Eugeen Van Mieghem, Vergeten Kunstenaar?
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Frederica Van Dam Masterproef in de Kunstwetenschappen Promotor: Professor Claire Van Damme Universiteit Gent 2007-2008 Eugeen Van Mieghem, het verhaal van een (her)ontdekking? Inhoudstafel 1 INLEIDING ................................................................................................................................................... 2 1.1 VOORSTELLING EN MOTIVATIE VAN HET ONDERZOEK .......................................................................... 2 1.2 ONDERZOEKSVRAGEN .......................................................................................................................... 3 1.3 STATUS QUAESTIONIS VAN HET ONDERZOEK ........................................................................................ 4 1.4 THEORETISCH EN METHODOLOGISCH KADER ........................................................................................ 5 1.5 OVERZICHT VAN DE HOOFDSTUKKEN.................................................................................................... 7 2 1875-1930: EUGEEN VAN MIEGHEM, EEN ANTWERPS LEVEN IN KUNST GEVAT .................. 8 2.1 EEN ANTWERPS LEVEN. BIOGRAFIE VAN EUGEEN VAN MIEGHEM ....................................................... 8 2.2 EEN ANTWERPS KUNSTENAAR OF OOK MEER? OEUVRE, EVOLUTIE EN INVLOEDEN ............................ 19 2.2.1 Jeugdwerk 1875-1901 ................................................................................................................... 20 2.2.2 Huwelijksjaren: 1902-1905 ........................................................................................................... 29 2.2.3 Stille jaren: 1905-1910.................................................................................................................. 33 2.2.4 Jaren van erkenning: 1910-1914 .................................................................................................. 35 2.2.5 Oorlogsjaren: 1914-1918 .............................................................................................................. 38 2.2.6 Naoorlogse jaren: 1918-1930 ....................................................................................................... 40 2.2.7 Een omvangrijk oeuvre.................................................................................................................. 46 2.2.8 Het oeuvre onthaald door tijdgenoten ........................................................................................... 52 3 1930-1981: EUGEEN VAN MIEGHEM, VERGETEN KUNSTENAAR? ............................................ 69 3.1 EUGEEN VAN MIEGHEM: EEN HALVE EEUW TUSSEN VERGETELHEID EN AANDACHT .......................... 69 3.1.1 Tentoonstellingen en institutionele aandacht ................................................................................ 70 3.1.1.1 Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen (KMSKA)........................................................... 70 3.1.1.2 Museum Plantin-Moretus/Prentenkabinet Antwerpen-UNESCO Werelderfgoed .................................... 76 3.1.1.3 Andere initiatieven en exposities .............................................................................................................. 81 3.1.2 Aandacht van pers en vakliteratuur .............................................................................................. 87 3.1.3 Kunsthandel en verzamelaars ...................................................................................................... 91 4 1982-HEDEN: EUGEEN VAN MIEGHEM HERONTDEKT? ............................................................. 94 4.1 SLEUTELMOMENT LUIDT NIEUWE PERIODE IN ..................................................................................... 94 4.2 SCHIJNWERPERS OP VAN MIEGHEM: DE ROL VAN EEN STICHTING EN HAAR VOORZITTER ................... 96 4.2.1 Missie ............................................................................................................................................ 96 4.2.2 Tentoonstellingen .......................................................................................................................... 96 4.2.3 Publiek, particuliere bezitters, musea en … de Stichting ............................................................ 108 4.2.4 Pers, kunstcritici en literatuur..................................................................................................... 134 4.2.5 Economische gevolgen ................................................................................................................ 145 4.2.6 Artistieke gevolgen ...................................................................................................................... 150 4.2.7 Het woord van de voorzitter ........................................................................................................ 150 4.3 LUSTEN ANTWERPSE MUSEA EUGEEN VAN MIEGHEM? .................................................................... 154 4.3.1 Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen (KMSKA) ................................................ 154 4.3.1.1 Van Mieghem in het KMSKA tussen 1982 en vandaag ......................................................................... 154 4.3.1.2 Het KMSKA beschouwt Eugeen Van Mieghem..................................................................................... 156 4.3.2 Museum Plantin-Moretus/Prentenkabinet Antwerpen-UNESCO Werelderfgoed ....................... 159 4.3.2.1 Van Mieghem in het Prentenkabinet tussen 1982 en vandaag ................................................................ 159 4.3.2.2 Van Mieghem en de tentoonstellingspolitiek van het Prentenkabinet .................................................... 161 4.4 IS ER LEVEN VOOR VAN MIEGHEM NAAST DE STICHTING? ............................................................... 162 5 BESLUIT ................................................................................................................................................... 165 6 BRONNEN EN BIBLIOGRAFIE............................................................................................................ 174 1 1 Inleiding 1.1 Voorstelling en motivatie van het onderzoek Wie vandaag in kringen van modale kunstliefhebbers de naam Eugeen Van Mieghem vermeldt, krijgt vaak omschrijvingen te horen als ‘een ontdekking’ of ‘een vergeten en herontdekt kunstenaar’. In de kunsthandel hoort men dan weer spreken over een interessante prijzenevolutie, zeker wanneer men er spreekt over schilderijen van Van Mieghem. Dit fenomeen dat op veel grotere schaal spontaan even doet denken aan (her)ontdekkingen en aan marktwaarderingen als die bij het werk van bvb. Vincent Van Gogh verdiende o.i. een grondig onderzoek dat antwoorden of hypothesen zou kunnen formuleren op vragen die zich onvermijdelijk opdringen: Wanneer en waarom sprak of spreekt men in dit geval over een (her)ontdekking? Welke mechanismen liggen ten grondslag aan het verschijnsel? Welke oorzaken en gevolgen kunnen we vaststellen op diverse fronten waarop het kunstleven zich manifesteert: het tentoonstellingswezen (al dan niet in museale context); het publiek zonder dewelke kunst of een kunstenaar niet helemaal bestaan; de kunstmarkt, de pers, kunstcritici én … de kunstwetenschappelijke wereld? Als studente kunstwetenschappen heb ik bovendien ervaren dat context en interdisciplinariteit belangrijke gegevens zijn waardoor de blik op kunst bijzonder verruimd kunnen worden. Al te vaak blijft analyse van het beeld de boventoon voeren. De case ‘Van Mieghem’ leek me dan ook een interessante mogelijkheid om dit te overstijgen en diverse ‘kijkwijzers’ naast en soms zelfs door elkaar te gebruiken: Eerlijkheidshalve voeg ik hier aan toe dat er ook een sterke persoonlijke motivatie heeft gespeeld bij de keuze van mijn onderzoeksonderwerp: in het begin van de zeventiger jaren van vorige eeuw, op een moment toen Van Mieghem nog een relatieve onbekende was, kochten mijn ouders een werkje van deze kunstenaar. Mijn hele kindertijd heb ik dus aan de muur van onze huiskamer de geest van Van Mieghem ontmoet. Bovendien ervaarde ik, via gesprekken thuis en via publicaties, hoe dat onbekende werk plots begon thuis te horen in een verhaal dat hier en daar meer 2 weerklank leek te vinden. Dit proces fascineerde mij en riep tal van vragen op over de oorzaken ervan en over de kunstenaar zelf. Deze paper beschouw ik dan ook als enerzijds een zoektocht naar het verschijnsel ‘Van Mieghem’ zoals we het vandaag kunnen ervaren en anderzijds als een kunstwetenschappelijke oefening waarbij ik verschillende instrumenten kan gebruiken. Daarenboven probeer ik tegelijk tegemoet te komen aan mijn bijzondere fascinatie voor (her)ontdekkingen van kunstenaars ongeacht uit welke tijdsperiode deze stammen. Bij het zoeken naar wetenschappelijke literatuur over de (her)ontdekkingen van onder meer Johannes Vermeer en Vincent Van Gogh, vond ik immers nauwelijks informatie. De mechanismen die mogelijk plaatsvonden bij dergelijke ontwikkelingen lijken tot op heden weinig blootgelegd. Of er verschillende types van herontdekkingen en/of constanten zijn kan dus bvb. niet worden opgemaakt. Misschien kunnen we op het eerste zicht wel stellen dat een onderscheid kan gemaakt worden tussen (her)ontdekkingen door een ‘bezieler’ en die door andere kunstenaars. Van Gogh werd (her)ontdekt door Hendrik Bremmer, de man achter het Kröller-Müller Museum, en El Greco door Picasso en Kandinsky. Hoe het met Van Mieghem zit, wordt misschien een beetje duidelijker in de volgende bladzijden. 1.2 Onderzoeksvragen In het voorgaande stukje