Getij Moet Grevelingenmeer Reanimeren

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Getij Moet Grevelingenmeer Reanimeren 12 Getij moet Grevelingenmeer reanimeren Komt er dan toch een doorlaat in de Brouwersdam? Als minister Van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat in november groen licht geeft, kan de planuitwerking beginnen. Daar is tien jaar (!) onderzoek en voorbereiding aan vooraf gegaan. Vanaf 2025 zou er weer getij kunnen zijn in de Grevelingen. Een unieke correctie op de Deltawerken. Zeker in het licht van de stijgende zeespiegel. TEKST HANS OERLEMANS BEELD HOLLANDSE HOOGTE / EYEEM GMBH E.A. GETIJ MOET GREVELINGENMEER REANIMEREN 13 G Peter van Bragt Arno Nolte erwijl boven water alles pais en stof, maar in de diepere lagen raakt het op.” vree lijkt, speelt zich ’s zomers Bij langdurige warme en windstille perio- in de diepere lagen en op de den schuift de zuurstofloze zone op naar bodem een ecologisch drama boven. Kreeften en vissen vluchten weg, af. Duikers in de Grevelingen maar wormen, anemonen en andere Tkomen met alarmerende verhalen boven. bodemdieren sterven af. Van Bragt: “Na Marien bioloog Peter van Bragt duikt al de zomer zie je wel wat herstel. Bij een decennia in de Zeeuwse wateren en vraagt flinke herfststorm is er genoeg beweging al net zo lang aandacht voor de teloorgang om zuurstofrijk en -arm water te mengen. van de natuur. “Deze zomer zag je op tien Maar het bodemleven blijft een schim van meter diepte soms al nauwelijks nog leven. wat het zou kunnen zijn.” In de Grevelingen zijn zuurstofloze zones Hoe erg is dat? Zuurstofloze zones komen een bekend fenomeen, maar het wordt door van nature voor in diepe meren en fjorden. de warmere zomers almaar erger.” “Hier is het een gevolg van menselijk Eeuwenlang was de Grevelingen een zeegat ingrijpen. Wat er onder water leeft - hoe met een getij van circa drie meter en een minuscuul ook - is een schakel in de rijk onderwaterleven. Nu is het een zoutwa- voedselketen. Verschraalt het bodemleven, termeer zonder getij ingeklemd tussen de dan verzwakt het hele ecosysteem. Ook het Grevelingendam (1965) en de Brouwersdam kleine spul verdient bescherming. Als we (1971). Aanvankelijk verzoette het meer niets doen, heeft dat grote gevolgen voor de en ging de waterkwaliteit zo snel achteruit vis- en vogelstand.” dat in 1978 besloten werd een spuisluis in de dam te maken. Die bescheiden opening Maximale menging houdt het meer zout, maar zorgt niet voor Arno Nolte is onderzoeker Zee- en kust- getij. systemen bij Deltares en doet al sinds 2008 onderzoek naar de Grevelingen. Vanuit de Klein spul Filipijnen waar hij werkt aan het Masterplan Van Bragt beschrijft de gevolgen: “Vanaf het Manilla Bay, vertelt Nolte over berekenin- voorjaar warmt de bovenste laag van het gen naar het effect van een doorlaat in meer op. In de zomer stijgt de temperatuur de Brouwersdam. “We hebben een model tot boven de twintig graden, terwijl het be- gemaakt om te zien wat er gebeurt bij een neden veel kouder blijft. Zonder stroming of oplopend getij van pakweg 30 centimeter getij mengt het water niet. In de bovenlaag tot 1 meter. Dan zie je het zuurstofloze komt door golfslag nog wel nieuwe zuur- areaal bij 50 centimeter grofweg met twee > NR10 OKTOBER 2019 GETIJ MOET GREVELINGENMEER REANIMEREN 15 ‘JE ZULT EEN OPEENVOLGING AAN VERANDERINGEN IN DE ‘MEER ZUURSTOF VOEDSELKETEN ZIEN’ Marijn Tangelder GEEFT EEN BOOST AAN HET BODEMLEVEN’ Marijn Tangelder is verbon- den aan Wageningen Marine derde verminderen. Dat is meteen het doorlaat. Voorjaar 2018 maakte het kabinet Research en deed onder- maximaal haalbare. Bij 75 of 100 centimeter bekend 75 miljoen euro extra beschik- zoek naar het ecosysteem blijft het resultaat vrijwel hetzelfde.” baar te stellen, bovenop de al eerder in de Grevelingen. Welke “Diepe oude getijdengeulen zullen altijd gereserveerde 30 miljoen. Dat betekent soorten zullen profiteren van een zuurstoftekort houden. Een waterkolom een doorbraak in de financiering. Ook de de doorlaat? “Naast zuur- van veertig meter valt niet van onder tot provincies Zuid- Holland (15 miljoen) en stofrijker wordt het water ook voedselrijker door de boven in beweging te brengen. Dan moet de Zeeland (5 miljoen) doen mee. De gemeen- instroom van zeewater. Je hele dam eruit. Maar in het grootste deel ten Goeree-Overflakkee en Schouwen- krijgt meer algen wat goed van het meer verdwijnt de zuurstofloosheid Duiveland stellen elk 1 miljoen beschikbaar. is voor schelpdieren die hun bij een gematigd getij. Terwijl het water Het werkverband Getij Grevelingen is een voedsel uit het water halen. nu stilstaat, heb je dan het hele jaar door samenwerking van de betrokken overheden Meer zuurstof geeft een boost menging.” en Staatsbosbeheer (beheerder oevers/ aan het bodemleven. Denk Deltares heeft in 2016 geïnventariseerd of eilanden). Rijkswaterstaat is de coördine- aan anemonen, kreeften, er voldoende kennis beschikbaar is om een rende en uitvoerende dienst. Na jaren voor- krabben, maar ook wormen. Verder krijgen bodemvissen verantwoorde beslissing te nemen. Weten bereiding ligt er nu een bestuurlijk advies een groter leefgebied en we wat de uitwerking van een doorlaat zal en een voorkeursalternatief. Op basis daar- zullen in aantal toenemen. zijn op de waterkwaliteit, bodem, slib-im- van besluit minister Van Nieuwenhuizen En daar profiteren visetende port, natuur en dijken? Nolte: “Een doorlaat in november over de volgende fase: de vogels van. De doorlaat maakt brengt nieuwe dynamiek in een systeem planuitwerking. meer visverkeer mogelijk van met talloze bekende en wellicht ook nog Paul Paulus van Rijkswaterstaat Zee en en naar de zee. Zo zal je een onbekende variabelen. Dat maakt het Delta schetst de contouren van het advies: opeenvolging aan veranderin- uitermate complex. Daar staat tegenover “Alles afwegende, lijkt het beste alternatief gen in de voedselketen zien.” Tangelder wijst ook op de dat er sinds 2008 veel onderzoek is gedaan. een getijslag van 40 centimeter bij een ‘terugkeer’ van intergetijden- Wij concluderen dat het kennisniveau vol- middenpeil in de Grevelingen van NAP -30. natuur. “De zone die straks doende is voor een afgewogen beslissing.” Dat heft de zuurstofloosheid grotendeels op bij eb droog ligt en bij vloed én doet recht aan de natuur op de oevers overstroomt, kan een belang- Voorkeur: 40 cm getij en eilanden. Een beperkt gebied dat nu nog rijk foerageergebied worden Inmiddels is er bij Rijk en regio een bre- permanent droog staat, zal straks bij vloed voor onder meer vogels op de consensus over de noodzaak van een overstromen. Waar natuurwaarden in de > zoek naar schelpdieren en kreeftachtigen.” Al sinds de afsluiting is de De bodem van get Grevelingenmeer zuurstofarm (links) en zuurstofrijk (rechts) Grevelingen permanent in Foto’s Van Bragt Van Foto’s transitie met de opkomst en ondergang van soorten. Zo is het oprukken van exoten na 1990 ten koste gegaan van de authentieke natuur. De door- laat brengt nieuwe dynamiek. Mocht de habitat van kust- broedvogels te klein worden, dan kan de getijslag in het broedseizoen lager worden gezet. Het is en blijft tenslotte de mens die in de Grevelingen aan de knoppen zit. NR10 OKTOBER 2019 16 GETIJ MOET GREVELINGENMEER REANIMEREN knel komen, nemen we extra maatregelen. ‘ MAAK VAN GREVELINGEN Bijvoorbeeld door met zandsuppletie vogel- ZOETWATER-BUFFER’ Wil Lases broedeilandjes op te hogen.” De doorlaat krijgt een omvang van circa Anders dan gebruikelijk bij grote vanuit zee bouw je op door het zoete waterwerken roept Getij Grevelingen water zo dicht mogelijk naar de kust- 140 meter bij 34 meter. Daarbinnen komen tot nu toe (nog) weinig weerstand lijn te brengen. Dat is temeer nodig, nu ‘buizen’ met schuiven om het peil te regule- op. Behalve dan de stem van water- de verziltingsdruk toeneemt door de ren en voor het afsluiten bij storm. Paulus: bouwkundige Wil Lases, vijftien jaar zeespiegelstijging.” “We zijn lang bezig geweest een optimale werkzaam bij Rijkswaterstaat in de “De Grevelingen kan een uitstekende balans te zoeken van positieve effecten voor delta. Hij betoogt dat de waterkwaliteit berging worden voor zoetwater, zoals de waterkwaliteit en negatieve effecten niet zal verbeteren met de geplande ten tijde van de Deltawerken de bedoe- voor de natuur op de oevers en zandplaten. doorlaat. ling was. We moeten zoet water dat Het gaat hier om Natura 2000-gebied. Maar belangrijker nog: Lases pleit via de grote rivieren ons land binnen- voor het verzoeten van de Grevelingen. stroomt zolang mogelijk vasthouden. We zien Grevelingen als een integraal Het is en blijft een ‘zoutwater aqua- Nu verdwijnt het zo snel als kan via de ecosysteem met bovendien ook belangrijke rium’ zonder toegevoegde waarde, Nieuwe Waterweg naar zee. Daar gaan economische functies zoals recreatie en stelt hij. Er is immers al een overvloed we van terugkomen, zeker als langdu- visserij. En dan is er nog het aspect van de aan zoutwaternatuur (Ooster- en rige droogte een structureel fenomeen veiligheid en de zeespiegelstijging.” Westerschelde). wordt.” Als de minister binnenkort beslist of Getij “Ons waterbeleid moet zich in het “Het zou een ‘historische blunder’ zijn Grevelingen de volgende fase in gaat, belang van toekomstige generaties om ook het aangrenzende Volkerak- volgen enkele jaren van planuitwerking, richten op drie doelen: solide bescher- Zoommeer te verzouten, waar nu ming tegen zee, zoet water vasthouden sprake van is. Daarmee komt de vergunningen voorbereiden, het definitieve én weerstand opbouwen tegen zoutgrens nog verder landinwaarts te besluit en de aanbesteding. Op z’n vroegst verzilting. Een Grevelingen met getij liggen. Verzilting zal op termijn land- is in 2025/2026 het getij terug.• doet precies het tegenovergestelde. bouw onmogelijk maken. Dit beleid Maximale weerstand tegen verzilting getuigt van zelf ondermijnend gedrag.” HET TIJ KEREN MET POMPEN Van alle ongewisse variabelen Wat zijn de oplossingen? Getijdenenergie kan de zeespiegelstijging op “We maken onderscheid tus- En dan is er nog een variant: termijn de grootste impact sen een zachte en een harde een doorlaat met een getijden- hebben. Nu is er nog voldoende aanpak.
Recommended publications
  • De Rijnmonding Als Estuarium Pleidooi Voor Een Onderzoek Naar De Mogelijkheid En Effecten Van Een Natuurlijke ‘Verondieping’ Van Nieuwe Waterweg En Nieuwe Maas
    De Rijnmonding als estuarium Pleidooi voor een onderzoek naar de mogelijkheid en effecten van een natuurlijke ‘verondieping’ van Nieuwe Waterweg en Nieuwe Maas 1 De Rijnmonding als estuarium Pleidooi voor een onderzoek naar de mogelijkheid en effecten van een natuurlijke ‘verondieping’ van de Nieuwe Waterweg Concept en tekst: Han Meyer (TU Delft / Deltastad www.deltastad.nl) Interviews, uitwerking: Han Meyer, Esther Blom. In opdracht van ARK Natuurontwikkeling www.ark.eu In samenwerking met Wereld Natuur Fonds en Bureau Stroming. Met financiële steun van LIFE. November 2020 Afbeelding voorblad: Vogelvlucht van Nieuwe Maas en Nieuwe Waterweg, gezien vanuit het oosten. Mogelijk toekomstbeeld, met een vergroend en deels overstroombaar buitendijks gebied, en een opgeslibd rivierbed (oranje in de detail-doorsneden). Tekening Dirk Oomen en Peter Veldt (Bureau Stroming). 2 INHOUD pag 0. Samenvatting 4 1. Inleiding: een verkenning 5 2. De kern van het voorstel: Een nieuwe rolverdeling tussen Nieuwe Waterweg en Haringvliet 8 3. Vijf mogelijke voordelen van een verondieping van de Nieuwe Waterweg 13 Hypothese 1: Een ondiepere Nieuwe Waterweg is essentieel voor herstel van het estuarien ecosysteem 13 Hypothese II: Een ondiepere Nieuwe Waterweg is een bijdrage aan de waterveiligheid van de regio Rotterdam – Drechtsteden 15 Hypothese III: Een ondiepere Nieuwe Waterweg is een bijdrage aan een duurzame zoetwatervoorziening 19 Hypothese IV: Een ondiepere Nieuwe Waterweg schept nieuwe kansen voor duurzame ruimtelijke ontwikkeling 22 Hypothese V: Een ondiepere Nieuwe Waterweg kan goed samengaan met een duurzame ontwikkeling van haven en scheepvaart 24 4. Internationale relevantie: Riviermondingen wereldwijd 26 5. Pleidooi voor nader onderzoek 28 Referenties 31 BIJLAGE - Enkele buitenlandse voorbeelden 32 3 0.
    [Show full text]
  • Delft University of Technology Influence of External Conditions And
    Delft University of Technology Influence of external conditions and vessel encounters on vessel behavior in ports and waterways using Automatic Identification System data Shu, Yaqing; Daamen, Winnie; Ligteringen, Han; Hoogendoorn, Serge DOI 10.1016/j.oceaneng.2016.12.027 Publication date 2017 Document Version Accepted author manuscript Published in Ocean Engineering Citation (APA) Shu, Y., Daamen, W., Ligteringen, H., & Hoogendoorn, S. (2017). Influence of external conditions and vessel encounters on vessel behavior in ports and waterways using Automatic Identification System data. Ocean Engineering, 131, 1-14. https://doi.org/10.1016/j.oceaneng.2016.12.027 Important note To cite this publication, please use the final published version (if applicable). Please check the document version above. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download, forward or distribute the text or part of it, without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license such as Creative Commons. Takedown policy Please contact us and provide details if you believe this document breaches copyrights. We will remove access to the work immediately and investigate your claim. This work is downloaded from Delft University of Technology. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to a maximum of 10. 1 Influence of external conditions and vessel encounters on vessel 2 behavior in ports and waterways using Automatic Identification 3 System data 4 Yaqing
    [Show full text]
  • Dealing with Extreme Storm Surges in the Netherlands
    Dealing with extreme storm surges in The Netherlands Hans de Vries ∗ 1. Introduction A considerable part of The Netherlands lies beneath mean sea level, see Figure 1, including the most densely populated economical and political centres near the coast with cities like Amsterdam, Rotterdam and Den Haag (The Hague). However, since the storm surge disaster of 1953, no serious flooding has occurred, and the threat of high water levels either at the coast or from the rivers is not perceived as very serious. The coastal defences are designed to be able to withstand a storm surge that occurs once every 10,000 years. Where the natural barri- ers, dunes, are not sufficient, they have been augmented by dikes. In the Nieuwe Waterweg at Hoek van Holland and the Oosterschelde, mov- able storm surge barriers have been built, which allow in- and outflow of seawater and traffic to and from the Rotterdam harbour under nor- mal circumstances. But in case of a sufficiently high storm surge, they will be closed and protect the population, land and infra- structure behind. Forecasts for storm surges are is- sued by Rijkswaterstaat (RWS) and are a joined responsibility with the Netherlands' Royal Meteoro- Fig. 1. The Netherlands: land below sea level (blue) and storm logical Institute (KNMI). Under surge barriers normal circumstances the forecasts are issued by RWS's Hydro-Meteo Centres, but when high water levels are expected, the Netherlands' Water Management Centre (WMCN) takes over and coordinates the actions to be taken by local authorities. The former Storm Surge Warning Service (SVSD) has recently become part of WMCN.
    [Show full text]
  • Half a Century of Morphological Change in the Haringvliet and Grevelingen Ebb-Tidal Deltas (SW Netherlands) - Impacts of Large-Scale Engineering 1964-2015
    Half a century of morphological change in the Haringvliet and Grevelingen ebb-tidal deltas (SW Netherlands) - Impacts of large-scale engineering 1964-2015 Ad J.F. van der Spek1,2; Edwin P.L. Elias3 1Deltares, P.O. Box 177, 2600 MH Delft, The Netherlands; [email protected] 2Faculty of Geosciences, Utrecht University, P.O. Box 80115, 3508 TC Utrecht 3Deltares USA, 8070 Georgia Ave, Silver Spring, MD 20910, U.S.A.; [email protected] Abstract The estuaries in the SW Netherlands, a series of distributaries of the rivers Rhine, Meuse and Scheldt known as the Dutch Delta, have been engineered to a large extent. The complete or partial damming of these estuaries in the nineteensixties had an enormous impact on their ebb-tidal deltas. The strong reduction of the cross-shore tidal flow triggered a series of morphological changes that includes erosion of the ebb delta front, the building of a coast-parallel, linear intertidal sand bar at the seaward edge of the delta platform and infilling of the tidal channels. The continuous extension of the port of Rotterdam in the northern part of the Haringvliet ebb-tidal delta increasingly sheltered the latter from the impact of waves from the northwest and north. This led to breaching and erosion of the shore-parallel bar. Moreover, large-scale sedimentation diminished the average depth in this area. The Grevelingen ebb-tidal delta has a more exposed position and has not reached this stage of bar breaching yet. The observed development of the ebb-tidal deltas caused by restriction or even blocking of the tidal flow in the associated estuary or tidal inlet is summarized in a conceptual model.
    [Show full text]
  • De Nieuwe Waterweg En Het Noordzeekanaal Een Waagstuk
    De Nieuwe Waterweg en het Noordzeekanaal EE N WAAGSTUK Onderzoek in opdracht van de Deltacommissie PROF . DR. G.P. VAN de VE N April 2008 Vormgeving en kaarten Slooves Grafische Vormgeving, Grave 2 De toestand van de natie Willen wij het besluit van het maken van de Nieuwe Wa- bloeiperiode door en ook de opkomende industrie en dienst- terweg en het graven van het Noordzeekanaal goed willen verlening zorgde ervoor dat de basis van de belastingheffing begrijpen, dan moeten wij enig begrip hebben van het groter werd. De belastingen voor de bedrijven en de accijnzen functioneren van de overheid en de overheidsfinanciën, de konden zelfs verlaagd worden. Ook werd een deel van de toestand van de scheepvaart en de technische mogelijkhe- staatsschuld afgelost zodat de rentebetalingen gingen dalen den voor het maken van deze waterwegen. tot onder de 40% in de jaren 1870-1880. Toen stopte de aflos- sing van de staatsschuld omdat er prioriteit werd gegeven aan de uitvoering van grote infrastructurele werken zoals de aan- Overheid en overheidsfinanciën leg van de spoorwegen, de normalisering van de rivieren en de voltooiing van de aanleg van twee belangrijke waterwegen, het Hoewel er in 1848 door de nieuwe grondwet in Nederland Noordzeekanaal en de Nieuwe Waterweg. een liberale grondwet was aangenomen met een volwassen De gunstige positie van de overheidsfinanciën is ook te dan- parlementair stelsel, was het in de jaren vijftig nog allerminst ken aan de grote inkomsten uit Nederlands Indië. Tot 1868 zeker dat de liberalisatie van het staatsbestel en de economie was dit te danken aan het cultuurstelsel.
    [Show full text]
  • Adaptive Strategies and the Rotterdam Floodplain Han Meyer, Willem Hermans, TU-Delft
    October 6th, 2009 Adaptive strategies and the Rotterdam floodplain Han Meyer, Willem Hermans, TU-Delft Introduction Driven by the increasing concern with the natural environment and by considerations on the effects of climate-change, ‘working with nature’ has become a new paradigm in the world of Dutch planning and design. This paradigm is linked to the theory of the ‘layer-approach’, which was meant to understand the complex system of the urbanized delta and to develop sustainable spatial interventions in this system. In practice, during the last 15 years a design-approach has been developed which emphasizes the layer of the natural system and sub-soil. However the results of this approach for the layers of infrastructures and urban patterns are not clear and subject of controversies. This is especially clear when the possibilities for ‘adaptive strategies’ concerning building in floodplain areas are discussed and investigated. The question with ‘adaptive strategies’ is: should we take the existing flood-defense systems ‘for granted’, or is possible (and desirable) to take into consideration quite different options concerning the relation between ‘behind the dikes’ and ‘outside the dikes’ – with other words: should we reconsider the relation between floodplain-area and protected urban area? The meaning of this question will be illustrated with a design-research in the Rotterdam-region. 1 Rotterdam - aerial view looking to the west, 2006 2 International comparison Compared with other European deltas, the Dutch delta and especially the case of Rotterdam can be considered as a specific case. This is especially clear when we study the importance of the dike-systems in relation to the flood-plain areas.
    [Show full text]
  • Ontwikkelingsvarianten Voor De Zuidwestelijke Delta
    PBL-Notitie Ontwikkelingsvarianten voor de Zuidwestelijke Delta Achtergronden bij Samenhang in de Zuidwestelijke Delta. Naar een vitale, veerkrachtige en veilige delta Dirk-Jan van der Hoek, Rick Wortelboer en Jos Diederiks Oktober 2013 PBL-publicatienummer: 1274 1. Aanleiding De Zuidwestelijke Deltaprovincies Zuid-Holland, Zeeland en Noord-Brabant hebben in de nota Kracht van de Delta (Provincie Zeeland et al. 2006) principieel gekozen voor een delta die economisch vitaal, ecologisch veerkrachtig en klimaatbestendig is. Nu is het zaak aan deze opgave voor de Zuidwestelijke Delta verder concrete invulling te geven. Dat zal moeten gebeuren in een proces waarin alle actoren samenwerken in de door de provincies aangegeven richting. De richting is duidelijk, maar een nadere concretisering, waarbij de economische, ecologische en waterveiligheidsaspecten in hun onderlinge samenhang zijn beschouwd en afgewogen, nog niet. Op korte termijn moeten de provincies nog een aantal strategische keuzes maken. PBL brengt in de studie ‘Samenhang in de Zuidwestelijke Delta’ (PBL 2013a) de samenhang tussen verschillende beleidskeuzes voor de Zuidwestelijke Delta in beeld. Het PBL heeft zich daarbij vooral gericht op ontwikkelingspotenties vanuit ruimtelijk-economisch en ecologisch perspectief. Het Deltaprogramma richt zich op de aspecten waterveiligheid en zoetwatervoorziening (Deltacommissaris 2012; 2013). Deze digitale publicatie biedt achtergrondinformatie bij het hoofdrapport (PBL 2013a). Hierbij gaat het om de ontwikkelingsvarianten die PBL heeft opgesteld. De varianten geven een mogelijk toekomstperspectief voor de Zuidwestelijke Delta als geheel waarbij de afzonderlijke bekkens in relatie tot elkaar worden bekeken. De varianten onderscheiden zich door een wisselende mate van verbondenheid tussen de huidige Deltawateren. De korte-, middellange-, en lange-termijn varianten adresseren in samenhang opgaven voor economische ontwikkeling, bescherming tegen overstromingen, zoetwatervoorziening en ecologische ontwikkeling binnen de Zuidwestelijke Delta.
    [Show full text]
  • Reconstruction of the Total N and P Inputs from the Ijsselmeer Into the Western Wadden Sea Between 1935–1998
    Journal of Sea Research 51 (2004) 109–131 www.elsevier.com/locate/seares Reconstruction of the total N and P inputs from the IJsselmeer into the western Wadden Sea between 1935–1998 Wim van Raaphorsta,1, Victor N. de Jongeb,* a Department of Marine Chemistry and Geology, Netherlands Institute for Sea Research (NIOZ), P.O. Box 59, 1790 AB Den Burg, The Netherlands b Department of Marine Biology, University of Groningen, P.O. Box 14, 9750 AA, Haren, The Netherlands Received 1 November 2002; accepted 4 July 2003 Abstract In this paper we reconstruct the Total Nitrogen (TN) and Total Phosphorus (TP) inputs into the western Wadden Sea from its major freshwater source the lake IJsselmeer between 1935–1998. The reconstruction is based on the TN and TP loads of the river Rhine at the German/Dutch border and follows the aquatic continuum approach to calculate loads further downstream in (1) the river IJssel feeding the IJsselmeer, and (2) the discharge of this lake into the western Wadden Sea. Our objectives are to determine (1) how the signal of changing nutrient loads of the Rhine is transferred downstream, and (2) how hydrological changes in the rivers-and-lake system affected the TN and TP discharges into the western Wadden Sea. Observational data from which TN and TP loads of the river Rhine could be calculated date back to the 1960s and we used background loads for European rivers for the period before World War II. The period in between was interpolated using the historic scenarios of watershed land use and management tested for the hypothetical Phison river (Billen and Garnier, 1997, Aquat.
    [Show full text]
  • Zeesluis Structurele Oplossing Tegen Zouttong in De Nieuwe Waterweg Aanvoer Zoetwater Naar Groene Hart Veilig Stellen
    Zeesluis structurele oplossing tegen zouttong in de Nieuwe Waterweg Aanvoer zoetwater naar Groene Hart veilig stellen 9 aug. 2018 - Verzilting wordt steeds meer een probleem. De Algemene Waterschapspartij (AWP) pleit voor de meest structurele oplossing om de zouttong in de Nieuwe Waterweg te stoppen: door aanleg van de zeesluis bij Vlaardingen. Het voorstel van het Wereld Natuur Fonds (WNF) om van de tijdelijke wateraanvoer naar West- Nederland een permanente wateraanvoer te maken oogt sympathiek, maar is 'paard achter de wagen spannen'. Van kleinschalig naar klimaatbestendig In tijden van grote droogte, zoals nu in 2018, wordt vanuit het Amsterdam-Rijnkanaal zoetwater aangevoerd naar West-Nederland. Het Amsterdam-Rijnkanaal wordt gevoed vanuit het IJsselmeer en vanuit de Lek bij Wijk bij Duurstede. Het water stroomt niet vanzelf naar West-Nederland, het moet worden opgepompt door drie gemalen: 1. naar de Leidse Rijn (gemaal 'De Aanvoerder'); 2. naar de bovenloop van de Hollandse IJssel (Noordergemaal); en 3. naar de zuidelijke waterroute door de Lopikerwaard (gemaal de Koekoek). Deze drie waterroutes samen worden de Kleinschalige Wateraanvoer (KWA) genoemd. Omdat de capaciteit van de KWA binnenkort wordt vergroot van 7 m3/s naar 15 m3/s, is recent de naam veranderd in Klimaatbestendige Waterafvoer (met dezelfde afkorting!). De KWA naar het Groene Hart, de Haarlemmermeer en naar de lage gebieden van Rijnland, Delfland en Schieland is nodig om verzilting en verdroging tegen te gaan. Klimaatbestendige Wateraanvoer (bron: RTV Utrecht, klik op de afbeelding) WNF wil permanent water pompen in Hollandse IJssel voor doorstroming van Haringvliet en Kier Het WNF stelt nu voor om Klimaatbe- stendige Wateraanvoer niet in alleen in te zetten in tijden van extreme droogte, maar wil gewoon permanent de pompen laten draaien.
    [Show full text]
  • Besluit Gebruik Stormvloedkering Nieuwe Waterweg VW
    Besluit gebruik stormvloedkering Nieuwe Waterweg VW «Waterstaatswet 1900» Artikel 5 waterschappen De Brielse Dijkring Dit besluit treedt in werking met (Brielle), de Groote Waard (Klaaswaal) 6 mei 1997/Nr. HW/AK 97/6257 ingang van de tweede dag na de dag- en IJsselmonde (Barendrecht); Hoofddirectie van de tekening van de Staatscourant waarin - de provinciehuizen van Noord- Waterstaat/Hoofdafdeling Bestuurlijke zij wordt gepubliceerd. Brabant (Den Bosch) en Zuid-Holland en Juridische Zaken (Den Haag); Artikel 6 - de kantoren van Rijkswaterstaat, De Minister van Verkeer en Dit besluit kan worden aangehaald als directie Noord-Brabant (Waterstraat 16 Waterstaat, ’Besluit gebruik stormvloedkering in Den Bosch) en directie Zuid-Holland Gelet op het bepaalde in artikel 5, Nieuwe Waterweg’. (Boompjes 200 in Rotterdam); tweede lid van de Waterstaatswet - de bibliotheek van het ministerie van 1900 en het daarop gebaseerde ’s-Gravenhage, 6 mei 1997. Verkeer en Waterstaat in Den Haag. Organiek Besluit Rijkswaterstaat (KB 14 De Minister van Verkeer en januari 1971, Stb. 42), alsmede gelet op Waterstaat, Bezwaar de bepalingen in afdeling 3.4 van de A. Jorritsma-Lebbink. Een ieder die meent ten gevolge van Algemene wet bestuursrecht; dit besluit rechtstreeks in zijn belang te Mededelingen zijn getroffen kan daartegen op grond Besluit: van de Algemene wet bestuursrecht Tervisielegging besluit met bijlagen binnen zes weken na de dag waarop Artikel 1 Bij het besluit behoort een nota, waar- dit is bekendgemaakt een bezwaar- De Stormvloedkering in de Nieuwe in de ingebrachte zienswijzen zijn schrift indienen. Het bezwaarschrift Waterweg (hierna te noemen ’de gerubriceerd en waarin het gemoti- moet worden gericht aan de Minister kering’) wordt vanaf de ingebruikna- veerde oordeel van de Minister ten van Verkeer en Waterstaat, p/a de me tot 1 oktober 1998 gesloten bij een aanzien van die zienswijzen is neerge- Hoofdingenieur-Directeur van de verwachte waterstand van de Nieuwe legd.
    [Show full text]
  • Wader Research in the Delta of the Southwest Netherlands
    -26- WADER RESEARCHIN THE DELTAOF THE SOUTHWESTNETHERLANDS by HenkBcpfisf cmd Pcfrick Meire Introduction The Delta-area in the southwestern part of the Netherlands has been formed gradually by the estuaries of the rivers Rhine, Meuse and Scheldt during the last 2000-3000 years. After the storm-flood of 1953, when large parts of the area were inundated and over 1800 people were killed, the Dutch government decided to dam up five of the seven estuaries, the so called "Delta Plan". The Westerschelde and the Nieuwe Waterweg will remain open because these are the entrances of the ports of Antwerpen and Rotterdam respectively. Four estuaries have already been dammedup and changed frc• salt or brackish tidal areas into stagnant lakes. The present situation frc• north to south is (Figure 1): an open, but very small, harbour mouth (Nieuwe Waterweg), two fresh water lakes (Brielse Meer and Haringvliet), a salt water lake (Grevelingen), an open salt estuary (0osterschelde, a brackish lake (Veerse Meer) and an open salt to brackish estuary (Westerschelde). In the original Delta Plan the Oosterschelde would also have been dammedup, after which all enclosed estuaries would be chaDged into fresh water lakes. As a result of changed views regarding the environment and fisheries, this decision has been changed. In 1985 the Oosterschelde will be closed by means of a storm-surge barrier. As a result of this the tidal a•plitude will decrease frc• 3.1 to 2.7 m. In addition, in the eastern part of the estuary secondary dams will be constructed, which will cause a direct loss of tidal areas (Figure 1).
    [Show full text]
  • Opening of the Haringvliet, a Stream of Possibilities
    Opening of the Haringvliet, a stream of possibilities Comprehensive plan Delta21: Consequences and benefits of reintroducing tide and saltwater in the Haringvliet for nature restoration. ACT Team 2593 Valesca Baas Nuan Clabbers Jelle Moens Emiel Schuurke Jeroen Spierings Erwin Termaat Anne Wolma Commissioner Delta21 - opening the sluices of the Haringvliet is part of their project proposal concerning the realisation of Delta21. Members are: Huub Lavooij and Leen Berke. December 11, 2020 Contact details From the commissioners of Delta21 Leen Berke [email protected] Huub Lavooij [email protected] From the ACT-team: Secretary Nuan Clabbers [email protected] +316 21818719 External communications member Emiel Schuurke: [email protected] +316 30504791 Source cover page illustration: Volkskrant © 2020 Valesca Baas, Nuan Clabbers, Jelle Moens, Emiel Schuurke, Jeroen Spierings, Erwin Termaat and Anne Wolma. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced or distributed, in any form of by any means, without the prior consent of the authors. Disclaimer: This report (product) is produced by students of Wageningen University as part of their MSc-programme. It is not an official publication of Wageningen University or Wageningen UR and the content herein does not represent any formal position or representation by Wageningen University. Copyright © 2020 All rights reserved. No part of this publication may be reproduced or distributed in any form of by any means, without the prior consent of the commissioner and authors. Executive summary The project proposed by Delta21 aims to cover three aspects: energy transition, flood risk management and nature restoration. Our focus is on nature restoration.
    [Show full text]