Adriaan Van Dis
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/98606 Please be advised that this information was generated on 2021-09-23 and may be subject to change. DE SCHOOL VAN DE LITERATUUR ADRIAAN VAN DIS Paul Sars SUN· Kritak DE SCHOOL VAN DE LITERATUUR onder redactie van Eric Wagemans & Henk Peters Paul Sars ADRIAAN VAN DIS De zandkastelen van je jeugd JosJoosten TOM LAN OY E De ontoereikendheid van het abstracte ... vir u kan ek om die dood nie ’n bitter vers skryf nie alhoewel dit die mode is om stikkend verby die moeder- speen in mond te skel en die sandkastele van kinderjare roekeloos om te skop, op die grafte te spoeg ... BREYTEN BREYTENBACH Uit: Dieysterkoei moetsweet (1964) Paul Sars A D R IM N VAN DIS De zandkastelen van je jeugd Voor Nathan S. S U N · KRITAK Omslagontwerp en boekverzorging: Leo de Bruin, Amsterdam © Uitgeverij SUN, Nijmegen 1996 ISBN 90 6168 484 6 NUGi 321 Voor België: Uitgeverij Kritak ISBN 90 6303 696 5 D 1996 2393 44 Inhoudsopgave Woord vooraf 7 1.NATHAN SID IS ADRIAAN VAN DIS Leven en werk Het narcisme van de kleine verschillen 9 Een leven dat niet gold 13 Streven naar zuiverheid 17 Karakter: ‘Ik zou groot worden’ 20 De leerschool der liefde 24 Een verre reis 26 Debuut 28 Hier is... Adriaan van Dis 29 Dubbel afscheid van de journalistiek 33 Werken aan een oeuvre 35 2. VERHEF JEZELF Levensbeschouwing en literatuuropvatting Tussen God en goena-goena: het Hogere Zelf 37 Zware vrijheid: ‘Alleen mijn geweten houdt mij uit de slaap’ 45 Vogelvrij: wie zich niet hecht, kan nooit in de steek gelaten worden 48 De vleesgeworden paradox 49 Engagement: van buitenstaander naar go-between 50 De estheet: ‘Ik ben een grote moralist’ 54 De moralist: ‘Zo ben ik nog altijd een jongetje van elf 57 Lezen als een vorm van schrijven 58 Bordewijk en Reve: afstandelijk en helder 59 Van Wyk Louw en Breytenbach: zintuiglijk en beeldend 60 De optilkracht van het boek 64 3. DE GROTE REIS Beschrijving van de werken Reizen met gesloten ogen 68 Nathan Sid, Zilver Reizen naar de uitersten in jezelf 78 De rat van Arras, Casablanca, Tropenjaren, Een uur in de wind Reizen naar anderen en vreemden 83 Noord-Zuid, Een barbaar in China, Het beloofde land, In Afrika Reizen aan de schrijftafel 92 Palmwijn, Indische duinen De Grote reis 98 4. PERFECTE STIJLBEHEERSING TOT AAN WOEDE Ontvangst van de werken Presentator of schrijver? 101 Een plaats in de Nederlandse literatuur 105 Journalistieke distantie of literaire ironie? 109 Het verlies van de onschuld 111 Betrokkenheid en woede 115 Engagement en moralisme 118 5. HETZELFDE NET EVEN ANDERS Plaats in de literaire traditie Kind van zijn tijd 123 Stilist, moralist en romanticus 125 Bekentenisliteratuur 127 Reisliteratuur 128 Indische literatuur 131 6. BIOGRAFISCH EN BIBLIOGRAFISCH OVERZICHT Biografisch overzicht 135 Werken van Adriaan van Dis 136 In boekvorm 136 Belangrijke publikaties in tijdschriften en verzamelbundels 139 Theaterteksten, libretto’s 139 Werken op audiocassette en compact-disc 140 Werken in vertaling 140 Vertalingen door Adriaan van Dis 141 Interviews met Adriaan van Dis 141 Belangrijke teksten over Adriaan van Dis en zijn werk 142 Algemeen 142 Over de afzonderlijke boeken 142 Keuze uit audiovisueel materiaal met en over Adriaan van Dis 148 Woord vooraf ... dat het geen zin heeft om - zoals Breyten Breytenbach ooit dichtte - de zandkastelen van je jeugd omver te trappen. ADRIAAN VAN DIS Adriaan van Dis heeft altijd schrijver willen worden, net als zijn ‘Na- than’ en ‘Zilver’. Maar het heeft jaren geduurd voordat hij de schrijfta fel bereikte. Eerst heeft hij rondgezworven, reizen gemaakt naar China en Afrika, en naar zijn eigen binnenwereld: zijn Indische jeugd in het Nederlandse Bergen. Al die omzwervingen zijn in de vorm van (reis)- verhalen literatuur geworden. En er loopt door alle boeken heen een rode draad, van het debuut Nathan Sid (1984) naar zijn meest recente roman Indische duinen (1994), waarin de volwassen Nathan zijn kin dertijd opnieuw beziet. De soms moeizaam verlopen ontwikkeling naar het schrijverschap speelt daarin een cruciale rol. Kenmerkend voor Adriaan van Dis is dat hij ondanks alle woede zonder rancune kan schrijven, in het besef ‘dat het geen zin heeft om - zoals Breyten Brey tenbach ooit dichtte - de zandkastelen van je jeugd omver te trappen’. Dit inzicht heeft me bij het schrijven van de monografie telkens weer voor ogen gestaan, juist omdat emotionele betrokkenheid één van de drijfveren lijkt te zijn in het werk van Adriaan van Dis. Om zelf in de spanning tussen beschrijving en betrokkenheid overeind te blij ven, heb ik me verzekerd van de steun tal van personen, die ik op deze plaats wil danken voor hun bijdragen. Mijn dank gaat allereerst uit naar de uitgever Henk Hoeks en de redacteuren van de reeks, Henk Peters en Eric Wagemans. Vooral de laatstgenoemde heeft me geduldig en met opbouwende kritiek bege leid. Redactionele ondersteuning mocht ik ook ontvangen van Michel Melenhorst en van Judith Minkman, die bovendien een bijdrage lever de aan de voorbereiding van het vierde hoofdstuk en aan de bibliogra fie. Erkentelijk ben ik Erica van Boven, die me haar nog ongepubliceer de lezing ‘Over Indische duinen’ ter beschikking stelde. Ton Anbeek dank ik voor inzage in de manuscripten van zijn boek Het donkere hart en voor de toelichting die hij desgevraagd wilde geven. Wie over Adriaan van Dis schrijft, moet op zijn woorden passen. De schrijver zelf zweert immers bij zuiver taalgebruik omwille van een heldere voorstelling van zaken. In dit verband gaat mijn dank uit naar Sanne van Tongeren, Frits Robeerst, Han Beijersbergen en Paula Wil- 7 lems, die me op het juiste spoor trachtten te houden, Hetzelfde geldt, in algemene zin, voor Esther, Diede en Nathan. PAUL SARS Met sketches langs de deur in Hilversum, 1957 i. Nathan Sid is Adriaan van Dis Leven en werk Nathan was er nooit geweest, maar wel gemaakt. Zijn zusters waren er geboren, net als zijn vader en veel van zijn ooms en tantes. Indië was overal in huis. [.Nathan Sid, p. 7] ‘Nathan was er nooit geweest, maar wel gemaakt.’ Met deze geheim zinnige woorden opent Adriaan van Dis zijn debimtnovelle Nathan Sid (1:983)3 waarmee een spanningsboog begint die pas in de slotzinnen van de roman Indische duinen (1994) een rustpunt vindt. De paradoxa le geschiedenis van het jongetje Nathan Sid, dat evenals Adriaan van Dis in Indië is verwekt, hoewel hij daar zélf ‘nooit geweest’ was, weer spiegelt zich in de mystificaties rondom hoofdpersoon en schrijver. Wie de boomlange blond-grijze Van Dis ziet, kan zich amper voorstel len dat hij ‘een Indische jeugd’ heeft gehad. In zijn literaire werk wordt het telkens gesuggereerd, maar nergens expliciet gemeld: Adriaan van Dis is Nathan Sid. Het is dan ook geen toeval dat Nathan Sid en zijn auteur patent hebben op de vermenging van werkelijkheid en fictie. Want juist de mystificaties rondom de identiteit van de persoon zijn een Indische erfenis van ongeziene herkomst, waardoor het hele schrijverschap wordt gevoed. Ook het fantastische jongetje Nathan Sid, waarachter Van Dis zich - zoals later blijkt in Indische duinen - zo opvallend zicht baar verschuilt, is een Indische erfenis. Hij is een in Indië ‘gemaakt’, een uit nood geboren alter ego, van wie de schrijver het karakter nog moet zien te achterhalen. Pas met de literaire ontrafeling van het fami lieverhaal in Indische duinen worden ook de identiteit(en) van de hoofd personen en hun schrijver ontmaskerd. Leven en literatuur cirkelen om elkaar heen in een proces van wederzijdse onthulling. Het is de spiegeling van pijnlijke ervaringen aan hun literaire verbeelding. HET NARCISME VAN DE KLEINE VERSCHILLEN Adriaan van Dis werd op 16 december 1946 geboren in Bergen, een met bos en duin omgeven dorp in Noord-Holland. Na drie maanden kreeg het gezin een woning toegewezen in het destijds desolate en ge- 9 isoleerde Bergen aan Zee, zeven kilometer strandwaarts van het dorp. Het huis van zijn jeugd lag aan de rand van de duinen. Het was een ongewoon gebouw, oorspronkelijk een Deutsches Kinderheim, dat in het bezit was van Duitsers. Na de oorlog was het door de Nederlanders in beslag genomen en werden er vier Indische repatriantenfamilies ondergebracht. Kort voor de geboorte van Adriaan was zijn moeder, Marie van Dis, teruggekeerd uit Nederlands-Indië, het tegenwoordige Indonesië. Zij was afkomstig uit een West-Brabants geslacht van bemiddelde boeren en had in september 1932, op 22-jarige leeftijd, Nederland verlaten. Ze had in Breda een uit Indië afkomstige cadet leren kennen, en vertrok met hem naar Indië, met instemming van haar liberaal-conservatieve vader. Het contact met de Brabantse familie is altijd goed gebleven. Grootvader Van Dis steunde het gezin door de jaren heen, en Adriaan bewaart typisch Nederlandse herinneringen aan een echte Hollandse oma, die pepermuntjes in haar tas had en naar eau de cologne rook. Hij put uit die ervaringen, zoals onder meer in Indische duinen blijkt. Uit het huwelijk van Marie van Dis met de Indische militair, zelf de zoon van een Hollandse planter en een inlandse vrouw, werden drie dochters geboren.* Tijdens de Japanse bezetting vocht hun vader als eerste luitenant in het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (knil). Hij werd gevangen genomen en in 1944 geëxecuteerd. Als de meeste Nederlanders werd Marie van Dis met haar dochters onder ellendige omstandigheden geïnterneerd in een Japans kamp. Na de bevrijding van de Japanse bezetters besloot zij naar Nederland terug te keren. Het besluit werd mede ingegeven door de toenemende spanningen in het naar onafhankelijkheid strevende Nederlands-Indië, waar de veilig heid van haar drie vaderloze kinderen niet meer gegarandeerd was.