De Zuid-Afrika Boeken Van Adriaan Van Dis
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
DE ZUID-AFRIKA BOEKEN VAN ADRIAAN VAN DIS Een zoektocht naar betrouwbaarheid en authenticiteit in hedendaags travel writing Laura Maes Studentennummer: 01503193 Promotor: Dr. Linde De Potter Proefschrift voorgedragen aan de Universiteit Gent tot het behalen van de master in de Vergelijkende Moderne Letterkunde Academiejaar: 2018 - 2019 !1 !2 Inhoudstafel Inhoudstafel 3 Dankwoord 5 Inleiding 6 Stand van het onderzoek 6 Methode 9 DEEL I: THEORIE: een introductie tot onbetrouwbaarheid 11 1. Travel writing 11 1.1 Definiëring en afbakening van het genre 11 A. Travel writing: literatuur of entertainment? 13 1.2 Hedendaagse problematieken 15 A. Postkolonialisme en travel writing 15 B. Werkelijkheidsbetrokkenheid: fictie en verslaggeving 16 C. Inner journeys en autobiografie 16 D. De lezer er generische verwachtingspatronen 18 2. Stijl: literair of journalistiek? 20 2.1 Historische schets 20 A. New Journalism en journalistiek proza 20 2.2 Werkelijkheidsclaims in fictie en journalistiek 22 A. Genre en paratekst 22 B. Journalistieke technieken 24 3. Narratologie 25 3.1 Waarheidswaarde 25 A. De rol van de lezer 26 3.2 Verhaalanalyse 28 3.3 Fictionaliserings- en echtheidsstrategieën 30 A. Fictionaliseringsstrategieën 30 B. Echtheidsstrategieën 32 DEEL II: Analyse van De Zuid-Afrika boeken van Adriaan Van Dis 33 !3 1. Paratekstuele analyse 33 1.1 Epitekst 34 A. Epitekst en De Zuid-Afrika boeken 34 B. Epitekst en genreassociaties 37 1.2 Peritekst 39 A. De rol van de cover 39 B. De rol van het voorwoord 40 C. De rol van verantwoordingen en illustraties 41 Verantwoordingen als werkelijkheidsclaim 41 Illustraties als werkelijkheidsclaim 43 D. De rol van bronvermeldingen en voetnoten 43 E. De rol van titels 46 Titels van hoofdstukken 47 1.3 Conclusie 47 2. Narratologische analyse 48 2.1 Vertelinstantie en bewustzijnsvoorstelling 48 A. Soorten vertelling 48 B. Eigenschappen van vertelling 49 C. Bewustzijnsvoorstelling 51 D. Inner journey 53 E. Conclusie 56 2.2 Karakterisering en focalisatie 57 A. Focalisatie 57 B. Karakterisering 58 2.3 Gebeurtenissen 60 A. Chronologie 61 B. Setting en symboliek 62 C. Conclusie 63 Conclusie 64 Referentielijst 66 !4 Dankwoord In de eerste plaats wil ik mijn promotor Dr. Linde De Potter bedanken voor haar wijze raad, feedback en snelle hulp. Wanneer ik door de bomen het bos niet meer kon zien, kon zij me steeds opnieuw de weg naar structuur en duidelijkheid wijzen. Ook zorgde ze ervoor dat ik - wanneer de motivatie even verdween - toch niet opgaf en de motivatie terugvond. Hartelijk dank dus voor uw interesse in mijn scriptie en de goede begeleiding. Verder wil ik Zoë Schets bedanken voor het nalezen van dit onderzoek. Iedere tekst heeft namelijk een tweede lezer nodig. Ook het samen reflecteren over (lees: panikeren over) het proces en vooruitgang van deze scriptie was een grote hulp. Ook wil ik mijn familie en vrienden bedanken voor het vele geduld en de koffietjes die dit onderzoek mede mogelijk hebben gemaakt. Als laatste wil ik Adriaan van Dis bedanken voor het schrijven van De Zuid-Afrika boeken. Er heeft zich een hele nieuwe wereld voor me geopend die mijn interesse in literatuur, journalistiek en reizen alleen maar vergrootte. - Laura Maes - (24.305 woorden) !5 Inleiding ‘Waarom ging ik in de hoogtijdagen van de Apartheid in hemelsnaam (Zuid-)Afrikaans studeren? Kleur, kleur en de ontkenning van kleur. En een taal aangeraakt door kleur. En een hang naar avontuur. Reizen wou ik… zo niet in het echt dan toch in woorden’ (Van Dis 2017:7). Zo opent Van Dis zijn verzamelbundel De Zuid-Afrika boeken, een bundeling die verscheen naar aanleiding van de opening van de Zuid-Afrikatentoonstelling in het Rijksmuseum (Mulder 2017). Van Dis werd ambassadeur van deze tentoonstelling vanwege zijn betrokkenheid met Zuid-Afrika. Hij studeerde in de vroege jaren ’70 in Stellenbosch, Zuid-Afrika en zijn kennis van het Afrikaans hielp hem tijdens zijn verdere reizen. Na zijn studie werkte hij als journalist voor het NRC Handelsblad; dit in combinatie met Van Dis’ drang naar avontuur en zijn wil om zijn reiservaringen met een groot publiek te delen, zorgde voor de totstandkoming van De Zuid-Afrika boeken. Op basis van zijn reizen zijn de reisromans Het beloofde land (1990) en In Afrika (1991) geschreven. Op latere leeftijd keerde Van Dis terug naar Zuid-Afrika en in 2010 verscheen dan ook de roman Tikkop. De Zuid-Afrika boeken bieden aan de lezer een overzicht van het Zuid-Afrika van de jaren ’90 tot 2010 waarbij de reisromans een beeld schetsen van de roerige tijden rond de onafhankelijkheid van Zuid-Afrika en de strijd tegen de Apartheid. Tikkop is een ‘geëngageerde roman over het weerzien met Zuid-Afrika na de apartheid’ (Vullings 2013). De combinatie van reizen en literatuur in Van Dis’ oeuvre brengt ons automatisch bij het genre van de reisliteratuur. Stand van het onderzoek ‘As many places around the world confront issues of globalization, migration and postcoloniality, travel writing has become a serious genre of study, reflecting some of the greatest concerns of our time’ (Thompson 2015:i). Maar wat is travel writing nu precies en hoe wordt het gedefinieerd. Reisverhalen, reisromans, reisverslagen en reisbeschrijvingen zijn allemaal verschillende begrippen die gebruikt worden, maar vaak moeilijk van elkaar te onderscheiden zijn. Carl Thompson beschrijft het genre met zijn verschillende subgenres dan ook als hybride en niet altijd direct herkenbaar (2015). In de Angelsaksische wereld wordt de term travel writing in brede zin gebruikt, namelijk travel writing als: ‘[e]ncompassing forms as diverse as field journals, investigative reports, guidebooks, memoirs, comic sketches and lyrical reveries’ (Thompson 2015:i). Ook de weergave van symbolische reizen gaande van pelgrimstochten tot blogs kunnen als travel writing gezien worden. !6 Het Algemeen Letterkundig Lexicon van Van Bork e.a. maakt een verder onderscheid tussen enerzijds reisbeschrijvingen of reisverslagen en anderzijds reisverhalen. Beide varianten worden inhoudelijk bepaald ‘door het feit dat reiservaringen en de entourage van vreemde landen en volkeren er de belangrijkste elementen van vormen’ (Van Bork e.a. 2019). Een reisverslag kan volgens Van Bork e.a. de vorm aannemen van een journaal, verslag of reportage, maar kan ook verschijnen in de vorm van een roman of gedicht (Van Bork e.a. 2019), wel blijft het nog steeds een verslag van een reis. Bij reisverhalen ligt de nadruk meer op het verhalende aspect, hoewel ook hier sprake is van een grote variëteit: Die diversiteit beweegt zich tussen twee uitersten. Enerzijds de fictieve reisverhalen waarin het uiteindelijk niet gaat om het reizen zelf, maar om symbolische, didactische of moralistische doeleinden. Anderzijds reisverhalen waarin een werkelijk door de auteur of het opgevoerde personage ondernomen reis uitgangspunt is en waarin gestreefd wordt naar een literaire vormgeving van het verslag van die reis, zodat het tot de literatuur gerekend wordt (Van Bork e.a. 2019). Uit voorgaande definities blijkt dat vooral de literaire, beschouwende reisbeschrijvingen nauw verbonden zijn met het reisverhaal. De Routledge Companion to Travel Writing en andere Angelsaksische bronnen (zie Lean e.a 2016) maken dit onderscheid niet en gebruiken de overkoepelende term ‘travel writing’. Om verwarring te voorkomen zal deze scriptie de term ‘travel writing’ gebruiken wanneer over het genre in algemene zin gesproken wordt. Wanneer relevant zullen de termen reisverhaal/roman of reisbeschrijving gebruikt worden. Travel writing kan dus enerzijds journalistieke vormen aannemen of anderzijds sterk aansluiten bij literaire genres. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de betrouwbaarheid van travel writing regelmatig bevraagd wordt. Volgens Thompson wordt er steeds meer focus gelegd op het narratieve, esthetische aspect van de vertelling, op ‘the developmental narrative’ (2015:198), maar hij benadrukt ook het belang van ‘truthfulness and factual accuracy’ (198). Hoe gaat de lezer bijvoorbeeld om met eventuele ‘poorly researched announcements’ (Thompson 2015:199)? Of wordt er een misleidende ‘air of authority’ (2015:199) toegekend aan travel writing? Dit alles laat de problematiek van travel writing dadelijk zien: in hoeverre wordt de werkelijkheid vermengd met fictie? Wat zijn de gevolgen voor en de effecten daarvan op de lectuur? In Travel and Imagination (2016) wijzen ook Lean, Staiff en Wharton op de interactie tussen werkelijkheid en fictie als ‘key element of travel writing’ (2016:104): ‘Most travel books and blogs !7 focus on the traveller as an eyewitness and are founded on a sense of realism and proof, the experience of physical presence and the conviction of a possibly truthful retelling of one’s experiences’ (2016:104). Menno Lievers ziet het reisverhaal als een prototype van literaire non-fictie waarin zowel de nauwkeurigheid van de reporter als ‘the shifting voices and viewpoints of a novelist’ een plaats krijgen (2008:1). De grenzen met fictie kunnen in meer of mindere mate opgezocht worden, zo kunnen gedachten en gevoelens toegeschreven worden aan personages die de auteur onmogelijk geweten kan hebben, ‘zodat het resultaat eerder op een vie romancée lijkt dan op een op feiten gebaseerde biografie. De verleiding is groot het dan maar af te doen als een roman, omdat de auteur de grenzen van het genre door die toevoegingen te buiten is gegaan’ (Lievers 2008). De vraag is nu hoe en op welke manier auteurs dit spel tussen werkelijkheid en fictie spelen. Zoals Daniel Carey terecht aangeeft, moeten we kijken naar de manier