De-Stad-Gods-Deel-1.Pdf

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

De-Stad-Gods-Deel-1.Pdf Dit product wordt u aangeboden door ComputerBijbel (http://www.ComputerBijbel.com) © ComputerBijbel Alle rechten voorbehouden 1/451 AURELIUS AUGUSTINUS DE STAD GODS TEGEN DE HEIDENEN. BOEK 1. AAN MARCELLINUS. Hoofdstuk 1. VAN DE VIJANDEN VAN DE NAAM VAN CHRISTUS, WELKE VAN DE BARBAREN IN DE VERWOESTING VAN DE STAD ROME, OM CHRISTUS WIL OPMERKELIJK VERSCHOOND ZIJN. De aller heerlijkste stad Gods, mijn allerliefste Zoon Marcellinus! heb ik met dit werk, dat ik aan u schrijf, en volgens mijn belofte aan u óók schuldig ben, voorgenomen voor te spreken, eensdeels naar gelegenheid van de loop van de tegenwoordige tijd, namelijk voor zoveel als dezelve onder de goddelozen in vreemdelingschap zijnde, uit het geloof leeft; eensdeels naar gelegenheid van de eeuwige woning, op welke dezelve in alle geduld verwacht tot de tijd, dat de gerechtigheid haar wederkeert tot het oordeel; alsdan namelijk zal zij hebben de laatste overwinning en volkomen vrede, en zal dan in alle heerlijkheid ontvangen de bereide eeuwige woonstede. Mijn voornemen dan is, deze zelfde stad te verdedigen en te verantwoorden tegen de Heidenen en hen, die hun goden verheffen boven de Schepper der wereld en boven de Bouwmeester van deze stad. Ik beken, dat het een groot moeilijk werk is, maar God is mijn helper. Want zoveel mij belangt, ik weet, welke krachten nodig zijn, om de hoogmoedigen wél te onderrichten. Insgelijks weet ik ook van welke kracht de ootmoed is, door welke te weeg gebracht wordt, dat de geestelijke hoogheid, welke zich niet vertoont in menselijke pracht, maar die begaafd is met goddelijke genade, zich verre verheft boven alle aardse hooglieden, welke door de onbestendigheid der wereld zeer onzeker zijn. Want God, de opperste Koning en de Bouwmeester van deze stad, van welke wij voorgenomen hebben te handelen, heeft in de Schrift van Zijn volk den zin van Zijn goddelijke Wet geopenbaard, als daar namelijk gezegd wordt: ‘God wederstaat de hovaardigen, maar de nederigen geeft hij genade’. (Jakobus 4:6) Dit stuk, hetwelk God eigen is, schrijft de opgeblazen geest van de hoogmoedige ziel zich zelf mede toe, en wil, dat men mede tot haar lof zal zeggen: hoe zij de nederigen verschoont en de hovaardigen straft en verootmoedigt. Daarom kan men ook bij deze gelegenheid niet nalaten van de aardse stad mede te spreken, want deze stad zoekt ook heerschappij te hebben, niet tegenstaande haar volken dienstbaar zijn en de onmatige begeerte van heersen over haar zelfs de heerschappij genomen heeft. Daarom, hetgeen die zelfde stad aangaat, zal ik mede geenszins verzwijgen, volgens de eis van mijn voorgenomen werk en nadat mij ook daartoe gelegenheid zal gegeven worden. Want uit deze stad komen voort al die vijanden tegen welke ik de stad Gods voorgenomen heb te verdedigen. Van deze vijanden nochtans zijn er velen, die de dwalingen van hun goddeloosheid verbeteren en eindelijk goede en bekwame burgers worden van de stad Gods; maar velen daarentegen zijn met zulke vuurvlammen van haat tegen deze stad ontstoken en zijn zó gans ondankbaar over de opmerkelijke en welbekende weldaden van de Verlosser zelf, dat zij nimmer ophouden met lasteren Dit product wordt u aangeboden door ComputerBijbel (http://www.ComputerBijbel.com) © ComputerBijbel Alle rechten voorbehouden 2/451 en schelden, daar zij nochtans heden ten dage hun lastertongen tegen dezelfde niet zouden hebben kunnen verroeren of bewegen, mits zij tot deze stad hun toevlucht genomen hadden en mitsdien in de geheiligde plaatsen waar zij zelf hun leven (waar zij zo hoogmoedig op roemen) gevonden en verkregen hadden. En om zulks te bewijzen, zijn niet zelfs de Romeinen, welke de Barbaren om Christus wil verschoond hebben, mede vijanden van de naam Christus? Zulks getuigen de plaatsen der Martelaren en de hoofdkerken der Apostelen, welke in de gruwelijke verwoesting der stad Rome al diegenen, die tot haar hun toevlucht namen, hetzij de hare hetzij diegenen, die haar vreemd waren, zonder onderscheid geherbergd en ontvangen hebben. Want zoverre en tot die plaatsen toe bedreef die bloeddorstige vijand zijn wreedheid, aldaar werd de razende dolheid van de moordenaars opmerkelijk weerhouden en aldaar kreeg zij haar bepaling; ja, daar werden veel mensen gebracht, welke enige van de vijanden uit ontferming en medelijden elders buiten die plaatsen gespaard en behouden hadden, teneinde zij niet zouden vervallen in de handen van anderen, welke zodanig medelijden misschien niet zouden gehad hebben. Aangaande diegenen, die elders wreed waren en naar de manier der vijanden gruwelijk razende en woedende, diezelfden kwamen zodra niet tot, die plaatsen, waar alles verboden was, wat anders volgens het recht van de oorlog geoorloofd is, of spoedig werden in hen belemmerd en bedwongen al hun gruwelijke wreedheden van slaan en stoten; insgelijks werd ook in hen gebroken al hun grote begeerte om de mensen te vangen en te binden. Derhalve zijn door dit middel velen vrijgelaten en ontkomen, zelfs van hen, die nu de tijden van de Christelijke godsdienst lasteren en tegenspreken. Want het kwaad en het ongeluk, dat de stad Rome geleden heeft, leggen zij Christus ten laste; maar het goed, dat hun gedaan is, met name, dat zij hun leven behouden hebben om de eer van Christus wil, zulks schrijven zij niet toe aan Christus, maar aan hun domme overleggingen van aaneen geketende blinde werkingen van de bewegingen des hemels en van de sterren, of aan hun verdichte goden. indien zij enig recht verstand wilden gebruiken, behoorden zij evenwel veel meer al het wrede en onbetamelijke, dat zij van de vijanden geleden hebben, toe te eigenen en toe te schrijven aan die zelfde goddelijke Voorzienigheid, welke in het algemeen de bedorven manieren van de mensen probeert te verbeteren en te vermorsen door de plagen der oorlogen, en die tevens door dezelfde plagen en verdrukkingen een rechtvaardig en prijselijk leven der sterfelijke mensen probeert te oefenen, en daarna het leven aldus geoefend en beproefd zijnde, probeert of tot een betere staat en leven eenmaal over te zetten, óf ook anders op deze aarde tot zekere andere einden en gebruiken een tijdje op te houden. Verder behoorden zij ook zo de tijden der Christelijke godsdienst toe te eigenen, dat de wrede barbaarse mensen buiten het gewoon gebruik der oorlogen hen bij het leven behouden en verschoond hebben, hetzij op alle plaatsen, waar ook, om de naam van Christus, hetzij ook in het bijzonder in zodanige plaatsen, waar de naam van Christus geheiligd wordt, en welke na de overvloedige barmhartigheid Gods tot de vergadering van de gemeente verkoren zijn; ja! vanwege zulks behoren zij God te danken en hierom behoorden zij in waarheid en oprechtheid tot zijn naam te lopen, opdat zij alzo ten laatste zouden mogen ontkomen en ontvlieden de straffen van het eeuwige helse vuur. Des te meer aangezien velen van diezelfde mensen zijn naam in leugens huichelend aangenomen hebben om te ontvlieden de straffen van het tegenwoordige verderf en van de tijdelijke dood. Want diegene, welke gij hedendaags ziet, dat de dienstknechten van Christus stout en onbetamelijk beschimpen en lasteren, onder hen zijn voorwaar zeer velen, welke dat algemeen verderf en die algemene moord niet zouden ontkomen zijn, tenzij zij zich zelf geveinsd hadden dienstknechten van Christus geweest te zijn. En zie, nu komt de ondankbare hovaardigheid en de allergoddelooste uitzinnigheid zover, dat zij met een boos en verkeerd hart Zijn naam weerstaan tot hun verdoemenis om gestraft te worden met de eeuwige duisternis, tot welke naam zij Dit product wordt u aangeboden door ComputerBijbel (http://www.ComputerBijbel.com) © ComputerBijbel Alle rechten voorbehouden 3/451 nochtans met de mond, of anders huichelend en bedrieglijk hun toevlucht genomen hebben ter wille van dit tijdelijk leven, op dat zij door middel van dit het zelfde zouden mogen genieten en behouden. Dit product wordt u aangeboden door ComputerBijbel (http://www.ComputerBijbel.com) © ComputerBijbel Alle rechten voorbehouden 4/451 Hoofdstuk 2. DAT ER NOOIT ENIGE OORLOGEN ALZO GEVOERD ZIJN, IN WELKE DE OVERWINNAARS, GESPAARD EN VERSCHOOND HEBBEN DE OVERWONNENEN OM HUNNER GODEN WIL. Er zijn zoveel oorlogen beschreven, welke gevoerd zijn of vóór de opbouw van de stad Rome, of na haar opbouw en na de opkomst van haar rijk, laat de wedersprekers en lasteraars zelf lezen, en indien zij kunnen laat zij een voorbeeld, voortbrengen dat van, vreemden en buitenlanders ooit enige stad alzo ingenomen is, dat de vijanden welke dezelfde ingenomen hadden, verschoond zouden hebben degenen, welke zij bevonden tot de tempels van goden hun toevlucht genomen te hebben; of laat, hetzij ook uit enige historie, bewijzen dat ooit een barbaars krijgsoverste zou geboden hebben, wanneer zij in de stad zouden komen vallen, dat men als dan niemand zou slaan of stoten, welke in deze of die tempel gevonden mocht worden. Heeft niet Eneas gezien, hoe Priamus, staande aan het altaar, met zijn eigen bloed bevlekt had de offeranden en het vuur, hetwelk hij zelf geheiligd had? Hebben niet Diomedes en Ulyssus, nadat zij de wachters van het hoogste kasteel omgebracht hadden, aangetast het heilige beeld en hebben zij ook, met hun bloedige handen niet beslaan, aan te roeren de klederen van de godin Minerva? En evenwel nochtans hetgeen daar bij de zelfde schrijver volgt, is daarom niet waarachtig geweest, namelijk: dat van die tijd af de hoop der Grieken begon te vervallen en achteruit te gaan. Want daarna kregen zij de victorie, en daarna hebben zij te vuur en te zwaard de stad Troje verwoest en uitgeroeid, ja daarna hebben zij de koning Priamus vluchtende aan het altaar gedood. Zo dan wijders, Troje is ook daarom niet ondergegaan, ondanks dat het de godin Minerva verloren had. Want wat voordeel had Minerva nu verloren, dat zij nu meer dan te voren moest te niet komen? Haar wachters en bewaarders, zult gij mogelijk zeggen. Zulks is ook voorwaar waarachtig, want nadat de wachters gedood waren, konden zij ook lichtelijk weggenomen en vervoerd worden.
Recommended publications
  • “How Strangely Chang'd”: the Re-Creation of Ovid by African
    “How Strangely Chang’d”: The Re-creation of Ovid by African American Women Poets By Rachel C. Morrison Submitted to the graduate degree program in Classics and the Graduate Faculty of the University of Kansas in partial fulfillment of the requirements for the degree of Master of Arts. ______________________________________ Chair: Emma Scioli ______________________________________ Pam Gordon ______________________________________ Tara Welch Date Approved: 10 May 2018 The thesis committee for Rachel C. Morrison certifies that this is the approved version of the following thesis: “How Strangely Chang’d”: The Re-creation of Ovid by African American Women Poets ______________________________________ Chair: Emma Scioli ______________________________________ Pam Gordon ______________________________________ Tara Welch Date Approved: 10 May 2018 ii Abstract This project examines the re-creation of Ovid by African American women poets. Phillis Wheatley, an enslaved Black woman writing in colonial America, engages with Ovid’s account of Niobe in her epyllion “Niobe in Distress.” Henrietta Cordelia Ray, who was active in the late ​ nineteenth and early twentieth centuries, picks up where Wheatley left off in a sonnet called “Niobe.” Elsewhere, in “Echo’s Complaint,” Ray also imagines what Echo might say to Narcissus if she had full control over her words—an imaginative exercise that has resonances ​ ​ with Ovid’s Heroides. Finally, in her 1995 book Mother Love, the contemporary poet Rita Dove ​ ​ ​ ​ re-examines the tale of Demeter and Persephone from a number of different angles. In reworking the Metamorphoses, all three poets paint vivid images of vulnerable girls and bereft mothers. ​ ​ Moreover, Wheatley, Ray, and Dove play with Ovidian elements to explore themes of repetition, voice, motherhood, and power dynamics.
    [Show full text]
  • The Royal Navy, October 1801
    The Royal Navy October 1801 At Home San Josef 112 Ville de Paris 110 Royal George 100 Royal Sovereign 100 Atlas 98 Barfleur 98 Formidable 98 Glory 98 London 98 Neptune 98 Prince 98 Prince George 98 Princess Royal 98 Prince of Wales 98 Temeraire 98 Windsor Castle 98 Namur 90 Malta 80 Donegal 80 Juste 80 Hercule 74 Achilles 74 Belleisle 74 Bellerophon 74 Blenheim 74 Brunswick 74 Canada 74 Captain 74 Centaur 74 Courageux 74 Defiance 74 Edgar 74 Elephant 74 Excellent 74 Impetueux 74 Irresistible 74 Magnificent 74 Majestic 74 Mars 74 Monarch 74 Orion 74 Princess of Orange 74 Resolution 74 Robust 74 Saturn 74 Terrible 74 Theseus 74 Thunderer 74 Vengeance 74 1 Leyden 68 De Ruyter 68 Agamemnon 64 Ardent 64 Asia 64 Polyphemus 64 Raisonnable 64 Ruby 64 St. Albans 64 Standard 64 Veteran 64 York 64 Batavia 54 Beschermer 54 Isis 50 Loire 46 Amelia 44 Anson 44 Fisgard 44 FortunQe 44 Indefatigable 44 Revolutionnaire 44 Serapis 44 Vlieter 44 Acasta 40 Beaulieu 40 Cambrian 40 Desire 40 Princess Charlotte 40 San Firoenzo 40 Amazon 38 Amethyst 38 Boadecia 38 Clyde 38 Diamond 38 Diana 38 Hussar 38 Latona 38 Medusa 38 Naiade 38 Unité 38 Urania 38 Alceste 36 Ambuscade 36 Blanche 36 Dedaigneuse 36 Doris 36 Dryad 36 Glenmore 36 Immortalité 36 Nymphe 36 Oiseau 36 Phoebe 36 Sirius 36 Thalia 36 2 Trent 36 Surprize 34 Aquilon 32 Aeolus 32 Castor 32 Galathea 32 Lowestoffe 32 Magicienne 32 Maidstone 32 Narcissus 32 Shannon 32 Tartar 32 Triton 32 Unicorn 32 Arrow 30 Dart 30 Amphitrite 28 Brilliant 28 Enterprize 28 Heldin 28 Lapwig 28 Nemesis 28 Jamaica 26 Waakzamheid
    [Show full text]
  • 1 Tabakliteratur in Der Frühen Neuzeit
    Die Poesie der Dinge Frühe Neuzeit Studien und Dokumente zur deutschen Literatur und Kultur im europäischen Kontext Herausgegeben von Achim Aurnhammer, Wilhelm Kühlmann, Jan-Dirk Müller, Martin Mulsow und Friedrich Vollhardt Band 237 Die Poesie der Dinge Ziele und Strategien der Wissensvermittlung im lateinischen Lehrgedicht der Frühen Neuzeit Herausgegeben von Ramunė Markevičiūtė und Bernd Roling Diese Publikation wurde ermöglicht durch die Förderung der Deutschen Forschungsgemeinschaft (DFG) und eine Ko-Finanzierung für Open-Access-Monografien und -Sammelbände der Freien Universität Berlin. ISBN 978-3-11-072068-6 e-ISBN (PDF) 978-3-11-072282-6 e-ISBN (EPUB) 978-3-11-072296-3 ISSN 0934-5531 DOI https://doi.org/10.1515/9783110722826 Dieses Werk ist lizensiert unter einer Creative Commons Namensnennung 4.0 International Lizenz. Weitere Informationen finden Sie unter https://creativecommons.org/licenses/by/4.0/. Library of Congress Control Number: 2020951701 Bibliografische Information der Deutschen Nationalbibliothek Die Deutsche Nationalbibliothek verzeichnet diese Publikation in der Deutschen Nationalbibliografie; detaillierte bibliografische Daten sind im Internet über http://dnb.dnb.de abrufbar. © 2021 Ramunė Markevičiūtė und Bernd Roling, publiziert von Walter de Gruyter GmbH, Berlin/Boston Dieses Buch ist als Open-Access-Publikation verfügbar über www.degruyter.com. Satz: Integra Software Services Pvt. Ltd. Druck und Bindung: CPI books GmbH, Leck www.degruyter.com Danksagung Die in diesem Band gesammelten Beiträge gehen aus der Tagung „Herausforde- rungen der Poetisierung von Wissenschaft“ hervor, die im Rahmen des Projekts der DFG-Forschungsgruppe 2305 Diskursivierungen von Neuem. Tradition und Novation in Texten und Bildern des Mittelalters und der Frühen Neuzeit vom 31. Januar bis zum 1.
    [Show full text]
  • Les Vénus Du Servius Danielis (Aen
    Un commentaire en catalogue : les Vénus du Servius Danielis (Aen. 1, 720) Marie-Karine Lhommé To cite this version: Marie-Karine Lhommé. Un commentaire en catalogue : les Vénus du Servius Danielis (Aen. 1, 720) . Eruditio antiqua, HiSoMA/MOM, 2012, pp.313-355. hal-01463120 HAL Id: hal-01463120 https://hal.archives-ouvertes.fr/hal-01463120 Submitted on 9 Feb 2017 HAL is a multi-disciplinary open access L’archive ouverte pluridisciplinaire HAL, est archive for the deposit and dissemination of sci- destinée au dépôt et à la diffusion de documents entific research documents, whether they are pub- scientifiques de niveau recherche, publiés ou non, lished or not. The documents may come from émanant des établissements d’enseignement et de teaching and research institutions in France or recherche français ou étrangers, des laboratoires abroad, or from public or private research centers. publics ou privés. Eruditio Antiqua 4 (2012) : 313-355 UN COMMENTAIRE EN CATALOGUE : LES VÉNUS DU SERVIUS DANIELIS (AEN . 1, 720) MARIE -KARINE LHOMMÉ UNIVERSITÉ LYON 2 – HISOMA Résumé L’utilisation par Virgile, en Aen. 1, 720, de l’épithète rare Acidalia pour désigner Vénus provoque un commentaire explicatif du primo-Servius. Le Servius Danielis ajoute à la suite une série de vingt-deux noms ou épithètes de Vénus, plus ou moins longuement expliqués. Cet article propose d’examiner une à une ces Vénus, de voir les liens thématiques qui expliquent leur ordre d’apparition, et de conclure sur ce que le Servius de Daniel retient de chacune d’elles. Abstract The use by Virgile ( Aen . 1, 720) of the rare attribute Acidalia referring to Venus leads to an explanatory comment by Servius.
    [Show full text]
  • Portland Daily Press: July 07,1865
    DAILY * PORTLAND i». ’■ 4 _ .. PRESS. *£**<.*• .[f/ / J""« aa» ,wi-- >oi- 4-_PORTLAND, FRIDAY MORNING, JULY 7, 1865. jw*. «« PRESS: playing croquet. It conceals the age of the PORTLAND DAILY of Miscellaneous. For Sale to old, and displays the grace the young.— and Let, Wants, Lost and Found. Business Cards. * a bow Miscellaneous, Cards. JOHN T. GILMAN, Editor, Grandpapa, in whose hand would look I_Business absurd whose lumbago would interfere with PUBLISHED AT 82j EXCHANGE STREET, BY Found. Ihe exercise of quoits or balls, can and does Valuable Real Estate! SELEE’S BEMOyAL INTERNATJQHil the Fourth of between Green and Casco A. FOSTER & often » very close game of croquet. He July, N. CO. play FOR SALE. Streets, a purse containing a small sura of mon- CHARLES bend his thus it is a pas- CU8TI8 need not back; good The owner can have the same by calling at this & CO., ° ! E. P. j those who are rather stiffish.— INSURANCE COMP’Y located the cor- i and HAIR LIFE The Portland Daily Press is published at time ibr getting finely Real Estate, on paying changes. MILL^TT.i Deaten la nerof Has removed from Wharf $8.00 per year iu advance. And for those full of ease and grace, what betr Inf/rPr°perty Long to The Maine State Press is Of the ol New published every ter?—[Exchange Paper. City York. mTlie NO. 3 UNION WHARF, Thursday morning, at $2.00 per annum, in advance: State and JDanfurth Sts.. JLost. six A Magical Preparation 1 Gents’ $2.2-', If paid within months; and $2.50, if Where he trill do a General Oammitmon Bumtu aim pay- Now owned and the rllx-i.
    [Show full text]
  • Tertullian Ad Nationes and Apologeticum Excerpts
    Tertullian of Carthage Excerpts from To the Nations & Apology To the Nations/Ad nationes 2.9-17 (ANF 3:137-46) Apology/Apologeticum 29-40 (ANF 3:41-48) These two texts give us examples of Tertullian presenting himself to two different audiences. To the Nations is written to a Carthaginian audience, attacking Roman injustices and impieties. The Apology, on the other hand, is a defense of Christian practices, written to a Roman audience. To the Nations (excerpt) The Power of Rome. Romanized Aspect of All the Heathen Mythology. Varro's Threefold Distribution Criticised. Roman Heroes (Æneas Included,) Unfavourably Reviewed. Chapter IX.—The Power of Rome. Romanized Aspect of All the Heathen Mythology. Varro’s Threefold Distribution Criticised. Roman Heroes (Æneas Included,) Unfavourably Reviewed. Such are the more obvious or more remarkable points which we had to mention in connection with Varro’s threefold distribution of the gods, in order that a sufficient answer might seem to be given touching the physical, the poetic, and the gentile classes. Since, however, it is no longer to the philosophers, nor the poets, nor the nations that we owe the substitution of all (heathen worship for the true religion) although they transmitted the su- perstition, but to the dominant Romans, who received the tradition and gave it wide author- ity, another phase of the widespread error of man must now be encountered by us; nay, another forest must be felled by our axe, which has obscured the childhood of the degenerate worship922 with germs of superstitions gathered from all quarters. Well, but even the gods of the Romans have received from (the same) Varro a threefold classification into the certain, the uncertain, and the select.
    [Show full text]
  • Names in Multi-Lingual
    Richard Coates, England 209 A Natural History of Proper Naming in the Context of Emerging Mass Production: The Case of British Railway Locomotives before 1846 Richard Coates England Abstract The early history of railway locomotives in Britain is marked by two striking facts. The first is that many were given proper names, even where there was no objective need to distinguish them in such a way. The second is that those names tended strongly to suggest essential attributes of the machines themselves, sometimes real as in the case of Puffing Billy, or metaphorical or mythologized as in the cases of Rocket and Vulcan. However when, before long, locomotives came to be produced to standard types, namegiving remained the norm for at least some types but the names themselves tended to be typed, and naturally in a less constrained way than earlier ones. The later onymic types veered sharply away from being literally or metaphorically descriptive. The sources of these second-order onymic types are of some interest, both culturally and anthropologically, and some types tended to be of very long currency in Britain. This paper explores the early history of namegiving in an underexplored area, and proposes a general model for the evolution of name-bestowal practices. *** In this paper, I offer an analysis of the names given to steam railway locomotives in Britain between the creation of the first such machine in 1803–4 and the year 1846, chosen semi- arbitrarily as the cut-off date because of the introduction in 1845–6 of the innovative engines designed by Thomas Crampton.
    [Show full text]
  • Indice Dei Lemmi
    INDICE DEI LEMMI abactio A xxviii 49 abiudicare a 499 abactor a 662 ablactatio L xxvi i 1 abactus A xxviii 48, a 304 ablactatus L xxvi 10 abalienatio A xxxiii 8 ablacto L xxvi 9 abalienatus A xxxiii 7 ablatio F xxii 64 abalieno A xxxiii 6 ablativus F xxii 64 abamita a 497 ablatus F xxii 62 abaso a 549 ablego L i 31; -are a 622 abavus A xvi 18, a 187 ablegumina a 545 abbrevio B v 14 abligurrigo a 468; L xxxv 15 abcrepitus a 550 abligurrio L xxxv 14; -ire a 466 abdicativus a 664; D i 40 abligurritus a 467 abdico D i 39; -are a 500, a 663 ablunda a 551 abditorium a 728; D v 47 abluo L vi 19 abditus D v 46 ablutio L vi 21 abdo D v 45 ablutus L vi 20 abdomen a 511 abmutilare a 624 abeo E x 26 abnepos a 502; N xvi 6 aberro E vii 9 abnitor a 631; N xxii 11 aberuncare a 665 abnuo N xv 15 abgregatio G vii 25 abolere a 473 abgregatus a um G vii 23 abolitus a 474 abgregatus G vii 24 abominarium A lxviii 5 abgrego G vii 22; -are a 498, a 672 abominatio A lxviii 3; O xv 10 abhinc H xxi 4 abominator O xv 8 abhominari et derivata v. abomi- abominatus A lxviii 2; O xv 9 abiecula E x 30 abominium A lxviii 4, a 605; O xv 11 abiegnus E x 32 abominor A lxviii 1; O xv 7; -aii a 604 abies E x 29 abotigines a 471; O iv 13 abietinus E x 31 aborior O iv 17 abiges A 666 aborsum a 463 abigeus A xxviii 50, a 303; c/.
    [Show full text]
  • Proceedings of the United States National Museum
    ' REPORT ON THE LEPIDOPTERA OF THE SMITHSONIAN BIOLOGICAL SURVEY OF THE PANAMA CANAL ZONE. By Harrison G. Dyar, Cii!(todian of Lepidoptera, United States National Museum. The present paper deals with the so-called Macrolepidoptera col- lected in Panama under the auspices of the Smithsonian Biological Survey, in the Canal Zone and from localities outside of it. Most of the specimens here treated were collected by Mr. August ' ' ' Busck, who went primarily to collect ' Micros ' and took the ' 'Macros only as a side issue. Consequently the larger "Macros," especially the Papilionoidea and the larger moths will be found poorly repre- sentsd in this list. The little "Macros," especially the small Noc- tuidse, LithosiidfB, and Pyralidge, will be found unusually well repre- sented, many hitherto undiscovered species being among them. There are reported on here 8,254 specimens in 1 ,713 species. Some additional material, which proved impracticable to incorporate, will raise the total number of specimens in the collection to about 9,000, but will not increase the number of species greatly. Superfamily PAPILIONOIDEA. Family PAPILIONIDyE. PALILIO THOAS NEACLES Rothschild and Jordan. 2. ^ Cabmia,^ May, 1911 (Busck); Ancon, Canal Zone (O.Celestine). PAPILIO ERITHALION Boisduval. 9. Porto Bello, March, 1911 (Busck); Trinidad River, May, 1911 (Busck); Taboga Island, June, 1911 (Busck). PAPILIO POLYDAMAS Linnaeus. 1. Ancon, Canal Zone (O. Celestme). PAPILIO XANTICLES Bates. 1. La Chorrera, May, 1912 (Busck). PAPILIO ILUS Fabricius. 1. Cabima, May, 1911 (Busck). 1 The number preceding the localities indicates the number of specimens of the species before me. 2 The locality Panama is to be understood in each instance.
    [Show full text]
  • Divinità Minori Ma Questioni Complesse: Morfologia E Teonimia Nei Sondergötter Di Roma
    Università degli Studi di Padova Dipartimento di Studi Linguistici e Letterari Corso di Laurea Magistrale in Linguistica Classe LM-39 1 Tesi di Laurea Divinità minori ma questioni complesse: morfologia e teonimia nei Sondergötter di Roma Relatore: Prof. Davide Bertocci Laureanda: Giulia Eleonora Laudani n° matr.1155517/LMLIN Anno Accademico 2019 / 2020 INDICE INTRODUZIONE .......................................................................................................................... 1 1. NOMI DIVINI NEL PANORAMA LATINO .............................................................................. 7 1.1 Gli indigitamenta .............................................................................................................. 7 1.2. Assenza di mito e “teologia della parola” ..................................................................... 10 1.3. I Götternamen di Usener ............................................................................................... 12 1.4. Criticità delle teorie useneriane: arcaicità e rapporto tra divinità minori e maggiori .. 14 1.5. I teonimi all’interno del sistema linguistico .................................................................. 17 1.6. La facies morfologica dei teonimi latini ........................................................................ 19 2. GLI INDIGITAMENTA: UN’ANALISI MORFOLOGICA .......................................................... 21 2.1. Suffisso -a .....................................................................................................................
    [Show full text]
  • De Mutinus Titinus À Priape Ou Les Métamorphoses Antiques Et Modernes D'un Dieu Oublié
    De Mutinus Titinus à Priape ou les métamorphoses antiques et modernes d’un dieu oublié Marie-Karine Lhommé To cite this version: Marie-Karine Lhommé. De Mutinus Titinus à Priape ou les métamorphoses antiques et modernes d’un dieu oublié . Onomastique et intertextualité dans la littérature latine, Daniel Vallat; Frédéric Biville, Mar 2005, Lyon, France. pp.195-220. hal-01474522 HAL Id: hal-01474522 https://hal.archives-ouvertes.fr/hal-01474522 Submitted on 22 Feb 2017 HAL is a multi-disciplinary open access L’archive ouverte pluridisciplinaire HAL, est archive for the deposit and dissemination of sci- destinée au dépôt et à la diffusion de documents entific research documents, whether they are pub- scientifiques de niveau recherche, publiés ou non, lished or not. The documents may come from émanant des établissements d’enseignement et de teaching and research institutions in France or recherche français ou étrangers, des laboratoires abroad, or from public or private research centers. publics ou privés. Collection de la Maison de l'Orient méditerranéen ancien. Série philologique De Mutinus Titinus à Priape ou les métamorphoses antiques et modernes d’un dieu oublié Marie-Karine Lhommé Citer ce document / Cite this document : Lhommé Marie-Karine. De Mutinus Titinus à Priape ou les métamorphoses antiques et modernes d’un dieu oublié. In: Onomastique et intertextualité dans la littérature latine. Actes de la journée d'étude tenue à la Maison de l'Orient et de la Méditerranée – Jean Pouilloux, le 14 mars 2005. Lyon : Maison de l'Orient et de la Méditerranée Jean Pouilloux, 2009. pp. 195-220. (Collection de la Maison de l'Orient méditerranéen ancien.
    [Show full text]
  • List of Goddess Spirits for MD 3 Charities, 3 Cranes, 3 Erinyes, 3 Moirai, 7 Flowers, Abuk, Abarbarea, Abeguwo, Abeona, Abnoba
    List of Goddess Spirits for MD 3 charities, 3 cranes, 3 Erinyes, 3 Moirai, 7 Flowers, Abuk, Abarbarea, Abeguwo, Abeona, Abnoba, Abundantia, Acca Larentia, Aceso, Achadian mythology, Achelois, Achthonian, Aditi, Adrasteia, Adrestia, Adsullata, Advaita, Aecerbot, Aegle, Aequitas, Aeraecura, Aeternitas, Aganippe, Agasaya, Agdistis, Agenoria, agriculture goddesses, Agrona, Aibell, Aide, Ailas, Aimend, Aine, Airmed, Aja, Aja orisha, ajo njo, Ajysyt, Ak Ana, Akka, Akna, Al Basti, al-Lat, al-Manat, Al-Uzza, Ala, Ala Odinani, Alala, Albina, Alcinoe, Ale, Alemonia, AlfrooullAlke, Ali, Alilat, Alke, all ground of earth considered Holy land, All-Goddess, Allat, Allatu, Alor, Alpanu, Alruna, Alt nan Cailleach, Alu Ani, Alusi, Ama-arhus, Amahraspand, Amasagnul, Amathaunta, Ambika, Amaterasu, Amaunet, Amazon feminism, Amazon societies, Amazons, Ameretat, Ame-no-Uzume-no-Mikoto, Amesaspand, Amesha Spenta, Amor, Amordad, Amrtatva, Amurdad, An, Ana, Anahit, Anahita, Anaisa Pye, Ananke, Anann, Anat, Anath, Anaxibia, Ancamna, ancestral deity, Ancharia, Andarta, Andraste, Angel One, Angelos, Angerona, Angeronalia, Angeronia, Angitia, Angra Mainyu, Ani, Anima, Anjea, Anna Jagiellon, Annona, Anput, Antevorta, anti-male, Antevorta, Antu, Anu Irish goddess, Anuket, Anumati, Aoide, Apate, Appias, Apollo, Apollonis, Aphaea, Aphrodite, Apsara, Aradia Gospel of Witches, Arae, Aranyani, archaic local goddesses, archtypal mother in collective unconscious of humans, Arda, Arduenna silva, Arduina, Arduinna, Arduinnae, Arduinne, Argive Horae, Ariadne, Aricia sacred grove,
    [Show full text]