De Vlaamsche School. Jaargang 20
De Vlaamsche School. Jaargang 20 bron De Vlaamsche School. Jaargang 20. A. Fontaine, Antwerpen 1874 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_vla010187401_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. 1 De Vlaamsche School 1874 Pepijn en Karel de Groote. Pepijn was een bekwaam monarch, Karel was een alomvattend genie, (Getuigenis der geschiedschrijvers.) Pepijn (Ao 741-768). I. O Belgie! bakermat van de eerste vorstenstammen Der Franken, wijd vermaard - wij zien uw glorie vlammen, In middeneeuwschen nacht, met onverdoofbren glans. Gelijk het licht der zon aan 's hemels oostertrans Het duister zwichten doet voor 't flikkeren van haar stralen - Zoo kwam het vrijheid slicht uit uwe sferen dalen, Door 't Salisch volk verspreid op Gallisch grondgebied, Daar 't uit Taxandria vol kracht te voorschijn schiet, Tot Moesel, Loire en Rijn en verren Juraketen - Toen Romes adelaars, gekortwiekt en versmeten, Fel krijschten om de prooi hun wreeden klauw ontsnapt, Wijl menig breede schacht, bij 't worstlen, werd vertrapt. De Vlaamsche School. Jaargang 20 Het Merovingisch rijk, hoe stout ook opgekomen, Verloor in 't eind zijn kracht aan Seines dartle stroomen. De meiers van 't paleis beërfden Clovis macht, Toen weelde d'ondergang van 't Merovingsch geslacht, Van vorst tot vorst verzwakt - ten leste kwam voltooien. Pepijn liet nimmer zich verlokken noch verstrooien, Door weeldes dartelheid; hij bleef den steun van 't rijk; Zijn moed en wijs beleid gaf menig schittrend blijk. Wie krachten heeft, regeert! 't Is, meiers, u gebleken; Gij werdt, door energie, de heeren van die streken. Het Karlovingisch ras, uit Herstal afgestamd En Landen, vond zich niet door weeklijkheid verlamd.
[Show full text]