In Het Voetspoor Van Stevin. Geschiedenis Van De Natuurwetenschap in Nederland 1580-1940

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

In Het Voetspoor Van Stevin. Geschiedenis Van De Natuurwetenschap in Nederland 1580-1940 In het voetspoor van Stevin. Geschiedenis van de natuurwetenschap in Nederland 1580-1940 K. van Berkel bron K. van Berkel, In het voetspoor van Stevin. Geschiedenis van de natuurwetenschap in Nederland 1580-1940. Boom, Meppel / Amsterdam 1985 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/berk003voet01_01/colofon.htm © 2007 dbnl / K. van Berkel 7 Voorwoord Wetenschap en zeker natuurwetenschap is een internationale aangelegenheid, wetenschappelijke ideeën storen zich niet aan nationale grenzen en politieke scheidslijnen. Een bepaalde theorie mag hier eens eerder zijn aangenomen dan daar, maar nergens in de geschiedenis van de natuurwetenschap vindt men voorbeelden van op zichzelf correcte denkbeelden die blijvend binnen zekere geografische grenzen zijn gebleven. Natuurwetten zijn overal hetzelfde. Wat kan dan de reden zijn van het schrijven van de geschiedenis van de natuurwetenschap in Nederland? Als bovenstaande overwegingen juist zijn, bestaat er immers geen eigen Nederlandse natuurwetenschap. Nu laten historici - en dat is een begin van antwoord - zich in het algemeen niet afschrikken door dergelijke zuiver theoretische bezwaren. Hun werkwijze wordt gekenmerkt door een zekere mate van pragmatisme, dat vaak pas achteraf zijn theoretische rechtvaardiging vindt. Kijkend naar andere subdisciplines van de cultuurgeschiedenis vraagt de historicus zich af: waarom wordt bij de wetenschapsgeschiedenis voor onmogelijk gehouden wat bij de kunstgeschiedenis kennelijk wel mogelijk is? Is de wetenschapsgeschiedenis zo anders dat de beschrijving van de ontwikkeling van de natuurwetenschap in één land onmogelijk is? Heeft het oude positivistische denkbeeld dat de wetenschap zich door haar cumulatieve karakter wezenlijk onderscheidt van de andere uitingen van de menselijke cultuur de laatste jaren niet veel van zijn overtuigingskracht verloren? Daar komt bij dat de geschiedenis wel degelijk voorbeelden te zien geeft van wat wel heet ‘nationale stijlen’ op natuurwetenschappelijk gebied. In het begin van deze eeuw constateerde de Franse fysicus-filosoof Duhem bij voorbeeld een opvallend en duurzaam verschil tussen de Franse, abstract-mathematische stijl en de Engelse, meer aanschouwelijke behandeling van natuurverschijnselen. Natuurlijk kan men de vraag stellen of Duhem onder invloed van het in zijn tijd sterk levende nationalisme het contrast niet al te zeer heeft aangescherpt en evenzo kan men zich afvragen of de ontwikkeling van de moderne natuurwetenschap deze verschillen K. van Berkel, In het voetspoor van Stevin. Geschiedenis van de natuurwetenschap in Nederland 1580-1940 8 niet heeft uitgewist, maar de gedachte dat er duurzame nationale stijlen zijn geweest kan niet op voorhand als onzinnig worden beschouwd. Of er een uitgesproken Nederlandse stijl van wetenschap is geweest is nog nauwelijks onderzocht. Het werk van bekende onderzoekers als Huygens en Lorentz vertoont wel trekjes die al aanwijsbaar zijn in het werk van Stevin - vandaar ook de titel van dit boek - maar of dit voldoende is om van een Nederlandse stijl te spreken is nog geen uitgemaakte zaak. Een oudere generatie wetenschapshistorici zou geneigd zijn nationale tradities toe te schrijven aan verschillende ‘volkskarakters’. Een jongere generatie denkt er echter anders over. Zij ziet de wetenschap niet alleen meer als een intellectueel, maar ook als een maatschappelijk verschijnsel. Wetenschap wordt bedreven door mensen die werken binnen een bepaald maatschappelijk en institutioneel verband, dat van land tot land verschillend kan zijn. De wijze waarop de wetenschap in Engeland was georganiseerd, week in de negentiende eeuw nogal af van de wijze waarop dat in Frankrijk het geval was en dit had zonder meer zijn weerslag op de aard van de beoefende wetenschap. Er valt wat voor te zeggen om de genoemde nationale tradities in de wetenschap terug te voeren, niet op veronderstelde ‘volkskarakters’, maar op aanwijsbare verschillen in maatschappelijke en institutionele organisatiepatronen, waarbij het hoger onderwijs een uiterst belangrijke rol speelt. Zeker als aandacht wordt besteed aan de institutionele kant van de wetenschap, aan het wetenschapsbedrijf, is een geschiedenis van de natuurwetenschap in één land alleszins mogelijk. Zo'n geschiedenis is niet alleen mogelijk, zij is ook gewenst. Het is onmiskenbaar dat de belangstelling van wetenschapshistorici in Nederland in steeds grotere mate uitgaat naar de geschiedenis van de natuurwetenschap die in eigen land is beoefend. Of dit nu het gevolg is van typisch Nederlandse kortzichtigheid of van een zinvolle internationale arbeidsverdeling laat ik hier buiten beschouwing; het feit ligt er. Tot op heden moesten wij het echter stellen zonder een algemeen overzicht van de Nederlandse wetenschapsgeschiedenis. (De geschiedenis van de geneeskunde in Nederland is wel beschreven.) In deze leemte wil dit boek nu voorzien. Natuurlijk kan men zeggen dat het daarvoor nog te vroeg is, dat er nog te veel lacunes in onze kennis zijn, dat er nog meer detailstudies nodig zijn. Dat is zeker het geval en om die redenen kan het hier geboden overzicht alleen maar een zeer voorlopige en beperkte betekenis hebben. Dat er lacunes in onze kennis bestaan, kan echter geen beletsel zijn voor het schrijven van een overzicht als dit. Overzichtswerken vatten niet alleen de bestaande kennis samen, zij vestigen juist ook onze aandacht op het bestaan van lacunes en kunnen zo een aansporing zijn voor nader onder- K. van Berkel, In het voetspoor van Stevin. Geschiedenis van de natuurwetenschap in Nederland 1580-1940 9 zoek. Voor wie syntheses alleen maar samenvattingen zijn van bestaande kennis komen ze altijd te vroeg. Nu is het niet helemaal correct om te zeggen dat er geen overzichten van de geschiedenis van de wetenschap in Nederland beschikbaar zijn. Wat er voorhanden is, is evenwel uitsluitend biografisch van opzet. Gedurende de laatste vijftig jaar zijn er in Nederland maar liefst vier boeken gepubliceerd die door een aaneenschakeling van levensbeschrijvingen een zeker overzicht pretenderen te bieden van de Nederlandse wetenschapsgeschiedenis. Deze boeken hebben zeker hun nut en ik heb er vaak dankbaar gebruik van gemaakt, maar het biografische genre kent zijn beperkingen. In biografische overzichten worden de perioden waarin vernieuwing plaatsvond altijd meer beklemtoond dan perioden van stilstand of verval, hoewel de vraag naar de oorzaken van stilstand en stagnatie cultuurhistorisch even belangwekkend is als de vraag naar de oorzaken van vernieuwing en succes. De veel gesmade eerste helft van de negentiende eeuw - om het bekendste voorbeeld te noemen - stelt de historicus voor niet minder interessante vragen dan de heroïsche tweede helft van de eeuw, met onderzoekers als Van der Waals, Van 't Hoff en Lorentz. Een tweede bezwaar tegen het biografische genre is dat daarin onwillekeurig vaak het accent wordt gelegd op het goede voorbeeld dat de besproken onderzoeker voor de hedendaagse onderzoekers gegeven heeft. Zeker als de auteur in één der natuurwetenschappen is opgeleid, wordt vooral datgene belicht wat voor de huidige wetenschap van belang is: een stap in de goede richting, een voorbeeldige methode, of een prijzenswaardige wetenschappelijke houding. Een moralistische ondertoon is vaak niet te vermijden. Het overzicht dat ik hier presenteer, wil breken met die eenzijdige biografische preoccupatie. Niet alleen vanwege het moralistische tintje van het biografische genre, maar ook vanwege de overtuiging dat wetenschap geen eenmansbedrijf is. Onderzoekers, hoe belangrijk ook, sluiten zich aan bij of zetten zich af tegen bepaalde tradities en opvattingen in hun vak; zij werken binnen bepaalde, door anderen mogelijk gemaakte maatschappelijke en institutionele kaders; zij kunnen alleen maar succes hebben als zij anderen weten te overtuigen. Net zoals bij andere onderdelen van de geschiedenis gaat het ook bij de geschiedenis van de natuurwetenschap steeds om de interactie tussen individu en omgeving. Ook om die reden - de andere was het vermijden van het praten over volkskarakters - heb ik bij de beschrijving van de ontwikkeling van de natuurwetenschap in Nederland enige nadruk gelegd op het institutionele kader van de wetenschapsbeoefening. Niet alleen laat de duurzaamheid K. van Berkel, In het voetspoor van Stevin. Geschiedenis van de natuurwetenschap in Nederland 1580-1940 10 van wetenschappelijke tradities zich het best op dat vlak verklaren, ook het feit dat wetenschap niet alleen afhankelijk is van enkele grote onderzoekers komt zo het meest tot zijn recht. Het biografische aspect is echter niet verwaarloosd: de hoofdstukken zijn doorschoten met korte levensschetsen van de meer bekende onderzoekers. Bovendien kan de behandeling van de institutionele ontwikkelingen geen aanspraak maken op enige volledigheid. Zo ergens, dan wreekt zich hier wel het gebrek aan voorstudies. In Nederland is geen enkel instituut zo belangrijk geweest als de universiteit. Anders dan bij voorbeeld in Frankrijk of Engeland, waar al vroeg wetenschappelijke genootschappen tot ontwikkeling kwamen en het patronagesysteem grootse vormen kon aannemen, werd in het politiek versnipperde, republikeinse Nederland de ruggegraat van de wetenschap gevormd door de universiteit. Wetenschapsgeschiedenis is hier te lande daarom in niet onaanzienlijke mate universiteitsgeschiedenis. Over de nadere afbakening van het onderwerp moeten nog drie opmerkingen gemaakt worden. Ten eerste: het begrip natuurwetenschap is breed opgevat en omvat zowel wiskunde en techniek als sommige basisvakken van
Recommended publications
  • Repertorium Van Nederlandse Kaartmakers 1500 - 1900
    Repertorium van Nederlandse kaartmakers 1500 - 1900 samengesteld door Marijke Donkersloot-de Vrij Utrecht, 2003 aanvullingen en correcties naar [email protected] http://www.maphist.nl/Repertorium_van_Nederlandse_kaartmakers.pdf © M. Donkersloot-de Vrij Pagina 1 van 230, Laatst afgedrukt op 28-11-2003 11:18 Volgorde van de gegevens in het repertorium: -naam en naamsvarianten -geboorteplaats en jaar, plaats van overlijden en jaar. (de opgegeven sterftedatum is in werkelijkheid wel eens de begrafenisdatum; de gebruikte bronnen bevatten nu eenmaal deze kleine onnauwkeurigheden) - hoedanigheid (d.w.z. aard van de werkzaamheid) in relatie tot de kartografie. - opleidingen, leermeesters - (familie)relaties met anderen uit het repertorium - woon- en werkplaatsadressen - eventueel andere niet-kartografische beroepen - overige bijzonderheden - kaarten, atlassen en globes waarbij de persoon betrokken was als auteur. Gebruikte afkortingen: ARA = Algemeen Rijksarchief, Den Haag (tegenwoordig: Nationaaal Archief genoemd) CT = Caert-Thresoor, tijdschrift voor de geschiedenis van de kartografie in Nederland. GA = Gemeentearchief RA = Rijksarchief TMK = Topographisch en Militaire Kaart UBL = Universiteitsbibliotheek Leiden VOC = Verenigde Oostindische Compagnie WIC = Westindische Compagnie © M. Donkersloot-de Vrij Pagina 2 van 230, Laatst afgedrukt op 28-11-2003 11:18 Korte toelichting In het repertorium zijn in alfabetische volgorde personen opgenomen die een inhoudelijke bijdrage hebben geleverd aan de vervaardiging van kaarten in Nederland in de
    [Show full text]
  • Redalyc.On the Sackur-Tetrode Equation in an Expanding Universe
    Revista Mexicana de Física ISSN: 0035-001X [email protected] Sociedad Mexicana de Física A.C. México Pereira, S.H. On the Sackur-Tetrode equation in an expanding universe Revista Mexicana de Física, vol. 57, núm. 1, junio, 2011, pp. 11-15 Sociedad Mexicana de Física A.C. Distrito Federal, México Available in: http://www.redalyc.org/articulo.oa?id=57024209002 How to cite Complete issue Scientific Information System More information about this article Network of Scientific Journals from Latin America, the Caribbean, Spain and Portugal Journal's homepage in redalyc.org Non-profit academic project, developed under the open access initiative ENSENANZA˜ REVISTA MEXICANA DE FISICA´ E 57 (1) 11–15 JUNIO 2011 On the Sackur-Tetrode equation in an expanding universe S.H. Pereira Universidade Federal de Itajuba,´ Campus Itabira, Rua Sao˜ Paulo, 377 – 35900-373, Itabira, MG, Brazil, e-mail: [email protected] Recibido el 5 de abril de 2010; aceptado el 2 de febrero de 2011 In this work we investigate the thermodynamic properties satisfied by an expanding universe filled with a monoatomic ideal gas. We show that the equations for the energy density, entropy density and chemical potential remain the same of an ideal gas confined to a constant volume V . In particular the Sackur-Tetrode equation for the entropy of the ideal gas is also valid in the case of an expanding universe, provided that the constant value that represents the current entropy of the universe is appropriately chosen. Keywords: Expanding universe; ideal gas; Sackur-Tetrode equation. En el presente trabajo investigamos las propriedades termodinamicas´ que son satisfechas por un universo en expansion,´ el cual es lleno por un gas ideal monoatomico.´ Se prueba que las ecuaciones para la densidad de la energ´ıa, la densidad de la entrop´ıa y el potencial qu´ımico son las mismas que las de un gas ideal, el cual se encuentra confinado en un volumen V.
    [Show full text]
  • Simon Stevin
    II THE PRINCIPAL WORKS OF SIMON STEVIN E D IT E D BY ERNST CRONE, E. J. DIJKSTERHUIS, R. J. FORBES M. G. J. MINNAERT, A. PANNEKOEK A M ST E R D A M C. V. SW ETS & Z E IT L IN G E R J m THE PRINCIPAL WORKS OF SIMON STEVIN VOLUME II MATHEMATICS E D IT E D BY D. J. STRUIK PROFESSOR AT THE MASSACHUSETTS INSTITUTE OF TECHNOLOGY, CAMBRIDGE (MASS.) A M S T E R D A M C. V. SW ETS & Z E IT L IN G E R 1958 The edition of this volume II of the principal works of SIMON STEVIN devoted to his mathematical publications, has been rendered possible through the financial aid of the Koninklijke. Nederlandse Akademie van Wetenschappen (Royal Netherlands Academy of Science) Printed by Jan de Lange, Deventer, Holland The following edition of the Principal Works of SIMON STEVIN has been brought about at the initiative of the Physics Section of the Koninklijke Nederlandse Akademie van Weten­ schappen (Royal Netherlands Academy of Sciences) by a committee consisting of the following members: ERNST CRONE, Chairman of the Netherlands Maritime Museum, Amsterdam E. J. DIJKSTERHUIS, Professor of the History of Science at the Universities of Leiden and Utrecht R. J. FORBES, Professor of the History of Science at the Municipal University of Amsterdam M. G. J. M INNAERT, Professor of Astronomy at the University of Utrecht A. PANNEKOEK, Former Professor of Astronomy at the Municipal University of Amsterdam The Dutch texts of STEVIN as well as the introductions and notes have been translated into English or revised by Miss C.
    [Show full text]
  • Index of Articles and Authors for the First Twenty-Four Numbers
    Index of Articles and Authors for the first Twenty-four Numbers MARCH 1923 — NOVEMBER 1935 0 THE HYDROGRAPHIC REVIEW The Directing Committee of the I nternational H ydrographic B u r e a u will be pleased to consider articles for insertion in the Hydrographic Review. Such articles should be addressed to : The Secretary-General, I nternational H ydrographic B u r e a u Quai de Plaisance Mo n te -C arlo (Principality of Monaco) and should reach him not later than 1st February or ist August for the May or November numbers respectively. INDEX OF ARTICLES AND AUTHORS for the First Twenty-four Numbers MARCH 1923 - NOVEMBER 1935 FOREWORD This Index is in two parts : P a r t I. — Classification of articles according to the Subjects dealt with. P a r t II. — Alphabetical Index of the names of Authors of articles which have been published in The Hydrographic Review. NOTE. — Articles marked (R ) are Reviews of publications. Articles marked (E) are Extracts from publications. When no author’s name is given, articles have been compiled from information received by the Interna­ tional Hydrographic Bureau. Reviews of Publications appear under the name or initials of the author of the review. Descriptions of instruments or appliances are given in the chapters relating to their employment, in Chapter XIV (Various Instruments), or occasionally in Chapter XXT (Hints to Hydrographic Surveyors). CLASSIFICATION OF ARTICLES ACCORDING TO THE SUBJECTS DEALT WITH List of subjects I . — H ydrographic Offic e s a n d o th er Mar itim e a n d S c ie n t ific Organisations (Patrols, Life- saving, Observatories, Institutes of Optics).....................................................................................
    [Show full text]
  • Het Enige En Afdoende Middel Tot Bloei En Welvaart
    Het enige en afdoende middel tot bloei en welvaart Mens en landschap tijdens de lange weg naar een gekanaliseerd Westerwolde, 1880-1920 Geert Volders Masterscriptie Landschapsgeschiedenis Auteur: Geert Volders Begeleider: Dr. J.F. (Jeroen) Benders, universitair docent Landschapsgeschiedenis Rijksuniversiteit Groningen Tweede lezer: Dr. A. (Albert) Buursma, auteur en freelance historicus Het enige en afdoende middel tot bloei en welvaart Mens en landschap tijdens de lange weg naar een gekanaliseerd Westerwolde, 1880-1920 Masterscriptie Landschapsgeschiedenis Rijksuniversiteit Groningen Onstwedde, mei 2014 Voorwoord In het kader van mijn masteropleiding Landschapsgeschiedenis begon ik in het najaar van 2013 aan mijn masterscriptie. Door mijn vooropleiding als historicus wilde ik graag een historisch thema onderzoeken in de regio waar ik ben opgegroeid: Westerwolde. De ontwikkelingsgang van dit gebied heeft mij altijd al gefascineerd en zodoende heb ik de kans aangegrepen om nader onderzoek te verrichten over dit landschap. Ik dank dr. Jeroen Benders voor zijn geduldige begeleiding gedurende het hele onderzoek. Ik heb veelvuldig contact gehad met Jeroen en veel suggesties en tips van hem mogen ontvangen. Dank gaat ook uit naar dr. Albert Buursma. Albert was bereid als tweede lezer deze scriptie te beoordelen. Daarnaast heeft Albert mij herhaaldelijk op nuttige publicaties en bronnen gewezen, waardoor ik nieuwe inzichten kon verkrijgen. Naast Jeroen Benders en Albert Buursma, ben ik ook dank verschuldigd aan Jochem Abbes (voorzitter van de Historische Vereniging Westerwolde), Tjarko van Dijk (medewerker Museum de Oude Wolden) en Wilma Koning (archivaris Waterschap Hunze en Aa’s). Ik dank Jochem voor het feit dat ik gebruik mocht maken van zijn collectie historische documenten betreffende Westerwolde.
    [Show full text]
  • August/September 2009
    August-September 2009 Volume 18, No. 8 TM www.aps.org/publications/apsnews PhysicsQuest APS NEWS Goes to Kenya A PublicAtion of the AmericAn PhysicAl society • www.aps.org/PublicAtions/apsnews See page 5 APS Awards Three Hildred Blewett Scholarships Presidents Two This year APS has announced electrical properties. three women as recipients of the “It was amazing how many ses- M. Hildred Blewett scholarship. sions there were on graphene at the Chosen by the Committee on March Meeting,” Guikema said. the Status of Women in Physics, She plans to use funds from the three are Janice Guikema at the Blewett Scholarship to further Johns Hopkins University, Marija research the feasibility of using Nikolic-Jaric at the University of graphene as a sensitive magnetic Manitoba, and Klejda Bega at Co- detector. She said that graphene has lumbia University. a lot of potential for use as a Hall Each year the committee se- effect detector to detect nanoscale lects women who are returning to particles and map out magnetic their research careers that had been Janice guikema structures. Currently she is continu- interrupted for family or other rea- ing to look for ways to make the sons. The scholarship is a one-year as a second-time recipient of the material as sensitive as possible. grant of up to $45,000 that can be Blewett Scholarship. She currently In addition she will use scanning used towards a wide range of ne- has a part-time research position at probe microscopy to further ex- cessities, including equipment pro- Johns Hopkins University, where plore the nature of graphene.
    [Show full text]
  • And His Contacts in the Habsburg World at the Eve of the Thirty Y
    CONSCIENCE & CONNECTIONS. Marcellus Franckheim (1587-1644) and his contacts in the Habsburg World at the eve of the Thirty Years War. ‘my soul is not for sale’ (Marcellus Franckheim to Franz Gansneb Tengnagel, 8 October 1620) Willemijn Tuinstra S1791923 21-08-2019 Thesis MA History Europe 1000-1800 Prof.dr. J.F.J. Duindam Abstract The Dutch glassmaker’s son and rector of the Latin school in Zutphen, Marcellus Franckheim (Zutphen 1587- Dunkirk 1644), converted from Calvinism to Catholicism in 1614 and became secretary to Cardinal Melchior Khlesl at the court of the Habsburg Emperor Matthias. He ended his life as councillor to the Spanish King Philip IV in the admiralty of the Flanders fleet. By analysing Franckheim’s surviving correspondence and publications, this thesis shows that while Franckheim’s life on first sight seems full of unexpected moves and change, there is a remarkable continuity in his faith, his contacts and his opinions. It also shows that the Dutch Gomarist-Arminian controversy during the Twelve Years Truce directly influenced his decision to convert and that a group of engaged Zutphen Catholic citizens connected him to the Counter-Reformation world of the Habsburg courts in Europe. Using Marcellus Franckheim as an exemplary case, this thesis addresses the broader question of how Dutch Catholics in the early seventeenth century, both in the Low Countries and in exile, participated in local and transnational networks to promote and consolidate their faith. It also provides insight in the interconnectedness of the political and religious conflicts in the Low Countries and the Holy Roman Empire, in particular with regard to the ways in which individuals felt involved and tried to influence these events.
    [Show full text]
  • MOTION MOUNTAIN the Adventure of Physics – Vol.Iv Quantum Theory: the Smallest Change
    Christoph Schiller MOTION MOUNTAIN the adventure of physics – vol.iv quantum theory: the smallest change www.motionmountain.net Christoph Schiller Motion Mountain The Adventure of Physics Volume IV Quantum Theory: The Smallest Change Edition 24.1, available as free pdf at www.motionmountain.net Editio vicesima tertia. Proprietas scriptoris © Christophori Schiller secundo anno Olympiadis vicesimae nonae. Omnia proprietatis iura reservantur et vindicantur. Imitatio prohibita sine auctoris permissione. Non licet pecuniam expetere pro aliquo, quod partem horum verborum continet; liber pro omnibus semper gratuitus erat et manet. Twenty-third edition, ISBN 978-300-021946-7. Copyright © 2009 by Christoph Schiller, the second year of the 29th Olympiad. This pdf file is licensed under the Creative Commons Attribution-Noncommercial-No Derivative Works 3.0 Germany Licence,whosefulltextcanbefoundonthewebsite creativecommons.org/licenses/by-nc-nd/3.0/de, with the additional restriction that reproduction, distribution and use, in whole or in part, in any product or service, be it commercial or not, is not allowed without the written consent of the copyright owner. The pdf file was and remains free for everybody to read, store and print for personal use, and to distribute electronically, but only in unmodified form and at no charge. To Britta, Esther and Justus Aaron τῷ ἐμοὶ δαὶμονι Die Menschen stärken, die Sachen klären. PREFACE Primum movere, deinde docere.* Antiquity “ ” Motion Mountain – The Adventure of Physics pdf file available free of charg This book is written for anybody who is curious about nature and motion. Have you ever asked: Why do people, animals, things, images and space move? The answer leads to many adventures; this volume presents those due the discovery that there is a smallest change in nature.
    [Show full text]
  • Going Through the Motions Some Further Considerations About the Perpetuum Mobile of Cornelis Drebbel, Based on a Manuscript Discovered by Dr
    Going through the motions Some further considerations about the perpetuum mobile of Cornelis Drebbel, based on a manuscript discovered by Dr. Alexander Marr by Dr. James M. Bradburne (figures added by F. Franck) London Knowledge Lab, Institute of Education 4 June 2006 The Perpetuum Mobile is not the only invention of Cornelis Drebbel (1572-1633), nor perhaps even the most significant, but it is certainly the one for which he was best known by his contemporaries, and the one of which he remained most proud. It is also the instrument about which most has been written – both by his contemporaries and by modern scholars. What was Drebbel’s famous instrument, how did it actually work, and why was it so important to the late Renaissance court? What can we add to the extensive accounts of Drebbel and his most famous work? Figure 2. PPM by Villard de Honnecourt Figure 1. PPM by Pierre de Maricourt The search for a device that would continue to move by means of its own power dates to Antiquity. Early attempts date as far back as the Archimedes screw, and Arabic sources tell of countless attempts to create perpetual motions using mills and water. The principles commonly used to power perpetual motion machines were often discovered independently of one another, and dissemination fragmentary or discontinuous when it occurred at all. For example, in the 12th century the Indian astronomer and mathematician Bhaskara (1114-1185) described a Perpetuum Mobile made of a wheel with containers attached to its rim, partly filled with mercury. Only a few decades later, in 1235, Villard de Honnecourt described a similar overbalanced wheel with seven hammers attached to its rim.
    [Show full text]
  • Planck's Quantum Theory of Ideal
    Pursuing an Idea: Planck’s Quantum Theory of Ideal Gas ∗ Massimiliano Badino† 1 Prelude: One Hundred Years of ‘Quantitude’ Many years later, as he faced the firing squad, Erwin Planck was to remember that distant afternoon when his father took him to discover the quantum. It was indeed in a day at the beginning of the last century, during a walk in the Grunewald Forest, that Max Planck in- formed his youngest son that his recent discovery was the greatest since the time of Newton. After that day, physics was never the same again. From the mysterious realm of the interac- tion between matter and radiation, the quantum spread out both in the theory of radiation and in the theory of matter and eventually changed our picture of the physical world. Planck played a foremost role in this revolution till the mid-1920 and especially his work on the ap- plication of quantum hypothesis to the ideal gas was instrumental in setting the stage for quantum mechanics. In this paper I will give a cursory outline of this work and, centering on the argumen- tative structure, I will argue that Planck’s theory of gas was framed according to a theoretical strategy he had already adopted in his previous work on radiation theory. The thrust of this strategy consists in focussing on the general features of the system and leaving aside spe- cific assumptions on the micro-processes. Throughout the years Planck reconfigured and reorganized his arguments and the great flexibility of his theoretical strategy allowed him to maintain a consistent outlook on the problem.
    [Show full text]
  • Appendix 1: Transcription of a Manuscript List of Books in the Possession of Henry Fairfax, BL Sloane Manuscript 1872
    APPENDIX 1: TRaNScRIPTION OF a MaNUScRIPT LIST OF BOOKS IN THE POSSESSION OF HENRY FaIRFaX, BL SlOaNE MaNUScRIPT 1872 This autograph inventory of books in the possession of the Rev. Henry Fairfax, drawn up in 1665, occupies the final section (pages 133–73) of a quarto notebook that also contains passages from the Bible in Greek. The transcript below covers the sections of the list detailing the books on the subjects of geometry, optics, music, astronomy and gnomonics (the art of devising sundials). This extract, which occupies pages 144–8 of the manu- script, comes after the grammatical, philosophical and arithmetic texts, and before the sections concerning geography, physics, theology and law. CONVENTIONS Semi-diplomatic transcription: lineation has been preserved; raised letters lowered; contractions expanded and supplied letters underlined; ‘-es’ graph silently replaced by ‘es’; ‘per’ graph silently expanded; <xxx>, repre- sents text deleted in manuscript; {xxx}, represents characters omitted and supplied by the editor; [..x..], represents text unclear; ^x^, represents text inserted by scribe between the lines. © The Author(s) 2018 273 J. Partner, Poetry and Vision in Early Modern England, Early Modern Literature in History, https://doi.org/10.1007/978-3-319-71017-4 274 APPENDIX 1: TRANSCRIPTION OF A MANUSCRIPT LIST OF BOOKS… Geometria Specul: 1. Euclidis 6 libri per Savil: gl: Sir Henry Savile, Euclidis. Praelectiones tresdecim in principium Elementorum Euclidis (Oxford: J. Litchfield and J. Short, 1621). 2. Billingley has Englisht all: 3. Another 6 books only Henry Billingsley, The Elements of Geometrie of the Most Auncient Philosopher Euclide of Megra. Faithfully (now first) Translated into the English Toung, by H.
    [Show full text]
  • How Fluids Unmix. Discoveries by the School of Van Der Waals and Kamerlingh Onnes, ,  ---
    4671 Sengers Voorwerkb 23-09-2002 09:17 Pagina I How fluids unmix 4671 Sengers Voorwerkb 23-09-2002 09:17 Pagina II History of Science and Scholarship in the Netherlands, volume The series History of Science and Scholarship in the Netherlands presents studies on a variety of subjects in the history of science, scholarship and academic insti- tutions in the Netherlands. Titles in this series . Rienk Vermij, The Calvinist Copernicans. The reception of the new astronomy in the Dutch Republic, -. , --- . Gerhard Wiesenfeldt, Leerer Raum in Minervas Haus. Experimentelle Natur- lehre an der Universität Leiden, -. , --- . Rina Knoeff, Herman Boerhaave (-). Calvinist chemist and physician. , --- . Johanna Levelt Sengers, How fluids unmix. Discoveries by the School of Van der Waals and Kamerlingh Onnes, , --- Editorial Board K. van Berkel, University of Groningen W.Th.M. Frijhoff, Free University of Amsterdam A. van Helden, Utrecht University W.E. Krul, University of Groningen A. de Swaan, Amsterdam School of Sociological Research R.P.W. Visser, Utrecht University 4671 Sengers Voorwerkb 23-09-2002 09:17 Pagina III How fluids unmix Discoveries by the School of Van derWaals and Kamerlingh Onnes Johanna Levelt Sengers , Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, Amsterdam 4671 Sengers Voorwerkb 23-09-2002 09:17 Pagina IV © Royal Netherlands Academy of Arts and Sciences No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system or transmitted in any form or by any means, electronic, mechanical, photo- copying, recording or otherwise, without the prior written permission of the publisher. Edita , P.O. BOX , Amsterdam, the Netherlands [email protected], www.knaw.nl/edita --- The paper in this publication meets the requirements of « -norm () for permanence This study was undertaken with the support of the Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen (‘Royal Holland Society of Sciences and Humanities’) as part of its 250th anniver- sary celebrations in 2002.
    [Show full text]