data are retained by the author and/or other copyright owners. A copy can be downloaded for personal non-commercial research or study, without prior permission or charge. This thesis and the accompanying data cannot be reproduced or quoted extensively from without first obtaining permission in writing from the copyright holder/s. The content of the thesis and accompanying research data (where applicable) must not be changed in any way or sold commercially in any format or medium without the formal permission of the copyright holder/s. When referring to this thesis and any accompanying data, full bibliographic details must be given, e.g. Thesis: Author (Year of Submission) "Full thesis title", University of Southampton, name of the University Faculty or School or Department, PhD Thesis, pagination. UNIVERSITY OF SOUTHAMPTON FACULTY OF HUMANITIES Film Imag(in)ed Diversity in a Small Nation: Constructing Ethnic Minorities in Dutch Cinema by Arne Saeys Thesis for the degree of Doctor of Philosophy April 2018 ii UNIVERSITY OF SOUTHAMPTON FACULTY OF HUMANITIES Film Thesis for the degree of Doctor of Philosophy ABSTRACT Imag(in)ed Diversity in a Small Nation: Constructing Ethnic Minorities in Dutch Cinema Arne Saeys This thesis investigates how non-Western ethnic minorities have been represented in Dutch cinema mainly during the last two decades. While it has been argued that national cinema contributes to the imagination of a cohesive national identity, migration and the resulting ethnic diversity in contemporary societies urges us to rethink the role of cinema in the construction of national identities.
    [Show full text]
  • Dutch Colonial Literature from the East Indies, 1600 -1950
    E. M. Beekman. Troubled Pleasures: Dutch Colonial Literature from the East Indies, 1600 -1950. Oxford: Clarendon Press, 1996.654 pp. Liesbeth Dolk In the Netherlands, Dutch colonial literature as a field of research has attracted a great deal of attention over the last fifteen years. The starting point for this attention has undoubtedly been Rob Nieuwenhuys's literary history published in 1972 (3rd revised edition 1978, 669 pp). His Oost-Indische Spiegel. Wat Nederlandse schrijvers en dichters over Indonesia hebben geschreven, vanafde eerste jaren der Compagnie tot op heden (Mirror of the Indies. What Dutch writers and poets have written on Indonesia, from the beginning of the East Indies Company until the present) was an eye-opener and became a standard work on "Indies" literature. In his Spiegel Nieuwenhuys proves to be one of the first literary historians to apply his own, broader interpretation to the concept of "literature" by not restricting himself to the traditional literary genres, such as the novel, drama, and poetry, but also including non-fictional, "non-serious" but well-written (according to Nieuwenhuys's own aesthetic standards) personal documents like travel accounts, letters, diaries, and even scientific work. Placed within a social and historical framework, these texts proved to contain important information as a "mirror" of the Dutch colonial society and mentality at the time. Both elaborating on and reacting against Nieuwenhuys's work, in the eighties and nineties the stream of articles on Dutch-Indies literature in Holland has been growing steadily (bringing to the surface more unknown works and authors), and troublesome theoretical discussions on the correct systematic approach to texts in a history on (colonial) literature have been held.
    [Show full text]
  • Schrijversprentenboek 30: in Indië Geweest Gratis Epub, Ebook
    SCHRIJVERSPRENTENBOEK 30: IN INDIË GEWEEST GRATIS Auteur: Joop van den Berg Aantal pagina's: 130 pagina's Verschijningsdatum: none Uitgever: Singel Uitgevers||9789021480312 EAN: nl Taal: Link: Download hier A. Alberts & H.J. Friedericy, schrijvers Our information specialists are happy to help you find what you are looking for! Advanced search Search in the women's thesaurus. Beb Vuyk. Add to selection. Literature about. Publications of. Amsterdam, Den Haag. Utrecht, Hilversum, Het Damescompartiment online - biografie Haar Geschiedenis - biografie. Share this biography. Not what you were looking for? Onderwerp :. Tekst :. Hartelijke groet,. Inloggen koper. Log in als koper om boeken te kopen en toegang te krijgen tot uw geschiedenis Houd mij ingelogd! Wachtwoord vergeten. Log in als Verkoper om toegang te krijgen tot Mijn Boekwinkeltje. Houd mij ingelogd! Venster sluiten. In naam der liefde Schrijver: D. Van Der Hoop Filmprodukties. Een film van Barbara den Uyl, conditie: goed. In naam der wetenschap? Schrijver: Martijn Eickhoff. Debye en zijn carrière in nazi-Duitsland, conditie: goed. Lavaleije, M. In naam van God Schrijver: Karen Armstrong. Bezige Bij b. Gennep, Uitgeverij Van. In perfecte conditie Schrijver: Ellen Hoog. Farrar Straus Giroux. The History Press Ltd. The Life of Thomas Jefferson, conditie: redelijk. William Christenberry, Lynn Davis, In royal array Queen Wilhelmina Schrijver: auteur onbekend. Uitgeverij W Books B. Icon Books Ltd. Stedelijk Museum. In strijd met Spinoza Schrijver: J. Koninklijk Verbond van Grafische Ondernemingen. Kerstnummer Grafisch Nederland , conditie: goed. In Stukken Schrijver: Ed Koning. Ed Koning. Overpeinzingen van een bijzonder incompleet locked-in syndroom, conditie: goed. MIT Press Ltd. Designing in a Complex World, conditie: goed.
    [Show full text]
  • Secundaire Bibliografie Van E. Du Perron, Samengesteld Door Kees Snoek
    Secundaire bibliografie van E. du Perron, samengesteld door Kees Snoek RECENSIES, ARTIKELEN, BOEKEN OVER E. DU PERRON 1923 H.M. [= Henri Michaux], Bespreking van: Bodor Guila, Manuscrit trouvé dans une poche. In: Le disque vert, jrg. 2, nr. 3, december 1923, p. 31. 1924 E.d.B. [= E. de Bom], ‘Komkommeriana’. [Over o.a. Het roerend bezit]. In: Volksgazet, zaterdag 16 augustus 1924. M. Premsela, Bespreking van: Duco Perkens, Het roerend bezit. In: Den Gulden Winckel, nr. 12, december 1924, p. 188. 1925 [Lode Monteyne], Bespreking van: Duco Perkens, Het roerend bezit. In: De Vlaamsche Gids, jrg. 13 (1924-1925). Nieuwe reeks, nr. 4, januari 1925, p. 185. V.O. [= Paul van Ostaijen], Bespreking van: Duco Perkens, Kwartier per dag. In: Vlaamsche Arbeid, jrg. 15, nr. 2, februari 1925, p. 76. [Paul van Ostaijen], Bespreking van: Duco Perkens, Het roerend bezit en Kwartier per dag. In: Het Overzicht, nrs. 22-23-24, februarie 1925, p. 171-172. [Israël Querido], Bespreking van: Duco Perkens, Kwartier per dag. In: Algemeen Handelsblad, 6 februari 1925. Urbain van de Voorde, Bespreking van: Duco Perkens, Het roerend bezit. In: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 7 maart 1925. Maurice Casteels, Bespreking van: Duco Perkens, Kwartier per dag. In: 7 Arts, jrg. 3, nr. 22, 2 april 1925. G.H.P.Jr. [= G.H. Pannekoek Jr.], Bespreking van: Duco Perkens, Kwartier per dag. In: Het Vaderland, 5 juni 1925. F.Ch. [= C. van Wessem], Bespreking van: Duco Perkens, Filter. In: De driehoek, nr. 5, augustus 1925. Marc-Eemans, Bespreking van: Duco Perkens, Claudia en Eén tusschen vijf. In: Sept-Arts, jrg.
    [Show full text]