HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS

EEN BELGISCHE BIJDRAGE AAN DE INTERNATIONALE TENTOONSTELLING VOOR MODERNE DECORATIEVE EN INDUSTRIËLE KUNSTEN VAN PARIJS IN 1925

WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 1. Opname gemaakt in het Gioconda-ensemble tijdens het officiële bezoek van Koningin Elisabeth I op 11 juni 1925 aan de internationale tentoonstelling voor moderne decoratieve en industriële kunsten van Parijs. V.l.n.r. Graaf Adrien van der Burch, Koningin Elisabeth, Philippe Wolfers, Gravin van der Burch. – Privé-archief, foto G. Champroux, Bruxelles. (Foto KMKG, R. Mommaerts) 132 WERNER ADRIAENSSENS . 3 & 4) e (afb ee ander 465.1: 472 x 716 mm. xpo 25, nr samen met tw d r aris E e oject w , MEZ P it pr chief d 18.08.1924. D ousseau) ussel, Algemeen Rijksar r oep II. – B (© ARA, foto J.J. R an gr an de buffetkast, gedateer v y v akjur ioconda G elgische v tekend uk onder dr oorgelegd aan de B olfers, blauw W hilippe . 2. P op 15 september 1924 v Afb HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 133 d 27.08.1924. – ousseau) elementen in de zaal, gedateer an de interieur an de inplanting v xpo 25, nr 465.2: 612 x 735 mm. (© ARA, foto J.J. R v aris E oconda i G , MEZ P tekend chief uk onder dr olfers, blauw ussel, Algemeen Rijksar r W B hilippe . 3. P Afb 134 WERNER ADRIAENSSENS

Op de internationale tentoonstelling voor moderne deco- Invalides, de galerij die door de Franse organisatie was ratieve en industriële kunsten die in 1925 te Parijs plaats- voorzien voor de Belgische interieurkunstenaars of ensem- vond, werd in het Belgisch paviljoen een ensemble ten- bliers. De kunstenaar specifieerde zijn inzending als volgt: toongesteld dat werd overladen met lof vanwege de Une Salle à Manger comprenant le mobilier, l'argenterie, les internationale pers. Het betrof een volledige eetkamer die cristaux etc. et notamment: une table avec chaises, un dres- praktisch tot in het kleinste detail was ontworpen door soir, une argentière, une table à thé avec service et samovar, Philippe Wolfers. Hoewel deze kunstenaar vooral interna- la vaisselle plate, les couverts, le milieu de table etc. – Les cri- tionale roem verwierf voor zijn art-nouveaucreaties, staux: verres, brocs, carafes etc. Als uitvoerder van de ver- bewees hij met deze inzending, gepresenteerd onder de schillende interieurelementen benoemde hij Wolfers Frères naam Gioconda, dat hij met zijn laatste totaalconcept ook voor het zilverwerk, Les Cristalleries du Val-Saint-Lambert tot de grootmeesters van de art deco kan worden gere- voor het kristal, La Compagnie des Arts (Poppe & Cie) voor kend.1 het meubilair en de Association Nationale des Dentellières Belges voor het kantwerk.11 Conform de reglementering die het Belgisch Commissariaat-Generaal had opgesteld12, De noodzaak van een Belgische inzending: een strenge voegde Philippe Wolfers bij zijn inschrijvingsformulieren reglementering ter verzekering van succes het project, bestaande uit drie blauwdrukken van de ver- schillende objecten van het interieur dat hij tentoon De deelname van België aan de Parijse tentoonstelling van wenste te stellen. De drie ontwerptekeningen tonen het 1925 was problematisch. Vooral de laattijdige uitnodiging project van de buffetkast met aanduiding van de materi- door de Franse Staat2 en het beperkte budget dat door de aalkeuze, gedagtekend 18 augustus 1924 (afb. 2), de glo- Belgische overheid werd toegekend3 zorgden voor heel wat bale opstelling van de zaal (afb. 3), gedagtekend 27 augus- tijdverlies.4 Het complexe karakter van de manifestatie, een tus 1924, en het zilveren koffieservies, gedagtekend 28 tentoonstelling voor moderne decoratieve kunsten, vereiste augustus 1924 (afb. 4). Zij werden zonder vermelding van een speciale organisatie. Het officiële reglement schreef de auteur met het devies of pseudoniem Gioconda gesig- immers voor dat alles in een nieuwe stijl moest zijn ont- neerd.13 Deze naam zou tijdens de tentoonstelling door de worpen, zonder referenties naar het verleden. Kopieën en pers eveneens worden gebruikt als betiteling van het imitaties zouden worden geweerd.5 Het werd daarom door ensemble.14 het Belgisch inrichtend comité noodzakelijk geacht om per groep van een bepaalde discipline6 een jury samen te stel- Reeds vóór de eerste bijeenkomst van de jury van groep II, len. Vooraleer een kunstenaar of industrieel werd toegelaten klasse 7, werd Philippe Wolfers door Eduard Caspers, de om te exposeren, moest hij een volledig inschrijvingsdossier secretaris van commissaris-generaal Adrien van der Burch, indienen bij het Belgisch Commissariaat-Generaal dat was op 11 september aangeschreven met de uitdrukkelijke wens gevestigd in de Brusselse Wetstraat 19. De jury, samenge- om een nog gedetailleerder plan op te sturen, vóór 15 sep- steld uit gerenommeerde architecten, kunstenaars en kunst- tember 1924. Dit teneinde de Belgische toelatingsjury critici7, diende zich te buigen over de projecten die door de bewust te maken van: […] l'intéressante participation que ontwerpers in tweevoud bij het inschrijvingsformulier prépare ‘Gioconda’.15 Het wijst erop dat de commissaris- moesten worden gevoegd.8 De ingezonden projecten moch- generaal onmiddellijk het prestigieuze karakter van het pro- ten niet worden ondertekend met de eigen naam van de ject had doorzien en geen enkele kans onbenut wou laten kunstenaar. Om partijdigheid te vermijden werd aan de om het interieur te laten selecteren voor de Belgische inzen- kunstenaars of industriëlen gevraagd de projecten te signe- ding in Parijs.16 ren met een pseudoniem, devies of symbool.9 De anonieme projecten werden voorgelegd aan de vakjury, die besliste of Het project van Philippe Wolfers werd op de ochtendzit- het ontwerp, mits voorbehoud van aanpassingen, werd toe- ting van 15 september 1924 gekeurd door de vakjury van gelaten om te figureren in de Belgische sectie. groep II, die belast was met de beoordeling van de ensem- bles. Gioconda was het enige project dat op basis van de plannen in eerste instantie met unanimiteit het fiat van de De projecten van Philippe Wolfers en het oordeel van juryleden kreeg om te worden tentoongesteld in Parijs.17 de Belgische jury Het ontwerp had door zijn modern en uitermate volledig karakter een diepe indruk nagelaten. De jury oordeelde Philippe Wolfers schreef zich in voor deelname op 30 dat het interieur waardig genoeg was om in een meer pres- augustus 1924, de uiterste datum van inschrijving die tigieus kader geplaatst te worden. Daarom werd in samen- door de Belgische organisatie in het reglement was vastge- spraak met , de architect van het Belgische legd.10 De kunstenaar wenste een volledig ingerichte eet- paviljoen, door Adrien van der Burch aan Philippe kamer tentoon te stellen in de Galerie de l’Esplanade des Wolfers gesuggereerd om het ensemble in dit bouwwerk HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 135 xpo 25, aris E MEZ P , chief ussel, Algemeen Rijksar r ousseau) d 28.08.1924. – B vies, gedateer an het koffie- en theeser v nr 465.3: 600 x 855 mm. (© ARA, foto J.J. R ioconda G tekend uk onder dr olfers, blauw W hilippe . 4. P Afb 136 WERNER ADRIAENSSENS op te stellen: Etant donné le caractère complet et intéressant de volledige binnenhuisarchitectuur afgeleid en consequent de votre participation, celle-ci figurera dans le Pavillon toegepast op alle andere interieurelementen.20 Deze omge- d’Honneur et je vous serais obligé de vouloir bien vous mettre keerde wijze van ontwerp valt te verklaren door het feit dat en rapport directement avec M. Horta pour les décisions qu’il Philippe Wolfers als edelsmid, in zijn functie van artistiek y aurait lieu de prendre quant à l’exécution et l’aménagement directeur van de firma Wolfers Frères sinds 1892, bij uitzon- de cette participation.18 Vereerd met dit voorstel meldde dering een totaalconcept ontwierp. Voor de wereldtentoon- Wolfers dat hij onmiddellijk contact zou opnemen met de stelling van Luik in 1905 en het daaropvolgende jaar architect.19 opnieuw geëxposeerd op de internationale tentoonstelling voor decoratieve kunsten van Milaan21, ontwierp hij reeds een volledige eetkamer. Zoals bij Gioconda was ook toen Het concept van de zilveren schotel als determinerende het ornament, ontworpen voor het zilverwerk, en later factor voor het ontwerp van een volledige eetkamer gecommercialiseerd onder de modelnaam Prince Albert, als leidmotief toegepast op elk element van het ensemble. Bij het concept van Gioconda beperkte de kunstenaar zich niet De originaliteit en de consequent doorgedreven homogeni- tot het ornament. Het leidmotief vloeide voort uit een spe- teit van ontwerp, onmiddellijk opgemerkt tijdens de eerste ling van vormen en volumes teneinde een symbiose van zitting van de jury, lagen ongetwijfeld aan de basis van het beide uitgangsprincipes te bereiken. internationale succes van het Gioconda-ensemble. Traditio- neel wordt geoordeeld dat het meubel het belangrijkste ele- De vorm van de ronde zilveren schotel (afb. 5) werd samen- ment is van een interieur. Daarom is het gebruikelijk dat de gesteld door een decagoon tussen twee andere tienhoeken, accessoires worden ontworpen of gekozen in harmonie met de laatste met afgeschuinde hoeken, tegengesteld in te het meubel. Het principe door Philippe Wolfers aangewend schrijven. Door deze dispositie ontstaan twee reeksen van voor het ontwerp van dit interieur, brak volledig met de grote en kleinere driehoeken die het leidmotief van het geo- gangbare traditie. Volgens de kunstenaar is het belangrijkste metrisch geconstrueerde interieur zouden bepalen. De ver- meubel van een eetkamer le meuble maître, de tafel. Op de bazingwekkende eenvoud van ontwerp liet de kunstenaar tafel is het belangrijkste voorwerp la pièce maîtresse, de toe om het rijkelijke karakter voornamelijk te putten uit de schotel die als eerste element werd ontworpen. Vertrek- materies waarin elk interieurelement werd uitgevoerd. Deze kende van die beredeneerde decoratieve lineaire basis werd consequente formele ontwerpfase, in combinatie met een doordachte materiaalkeuze en een evenredig doorgedreven gevoel voor kleurenharmonie, zorgde voor een onverwacht origineel aspect. Hierdoor werd het Gioconda-ensemble alge- meen beschouwd als het meest harmonieuze interieur van de tentoonstelling.

De inplanting van de Giocondazaal in het Belgisch paviljoen ontworpen door Victor Horta

De zaal die Victor Horta ter beschikking stelde van Phi- lippe Wolfers was acht en een halve meter lang en had door de erkervormige uitsprong een onregelmatige breedte die op het breedste punt vijf meter bedroeg.22 Het centrale gedeelte van de achterwand werd verlicht door een grote vensteropening, opgebouwd als een triptiek. Het middelste venster werd doorbroken door een sokkel die van binnenuit, dwars doorheen de muur naar buiten liep. Dat was een idee van Victor Horta. Op het plan van de zijgevel (afb. 6), de voor- en achtergevel en het grond- plan (afb. 7) van het Belgisch paviljoen, respectievelijk gedagtekend 14 juli 1924, 18 juli 1924 en 8 augustus 1924, die op 1 september van datzelfde jaar ter keuring Afb. 5. Philippe Wolfers, ronde zilveren schotel model naar de Franse architectuurdienst werden gestuurd, blijkt Gioconda, 1925. – Brussel, Koninklijke Musea voor Kunst en duidelijk dat de sokkel reeds voorzien was in de laatste Geschiedenis, inv. Ag. 7042, 2,2 x max. breedte 31. zaal die de architect in de eerste ontwerpfase nog voor- (© KMKG, foto R. Pessemier) zag als ontoegankelijk privé-salon. Volgens deze plannen HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 137 , nr 47.4, 610 x 1100 mm. (© ARA, foto J.J. Rousseau) 25 MEZ Paris Expo MEZ Paris Afb. 6. Victor Horta, plan van de zijgevel van het Belgisch paviljoen, gedateerd 14.07.1924. –Brussel, Algemeen Rijksarchief, 14.07.1924. –Brussel, paviljoen, gedateerd het Belgisch van de zijgevel plan van Horta, Victor 6. Afb. 138 WERNER ADRIAENSSENS , chief ousseau) ussel, Algemeen Rijksar r d 08.08.1924. – B elgisch paviljoen, gedateer an het B xpo 25, nr 47.4, 610 x 1100 mm. (© ARA, foto J.J. R aris E ondplan v MEZ P ta, gr r o ictor H V . 7. Afb HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 139

Afb. 8. Philippe Wolfers, presentatie van de sculptuur Offrande in het Gioconda-ensemble. Deze sculptuur werd uitgevoerd door La Fonderie Nationale des bronzes. – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 126. (Foto KMKG, R. Mommaerts) 140 WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 9. Philippe Wolfers, presentatie van de sculptuur Offrande aan de achterzijde van het Belgisch paviljoen. – Privé-archief, foto Raleigh, Paris. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

voorzag Horta de sokkel als steun voor een beeld van een zou neerleggen op het marmeren altaar, verbonden met de staande vrouw.23 sokkel, aan de binnenzijde van het venster, in de zaal.

De creatie van een optisch diepte-effect met sacraal De architecturale interieurdecoratie karakter De wanden van het interieur van de zaal waren volledig Philippe Wolfers wist handig gebruik te maken van dit bekleed met geelgeaderde portor25 en antiek groen marmer gegeven om een optisch diepte-effect te creëren dat een (vert antique), geleverd door de Belgische groeven van de oplossing zou bieden voor de relatief geringe breedte van S.A. Merbes-Sprimont.26 Om het geheel niet te overladen, de somptueus gedecoreerde zaal. Aan de buitenkant van werd vlak onder de witte zoldering een smalle witgeschil- het venster plaatste hij de sculptuur Offrande, een van zijn derde strook voorzien die zorgde voor de compensatie van monumentale bronzen werken (afb. 8-9).24 Het gaat om het optisch zware marmereffect. De kroonlijst werd discreet een beeld dat een geknielde naakte vrouw met een serene, versierd met een zwart geschilderd driehoeksmotief, één dromerige gelaatsuitdrukking voorstelt. In haar handen van de fundamentele decoratieve elementen (afb. 10, 19, houdt zij vruchten die zij met een gracieus gebaar als offer 48). HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 141 naar de ingang. – Privé-archief, cliché Bernès, naar de ingang. – Privé-archief, Gioconda-ensemble phot., Paris. (Foto KMKG, R. Mommaerts) KMKG, (Foto phot., Paris. ie Marouteau & C Marouteau Afb. 10. Philippe Wolfers, zicht op het Wolfers, 10. Philippe Afb. 142 WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 11. Philippe Wolfers, lichtkolom met presentatie van de Afb. 12. Philippe Wolfers, lichtkolom met presentatie van de sculptuur Evocation, uitgevoerd door Wolfers Frères. sculptuur Walkyrie, uitgevoerd door Wolfers Frères. – Het portor en het antiek groene marmer werden geleverd Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. door de S.A. Merbes-Sprimont. De verlichtingsarmaturen (Foto KMKG, R. Mommaerts) uitgevoerd in Siënese brocatello en Algerijnse witte onyx, werden uitgevoerd door de firma Boin-Moyersoen. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

De integratie van artificiële en natuurlijke lichtbronnen volgens de verloren-wastechniek gegoten. De onregelma- als volwaardige bijdrage tot een sacrale sfeer tige en ruwe afwerking van de sculpturen, gemonteerd op sokkels in portor, roept – zoals ook al opgemerkt door De lichtkolommen contemporaine kunstcritici – herinneringen op aan brok- stukken van antieke beeldhouwkunst: Impéria ressemble à Aan de hoeken van de langste zijden van de zaal stond, un bronze antique que l'on aurait arraché aux entrailles du beschermd achter glas, telkens op een achthoekige marme- sol.28 De spirituele uitstraling van elk van deze figuren met ren kolom, een bronzen buste met groene patina. Het ging wezenloze blik roept een goddelijke, bovenmenselijke om de sculpturen Evocation (afb. 11), Walkyrie (afb.12), indruk op. Door hun specifieke presentatie binnen het Impéria (afb. 13) en Inspiration (afb. 14).27 De beelden interieur evoceerde Wolfers bij de toeschouwer een gewild waren vrij ruw, onmiddellijk naar het model uitgewerkt en gevoel van afstandelijkheid en respect. Het beeld Offrande HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 143

Afb. 14. Philippe Wolfers, lichtkolom met presentatie van de sculptuur Inspiration, uitgevoerd door La Fonderie Nationale des Bronzes. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Afb. 13. Philippe Wolfers, lichtkolom met presentatie van de sculptuur Impéria, uitgevoerd door Wolfers Frères. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts) moest zorgen voor een spanningsveld dat het sacrale de originele artificiële verlichting van de sculpturen in de karakter versterkte. In laatstgenoemd beeld werden de zaal, omschreven als […] un diadème de feu […].30 Deze menselijke trekken en de gratie van de jonge vrouw bena- verlichtingswijze, een perfect substituut voor de op dat drukt. Haar gelaat verraadt een sentiment van verzonken ogenblik courante wandlamp, droeg wezenlijk bij tot de gedachten en dankbaarheid. Het menselijke aspect wordt goddelijke uitstraling van de bustes. eveneens geaccentueerd door de uitwerking van het in 1925 in de mode zijnde kapsel. Voor het te bereiken effect De kolom waarin elk beeld was opgesteld, was verdeeld in van sacraliteit werd rekening gehouden met zowel het drie delen: een hoog voetstuk, een glazen gedeelte waarach- natuurlijke als artificiële licht: Dans l'encadrement de la ter de sculptuur stond en een derde deel waarin de verlich- baie par un rayon de soleil, le visage [Offrande] n'apparaît tingsarmatuur was geïncorporeerd. De lichtgevende bekro- plus que fait d'irréel […] (afb. 15).29 Dit contrasteerde met ning van de sokkel nam ongeveer dezelfde vorm aan als de 144 WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 15. Philippe Wolfers, zicht op het Gioconda-ensemble naar de vensteropening met de opstelling van het beeld Offrande. – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 125. (Foto KMKG, R. Mommaerts) kolom. Deze bekroning was opgebouwd uit twee delen. door Anto Carte en vormden het enige element in de zaal Het onderste gedeelte was het breedste en bestond uit zeer dat niet door Philippe Wolfers was geconcipieerd.32 Blijkens dun gezaagde platen van Siënese brocatello. Het smallere de oorspronkelijke projecten had Philippe Wolfers de inten- bovengedeelte was vervaardigd uit dunne plaketten van tie om boven het dressoir een decoratief schilderij te Algerijnse witte onyx.31 Deze steenplaten waren gevat in hangen.33 De idee om glasramen in te werken in de laatste een metalen raamwerk. Het gesteente temperde het felle zaal kwam van Victor Horta. Hij voorzag op zijn eerste plan- licht en zorgde voor een sacraal of dramatisch licht-en scha- nen van het Belgisch paviljoen in de laatste zaal reeds vijf duwspel, verwijzend naar de Byzantijnse kerken waar het openingen in de kortste zijden.34 Waarschijnlijk omdat het licht van de ramen wordt gefilterd door albasten plaketten. ontwerp van glasramen bepaalde vaardigheden vereiste die Philippe Wolfers niet beheerste, sprak hij een in deze tech- De glasramen niek bedreven kunstenaar aan voor deze specifieke opdracht. De keuze voor Anto Carte is niet verwonderlijk, aangezien Aan de twee kortste zijden van de zaal werden de wanden hij een nauwe vriendschappelijke en artistieke band onder- doorbroken door twee grote glasramen die telkens bestonden hield met de familie Wolfers.35 In deze context is het tevens uit vijf gedeelten (afb. 16-17). Deze ramen waren ontworpen niet verwonderlijk dat Philippe Wolfers met vrucht bij het HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 145

Afb. 16. Anto Carte, glasramen aan de linkerzijde van de zaal boven de zilverkast. De glasramen werden uitgevoerd door Florent-Prosper Colpaert met medewerking van Pierre Desmedt voor de uitvoering van het chassis. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Belgisch Commissariaat-Generaal onderhandelde, teneinde Voor het ontwerp werkte Anto Carte een onderzees land- Anto Carte vrij te stellen van de obligate inschrijvingstaks schap uit. Hierin konden de dominante kleuren van de door het concept van de glasramen te laten beschouwen als zaal, groen en geel, worden herhaald. Hoewel elk raam in een dienst aan het Belgisch Commissariaat-Generaal.36 vijf afzonderlijke partijen was verdeeld, liep de compositie door. Deze was zeer symmetrisch opgebouwd: een groot In hoeverre Philippe Wolfers inspraak had in het concept middengedeelte, en aan elke zijde twee zijramen die werden van de glasramen kon niet worden achterhaald. Aangezien gespiegeld aan de andere zijde van het middelste raam. Het ze stilistisch zeer typisch zijn voor Anto Carte, lijkt het metalen chassis hiervan werd uitgevoerd door Pierre De- waarschijnlijk dat hem enkel werd opgedragen in zijn ont- smedt.37 Voor de uitvoering van de glasramen werd een werp de ramen zoveel mogelijk in overeenstemming te beroep gedaan op de glazenier Florent-Prosper Colpaert38, brengen met de andere elementen van de zaal. Het ontwerp die Anto Carte vanaf 1920 inwijdde in de glasschilder- getuigt voornamelijk van een groot gevoel voor kleurenhar- kunst.39 monie. Het coloriet en het natuurlijk dessin van het mar- mer stemmen volledig overeen met het kleurenpalet en met De compositie van de glasramen was tweeledig: een de lijnvoering van de ramen. onderste gedeelte, de zeebodem, die een derde van de 146 WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 17. Anto Carte, glasramen aan de rechterzijde van de zaal boven de buffetkast. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

compositie vulde, en een bovenste gedeelte met een op de zeebodem rustten. In hun handen hielden de figuur. De zeebodem was druk bevolkt met een veelkleu- personages de luchtbellen die ze als parels lieten ont- rig uitgewerkte zeefauna en -flora. Het tweede gedeelte snappen. Hun haren leken te zweven in het water. De van de compositie was veel rustiger. In dit gedeelte werd twee zijpanden van het klare venster, waarachter het de richting van de zonnestralen in het vaalgroene water beeld Offrande stond, werden uitgewerkt zoals de uiter- aangegeven door de loodstrips.40 ste stroken van het glasraam aan de smalle zijde van de zaal. Het landschap werd geanimeerd door twee zeemeermin- nen, die elk geplaatst werden in het smalle raam aan de Naast de dominante kleuren groen en geel werd de com- rechter-en linkerzijde van het centrale grote raam. Aan positie opgefleurd met blauwe, roze, paarse en felrode tin- de linkerzijde boven het buffet werden de zeemeermin- ten. In de context van het gehele ensemble berustte de nen in vooraanzicht afgebeeld. Aan de rechterzijde, waarde van de glasramen voornamelijk in het feit dat zij boven de zilverkast, werden ze in achteraanzicht uit- zich op opvallende, doch harmonieuze wijze loskoppelden gewerkt. Het ging om figuren die met hun vissenstaart van het decor en ervoor zorgden dat de monotonie van het HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 147

Afb. 18. Anto Carte, aquarel van de glasramen aan de rechterzijde van de zaal, potlood, Oost-Indische inkt en aquarel op papier. – Brussel, Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, z. inv. nr. 402 x 479mm. (© KMKG, foto R. Mommaerts)

interieur werd doorbroken. De kleurenhymne van het compositie van de glasramen te verhogen, werd voor elk natuurlijk gefilterde glas zorgde op die wijze voor een stukje gekleurd glas een kleurloos glas geplaatst. Som- accentuering van de dramatische belichting van de sculp- mige kleurenschakeringen werden verkregen door twee turen in de nissen en plaatste ze op die wijze nog meer in of meerdere basiskleuren over elkaar te plaatsen. De de schijnwerper. techniek van het gebrandschilderde glas werd in dit glas- raam grotendeels vervangen door te werken met zuren Het glasraam werd uitgevoerd in een Amerikaans glas die voor een zachter verloop in de kleurnuances zorg- van opvallend hoge kwaliteit.41 De techniek die door gla- den.42 Dezelfde werkwijze paste Colpaert al eerder toe zenier Colpaert werd aangewend, was deze die omstreeks voor de uitvoering van de glasramen van het gebouw 1900 in Europa geïntroduceerd werd door de Amerikaan van de steenkoolmijn van Hensies-Pommerœul uit Louis-Comfort Tiffany. Om het diepte-effect van de 1921.43 148 WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 19. Philippe Wolfers, gezicht op de linkerwand op het Gioconda-ensemble. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Wat er met de ramen na de tentoonstelling gebeurde, is gedeelte, werden gesymboliseerd door het aanbrengen van niet duidelijk. Ze zijn enkel bekend van oude foto’s, pro- nummers in wit krijt. Het valt op dat bepaalde gedeelten jecttekeningen en enkele kartons. De aquarel van het van dit karton onafgewerkt bleven. Op het karton van de linkse glasraam (afb. 18), de calque van het rechtse glas- linkermeermin van het linkerraam werden de loodlijnen raam (beide op schaal) en de kartons (op ware grootte) van van het glasraam geaccentueerd door een doorgedrukte de linkse zeemeermin op het linkse glasraam, de centrale potloodlijn die op sommige plaatsen werd gehoogd met partij en het rechtse raam van datzelfde linkse glasraam rood krijt. Aan de achterzijde van het centrale gedeelte werden bewaard.44 De aquarel, getekend met potlood, werd in potlood het opschrift EXPOSITION PARIS overtekend met Oost-Indische inkt en gekleurd met aqua- WOLFERS aangebracht. rel, diende waarschijnlijk als definitief ontwerp voor de uitwerking van de kartons. De calque werd uitgevoerd in potlood en werd gequadrilleerd, zodat de tekeningen De inplanting van de grote interieurelementen gemakkelijk konden worden uitvergroot en overgebracht op de kartons. Al de kartons zijn uitgevoerd in houtskool In het midden van de zaal stond de mahoniehouten tafel, op bruin [kraft]papier. Zij werden met potlood gequadril- le meuble maître.45 Het twaalfhoekige blad, gesteund door leerd en enkele kleuraanduidingen, vooral in het onderste zes poten, was een vergroting van de ovale schotel. Het HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 149

Afb. 20. Philippe Wolfers, voor-en zijaanzicht van de stoelen model Gioconda. Al het meubilair van het Gioconda-ensemble Afb. 21. Philippe Wolfers, voor-en zijaanzicht werd uitgevoerd in mahonie en ebbenhout met lederen van de fauteuils model Gioconda. bekleding door La Compagnie des Arts (Poppe & Cie). – – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 127. Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 127. (Foto KMKG, R. Mommaerts) (Foto KMKG, R. Mommaerts)

principe om de twaalfhoek voor een eetkamertafel te Het handgeknoopte vloertapijt, uitgevoerd door La gebruiken is typologisch gezien vrij uitzonderlijk. Het Maison Hulpiau-Van Wtberghe (afb. 22)46, had identiek aanwenden van die vorm houdt nochtans veel voordelen dezelfde vorm als de tafel en werd zo groot ontworpen dat in. De tafel had dezelfde voordelen als een ronde of een alle gasten ruim met hun stoel op het tapijt konden ovale tafel, waar alle gasten zichzelf even gemakkelijk kun- zitten. Ook de tekening van het vloerkleed was gesofisti- nen bedienen en met elkaar ongestoord kunnen commu- ceerd. Het middelpunt van een vloertapijt in een eetka- niceren. Een bijkomend voordeel van deze geometrische mer is altijd een schaduwzone. Om deze doodse schaduw- vorm is echter dat de plaats van elke gast duidelijk is afge- vlek te verlevendigen, ontwierp Philippe Wolfers in het bakend door één zijde. centrum ervan een abstracte tekening47 die herinneringen oproept aan bepaalde composities van Piet Mondriaan.48 Rondom de tafel stonden twaalf mahoniehouten stoelen Of Philippe Wolfers zich daadwerkelijk liet inspireren met een kuipvormige rugleuning waarvan het profiel door een werk van deze Nederlandse schilder kon niet getuigt van een doordacht ontwerp. Zonder het comfort in worden achterhaald. De compositorische overeenkomst is het gedrang te brengen, was de vijfhoekige rugleuning vol- echter wel treffend. De tekening werd opgebouwd uit ledig in harmonie met de polygone vorm die de rest van de allerlei groene en blauwe geometrische vormen die werden zaal bepaalde (afb. 20). Dit werd bereikt door geaccentueerd door een zwarte omlijning. De tekening de exterieure hoeken van de kuip zo stomp mogelijk te deinde uit in een beige-blauwe tint die overliep naar een houden. De zittingen waren bekleed met bruin leder in een lichtblauwe kleur. Het vloertapijt werd omzoomd met een tint die harmonieerde met de warme kleur van het aange- watergroene rand met oranje driehoeken. Zoals gebruike- wende mahoniehout. De twee stoelen bestemd voor de gas- lijk voor artistieke tapijten geproduceerd tijdens het inter- theer en de gastvrouw, een klassiek gegeven voor een eetka- bellum, werden aan de linker- en rechterzijde van de toe- mer, kregen een negenhoekige rugleuning, waardoor het gang tot de zaal in het tapijt de kunstige initialen van effect van een luxueuze fauteuil werd gecreëerd (afb. 21). Philippe Wolfers geknoopt.49 150 WERNER ADRIAENSSENS d door oer uitgev d r e ts) olfers w W ommaer hilippe G, R. M oto KMK tapijt met het monogram P et vloer . H d in Léon 1927: pl. LXXX (F ioconda-ensemble epubliceer G – G Wtberghe. an ulpiau-V aison H La M olfers, gezicht op de gedekte tafel in het W hilippe 22. P . Afb HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 151

Afb. 23. Philippe Wolfers, gezicht op de rechterzijde van het Gioconda-ensemble met presentatie van het dressoir, een gedeelte van het zilveren en kristallen vaatwerk en de glasramen. Het niet bestaande wapenschild werd ingelegd in verschillende marmersoorten en ivoor. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts) 152 WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 24. Philippe Wolfers, het dressoir model Gioconda. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Aan de rechterzijde van de zaal, onder een wapenschild dat uitgevoerd in ebbenhout en ivoor51 was een dubbele toe- met diverse marmersoorten en ivoor werd ingelegd in de passing van het decoratieve leidmotief waar de tegen elkaar marmeren wand50, stond het zeshoekige dressoir. In de geplaatste driehoeken een doorlopend ruitmotief vormden. architectuur van het meubel lag het accent, meer dan bij De handvatten, geaccentueerd door een omlijsting van de andere interieurelementen, voornamelijk op het volume ivoor, werden volledig uitgespaard in de deuren van de (afb. 23-24). Om de massieve vorm te breken, steunde het kast. Op het dressoir, in een houten kader, rustte een meubel op zes poten waardoor een opening tussen kast en tablet in portor waarvan de randen waren versierd met een vloer ontstond. De buffetkast werd, net als de rest van het uitgeslepen driehoeksmotief. meubilair, grotendeels uitgevoerd in mahoniehout. Het dressoir werd op twee manieren gedecoreerd. Enerzijds Aan de linkerzijde van de zaal stond de zilverkast (afb. 25-27). zorgde het mahoniehouten bloemfineer van elke partij en Het onderstel was identiek aan het dressoir. Enkel het gespiegeld met het aanliggende gedeelte voor een decoratie bovenstuk, de vitrinekast waarin het zilverwerk en ander voortvloeiend uit het gevlamde dessin van het hout. vaatwerk werd geëtaleerd, was hieraan toegevoegd. Dit Anderzijds accentueerden de ebbenhouten biesjes de bovenstuk bestond uit een mahoniehouten achterwand en strakke lijnvoering van het meubel. De decoratieve fries zes steunpunten, gemaakt uit dezelfde houtsoort. HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 153

Afb. 25. Philippe Wolfers, gezicht op de linkerzijde van het Gioconda-ensemble met presentatie van de zilverkast, een gedeelte van het zilveren en kristallen vaatwerk en de glasramen. – Gepubliceerd in Parijs 1925: s.p. (katern tegenover p. 90). (Foto KMKG, R. Mommaerts) 154 WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 26. Philippe Wolfers, de zilverkast model Gioconda. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Aan de achterwand van de zaal – de plaatsing varieert naar- gelang de foto – stond het theetafeltje (afb. 28). Typolo- gisch sloot het grotendeels aan bij de klassieke theetafels, met dat verschil dat het bijzetmeubeltje drie bladen telde. Het meubel bestond uit twee delen. Het onderste gedeelte werd gesteund door vier poten en had twee twaalfhoekige bladen. Boven op het hoogste blad stond hetzelfde tafeltje in kleinere uitvoering, ditmaal met één blad. De theetafel was in overeenstemming met de rest van het meubilair eveneens uitgevoerd in mahoniehout. De lijnaccenten waren eveneens aangebracht door inlegwerk van ivoor en ebbenhout. De nervenstructuur van het mahonie werd aan- gewend voor het fineer van de drie tafelbladen. De vlakken werden verdeeld in twaalf driehoeken waarvan de diagonale Afb. 27. Philippe Wolfers, zilverkast en theetafeltje met nerven dwars op elkaar stonden, zodat het natuurlijke des- zilveren koffie- en theeservies model Gioconda. Het parket sin van het en dosse gezaagde hout het driehoeksmotief her- werd uitgevoerd door de firma Auguste Lachapelle. – haalde. Voor de uitvoering van het meubilair deed Philippe Gepubliceerd in Parijs 1925: s.p. (katern t.o.v 90). Wolfers een beroep op de Brusselse firma La Compagnie des (Foto KMKG, R. Mommaerts) Arts (Poppe & Cie).52 HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 155

Het principe om de nervenstructuur van het hout aan te wenden als decoratie werd eveneens gebruikt voor het ont- werp van de eiken parketvloer. Die werd uitgevoerd door de firma Auguste Lachapelle (afb. 27).53 Te oordelen naar de archieffoto’s bestond de tekening uit een aan- eenschakeling van tienhoeken. Zoals de tafelbladen van het theetafeltje werd elke decagoon nogmaals verdeeld in tien driehoeken waarvan de nervenstructuur van het blonde hout ook hier tegenover elkaar werd gesteld. De zijwanden van de zaal waren op gelijkmatige breedte afgeboord met een bies in ebbenhout waarin op regelmatige afstand een vereenvoudigd meandermotief was ingewerkt.

Naast de indirecte lichtpunten, ingewerkt in de sokkels waarin de sculpturen werden opgesteld, werd een supple- mentaire verlichting aangebracht in de zoldering. Het ging eveneens om een indirecte verlichting waarvan de vorm door Philippe Wolfers werd aangewend om het for- mele en decoratieve leidmotief te herhalen. Zoals blijkt op enkele archieffoto's en het voorproject54 werd de twaalf- hoek ter grootte van het tapijt geprojecteerd op het pla- fond waarin een ondiepe koepel was uitgespaard (afb. 3, 10 & 19). De vorm van de binnenzijde van de koepel was, weliswaar uitvergroot, identiek aan de binnenzijde van het deksel van de groenteschaal (afb. 34).55 De rand van deze uitsparing werd afgebiesd met zwarte driehoe- ken. Achter deze lijst was een bronzen verlichtingsarma- tuur aangebracht met ritmisch geplaatste gloeilampen die, net zoals deze in de kolommen, werd uitgevoerd door de Afb. 28. Philippe Wolfers, theetafeltje met zilveren firma Boin-Moyersoen.56 koffie- en theeservies model Gioconda. – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 126. Het vaatwerk en de tafeldecoratie (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Het linnengoed Ongetwijfeld was het ontwerp van het tafellinnen een van Het tafelkleed en de onderleggers voor borden en zilver- de moeilijkste opdrachten voor Philippe Wolfers, die op werk (afb. 29-31) werden uitgevoerd in batist met een dat gebied geen enkele ervaring had. Bovendien gaf het rand van naaldkant die een motief van trapezia en merendeel van de handelaars in linnengoed op dat ogen- driehoeken weergaf. Afwijkend van het veelhoekmotief blik blijk nog steeds gevangen te zijn in een verstikkende werden enkele onderleggers opgefleurd met een centrale routine. De kantnijverheid, gestoeld op een eeuwenoude versiering van vierkantjes, verbonden door een gebroken traditie, bleef vooral in België weerbarstig tegenover elke lijn. Het ontwerp van het tafelkleed was door de ver- vernieuwingspoging.57 Om de homogeniteit van de zaal houding van de kanten fries ten overstaan van het batist niet in het gedrang te brengen was Wolfers nagenoeg ver- meer geslaagd dan de kleinere kantwerkjes, waarvan het plicht zelf in te staan voor het ontwerp.58 Als edelsmid relatief zware decoratieve naaldwerk het batist, een lichte ciseleerde Philippe Wolfers het kantwerk zoals metaal, stof, overheerste. Voor de uitvoering werd een beroep zonder rekening te houden met de gevoelige aard van het gedaan op de Association Nationale des Dentellières naaldwerk.59 Ondanks het feit dat door sommige eigen- Belges.60 tijdse critici het linnengoed als de zwakke schakel in het ensemble werd beschouwd, kan worden geoordeeld dat de Het zilverwerk kunstenaar, gezien de aangehaalde omstandigheden, de verdienste had enige vernieuwing te willen doorvoeren in Aangezien Philippe Wolfers artistiek directeur was bij een op dat ogenblik stugge kunstnijverheid. de firma Wolfers Frères, was het gegoten en geciseleerd 156 WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 29. Philippe Wolfers, gedekte tafel in het Gioconda-ensemble. – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 118. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

zilver overvloedig aanwezig in de zaal, zelfs in die mate tische redenen nam de kunstenaar echter de beslissing dat de vraag kan worden gesteld of deze eetkamer geen de driehoeksmotieven in de boord, het plat en de welving decor was voor de presentatie van het zilverwerk van de niet te polijsten61, waardoor het aspect van het zilverwerk gereputeerde familieonderneming. De vorm van de zilve- minder scherp werd en het reliëf werd benadrukt. ren schotel was zeker determinerend voor het concept van de rest van het zilverwerk. Dit bestond uit een aantal Op al het zilverwerk was het dubbele gekroonde wapen- ronde schotels, een kleine en grote ovale schotel (afb. 32- schild aangebracht dat ook in de marmeren wand van de 33), twee groenteschalen met deksel en een ivoren knop zaal was ingelegd. Het zilver werd gemerkt met het mees- (afb. 34), twee fruitschalen in kristal op zilveren voet (afb. terteken van Wolfers Frères, drie vijfpuntige sterren in een 35), een kristallen slakom rustend op een zilveren voet- gelobde driehoek en met het sierlijke in elkaar gestrengeld stuk met slacouvert (afb. 36), vier tafellampen met witzij- art-nouveaumonogram van de zilversmederij. Al het zilver- den kapjes afgebiesd met groene franjes (afb. 37), twaalf werk werd gemerkt met het voor België op dat ogenblik vrij kristallen broodschaaltjes met zilveren rand (afb. 38), uitzonderlijk hoge allooi van 950‰ (afb. 43).62 Waar- drie elektrische schotelwarmers met ivoren opzetstukken schijnlijk omdat het zilver was bestemd om met publicitaire (afb. 39), een sauskom met bijpassend schoteltje en saus- doeleinden in Frankrijk te worden geëxposeerd, opteerde lepel (afb. 40), bestek (afb. 41) en een koffie-en theeser- Wolfers Frères voor het wettelijk bepaalde eerste gehalte vies (afb. 42). Al deze voorwerpen vonden hun vormge- (argent 1er titre) van Frankrijk.63 ving in het veelhoekig motief met decoratieve applicatie van het driehoeksmotief. In zijn oorspronkelijk ontwerp Van al het zilverwerk vormt het bestek voor een ontwerper voorzag Wolfers volledig gepolijst zilverwerk. Om esthe- een van de moeilijkste opdrachten om vernieuwing te HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 157

Afb. 30. Philippe Wolfers, ovale kanten onderlegger model Gioconda. Het tafellinnen werd uitgevoerd door de Association Nationale des Dentellières Belges. – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 133. (Foto KMKG, R. Mommaerts) 158 WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 31. Philippe Wolfers, ronde kanten onderlegger model Afb. 32. Philippe Wolfers, ovale zilveren schotel model Gioconda. – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 133. Gioconda. Het zilverwerk werd uitgevoerd door Wolfers Frères. (Foto KMKG, R. Mommaerts) – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Afb. 34. Philippe Wolfers, zilveren groenteschaal met schotel en deksel met opzetstuk in ivoor model Gioconda. – Afb. 33. Philippe Wolfers, grote ovale schotel model Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. Gioconda. – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 135 (Foto KMKG, R. Mommaerts) (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Afb. 35. Philippe Wolfers, fruitschaal met zilveren voet en Afb. 36. Philippe Wolfers, slakom met zilveren voet en kristallen schaal model Gioconda. – Privé-archief, couvert en kristallen schaal model Gioconda. – cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts) (Foto KMKG, R. Mommaerts) HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 159

Afb. 40. Philippe Wolfers, zilveren sauskom met schoteltje en sauslepel model Gioconda. – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 135 (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Afb. 37. Philippe Wolfers, zilveren tafellamp model Gioconda met zijden lampenkap. – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 135 (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Afb. 38. Philippe Wolfers, kristallen broodschaaltje met zilveren rand model Gioconda. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Afb. 39. Philippe Wolfers, zilveren elektrische schotelwarmer Afb. 41. Philippe Wolfers, mes lepel en vork model met ivoren opzetstukken model Gioconda. – Gepubliceerd in Gioconda. – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 136. Verdavaine 1925: 135. (Foto KMKG, R. Mommaerts) (Foto KMKG, R. Mommaerts) 160 WERNER ADRIAENSSENS

Afb. 42. Philippe Wolfers, zilveren koffie- en theeservies model Gioconda. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Afb. 43. Philippe Wolfers, merktekens zilverwerk model Afb. 44. Philippe Wolfers, glazenservies model Gioconda. Gioconda op de ronde zilveren schotel, v.l.n.r. verstrengelde Het kristallen vaatwerk werd uitgevoerd door W. F. [Wolfers Frères], de drie sterren in de drielob, het Les Cristalleries du Val-Saint-Lambert. meesterteken Wolfers Frères; het allooi van 950‰. – Brussel, – Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 134. Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, (Foto KMKG, R. Mommaerts) inv. Ag. 7042. (© KMKG, foto R. Pessemier) HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 161

Afb. 46. Philippe Wolfers, kristallen schenkkan model Gioconda. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

Afb. 45. Philippe Wolfers, kristallen karaf model Gioconda. – Privé-archief, cliché Bernès, Marouteau & Cie phot. (Foto KMKG, R. Mommaerts)

realiseren.64 Zowel de praktische als de technische aspecten moeten immers worden gekoppeld aan het esthetisch ide- aal. Het decoratief leidmotief kon in dit geval niet conse- quent worden doorgevoerd in de ornamentiek van het bestek, aangezien de ontwerper al te zeer gebonden is aan formele en hygiënische aspecten: Le contour d'un couvert est presqu'immuable et il ne s'agit point de faire une cuiller carrée pour innover.65 Philippe Wolfers ontwierp daarom een nage- noeg onversierd, zeer rationeel bestek, weliswaar met een duidelijke referentie naar het leidmotief. De couverts wer- den overwegend glad uitgevoerd met een steelaanzet met dubbellof, de enige verwijzing naar het leidmotief. Dit lof met het aspect van een schelpmotief werd ook aangebracht Afb. 47. Philippe Wolfers, onderbord in faience model aan de voorzijde van de vismessen.66 Andere bijzonderhe- Gioconda. De faience werd uitgevoerd door den zijn de spits toelopende lemmeten en de vierzijdige La Faïencerie de Keramis (Boch Frères). – ivoren heften met afgeschuinde hoeken van de messen, en Gepubliceerd in Verdavaine 1925: 133. de platte, breder uitlopende en licht afgeschuinde hoekige (Foto KMKG, R. Mommaerts) 162 WERNER ADRIAENSSENS . – Gepubliceerd in Dufrène 1926: pl. 1 (Foto KMKG, R. Mommaerts) KMKG, 1926: pl. 1 (Foto in Dufrène . – Gepubliceerd Gioconda-ensemble Afb. 48. Philippe Wolfers, gezicht op het Wolfers, 48. Philippe Afb. HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 163 stelen van het overige bestek. Opvallend is eveneens de dui- delijk relatief diepe ovale bak van de eetlepels en de spitse drietandige vorken. Dit laatste als verwijzing naar het leid- motief. Ook op de hechten van het bestek werd het wapen- schild gegraveerd.

Het kristal Het glazenservies werd uitgevoerd in kristal door Les Cristalleries du Val-Saint-Lambert67, waarvoor Philippe Wolfers regelmatig ontwerpen leverde en waarop hij, en dit reeds vóór 1900, regelmatig een beroep deed voor de uitvoering van door hem ontworpen kristallen vaatwerk en kunstvoorwerpen.68 Het glazenservies bestond uit een witte-wijnglas, een bourgogneglas, een champagnecoupe, een waterglas, een fruitcoupe (afb. 44), een wijnkaraf met bijpassend zilveren schoteltje (afb. 45) en een waterkan (afb. 46). Ook dit glaswerk werd ontworpen zoals de rest van de zaal. De globale vorm van zowel de voet, de steel en de kelk was twaalfhoekig. De glazen steunden op een piramidevormig voetstuk dat uitliep in een massieve twaalfhoekige steel. De kelken van de glazen werden Afb. 50. Philippe Wolfers, merktekens op het faience model getailleerd met brede tongen die aan de rand werden Gioconda. Het hier aangewende monogram van Philippe onderbroken door een fries met een geslepen driehoeks- Wolfers is identiek aan datgene geknoopt in het vloertapijt. – motief. Het relatief eenvoudige slijpwerk zorgde voor een Privé-collectie. (Foto KMKG, R. Mommaerts) optische lichtbreking: […] il [le dodécagone] brise en facettes la verrerie volontairement lourde et taillée en plein cristal pour que les reflets de cette belle matière jouent entre De faience les mains des convives raffinés.69 Het aspect van de optische lichtbreking verkregen door een slijpsel gebaseerd op Van het tafelservies werden enkel de onderborden (afb. volume en geometrie, paste binnen de optiek van de 47), die conceptueel gelijk waren aan de ronde zilveren gehele inzending van Les Cristalleries du Val-Saint-Lambert schotel, en het koffie- en theeservies (afb. 49) tentoonge- voor de tentoonstelling van 1925.70 steld.71 Ze waren in ivoorkleurige faience uitgevoerd door La Faïencerie de Keramis (Boch Frères).72 Gezien de rijk- dom van de andere materialen die gebruikt werden voor de realisatie van de zaal, lijkt het aanwenden van deze materie vrij eigenaardig. Porselein zou beter hebben gepast bij precieuze materialen als zilver, kristal, marmer en ivoor. Faience is een erg poreuze materie die onderhe- vig is aan slijtage. Waarschijnlijk ligt de verklaring voor de keuze van het materiaal in het feit dat La Faïencerie de Keramis (Boch Frères) in de jaren 1920 de Belgische firma was met de grootste internationale uitstraling. Deze ver- onderstelling wordt bekrachtigd door het feit dat Philippe Wolfers voor de uitvoering van de andere elementen even- eens een beroep deed op de meest gereputeerde Belgische firma’s. Gezien de aard van het object, namelijk tentoon- stellingsmateriaal, betekende de materie bijgevolg geen beletsel voor uitvoering.

Creatie in functie van een tentoonstelling Afb. 49. Philippe Wolfers, theekopje en schoteltje model Gioconda. – Privé-collectie, schoteltje: 15 cm. diam., Dat het om tentoonstellingsmateriaal ging, blijkt nog uit kopje 4 x 10,5 cm. diam. (Foto KMKG, R. Mommaerts) diverse andere elementen. Typisch voor dergelijke objecten 164 WERNER ADRIAENSSENS is dat ze op een of andere wijze opvallen. Dat kan worden uit de Giocondareeks, die zich in verschillende musea en pri- bereikt door bepaalde formele aspecten liefst in combinatie vate collecties bevinden, werden naar alle waarschijnlijkheid met een uitgelezen, prestigieuze materiaalkeuze. In die con- later voor de handel geproduceerd.77 Een mogelijke verkla- text is het koffie- en theeservies een typevoorbeeld. Het ser- ring hiervoor is dat de gehele inboedel, of tenminste een vies werd als het ware ontworpen als een beeldengroep, gedeelte ervan, werd vernietigd door een brand. geplaatst op een theetafel die als sokkel fungeerde (afb. 28). Het servies werd gedomineerd door een vrij grote samowaar In het archieffonds van het Belgisch Commissariaat- tronend op een komfoor. De koffiekan had ongeveer Generaal werden hiervoor twee indicaties teruggevonden. dezelfde grootte als de samowaar. Daarnaast valt het op dat Een eerste betreft een brief van 18 november 1925, de suikerpot zo werd uitvergroot dat hij ongeveer even waarin Adrien van der Burch aan de uitvoerders van het groot was als de theekan, zodat hij hiervan een evenwaar- meubilair, La Compagnie des Arts (Poppe & Cie), bevesti- dige pendant vormde. Ook het bestek werd zeer massief ging vroeg van het feit dat een brand het terugtransport ontworpen en had voornamelijk een decoratieve functie. geteisterd zou hebben: J’apprends ce matin que votre Het dient ook te worden benadrukt dat de messen een ivo- camion qui avait emporté un premier chargement des objets ren heft hadden (afb. 41). Bij latere uitvoeringen bestemd exposés à Paris a pris feu près de la frontière et que son con- voor de handel werd het mes volledig in zilver uitgevoerd. tenu est complètement détruit.78 Uit deze brief is echter niet Waarschijnlijk werd deze aanpassing doorgevoerd omdat duidelijk waaruit deze lading bestond. Bovendien moet er een ivoren heft niet gebruiksvriendelijk is.73 In de context rekening mee worden gehouden dat deze firma het meu- van tentoonstellingsmateriaal moet ook het massieve aspect bilair van drie exposanten, namelijk Le bureau d'Informa- van het glazenservies worden geïnterpreteerd. tion naar een ontwerp van Henriette Bosché79, La Bouti- que d’Art naar een ontwerp van Paul Hamesse80 en het meubilair van de Giocondazaal uitvoerde en waarschijnlijk De commercialisering en de uitbreiding van het model ook transporteerde. Geen enkel van deze twee overige Gioconda na de tentoonstelling van 1925 ensembles kon tot op dit ogenblik worden gelokaliseerd. Toch ging het hoogstwaarschijnlijk wel om de inboedel Naast het bestek werden ook andere objecten uit het Gio- van de Giocondazaal. Uit een brief van Wolfers Frères, conda-ensemble gecommercialiseerd. Bij de firma Wolfers gedateerd 9 januari 1926 en gericht aan Adrien van der Frères kon alle zilverwerk nog tot lang na de Tweede Burch, blijkt dat de firma de levering van de originele Wereldoorlog worden besteld.74 In de Giocondareeks werden tienhoekige schotel, bestemd voor de Koninklijke Musea achteraf nog verschillende voorwerpen ontworpen zoals een voor Kunst en Geschiedenis, niet uit het oog verloren was jardinière en een achtarmige elektrische kandelaar.75 Het maar dat het transport een ernstige vertraging had opgelo- gedateerde ontwerp voor een zilveren waterkan toont aan pen ingevolge een brand van de vrachtwagen die instond dat de Giocondareeks nog zeker tot in 1954 werd uitge- voor het vervoer: C’est précisément un des plats ayant figuré breid.76 à l’exposition, que nous vous avons réservé. L’envoi du retour a subi un très grand retard à la suite d’un incendie survenu Van het vaatwerk in faience werden enkel de onderborden au camion transporteur, […].81 Hoewel dit document dui- en het koffie- en theeservies tentoongesteld (afb. 48 & 49). delijk preciseert dat het om een schotel ging die in Parijs Voor de handel werd het tafelservies in keramiek volledig was tentoongesteld, draagt de schotel die in de Konink- uitgebreid, inclusief schotels en kommen, ook al was het lijke Musea voor Kunst en Geschiedenis wordt bewaard, oorspronkelijke ontwerp voorzien voor een uitvoering in en die pas op 10 februari 1926 werd geleverd (afb. 5)82, zilver. Zoals op het tapijt werd de keramiek onderaan niet het wapenschild zoals de exemplaren die op de ten- gemerkt met het gestileerde monogram van de kunstenaar, toonstelling figureerden.83 met de modelnaam en met het merkteken van de produ- cent (afb. 50). Ook het kristalwerk werd na de tentoonstel- Hoewel op de kunstmarkt regelmatig meubelen behorend ling uitgebreid en op beperkte schaal uitgebracht bij Les tot het Gioconda-ensemble opduiken, gaat het hoogstwaar- Cristalleries du Val-Saint-Lambert. schijnlijk om latere edities. Er zijn aanwijzingen dat zij op meerdere exemplaren werden uitgevoerd. In maart 1926 werd een kleine selectie van interieurelementen uit het Gio- Het noodlot van de originele interieurelementen na de conda-ensemble, met uitzondering van het meubilair, ten- tentoonstelling van Parijs toongesteld in de Galleria Pesaro in Milaan.84 In 1928 werd het quasi-volledige Gioconda-ensemble, met meubilair, geëx- Tot op dit ogenblik werd geen enkel object geïdentificeerd poseerd in de toonaangevende Brusselse Galerie Georges waarvan met zekerheid kan worden gesteld dat het figureerde Giroux.85 Ook tijdens de laatste retrospectieve van Philippe op de Parijse tentoonstelling. Het merendeel van de objecten Wolfers in 1929, een maand voor zijn overlijden, werd in HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 165 de Antwerpse “Plantin” zaal opnieuw een groot gedeelte ontworpen en pas later, doelbewust met het oog op de van de Giocondazaal getoond.86 Op deze twee laatste retro- tentoonstelling van 1925, werd uitgebreid naar andere spectieven werd ook het theetafeltje tentoongesteld, dat interieurelementen. Het project voor het zilveren saus- nochtans door La Compagnie des Arts (Poppe & Cie) in het kommetje uit november 1923 moet in die context worden kader van de tentoonstelling als prijs voor een liefdadig- geïnterpreteerd. Aangezien de ronde zilveren schotel de heidsloterij werd ingezet en verloot.87 Het in 1928 en 1929 basis voor het totaalconcept vormde, dateert het project tentoongestelde tafeltje was dus een ander exemplaar.88 hiervoor waarschijnlijk nog van voor het ontwerp van het Bovendien blijkt uit een studie van de twee buffetkasten sauskommetje. Hierdoor kan de eigenaardige ontwerpfase bewaard in de collecties van de Koninklijke Musea voor worden verklaard. Op het ogenblik dat Philippe Wolfers Kunst en Geschiedenis dat zij niet tot het originele meubi- de intentie had om deel te nemen aan de tentoonstelling lair behoorden.89 Evenals de andere elementen in de zaal van 1925, baseerde hij zijn concept op de reeds ontwor- werd later nog meubilair uitgevoerd, zoals een couvert- pen zilveren schotel die in eerste instantie de rest van het koffer om het gecommercialiseerde bestek model Gioconda zilverwerk bepaalde en later werd aangewend als determi- in te bewaren.90 nerende factor voor het gehele interieur. Na de keuring van de vakjury op 15 september 1924 werd het interieur volledig aangevuld. Later op het jaar en in januari 1925 Het Gioconda-ensemble als decor voor een nieuw werden de laatste interieurelementen, zoals de stoelen, de model zilverwerk fauteuils en het kantwerk getekend.97

De datering van het concept De opstelling van het interieur in Parijs Bij vergelijking van de blauwdrukken en de archieffoto's De uitvoeringsfase van de interieurelementen en de deco- van de zaal op de tentoonstelling blijkt dat, op enkele ratie van het architecturale gedeelte, inclusief de plaatsing varianten van de inplanting van de interieurelementen in van het grootste gedeelte van de glasramen, situeert zich de zaal na, de ontwerpfase van het totaalconcept zich situ- voornamelijk vóór 7 mei 1925. Op die datum meldde eert in de zomer van 1924. Hoewel in enkele artikels Adrien van der Burch aan Philippe Wolfers dat het parket wordt vermeld dat de kunstenaar al in 1923, vanaf het volledig was gelegd en de marmers waren geplaatst. moment dat hij vernam dat er een tentoonstelling voor Daarom vroeg hij Wolfers met aandrang de nodige maat- decoratieve kunsten zou plaatsgrijpen, startte met het ont- regelen te treffen teneinde de installatie van de zaal te ver- werp van het volledige ensemble91, lijkt dit weinig waar- volledigen.98 In zijn antwoord van 9 mei 1925 meldde schijnlijk, maar zeker niet uitgesloten. In eerste instantie Wolfers zijn planning voor de verdere installatie van het dient benadrukt te worden dat de Belgische Staat pas op interieur. De schilder Mandelier zou van 18 tot 21 mei 18 mei 1923 officieel werd uitgenodigd en dat de deel- 1925 de schilderwerken in de zaal afwerken; de laatste name tot op 31 januari 1924 vrij onzeker was.92 Toch glasramen, het zilverwerk, het kristal en de andere interi- werden in een privé-archief een reeks originele gedateerde eurelementen zouden met een transport van La Compagnie tekeningen van het Gioconda-ensemble bewaard, waarvan des Arts (Poppe & Cie) op 14 mei 1925 vanuit Brussel ver- de vroegste – een ontwerp voor het zilveren sauskommetje trekken om twee dagen later in Parijs aan te komen. Phi- – de datum 20 november 1923 draagt.93 Zes maanden lippe Wolfers plande om zich op 18 mei naar Parijs te later, vanaf mei 1924, volgden de ontwerpen elkaar in begeven teneinde onder zijn toezicht het interieur te laten snel tempo op. Het gaat vanaf dat ogenblik om projecten afwerken.99 Op uitdrukkelijke vraag van de commissaris- waarvan duidelijk kan worden afgeleid dat het om ele- generaal werden door Wolfers de nodige maatregelen menten van een volledig interieur gaat. De theetafel getroffen, zodat de volledige Giocondazaal was afgewerkt dateert van van 21 mei 1924, gevolgd door ontwerpen op donderdag 21 mei 1925, de datum waarop het Belgisch voor de keramiek, het glaswerk en bijkomend zilver- paviljoen officieel werd opengesteld voor de pers en het werk.94 De eerste perspectieftekening voor het volledige publiek.100 ensemble is gedateerd op 5 juli 1924.95 Samen met de data aangebracht op de blauwdrukken die werden voorge- 96 De integratie van reeds bestaande sculpturen als enige elemen- legd aan de vakjury kan worden afgeleid dat, op enkele ten niet speciaal ontworpen voor het Gioconda-ensemble aanpassingen van de inplanting van de interieurelementen in de zaal na, de definitieve ontwerpfase zijn aanloop De enige elementen in de Giocondazaal die oorspronkelijk vond in de late lente van 1924, waarna het grootste niet speciaal voor het ensemble waren ontworpen, maar gedeelte werd afgewerkt in de zomer van datzelfde jaar. ingepast in het decor van de zaal, waren de sculpturen. Waarschijnlijk vond het project zijn oorsprong in een Evocation (afb. 11), Walkyrie (afb. 12) en Impéria (afb. 13) nieuwe reeks zilverwerk die door Philippe Wolfers werd waren reeds tentoongesteld op het Brusselse salon van 166 WERNER ADRIAENSSENS

Pour l’Art in 1922 en eveneens in het Gentse Citadel- ieder geval een van de eerste in een lange reeks voor de park.101 Evocation werd nogmaals afzonderlijk geëxposeerd firma Wolfers Frères typische art-decocreaties. Op formeel in Luik in 1924.102 Inspiration (afb. 14) dateert van 1924 en stilistisch gebied is het Gioconda-ensemble kenmerkend en zou een portretbuste zijn van Lucie Dreyfus-Wolfers.103 voor de art deco. De lineaire en organische vormgeving In die context valt het op dat de buste Inspiration in ver- eigen aan de Belgische heeft hier volledig houding groter is dan de drie andere hoofden. Ook de plaatsgeruimd voor een ontwerp voornamelijk geïnspireerd thematische coherentie beperkt zich tot formele aspecten op volumes. Het thematische aspect en de wijze van ont- – godenbeelden waaraan een offer wordt gebracht – maar werp passen echter nog volledig binnen de spiritualiteit van inhoudelijk ontbreekt de samenhang. Dat de beelden wer- de art nouveau. den samengebracht voor de tentoonstelling blijkt ook uit het feit dat zij door twee verschillende firma's werden uit- De naam van het ensemble en die van de diverse sculptu- gevoerd. De bustes die al in 1922 werden tentoongesteld, ren verwijzen naar de zwaar beladen symboliek van het fin werden gegoten bij Wolfers Frères.104 Met La Fonderie de siècle. De voornaamste inspiratiebronnen voor Philippe Nationale des Bronzes105 bereikte Wolfers vlak voor 6 janu- Wolfers waren de literatuur en de muziek. Gioconda, een ari 1925 een akkoord106 om speciaal voor de tentoonstel- modelnaam voor een nieuwe reeks zilverwerk, werd afge- ling de buste Inspiration en het levensgrote beeld Offrande leid van de gelijknamige opera van Almicare Ponchielli115, uit te voeren.107 Offrande (afb. 8) werd op twee exempla- waarvan het libretto is geïnspireerd op het boek Angelo van ren uitgevoerd. Het exemplaar dat deel uitmaakte van het Victor Hugo. Walkyrie […] la passion […] pétrie de tena- ensemble werd nog tijdens de tentoonstelling verkocht.108 cité et d'emportement116 is de personificatie van een van de Evocation werd op vier exemplaren in brons uitgevoerd109; oorlogsdochters verwekt door Wodan. De gelijknamige Inspiration, Impéria en Walkyrie waren unieke bronzen opera, uit Richard Wagners tetralogie Die Ring des Nibe- exemplaren.110 lungen, betekende een belangrijke inspiratiebron voor de Belgische kunstenaars omstreeks de eeuwwisseling. Impé- De schematische statische beelden met klassieke inslag en ria is de machtige courtisane – On pourrait y lire l'orgeuil lege ogen passen perfect binnen de sculpturale evolutie die et la noblesse de la femme d'un César dans la volonté des de kunstenaar vóór 1905 inzette.111 Het wezenloze gelaat traits et la largeur du front chargé de pensées117 - die met met de lege ogen is reeds discreet aanwezig in het werk haar gratie de wereld beheerst. Deze femme fatale komt Fleur Eclose uit 1903112 en komt duidelijk naar voren in de voor in het verhaal La Belle Impéria, gebundeld in Cinq sculptuur Maléficia van 1905.113 De schetsmatige uitwer- contes drolatiques van Honoré de Balzac. Inspiration met king en bepaalde elementen als de vormgeving van de kap- het legendarische kapsel staat symbool voor de bezieling, sels van de beeldhouwwerken, ingepast in de Giocondazaal, […] la réserve toutefois que réclame le songe, l'idée à saisir, le verwijzen duidelijk naar de sculpturen van de Franse beeld- thème à développer […].118 Evocation -[…] fait rêver à quel- houwer Antoine Bourdelle.114 Deze invloed is al zeer tast- que déesse assyrienne qui cherchait dans ses souvenirs le rap- baar in de originele gipsmodellen die Philippe Wolfers pel d'amours violentes119 - verbeeldt de herinnering. In het vanaf 1911 op klein formaat als schetsen (esquisses) in brons ensemble situeert hun betekenis zich niet op de inhoud liet uitvoeren. Vanaf het begin van de jaren 1920 ruimde maar op het plechtstatige karakter. Dit aspect werd het gepolijste oppervlak in zijn grote beelden eveneens beklemtoond door de opstellingswijze binnen de architec- plaats voor de schetsmatige uitwerking die leidt tot een tuur. Er werd een verheven goddelijk effect gecreëerd, aspect van ongenaakbare waardigheid. De sokkels in portor, geaccentueerd door de geknielde vrouw die buiten de zaal die Wolfers voor elk beeld speciaal ontwierp, vormden al doorheen het venster een offergebaar naar het marmeren van omstreeks 1911 een wezenlijk onderdeel van zijn sculp- altaar in het interieur maakte. turale composities. De ontwerpwijze van de eetkamer verwijst eveneens naar Een art-deco-ensemble geconcipieerd volgens de spiritu- de art-nouveautraditie. In de jaren 1920 werd de idee van aliteit en de filosofie eigen aan de art nouveau de zogenaamde ateliers gepromoot. Dit was ook een van de doelstellingen van de Parijse tentoonstelling van 1925. Het Gesamtkunstwerk De ideeën van de Vereinigte Werkstätten für Kunst im Handwerk, die in 1898 te München werden opgericht, Het stelt grotere problemen het Gioconda-ensemble in te waren op het gebied van organisatie dé belangrijke voe- passen in het oeuvre van de kunstenaar. Zoals algemeen dingsbodem voor de art deco. De kernidee was om kun- wordt aangenomen, profileerde Philippe Wolfers zich vanaf stenaars elk met hun specialiteit binnen één bepaalde dis- 1903 voornamelijk als beeldhouwer. Zijn creatie voor de cipline aan te trekken om ensembles te ontwerpen en hen tentoonstelling van 1925 moet daarom worden gezien als in contact te brengen met de industrie. Onder de leiding een geïsoleerd gebeuren. Het Gioconda-zilverwerk was in van een artistieke directie, meestal een architect, werden HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 167 allerhande kunstvoorwerpen ontworpen in een eigen doch meest opvallende element in de Giocondazaal is de door- uniforme stijl. Met het doel de verspreiding te bevorderen, gedreven zin voor geometrie die op het concept van elk werden ze industrieel geproduceerd. In navolging van dit interieurelement werd toegepast. Deze ontwerpwijze was principe werden in Frankrijk vlak voor de Eerste Wereld- vooral eigen aan Josef Hoffmann die, teneinde niet af te oorlog, maar vooral in het begin van de jaren 1920, talloze wijken van een geometrisch patroon, zijn ontwerpen gelijkaardige decoratieateliers opgericht. Aan het hoofd vooral uitwerkte op geruit papier, de zgn. Quadrateln. hiervan stonden de ensembliers, die kunstenaars engageer- Voortvloeiend uit de geometrie benadrukte Hoffmann de den die onder hun artistieke leiding ontwerpen leverden, volumes door elk structureel aspect te bekleden. Zoals bij om ze nadien in te passen in een geheel. Ondanks de de gevel van het Stocletpaleis werd dit naar het interieur diversiteit van kunstenaars werkzaam in één atelier, toe vertaald door een beklede muur, in casu in antiek slaagde elke ensemblier erin een typische eigen huisstijl te groen marmer met zwarte lijsten voor de vestibule en por- ontwikkelen. tor voor het muzieksalon-theater. Het waren juist deze identieke materialen die aan het Gioconda-ensemble het De kernidee van de ensemblier ging in het Gioconda- overweldigende aspect verleenden121 en het totaal deden ensemble echter helemaal verloren. Zoals het typisch was afwijken van de Franse interieurs gekenmerkt door een voor de Belgische en Franse art nouveau en meer bepaald muurbekleding van rijkelijk gedecoreerde stoffen en over- voor de werken van Victor Horta, stond Philippe Wolfers dadig bedrukt behangselpapier. In dezelfde optiek als het voor dit ensemble in voor het ontwerp van quasi alle inte- voornoemd muzieksalon in het Stocletpaleis waren in de rieurelementen. De invloed van de art nouveau, de stijl Gioconda-eetkamer eveneens de uitspringende sokkels als waarin Wolfers omstreeks de eeuwwisseling voornamelijk entiteit met de muur geconcipieerd. In andere kamers van werkte en waardoor hij internationale roem verwierf, laat dit bouwwerk ontwierp Hoffmann eveneens sokkels voor zich dan ook sterk voelen in dit ensemble. De lovende de integratie van de collectie antieke Aziatische en Afri- passage uit de recensie van Georges Verdavaine geeft dit kaanse sculpturen van de opdrachtgever. De antiek aan- aspect onbewust in al zijn bewondering aan: Comme dans doende sculpturen van Philippe Wolfers werden volgens un clavier, chaque note différente contribue à la sonorité de dezelfde optiek ingepast in het Gioconda-ensemble. In het la gamme, ici chaque détail fait valoir le tout.120 De grote meubilair van de Wiener Werkstätte, voornamelijk ontwor- uniformiteit werd bereikt door de toepassing van een pen door Hoffmann en Koloman Moser, werd hetzelfde zowel formeel als decoratief leidmotief dat eindeloos en gevoel voor geometrie en volume eveneens doorgevoerd. bijna obsessioneel werd geïntegreerd in elk interieurele- Hiervoor maakten zij gebruik van edele houtsoorten ment. Hierdoor krijgt elk object binnen een dergelijk waarvan de afwerkingslaag, meestal hoogglanspolitoer, concept een essentiële waarde die ontegensprekelijk leidt werd gecombineerd met incrustatie van contrasterende tot een niet te evenaren overweldigend resultaat. Het materialen, die vaak geometrische friezen vormden. Ten- grote nadeel hiervan is echter dat een interieur, waar alle einde de gladde volumes niet te breken, werden de hand- objecten onderling evenwaardig en essentieel in functie vatten in de diepte van het volume als decoratief motief van elkaar staan, een grote steriliteit met zich meebrengt. ingewerkt. Al deze aspecten werden eveneens toegepast op Samen met andere factoren zoals woekerende decoratie, het meubilair van het Gioconda-ensemble.122 Ook de wijze leidde dat tot het kortstondige leven dat voornamelijk de waarop de keramiek en het tapijt werden gesigneerd, wijst Belgische art nouveau was beschoren. Het werk van de overduidelijk op een Weense invloed. Hiervoor ontwierp Franse ensembliers daarentegen was veel flexibeler en bood Philippe Wolfers, en dit naar analogie met de ontwerpers het grote voordeel een evolutie binnen het bestaande van de Wiener Werkstätte, een gestileerd vierkantig mono- ensemble toe te staan. Het is echter niet uitgesloten dat gram.123 Philippe Wolfers de nieuwe ontwerpprincipes niet kende, maar bewust overging tot de creatie van een overweldi- Zoals bekend liet het Stocletpaleis een diepe indruk na op gend totaalconcept, teneinde op die wijze een nieuwe zowel nationale124 als internationale kunstenaars.125 De reeks zilveren vaatwerk te promoten. Weense stijl en de organisatie van de kunstenaars inspi- reerden vooral de Franse binnenhuisarchitecten in de De stilistische invloed van de Wiener Werkstätte jaren vlak voor de Eerste Wereldoorlog. De Weense stijl was in 1925 geëvolueerd tot een eigen Franse vorm die De invloed van de Wiener Werkstätte is niettemin onmis- nog weinig van zijn wortels verried. Het is dan ook merk- kenbaar aanwezig, niet op conceptueel maar voornamelijk waardig dat bijna vijftien jaar na de voltooiing van het op materieel en stilistisch vlak. Meer bepaald het Stoclet- Stocletpaleis Philippe Wolfers zich nog zo duidelijk heeft paleis, opgericht in Brussel tussen 1905 en 1911, lijkt een laten inspireren door de Weense stijl. Dit vindt zijn ver- belangrijke inspiratiebron geweest te zijn voor Philippe klaring in het feit dat, in tegenstelling tot Frankrijk, de Wolfers bij de creatie van het Gioconda-ensemble. Het Belgische artistieke wereld door een zware financiële crisis 168 WERNER ADRIAENSSENS in de nasleep van de Eerste Wereldoorlog volledig was ténébreuse et chaude. Un millionnaire raffiné prendrait les lamgelegd. De bijdrage aan de Parijse tentoonstelling van deux, la chaude pour l’hiver et la froide pour l’été.135 Dit 1925 betekende een enorme impuls voor de Belgische citaat is zeer betekenisvol, in die zin dat de tentoonstelling decoratieve kunst die in 1925 ontwaakte en terug aan- van 1925 algemeen wordt beschouwd als de triomf van de knoopte waar zij was geëindigd, omstreeks 1914 met een Franse decorateurs waaronder ook René Lalique. Met deze sterke Weense beïnvloeding.126 Die invloed was kenmer- vergelijking gaf de journalist aan dat beide ensembles kend voor een aanzienlijk gedeelte van de Belgische inzen- elkaars evenknie waren. Zoals omstreeks de eeuwwisseling ding voor de internationale tentoonstelling van Parijs in werden beide kunstenaars na vijfentwintig jaar opnieuw 1925 en niet in het minst bij de inzendingen van kunste- vergeleken en als evenwaardig beschouwd. Ditmaal niet naars van de 1900-garde.127 Het was echter ook de laatste meer als prestigieuze juweliers, maar als toonaangevende stuiptrekking van de Weense invloed voor de Belgische ensembliers. decoratieve kunsten en architectuur, die na 1925 in snel tempo zouden evolueren. Ondanks de uiterst positieve kritieken en de massale volks- toeloop – op sommige momenten tot 2500 bezoekers per uur alleen voor de Giocondazaal136 – oordeelden de critici De kritieken dat enkele details konden worden bijgeschaafd. Over het algemeen werd de vormgeving van het glazenservies te Het oordeel van de internationale pers zwaar bevonden (afb.44): […] il en est qu’une main de femme aurait de la peine à soulever.137 Voor sommige Doordat het doorgedreven gevoel voor eenheid bij geen Franse journalisten kwam het geheel iets te zwaar over, enkele andere ensemblier werd teruggevonden, beschouwde maar dit werd als normaal beschouwd gezien de origine de internationale pers het Gioconda-ensemble als le clou de die in de Franse pers werd omschreven als afkomstig van l’exposition.128 Bewust van het belang van de inzending […] le pays des festins de Rubens et de Jordaens138, een kri- werd in de tweede editie van de catalogus van de Belgische tiek die eveneens werd herhaald voor de inzending van de sectie een katern met zes foto's van het ensemble inge- Kortrijkse firma Les Ateliers d'Art de Courtrai - De Coene voegd.129 Het Belgisch Commissariaat-Generaal werd Frères.139 algauw overspoeld met aanvragen vanwege de pers om fotografische documentatie van de Giocondazaal te beko- Het oordeel van de internationale jury men. Wegens het beperkte budget waarover de Belgische organisatie beschikte, kon in eerste instantie aan die vraag De internationale jury van klasse 7, die het volledige niet worden voldaan.130 Daarom gaf Philippe Wolfers ensemble moest beoordelen, was blijkens de notulen van de klaarblijkelijk zelf de Parijse fotograaf Bernès, Marouteau & zitting vol bewondering voor de creatie van Philippe Wol- Cie131 de opdracht om de nodige clichés van de zaal te fers: Les jurés indistinctement sont animés d’un même esprit maken.132 d’admiration pour le caractère monumental, à la fois somptu- eux et bien moderne, le tout accusant un goût parfait de l’au- Om het prestigieuze karakter van het interieur te bena- teur. La bonne fabrication des meubles, la belle chaise facile et drukken, werd het bericht gelanceerd dat Philippe Wolf- solide, les beaux vitraux habilement exécutés, le choix et le tra- ers van een graaf de opdracht had gekregen de eetkamer vail impeccable des marbres attirent particulièrement l’atten- van zijn jachtpaviljoen in te richten. De kasteelheer zou tion du jury. Le grand prix avec le maximum des points est het resultaat dermate hebben geapprecieerd dat hij oor- voté à l’unanimité.140 In de Belgische sectie werden door de deelde dat de creatie in zijn volledigheid moest worden internationale jury slechts twee grote prijzen aan ensembles geëxposeerd op de tentoonstelling voor decoratieve kun- toegekend waarvan dat van Philippe Wolfers het enige met sten van Parijs.133 Vandaar dat de subtitel van het ensem- een maximumquotering van 20/20 was.141 Op internatio- ble luidde: Salle à Manger d’un Pavillon de Chasse.134 Het naal gebied waren er slechts enkele ensembliers, zoals Jac- ensemble werd in de contemporaine literatuur ook altijd ques-Emile Ruhlmann en René Lalique, die dezelfde beoor- in één adem genoemd met de eetkamer die René Lalique deling met een maximumquotering kregen. ontwierp en tentoonstelde in het paviljoen van de porse- leinfabriek van Sèvres. Het meest tekenend is de lyrische Naast deze evaluatie voor het gehele ensemble kreeg Wol- vergelijking van Maurice De Waleffe: Au pavillon de fers nog vijfmaal een grote prijs als auteur van het parket, Sèvres, l’art français imagine au contraire une salle à manger de meubelen, het zilverwerk, de bronzen beelden en het toute en cristal, comme taillée dans un glacier, avec son pla- kantwerk. Voor het ontwerp van het glaswerk (klasse 12) fond de verre lumineux et ses parois de verre incrustées d’un werd hem slechts een gouden medaille toegekend, terwijl givre d’argent. M. Lalique vous sert à manger au Pôle. M. Les Cristalleries du Val-Saint-Lambert wegens de hoge per- Wolfers vous sert à manger au cœur d’une forêt Congolaise, fectiegraad van uitvoering een grote prijs in ontvangst HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 169 mochten nemen.142 Hoewel hierover geen documenten folders enz.). Wij hielden eraan, wanneer een firma wordt vermeld werden teruggevonden, oordeelde de jury waarschijnlijk – in de tekst, een samenvatting te geven van deze biografie. Daar de bronverwijzing in voetnoot dan te uitgebreid zou worden, werd naar analogie met de pers – dat het ontwerp van het glas- geopteerd om ze in het kader van deze bijdrage niet op te nemen. werk te zwaar uitviel. Het is een kritiek die als tweeledig Hiervoor verwijzen we naar het proefschrift. kan worden beschouwd. Enerzijds werd het concept van de 2 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 1: brief Maurice Herbette aan glazen volledig op het ensemble afgestemd, waardoor ze Henri Jaspar, 18.05.1923. De gezant van de Franse Staat over- wezenlijk en evenwaardig deel uitmaakten van het geheel. handigde pas op 18 mei 1923 de officiële uitnodiging met begeleidende brief aan Henri Jaspar, toenmalig Belgisch minis- Anderzijds toont het de kwetsbaarheid van het project aan, ter van Buitenlandse Zaken. namelijk hoe bij afzonderlijke keuring elk element broos 3 België was als zwaarst gehavende land uit de Eerste Wereld- wordt wanneer het uit zijn context wordt gehaald. oorlog gekomen. Voor de wederopbouw van de verwoeste gebieden voerde de regering een streng financieel beleid door. De periode van 1918 tot 1924 werd gekenmerkt door een Ook een aantal firma’s die de objecten uitvoerden, namelijk zware financiële crisis. Bijgevolg was het kabinet van Georges ie Auguste Lachapelle, La Compagnie des Arts (Poppe & C ) Theunis, toenmalig Eerste Minister en minister van Finan- en Wolfers Frères, kregen voor hun perfectiegraad van uit- ciën, ondanks de druk van de industriëlen niet geneigd te voering een grote prijs. L’Association Nationale des Dentelliè- investeren in de organisatie van een Belgische participatie aan res Belges werd bedeeld met een erediploma, La Maison de geplande tentoonstelling. Cf. Adriaenssens 1996: 39. Deze problematiek zal uitgebreid worden behandeld in bovenver- Hulpiau Van Wtberghe en La Fonderie Nationale des Bronzes meld proefschrift. werden bedacht met een zilveren medaille en de firma 4 Na heel wat politieke onderhandelingen tussen Frankrijk en Boin-Moyersoen kreeg een gouden medaille. De glasramen België werd pas op 31.01.1924 beslist in te gaan op de ontworpen door Anto Carte werden geëerd met een grote uitnodiging vanwege Frankrijk. Die beslissing werd bekrach- tigd bij KB 11.04.1924. (BS 13.04.1924.) prijs. Florent-Prosper Colpaert kreeg dezelfde onderschei- 5 Règlement 1923: 2, titre II, art. 4. ding. De firma S.A. Merbes-Sprimont werd als lid van de 6 Règlement 1923: 1, titre I, art. 2. Elke bijdrage werd conform internationale jury buiten wedstrijd gesteld.143 het reglement gecatalogeerd in vijf hoofdgroepen: Architec- tuur, Meubilair, Tooi, Theater-straat-en tuinkunsten en Het Gioconda-ensemble was de laatste en langverwachte Onderwijs. Elke hoofdgroep was onderverdeeld in catego- rieën naargelang de materie. Zo bestond groep II Mobilier uit grote creatie van Philippe Wolfers. Het kan daarom, zoals dertien categorieën ingedeeld per discipline: Ensembles Mobi- hij zelf verkondigde aan zijn zoon Marcel, worden liers, Art et Industrie du Métal, de la Céramique; du Verre etc. beschouwd als zijn zwanenzang: Père [Philippe Wolfers] 7 Voor een overzicht van de samenstelling van de verschillende toelatingsjury's, zie: Parijs 1925: 59, 89, 135, 159 & 180. aussi est fatigué et m’a déjà annoncé que ceci est son chant du 8 144 Het project moest in tweevoud worden gevoegd bij het Cygne. Pour 1930 ce sera le tour d'un autre. Het Gio- inschrijvingsformulier, zodat per kunstenaar twee dossiers, een conda-ensemble ontworpen voor de tentoonstelling van inschrijvings- en een projectendossier konden worden aange- Parijs in 1925 was voor Philippe Wolfers de laatste deel- maakt. Deze strikte scheiding, waarbij het projectendossier name in een lange rij internationale manifestaties. Na volledig anoniem was, beoogde een uiterste objectiviteit. Het 1925 en voor zijn overlijden op 13 december 1929 legde archiefonderzoek heeft uitgewezen dat deze reglementering ook strikt werd nageleefd. de kunstenaar zich opnieuw nagenoeg exclusief toe op de 9 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 623: Exposition Internationale des sculptuur.145 Arts Décoratifs et Industriels Modernes de Paris en 1925. Commissa- riat Général du Gouvernement Belge. Demande d'admission. Dossier met blanco standaard inschrijvingsformulieren met richtlijnen voor 1 Dit artikel vormt de neerslag van een lezing op de Studiedag His- deelname aan de tentoonstelling van Parijs in 1925. torisch Interieur van de Universiteit Gent, Vakgroep Kunst-, 10 Règlement 1924: 22, art. 3. Muziek- en Theaterwetenschappen, op 29 maart 2002. Het is de 11 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 134: Exposition Internationale des weergave van onderzoeksresultaten in het kader van een proef- Arts Décoratifs et Industriels Modernes de Paris en 1925. Commis- schrift in voorbereiding aan de Vrije Universiteit Brussel (sectie sariat Général du Gouvernement Belge. Demande d'admission, Humane Wetenschappen, vakgroep Kunstwetenschappen en officiële inschrijving Philippe Wolfers, 30.08.1924. Aangezien Archeologie) met als werktitel Art Deco in België. Een studie van de deze galerij, zoals vermeld in het programma, gereserveerd was Belgische inzending aan de Exposition Internationale des Arts décora- voor de inzendingen van de volledige interieurs, sprak het ook tifs et industriels Modernes de Paris, 1925. Als basis voor dit proef- voor zich dat Wolfers deze lokatie als plaatsbepaling opgaf. schrift kon worden gesteund op het uitgebreide archieffonds 12 Règlement 1924. Deze aanpassing van het officiële Franse ARAB, MEZ Paris Expo 25, dat volledig werd geïnventariseerd reglement werd gestuurd naar de belangrijkste Belgische kun- voor deze studie. De nummers waarnaar wordt verwezen in de stenaars, industriëlen en ambachtslieden en was tevens op aan- voetnoten stemmen overeen met een nummer in de (nog) onuit- vraag te bekomen bij het Belgisch Commissariaat-Generaal. gegeven inventaris die een omschrijving van de inhoud van het 13 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 465.1-3: Philippe Wolfers, dossier weergeeft met de data en het aantal stukken dat het omvat. blauwdrukken ondertekend Gioconda van: buffetkast, Een van de kernpunten van het onderzoek is gericht op de samen- 18.08.1924; de inplanting van de interieurelementen in de werking van de kunstenaar met de industrie. In het catalogusge- zaal, 27.08.1924 en het koffie- en theeservies, 28.08.1924. deelte van het onderzoek worden de biografieën van de bedrijven 14 Parijs 1925: 90. In de officiële catalogus van de Belgische sec- weergegeven. Die zijn opgesteld aan de hand van zeer diverse tie werd het ensemble enkel omschreven als Salle à Manger bronnen (archiefdocumenten, registers, almanakken, publiciteits- zonder de titulatuur Gioconda. 170 WERNER ADRIAENSSENS

15 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 134: brief Eduard Caspers aan lijk de lessen aquarelleren en decoratieve schilderkunst zou Philippe Wolfers, 11.09.1924. doceren. Naast zijn activiteiten als schilder ontwierp hij 16 Privé-archief Wolfers, Ms.: Philippe Wolfers, Œuvres de Mr theaterdecors, kostuums en vanaf 1920 glasramen. Ph. Wolfers [ca. 1903- ca. 1929], s.p. [8]. In deze context dient 33 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 465.2: Philippe Wolfers, te worden opgemerkt dat het bronzen exemplaar nr 3/6 van Le blauwdruk ondertekend Gioconda van de inplanting van de Cycle des Heures van Philippe Wolfers sinds 1906 deel uit- interieurelementen in de zaal, 27.08.1924. maakte van de privé-collectie van Adrien van der Burch. 34 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 47.3 & 4: Victor Horta, plan 17 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 43: notulen vergadering van de van de voor- en achtergevel en de zijgevel van het Belgisch pavil- bijeenkomst van de jury van groep II op 15.09.1924. De jury- joen, s.d. [tussen 23.04.1924 en 12.05.1924, cf. voetnoot 22]. leden stelden zich uitermate streng op omdat de tentoonstel- 35 Waarschijnlijk leerden zowel Philippe als Marcel Wolfers de ling van 1925 een uitgelezen kans was om de geruchten schilder kennen tijdens de jaarlijkse Brusselse salons van Pour omtrent het nakende faillissement van de Belgische Staat en l'Art, waaraan de drie kunstenaars bijna jaarlijks deelnamen en industrie te fnuiken. Er werd immers voornamelijk vanuit waarvan Philippe penningmeester was. In 1922 werkte Anto Frankrijk beweerd dat België zo zwaar gehavend uit de Eerste Carte reeds samen met Marcel Wolfers voor de illustratie van Wereldoorlog was gekomen dat een nakend faillissement diens boek: Marcel Wolfers, Les Ecrits de Novembre. 2e Cahier onvermijdelijk was. Adrien van der Burch beklaagde zich tij- du Marchand d'Images, Parijs, 1922. Dat Philippe Wolfers een dens de zitting eveneens over het gebrek aan vernieuwing van bewonderaar was van het werk van Anto Carte blijkt uit de de projecten voorgelegd door andere kunstenaars. successieverkoop van de collectie van de kunstenaar in 1935 18 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 134: brief Adrien van der waar dertien werken van Anto Carte werden geveild (Brussel Burch aan Philippe Wolfers, 16.09.1924. 1935: 10-11, nrs 34-46). 19 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 134: brief Philippe Wolfers aan 36 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 134: brief Adrien van der Adrien van der Burch, 19.09.1924. Burch aan Philippe Wolfers, 31.01.1925: […] j'exonèrerai de 20 Rambosson 1925: 136. toute taxe d'inscription M. Anto Carte; cette mesure étant justi- 21 Milaan 1906: 95, nr 16334. fiée par le fait qu'il prête son concours gracieux au Commissariat 22 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 465.2: Philippe Wolfers, Général. blauwdruk ondertekend Gioconda van: inplanting van de inte- 37 De familieonderneming Desmedt, gespecialiseerd in kunst- rieurelementen in de zaal, 27.08.1924. Deze afmetingen wij- smeedwerk, werd opgericht te Brussel in 1853. De firma nam ken niet erg af van de maten die Wolfers voorzag (6 x 5 x 4,5 verschillende malen met succes deel aan grote internationale m.) in de ontwerpfase van de zaal (cf.: ARAB, MEZ Paris Expo tentoonstellingen en wereldtentoonstellingen, o.a Parijs 25, nr 134: Exposition Internationale des Arts Décoratifs et (1889), Luik (1905) en Brussel (1910). Industriels Modernes de Paris en 1925. Commissariat Général du 38 Florent-Prosper Colpaert (1886-1953) werd opgeleid aan het Gouvernement Belge. Demande d'admission, officiële inschrij- Gentse Sint-Lucasinstituut en de Brusselse Academie voor ving Philippe Wolfers, 30.08.1924). De erker was reeds voor- Schone Kunsten. Hij oogstte voor de eerste maal succes op de zien in het voorproject van Philippe Wolfers. wereldtentoonstelling van Gent in 1913 met de glasramen 23 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 47.3-5: brief Adrien van der voor het paviljoen van de Vrouwelijke Handarbeid. Als belang- Burch aan de Franse Architectuurdienst met bijhorende plan- rijkste Belgische glazenier van het interbellum werkte Colpaert nen van het Belgisch paviljoen ontworpen door Victor Horta, samen met schilders als Georges-Marie Baltus, Léon Navez, 01.09.1924. De Franse architectuurdienst was conform het Albert Servaes, Rodolphe Strebelle, Eugène Yoors en Anto officiële Franse reglement belast met de bouwkundige controle Carte. en de supervisie over het moderne karakter van de verschil- 39 Vanden Bemden 1995: 123. Anto Carte begon met het ont- lende paviljoenen (Règlement 1923: 2, titre II, art. 4). De werpen van glasramen na een ontmoeting met Florent-Prosper plannen van Victor Horta, officieel ontworpen tussen Colpaert, waarvan hij de lantaarns in een nu verdwenen Brus- 23.04.1924 en 12.05.1924, waren reeds afgewerkt toen de selse bioscoop bewonderde. Hij liet zijn glasramen exclusief projecten van Philippe Wolfers werden gekeurd door de jury door Colpaert uitvoeren. van groep II. 40 Het gebruik van de loodstrip als decoratief element werd 24 Privé-archief Wolfers, Ms.: Ph. Wolfers, Œuvres de Mr Ph. vaak aangewend door Anto Carte. Cf: de glasramen naar zijn Wolfers [ca. 1903 – ca. 1929], s.p. [52]. ontwerp voor het douchegebouw van Hensies-Pommerœul 25 Portor is een Italiaanse marmersoort, die bij Portovenere aan (1921, het trappenhuis van de Polytechnische Faculteit van de Golf van La Spezia wordt gewonnen, overheersend zwart Bergen); glasraam betiteld Aux Morts pour la Patrie (1927, met slingerende goudgele aders. Institut Warocqué). 26 De Société Anonyme de Merbes-Sprimont werd in de 19de eeuw 41 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 414: brief Florent-Prosper Col- opgericht en fusioneerde na de Eerste Wereldoorlog met de in paert aan Adrien van der Burch, 03.08.1925. Het Amerikaans 1782 opgerichte Société Anonyme de Merbes-Le-Château. Het glas dat Colpaert gebruikte voor de uitvoering van de glasra- bedrijf, gespecialiseerd in de bewerking van marmer voor men bleek van uitzonderlijke kwaliteit, waardoor de commis- architectonische doeleinden, kende een steeds groeiend inter- saris-generaal verschillende vragen van het publiek kreeg waar nationaal succes, vooral onder de leiding van artistiek direc- het kon worden verkregen. Colpaert informeerde van der teur Leonard Odekerken (°1865). Burch dat dit glas in België enkel te verkrijgen was bij de firma 27 Privé-archief Wolfers, Ms.: Ph. Wolfers, Œuvres de Mr Ph. Uplegger, gevestigd in de Brusselse Ribeaucourtstraat nr 166. Wolfers [ca. 1903 - ca. 1929], s.p. [Inspiration & Impéria: 37; 42 Le XXe Siècle, 23.06.1925. Deze specifieke techniek werd door Evocation: 19; Walkyrie: 78]. Marcel Wolfers al benadrukt in een manuscript van 1922. 28 Verdavaine 1925: 130. (Privé-archief Wolfers, Ms.: M. Wolfers, Notes sur quelques récen- 29 Verdavaine 1925: 132. tes tentatives de renaissances d'industries d'art belges, 1922, s.p.). 30 Verdavaine 1925: 129. 43 Vanden Bemden 1995: 124-128. 31 Rambosson 1925: 138; Boin-Moyersoen 1925: s.p. 44 De aquarel wordt bewaard in Brussel, KMKG, z.inv.nr, een 32 Antoine Victor Carte (1886-1954) werd opgeleid aan de aca- aantal van de kartons op ware grootte en de calque worden demies van Bergen en Brussel, waar hij later ook respectieve- bewaard in een privé-collectie. HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 171

45 Rambosson 1925: 136. ontwerpen in art-decostijl. Tijdens het interbellum was Boin- 46 La maison Hulpiau-Van Wtberghe was een onderdeel van de Moyersoen de exclusieve Belgische verdeler van de toonaange- Kortrijkse tapijtenmanufactuur Le Broel. De zaak was gespe- vende Parijse firma Simonet.(Boin-Moyersoen 1925: s.p.). cialiseerd in de vervaardiging van unieke of seriële handge- 57 In deze context is het belangrijk te vermelden dat La Chambre knoopte tapijten naar elk genre van ontwerp. Bovendien bleef Syndicale des Dentelles, Tulles et Broderies, de belangrijkste ver- het karton eveneens eigendom van de opdrachtgever. Ook eniging werkzaam in deze industrie voor de Parijse tentoon- werden kopieën van Oosterse tapijten gemaakt. Daarnaast was stelling, een tafelkleed inzond dat in 1918 aan koningin Elisa- de zaak gespecialiseerd in de fabricatie van decoratieve stoffen beth I Van België werd geschonken. Het ging om een zeer en de restauratie van oude wandtapijten. traditioneel kantwerk ontworpen door Isidore De Rudder 47 Rambosson 1925: 140. (Parijs 1925: 114-115). Uit het archiefonderzoek (ARAB, 48 Er wordt gedacht aan de vroege abstracte composities van Piet MEZ Paris Expo 25, nr 166.) is gebleken dat door het Belgisch Mondriaan (1872-1944), o.a. Compositie in ovaal, 1913 en Commissariaat-Generaal effectief de opmerking was gemaakt Ovale compositie, 1913-1914 (beide Stedelijk Museum dat een modern kantwerk moest worden ingezonden, maar de Amsterdam). voorzitter van de Syndicale Kamer, Paul Stroobant, stelde in 49 Het voorkomen van de initialen van de ontwerper op vloerta- naam van de vereniging een veto door niet deel te nemen. pijten was in het begin van de jaren 1920 al sporadisch gang- Gezien het belang van de Belgische kantnijverheid, nam baar in Frankrijk. Voor België was het, weliswaar niet conse- Adrien van der Burch uiteindelijk de beslissing om dit tradi- quent doorgevoerd, typisch voor de tapijten geknoopt in de tionele kantwerkstuk toch te exposeren. Studio De Saedeleer. Wanneer laatstgenoemd atelier zich om- 58 Rambosson 1925: 142. streeks 1925 definitief organiseerde, werd meer aandacht 59 Antwerpen 1981: 123, nr 91. besteed aan het inweven van de initialen van de ontwerper 60 De Association Nationale des Dentellières Belges wordt vermeld evenals de initialen van de Studio (Cf.: Oudenaarde 1993: in de Brusselse Almanach du Commerce et de l’Industrie van 29). Op het tapijt ontworpen door Philippe Wolfers komt het 1921 tot 1932 (Brussel, 1921-1932). Het ging om een vereni- monogram van La Maison Hulpiau-Van Wtberghe echter niet ging, vanaf 1923 vermeld als coöperatieve, gespecialiseerd in voor. kantwerk voor allerlei doeleinden zoals kleding, tafellinnen en 50 Uit heraldisch onderzoek is gebleken dat het gaat om een niet meubilair. bestaand alliantiewapen van een baron (7 kroontoppen). De 61 Rambosson 1925: 143-144. aangewende symbolen (sterren, dennenappels en cordons) zijn 62 Ingevolge de Loi relative à la liberté du travail des matières d'or onmogelijk in deze combinatie. De drie sterren verwijzen et d'argent van 05.06.1868 (BS 20.06.1868.) werd voor België meer dan waarschijnlijk naar het meesterteken van de firma de fabricatie van gouden en zilveren werken van om het even Wolfers Frères. welk allooi toegelaten. Het edelsmeedwerk mocht echter nog 51 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 465.1: Philippe Wolfers, facultatief onderworpen worden aan de keuring indien het blauwdruk ondertekend Gioconda van de buffetkast, voor zilver ten minste 900‰ (eerste gehalte) of 800‰ 18.08.1924. Deze ontwerptekening geeft duidelijk de aan te (tweede gehalte) bedroeg. Voor uitgebreide informatie over wenden materialen aan van de verschillende onderdelen deze wet en haar gevolgen cf.: Van Dievoet 1980: 153-162. waarin het dressoir moest worden uitgevoerd. 63 Met dank aan dhr. Raf Steel voor het aanbrengen van deze 52 La Compagnie des Arts (Poppe & Cie) werd in 1922 opgericht hypothese. door Nestor Henri Poppe (°1891) en Jules Polain (°1892). De 64 Het dient te worden vermeld dat de firma Wolfers Frères gespe- zaak was gespecialiseerd in de volledige interieurdecoratie, uit- cialiseerd was in de fabricatie van bestek. Volgens een uittrek- gevoerd naar eigen ontwerp of in opdracht van een kunste- sel van een expertiserapport opgesteld door de boekhouder A. naar. Jules Polain hield zich als advocaat bezig met de admini- Van Horen-Coenaerts uit november 1907 vormde het aandeel stratieve zijde van de zaak, terwijl Nestor Poppe, die van van de matrijzen bestemd voor de vervaardiging van couverts 1903-1905 studeerde aan de Brusselse Academie voor Schone een aandeel van 42,1% van de waarde van het gereedschap (cf. Kunsten, het artistieke gedeelte voor zijn rekening nam. Eind Schotsmans 1990: 13). 1926 trok Nestor Poppe zich terug uit de zaak, waardoor het 65 Rambosson 1925: 144. achtervoegsel Poppe & Cie wegviel. Vanaf 1927 was La Com- 66 Bij het ontwerp van het bestek Mona-Lisa, een variant van het pagnie des Arts de enige vertegenwoordiger voor België en model Gioconda, eveneens door Philippe Wolfers ontworpen, Luxemburg van goederen-en personenliften van de firma werd het lof gesupprimeerd (Wolfers Frères 1950: s.p., nr Schindler in Mulhouse. 233). 53 Het parketbedrijf Auguste Lachapelle dat tot op heden werk- 67 Les Cristalleries du Val-Saint-Lambert, een afsplitsing van de zaam is, werd in 1889 te Antwerpen opgericht door de Frans- Cristallerie de Vonêche, werd genoemd naar de naam van de site man Auguste Lachapelle en opende na de eeuwwisseling bij- van de verlaten cisterciënzerabdij waar de kristalfabriek in huizen in Brussel en Luik. Zij namen deel aan belangrijke 1826 in werking trad. Door een doorgedreven commercieel en internationale tentoonstellingen en wereldtentoonstellingen artistiek beleid verwierf de kristalfabriek op het einde van de zoals Antwerpen (1894), Luik (1905) Brussel (1910) en Gent 19de eeuw wereldfaam met uitvoeringen van ontwerpen van (1913). gereputeerde eigentijdse kunstenaars, zoals Victor Horta, Phi- 54 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 465.3: Philippe Wolfers, lippe Wolfers, Gustave Serrurier-Bovy, en Désiré en Eugène blauwdruk ondertekend Gioconda van de inplanting van de Müller. De kristalfabriek is tot op heden werkzaam. interieurelementen in de zaal, 27.08.1924. 68 Reeds vanaf 1896 deed Philippe Wolfers regelmatig een 55 Rambosson 1925: 140. beroep op Les Cristalleries du Val-Saint-Lambert voor de uit- 56 De Brusselse firma Boin-Moyersoen werd opgericht in 1885. Zij voering van de door hem ontworpen objecten. Het meest was gespecialiseerd in de fabricatie van bronzen onderdelen voor bekend zijn de vazen ontworpen en uitgevoerd in de stijl van de decoratieve afwerking in gebouwen (Koninklijk Paleis, Bel- de Fransman Emile Gallé (Philippe 1988: 205-214). Uit 1913 gisch Parlement) en luchters. In de jaren 1920 werd het bedrijf zijn een aantal ontwerptekeningen van Philippe Wolfers geleid door René Boin (°1882), die naast de klassieke lijn ook bewaard voor kristallen vazen die bij Les Cristalleries du Val- goed wist in te spelen op de heersende modetrends door eigen Saint-Lambert werden uitgevoerd (Privé-archief Wolfers 1812: 172 WERNER ADRIAENSSENS

Philippe Wolfers, projecten voor kristallen vazen). Die zijn Marcel Wolfers vertelde dat er zich een brand tijdens het conceptueel zeer traditioneel en refereren naar de typische retourtransport van het Gioconda-ensemble voordeed. (C. Taille Riche of Taille Américaine waarvoor de kristalfabriek Baeyens-Wolfers, mondelinge mededeling, via informeel internationale roem genoot. gesprek, 16.01.1996). 69 Clarembaux 1925: 11. 84 Milaan 1926: s.p., nr 4, Inspiration; nr 8, Offrande; nr 10, Imperia; 70 De tentoonstelling van Parijs in 1925 betekende voor Les Cris- nr 11, Evocation; nr 12, Walkyrie; nr 52, zilverwerk; nr 54, kristal. talleries du Val-Saint-Lambert de aanzet tot een nieuwe pro- 85 Brussel 1928: s.p., nr 7, Inspiration; nr 12, Evocation; nr 14, ductielijn ontworpen volgens dit principe. Verantwoordelijk Impéria; nr 15, Walkyrie, nr 20, Offrande, nr 89, meubilair, hiervoor waren Léon Ledru, Joseph Simon en Charles Graffart zilver- en kantwerk, faience en kristal. (Parijs 1925: 110). Na het grote succes dat in Parijs werd 86 Antwerpen 1929: s.p., nr 3, Inspiration; nr 7, Evocation; nr 9, geoogst, werd de productielijn volgens dit principe volledig Impéria; nr 10, Walkyrie; nr 15, Offrande; nr 107, meubilair, uitgebreid en werd er in 1926 een prestigieuze modellencata- zilver- en kantwerk, faience en kristal. logus uitgegeven (Val-Saint-Lambert 1926). 87 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 629: lijst met inzetprijzen voor 71 Het koffie- en theeservies in keramiek komt slechts op één Le Tombola Intransigeant georganiseerd door het Belgisch foto voor. Voor deze opname, gemaakt tijdens de tentoonstel- Commissariaat-Generaal ter gelegenheid van het initiatief La ling van 1925, werd het gepresenteerd op de theetafel. Deze Journée des Pauvres de Paris. foto werd gepubliceerd in Dufrène 1926: pl. 1. 88 In de collectie Galerie St.-John Gent wordt een variant van het 72 La Faïencerie de Keramis (Boch Frères) werd opgericht in 1841 en theetafeltje, met twaalf i.p.v. vier poten, bewaard. startte haar industriële productie in 1844. Vanaf dat ogenblik 89 Brussel, KMKG, inv. M. 111–112. Geen van beide kasten kende het bedrijf een enorme economische expansie met de pro- toont constructieve sporen van de vitrinekast in bovenbouw. ductie van objecten in de stijl van Delfts aardewerk en Vieux 90 Een volledig bestek met bijpassende kast van het model Gio- Rouen. Regelmatig werkten kunstenaars als Anna Boch, Théo conda met meesterteken Wolfers Frères daterend van na 1942 Van Rysselberghe en William Finch samen met de firma. Door maakt heden deel uit van een privé-verzameling. Een foto van een doorgedreven stilistisch onderzoek van de Fransman Charles een bestekkast voor het zilverwerk van het model Gioconda Catteau, die van 1906 tot 1946 de artistieke directie van de firma bevindt zich in het privé-archief Wolfers. waarnam, ontwikkelde de faiencefabriek een ongekend interna- 91 L’Indépendance Belge, 03.06.1925; Verdavaine 1925: 123; Ser- tionaal hoogtepunt. Het bedrijf is tot op heden werkzaam. rure 1933: 35. 73 Brussel, KMKG, inv. Ag. 316: Philippe Wolfers & Wolfers Frè- 92 Hier dient benadrukt te worden dat Adrien van der Burch res, 239-delige bestekkoffer model Gioconda met de initialen vanaf het ogenblik dat de Belgische Staat de officiële uitnodi- M[arcel] W[olfers], uitgevoerd in 1926. Tot dit lot behoren ging voor de tentoonstelling ontving, hierover vertrouwelijk twee messen met ivoren heft die mogelijk de prototypes zijn van geïnformeerd werd door Edouard Caspers, afdelingshoofd van diegene die in Parijs werden geëxposeerd (inv. Ag. 316. 35&36). de administratie en de dienst voor tentoonstellingen en com- 74 Een groot deel van de objecten van de firma Wolfers Frères, merciële beurzen van het ministerie van Nijverheid en Arbeid. ontworpen vóór het midden van de jaren 1930 die op dat Het waren van der Burch en Caspers die onder meer via geor- ogenblik nog in productie waren, werden opgenomen in een chestreerde perslekken vanaf 22 september 1923 de publieke modellencatalogus waaruit het cliënteel in de verkoopspunten opinie zodanig beïnvloedden dat de Belgische overheid als het van de firma hun keuze konden maken. Hierin is eveneens de ware verplicht werd om deel te nemen aan de tentoonstelling productielijn Gioconda opgenomen (Wolfers Frères 1935: s.p., van 1925. Uit een nota bewaard in het persoonlijk archief van pl. 7, koffie- en theeservies, modelnummers Sb 4450 & Sb van der Burch blijkt dat ook Philippe Wolfers in de fase voor 4251; pl. 22, ovale en ronde schotel, sauskommetje en groen- de officiële toezegging van de Belgische Staat, zeer nauw teschaal, resp. modelnummers Sb. 4231, Sb. 4230, Sb. 4545, betrokken was bij de organisatie van de Belgische sectie. Privé- Sb. 3409). Regelmatig worden op de kunstmarkt objecten uit archief van der Burch, dossier Exposition des Arts Décoratifs het Gioconda-ensemble aangetroffen met het meesterteken dat Paris 1925. Nomination du Commissaire Général. Budgets de la in 1942 werd ingevoerd. Section belge. Pièces diverses avant l’organisation: nota van der 75 Wolfers Frères 1935: s.p., pl. 39, modelnummer Ca. 36. Twee Burch, 19.12.1923. Deze problematiek zal uitgebreid behan- exemplaren van dit model genoemd Boma, worden bewaard in deld worden in het aangehaalde proefschrift (zie voetnoot 1). Brussel, KMKG, inv. Ag. 308-309. De jardinière, eveneens 93 Privé-archief Wolfers 1812: Philippe Wolfers, project voor bewaard in Brussel, KMKG, inv. Ag. 109 werd niet opgeno- sauskommetje, 20.11.1923. men in deze catalogus. 94 Privé-archief Wolfers 1812, Philippe Wolfers, projecten voor 76 Privé-archief Wolfers 1812: ontwerpatelier Wolfers Frères, pro- theetafel, 21.05.1924; diep en plat bord, 30.05.1924; dessert- ject voor waterkan, 24.12.1954. bord, 30.05.1924; glazenservies, 04.06.1924; karaf en schenk- 77 Tot op heden kon slechts één stuk zilverwerk gelokaliseerd wor- kan, 05.06.1924; broodmandje, 16.07.1924; menuhouder den (bewaard in de collecties van het Sterckshof, inv. nr [niet gesigneerd], 17.07.1924. S96/33a-b) met het gegraveerde wapenschild voorkomend in de 95 Privé-archief Wolfers 1812: Philippe Wolfers, perspectiefteke- Giocondazaal: De Ren, Claessens-Pere, Nys 1997: 227, nr 176. ning, 05.06.1924. 78 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 71: brief Adrien van der Burch 96 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 465: Philippe Wolfers, blauw- aan Nestor Poppe, 18.11.1925. drukken ondertekend Gioconda van buffetkast, 18.08.1924; 79 Parijs 1925: 91. de inplanting van de interieurelementen in de zaal, 80 Parijs 1925: 93. 27.08.1924 en het koffie- en theeservies, 28.08.1924. 81 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 533, brief woordvoerder Wol- 97 Privé-archief Wolfers 1812: Philippe Wolfers, projecten voor fers Frères [handtekening Wolfers Frères] aan Adrien van der fauteuil, 18.11.1924; kleine fauteuil, 19.11.1924; kantdoekje Burch, 09.01.1926. ter bescherming van het onderbord, 12.01.1925. 82 Brussel, KMKG, Ms.: Inventaire des Industries d'Arts de 4001 à 98 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 134, brief Adrien van der 8454, vol. II, nr 7042 (A.M. 489). Burch aan Philippe Wolfers, 07.05.1925. 83 Zonder nadere precisering herinnert Mevr. C. Baeyens-Wol- 99 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 134, brief Philippe Wolfers aan fers, kleindochter van Philippe Wolfers, zich dat haar vader Adrien van der Burch, 09.05.1925. HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 173

100 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 134: brief Adrien van der 121 Dol 1912: 802. In dit opzicht geeft een Belgisch architect het- Burch aan Philippe Wolfers, 11.05.1925 (met telegram in zelfde gevoel weer bij een eerste bezoek aan het Stocletpaleis in duplicaat) & brief Philippe Wolfers aan Adrien van der Burch, 1912: Baudelaire avait rêvé cela: c’est d’une magnificence un peu 11.05.1925. austère; […] c’est froid et prenant. 101 Brussel 1922: 19, nr 183, Walkyrie; nr 185, Impéria; nr 186, 122 Privé-archief Wolfers: correspondentie Philippe Wolfers met Evocation; Gent 1922: s.p., nr 438, Imperia; nr 439, Evocation. Adolphe Stoclet. Deze fragmentarische briefwisseling tussen 102 Luik 1924: s.p., nr 545. Adolphe Stoclet en Philippe Wolfers verraadt een gemoede- 103 C. Baeyens-Wolfers, mondelinge mededeling, via informeel lijkheid waaruit blijkt dat Stoclet als cliënt een bewonderaar gesprek, dd. 16.01.1996. Lucie Dreyfus echtg. Chambrelant was van het werk van Philippe Wolfers. Het is daarom niet (1903-1981) was de nicht van Philippe Wolfers via zijn zuster uitgesloten dat Philippe Wolfers het Stocletpaleis vóór 1925 Fanny Wolfers-Dreyfus (1864-1943). kan hebben bezocht. Ook onderhielden zowel de familie 104 Verdavaine 1925: 133, 136. Wolfers als de familie Petrucci nauwe banden met de familie 105 La Fonderie Nationale des Bronzes was sinds 1906 de officiële Stoclet. naam voor de gieterij die omstreeks 1859 in het Brusselse ver- 123 De ontwerpers van de Wiener Werkstätte signeerden hun werken scheen als J. Peterman, Petermann of Petermanns en vanaf met een vierkantig monogram terwijl al de uitvoerders hun wer- 1902 werd omgedoopt tot La Fonderie Nationale des Bronzes. ken merkten met een cirkelvormig kenteken. Hiermee werd de In de beginfase was de firma enkel gespecialiseerd in het gieten scheiding tussen ontwerper en uitvoerder beklemtoond. van koper. Vanaf 1898 werd aan die specialiteit eveneens het 124 Dol 1912: 801-802. gieten van brons toegevoegd. Naast de vervaardiging van klein 125 O.a. de couturier Paul Poiret kwam speciaal naar Brussel ten- beeldhouwwerk van Belgische kunstenaars was de firma even- einde het Stocletpaleis te bezoeken. Na zijn terugkeer richtte eens gespecialiseerd in de uitvoering van monumentale sculp- hij in 1911 het atelier Martine op. (Poiret 1930: 117). tuur. In 1925 stond de firma onder de directie van de beeld- 126 De Weense invloed in België manifesteerde zich in de Belgi- houwer Camille-Marc Sturbelle (°1873). sche decoratieve kunsten al van rond de eeuwwisseling met 106 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 265, brief Camille-Marc Stur- figuren als Oscar Van de Voorde, Leon Sneyers en Jean-Bap- belle aan Adrien van der Burch, 06.01.1925. tiste Dewin. Omstreeks 1925 was de Weense stijl zelf sterk 107 Dit wordt bevestigd door Verdavaine 1925: 136. beïnvloed door een Pompeïsche decoratiewijze. 108 Privé-archief Wolfers, Ms.: Ph. Wolfers, Œuvres de Mr Ph. 127 Enkele inzendingen van de Belgische sectie waren sterk gete- Wolfers [ca. 1903 - ca. 1929], s.p. [52]. Offrande werd tijdens kend door de Weense invloed van omstreeks de eeuwwisseling. de tentoonstelling verkocht aan een verzamelaar uit Dijon. Hierbij wordt gedacht aan Victor Horta (Belgisch paviljoen) en Het tweede exemplaar behoorde tot de collectie van Wolfers de inzendingen van Oscar Van de Voorde (Hall Meublé), Léon Frères en fungeerde er lange tijd als tuinbeeld. Sneyers (Salle à manger et salonnet) en Joseph Van Neck (Pavil- 109 Privé-archief Wolfers, Ms.: Ph. Wolfers, Œuvres de Mr Ph. lon des Verreries de Fauquez). Cf.: Parijs 1925: resp. 60-63, 92, Wolfers [ca. 1903 - ca. 1929], s.p. [19]. Het eerste exemplaar 96, 70. werd al op 25 april 1922 verkocht aan de schoonzoon van 128 Cf. o.a. De Waleffe 1925b; Dons 1925; Le Journal de Liège, Philippe Wolfers, Paul Goldschmidt, die het als geschenk aan 18.06.1925. Victor Horta gaf. Het werd ook eenmalig uitgevoerd in gra- 129 Parijs 1925: katern tussen 90 en 92. niet. 130 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 134: brief Adrien van der 110 Privé-archief Wolfers, Ms.: Ph. Wolfers, Œuvres de Mr Ph. Burch aan Philippe Wolfers, 25.07.1925. En ce qui concerne la Wolfers [ca. 1903 - ca. 1929], s.p. [resp. 37 & 78]. Naast het documentation que plusieurs journaux m'ont demandée, vous bronzen exemplaar werd Impéria hernomen in graniet en savez que la modestie de mes ressources financières ne m'a pas per- Inspiration werd in 1929 op klein formaat heruitgevoerd in mis de prévoir au budget un poste de publicité ni même de docu- ivoor (cf. Adriaenssens 2000: 175, 178). mentation à fournir aux journaux. 111 Voor de evolutie van Philippe Wolfers van de toegepaste kun- 131 De volledige reeks foto's die door Bernès Marouteau & Cie sten naar de beeldhouwkunst cf. Adriaenssens 2000: 106-160. werd gemaakt, werd gebundeld in een album (Privé-archief, 112 Privé-archief Wolfers, Ms.: Ph. Wolfers, Œuvres de Mr Ph. album Gioconda). Wolfers [ca. 1903 - ca. 1929], s.p. [24]. 132 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 134: brief Adrien van der 113 Privé-archief Wolfers, Ms.: Ph. Wolfers, Œuvres de Mr Ph. Burch aan Philippe Wolfers, 05.08.1925; brief Philippe Wolf- Wolfers [ca. 1903 - ca. 1929], s.p. [48]. ers aan Adrien van der Burch, 07.08.1925. Philippe Wolfers 114 Privé-archief Wolfers: correspondentie Philippe en Marcel Wolf- kondigde aan dat hij op dinsdag 11 augustus 1925 zelf naar ers en Clairette Petrucci met Antoine en Cléopatre Bourdelle. Parijs zou afreizen om eigen foto's te leveren en om de foto- Uit deze documenten blijkt duidelijk dat het echtpaar Bourdelle graaf de nodige instructies te geven. op regelmatige basis zowel met Philippe als Marcel Wolfers 133 Europe Nouvelle, 20.06.1925. vriendschappelijke contacten onderhield. In de bibliotheek van 134 Verdavaine: 117. Wolfers (nalatenschap) worden diverse eigentijdse biografieën 135 De Waleffe 1925a: 4041. en platenalbums van het werk van Bourdelle bewaard. Deze 136 Brussel, KMKG, Decoratieve Kunsten en Kunstnijverheden van Franse beeldhouwer verzamelde antieke archeologische voorwer- de 20ste eeuw, documenten Wolfers, brief Marcel Wolfers aan pen waaruit hij zijn sculpturale inspiratie putte. Clairette Petrucci, 05.06.1925: Dimanche dans la salle de père 115 In dit opzicht dient te worden opgemerkt dat het intermezzo van 2.500 personnes à l'heures [sic]. deze opera La Danse des Heures in 1905 de inspiratie was voor de 137 Pierron 1925: 322. sculptuur Le Cycle des Heures (Privé-archief Wolfers, Ms.: Ph. 138 Michel 1925: 77-78; Le Phare de Calais, 25.07.1925. Wolfers, Œuvres de Mr Ph. Wolfers [ca. 1903 - ca. 1929], s.p. [8]). 139 Voor een uitgebreide studie van deze inzending cf.: Werner 116 Verdavaine 1925: 130. Adriaenssens, ‘Art Deco met Vlaams karakter: La Salle Com- 117 Ibid. mune Flamande. De inzending van De Coene Frères voor de 118 Ibid. Exposition internationale des Arts décoratifs et industriels 119 Ibid. Modernes van Parijs in 1925', Koninklijke Musea voor Kunst en 120 Verdavaine 1925: 119. Geschiedenis Brussel Bulletin, 72 (2001), (te verschijnen in 2004). 174 WERNER ADRIAENSSENS

140 ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 539: verslag opgesteld door BRUSSEL 1928 Oscar Van de Voorde van de bijeenkomst van de internatio- Exposition Philippe Wolfers, tent. cat. (Brussel, Galerie nale jury van groep 7, s.d. Georges Giroux), Brussel, 1928. 141 Het andere ensemble betrof dat van Les Ateliers d'Art De Coene Frères. Aan deze inzending werd pas na lange onderhandelin- BRUSSEL 1935 gen een Grand Prix met een quotering van 18/20 toegekend Brussel, veilingscat. Paleis voor Schone Kunsten, 1935. omdat oorspronkelijk werd geoordeeld dat: […] donner un [successieverkoop coll. Philippe Wolfers] grand prix à la salle Decoene frères [sic] c'est déshonoré [sic] la CLAREMBAUX 1925 salle à manger de Wolfers […]. (ARAB, MEZ Paris Expo 25, nr 539: verslag opgesteld door Oscar Van de Voorde van de bij- G. Clarembaux, ‘La participation de la Belgique à l'Ex- eenkomst van de internationale jury van groep 7, s.d.) position des Arts Décoratifs modernes', La Belgique. 142 Palmarès 1925: s.p. Exposition internationale des Arts décoratifs et industriels 143 Ibid. modernes de Paris 1925. Revue de la Participation Belge, 144 Brussel, KMKG, Decoratieve Kunsten en Kunstnijverheden van de (s.a.) [1925]: 8-16. 20ste eeuw, documenten Wolfers: brief Marcel Wolfers aan Clai- rette Petrucci, 05.06.1925. Met de bewoording Pour 1930 werd DE REN, CLAESSENS-PERE, NYS de wereldtentoonstelling van Brussel bedoeld. In 1925 was het Leo De Ren, Anne-Marie Claessens-Pere, Wim Nys, nog de bedoeling dat die in de Belgische hoofdstad zou plaats- De zilvercollectie, Sterckshof Studies, 9, Antwerpen, grijpen, maar door een communautair probleem ging deze uit- 1997. eindelijk door in de steden Antwerpen en Luik. 145 Cf. Adriaenssens 2000: 172-177. DE WALEFFE 1925a Maurice De Waleffe, ‘Au Pavillon Belge', La Renaissance Politique-Littéraire-Artistique, 13 (1925): 4041-4042. DE WALEFFE 1925b AFKORTINGEN Maurice De Waleffe, ‘On inaugure à l'exposition le pavil- lon de la Belgique', Le Journal, 07.06.1925. ARAB Algemeen Rijksarchief Brussel DOL 1912 BS Belgisch Staatsblad Dol, ‘L'Excursion des Architectes belges du 22 septem- KB Koninklijk Besluit bre', Tekhné, 2 (1912): 801-802. KMKG Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis DONS 1925 MEZ Ministerie van Economische Zaken Herman Dons, ‘A l'Exposition de Paris. La Participation belge', Le Matin, 13.06.1925. DUFRÈNE 1926 BIBLIOGRAFIE Maurice Dufrène, Ensembles Mobiliers. Exposition Inter- nationale 1925, dl 3, Parijs, s.d. [1926]. ADRIAENSSENS 1996 Europe Nouvelle, 20.06.1925 Werner Adriaenssens, ‘De Belgische bijdrage aan de Expo- 'Promenade au bord de la Seine: la Belgique, l'Espagne, sition Internationale des Arts Décoratifs Parijs 1925', Art le pavillon Fontaine', Europe Nouvelle, 20.06.1925. Deco Architectuur Brussel 1920 1930, (1996): 38-49. GENT 1922 ADRIAENSSENS 2000 XLIIe Tentoonstelling 1922, tent. cat. (Gent, Citadelpark), Werner Adriaenssens, ‘Philippe Wolfers en de renaissance Gent, 1922. van de ivoorsnijkunst in België', Koninklijke Musea voor KB 11.04.1924. Kunst en Geschiedenis Brussel. Bulletin, 71 (2000): 88- KB van 11 april 1924 betreffende ‘Internationale Ten- 186. toonstelling van moderne decoratieve en nijverheidskunst ANTWERPEN 1929 te Parijs, in 1925. – Algemeen commissariaat der Regee- Tentoonstelling der werken van Philippe Wolfers Beeldhou- ring. – Commissie der Belgische medewerking', BS, 94, wer, tent. cat. (Antwerpen, “Plantin” zaal), Antwerpen, 104 (13.04.1924): 1982-1983. 1929. Le Journal de Liège, 18.06.1925 ANTWERPEN 1981 'L'Exposition des Arts décoratifs', Le Journal de Liège, Kant uit België van de zestiende eeuw tot heden, tent. cat. 18.06.1925. (Antwerpen, Volkskundemuseum), Antwerpen, 1981. Le Phare de Calais, 25.07.1925 BOIN-MOYERSOEN 1925 'De “l'homme dans la rue sur l'Exposition des A.D.P.”', Bien ne suffit. Mieux toujours. B.M., publiciteitsfolder Le Phare de Calais, 25.07.1925. (Boin-Moyersoen), Brussel, s.d. [1925]. L'Indépendance Belge, 03.06.1925 BRUSSEL 1922 'La Vie à Paris. Dans la Cité des Arts Décoratifs. Le bel Pour l'Art. XXIVe Salon, tent. cat. (Brussel, Koninklijke effort de la Belgique – Quelques mots du comte Adrien Musea voor Schone Kunsten van België), Brussel, 1922. van der Burch', L'Indépendance Belge, 03.06.1925. HET GIOCONDA-ENSEMBLE: DE ZWANENZANG VAN PHILIPPE WOLFERS 175

LUIK 1924 VANDEN BEMDEN 1995 Salon Triennal de 1924, tent. cat. (Luik, Palais des Beaux- Yvette Vanden Bemden, ‘Vitraux et projets', Anto Carte. Arts), Luik, 1924. Rétrospective (1886-1954), tent.cat. (Mons, Musée des MICHEL 1925 Beaux-Arts), Brussel, 1995: 123-147. Edouard Michel, ‘La Section Belge', Art et Décoration, VAN DIEVOET 1980 29, 283 (1925): 75-82. Walter Van Dievoet, De geschiedenis en de officiële merken MILAAN 1906 van de keurkamers voor de waarborg van goud en zilver in Exposition Internationale de Milan 1906. Participation België van 1794 tot nu, Historische Uitgaven Pro Civi- officielle belge sous le patronage de M. G. Francotte Ministre tate, 59, Brussel, 1980. de Culture et du Travail. Catalogue officiel, tent. cat. (Mil- VERDAVAINE 1925 aan), Brussel, 1906. Georges Verdavaine, ‘L'ensemble “Gioconda” de Philippe MILAAN 1926 Wolfers. Salle à manger d'un pavillon de chasse', Le Mostra individuale dello scultore Phillipe Wolfers, tent. cat. Home, 2 (nieuwe reeks), 7-8 (1925): 117-136. (Milaan, Galleria Pesaro), Milaan, 1926. WOLFERS FRÈRES 1935 OUDENAARDE 1993 Verkoopscatalogus uitg. door Wolfers Frères, s.l., s.a., Kleur voor wand en vloer. Het weefatelier Elisabeth de Sae- [vóór 14.03.1936]. deleer (1902-1972), tent. cat. (Oudenaarde, Stadhuis WOLFERS FRÈRES 1950 Lakenhalle), Oudenaarde, 1993. Les couverts Wolfers Frères, verkoopscatalogus uitg. door PALMARÈS 1925 Wolfers Frères, s.l., s.a. [na 1942]. 'Palmarès des Récompenses décernées aux exposants bel- ges', Savoir et Beauté, 5, 10 (1925): s.p. (supplement). PARIJS 1925 SUMMARY Exposition Internationale des Arts Décoratifs et Industriels The Gioconda Ensemble, the Swan Song of Philippe Wolfers Modernes de Paris 1925. Catalogue Officiel de la Section A Belgian Contribution to the International Exhibition for Belge, tent. cat. (Parijs), Brussel, s.a. [1925]. Modern and Decorative Industrial Arts of Paris in 1925 PHILIPPE 1988 Joseph Philippe, Le Val-Saint-Lambert. Ses cristalleries et For the international exhibition for modern decorative and l'art du verre en Belgique, 3de uitg., Luik, 1988. industrial arts that took place in Paris in 1925, Philippe PIERRON 1925 Wolfers submitted a dining room ensemble. On the basis of Sander Pierron, ‘La participation belge à l'exposition des the plans, given the subtitle Gioconda, the project was unani- arts décoratifs', La Renaissance de l'Art Français et des mously chosen by the Belgian jury to be exhibited in Paris Industries de Luxe, 8, 7 (1925): 318-329. because of its modern and remarkably complete character. The POIRET 1986 Gioconda ensemble made such a strong impression on the Paul Poiret, En habillant l’époque, heruitg. Parijs, 1986. commission that it was decided to exhibit it in the most pres- RAMBOSSON 1925 tigious setting, the Belgian pavilion designed by Victor Horta. Yvanhoé Rambosson, ‘Philippe Wolfers. Ensemble Gioconda', Mobilier et Décoration d'Intérieur, 5, 9 (1925): 136-145. The project had a very specific genesis. As a silversmith, RÈGLEMENT 1923 Philippe Wolfers had designed a silver platter in 1923. This con- Exposition internationale des Arts décoratifs et industriels cept provided the basis for a new series of table silver created by modernes. Règlement, Parijs, 1923. the house of Wolfers Frères. The design consisted of a decagon RÈGLEMENT 1924 inscribed between two other decagons with bevelled corners. By Exposition Internationale des Arts Décoratifs et Industriels shifting these forms, two series of triangles are created. When Modernes de Paris en 1925. Participation officielle belge. the Belgian government invited the artists to participate in the Programme- Règlement- Classification, Brussel, 1924. Paris exhibition, the artist chose this geometry with its derived SCHOTSMANS 1990 volumes and the use of the triangle as a decorative leitmotif to Jean-Pierre Schotsmans, ‘Les joailliers-orfèvres Wolfers be the major factors for the design of a complete dining room. (1850-1909)', Les Cahiers de la Fonderie, 9 (1990): 2-13. In this respect, the ensemble can be seen as a sumptuous context SERRURE 1933 for presenting modern silverware – a form of publicity for the Paul Serrure, ‘Philippe Wolfers: Joaillier, Bijoutier, Orfèvre, Wolfers Frères house. Proof of this is the fact that these silver- Emailleur, Lapidaire, Sculpteur', Le Bijou, 1, 3 (1933): 35-38. smiths continued to extend and commercialise this range of sil- VAL-SAINT-LAMBERT 1926 verware until the 1950s. The simplicity of the design allowed Val-Saint-Lambert (Belgique). Cristaux de fantaisie, s.l., s.a. the artist to create the room’s rich character by drawing on opu- [1926]. lent materials and paying painstaking attention to the harmony 176 WERNER ADRIAENSSENS of the colours. In order to consolidate the whole, Wolfers also In stylistic terms, the Gioconda room was strongly influenced by focused on the architectural interior-decoration. the Wiener Werkstätte. By way of the Stoclet Palace, this style had left a deep impression on the artistic world immediately Although praised in the international press and crowned with preceding the First World War. This influence still had a strong the highest distinction by the international jury on account of presence in in 1925 and, besides the contribution of its sumptuous and modern character, the ensemble betrays Philippe Wolfers, characterised a large portion of the Belgian sub- both conceptually and formally pre-war sources of inspiration missions to the exhibition. This can be explained by the fact that that were no longer actual in 1925. Through the central con- the war and its aftermath meant that the Paris exhibition of 1925 cept of the silver platter, the artist had created a Gesamtkunst- provided the first major post-war creative impulse in the country. werk that with its title and the specific integration of the sculp- The stylistic thread was thus taken up where it had been broken tures was spiritually linked to the group of Belgian avant-garde off so abruptly in 1914 on the eve of the Great War. artists of the fin de siècle of which he himself had been a member. Although the Gioconda ensemble was seen as a mod- Werner Adriaenssens is geaggregeerd licentiaat in de Kunst- ern creation, it was not conceived according to the – French – wetenschappen en Archeologie, en conservator van de Afde- principle of the ensembliers then in the ascendant. As was char- ling Decoratieve Kunsten en Kunstnijverheden van de 20ste acteristic for Art Nouveau, Philippe Wolfers himself was still eeuw in de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis responsible for the design of all the interior elements (except te Brussel. Hij bereidt een proefschrift voor over de Belgi- for the windows) with a dominant formal and decorative sche inzending voor de Exposition internationale des Arts leitmotif. décoratifs et industriels Modernes (Parijs, 1925).