Microlepidoptera in Nederland in 2003 Het zeer warme en droge 2003 kende weer veel K.J. Huisman2, J.C. Koster1, E.J. van Nieukerken1 3 opmerkelijke kleine vlinders. Vier soorten wer- & S.A. Ulenberg den voor het eerst in ons land waargenomen, 1Nationaal Natuurhistorisch Museum waaronder de bladroller Cydia inquinatana. Er Naturalis waren vooral opvallende vondsten van bladmi- Postbus 9517 2300 RA Leiden neerders, onder andere soorten die zich in de
[email protected] stedelijke omgeving uitbreiden, mogelijk als ge- (correspondentieadres) volg van de ruimere aanplant van hun voedsel- 2Patrijzenlaan 4 plant, maar waarschijnlijk ook als gevolg van het 8091 BK Wezep zachtere klimaat. Bij andere soorten lijkt het kli- maat inderdaad de beste verklaring voor de uit- 3Zoölogisch Museum Amsterdam Plantage Middenlaan 64 breiding van het areaal. Ook van andere soorten 1018 DH Amsterdam dan mineerders werden weer opmerkelijke uit- breidingen gesignaleerd, zoals twee soorten die op de Veluwe opdoken maar voorheen alleen van de kust bekend waren. Entomologische Berichten 65(2): 30-42 Trefwoorden: faunistiek, nieuw voor Nederland, uitbreiding Elachista kilmunella (Elachistidae) in 2000 en 2004 (Kuchlein areaal, klimaatsverandering, bladmineerders 2004a). Andere bijzondere vondsten zijn de eerste Neder- landse rupsen en bladmijnen van Tischeria decidua, waarvan Inleiding tot nu toe slechts een vlinder was gemeld. Mogelijk breidt ook deze mineerder zich in Europa uit, net als enkele ande- Dit is het vijftiende jaaroverzicht van de Nederlandse Micro- re, zoals de kastanjemineermot Cameraria ohridella, die na lepidoptera sedert 1983. Een index op alle overzichten tot het bereiken van de Waddeneilanden in heel Nederland voor- 2000 werd gegeven door Koster & Van Nieukerken (2003).