Jean Absil (1893-1974) Selected Piano Works

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Jean Absil (1893-1974) Selected Piano Works Jean Absil (1893-1974) Selected Piano Works CD I Cinq Bagatelles op.61 (1944) Trois Impromptus op.10 (1932) 10_ 1. Pastourelle (Allegretto) 2’17 1_ 1. Vif 2’09 11_ 2. Musette (Andantino 1’04 2_ 2. Modéré 2’21 12_ 3. Berceuse (Andantino 1’42 3_ 3. Très vif 2’54 13_ 4. Gavotte (Moderato 1’22 14_ 5. Toccata (Vivo) 1’13 Sonatine op.27 (1937) 4_ 1. Allegretto 2’27 Grande suite op.62 (1944) 5_ 2. Humoresque 15_ 1. Prélude (Andantino) 3’03 (molto rubato – a tempo) 2’37 16_ 2. Scherzetto (Vivo) 2’22 6_ 3. Toccata (Vif) 2’09 17_ 3. Nocturne (Misterioso) 4’47 18_ 4. Toccata: vivo 3’43 Marines op.36 (1939-1940) 7_ 1. Allegretto 4’11 Hommage à Schumann op.67 (1946) 8_ 2. Andantino 4’37 19_ 1. Marche (moderato) 1’34 9_ 3. Vivo 4’07 20_ 2. Impromptu (allegretto) 2’11 21_ 3. Mouvement perpétuel(vivo) 1’50 Total time: 55’21 2 CD II Esquisses sur les sept péchés capitaux Danses Bulgares op.102 (1959) op.83 (1954) 14_ 1. Maestoso 1’44 1_ 1. L’Orgueil (marziale) 1’26 15_ 2. Recitativo & Andantino 2’04 2_ 2. L’Envie (allegro moderato) 1’42 16_ 3. Andante 2’14 3_ 3. La Paresse (andante) 2’08 17_ 4. Molto vivo 1’25 4_ 4. L’Avarice (moderato) 1’32 18_ 5. Allegretto 1’55 5_ 5. La Luxure (leggiero) 2’05 19_ 6. Vivo 1’23 6_ 6. La Gourmandise: alla burlesca 1’17 Deuxième Grande Suite 7_ 7. La Colère: (Hommage à Chopin) op.110 (1962) vivo alla cadenza (vivo) 1’24 20_ 1. Prélude: andante 2’26 21_ 2. 1er Nocturne: andantino 2’50 Échecs op.96 (1957) 22_ 3. Valse: moderato 2’03 8_ 1. Le roi: marcia moderato 2’45 23_ 4. 2e Nocturne: 9_ 2. La reine: andante 3’18 lento misterioso 3’42 10_ 3. Le fou: andante 2’58 24_ 5. Impromptu: maestoso 2’05 11_ 4. La tour: très lent 3’22 25_ 6. 3e Nocturne: allegretto 2’27 12_ 5. Les pions: andantino 1’57 26_ 7. Étude: vivo 1’31 13_ 6. Les cavaliers: molto vivo 2’46 Sonatine op.125 (1966) 27_ 1. Sonatine: allegro moderato 1’27 28_ 2. Pavane: andantino 1’26 29_ 3. Tarantelle: vivo 1’09 Daniel Blumenthal, piano Total time: 60’30 3 Editeurs: 1-13, 20-26: CeBeDeM, Bruxelles; 14-19: Henry Lemoine, Paris; 27-29: Uitgave Metropolis, Antwerpen Recording: Brussels, Royal Conservatory, Concert Hall, 25-28.11.2009 & 24-28.03.2010 – Sound engineer & producer : Yannick Willox – Piano tuning: Gaetan Leclef & Marc Leuridan – Cover: Original plans for the construction of Conservatory headquarters, ca 1872 – Cover design: Luc Deleu – photograph Daniel Blumenthal: Álvaro Yáñez – Design: mpointproduction.be – Resarch coordinator Koninklijk Conservato- rium/Erasmushogeschool: Kristin Van den Buys – Executive production: Michel Stockhem Het ontwerp van de cd-hoezen voor de Trobador cd-reeks van Het Koninklijk Conservatorium Brussel ligt in handen van Luc Deleu & T.O.P. office. Luc Deleu is fellow van het Kunstenplatform van de Universitaire Associatie Brussel en genoot een opleiding aan de Brusselse Sint-Lucasschool. Via allerhande manipulaties op de negentiende-eeuwse platte- gronden van het conservatorium zijn de cd-hoezen te lezen als een zich steeds verder ontwikkelende architectonische partituur. 4 5 nederlands Deze CD werd gerealiseerd in het kader van het onderzoeksproject door Daniel Blumenthal aan het Koninklijk Conservatorium Brussel en met de steun van het onderzoeksfonds van de Erasmushogeschool. Het Koninklijk Conservatorium is een departement van de Erasmushogeschool en partner in de Universitaire Associatie Brussel. Artistiek onderzoek aan het Koninklijk Conservatorium Brussel Deze opname van pianowerken van de Belgische componist Jean Absil is het resultaat van een artistiek onderzoeksproject van hoogleraar Daniel Blumenthal. Via nauwkeurig en accuraat onderzoek van alle moge- lijke historische en muzikale bronnen zoals partituren, tijdschriften, theoretische traktaten en secundaire literatuur creëerde hij een context voor zichzelf. Hoewel Jean Absil beschouwd wordt als één van de belangrijkste componisten van zijn generatie, is zijn muziek zelf toch niet zo bekend. Daarom haalde Daniel Blumenthal deze muzikale pareltjes van onder het stof. Hij selecteerde uit het gehele piano oeuvre van Absil deze composities op basis van hun intrinsieke artistieke en pianistieke waarde. “Absil bezit een sterk historische bewustzijn en vernieuwt de traditie van binnen uit. Hij gaat in zijn pianowerken steeds op zoek naar nieuwe pianistieke uitdrukkingsmogelijkheden en hij verlegt telkens de grenzen. Dit maakt het zo boeiend!” aldus Blumenthal. 6 Jean Absil (1893-1974) Jean Absil, afkomstig uit Bonsecours (Henegouwen), behaalde eerste prijzen voor harmonie (Martin Lunssens), contrapunt en fuga (Léon Dubois) aan het Koninklijk Conservatorium van Brussel en studeerde nadien compositie en orkestratie bij Paul Gilson. Dit leverde hem onder meer een tweede plaats op bij de Belgische ‘Prix de Rome’ (1921) en de Rubens Prijs (1934), die hem toeliet in Europa te reizen. In 1938 werd zijn pianoconcerto bekroond door de internationale Ysaye-wedstrijd, de voorloper van de huidige Konin- gin Elisabeth wedstrijd. In 1923 werd Absil directeur van de Muziekacademie van Etterbeek, die onder zijn leiding een zeer hoog niveau bereikte. Vanaf 1931 doceerde hij aan het Koninklijk Conservatorium Brussel waar hij als pedagoog een hele generatie jonge componisten heeft opgeleid, onder wie Victor Legley, Marcel Quinet, Raymond Baervoets, Peter Cabus, Paul-Baudouin Michel, Jan Decadt, Jacques Leduc en Annette Vande Gorne. Hij was ook vanaf 1939 aan de Muziekkapel Koningin Elisabeth verbonden als leraar, en werd actief bij de SABAM, die hij na catastrofe van de 2de Oorlog volledig heeft heropgebouwd als voorzitter en directeur-generaal (1945 tot 1948). Hij was tevens lid van de Koninklijke Academie van België, waarvan hij voorzitter werd in 1968. Jean Absil en de Modernistische muziekscène in Brussel Hoewel Jean Absil (1893-1974) een redelijk traditionele muziekopleiding genoot vlak voor en tijdens de Eerste Wereldoorlog, was hij toch erg geïnteresseerd in de nieuwste internationale ontwikkelingen van de hedendaagse muziek.Tussen 1890 en 1935 was die ‘Nieuwe Muziek’ trouwens razendsnel geëvolueerd. In de jaren negentig van de 19de eeuw was het Franse Impressionisme van Debussy de nieuwe stijl, in 1908 verbrak Schönberg alle tonale regels met de atonaliteit en startte het Expressionisme in Wenen. In 1913 verbaasde Stravinski Parijs en de wereld met zijn nieuwe ritme- en klankstructuren in ‘Le Sacre du Printemps’. Kort na de Eerste Wereldoorlog werd in het begin van de twintiger jaren in Parijs en in Brussel het Neo- Classicisme uitgeroepen als ‘la route blanche’ , de nieuwe weg die de muziek vanaf nu zou volgen. Satie en nadien Stravinski waren het grote voorbeeld. Schönberg en de expressionisten werden er als een ‘dood spoor’ beschouwd. De discussie of de muziek nu tonaal, atonaal of polytonaal moest zijn, woedde hevig tijdens de jaren twintig en werd hernomen op het einde van de jaren dertig. Er kwamen ook nieuwe boeg- 7 beelden. Vanaf 1927 werd de Duitse componist Paul Hindemith aanzien als diegene die de Duitse muziek had ‘ontgiftigd’ en zich ‘bekeerd’ had tot het Neo-Classicisme. Vanaf 1930 werd Wozzeck van Alban Berg beschouwd als het nieuwe type opera. Berg gaf met zijn lyrische en dramatische zeggingskracht het Weense Expressionisme een menselijk gelaat. Vanaf 1935 tenslotte werd de Hongaarse componist Bela Bartók getipt als één van de belangrijkste componisten van zijn generatie. Absil kon deze nieuwste ontwikkelingen op de voet volgen omdat de Brusselse muziekscène in de jaren twintig en dertig erg vooruitstrevend was. De Brusselse culturele en financiële elite zoals onder meer Paul Collaer van de Concerts Pro Arte, George Onnou, primarius van het befaamde Pro Arte kwartet, Henry Le Bœuf van de Concerts Populaires en de Filharmonische Vereniging, Corneil de Thoran van de Koninklijke Munt- schouwburg vonden het hun morele plicht het publiek te laten kennis maken met de hedendaagse muziek. Zij hadden een sterk internationaal netwerk opgebouwd en de meest vooraanstaande componisten als Satie, Stravinski, Milhaud, Honegger, Poulenc, Prokofief, Berg, Hindemith en Bartók kwamen geregeld naar Brussel waar hun werken werden uitgevoerd of waar ze zelf dirigeerden. Les Postulats de la Musique Contemporaine Jean Absil drukte zelf ook zijn stempel op deze internationale modernistische Brusselse muziekcsène. In 1937 richtte hij samen met onder meer Albert Huybrechts, René Bernier en Maurice Schoemaker Le groupement et la Revue ‘La Sirène’ op. Tot het ere-comité behoorden onder meer Bartók, Berg, Prokofief en Honegger. Het doel was om via artikels en concerten de hedendaagse muziek – zowel de Belgische als de internatio- nale – te verspreiden. In januari 1938 werd het tijdschrift hervormd tot Syrinx en werden nieuwe mede- werkers aangetrokken onder meer de jonge Franse componist Olivier Messiaen. In 1938 richtte Absil samen met fotograaf en concertorganisator Charles Leirens en jurist en essayiste Stanislas Dotremont, het tijdschrift La Revue Internationale de Musique op. Dit tijdschrift bereikte een hoog internationaal niveau ook dankzij de internationale schare medewerkers zoals onder meer Casella en Koechlin. De nieuwe toonsys- temen zoals de atonaliteit en polytonaliteit of Hindemiths Unterweisung im Tonsatz werden er uitvoerig in besproken. Zoals velen uit die financiële en culturele Brusselse elite geloofde ook Absil dat hij als ‘verlichte geest’ een 8 ‘opvoedende taak’ had en dat hij het publiek moest ‘inwijden in de hedendaagse muziek’. Daarom schreef hij in 1937 Les postulats de la musique contemporaine. “Daarom is deze studie van Absil nuttig” schreef Darius Milhaud in het voorwoord “ze ‘verlicht’ het publiek. Ze laat de logica zien van de laatste muzikale ontwikkelingen. […] Dat het publiek’ luistert’, zonder vooringenomen ideeën, dat ze zich laat drijven op deze rivier en zich laat leiden door onderlegde stemmen die de afgelegde weg kunnen duiden en becommentariëren.” Hierin geeft hij een overzicht van de mogelijkheden van de polytonaliteit en de atonaliteit en duidt ze historisch.
Recommended publications
  • Emma Lou Diemer's Solo Piano Works Through 2010: a Study Of
    Emma Lou Diemer’s Solo Piano Works Through 2010: A Study of Pedagogy and Performance in the Context of 20th- and 21st-Century Music Making A document submitted to the Graduate School of the University of Cincinnati in partial fulfillment of the requirements for the degree of DOCTOR OF MUSICAL ARTS in the Keyboard Studies Division of the College-Conservatory of Music By Kristal Bang Kim B.A., University of California, Los Angeles, 2000 M.M., San Francisco Conservatory of Music, 2003 Committee Chair: Jeongwon Joe, Ph.D. Readers: Elizabeth Pridonoff, MM Michael Chertock, MM ABSTRACT The document presents a comprehensive survey of the solo piano works by an eminent contemporary woman composer Emma Lou Diemer, who is still alive and active as a musician of various roles, such as a composer, teacher, performer, and church musician. By keying into her representative solo piano works including her most recent output, the document’s primary goal is to guide performers and piano teachers for understanding and playing the composer’s piano works. Selected pedagogical and concert works will be given detailed analysis such as comparisons of styles, structures, and sonorities. In light of her collective output for piano literature, the significance of the composer’s contribution to the 20th- and 21st-Century music making, especially for the history of piano literature, is examined, in the context of current musical culture and trend. ii Copyright © 2012 Kristal Bang Kim iii ACKNOWLEDGMENTS I am greatly thankful for all the inspiration and guidance that I have received in seeing and actualizing of this document.
    [Show full text]
  • Marcel Poot (Vilvoorde, 8.Mai 1901 – Brüssel, 12
    Marcel Poot (Vilvoorde, 8.Mai 1901 – Brüssel, 12. Juni 1988) Vrolijke ouverture (Fröhliche Ouverture) (1934) Vorwort Marcel Poot begann seine Musikstudien am Königlichen Konservatorium Brüssel mitten im ersten Weltkrieg. Seine wichtigsten Lehrer waren dort Arthur De Greef (Klavier) und Martin Lunssens (Harmonielehre). Ab 1919 setzte er seine Studien am Königlichen Flämischen Konservatorium Antwerpen fort. In der Klasse von Lodewijk Mortelmans erwarb er die Abschlüsse (Premier Prix) in Kontrapunkt und Fuge. Wie so viele seiner belgischen Zeitgenossen nahm er gleichzeitig Privatunterricht bei Paul Gilson, einem ausgezeichneten Komponisten und renommierten Musikpädagogen. Gilson stand in hohem Ansehen, vor allem als Meister der Orchestrierung. Poot sagte mehrmals mit Nachdruck, er hätte Gilson viel zu verdanken. 1925 er wurde Mitglied einer Gruppe belgischer Komponisten (sowohl niederländisch - als auch französischsprachig), die sich aus Anlass des sechzigsten Geburtstags von Gilson unter dem Namen Les Synthétistes zusammengeschlossen hatten. Außer Poot gehörten zu dieser Gruppe: Gaston Brenta, René Bernier, Theo Dejoncker, Robert Otlet, Maurice Schoemaker und Jules Strens. Nach kurzer Zeit schon verließ Otlet die Gruppe und Francis de Bourgignon rückte nach. Dieser bunte Komponistenzirkel hatte in La Revue musicale belge seine eigene Zeitschrift, die von Poot als Chefredakteur geleitet wurde. In dieser Zeitschrift veröffentlichten die Synthétistes ihre Grundsatzerklärung. Die Gruppe stellte den Anspruch, dass sie die Errungenschaften der zeitgenössischen Musik in deutlich umschriebene und gut ausgewogene Formen gießen wollte, also «synthetisieren». Mit der Erwähnung der «deutlich umschriebene Formen» war die Nähe der Synthétistes zu den herrschenden neoklassischen Strömungen gemeint. Gemeinschaftlich publizierten die Synthétistes ein Album mit Klavierwerken (herausgegeben bei den Editions de la Synthèse), aber wegen der sehr unterschiedlichen Charaktere der angeschlossenen Komponisten zerfiel die Gruppe schnell wieder.
    [Show full text]
  • Gentse · Bijdragen ·- Tot De Kunstgeschiedenis En Oudheidkunde
    GENTSE · BIJDRAGEN ·- TOT DE KUNSTGESCHIEDENIS EN OUDHEIDKUNDE XXVII (1988) UITGEGEVEN DOOR DE SECTIE KUNSTGESCHIEDENIS EN OUDHEIDKUNDE VAN DE RIJKSUNIVERSITEIT T E GENT MET DE STEUN VAN HET UN IVERSITEITSVERMOGEN GENT 1988 F GENTSE BIJDRAGEN TOT DE KUNSTGESCHIEDENIS EN OUDHEIDKUNDE EDITORlAL ADDRESS e.o. Joost Vander Auwera Secretary of the Editorial Board St.-Hubertusstraat 2, B-9000 Gent DISTRIBUTION up to vol. 26: idem from vol. 27 onwards: PEETERS PRESS- P.B. 41 - B-3000 LOUVAIN All rights reserved. No part of this pub/ication may be reproduced, slored in a retrieval system, or transmitted in any form or by any means, e/ectronic, mechanica/ photocopying, recording, or otherwise, without the prior permission of the Faculteit Letteren en Wijsbegeerte, Sectie Kunst­ geschiedenis en Oudheidkunde. Copyright: © Faculteit Letteren en Wijsbegeerte Sectie Kunstgeschiedenis en Oudheidkunde Wettelijk depot: D. 1989/0634/8 ISSN: 0772-7151 GENTSE BIJDRAGEN TOT DE KUNSTGESCHIEDENIS EN OUDHEIDKUNDE . 4 XXVII (1988) UITGEGEVEN DOOR DE SECTIE KUNSTGESCHIEDENIS EN OUDHEIDKUNDE VAN DE RIJKSUNIVERSITEIT TE GENT MET DE STEUN VAN HET UNIVERSITEITSVERMOGEN GENT 1988 INHOUDSTAFEL H. F. MusscHE, Holzwege im Laureion Patriek MoNSIEUR, Het Herakteion van Thasos: Een evaluatie van het onderzoek . 8 F.J. DE HEN, Tohu Ubohu en Genesis van de muziekinstrumenten tijdens de middeleeuwen . 21 Juliaan H.A. DE RIDDER, Villard de Honnecourt en de Kabbala . 31 Frieda VAN TYGHEM - Jean VAN CLEVEN, Het kasteel van Moregem bij Oudenaarde ( 1792-1798). Een merkwaardig ensemble uit de 'Direc- toire '-tijd . 39 Sibylle VALCKE, François-Joseph Navez et les peintres primitifs 79 Anthony DEMEY, Een blik in het archief van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen: Henri Geirnaerf en de kerk van Eksaarde 88 Francisca VANDEPITTE, Het exotisme bij Gauguin .
    [Show full text]
  • Marco Polo – the Label of Discovery
    Marco Polo – The Label of Discovery Doubt was expressed by his contemporaries as to the truth of Marco Polo’s account of his years at the court of the Mongol Emperor of China. For some he was known as a man of a million lies, and one recent scholar has plausibly suggested that the account of his travels was a fiction inspired by a family dispute. There is, though, no doubt about the musical treasures daily uncovered by the Marco Polo record label. To paraphrase Marco Polo himself: All people who wish to know the varied music of men and the peculiarities of the various regions of the world, buy these recordings and listen with open ears. The original concept of the Marco Polo label was to bring to listeners unknown compositions by well-known composers. There was, at the same time, an ambition to bring the East to the West. Since then there have been many changes in public taste and in the availability of recorded music. Composers once little known are now easily available in recordings. Marco Polo, in consequence, has set out on further adventures of discovery and exploration. One early field of exploration lay in the work of later Romantic composers, whose turn has now come again. In addition to pioneering recordings of the operas of Franz Schreker, Der ferne Klang (The Distant Sound), Die Gezeichneten (The Marked Ones) and Die Flammen (The Flames), were three operas by Wagner’s son, Siegfried. Der Bärenhäuter (The Man in the Bear’s Skin), Banadietrich and Schwarzschwanenreich (The Kingdom of the Black Swan) explore a mysterious medieval world of German legend in a musical language more akin to that of his teacher Humperdinck than to that of his father.
    [Show full text]
  • SOLO KEYBOARD MIXED COLLECTIONS Collections Containing Works by Various Composers ______50092970 32 Sonatinas and Rondos, Vol
    97144 Kybd 212-246 8/29/05 8:33 AM Page 212 212 SOLO KEYBOARD MIXED COLLECTIONS Collections containing works by various composers ______50092970 32 Sonatinas and Rondos, Vol. 2 Ricordi RER1455 ........................................................$17.95 ______50331300 36 Twentieth Century Pieces ____50327800 1st Pedal Studies for Piano: Progressive Exercises Schirmer ED2734 ........................................................$14.95 and Pieces (Diller/Quaile) Schirmer ED1732 ..........................................................$9.95 ______50332880 1st Solo Book for Piano Revised (Diller/Quaile) Schirmer ED2956 ..........................................................$6.95 ______50333260 2nd Solo Book for Piano Revised (Diller/Quaile) Schirmer ED3014 ..........................................................$5.95 ______50326980 3rd Solo Book for Piano (Diller/Quaile) Schirmer ED1456 ..........................................................$8.95 ______50326990 4th Solo Book for Piano (Diller/Quaile) Schirmer ED1457 ..........................................................$8.95 ______50235990 6 Piano Sonatinas ______50327580 51 Pieces from the Modern Repertoire by Belgian Composers Vol. 1 (Huybregts) Schirmer ED1672 ........................................................$16.95 Contents: Jean Absil: Sonatina (Suite Pastorale) Op. 37; Victor De Bo: Sonatina in D; George Longue: Sonatina in ______50328500 57 Pieces Children Like to Play D, Op. 32; Armand Longue: Sonatina in D minor, Op. 34; Schirmer ED2050 ........................................................$12.95
    [Show full text]
  • Three Sonatas for Piano by Emma Lou Diemer Chin-Ming Michelle Lin Louisiana State University and Agricultural and Mechanical College, [email protected]
    Louisiana State University LSU Digital Commons LSU Doctoral Dissertations Graduate School 2007 Three sonatas for piano by Emma Lou Diemer Chin-Ming Michelle Lin Louisiana State University and Agricultural and Mechanical College, [email protected] Follow this and additional works at: https://digitalcommons.lsu.edu/gradschool_dissertations Part of the Music Commons Recommended Citation Lin, Chin-Ming Michelle, "Three sonatas for piano by Emma Lou Diemer" (2007). LSU Doctoral Dissertations. 1660. https://digitalcommons.lsu.edu/gradschool_dissertations/1660 This Dissertation is brought to you for free and open access by the Graduate School at LSU Digital Commons. It has been accepted for inclusion in LSU Doctoral Dissertations by an authorized graduate school editor of LSU Digital Commons. For more information, please [email protected]. THREE SONATAS FOR PIANO BY EMMA LOU DIEMER A Written Document Submitted to the Graduate Faculty of the Louisiana State University and Agricultural Mechanical College in partial fulfillment of the Requirements for the degree of Doctor of Musical Arts In The School of Music by Chin-Ming Lin B.F.A., Tunghai University, Taiwan, 2000 M.M., Carnegie Mellon University, 2003 December, 2007 To my parents ii ACKNOWLEDGEMENTS I would like to express my sincere gratitude to the members of my committee throughout my doctoral studies and during the writing of this paper at Louisiana State University. I am very thankful for my previous piano professor Dr. Jennifer Hayghe for her tremendous guidance and piano teaching in first two years of my doctoral residency; a special thanks to my major professor Mr. Gregory Sioles for his enthusiastic and brilliant teaching in piano and his dedication in revising this written document and helping me prepare for my lecture recital; Professor Michael Gurt for contributing his insightful expertise and musicianship; Dr.
    [Show full text]
  • RICHARD DE GUIDE Alain Van Kerckhoven
    RICHARD DE GUIDE Alain Van Kerckhoven de GUIDE, Richard, compositeur et pédagogue, né à Basècles en Hainaut le 1er mars 1909, décédé à Woluwe-Saint-Pierre (Bruxelles) le 12 janvier 1962. Au sortir de ses humanités accomplies à l'Athénée d'Ath, Richard de Guide se lança simultanément dans des études de chimie à l'Université Libre de Bruxelles et dans la composition musicale. Il devint ingénieur chimiste mais l'enseignement de maîtres tels que Paul Gilson, Karel Candael et surtout Jean Absil orienta sa carrière vers la musique et son destin vers la composition. Il rejoint en 1938 les services musicaux de l'Institut National de Radiodiffusion (I.N.R.) où il prit part durant la guerre à des actes de sabotage qui lui valurent d'être fait prisonnier par l'occupant en 1944 et incarcéré à Huy jusqu'en 1945. Cette expérience donnera quelques années plus tard naissance à l'un de ses chefs-d'oeuvre. L'année suivante, Richard de Guide devient directeur de l'Académie de Musique de Woluwe-Saint-Pierre où il enseigne le piano et l'histoire de la musique. Il sera aussi professeur d'harmonie au Conservatoire royal de Liège de 1950 à 1953, et professeur de composition au Conservatoire royal de Mons de 1961 jusqu'à sa mort survenue prématurément l'année suivante. L'écriture critique l'accompagnera tout au long de sa carrière : Richard de Guide fut collaborateur musical de l'hebdomadaire « Les Beaux-Arts » de 1946 à 1951, critique musical de « La Nouvelle Gazette de Bruxelles » de 1946 à 1958 et correspondant de nombreuses publications étrangères : « Disques », « Musica », « Radio-Magazine » et « La Revue Musicale Suisse ».
    [Show full text]
  • Oct 26 to Nov 1.Txt
    CLASSIC CHOICES PLAYLIST Oct. 26 - Nov. 1, 2020 PLAY DATE: Mon, 10/26/2020 6:02 AM Antonio Vivaldi Violin Concerto, Op. 3/6 6:11 AM Wolfgang Amadeus Mozart Symphony 6:29 AM Georg Philipp Telemann Concerto for Viola, Strings and B.C. 6:44 AM Carl Philipp Emanuel Bach Trio Sonata for Flute, Violin & BC 7:02 AM Heinrich Ignaz Franz Biber Mensa sonora, Part III 7:12 AM Franz Joseph Haydn Concerto for King Ferdinand IV of Naples 7:29 AM William Byrd Fitzwilliam Suite 7:41 AM Edward MacDowell New England Idylls 8:02 AM Georg Philipp Telemann Overture of Ancient and Modern Nations 8:17 AM Gioacchino Rossini String Sonata No. 5 8:33 AM Louise Farrenc Clarinet Trio in E-Flat 9:05 AM Cliff Eidelman Symphony for Orchestra & Two PIanos 9:34 AM Robert Schumann Märchenbilder 9:51 AM George Gershwin Love is Here to Stay (aka Our Love is 10:00 AM Wolfgang Amadeus Mozart Rondo for flute and orchestra K anh.184 10:06 AM Wolfgang Amadeus Mozart Symphony 10:24 AM Wolfgang Amadeus Mozart Adagio & Allegro 10:36 AM Wolfgang Amadeus Mozart Divertimento for Winds 10:51 AM Wolfgang Amadeus Mozart Rondo for piano & orch 11:01 AM Mark O'Connor Double Violin Concerto 11:35 AM Johann Sebastian Bach Orchestral Suite No. 4 12:00 PM Gioacchino Rossini La Gazza Ladra (The Thieving Magpie): 12:13 PM Sir Edward Elgar Harmony Music No. 4 for wind quintet 12:26 PM Allen Vizzutti The Rising Sun 12:43 PM Eric Coates Idyll 12:51 PM Franz Waxman Hotel Berlin: Cafe Waltzes 1:01 PM Sir Charles Villiers Stanford Clarinet Sonata 1:25 PM Friedrich Kuhlau Piano Quartet 2:00 PM Domenico Scarlatti Sonata 2:08 PM Nicolo Paganini Quartet No.
    [Show full text]
  • BENELUX and SWISS SYMPHONIES from the 19Th Century to the Present
    BENELUX AND SWISS SYMPHONIES From the 19th Century to the Present A Discography of CDs And LPs Prepared by Michael Herman JEAN ABSIL (1893-1974) BELGIUM Born in Bonsecours, Hainaut. After organ studies in his home town, he attended classes at the Royal Music Conservatory of Brussels where his orchestration and composition teacher was Paul Gilson. He also took some private lessons from Florent Schmitt. In addition to composing, he had a distinguished academic career with posts at the Royal Music Conservatory of Brussels and at the Queen Elisabeth Music Chapel and as the long-time director of the Music Academy in Etterbeek that was renamed to honor him. He composed an enormous amount of music that encompasses all genres. His orchestral output is centered on his 5 Symphonies, the unrecorded ones are as follows: No. 1 in D minor, Op. 1 (1920), No. 3, Op. 57 (1943), No. 4, Op. 142 (1969) and No. 5, Op. 148 (1970). Among his other numerous orchestral works are 3 Piano Concertos, 2 Violin Concertos, Viola Concerto. "La mort de Tintagiles" and 7 Rhapsodies. Symphony No. 2, Op. 25 (1936) René Defossez/Belgian National Orchestra ( + Piano Concerto No. 1, Andante and Serenade in 5 Movements) CYPRÈS (MUSIQUE EN WALLONIE) CYP 3602 (1996) (original LP release: DECCA 173.290) (1958) RAFFAELE D'ALESSANDRO (1911-1959) SWITZERLAND Born in St. Gallen. After some early musical training, he studied in Paris under the tutelage of Marcel Dupré (organ), Paul Roës (piano) and Nadia Boulanger (counterpoint). He eventually gave up composing in order to earn a living as an organist.
    [Show full text]
  • Nbr 227 1972
    KRAB PROGRAM GUI DE NUMBE R TWO HUNDRED AND TWENTY SEVEN Publ ished by the J ack Straw Memorial Foundati on, a non- profit, tax- exemp t ~ public or ganizat i on s olely designed to oper ate non- commercial, listener­ suppor ted radio s t at ions , of which KRAB is one, and KBOO (Portland) t he other. Th i s progr am guide, containing program listings for t he month of June , 1 972 ~ is not s o l d ~ it is gi ven, f ree of charge, to t he subs cr i bers and supporters of KRAB . We emph asize the fact that those who subs cribe aren't paying f or the progr am guide ~ but paying for KRAB o Subs cription rates to KRAB are $25 . 00 average yearly, $15 . 00 minimum yearly (for students , reti red people, and unemployed people) J or $5.00 for four months. Your contri bution or subscription is tax-deductible; checks and money orders should be made out to the Jack Straw Memori al Foundation. KRAB PM Studl o~ 90 29 Roosevelt Way N. E. Off ice : 1400 Harvard Avenue Se at t l e, WaD 98115 Seattle, Wa D 9812 2 Studi o : LA 2-5111 Office ~ EA 5-5110 and EA 5-5111 20.000 watts e .r.p . 107.7 on your dial If you 're moving please let us know so we can change your address card i n our file ; otherwise the post office may thr ow out your program guides r ather t han forwar d them.
    [Show full text]
  • An Annotated Bibliography of Selected Repertoire for Alto
    AN ANNOTATED BIBLIOGRAPHY OF SELECTED REPERTOIRE FOR ALTO SAXOPHONE AND PIANO FOR DE VELOPING COLLEGE-LEVEL ALTO SAXOPHONISTS, WITH AN ANALYSIS OF YVON BOURREL’S SONATE POUR ALTO SAXOPHONE ET PIANO Scott D. Kallestad, B.S., M.M. Dissertation Prepared for the Degree of DOCTOR OF MUSICAL ARTS UNIVERSITY OF NORTH TEXAS December 2005 APPROVED: Eric M. Nestler, Major Professor Eugene M. Corporon, Minor Professor Darhyl S. Ramsey, Committee Member Graham H. Phipps, Director of Graduate Studies in the College of Music James C. Scott, Dean of the College of Music Sandra L. Terrell, Dean of the Robert B. Toulouse School of Graduate Studies Kallestad, Scott D., An Annotated Bibliography of Selected Repertoire for Alto Saxophone and Piano for Developing College-Level Alto Saxophonists, with an Analysis of Yvon Bourrel’s Sonate Pour Alto Saxophone Et Piano. Doctor of Musical Arts (Performance), December 2005, 95 pp., 25 Figures, references, 82 titles. In this study the author addresses the problem of finding quality repertoire for young college-level saxophonists. By examining graded repertoire lists from a variety of college and university saxophone instructors, the author has compiled a list of 180 works for alto saxophone and piano. Twenty-four well-known works of a difficulty-level appropriate for freshman and sophomore players are identified and annotated. Each annotation consists of bibliographical information, a biographical sketch of the composer, a difficulty rating of eight elements of performance, a discussion of performance considerations, and a bibliography of available recordings. The eight elements of performance included in the difficulty rating are: Meter, key signatures, tempo, note-values, rhythm, articulation, range, and dynamic levels.
    [Show full text]
  • Twentieth-Century Flemish Art Song: a Compendium for Singers. (Volumes I and II)
    Louisiana State University LSU Digital Commons LSU Historical Dissertations and Theses Graduate School 1994 Twentieth-Century Flemish Art Song: A Compendium for Singers. (Volumes I and II). Paul Arthur Huybrechts Louisiana State University and Agricultural & Mechanical College Follow this and additional works at: https://digitalcommons.lsu.edu/gradschool_disstheses Recommended Citation Huybrechts, Paul Arthur, "Twentieth-Century Flemish Art Song: A Compendium for Singers. (Volumes I and II)." (1994). LSU Historical Dissertations and Theses. 5729. https://digitalcommons.lsu.edu/gradschool_disstheses/5729 This Dissertation is brought to you for free and open access by the Graduate School at LSU Digital Commons. It has been accepted for inclusion in LSU Historical Dissertations and Theses by an authorized administrator of LSU Digital Commons. For more information, please contact [email protected]. INFORMATION TO USERS This manuscript has been reproduced from the microfilm master. UMI films the text directly from the original or copy submitted. Thus, some thesis and dissertation copies are in typewriter face, while others may be from any type of computer printer. The quality of this reproduction is dependent upon the quality of the copy submitted. Broken or indistinct print, colored or poor quality illustrations and photographs, print bleedthrough, substandard margins, and improper alignment can adversely affect reproduction. In the unlikely event that the author did not send UMI a complete manuscript and there are missing pages, these will be noted. Also, if unauthorized copyright material had to be removed, a note will indicate the deletion. Oversize materials (e.g., maps, drawings, charts) are reproduced by sectioning the original, beginning at the upper left-hand corner and continuing from left to right in equal sections with small overlaps.
    [Show full text]