Geschiedenis 11 (2016) 2
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
INHOUD Stadsgeschiedenis 11 (2016) 2 Manon van der Heijden en Jan Hein Furnée In Memoriam: Pim Kooij (1945-2016), stadshistoricus 121 Ellen Janssens Paarden en de moderne stad. De Antwerpse paardeneconomie 123 en het stedelijk leefmilieu (1870-1910) Karla Vanraepenbusch en Matthias Meirlaen Van trauma sites naar herinneringsplekken. De integratie van de 146 executies en de gefusilleerden in de stedelijke ruimte van Antwerpen, Luik en Rijsel (1914-1940) Werk in uitvoering Gemma Blok STADS Heroïne en de stad. Een onderzoek naar de relatie tussen 165 stedelijke omgeving en drugsgebruik Dossier: Gouden boeken Jelle Haemers geschiedenis Gouden boeken? Twee nieuwe syntheses over de laat- 177 middeleeuwse en vroegmoderne stadsgeschiedenis van de Lage Landen Maarten Prak Gouden eeuwen, gouden tijden. De Lage Landen in de 182 middeleeuwen nummer 2 e Arie van Steensel 11 jaargang - 2016 STADSGESCHIEDENIS STADSGESCHIEDENIS 11-2016- Gouden tijden voor de stadsgeschiedenis 187 Reviews Ilja Van Damme, Andrea Bardyn, Bruno Blondé, Heidi Deneweth en Peter Stabel Schetsen uit Finland. De ‘herinterpretatie’ van de stad op het 193 dertiende Internationaal Congres van de European Association for Urban History in Helsinki Petra Brouwer, Heidi Deneweth, Jan Hein Furnée, Maartje van Gelder, Manon van der Heijden en Sanne Muurling Stadsgeschiedenis in buitenlandse tijdschriften (2015) 212 Abstracts 247 Personalia 248 issn 1872-0676 STADS 2 geschiedenis Stadsgeschiedenis is een initiatief van het Centrum voor Stadsgeschiedenis van het Stadsgeschiedenis departement Geschiedenis aan de Universiteit Antwerpen. Het wordt uitgegeven door Een platform voor reflectie op de geschiedenis van de sta Uitgeverij Verloren, Hilversum en verschijnt twee keer per jaar. Stadsgeschiedenis (opgericht in 2006) is het Nederlands-Vlaamse tijdschrift voor Redactiesecretariaat: on derzoek, reflectie en debat over de stad en haar geschiedenis. De aanpak is inter- Hilde Greefs disciplinair en gericht op een breed scala aan thema’s. Naast peer-reviewed weten- Universiteit Antwerpen schappelijke artikelen bevat Stadsgeschiedenis dossiers over actuele maatschappelijke Stadscampus thema’s, reviews over recente onderzoekstrends en interessante artikelen in binnen- en Grote Kauwenberg 18 S.D.309, b-2000 Antwerpen buitenlandse tijdschriften, en interviews met markante stadsbestuurders, architecten Tel.: +32 (0)32 65 42 80 en wetenschappers. Geografisch richt het tijdschrift zich op de Lage Landen door de e-mail: [email protected] eeuwen heen. Stadsgeschiedenis richt zich op iedereen die geëngageerd is met de stad en haar historische ontwikkeling: van wetenschappers en archiefmedewerkers tot beleids- Redactie: makers, architecten en erfgoedwerkers. Petra Brouwer (Universiteit van Amsterdam), Greet De Block (Universiteit Antwerpen), Ilja van Damme (Universiteit Antwerpen), Heidi Deneweth (Vrije Universiteit Brussel), Jan Hein Furnée (Radboud Universiteit Nijmegen, hoofdredacteur), Maartje van Gelder (Universiteit van Amster- Inzendingen: dam), Hilde Greefs (Universiteit Antwerpen, kernredactie), Jelle Haemers (ku Leuven), Harm Kaal in een word-bestand naar [email protected] (Radboud Universiteit Nijmegen, kernredactie); Manon van der Heijden (Universiteit Leiden), Bert De Munck (Universiteit Antwerpen), Arie van Steensel (Universiteit Groningen), Antoon Vrints Afbeeldingen dienen apart en rechtenvrij te worden aangeleverd. Dit kan in de vorm (Universiteit Gent) van glansfoto’s of in digitale vorm. Digitale afbeeldingen dienen van voldoende kwa- liteit te zijn: tenminste 300 dpi op het formaat waarop ze uiteindelijk zullen worden Redactieraad: afgedrukt. Bij twijfel kan men contact opnemen met Uitgeverij Verloren, telefoon Claire Billen (Université Libre de Bruxelles), Bruno Blondé (Universiteit Antwerpen), Marc Boone +31 (0)35 685 98 56. De redactie poogt zorgvuldig om te gaan met auteursrechten. De (Universiteit Gent), Paul van de Laar (Erasmus Universiteit Rotterdam), Clé Lesger (Universiteit gebruiken voor wat betreft overname van tekst en beeld in academische publicaties van Amsterdam), Hugo Soly (Vrije Universiteit Brussel), Peter Stabel (Universiteit Antwerpen), Ed Taverne (Rijksuniversiteit Groningen), Pieter Uyttenhove (Universiteit worden gevolgd. Wie desondanks meent in zijn rechten te zijn geschonden, richte Gent), Anne-Laure Van Bruaene (Universiteit Gent) zich tot de uitgever. Uitgever, abonnementen & advertenties: Uitgeverij Verloren bv Stadsgeschiedenis wordt uitgegeven met steun van de Universitaire Stichting. Torenlaan 25, nl-1211 ja Hilversum Tel.: +31 (0)35 685 98 56, fax +31 (0)35 685 98 56 www.verloren.nl [email protected] Prijzen: Normaal abonnement per jaargang € 35,– (buiten de Benelux € 42,–; digitaal € 15, –) Abonnement instellingen en instituten per jaargang € 60,– (buiten de Benelux € 67,–; digitaal € 50, –) Studentenabonnement per jaargang € 30,– (buiten de Benelux € 37,–; digitaal € 10, –) Losse nummers € 20,– (excl. verzendkosten) Website: www.stadsgeschiedenis.be; www.stadsgeschiedenis.nl (webmaster Iason Jongepier, Universiteit Antwerpen) issn: 1872-0676 Omslagafbeeldingen: De Cotton Club aan de Amsterdamse Zeedijk (Nationaal Archief / Anefo, licentie cc-by); Paarden- stallen per economische sector (© gistorical Antwerp); Postkaart van de maquette voor het nieuw op te richten Rijselse oorlogsmonument (Privé-collectie Institut de Recherches Historiques du Septentrion (IRHiS), Université Lille3). Manon van der Heijden en Jan Hein Furnée In memoriam Pim Kooij (1945-2016), stadshistoricus Op 9 augustus 2016 stierf Pim Kooij zeer onverwachts op 71-jarige leeftijd. Pim was hoogleraar Economische en Sociale geschiedenis aan de Universiteit van Groningen tussen 1988 en 2010 en hoogleraar Agrarische Geschiedenis aan de Universiteit van Wageningen tussen 1997 en 2010. Tijdens zijn carrière was hij een zeer enthousiaste en gedreven stadshistoricus, die een onmisbare bijdrage heeft geleverd aan de institutio- nele en inhoudelijke opbouw van stadsgeschiedenis als discipline – zowel nationaal als internationaal. Pims interesse in de stadsgeschiedenis begon al tijdens zijn doctoraalstudie, toen hij onderzoek verrichtte naar de eerste gebruikers van electriciteit in de gemeente Groningen. In de jaren 1970 was hij samen met Herman Diederiks de belangrijkste pleitbezorger van stadsgeschiedenis in de Lage Landen en promootte hij stadsgeschie- denis als een methode van geïntegreerde sociaaleconomische geschiedenis. In zijn werk lag de nadruk op de stad als een ‘multifunctionele plaats’, waarbij hij van meet af aan het belang van ruimte in de stadsgeschiedschrijving benadrukte. De opkomst van de Britse urban history onder de bezielende leiding van Jim Dyos beschouwde hij met een zekere ambivalentie. De structuralistische aanpak van de Annales en Amerikaanse collega’s als Eric Lampard en Stephan Thernstrom vond hij aanzienlijk overtuigender en inspirerender. Pim was een van de initiators van de Nederlandse Werkgroep Stedengeschiedenis (1974), publiceerde in 1987 zijn invloedrijke monografie over de modernisering van Groningen in de late negentiende en vroege twintigste eeuw, en werd in 1988 de eerste hoogleraar stadsgeschiedenis van Nederland. Zijn kennis van het veld was breed, want zijn vele publicaties betroffen naast sociale stratificatie en industrialisatie ook migratie, onderwijs, demografie en gezondheid in een stedelijke context. De relatie tussen stad en platteland hield hem zijn hele loopbaan bezig. Met zijn aanstelling in Wageningen verlegde hij het accent verder naar de groene ruimte, waarbij hij ook steeds meer cultuurhistorische vragen over beeldvorming opwierp.1 Hij begeleidde maar liefst 27 promovendi naar een succesvol proefschrift. Tijdens de eerste conferenties van de European Urban History Association in de jaren 1990 was hij vanzelfsprekend een prominente spreker, met papers over stedelijke demografie, gezondheidszorg en arbeidsmarkt. Na het plotse overlijden van secretaris en mede-oprichter Herman Diederiks volgde Pim hem in 1996 op als secretaris, een functie die hij tot 2008 met verve zou blijven vervullen. Hij was intensief betrokken bij de organisatie van zeven conferenties (Boedapest, Venetië, Berlijn, Edinburgh, Athene, Stockholm en Lyon) en speelde een cruciale rol in de ontwikkeling en professiona- 1 Voor een volledige bibliografie zie: Pim Kooij, Town and countryside in a Dutch perspective (Groningen en Wa- geningen 2010) 251-262. 122 manon van der heijden en jan hein furnée stadsgeschiedenis lisering van de eauh. Hij was eveneens nauw betrokken bij de Commission for the History of Towns en bekleedde in Nederland talrijke bestuurlijke functies, onder meer als voorzitter van het Instituut voor Nederlandse Geschiedenis. Bij de oprichting van het tijdschrift Stadsgeschiedenis in 2006 trad hij vanzelfsprekend toe tot de adviesraad. Al zijn bezigheden werden gekenmerkt door enorme betrokkenheid, een pragmati- sche houding, een sterk gevoel voor diplomatie en een uitgesproken idee van wat stads- geschiedenis wel en niet was. Zo meende Pim in een interview met Leo Noordegraaf in 2009 dat het werk van sommige zeer prominente internationale stadshistorici eigenlijk geen stadsgeschiedenis kon worden genoemd, omdat hun studies een veel te brede fo- cus hadden en te weinig over de stad zelf gingen.2 Zijn joviale en hartelijke manier van doen zorgde ervoor dat zijn uitgesproken ideeën zelden kwaad bloed zetten. Die harte- lijkheid uitte hij ook op conferenties, waar hij jong talent aanmoedigde en een platform voor hun onderzoeksprojecten