Gemeente

O ntwerp S tructuurpl an Eemnes 2015 oktober 2003

BEHOUD DOOR ONTWIKKELING

Gemeente Eemnes

Ontwerp Structuurplan Eemnes 2015

BEHOUD DOOR ONTWIKKELING

dossier T2746.01.002 datum oktober 2003 registratienummer RO-SO20030607

© DHV Milieu en Infrastructuur BV – Paul van Beek Landschappen BNT Niets uit dit bestek/drukwerk mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. drukwerk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van DHV Milieu en Infrastructuur BV, noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd. H et kwaliteitssysteem van DHV Milieu en Infrastructuur BV is gecertificeerd volgens NEN ISO 9001.

INHOUD BLAD

VOORWOORD 7

SAMENVATTING 9

1 INLEIDING 13 1.1 Aanleiding 13 1.2 Doel 13 1.3 Ligging 13 1.4 Proces 15 1.5 Status 17 1.6 Leeswijzer 17

DEEL A HET PLAN

2 VISIE OP HOOFDLIJNEN 2030 21 2.1 De basis 21 2.2 De ondergrond 23 2.2.1 Waterscheiding 23 2.2.2 Duurzaam waterbeheer 25 2.2.3 Waterstructuur 27 2.2.4 Groene compositie 29 2.2.5 Biotopen 31 2.3 De netwerken 33 2.3.1 Interlokaal 33 2.3.2 Lokaal: gemotoriseerd verkeer 35 2.3.3 Lokaal: langzaam verkeer 39 2.4 De occupatie 41 2.4.1 Cultuurhistorie 41 2.4.2 Wonen 43 2.4.3 Werken 45 2.4.4 Landbouw 47 2.4.5 Energie 49 2.4.6 Recreatie 51 2.4.7 Hinder 53 2.4.8 Eigendom 53 2.5 Het Streefbeeld 2030 55 2.5.1 Buitendijks 55 2.5.2 Binnendijks 55 2.6 Conclusie 57

3 VISIE OP DE KERN VAN EEMNES 59 3.1 De ondergrond 59 3.2 De netwerken 61 3.3 De occupatatie 63

- 3 -

4 PLANBESCHRIJVING EEMNES 2015 67 4.1 Bijzonder lint 67 4.2 Recreatie 68 4.3 Landbouw 68 4.4 Natuur 68 4.5 Natuur-landbouw 68 4.6 Landelijk wonen-werken 69 4.7 De Kern 69 4.8 Waterrijk wonen-werken 70 4.9 Hoofdwegen 70 4.10 Recreatieve routes 71 4.11 Duurzaam waterbeheer 71 4.12 Aandachtsgebieden 71

5 UITVOERINGSPROGRAMMA 73 5.1 Onderscheid in actiegebieden 73 5.2 Actief ontwikkelingsgebied 75 5.3 Actief beheergebied 76 5.4 Passief ontwikkelingsgebied 76 5.5 Passief beheergebied 76 5.6 Globale tijdsplanning 77 5.7 Instrumentarium 77

DEEL B HET ONDERZOEK

6 HISTORISCHE BESCHRIJVING 83 6.1 De eerste menselijke aanwezigheid 83 6.2 De 12e eeuw na Christus 83 6.3 De 14e tot en met de 19e eeuw na Christus 85 6.4 De 20e eeuw na Christus 85

7 BELEIDSKADERS 87 7.1 Rijksbeleid 87 7.2 Provinciaal beleid: concept ontwerp streekplan 89 7.3 Gemeentelijk beleid en regionaal beleid op hoofdlijnen 92 7.4 Belangrijkste conclusies voor het Structuurplan 93

8 RUIMTELIJKE ANALYSE 97 8.1 Analyse van het zichtbare landschap 97 8.2 Analyse van het onzichtbaar (geworden) landschap 99 8.3 Analyse van het virtuele landschap 101

9 LOPENDE OPGAVEN 105 9.1 Ondergrond 105 9.1.1 Water 105 9.1.2 Groen en natuur 109 9.1.3 Landbouw 110

- 4 -

9.2 Netwerken 111 9.2.1 Verkeer 111 9.3 Occupatie 119 9.3.1 Wonen 119 9.3.2 Werken 123 9.3.3 Detailhandel 127 9.3.4 Voorzieningen 129 9.3.5 Recreatie 133 9.3.6 Milieu 135

LEDEN OVERLEGORGANEN 139

LITERATUURLIJST 141

COLOFON

- 5 -

VOORWOORD

In de Ruimtelijke Ordening regelt de overheid het gebruik van de grond. De belangrijkste vraag voor de burger daarbij is, “wat mag er”, en “waar mag dat dan”. Delen van de gemeente worden daartoe beschreven in bestemmingsplannen, waarin vrij gedetailleerd wordt beschreven wat er op een bepaald stuk grond mag. Ook in Eemnes bestaan voor alle delen van de gemeente wel bestemmingsplannen. Een globaal ruimtelijk plan voor de gehele gemeente, en daarmee een visie op de ruimtelijke toekomst, ontbrak echter tot nu toe.

Het structuurplan, wat nu voor u ligt, is voor Eemnes dan ook een primeur. In dit structuurplan wordt voor het totale grondgebied van de gemeente, aangegeven welke functies daar nu en in de toekomst worden gewenst. Daarbij wordt dus niet alleen gekeken naar ruimtelijke ordening, maar ook bijvoorbeeld naar verkeer en vervoer, economische zaken, natuur en landschap, water en recreatie.

Er is door alle betrokkenen, onze eigen ambtenaren, het adviesbureau DHV en landschapsarchitect Paul van Beek, met veel enthousiasme gewerkt aan een ruimtelijke visie voor de toekomst van Eemnes. Tevens is de visie tot stand gekomen in nauw overleg met allerlei instanties en vertegenwoordigers van belangengroeperingen in diverse werksessies. Het resultaat mag er dan ook zijn. Niet alleen is voor de bebouwde kom van Eemnes aangegeven welke zone’s geschikt zijn voor welke soort voorzieningen, maar er wordt ook een uitspraak gedaan over de verdere uitgroei van Eemnes. In principe is het structuurplan voor de periode tot 2015, maar er wordt ook een doorkijkje gegeven tot 2030.

De uitbreiding is gebaseerd op het principe “bouwen voor de eigen groei”. Voor Eemnes betekent dat voor de komende tien jaar, dat er zo’n 400 woningen bijgebouwd zullen worden, deels binnen het bestaande dorp Eemnes. In het structuurplan wordt een keuze gemaakt voor de manier waarop dat zal gebeuren – niet langer wordt de “compacte kern” van Eemnes met elke uitbreiding wat groter, maar er is bewust gekeken naar een totaalgebied met daarbinnen een bepaalde manier van wonen in het landschap. Naast woningbouw en bedrijvigheid (“rood”), hebben daarbij ook ontwikkeling van “groen” (open ruimtes en beplanting) en “blauw” (ontwikkeling van oppervlaktewater) een belangrijke plaats.

Met dit structuurplan wordt een nieuwe fase in de ruimtelijke ordening van Eemnes ingeluid. De bestemmingsplannen zullen in de toekomst een afspiegeling zijn van wat er in het structuurplan globaal is aangegeven.

- 7 -

Ik wil iedereen, die heeft bijgedragen aan dit plan, ook de deelnemers aan de verschillende werksessies, danken voor hun voortreffelijke werk, en hoop dat Eemnes in de nabije toekomst volgens de visie, zoals verwoord in het structuurplan, zich verder (duurzaam) zal blijven ontwikkelen en een mooie landelijke gemeente blijft waar het plezierig wonen en leven is.

Jaap Bood Wethouder RO

- 8 -

SAMENVATTING

Doel Dit Structuurplan is het ruimtelijk toetsings- en ontwikkelingskader voor de gemeente Eemnes voor de periode tot 2015, mede gebaseerd op een doorkijk naar 2030.

Kader Eemnes ligt in het noorden van de provincie en grenst aan de gemeenten Laren, Blaricum,, en Bunschoten. Eemnes heeft ruim 8.600 inwoners en een groot areaal aan agrarisch gebied. Qua ontwikkeling streeft Eemnes een beperkt groeiscenario na, waarbij de eigen behoefte leidend is. Dit betekent concreet dat er per jaar ca. 40 woningen gebouwd zullen worden in de structuurplanperiode. Naast het beperkte groeiscenario, is behoud van het eigen, dorpse karakter van groot belang voor de gemeente Eemnes.

Behoud door ontwikkeling Ruimtelijke ordening is een proces dat zich hoe dan ook voltrekt. Voor Eemnes betekent dit, dat behoud van het huidige karakter alleen mogelijk is door gericht en actief actie te ondernemen. Vandaar dat voor het vormgeven van het Structuurplan ‘ontwikkeling’ als uitgangspunt is genomen. De gemeente Eemnes en de daarbinnen aanwezige grondgebruiksvormen zijn aan ontwikkelingen onderhevig en zullen in meer of mindere mate veranderen, maar het zo bepalende dorpse karakter en de daarbij behorende sociaal-maatschappelijke en ruimtelijke kwaliteiten, kunnen daarmee juist behouden worden. De veranderingsprocessen zijn in dit Structuurplan verkend aan de hand van de lagenbenadering. Ook de ruimtelijke visie is met behulp van deze methode ontwikkeld.

De lagenbenadering Er worden binnen de methode van de lagenbenadering drie lagen onderscheiden: de ondergrond (groen en water), de netwerken (verkeer) en de occupatie (waaronder wonen en werken). Deze drie lagen zijn in bovengenoemde volgorde en idealiter sturend voor de ruimtelijke ordening en de inrichting van het landschap. De ondergrond is samen met de netwerken bepalend voor de plek waar de verschillende occupatievormen ontwikkeld kunnen worden.

Het Streefbeeld 2030 Het streefbeeld voor 2030 is gebaseerd op vijftien bouwstenen, gegroepeerd aan de hand van de lagenbenadering. Aan de basis van het streefbeeld staat de scheiding van Eemnes in een open, buitendijks gelegen poldergebied en een binnendijks gelegen zone waarin de ontwikkelingen zich concentreren. Groen en water worden daarbij op een actieve manier in het landschap tot ontwikkeling gebracht, door de mogelijkheden voor natuur en duurzaam waterbeheer te benutten. Het verkeer wordt middels een vorkstructuur op het interlokale wegennet gebracht. Deze vorm van ontsluiting, gelegen tegen en parallel aan de snelweg, zorgt voor een goede ontsluiting bij een geringe doorsnijding van het landschap. Voor een goede ontsluiting van deze structuur wordt de aansluiting op de A27 verbeterd. Ontwikkeling van nieuwe woon- en werkgebieden vindt plaats in de zones ten

- 9 -

noorden en ten zuiden van de kern, waarbij een integrale ontwikkeling met het landschap het belangrijkste uitgangspunt is. Door een afwisseling van ‘rode’ en ‘groene’ functies, geplaatst binnen de historische langgerekte verkavelingsstructuur, worden de kwaliteiten van Eemnes verder uitgebouwd. Ook in Eembrugge wordt een samenhangend woon- en werkmilieu nagestreefd. De zone gelegen tussen de A27 en de westelijke gemeentegrens ontwikkelt zich verder tot een recreatiezone, met diverse recreatieve activiteiten langs een in ere herstelde Goyergracht, waarbij water, groen en langzaam verkeer een belangrijke rol spelen.

Structuurplan 2015 De Structuurplankaart fungeert als toetsingskader voor alle initiatieven die worden genomen voor ruimtelijke ontwikkelingen, zowel door publieke als door private partijen. In het Structuurplan is Eemnes opgedeeld in een aantal gebieden, waarvoor opgaven en uitgangspunten voor ontwikkeling zijn geformuleerd. Het betreft: – Wakkerendijk-Meentweg: behoud van het karakteristieke aanzien en de aanwezige kwaliteiten; – Recreatiezone; verdere ontwikkeling tot een zone met diverse recreatieve activiteiten en een ruimtereservering voor de mogelijke aanleg van de Stichtse Lijn; – Noordpolder Te Veen: mogelijkheden voor landschapsbouw en natuurontwikkeling benutten en openhouden van de mogelijkheden voor toekomstige integrale ontwikkeling van woon- en werkgebieden; – Zuidpolder Te Veen: integrale ontwikkeling van landschap, wonen en werken, passend binnen de historische, langgerekte strokenverkaveling en met bedrijvigheid in een zone langs de snelweg; – De Kern: ontwikkeling van het nieuwe dorpscentrum, versterking van de aanwezige groenstructuur, ontwikkeling van (ouderen) woningen op vrijkomende locaties, re- allocatie van voorzieningen, revitalisering van het bedrijventerrein Zuidbuurt en herinrichting van de Laarderweg tot verblijfsstraat; – Eembrugge: samenhangende ontwikkeling tot een op het water gericht, groen woon- en werkmilieu in combinatie met recreatie; – Buitendijks gebied / polder: behoud van de openheid en het agrarisch gebruik, met inachtneming van de aanwezige natuurwaarden; – Eemnesser Vaart en Haven: stimulering van beperkt recreatief gebruik van de vaart en onderzoek naar de mogelijke restauratie van de haven; – Zomerdijk: aanleg van fiets- en wandelpad en benadrukken van historische elementen gelegen langs de dijk.

Uitvoeringsprogramma Dit Structuurplan wordt afgesloten met een uitvoeringsprogramma. Hierin is aangegeven welke projecten op welke momenten tot uitvoering worden gebracht en op welke wijze de gemeente daarbij is betrokken. Er wordt onderscheid gemaakt in gebieden waar de gemeente actief aan de slag gaat, en gebieden waar de gemeente meer passief op de achtergrond blijft. Daarnaast wordt onderscheid gemaakt in ontwikkelings- en beheergebieden. Het is de bedoeling dat het uitvoeringsprogramma jaarlijks wordt geëvalueerd en bijgesteld. In onderstaande planning is per project aangegeven op welke termijn activiteiten ondernomen zullen worden.

- 10 -

Actiegebied 2005 2010 2015

Zuidpolder Te Veen

Zomerdijk

Eembrugge

De Kern

Wakkerendijk - Meentweg

Planvoorbereiding Planuitvoering

Figuur 0. Globale planning actieve actiegebieden gemeente Eemnes, voor de periode 2005-2015.

Proces Dit Structuurplan is vastgesteld door het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Eemnes en zal een inspraakprocedure doorlopen alvorens het wordt vastgesteld door de gemeenteraad. Het plan is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met een gemeentelijke project- en stuurgroep. Ook is er op twee momenten om inbreng van een klankbordgroep gevraagd en is er een bewonersavond georganiseerd. Het plan is opgesteld door DHV Milieu en Infrastructuur BV en Paul van Beek Landschappen BNT in opdracht van de gemeente Eemnes.

- 11 -

Kaartbeeld 1. Overzichtskaart Eemnes.

- 12 -

1 INLEIDING

Voor u ligt het Structuurplan Eemnes 2015. In dit Structuurplan zijn de ruimtelijke ambities en doelstellingen van de gemeente Eemnes voor haar eigen toekomst verwoord.

1.1 Aanleiding

In de komende jaren zullen verschillende ruimtelijke projecten gaan spelen in de gemeente Eemnes. Het is van belang een integraal kader te hebben waarin al deze projecten op elkaar afgestemd kunnen worden. Daarnaast worden verschillende beleidsnota’s ontwikkeld, zowel binnen de gemeente als op intergemeentelijk en provinciaal niveau. Ook deze nota’s dienen ruimtelijk op elkaar afgestemd te worden. Een belangrijke beleidsnota is het provinciale Streekplan, waar momenteel door de provincie Utrecht aan wordt gewerkt. Het is voor Eemnes van belang om middels een goed onderbouwd ruimtelijk plan voor haar eigen grondgebied een bijdrage te kunnen leveren aan de inhoud van dit nieuwe Streekplan.

1.2 Doel

Het voorliggende Structuurplan biedt het ruimtelijke toetsings- en ontwikkelingskader voor de gemeente Eemnes voor de periode tot 2015, mede gebaseerd op een doorkijk naar het jaar 2030.

1.3 Ligging

Eemnes ligt in het noorden van de provincie Utrecht en maakt onderdeel uit van de noordvleugel van de randstad (kaartbeeld 2). De belangrijkste grote steden in de omgeving van Eemnes zijn Hilversum, Almere en . Maar ook Amsterdam en Utrecht zijn vrij makkelijk en snel te bereiken. De invloed van deze steden en de ligging in de randstad is vooral te merken aan de verkeersintensiteiten op de snelwegen (A1 en A27) die over Eemnesser grondgebied lopen. De aanwezigheid van deze snelwegen maakt de grote steden en de overige omgeving goed bereikbaar. De bereikbaarheid is met name voor het gebruik van grootstedelijke voorzieningen en werkgelegenheid van belang.

Eemnes is van oudsher gericht op het (met name de gemeenten Laren (12.000 inwoners) en Blaricum (9.500 inwoners)). De oude kernen van beide gemeenten liggen vlak over de gemeentegrens. Het winkelvoorzieningenniveau van met name de gemeente Laren vormt een aanvulling op het eigen voorzieningenaanbod. De wederzijdse relatie tussen Eemnes en de Gooigemeenten komt naar voren in de aanwezigheid van de Laarderweg, sinds eeuwen de verbinding tussen Eemnes en de regio.

- 13 -

Kaartbeeld 2. Ligging van Eemnes in breder verband.

- 14 -

Door de aanleg van de A27 is de bereikbaarheid van Hilversum en Almere verbeterd, tegelijkertijd is echter een barrière tussen Laren, Blaricum en Eemnes opgeworpen. Toch blijven de drie gemeenten belangrijk voor elkaar.

Aan de zuidkant van Eemnes ligt de gemeente Baarn, met 24.000 inwoners qua inwonertal de grootste buurgemeente. In Baarn is grootschalige detailhandel aanwezig en het bedrijventerrein biedt werkgelegenheid aan een deel van de bevolking van Eemnes. De gemeente Bunschoten (19.000 inwoners) vormt tenslotte de oostelijke buurgemeente. De rivier de Eem en de Eempolder liggen ruimtelijk tussen de beide dorpen.

1.4 Proces

Het Structuurplan Eemnes 2015 is ontwikkeld door DHV Milieu en Infrastructuur BV en Paul van Beek Landschappen BNT, in opdracht van en in nauwe samenwerking met de gemeente Eemnes. Gestart is met een uitgebreide inhoudelijke verkenning van de lopende opgaven binnen de gemeente, waarbij zowel de huidige fysiek-ruimtelijke situatie van de gemeente als ook het geldende gemeentelijke beleid is bekeken en beschreven. Deze verkenning is uitgevoerd aan de hand van de methode van de lagenbenadering (zie hoofdstuk 3). Volgend op deze verkenning is de Visie op Hoofdlijnen voor 2030 opgesteld. Daarin worden de bouwstenen voor de ruimtelijke ordening van Eemnes uitgewerkt. Door de bouwstenen met elkaar te combineren en vervolgens te interpreteren, ontstaat een eerste schets van de toekomst van Eemnes op de lange termijn. Deze schets is verbeeld in het Streefbeeld 2030. Vanuit de Visie op Hoofdlijnen is de concretiserende stap naar het Structuurbeeld voor 2015 gemaakt.

Gedurende het proces heeft meerdere malen terugkoppeling plaatsgevonden met de voor het Structuurplan ingestelde project- en stuurgroep (zie bijlage 1). Tevens is twee keer een workshop georganiseerd met belanghebbende organisaties. De eerste aan de hand van de analyse, met als doel ideeën voor de ontwikkeling van Eemnes te genereren. De tweede om de uitgewerkte Visie op Hoofdlijnen te bespreken en bediscussiëren. In bijlage 1 is de samenstelling van de klankbordgroep weergegeven. Met het Waterschap Vallei & Eem heeft veelvuldig overleg plaatsgevonden, waarmee invulling is gegeven aan de watertoets, die verplicht is voor een Structuurplan. De Visie op Hoofdlijnen is in de raadscommissie en de gemeenteraad besproken en vastgesteld, waarna het geheel is uitgewerkt tot het voorliggende Structuurplan.

- 15 -

Een Structuurplan is een globaal ruimtelijk plan voor het gemeentelijk grondgebied. Over het algemeen wordt een looptijd van 10 tot 15 jaar gehanteerd. In het plan vindt een afstemming plaats van het ruimtelijk beleid op diverse sectoren. De wettelijke basis ligt in artikel 8 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) en artikel 11 van het Besluit op de Ruimtelijke Ordening (Bro). De gemeenten zijn vrij om het Structuurplan naar eigen wens in te vullen. Drie ‘eisen’ worden gesteld: een beschrijving van de meest gewenste ontwikkeling in hoofdlijnen, één of meer kaarten met een verklaring en een toelichting (onderzoek, uitgangspunten, inspraakreactie). Het Structuurplan wordt vastgesteld door de gemeenteraad. Van de vaststelling wordt mededeling gedaan aan Gedeputeerde Staten (GS) en de Inspecteur RO. Het Structuurplan heeft bijkomende voordelen, een voorbereidingsbesluit geldt twee in plaats van één jaar en het Structuurplan kan worden gebruikt als ruimtelijke onderbouwing voor artikel 19 procedures. Voor deze laatste mogelijkheid is echter wel toestemming van GS vereist.

Kader 1. Toelichting op de wettelijke basis van het Structuurplan.

- 16 -

Dit Structuurplan wordt voorgelegd aan het college van Burgemeester en Wethouders, waarna vervolgens, na eventuele aanpassingen, de formele procedure gestart kan worden.

1.5 Status

Het voorliggende Structuurplan Eemnes 2015 is opgesteld als een formeel structuurplan zoals aangegeven in artikel 8 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (zie kader 1). Daarmee krijgt het structuurplan een formele status en biedt het een stevige bestuurlijke basis voor de ruimtelijke onderbouwing van de ontwikkeling van Eemnes in de periode tot 2015.

1.6 Leeswijzer

Het ‘Structuurplan Eemnes 2015: behoud door ontwikkeling’ bestaat uit twee delen.

In deel A is het daadwerkelijke structuurplan uitgewerkt. De Visie op Hoofdlijnen voor 2030 wordt weergegeven in hoofdstuk 2. Hoofdstuk 3 bevat de visie op de kern van Eemnes. Hoofdstuk 4 gaat in op het de beschrijving van het Structuurplan voor 2015. en het laatste hoofdstuk van dit eerste deel, hoofdstuk 5, bevat een globaal uitvoeringsprogramma dat dient als basis voor de verdere uitwerking van concrete projecten, voortkomend uit de in het Structuurplan verwoorde ambities en doelstellingen.

Deel B bevat de resultaten van het onderzoek dat ten grondslag heeft gelegen aan het Structuurplan zoals verwoord in deel A. Daarbij bevat hoofdstuk 6 een historische beschrijving van Eemnes en gaat hoofdstuk 7 in op de beleidskaders die van belang zijn voor het Structuurplan. In hoofdstuk 8 is de uitgevoerde ruimtelijke analyse uitgewerkt. Hoofdstuk 9 bevat bevat de analyse van de lopende opgaven in Eemnes.

Als laatste is in bijlage 1 de samenstelling van de project- en stuurgroep en een overzicht van de deelnemers aan de klankbordgroep opgenomen.

- 17 -

- 18 -

DEEL A

HET PLAN

- 19 -

- 20 -

2 VISIE OP HOOFDLIJNEN 2030

Dit hoofdstuk bevat het perspectief voor de lange termijn ontwikkeling van de gemeente Eemnes. Het bevat de bouwstenen om te komen van het heden naar de gewenste situatie in 2030. De visie is mede gebaseerd op een analyse van de huidige situatie, de lopende opgaven en het ruimtelijk beleidskader, die zijn weergegeven in deel B van dit Structuurplan.

De gegevens die gedurende het proces zijn verzameld, zijn beoordeeld en gewaardeerd, om te bepalen op welk moment en op welke schaal ze consequenties hebben voor het ruimtelijke toekomstbeeld van Eemnes. Dit heeft geresulteerd in vijftien bouwstenen die sturend en kaderstellend zijn voor de ontwikkeling van Eemnes.

Er is sprake van een wisselwerking tussen ruimtelijke en sociale bouwstenen. In dit Structuurplan worden die bouwstenen benoemd en uitgewerkt die bepalend zijn voor de structuur van de gemeente Eemnes. Dit zijn veelal ruimtelijke bouwstenen. Voor de sociale bouwstenen geeft het Structuurplan geen antwoord op vragen, maar helpt het wel om de discussie een plek te geven. Het biedt de mogelijkheid om er vanuit het ruimtelijk beeld op in te gaan.

Door het combineren van de bouwstenen, kunnen de grenzen van de mogelijkheden voor de ontwikkeling van de gemeente worden verkend. Zo ontstaat na een interpretatieslag, een streefbeeld voor de toekomst van Eemnes (zie paragraaf 2.5). Samen met de afzonderlijke bouwstenen vormt dit streefbeeld de Visie op Hoofdlijnen.

2.1 De basis

Het belangrijkste hulpmiddel om te komen tot een toekomstbeeld voor Eemnes is de toepassing van de lagenbenadering. Een methode om behoud en ontwikkeling van een gebied te bestuderen en te testen om zodoende de juiste gewenste doelstellingen ten aanzien van de ruimtelijke ordening te formuleren. Deze methode is zowel in de voorgaande fase als ook bij het tot stand komen van de Visie op Hoofdlijnen gebruikt voor het begrijpen en het blootleggen van de gewenste ruimtelijke ordening van Eemnes.

Voor het opbouwen van de visie is ‘ontwikkeling’ als uitgangspunt genomen om het gewenste behoud van Eemnes vorm te kunnen geven. In de verkenning is reeds naar voren gekomen dat behoud vraagt om actief beleid. Voor het behouden van de sociaal- maatschappelijke structuren is het van belang om (in beperkte mate) te veranderen, te bouwen, te vernieuwen en uit te breiden (op het gebied van o.a. wonen, werken en winkelen). Om de aanwezige ruimtelijke kwaliteiten te kunnen behouden, moeten groen (natuur) en water reeds in de basis van de ruimtelijke inrichting een rol spelen. Dit betekent dat hierin geïnvesteerd moet worden. De gemeente Eemnes en de daarbinnen aanwezige grondgebruiksvormen zijn aan ontwikkelingen onderhevig en zullen in meer of mindere mate veranderen, maar het zo bepalende dorpse karakter en de daarbij behorende sociaal-maatschappelijke en ruimtelijke kwaliteiten, kunnen daarmee juist behouden blijven.

- 21 -

Kaartbeeld 3. De waterscheiding van Eemnes.

- 22 -

De visie is bedoeld om de mogelijkheden van het vigerende beleid, gericht op behoud, te verkennen, te verhelderen en verder uit te bouwen door te schetsen wat er mogelijk is. Daarbij worden tevens enkele heldere handvatten geboden voor verdere uitwerking van de doelstellingen en ambities van de gemeente Eemnes, die in de visie een plek krijgen.

In het navolgende zullen de bouwstenen voor de ontwikkeling van Eemnes nader worden toegelicht. Deze bouwstenen zijn het resultaat van, maar vertegenwoordigen ook de toepassing van de lagenbenadering die is gehanteerd. Vanuit de gedachten achter deze benadering, bieden de bouwstenen het gereedschap voor de verdere opbouw van de gemeente.

2.2 De ondergrond

Op basis van de mogelijkheden en potenties die de ondergrond van Eemnes biedt, zijn vijf bouwstenen geïdentificeerd. Ze hebben betrekking op water en groen en de samenhang tussen deze functies. Deze vijf bouwstenen staan aan de basis van de ontwikkeling van Eemnes, ze bepalen de landschappelijke structuur waarbinnen de karakteristieken van Eemnes behouden kunnen worden en de gewenste uitbreidingen een plek kunnen krijgen. Door water en groen in samenhang te ontwikkelen, wordt een landschappelijk stramien gecreëerd waarbinnen alle andere functies een plek kunnen krijgen. Water en groen zijn daarmee de dragers voor de ontwikkeling van Eemnes. Zij geven richting aan de andere, ‘rode’ grondgebruiksvormen.

2.2.1 Waterscheiding

Een van de meeste opvallende en tevens meest bepalende bouwstenen voor het karakteristieke landschap van Eemnes is de waterscheiding, die tot stand gebracht wordt door de Wakkerendijk – Meentweg (kaartbeeld 3). Deze dijk verdeelt de gemeente in een open, lege, uitgestrekte overstromingsvlakte en een binnendijks gelegen gebied waar sinds het ontstaan van Eemnes grotendeels alle ontwikkelingen hebben plaatsgevonden. Eemnes is opgedeeld in een hoogdynamische, relatief ‘volle’ zone ten westen van de dijk, en een laagdynamische open polder aan de oostzijde van de dijk.

De overstromingsvlakte is ‘leeg’, en moet dit ook blijven. Rijkswaterstaat eist dat de omvang van het buitendijks gelegen gebied in stand wordt gehouden. Ruimte voor water is in eerste instantie het belangrijkste. Deze ruimte dient te blijven. Indien zich ontwikkelingen voordoen waaraan alleen in de overstromingsvlakte invulling gegeven kan worden, zal dit in ieder geval niet ten koste mogen gaan van de ruimte voor het water.

Het dijklichaam zelf heeft een belangrijke cultuurhistorische waarde.

- 23 -

Kaartbeeld 4. Duurzaam waterbeheer in Eemnes.

- 24 -

2.2.2 Duurzaam waterbeheer

De aanwezigheid en het gebruik van het water in de gemeente bepaalt de tweede bouwsteen. Het huidige waterbeheer is niet optimaal. Er zijn echter mogelijkheden binnen de gemeente aanwezig om het gebruik en beheer, met name van het reeds in de gemeente aanwezige water, te optimaliseren, en daarmee een duurzaam waterbeheer te bereiken. Dit geldt met name voor het waterbeheer in de buitendijks gelegen polder.

De hiernaast afgebeelde kaart (kaartbeeld 4) kan gezien worden als een kansenkaart voor duurzamer beheer van het reeds in de gemeente aanwezige water. Het Waterschap Vallei & Eem heeft aangegeven dat het kwelwater ten noorden en (in mindere mate) ten zuiden van de kern, het water in de Goyergracht en het water in de Eem goede kansen bieden voor duurzaam waterbeheer in Eemnes.

Door het kwelwater, afkomstig uit de heuvelrug, in het gebied vast te houden, kan dit schone water gebruikt worden voor het ontwikkelen van een nieuwe, specifieke biotoop in het noorden van Eemnes (ten noorden van de Stachouwerweg), waar met name waterminnende en kwelgerelateerde vegetaties zich kunnen ontwikkelen.

Daarnaast zijn er in het uitgestrekte buitendijks gebied mogelijkheden om natuurlijke zuiverende voorzieningen aan te leggen, waarmee de kwaliteit van het vuile water uit zowel de Goyergracht als het relatief vuile water uit de Eem verbeterd kan worden. Ook dit water kan vervolgens worden gebruikt in de verschillende aanwezige natuurgebieden en in drogere perioden voor landbouw. Tevens draagt de zuivering van het betreffende water bij aan het verbeteren van de kwaliteit van het water in het Eemmeer.

- 25 -

Kaartbeeld 5. De waterstructuur.

- 26 -

2.2.3 Waterstructuur

De combinatie van water en groen bepaalt de mogelijkheden voor het versterken van de fysiek-ruimtelijke kwaliteit van Eemnes. Het is daarbij belangrijk om te investeren in zowel de schaal (afmetingen en oppervlakte van water en groen) als de landschappelijke compositie van water en groen.

De waterstructuur van Eemnes (kaartbeeld 5) is altijd een waardevol element geweest. De relatie van Eemnes met de Eem speelt hierin een belangrijke rol. Terugbrengen van de oude haven en het herstellen van de verbinding met de Eem, kan een beeldbepalende kwaliteit voor Eemnes in ere herstellen en kan de relatie van Eemnes met zijn oorsprong versterken. Hierbij spelen de ligging in een stiltegebied, het waterpeil in de vaart als ook in de aanliggende polders en enkele ecologische randvoorwaarden een rol.

De open en onbeplante waaien spelen in de structuur van het water in Eemnes een belangrijke beeldbepalende rol.

Door water en groen meer in samenhang bepalend te laten zijn voor de hoofdopzet van de ruimtelijke ordening van Eemnes, kunnen andere functies beter in het landschap worden ingepast. Dit wordt onder meer gerealiseerd door het water en groen te structureren langs de oude in het landschap aanwezige verkavelingsrichting. De verrassende structuur van woeste gronden, houtwallen en bossages in de kaart van 1900, kan een inspiratie zijn om een nieuwe, eigentijdse en toch karakteristieke kwaliteit in het landschap te creëren. Met deze andere aanpak wordt het huidige karakter van Eemnes versterkt en blijft Eemnes zich onderscheiden van de omliggende gemeenten, maar zij wordt er ook op karakteristieke wijze mee verbonden.

- 27 -

Kaartbeeld 6. De groene compositie.

- 28 -

2.2.4 Groene compositie

Het groen binnen de gemeente Eemnes moet worden gezien als één geheel, als een compositie in het landschap (kaartbeeld 6). Deze compositie kan versterkt worden. Niet alleen de groenstructuren ten noorden en ten zuiden van de kern spelen daarbij, in samenhang met het aanwezige water, een rol. Juist ook het groen in het buitendijks gebied draagt bij aan het creëren van een brede groene basis voor de toekomstige ruimtelijke inrichting van Eemnes.

Vanuit de zwaar beplante snelweg (A 27) biedt het landschap goede mogelijkheden om het groen door te zetten in specifieke groenstructuren ten noorden en zuiden van de kern. Deze groenstructuren kunnen op een lager schaalniveau wisselend worden ingevuld met combinaties van water, houtwallen, gras, tuinen, etc. Ook is er binnen deze structuur plek voor specifieke vormen van teelten en open weidegebieden. Er ontstaat hiermee een zeer afwisselend, groen landschap, zoals dit te herkennen is in de historische kaart van 1900.

Met de Wakkerendijk als ‘harde’ scheiding, wordt het open karakter van het buitendijks gelegen gebied behouden.

Door de overgangen in het landschap op deze manier te componeren, wordt tevens het karakteristieke verschil tussen het verdichte westen en het open oosten van Eemnes versterkt.

- 29 -

Kaartbeeld 7. Biotopen binnen Eemnes.

- 30 -

2.2.5 Biotopen

Binnen de gemeente Eemnes is een aantal biotopen te onderscheiden (kaartbeeld 7). Het zijn eenheden binnen het grondgebied van Eemnes die van elkaar verschillen in grondsoort, waterpeil, maaiveldhoogte, kwel, invloed van de randmeren, de heuvelrug en de Eem, etc. Al deze biotopen zouden een verschillende invulling moeten krijgen, om de groene compositie te verrijken en de natuurwaarden en de soortenrijkdom binnen Eemnes te verbeteren en te vergroten. Met name in het buitendijks gebied zijn kansen aanwezig voor de ontwikkeling van enkele verschillende natuurgebieden, met ieder hun eigen karakteristieken, maar met behoud van de openheid. De huidige weilanden, met de daaraan gekoppelde weidevogelgebieden zijn hiervan een goed voorbeeld.

Tevens kan gedacht worden aan een meer op natte natuur gerichte invulling, zoals reeds in het kader van het duurzaam waterbeheer is genoemd.

- 31 -

Kaartbeeld 8. Het interlokaal netwerk.

- 32 -

2.3 De netwerken

Het belangrijkste netwerk, het verkeersnetwerk, is in een aantal bouwstenen onder te verdelen. Ten eerste kan een indeling worden gemaakt in interlokaal en lokaal verkeer, waarbij dit laatste verder kan worden uitgesplitst in ‘functioneel’ verkeer en recreatief verkeer. Daarnaast kan een onderverdeling worden gemaakt naar openbaar vervoer, gemotoriseerd verkeer en langzaam verkeer.

Uiteindelijk vormt het verkeersnetwerk één samenhangend systeem waarmee Eemnes op verschillende manieren en op verschillende niveaus kan worden ontsloten. Door verbeteringen en / of veranderingen aan te brengen op specifieke punten in dit systeem, kan uiteindelijk de kwaliteit van het gehele systeem worden verbeterd.

De netwerken organiseren mede de ‘lay-out’ van de gemeente, situeren mede de verschillende grondgebruiksvormen. Op de beeldkwaliteit zijn de netwerken veel minder van invloed.

2.3.1 Interlokaal

Op het interlokale niveau zijn de snelwegen, het hoogwaardig openbaar vervoer en de beroepsvaart over de Eem bepalend (kaartbeeld 8).

Voor het autoverkeer staat een duurzame verkeerskundige structuur centraal, waarbij de weggebruikers zoveel mogelijk op de beoogde wegen rijden. Het huidige wegennet van Eemnes heeft voldoende capaciteit om het verkeer van en naar Eemnes af te wikkelen. Echter door de toenemende verkeersdruk op het snelwegennet wordt het wegennet van Eemnes misbruikt door ‘sluipers’. Dit verkeer behoort op het snelwegennet te rijden en daarom dienen als eerste de problemen met de afwikkelingscapaciteit op het snelwegennet aangepakt te worden. Dit probleem zal in de toekomst groter worden, wanneer de grote bouwopgave in Almere gerealiseerd wordt. Het is de verantwoordelijkheid van de rijksoverheid zorg te dragen voor de uitbreiding van de A1 en A27.

Bij openbaar vervoer is met name de mogelijke aanleg van de Stichtse Lijn (in het verlengde van de ontwikkeling van Almere), met een eventuele halte in de gemeente Eemnes, belangrijk. Het mogelijke station zal een bovenlokale invloed hebben, en zal mogelijkheden bieden voor regionaal georiënteerde ontwikkelingen. In relatie tot dit regionaal georiënteerde station, kan het centrum van Eemnes worden geprofileerd door de lokale kwaliteiten te benadrukken. De aanleg van deze lijn is nog onzeker, maar in het structuurplan wordt ruimte voor de aanleg gereserveerd.

Ook de beroepsvaart over de Eem speelt een rol op het interlokale niveau. In het kader van economische overwegingen en het belang van de beroepsvaart daarbij, dient deze beroepsvaart te blijven bestaan, wat betekent dat er aan de waterinfrastructuur niet al te veel ingrijpende aanpassingen kunnen worden gedaan.

- 33 -

Kaartbeeld 9. Lokaal netwerk voor gemotoriseerd verkeer.

- 34 -

2.3.2 Lokaal: gemotoriseerd verkeer

Er is een overduidelijk en blijvend contrast aanwezig tussen het interlokale en het lokale verkeer (kaartbeeld 9).

Op lokaal niveau spelen met name een aantal zaken binnen de bebouwde kom een rol. Belangrijkste voor de toekomst is de ontsluiting van nieuwe woon- en werkgebieden. Er kan op verschillende manieren met deze ontsluiting worden omgegaan. Een vorkstructuur, parallel aan de snelweg biedt goede mogelijkheden, omdat dit de meest efficiënte manier van ontsluiten is en de minste doorsnijding van het landschap met zich meebrengt. Door deze vork niet aan te sluiten op de Wakkerendijk, wordt voorkomen dat een nieuwe sluiproute wordt gecreëerd.

De uitbreiding van de capaciteit op het snelwegennet rond Eemnes voor 2015 is niet zeker, gezien de prioriteiten van diverse andere projecten op het snelwegennet. De gemeente Eemnes moet dan ook tot 2015 zelf maatregelen nemen (welke eventueel tot na 2015 gehandhaafd moeten blijven) om te voorkomen dat de leefbaarheid en bereikbaarheid van haar gemeente in het geding komt.

Voor het autoverkeer zijn er vier belangrijke structuurbepalende wijzigingen nodig/gewenst. – Beperking sluipverkeer door buitengebied – Beperking sluipverkeer door kern – Mogelijke verbetering van de entree van Eemnes (aansluiting Eemnes op A27) – Wegen ter ontsluiting van de uitbreiding kern Eemnes

Beperking sluipverkeer door buitengebied De belangrijkste sluiproute is in de ochtendspits via A27 aansluiting Huizen naar A1 aansluiting Soest en in mindere mate naar A1 aansluiting Eembrugge (door stiltegebied). De maatregelen dienen vooral gezocht te worden op het deel tussen de kern Eemnes en de aansluiting Huizen (Meentweg). In eerste instantie moet gedacht worden in het nader inrichten van deze weg tot verblijfsstraat met snelheidsremmende maatregelen. Door middel van monitoring, zoals tellingen, kan bewaakt worden of meer ingrijpende maatregelen nodig zijn.

Beperking sluipverkeer door kern (en verbeteren kwaliteit Laarderweg) De Laarderweg vormt een barrière voor de beide woongebieden van Eemnes. Met de realisering van een nieuw winkelcentrum voor Eemnes bij de Braadkamp is het des te belangrijker dat de Laarderweg geen te hoge verkeersdruk kent. Voor de leefbaarheid van Eemnes is het herinrichten van de Laarderweg tot een verblijfsstraat (30 km/uur regime) met een beperkte verkeersfunctie daarom een pré. Momenteel is de Laarderweg daarvoor veel te druk. Mede vanwege de geografisch (on)gunstige ligging van de Laarderweg wordt hij enerzijds gebruikt door doorgaand verkeer uit Laren (en mogelijk vanaf de A27) en anderzijds door verkeer vanaf de Meentweg en Wakkerendijk. Bij realisering van de bouwopgave in Almere, zal de druk op de Laarderweg nog toenemen. Bij een uitbreiding van de capaciteit op het snelwegennet zal de Laarderweg ontlast worden van het doorgaand verkeer. Maar ook dan zal de weg een belangrijke verkeersdruk behouden.

- 35 -

Het nader inrichten van de Laarderweg tot 30-km-weg (met onder andere snelheidsremmers) moet er voor zorgen dat het verkeer over de Laarderweg ook voor een deel via de Stadwijksingel gaat rijden. Afhankelijk van het functioneren van het maatregelenpakket (door monitoring volgen) kan het aantal snelheidsremmende maatregelen op de Laarderweg worden vermeerderd danwel kan ervoor gekozen worden om het verkeer meer selectief door te laten. Dit laatste kan vorm gegeven worden door het toepassen van een doseerinstallatie (dit systeem kan zeer flexibel naar richting, gebruiker en tijd worden toegepast; bijv. alleen in de spitsen en niet voor bussen). Het voordeel hiervan is dat de herinrichting van de Laarderweg (mede met het oog op de aanwezigheid van de bus) hierbij niet te zwaar hoeft te worden aangezet, waarmee wordt bereikt dat deze toch voor een groot deel (buiten de spitsperioden) zijn verkeersfunctie kan blijven behouden en de Stadwijksingel niet te zwaar wordt belast.

Mogelijke verbetering van de entree van Eemnes (aansluiting Eemnes op A27) De aansluiting A27 Eemnes ligt zeer centraal voor de ontsluiting van Eemnes en Laren. De aansluiting moet dan ook volledig toegankelijk zijn voor beide gemeenten. De huidige aansluitingsvorm is echter niet ideaal, daar de op-/ en afritten aansluiten op twee verschillende wegen. Een belangrijk probleem hierbij is dat verkeer van/naar Laren voor een deel over het hoofdwegennet van Eemnes moet rijden (Zuidersingel), terwijl dit wegdeel al een relatief hoge verkeersbelasting heeft. Bovendien zal de combinatie van een groei van verkeer en de aanwezigheid van verkeer uit Laren leiden tot een benodigde uitbreiding van de infrastructuur op de Zuidersingel tussen de Verlegde Laarderweg en de op/en afrit (2 strooksrotondes en mogelijk 2x2 wegvak deel ertussen). Om de situatie te versimpelen is een andere aansluiting A27 - Eemnes gewenst. Een verschuiving van de aansluiting zelf is niet reëel. De Verlegde Laarderweg is de verbindingsweg tussen beide kernen en is het meest gunstig als verbindingsweg naar de A27. Het westelijk deel van de aansluiting (kwart klaverblad) ligt al ontsloten op de Verlegde Laarderweg en behoeft geen aanpassing (is ook niet reëel). Ter ontlasting van het hoofdwegennet van Eemnes is het gewenst om de op-/en afritten aan de zijde van Eemnes ook op de Verlegde Laarderweg te laten aansluiten.

Kaartbeeld 10. Verbeelding van mogelijke nieuwe aansluiting Eemnes op de A27.

- 36 -

Het toepassen van een Haarlemmermeer aansluiting aan de zijde van Eemnes biedt goede mogelijkheden (kaartbeeld 10). De definitieve vormgeving is maatwerk. Een te ruim uitgevoerde aansluitvorm kan problemen geven met een doorsnijding van een deel van het terrein van de gemeentewerf. Maar een uitvoering waarbij de op-/ en afritten nabij de A27 worden gelegd is inpasbaar (wel grondkeerconstructie nodig). Op de Verlegde Laarderweg is bovendien voldoende ruimte aanwezig om een linksafstrook te realiseren. Wel dient er naast de A27 ruimte beschikbaar te blijven voor eventuele uitbreiding van de snelweg en aanleg van de Stichtse Lijn.

Grote voordelen van deze oplossing (kaartbeeld 10) zijn: – het gebied Verlegde Laarderweg/A27/Zuidersingel komt voor een groot deel beschikbaar voor andere doeleinden; – het verkeer van Laren behoeft niet meer over de huidige ring van Eemnes te rijden. Hierdoor is een verdere uitbreiding van de capaciteit niet nodig; – de rotonde (verlegde Laarderweg / Zuidersingel) wordt het centrale verdeelpunt voor het verkeer van/naar de snelweg en voor verkeer naar Eemnes noord en zuid.

Wegen ter ontsluiting van de uitbreiding kern Eemnes Op lokaal niveau speelt met name een aantal zaken binnen de bebouwde kom een rol. Belangrijkste voor de toekomst is daarbij de ontsluiting van nieuwe woon- en werkgebieden. Er kan op verschillende manieren met deze ontsluiting worden omgegaan. Een vorkstructuur, parallel aan de snelweg biedt goede mogelijkheden, omdat dit de meest efficiënte manier van ontsluiten is en de minste doorsnijding van het landschap met zich meebrengt. Door deze vork niet aan te sluiten op de Wakkerendijk, wordt voorkomen dat een nieuwe sluiproute wordt gecreëerd.

- 37 -

Kaartbeeld 11. Lokaal netwerk voor langzaam verkeer.

- 38 -

2.3.3 Lokaal: langzaam verkeer

Essentieel voor het functioneren van het dorp Eemnes is de aanwezigheid van voldoende en goede langzaamverkeerverbindingen (kaartbeeld 11). Dit betekent dat ontbrekende schakels in het netwerk toegevoegd dienen te worden en dat knelpunten opgelost moeten worden. In de visie op de kern Eemnes (volgende hoofdstuk) wordt hier nader op ingegaan.

Naast het langzaamverkeernetwerk binnen de kern, dient ook het recreatieve netwerk in met name het buitendijks gelegen gebied uitgebreid en verbeterd te worden. Nieuwe fietsvoorzieningen, wandelpaden en ruiterroutes kunnen worden aangelegd (bijvoorbeeld op de zomerdijk en het gebied rondom de kern) om te zorgen voor een betere bereikbaarheid en toegankelijkheid van het gebied en de omliggende gemeenten. Daarnaast kunnen meer mogelijkheden worden geboden om op een recreatieve manier gebruik te maken van de vaarmogelijkheden binnen de gemeente, bijvoorbeeld op de Eemnesser Vaart. Op welke wijze het recreatief gebruik gestalte kan krijgen moet nader onderzocht worden. Daarbij speelt de ligging in een stiltegebied, het waterpeil en de ecologische randvoorwaarden een rol.

- 39 -

Kaartbeeld 12. De cultuurhistorie van Eemnes.

- 40 -

2.4 De occupatie

Binnen de occupatielaag kunnen 7 bouwstenen worden geïdentificeerd, die allen tezamen de invulling van de gecreëerde landschappelijke structuur vormen.

2.4.1 Cultuurhistorie

In het uiteenleggen van Eemnes in verschillende bouwstenen verdient cultuurhistorie een eigen plek (kaartbeeld 12). Vanuit het verleden zijn er enkele elementen binnen Eemnes aanwezig (geweest), die (opnieuw) meer betekenis kunnen krijgen door ze op te nemen in het toekomstige gebruik, door ze opnieuw een duidelijke functie en aanwezigheid te geven in de gemeente. Daarbij wordt cultuurhistorie tevens gezien als een inspiratiebron voor het organiseren van de functies wonen, werken en recreatie voor de toekomst.

Belangrijke elementen uit de historie van Eemnes zijn de lijnen van de Goyergracht, de Wakkerendijk / Meentweg, de zomerdijk en de oude, inmiddels deels verdwenen Drakenburgergracht. Daarnaast spelen de twee historische ‘kernen’ van Eemnes, te weten ‘Eemnes Binnen’ en ‘Eemnes Buiten’ een belangrijke rol in het ontstaan van Eemnes, net als de nederzettingen aan de Eem (Eembrugge en Eemdijk). In het verlengde van enkele belangrijke historische lijnen, kunnen de aan of op deze lijnen gelegen oude kastelen een inspiratie vormen voor de toekomst van Eemnes. Als laatste kan de dekzandrug in de ondergrond van Eemnes worden benoemd. Dit is een plek waar archeologisch waardevolle zaken te vinden zijn, waarmee bij de ontwikkeling van Eemnes rekening wordt gehouden.

- 41 -

Kaartbeeld 13. Visie op het wonen.

- 42 -

2.4.2 Wonen

Een van de belangrijkste grondgebruiksvormen in Eemnes is het wonen. Wonen in Eemnes is wonen in een karakteristieke, groene, rustige, prachtige omgeving en sfeer. Dit dient in de toekomst vastgehouden en versterkt te worden. De relatie tussen de woongebieden en het omliggende landschap moet worden versterkt, om de kwaliteit van de leefomgeving nog meer te benadrukken (kaartbeeld 13).

In de ontwikkeling van Eemnes zal voor het wonen binnen de huidige kern weinig veranderen. Herstructurering van de bestaande woonwijken is in de structuurplanperiode niet noodzakelijk. Wel kan er op enkele punten verbetering worden aangebracht in de inrichting van de openbare ruimte. Momenteel wordt hier nader onderzoek naar verricht. Er wordt gestreefd naar het realiseren van met name woningen voor ouderen op vrijkomende locaties binnen de kern die gelegen zijn in de nabijheid van voorzieningen en langzaamverkeer routes.

Realisatie van nieuwe woningen kan plaatsvinden op enkele locaties binnen de huidige kern, maar zal voornamelijk plaatsvinden in de zones ten noorden en ten zuiden van de kern, gelegen tussen de snelweg en de Wakkerendijk – Meentweg. In deze zones kunnen nieuwe woongebieden worden gerealiseerd, in nauwe samenhang met landschap, groen en water. Daarmee worden de landschappelijke kwaliteiten van het groen en water in de woongebieden ingebracht. Het gebied is geschikt voor de ontwikkeling van een uitgebreid scala aan woningtypen, aansluitend op de behoeften die binnen Eemnes aanwezig zijn. Mogelijkheden om wonen en werken te combineren kunnen worden benut. In een zone langs de snelweg kunnen (als gevolg van milieuaspecten) nauwelijks nieuwe woningen gerealiseerd worden.

Ook in het buitendijks gebied zijn weinig tot geen mogelijkheden aanwezig voor de realisatie van nieuwe woningen. Geheel uitsluiten van nieuwbouw is echter niet aan te raden. Met name voor rendabele agrarische bedrijfsvoering kan het noodzakelijk zijn agrarische nieuwbouw te realiseren. Behoud van de waterbergende functie van het gebied blijft hierbij wel een uitgangspunt.

In Eembrugge liggen goede kansen voor de bouw van nieuwe woningen in een zeer specifiek woonmilieu, gerelateerd aan het water. Met name op vrijkomende bedrijfslocaties kunnen ook hier binnen een stramien van groen en water enkele karakteristieke woningen worden gerealiseerd, waarmee de relatie van Eemnes met de Eem kan worden versterkt.

- 43 -

Kaartbeeld 14. Visie op het werken.

- 44 -

2.4.3 Werken

De opgaven betreffende de ontwikkeling van voorzieningen en detailhandel spelen met name binnen de bebouwde kom. In het nieuwe dorpscentrum zal een concentratie plaatsvinden van voorzieningen. Daarnaast bieden de Laarderweg en de langzaamverkeer routes mogelijkheden voor concentratie van voorzieningen. Het oude centrum van Eemnes, gelegen aan de Wakkerendijk – Meentweg biedt mogelijkheden voor de ontwikkeling van voorzieningen op het gebied van horeca en recreatie. Dit is een ideaal gebied om wonen en werken te combineren.

Binnen de kaders van het landschap, groen en water, de netwerken en de locatie van nieuwe woongebieden zijn ook mogelijkheden aanwezig om nieuwe werklocaties te realiseren (kaartbeeld 14). Voor Eemnes is ook hier de combinatie van wonen en (kleinschalig) werken van belang. Deze combinatie kan tevens prima tot stand gebracht worden op de Wakkerendijk – Meentweg.

De zone die langs de snelweg ontstaat als gevolg van met de snelweg samenhangende milieuaspecten, is vanuit dit oogpunt een prima zone om nieuwe werklocaties te realiseren. Ook vanuit de vaak gewenste zichtbaarheid van de bedrijven is het goede locatie. De werklocaties grenzen hierbij aan de nieuw te realiseren woonlocaties: er zullen geen zelfstandige werkclusters in het open gebied worden ontwikkeld. Belangrijk uitgangspunt bij het ontwikkelen van werklocaties binnen deze zone, is de landschappelijke kwaliteit die binnen Eemnes wordt nagestreefd. De openheid die wordt ervaren vanaf de snelweg, dient gehandhaafd te blijven, wat betekent dat er geen aaneengesloten bedrijventerrein aangelegd kan worden langs de snelweg.

Ook in Eembrugge is het mogelijk om nieuwe werklocaties te creëren, in combinatie met nieuwe woonlocaties. De reeds aanwezige bedrijvigheid en de ligging aan de Eem maken Eembrugge een uitermate geschikte locatie voor het creëren van nieuwe werklocaties die gericht zijn op het water.

- 45 -

Kaartbeeld 15. Landbouw in Eemnes.

- 46 -

2.4.4 Landbouw

De landbouw is bepalend voor het landelijke karakter van een groot deel van de gemeente Eemnes. De openheid van de weidegebieden, het gebruik als grasland, kortom het aanzien en het beheer van het poldergebied ligt in handen van de landbouw (kaartbeeld 15).

Het is uit het oogpunt van behoud en beheer van het poldergebied van groot belang om de grootschalige landbouw zijn functie te laten behouden. Daarvoor zal op de duur schaalvergroting moeten plaatsvinden, om de bedrijfsvoering rendabel te houden. Er zullen voldoende mogelijkheden geboden moeten worden om deze schaalvergroting door te kunnen voeren. Daarnaast kunnen specifieke vormen van verbrede landbouw, zoals agrarisch natuurbeheer en het bieden van andere groene diensten bijdragen aan het behoud en beheer van de karakteristieke polder. Ook hiervoor moeten mogelijkheden geboden worden.

In het gebied waar momenteel meer kleinschalige landbouw plaatsvindt, in de zone ten westen van de Wakkerendijk - Meentweg, liggen mogelijkheden voor verandering. Er zijn daar twee verschillende mogelijkheden, namelijk innovatieve, kennis-intensieve, high- tech landbouw of juist bewust gekozen low-tech kleinschalige landbouw. Deze vormen van landbouw passen binnen de toekomstige landschappelijke structuur van deze gebieden en dragen bij aan de kwaliteitsverbetering die daardoor ontstaat.

Het algemene devies ten aanzien van landbouw is: groot wordt groter en klein wordt kleiner.

De landbouw neemt een fundamentele plaats in binnen de gemeente Eemnes. Om haar positie te kunnen behouden, maar ook om het karakteristieke landschap te kunnen behouden, spelen met name de bedrijfsvoering en beheeraspecten een rol. Het structuurplan kan daar ruimtelijke gezien betrekkelijk weinig aan doen, behalve het belang van de landbouw voor het behoud en de ontwikkeling van Eemnes te duiden en de landbouw een plek te geven in het totaalbeeld.

- 47 -

Kaartbeeld 16. Visie op energie.

- 48 -

2.4.5 Energie

Energieproductie en -voorziening zal in de toekomst aan grote veranderingen onderhevig kunnen zijn. Nieuwe vormen van energieproductie worden ontwikkeld. Dit zal uiteindelijk ook van invloed zijn op Eemnes.

Binnen de gemeente zijn mogelijkheden aanwezig om een rol te spelen in de voorzieningen van nieuwe vormen van energie (kaartbeeld 16). Mogelijkheden liggen er bijvoorbeeld in de teelt van biomassa. Deze teelt kan in enkele specifieke biotopen prima ter vervanging van de huidige landbouw dienen. De teelt van ‘natuurlijke’ biomassa biedt tevens mogelijkheden voor nieuwe natuurontwikkeling en het creëren van een bijzonder en afwisselend polderlandschap. Door jaarlijks te oogsten zal de teelt van deze ‘energiegewassen’ de karakteristieke openheid niet doen verdwijnen.

Daarnaast zal ook zonne-energie in Eemnes een grotere rol spelen in de energievoorziening van de toekomst. Opwekken van dergelijke energie wordt veelal gekoppeld aan de ontwikkeling van nieuwe woon- en werkgebieden.

Er is veel twijfel over de zin van windmolens in het kader van alternatieve energievoorziening. Wel duidelijk is echter, dat niet alle keuzes hierin op het lokale niveau gemaakt worden. Wel kan vanuit het lokale niveau duidelijk gemaakt worden wat de standpunten zijn. Voor Eemnes geldt, dat plaatsing van windmolens, zowel aan de rand als in de polder, afbreuk doen aan de openheid en de ruimte van dit gebied.

- 49 -

Kaartbeeld 17. Visie op recreatie.

- 50 -

2.4.6 Recreatie

Voor de recreatieve beleving van Eemnes is de compositie, de opbouw van het landschap van belang. Door groen en water in combinatie met infrastructuur en cultuurhistorische elementen in het landschap aan elkaar te koppelen ontstaat een afwisselend, uitdagend en uitnodigend landschap (kaartbeeld 17).

Belangrijkste aandachtspunt bij het recreatieve netwerk is, dat de mogelijkheden om in de gehele gemeente te wandelen, fietsen, paardrijden, skeeleren, etc. kunnen worden verbreed en verbeterd.

Voor specifieke recreatieve voorzieningen kan in de zone tussen de snelweg en de westelijke gemeentegrens in aansluiting op de reeds aanwezige recreatieve voorzieningen een ‘recreatieve zone’ worden ontwikkeld, waarin bijvoorbeeld voorzieningen op het gebied van sport en spel verder geconcentreerd worden. De recreatieve voorzieningen zullen in samenhang met het groen en water een plek kunnen krijgen. Hiermee wordt verrommeling van de zone voorkomen en kan invulling gegeven worden aan nieuwe recreatieve wensen. Een uitbreiding van de golfbaan over de A27 zou de aansluiting tussen de ‘recreatieve zone’ en de nieuw in te richten woon-werk-zone aan de oostzijde van de A27 kunnen verbeteren.

Het centrum van Eemnes kan worden ontwikkeld als een recreatief aantrekkelijke locatie door de haven in het centrum van Eemnes in ere te herstellen, waarmee tevens een havenfront gecreëerd kan worden. Stimuleren van het gebruik van de Eemnesser Vaart, met name op het gebied van recreatieve activiteiten als kanoën, draagt bij aan een bredere beleving van de vaart en de prachtige en rustige omgeving hiervan.

De ligging van Eembrugge maakt dat deze locatie zich kan ontwikkelen tot een recreatief aantrekkelijke locatie. En de cultuurhistorische elementen die in het landschap aanwezig zijn, zoals de sluis in de Eemnesser Vaart en het Tydeman gemaal, worden deel van dat wat het buitendijks gebied van Eemnes zo aantrekkelijk maakt.

- 51 -

Kaartbeeld 18. Hinder in Eemnes.

- 52 -

2.4.7 Hinder

Hinder vanuit verschillende milieuaspecten zorgt voor een onzichtbaar landschap met beperkingen en mogelijkheden (kaartbeeld 18). De hinderaspecten die een rol spelen bij de toekomstige ruimtelijke inrichting van Eemnes worden op een positieve manier ingezet om de karakteristiek en kwaliteit van Eemnes te behouden.

Zo wordt geluidhinder van de snelweg ‘gebruikt’ om op een ‘natuurlijke’ wijze een logische sortering aan te brengen in woon- en werkgebieden. In een specifieke zone langs de snelweg, waar niet gewoond kan worden, kunnen kleinschalige werklocaties ontwikkeld worden, passend binnen het stramien van groen en water. Daarbij kan binnen de verschillende werkgebieden tevens een sortering aangebracht worden in hinder veroorzakende bedrijvigheid en ‘hindervrije’ bedrijvigheid.

Beperkingen als gevolg van milieuzaken in het buitendijks gelegen gebied kunnen worden ingezet om de openheid en de grootschaligheid van dit gebied te behouden.

2.4.8 Eigendom

Een laatste bouwsteen die van belang is voor het toekomstbeeld van Eemnes is de eigendomssituatie. Deze kan hier niet in kaartvorm verbeeld worden, maar zal straks mede bepalend zijn voor de uitwerking van de plannen. Dit geldt met name voor de Zuidpolder. Van belang is het verloop van de kavelgrenzen en de vraag wie eigenaar is van welke gronden. Een voorbeeld is dat het van belang is te weten welke gronden in bezit zijn van boeren, die nog bedrijfseconomisch goed renderen.

- 53 -

Kaartbeeld 19. Het streefbeeld 2030.

- 54 -

2.5 Het Streefbeeld 2030

De bouwstenen beschrijven de gewenste ontwikkeling van Eemnes. Vervolgens is het belangrijk om vanuit de bouwstenen en het combineren van die bouwstenen een interpretatieslag te maken. Door de verschillende verbanden en relaties tussen de lagen met elkaar te combineren en te interpreteren, ontstaat een streefbeeld voor Eemnes (kaartbeeld 19). Dit streefbeeld legt niet zozeer concreet vast waar welke ontwikkelingen gaan plaatsvinden en waar welke functies een plek krijgen, maar geeft wel heel duidelijk aan in welke delen van Eemnes de grootste veranderingen zullen (moeten) plaatsvinden en wat de gewenste ontwikkelingsrichting is. Het streefbeeld maakt tevens duidelijk, waar voor de komende jaren de opgaven voor de gemeente Eemnes liggen.

2.5.1 Buitendijks

Een eerste opvallende constatering op basis van het streefbeeld is, dat de enorme zorg die wordt geuit betreffende het behouden van de openheid van de polder, in feite een te grote zorg is. Het buitendijks gebied dient beschikbaar te blijven voor de opvang van water uit het Eemmeer, en dient dus gevrijwaard te blijven van bebouwing. De verwachting is, dat het agrarisch gebruik van de polder zal blijven bestaan. Daarmee zal de landbouw kunnen bijdragen aan het beheer en behoud van de polder. Extensief recreatief medegebruik van de polder wordt, op sommige punten gerelateerd aan de agrarische functie, gestimuleerd.

2.5.2 Binnendijks

De grote opgaven voor de ontwikkeling van Eemnes liggen echter niet in de open polder. De ontwikkeling van Eemnes concentreert zich grotendeels in het gebied ten westen van de Wakkerendijk – Meentweg.

De ondergrond Het eerste dat opviel ten aanzien van dit gebied, was het ontbreken van een programma voor groen en water. Hierin ligt één van de belangrijkste opgaven voor het structuurplan van de gemeente Eemnes. Voordat andere functies een plek kunnen krijgen, is het zaak met behulp van groen en water een landschap te creëren, waarmee het karakter van Eemnes behouden en versterkt kan worden en waarmee de kwaliteit verbetert. Zowel ten noorden als ten zuiden van de kern, is het zaak het landschap verder op te bouwen en in te vullen met water en groen, ingegeven door de van oudsher aanwezige structuren. In de richting van de kavelgrenzen van de langgerekte, smalle ontginningen kunnen nieuw open water en nieuwe groenelementen worden aangelegd. Hiermee onderscheidt het gebied zich van de omringende gemeenten in het Gooi, als ook van de bestaande kern van Eemnes. Tevens vormt de zone ten westen van de Wakkerendijk op deze wijze de overgang van de open polder naar de ‘volle’ beboste gebieden in het Gooi en op de Heuvelrug.

De netwerken De impact die het verkeersnetwerk op het ruimtelijke toekomstbeeld van Eemnes heeft kan groot zijn. Het is dan ook van belang om dit netwerk zoveel mogelijk als ‘voorsorteerelement’ in te zetten, waarbij op een goede manier de verschillende

- 55 -

verkeersstromen op de verschillende niveaus zo snel mogelijk van elkaar gescheiden worden en zo veel mogelijk uit elkaar gehouden worden. Uiteindelijk zal het verkeersnetwerk, in samenhang met de water- en groenstructuren in het landschap, bepalend zijn voor de organisatie van de occupatie en niet zozeer voor de beeldkwaliteit van Eemnes.

Ook op het gebied van de netwerken spelen de belangrijkste opgaven in en om de bebouwde kern van Eemnes. De hoofdaansluiting van Eemnes op het interlokale netwerk, gelegen aan de A27, zal verbeterd moeten worden, om de verkeersstromen van en naar Eemnes zoveel mogelijk via deze aansluiting te kunnen laten gaan. Verder moet er rekening gehouden worden met de aanleg van de hoogwaardige openbaar vervoer verbinding, de Stichtse Lijn, met een halte in Eemnes.

De ontsluiting van nieuwe uitbreidingen is gericht op de reeds genoemde primaire aansluiting op het interlokale netwerk bij de A27. Het lokale netwerk voor snelverkeer wordt uitgebreid middels het toepassen van een vorkstructuur. Deze structuur is gekozen omdat dit de meest efficiënte manier van ontsluiten is en de minste doorsnijding van het landschap met zich meebrengt.

De occupatie Voor de verschillende occupatievormen die allen een plek dienen te krijgen in Eemnes, geldt dat ook deze gerealiseerd moeten worden in de zone ten westen van de Wakkerendijk. Dit maakt de opgave voor Eemnes zeer interessant. Goede afstemming tussen de verschillende occupatievormen is gewenst, daarbij uitgaande van de kaders die door de onderliggende lagen zijn gesteld.

Dit betekent dat nieuwe woon- en werkgebieden integraal met het landschap worden ontwikkeld. Daarmee ontstaat een afwisseling van blauwe, groene en rode functies, zowel ten noorden als ten zuiden van de kern. Ook voor deze uitbreiding geldt, dat de oorspronkelijke landschappelijke structuren, de langgerekte smalle verkaveling, de ontwikkeling bepalen. Binnen het streefbeeld gaat het niet zozeer om de specifieke locatie van woon- en werkgebieden, maar om de manier waarop deze in het landschap een plek krijgen. Er worden vanuit het landschap (fysieke) kaders gecreëerd waarbinnen verschillende ontwikkelingen mogelijk zijn. De landschappelijke kaders bepalen het ‘laadvermogen’ van het landschap, stellen grenzen aan de ontwikkelingsmogelijkheden. Daardoor kan het karakter en de kwaliteit van Eemnes worden gewaarborgd en versterkt. De gehele zone tussen de A27 en de Wakkerendijk – Meentweg zal niet in één keer worden ontwikkeld. Gestart zal worden aan de zuidzijde van de bestaande kern van Eemnes, omdat dit gebied minder waardevolle natuurwaarden kent, de fysieke gesteldheid van het gebied beter is en het gebied aan twee zijden wordt omsloten door een snelweg.

Ook in Eembrugge wordt een integrale ontwikkeling van groen, water en enkele rode functies nagestreefd. Eembrugge biedt interessante mogelijkheden voor het creëren van karakteristieke woon- en werkmilieus, gerelateerd aan de ligging aan het water. Er ontstaat een kleine concentratie van bebouwing in bijzonder, cultuurhistorisch landschap, waarmee het dorpse karakter van Eembrugge versterkt en benadrukt kan worden.

- 56 -

Uiteenlopende recreatieve activiteiten worden geconcentreerd in een zone tussen de A27 en de westelijke gemeentegrens. Het gebied leent zich voor de combinatie van verschillende recreatieve voorzieningen. Doel is daarbij om de reeds aanwezige concentratie van recreatieve voorzieningen, in combinatie met sportvoorzieningen, te versterken en uit te breiden.

2.6 Conclusie

De nadrukkelijke relatie tussen de kern van Eemnes en het omliggende landschap met haar specifieke karakteristieken en kwaliteiten, maken het noodzakelijk om de aspecten die deze karakteristieken en kwaliteiten bepalen optimaal en in onderlinge samenhang te bekijken en te ontwikkelen. Behoud van Eemnes komt tot stand door op een zorgvuldige manier sturing te geven aan de ontwikkelingen die plaatsvinden.

De ontwikkeling van Eemnes, zoals geschetst in deze Visie op Hoofdlijnen, leidt door zorgvuldig gebruik te maken van de beschikbare ruimte en de daarbij behorende karakteristieken, tot een optimale ruimtelijke kwaliteit voor de gemeente Eemnes. De bestaande waarden van Eemnes worden behouden en zelfs versterkt door de voorgestane ontwikkeling. Behouden van de waterscheiding zorgt voor continuering van het duidelijke onderscheid tussen het ‘parkachtig’ bebouwde gebied en het open landelijke poldergebied. Behouden van de openheid van de polder zorgt voor behoud van de identiteit van dit voor het karakter van de gemeente bepalende deel.

- 57 -

Kaartbeeld 20. Visie op water en groen in de kern van Eemnes.

- 58 -

3 VISIE OP DE KERN VAN EEMNES

Voor de bebouwde kom van het dorp Eemnes is het structuurplan iets verder gedetailleerd om te helpen bij het beheren en om de lopende discussie over de allocatie van voorzieningen te helpen structureren. Om het kaartbeeld te maken is dezelfde aanpak (lagenbenadering) gebruikt als voor het structuurplan voor het gehele gemeentelijke grondgebied. Ook in de bestaande bebouwde kom blijft de hiërarchie (ondergrond, netwerken en dan pas de occupatie) van toepassing.

3.1 De ondergrond

Water Water neemt een belangrijke plaats in in de structuur van het dorp. De in Eemnes aanwezige waterstructuur heeft een belangrijk structurerende werking wat leidt tot een duidelijk herkenbaar kaartbeeld (kaartbeeld 20).

In de ‘Noordbuurt’ volgt het water de Noordersingel wat samen met het groen een duidelijke randweg creëert. Binnen dit kader vinden we nog een waterstructuur. Hier vormt het water samen met gras en bomen een drager voor een goede langzaamverkeersverbinding door dit deel van het dorp.

In de ‘Zuidbuurt’ gaat het water niet samen op met de Zuider- en Stadwijksingel. Hier gaat het water zijn eigen weg waardoor het een heel andere buurt is.

De Goyergracht, het haventje en de waterstructuur van de oude ontginningen bieden een structuur die aan de basis kan liggen van veranderingen in het landschap.

Groen Groen in Eemnes kent enkele duidelijk herkenbare structuren (kaartbeeld 20). Belangrijk is een duidelijk onderscheid tussen privé en openbaar groen.

Er is maar één groenstructuur die iedereen helder op het netvlies staat, namelijk de beplanting van de Wakkerendijk - Meentweg. Behoud van deze halve laan is zeer wenselijk, maar staat ter discussie in verband met de waterkerende functie van de dijk waarin ze wortelt.

De beplanting van de singels (eiken) is fantastisch. Met name het gedeelte langs het sportpark valt hierbij in het oog. Het is dan ook zeer belangrijk dat deze boomstructuur behouden blijft en waar nodig verstevigd wordt.

In de bebouwde kom vinden we een verborgen, sterke structuur. Singels (water, gras en losse bomen) zorgen hier voor een goed overzichtelijke en aantrekkelijke route voor fietsers en wandelaars.

De Laarderweg wordt begeleid door bomen, maar deze boomstructuur is deels onderbroken. Het is wenselijk dat de ontbrekende stukken opnieuw ingeplant worden.

- 59 -

Kaartbeeld 21. Visie op verkeer in de kern van Eemnes.

- 60 -

Met name de doodlopende stukken tegen de snelweg zijn hierbij van belang. De Laarderweg krijgt zo zijn herkenbaarheid terug en wint hierdoor in beeldkwaliteit.

De snelweg (A27) kent als noord – zuid verbinding zijn eigen fraaie eiken inplanting. Zelfs HOV-lijn kan hierin straks een logische plaats vinden.

De Goyergracht vormt de historische, westelijke gemeente grens van Eemnes en wordt in de schaal van het dorp gepast. De uitdaging om deze een groen ontwerp en een nieuwe gebruiksvorm te geven is zeer interessant: gedacht wordt aan een recreatieve groene zone met schoon water, bomen en zoveel mogelijk recreatieve functies.

3.2 De netwerken

In het kader van het Structuurplan Eemnes is nader onderzoek verricht naar de verkeerssituatie in de gemeente Eemnes (zie hoofdstuk 2 en hoofdstuk 9). De verkeersstructuur, het verkeer, het gebruik en de leesbaarheid van dit stelsel bepalen het comfort en dus het gebruik van de structuren van het dorp. In deze paragraaf worden de verkeersstructuren ruimtelijk onder de loep genomen en de bevindingen worden aan de hand van de 3 belangrijkste verkeerssoorten (interlokaal autoverkeer, lokaal autoverkeer, langzaam verkeer) beschreven (kaartbeeld 21).

Interlokaal autoverkeer Een vernieuwing van de bestaande snelwegafslag zorgt voor een overzichtelijke verkeersafwikkeling en entree tot Eemnes. De straks misschien nabij gelegen halte voor de HOV-lijn en het transferium kunnen aan de weg zeker een logische plaats krijgen.

De problematiek betreffende de gebruiksintensiteit van de A1 en de A27 en de consequenties voor het dorp moeten in de gaten gehouden worden. Er zijn veel mogelijkheden voor regulering. Die hebben effect op comfort, maar nooit op de structuur.

De zones langs de snelweg worden in verband met de Wet op geluidshinder gereserveerd voor gebruiksvormen anders dan wonen. Recreatief gebruik, werken en overige voorzieningen kunnen hier hun plaats vinden.

Lokaal autoverkeer We merken op dat het hele dorp een goede bereikbaarheid heeft voor lokaal verkeer. Woonstraten, hofjes, woonerven en de singels dragen hieraan bij. Deze dienen dan ook schoon en overzichtelijk te zijn.

- 61 -

Kaartbeeld 22. Visie op de occupatie in de kern van Eemnes.

- 62 -

De ligging aan de ringstructuur, de Laarderweg en de Wakkerendijk - Meentweg zorgen ervoor dat de Braadkamp een zeer goed ontsloten plek binnen het dorp is en daarom een geschikte locatie voor winkels en voorzieningen. Kanttekening hierbij is wel, dat uit verkeerskundig oogpunt een versnippering van de voorzieningen aan weerszijden van de Laarderweg niet de meest optimale situatie is (barrièrewerking). Zorgpunt blijft het oneigenlijk gebruik van het deel van de Laarderweg ‘door’ het nieuwe dorpscentrum als sluiproute. Het verkeer van en naar de polder dient echter wel van deze weg gebruik te kunnen maken en mag niet afgewenteld worden op de woonstraten. Mocht op de woonstraten nabij het dorpscentrum buiten een licht autonome groei toch sluipverkeer ontstaan, dan zullen aanvullende maatregelen genomen moeten worden. Hoewel hier nog niet het laatste woord over gezegd is zal het nieuwe centrum hier een goede plaats vinden: een dorpskern is niet vrij van conflicten.

De Noord- en Zuidpolder kunnen door een eenvoudig, maar doeltreffende vorkstructuur worden ontsloten: deze zal in de zone langs de snelweg, over de bestaande wegen, aansluiting vinden op de ringstructuur van het dorp, maar niet voor autoverkeer doorgekoppeld worden naar de Wakkerendijk – Meentweg. Daarom heet het een vorkstructuur.

Langzaam verkeer Eemnes heeft een sterke structuur voor langzaamverkeer welke gemakkelijk in twee richtingen uitgebreid en verbeterd kan worden. Enerzijds richting het landschap waar aansluiting met de Noord- en Zuidpolder wordt voorzien, anderzijds richting het dorpscentrum waar de voorzieningen zijn geconcentreerd.

Aan dit langzaamverkeerssysteem zal het mogelijk zijn om op open plekken nieuwe gemeenschappelijke voorzieningen, ouderenhuisvesting of openbaar groen te realiseren. Vooral in de ‘Zuidbuurt’ is dit systeem hier een goede drager voor. De bestaande en nog vrijkomende locaties aan het Schoolpad, de Ploeglaan, de Korenschoof en Stadwijksingel zijn zowel voor langzaamverkeer als voor het overige verkeer eenvoudig te bereiken. Vanuit hier zijn bovendien het centrum en de rest van het dorp goed bereikbaar.

3.3 De occupatatie

Functiezonering Binnen de kern Eemnes kunnen verschillende zones worden onderscheiden (kaartbeeld 22). De duidelijk herkenbare zones kunnen gebruikt worden om de voorzieningen te ‘sorteren’. Met uitzondering van de Laarderweg betreft het allemaal noord-zuid zones.

De volgende zonering kan onderscheiden worden: – de Wakkerendijk - Meentweg als woonwerklocatie; – de langzaamverkeersstructuur in het dorp met goede mogelijkheden voor voorzieningen zoals ouderen huisvesting en openbaar groen; – de hinderzone langs de snelweg als voornaamste locatie voor hindergevoelige bedrijfsactiviteiten; – de Goyergracht als recreatieve zone; – de Laarderweg als zone voor een combinatie van wonen, werken en voorzieningen.

- 63 -

Kaartbeeld 23. Totaalvisie 2030 voor de kern van Eemnes.

- 64 -

Cultuurhistorie De bebouwde kom van Eemnes kenmerkt zich door ‘3 + 1’ markante cultuurhistorische ensembles: de Wakkerendijk - Meentweg, het dorpscentrum (rond de historische kern, de Braadkamp en haven), de Goyergracht en tenslotte de Laarderweg.

De Wakkerendijk –Meentweg kenmerkt zich als voornaamste woonwerklocatie. Het concentreren van winkels en voorzieningen rond de Braadkamp is een goed initiatief en brengt een positieve ontwikkeling voor een herkenbaar en functioneel centrumgebied met een brink, een plein en een kade. De Goyergracht zal als recreatieve zone een nieuwe impuls kunnen krijgen. Ontwikkeling van recreatieve voorzieningen, liefst samen met de buurgemeenten kan hiervan een aantrekkelijk gebied maken. De Laarderweg verdient een gemengd gebruik. Hinderlijke bedrijvigheid kan elders in het dorp een plek vinden. De Laarderweg is een belangrijke en levendige straat die zorgt voor ruimtelijke en functionele samenhang in het dorp.

Wonen Eemnes heeft goede karakteristieke woongebieden. Hierin zijn diverse sferen te herkennen: – Wakkerendijk – Meentweg; – Historische kern; – Laarderweg; – Woongebieden Noord- en Zuidbuurt; – Villa’s in het bos (ten zuiden van het knooppunt Eemnes); – Boerderijen op het land.

Binnen de bebouwde kom is het woningaanbod betrekkelijk groot, goed en eenvoudig. Veranderingen hierin komen op den duur vanzelf bij het samentrekken van woningen of wanneer het aanbod elders verschuift.

Werken Het zoveel mogelijk combineren van wonen en werken is belangrijk om tot een afwisselend en evenwichtig milieu en normale sociale controle te komen. Het wordt afgeraden om nog langer aparte werkgebieden en aparte woongebieden te maken.

Bedrijven welke hinder (verkeersintensiteit, geluid) kunnen veroorzaken zitten goed in de zone direct aan de oostzijde van de snelweg. Bedrijven en voorzieningen waar geen hinder bij vrijkomt vinden een plek in de dorpskern, aan de Laarderweg en aan de cultuurhistorische lijnen zoals de Wakkerendijk – Meentweg.

Winkels en voorzieningen als het gezondheidscentrum en de bibliotheek horen thuis in het dorpscentrum. Een tweede mogelijkheid is om locaties te benutten waar het langzaamverkeersnetwerk en de hoofdwegenstructuur elkaar kruisen.

- 65 -

Kaartbeeld 24 . Het Structuurplan Eemnes 2015.

- 66 -

4 PLANBESCHRIJVING EEMNES 2015

De geïdentificeerde bouwstenen vormen de basis voor de ruimtelijke ontwikkeling van Eemnes. Het bijgevoegde kaartbeeld (kaartbeeld 24), de structuurplankaart, verbeeldt de interpretatieslag vanuit het in hoofdstuk vier geschetste streefbeeld. De structuurplankaart laat het gewenste beeld van de gemeente Eemnes voor het jaar 2015 zien. Belangrijk om hierbij te onderkennen is, dat het jaar 2015 geen eindstadium is. Het structuurplan geeft geen eindbeeld voor dit jaar, maar markeert het een moment in de ruimtelijke ontwikkeling van Eemnes op de langere termijn.

De structuurplankaart en de bijbehorende tekst in dit hoofdstuk dient als toetsingskader, op basis waarvan toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen beoordeeld en gecontroleerd kunnen worden. De paragrafen in dit hoofdstuk komen overeen met de legenda-eenheden van de structuurplankaart. Het toetsingskader biedt de gemeente een integraal afwegingskader waaraan, met behulp van de structuurplankaart en de geïdentificeerde bouwstenen, ontwikkelingen die binnen de gemeente plaatsvinden getoetst kunnen worden en waarmee deze ontwikkelingen gestuurd kunnen worden. Het afwegingskader heeft daarbij betrekking op alle ruimtelijke ontwikkelingen, zowel op initiatief van de gemeente Eemnes als op particuliere initiatieven.

4.1 Bijzonder lint

De Wakkerendijk – Meentweg neemt een bijzondere positie in binnen Eemnes. Deze positie, voortkomend uit de historie, het karakter en de functionaliteit van de dijk, moet in de toekomst worden behouden en versterkt.

Voorwaarden en uitgangspunten voor het behoud van de positie van de Wakkerendijk – Meentweg zijn: – handhaven van de op de dijk aanwezige bomen, die zeer bepalend zijn voor het karakter en de uitstraling. Goede afstemming met het Waterschap Vallei en Eem is hierbij noodzakelijk; – in goed overleg met het Waterschap Vallei en Eem doorvoeren van de noodzakelijke aanpassingen van de dijk; – nemen van verkeerstechnische maatregelen om de Meentweg meer als verblijfsstraat in te richten; – in stand houden van de cultuurhistorische waarde van de dijk middels specifiek (welstand)beleid; – in stand houden van de karakteristieke bebouwing op en aan de dijk, middels specifieke voorwaarden die worden gesteld aan eventuele ontwikkeling of verandering van aanwezige en nieuwe bebouwing; – stimuleren van het gemengde gebruik van het lint voor wonen en werken, met daarbij behoud van de woonfunctie als hoofdfunctie.

- 67 -

4.2 Recreatie

In de zone tussen de A27 en de westelijke gemeentegrens worden mogelijkheden gecreëerd voor een verdere concentratie van recreatieve activiteiten, bijvoorbeeld op het gebied van sport. Bij het ontwikkelen van recreatieve activiteiten in deze zone dient rekening te worden gehouden met de schaal en de maat van het landschap en de aanwezige behoeften. Tevens dienen de voorzieningen in samenhang met het landschap te worden ontwikkeld. Onderzocht moet worden of de oude Goyergracht in ere kan worden hersteld met schoon water en een bomenstructuur. De bereikbaarheid van de voorzieningen vanuit de kern Eemnes vraagt de aandacht.

Mogelijkheden voor de ontwikkeling van deze zone in samenwerking met de gemeenten Laren, Blaricum en Huizen moeten verder onderzocht te worden.

Daarnaast dient tevens ruimte vrijgehouden te worden voor de eventuele aanleg van een HOV-verbinding tussen Utrecht en Almere en de mogelijke ontwikkeling van een halte in Eemnes.

4.3 Landbouw

Het buitendijks gebied is grotendeels aangewezen als landbouwgebied. Dit betekent dat het accent hier ligt op het behoud van de landbouwfunctie en de bepalende landschappelijke karakteristieken.

Voorwaarden voor behoud van de functies en het karakter van de polder zijn: – behoud van het veenweidegebied; – benadrukken en versterken van de aanwezigheid van de waaien en de zomerdijk; – initiatieven ontwikkelen en stimuleren betreffende duurzaam waterbeheer; – verbeteren van de toegankelijkheid van het gebied, voor extensief recreatief gebruik; – voldoende mogelijkheden bieden voor een rendabele agrarische bedrijfsvoering;

4.4 Natuur

Binnen het buitendijkse gebied is reeds een uitgebreid natuurgebied aanwezig. Het aangegeven natuurgebied is deels in beheer bij Natuurmonumenten en vooralsnog deels in gebruik als landbouwgebied. Het als “natuur” aangemerkte gebied leent zich, bij het afnemen van het areaal landbouwgrond als de overlevingskansen van de landbouw teruglopen, uitstekend voor de uitbreiding van natuur.

4.5 Natuur-landbouw

Ten noorden van de huidige kern van Eemnes, in de zone tussen de Meentweg en de snelweg, wordt in de periode tot 2015 gestreefd naar behoud en versterking van de reeds aanwezige kwaliteiten. Mogelijkheden voor ‘landschapsbouw’ in de gedachte zoals die in dit Structuurplan uiteen is gezet, kunnen daarbij worden benut. De mogelijkheden voor

- 68 -

natuurontwikkeling, met name ten noorden van de Stachouwerweg kunnen worden benut. Voor de langere termijn, zoals verbeeld in het streefbeeld voor 2030, is een integrale ontwikkeling van wonen, werken en groen mogelijk.

Meer specifieke voorwaarden voor het voorgestane zijn: – voorkomen dat met het oog op ontwikkeling van het gebied op de lange termijn ongewenste ingrepen plaatsvinden; – waar mogelijk realiseren van nieuwe groenvoorzieningen; – waar mogelijk realiseren van duurzamer waterbeheer; – voldoende mogelijkheden bieden voor het in stand houden van het agrarisch gebruik van de zone; – combinatie met recreatie bevorderen, met name langs het noordelijke deel van de Meentweg.

4.6 Landelijk wonen-werken

Ten zuiden van de huidige kern Eemnes en in het gebied ten zuiden van het knooppunt Eemnes zijn de condities aanwezig om een integraal, groen en op het gebied gericht woon- en werkmilieu te scheppen. De ontwikkeling van deze zone zal, aansluitend op de behoeften binnen de gemeente, gefaseerd in de tijd plaatsvinden.

Voorwaarden voor de ontwikkeling zijn: – hanteren van de oost-west gerichte verkaveling als structurerend principe voor de inrichting van het gebied; – aanleg van specifieke groenvoorzieningen, in combinatie met recreatieve mogelijkheden en mogelijkheden voor kleinschalige, innovatieve, intensievere vormen van landbouw; – ontsluiting van het gebied middels een vorkstructuur, waarbij geen aansluiting op de Wakkerendijk – Meentweg wordt gerealiseerd; – zorgdragen voor het behoud van doorzichten in het gebied vanaf de snelweg (aanleg van een geluidswal lijkt daarom niet geschikt); – zorgdragen voor het behoud van het karakter van de Wakkerendijk – Meentweg, waarbij de ‘groene achterkant’ in stand wordt gehouden. Deze ‘achterkant’ is elementair voor het behouden van de dorpstructuur en de mogelijkheden deze te beleven; – ontwikkelen van specifieke werkgebieden in een zone langs de snelweg, passend binnen het strooksgewijze verkavelingspatroon; – realiseren van een gedifferentieerd, kwalitatief hoogwaardig woon- en werkmilieu met kleinschalige bedrijvigheid.

4.7 De Kern

In de bestaande kern van Eemnes gaat de ontwikkeling ook door. Met name de ontwikkeling van het nieuwe dorpscentrum speelt hierbij een belangrijk rol, naast de ontwikkeling van enkele andere locaties en voorzieningen. In dit Structuurplan worden een aantal voorwaarden en uitgangspunten opgenomen die van belang zijn voor het duurzaam functioneren van de kern van Eemnes. Deze betreffen:

- 69 -

– aanleggen van groenverbindingen en het versterken van de aanwezige groenstructuren; – duurzaam waterbeheer, o.a. door middel van scheiden van regen- en afvalwater door middel van afkoppeling; – herinrichten van de Laarderweg tot verblijfsstraat met een doorgetrokken boomstructuur; – herinrichten van de op- en afrit voor de A27 (aansluiting Eemnes); – concentreren van (winkel-)voorzieningen in een goed functionerend, levendig dorpscentrum; – ontwikkelen van de (recreatieve) ‘aantrekkelijkheid’ van Eemnes, o.a. door het creëren van een betere verbinding tussen het oude en het nieuwe centrum van Eemnes; – re-allocatie van enkele voorzieningen met daarbij voldoende aandacht voor de aansluiting van deze voorzieningen op het langzaamverkeer- en autonetwerk; – ontwikkeling van enkele inbreidingslocaties met woningen voor ouderen, in de nabijheid van de voorzieningen; – revitalisering van het bedrijventerrein ‘Zuidbuurt’.

4.8 Waterrijk wonen-werken

Eembrugge wordt integraal ontwikkeld tot een aantrekkelijke woon-werklocatie, waarbij de ligging van het gebied aan het water wordt benut.

Voorwaarden voor de ontwikkeling van Eembrugge zijn: – ontwikkeling in samenhang met groen en water; – verbeteren van de ontsluiting; – versterken van de recreatieve mogelijkheden, zowel in de vorm van voorzieningen als routes; – behoud van de jachthavens; – ruimte bieden voor de uitbreiding van watergebonden bedrijvigheid; – ontwikkelingen moeten passen binnen het historische karakter van Eembrugge; – de huidige bebouwingscontour, die ook is vastgelegd in het streekplan, is bepalend voor de bebouwingsmogelijkheden.

Mogelijkheden voor de ontwikkeling van Eembrugge moeten in samenwerking met de gemeente Baarn verder onderzocht worden. Ook is overleg met het Waterschap Vallei en Eem noodzakelijk, omdat Eembrugge behoort tot het (beschermde) buitendijks gebied.

4.9 Hoofdwegen

De kern Eemnes is ontsloten middels een ringstructuur (Noorder- en Zuidersingel en Stadwijksingel) en een oost-west as door de kern (Laarderweg). Voor nieuwe uitbreidingen zal een vorkstructuur worden gehanteerd, waarbij geen aansluiting op de Wakkerendijk- Meentweg wordt gerealiseerd.

- 70 -

4.10 Recreatieve routes

Om de toegankelijkheid van de open polder en het recreatieve gebruik van dit gebied te verbeteren en versterken, zal de gemeente actief aan de slag gaan met de ontwikkeling van voorzieningen op / aan de zomerdijk. Het betreft hierbij niet alleen de aanleg van een fiets- en wandelpad, maar ook het benadrukken van interessante, historisch waardevolle elementen langs de route over de zomerdijk. Speciale aandachtpunten daarbij zijn het grote aantal waaien en de Eemnesser Sluis, die gelegen is op de kruising van de zomerdijk met de Eemnesser Vaart. Ook op andere plaatsen in het buitendijks gebied zullen fiets- en wandelroutes worden aangelegd.

Ten westen van de Wakkerendijk – Meentweg en in de kern van Eemnes zullen de reeds aanwezige fiets- en voetgangersstructuren verder geoptimaliseerd worden, om daarmee de goede bereikbaarheid van alle voorzieningen voor het langzaam verkeer te behouden. Om de kern van Eemnes te ontlasten van het ruiterverkeer, zullen tevens (in overleg) enkele ruiterpaden om de kern worden aangelegd, via welke het open poldergebied over mooie en bruikbare routes makkelijk te bereiken is voor ruiters.

Om de historie van Eemnes een plek te geven in de toekomst en om de kwaliteit van de kern te versterken, is het wenselijk dat het recreatief gebruik van de Eemnesser Vaart gestimuleerd wordt. Op welke wijze het recreatief gebruik gestalte kan krijgen moet nader onderzocht worden. Daarbij speelt de ligging in een stiltegebied, het waterpeil en de ecologische randvoorwaarden een rol. Ook de mogelijkheid om de haven in de kern van Eemnes te herstellen worden bekeken.

4.11 Duurzaam waterbeheer

Duurzaam waterbeheer is voor het hele plangebied een belangrijke opgave. Op twee plaatsen is het van belang dat nieuwe waterstructuren ontwikkeld worden.

4.12 Aandachtsgebieden

Eemnes kent een aantal aandachtsgebieden. Deze bijzondere plekken hebben elk een eigen sfeer. Het is van belang dat de ruimtelijke kwaliteit van deze plekken wordt bewaakt en/of op een geheel eigen wijze gestalte krijgt. Het gaat om de volgende plekken: – het dorpscentrum; – de entree van Eemnes vanaf de snelweg; – Eembrugge; – de sluis in de Eemnesser Vaart; – recreatiehaven ’t Raboes.

- 71 -

Kaartbeeld 25. De Actiegebieden 2005-2015.

- 72 -

5 UITVOERINGSPROGRAMMA

In het vorige hoofdstuk is het ruimtelijke toetsingskader voor de gemeente Eemens weergegeven voor de periode tot 2015, mede gebaseerd op een doorkijk tot 2030. Dit hoofdstuk vormt het ontwikkelingskader; het geeft aan hoe de feitelijke realisatie vorm kan krijgen. Daartoe is het grondgebied van de gemeente ingedeeld naar soorten actiegebieden. Binnen de kern Eemnes zijn de actiegebieden meer in detail weergegeven. Dit hoofdstuk wordt afgesloten met een globale planning van de projecten en een beschouwing van het instrumentarium waarover de gemeente beschikt voor de uitvoering van de plannen.

5.1 Onderscheid in actiegebieden

In dit uitvoeringsprogramma wordt een eerste aanzet gegeven voor de verdere uitwerking van de projecten. Er wordt daarbij een onderscheid gemaakt in vier soorten projecten, die verschillen in de mate waarin ontwikkelingen zullen plaatsvinden en betrokkenheid van de gemeente bij deze ontwikkelingen (kaartbeeld 25).

In de ‘actieve ontwikkelingsgebieden’ zullen in de structuurplanperiode een aantal belangrijke ontwikkelingen plaatsvinden. De gemeente treedt hierbij actief op, zowel bij de planontwikkeling als in de uitvoering van de betreffende programma’s en projecten.

Binnen de ‘passieve ontwikkelingsgebieden’ zijn mogelijkheden voor ontwikkelingen aanwezig. In deze gebieden wordt het initiatief tot ontwikkeling echter gelaten aan andere organisaties en partijen dan de gemeente. Indien initiatieven ontplooid worden, zal de gemeente op basis van dit structuurplan sturing geven en indien mogelijk de ontwikkeling faciliteren.

De ‘actieve beheergebieden’ omvatten programma’s en projecten waarbij het van belang is op een actieve manier maatregelen te treffen en stimulansen te bieden aan het beheer. Er is in mindere mate ruimte voor ontwikkelingen, maar de gemeente zal zich wel actief inzetten bij het behouden en versterken van de reeds aanwezige kwaliteiten en karakteristieke eigenschappen.

Voor de ‘passieve beheergebieden’ geldt dat de gemeente voldoende mogelijkheden zal bieden om het op basis van het structuurplan gewenste beheer mogelijk te maken, maar dat dit voornamelijk plaats zal vinden op initiatief van andere partijen. Deze partijen zullen ook voor de uitvoering van het beheer verantwoordelijk zijn.

In het onderstaande worden de projecten per soort besproken en is tevens een eerste globale planning voor de uitvoering opgenomen. De verdere uitwerking van elk deelgebied moet in samenhang met omliggende gebieden gestalte krijgen.

- 73 -

Kaartbeeld 26. Actiekaart 2005-2015 voor de kern van Eemnes.

- 74 -

5.2 Actief ontwikkelingsgebied

1. Zuidpolder Te Veen

Landschapsbouw en uitbreiding van woon- en werkgebieden in de ‘zuidzone’, in combinatie met uitbreiding van de recreatieve mogelijkheden in dit gebied, zijn ontwikkelingen waar de gemeente Eemnes op een actieve manier mee aan de slag zal gaan.

Bij de uitwerking van dit programma is het van belang dat het gebied als geheel wordt beschouwd en dat er voor het gebied als geheel een plan van aanpak wordt opgesteld, waarin de ontwikkelingsstrategie wordt beschreven. Daarbij dient ook de zuidelijke oksel van de A27 en de zone tussen de A27 en de westelijke gemeentegrens te worden betrokken. Op basis van dit Plan van Aanpak kan vervolgens een gefaseerde ontwikkeling, in de pas met de behoeften, plaatsvinden. Een deel van het gebied zal daarbij tot 2015 en deel daarna ontwikkeld worden.

2. Zomerdijk Om de toegankelijkheid van de open polder en het recreatieve gebruik van dit gebied te verbeteren en versterken, zal de gemeente actief aan de slag gaan met de ontwikkeling van voorzieningen op en aan de zomerdijk. Het betreft hierbij niet alleen de aanleg van een fiets- en wandelpad, maar ook het benadrukken van interessante, historisch waardevolle elementen langs de route over de zomerdijk. Speciale aandachtpunten daarbij zijn het grote aantal waaien en de Eemnesser Sluis, die gelegen is op de kruising van de zomerdijk met de Eemnesser Vaart.

3. Eembrugge In Eembrugge zal herontwikkeling van bestaand bedrijventerrein plaatsvinden. Voor de integrale ontwikkeling van Eembrugge tot een aantrekkelijke woon-werk locatie zal de gemeente, in overleg met Rijkswaterstaat, Waterschap Vallei en Eem en de provincie, actief bekijken wat de mogelijkheden zijn. Bij de uitwerking is het van belang dat er voor het gebied als geheel een plan van aanpak wordt opgesteld, waarbij alle van belang zijnde aspecten in samenhang met elkaar worden bekeken. Op basis van dit plan kan een gefaseerde ontwikkeling plaatsvinden.

4. De Kern Binnen de kern van Eemnes spelen enkele ontwikkelingen waarbij de gemeente een actieve rol inneemt. Het betreft de ontwikkeling van het nieuwe dorpscentrum in relatie tot het historische centrum en de mogelijke restauratie van de haven, de bouw van een nieuwe clusterschool, de ontwikkeling van een nieuwe locatie voor de brandweer en de herontwikkeling van enkele binnen de kern vrijkomende locaties. Enkele van deze locaties komen vrij door uitplaatsing van bedrijven naar, in combinatie met nieuwe woonlocaties, nieuw te ontwikkelen bedrijfslocaties in de zone ten zuiden van de kern. Op de actiekaart voor de kern (kaartbeeld 26) is één en ander concreet weergegeven.

- 75 -

5.3 Actief beheergebied

4. De Kern Naast het actief sturen en initiëren van ontwikkelingen speelt de gemeente ook een belangrijke rol in het beheer van het stedelijk gebied. Op peil houden van de kwaliteit van de woonomgeving en het tijdig signaleren van gewenste veranderingen / ontwikkelingen is een belangrijke taak. Dit vereist een actieve inzet van de gemeente op het gebied van onderhoud en monitoring.

5. Wakkerendijk – Meentweg De Wakkerendijk – Meentweg verdient aandacht vanwege het bijzondere karakter en de historische betekenis. Behoud hiervan is belangrijk voor de toekomst van Eemnes. De gemeente zal zich dan ook actief voor dit behoud inzetten, door beleid te formuleren ten aanzien van het betreffende gebied, maar ook door actief toezicht te houden op particuliere initiatieven.

5.4 Passief ontwikkelingsgebied

6. Recreatiezone De ontwikkeling van de ‘recreatiezone’, waarbij de concentratie van intensievere recreatieve voorzieningen wordt gestimuleerd, krijgt voornamelijk vorm op basis van particuliere initiatieven of initiatieven van buurgemeenten. De gemeente Eemnes speelt in het initiëren van dergelijke ontwikkelingen geen actieve rol. Indien initiatieven zich aandienen, dan zal de gemeente Eemnes als één van de betrokken partijen deelnemen aan het proces en de ontwikkeling, indien passend binnen de in het structuurplan gestelde kaders, verder faciliteren.

7. Eemnesser Vaart Ook de ontwikkeling van het recreatieve gebruik van de Eemnesser Vaart zal voornamelijk middels particuliere initiatieven vorm krijgen. De gemeente Eemnes zal de ontwikkeling faciliteren, indien deze past binnen de kaders van het structuurplan.

5.5 Passief beheergebied

8. Buitendijks gebied / polder De buitendijks gelegen polder is aangemerkt als passief beheergebied. Het belang van de aanwezige functies wordt door de gemeente erkend. De gemeente zal in haar beleid dan ook voorzien in voldoende mogelijkheden om het karakteristieke gebied en de daarbinnen aanwezige functies te kunnen behouden. Maar de gemeente zal hier verder geen actieve rol in spelen.

9. Noordpolder Te Veen Grootschalige ontwikkelingen zullen in de zone ten noorden van de kern in de periode tot 2015 niet plaatsvinden. Met het oog op de lange termijn, is het noodzakelijk dat de gemeente middels actief beheer voorkomt dat er ontwikkelingen plaatsvinden die het gewenste toekomstperspectief (integrale ontwikkeling van groen en water en wonen en

- 76 -

werken) onmogelijk maken. In het gebied ten noorden van de Stachouerweg zouden initiatieven op het gebied van waterbeheer al wel de aandacht kunnen krijgen.

5.6 Globale tijdsplanning

In figuur 1 wordt van elk van de benoemde actieve ontwikkelings- en beheergebieden een globale indicatie gegeven van de periode waarbinnen de voorgestane ontwikkelingen zullen plaatsvinden. Daarbij wordt onderscheid gemaakt in een periode van planvoorbereiding en planuitvoering.

De prioriteitstelling vloeit voort uit de wensen en behoefte van de gemeente Eemnes ten aanzien van de betreffende ontwikkelingen.

Het is de bedoeling dat het uitvoeringsprogramma jaarlijks wordt geëvalueerd en bijgesteld. Het kan worden verfijnd door er ook projecten binnen de kern van Eemnes in op te nemen.

5.7 Instrumentarium

In deze paragraaf wordt een beeld geschetst van de belangrijkste onderdelen van het instrumentarium waarmee de verdere planontwikkeling en –uitvoering gestalte kan krijgen.

Bestemmingsplannen Het bestemmingsplan regelt de ruimtelijke ordening in juridische zin. Het verschaft een ieder rechtszekerheid door de inspraakmogelijkheden, procedures en rechtsbescherming. De gewenste ontwikkelingsrichtingen die in het Structuurplan uiteengezet zijn, zullen deels niet passen binnen de vigerende bestemmingsplannen. Dit geldt met name voor de ontwikkelingsgebieden en voor de actiegebieden binnen de kern. Per project zal worden afgewogen op welk moment het bestemmingsplan wordt herzien. Met name wanneer de gemeente de te ontwikkelen grond niet zelf in handen heeft, is het belangrijk om het bestemmingsplan in te zetten als sluitstuk op de planontwikkeling, omdat de gemeente via het planologisch instrumentarium regie kan voeren.

Grondbeleid Uitvoering van de projecten uit dit Structuurplan kost enerzijds geld en zal anderzijds geld kunnen opleveren. Hoe de balans hierin doorslaat zal bij doorrekening van de grondexploitaties nog moeten blijken. In samenhang hiermee zal het grondbeleid van de gemeente gestalte moeten krijgen.

In de gemeente Eemnes is tot nu toe een actieve grondpolitiek gevoerd; gronden die een andere bestemming kregen werden veelal aangekocht, door de gemeente bouwrijp gemaakt en verkocht.

- 77 -

Actiegebied 2005 2010 2015

Zuidpolder Te Veen

Zomerdijk

Eembrugge

De Kern

Wakkerendijk - Meentweg

Planvoorbereiding Planuitvoering

Figuur 1. Globale planning actieve actiegebieden gemeente Eemnes, voor de periode 2005-2015.

- 78 -

Momenteel vindt herbezinning op deze strategie plaats. Binnenkort zal de gemeente een Nota Grondbeleid opstellen, waarin het grondbeleid voor de komende jaren gestalte zal krijgen.

Daarin zal onder andere aan de orde komen hoe in geval er geen sprake is van gemeentelijk grondeigendom, er met financiële bijdragen van projectontwikkelaars ter dekking van de met planontwikkeling en planrealisatie verband houdende kosten wordt omgegaan.

Samenwerking In de komende jaren zal de samenwerking met allerlei partijen van invloed zijn op de realisering van het beleid van dit Structuurplan.

Allereerst is de samenwerking met grondeigenaren van belang. Dit geldt met name voor de ontwikkeling van de Zuidpolder. Om de samenwerking op heldere wijze vorm te geven kunnen publiek-private samenwerkingsovereenkomsten gesloten worden.

Verder is het belangrijk dat burgers en belangengroeperingen de kans krijgen mee te denken over de ontwikkeling van plannen die hun belangen raken. Dit geldt bijvoorbeeld voor projecten in het dorp Eemnes, maar ook bij het beheer van de landbouwgronden in het buitendijks gebied. Het opzetten van geïnstitutionaliseerde overlegvormen kan hierbij een hulpmiddel zijn.

Tenslotte zal er ook samengewerkt worden met andere overheden. Hierbij kan gedacht worden aan: – de buurgemeenten (Blaricum en Laren voor de ontwikkeling van de recreatiezone en Baarn voor ontwikkeling van Eembrugge); – het waterschap (met name voor de ontwikkeling van Eembrugge en de uitwerking van de plannen voor de Zuidpolder); – de provincie (o.a. voor natuurlijke oevers bij de Eem); – Rijkswaterstaat (om te zorgen voor voldoende capaciteit van de snelwegen rond Eemnes en om een andere vormgeving van de op- en afrit Eemnes aan de A27 gestalte te geven.

Sectoraal beleid Parallel aan de opstelling van het Structuurplan is en wordt sectoraal beleid op verschillende beleidsterreinen ontwikkeld. Zo is de Woonvisie opgesteld; het beleid dat daarin is geformuleerd is verwerkt in dit Structuurplan. Ook wordt er op dit moment gewerkt aan het Milieubeleidsplan, waarbij er sprake is van een wisselwerking tussen dit plan het Structuurplan. Verder zal dit Structuurplan in de komende jaren de basis vormen voor sectoraal beleid dat nog opgesteld wordt.

- 79 -

- 80 -

DEEL B

HET ONDERZOEK

- 81 -

Kaartbeeld 27. Overzicht van historische kaarten van Eemnes en omgeving. A: 1865; B: ca. 1830; C: ca. 1900.

- 82 -

6 HISTORISCHE BESCHRIJVING

6.1 De eerste menselijke aanwezigheid

De eerste sporen van menselijke aanwezigheid op het grondgebied van Eemnes zijn aangetroffen op een in de ondergrond aanwezige dekzandrug. Deze dekzandrug is niet bedekt met klei en veen, zoals het grootste deel van het zand in de ondergrond. Het zand is afgezet tijdens de laatste ijstijd.

Door de hogere ligging van de dekzandrug is deze droog gebleven bij overstromingen, waarmee het een logische plek is voor menselijke activiteiten. Aangetroffen concentraties van vuursteen wijzen op menselijke activiteiten tijdens het meso- en neolithicum, oftewel de midden en nieuwe steentijd. De midden steentijd behelst de periode 8.000 – 5.300 voor Christus, de nieuwe steentijd loopt door tot 2.100 voor Christus. De bewoners leefden vooral van de jacht en de visserij.

6.2 De 12e eeuw na Christus

Gedurende lange tijd is het grondgebied vervolgens niet geschikt geweest voor bewoning. Door de aanwezigheid van de rivier de Eem hebben grote veenafzettingen plaatsgevonden. De Eem mondde uit in de voorloper van het IJsselmeer, het Almere. Het hoogteverschil was echter dermate gering dat de doorstroming gedurende lange tijd beperkt was. De Eem overstroomde dan ook geregeld. In deze periode was het gebied een groot moeras en een ongebruikte wildernis, ook wel ‘raboes’ genaamd. In de 12e eeuw brak tijdens een grote storm de veenrug tussen Staveren en Enkhuizen door, Almere kreeg daarmee een open verbinding met de Waddenzee. De doorstroming van de Eem werd hiermee bevorderd en het drassige gebied droogde op. De open verbinding met de zee leidde echter ook geregeld tot overstromingen van buitenaf. De zee drong daarbij diep de monding van de brede Eem binnen en zorgde voor afzetting van jonge zeeklei.

Na de dijkdoorbraak en het opdrogen van het moerassige gebied in de 12e eeuw na Christus, is weer sprake van enige menselijke activiteit. Er werd begonnen met de ontginning van de gebieden langs de Eem. De activiteiten zijn begonnen rond een kasteel aan de Eem, ter hoogte van het huidige Eembrugge. Als eerste is een kade langs de Eem aangelegd, de hedendaagse zomerdijk. Van daar uit werden kavels in oost – west richting ontgonnen.

De zuidgrens van de ontginning werd gevormd door een beekje. De noordgrens wordt in eerste instantie gevormd door de aanleg van een brede dijk, de zijdwinde. Het gebied ten zuiden van de zijdwinde werd Eemnes-Binnendijks genoemd, het gebied ten noorden Eemnes-Buitendijks. Door de bodemdaling groeide de ontginning steeds verder naar het westen, tot aan een kreek op de plek waar nu de Goyergracht ligt.

- 83 -

Impressie 1. Oude foto’s van respectievelijk Eemnes Binnen (boven) en Eemnes Buiten (beneden).

- 84 -

6.3 De 14e tot en met de 19e eeuw na Christus

Begin 14e eeuw werd de Wackerswech aangelegd, de tegenwoordige Wakkerendijk – Meentweg. In korte tijd verhuisden veel mensen vanaf de Eem naar deze nieuwe weg, waardoor het huidige Eemnes is ontstaan. Snel na de vestiging van de eerste Eemnessers werd langs de Wackerswech een dijk aangelegd. Deze dijk fungeerde bij hoog water als zeedijk. De overige gronden overstroomden daarbij nog regelmatig. Dijkdoorbraken kwamen tot in de 20e eeuw voor.

In 1352 kreeg Eemnes-Buiten stadsrechten en mocht men een kerkje bouwen op de plaats van de huidige Nicolaaskerk. Eemnes-Binnen kreeg ruim honderd jaar later stadsrechten en bouwde eveneens een kerk. De Eemnesservaart werd in 1589, evenwijdig aan de zijdwinde, gegraven. Eemnes kreeg daarmee een verbinding met de Eem en de rest van Nederland. Tot ver in de 20e eeuw bleven de vaart en de haven van Eemnes functioneren, onder andere voor de wekelijkse veerdienst naar Amsterdam.

In 1811, in de Napoleontische tijd, werden Eemnes-Binnen en Eemnes-Buiten samengevoegd. In de gemeente woonden toen ruim 1.100 mensen. De ruimtelijke karakteristiek veranderde daarbij nauwelijks. De bebouwing was en bleef geconcentreerd aan de westzijde van de Wakkerendijk en Meentweg.

6.4 De 20e eeuw na Christus

Pas in 1932, na de aanleg van de afsluitdijk veranderde de aanblik van de stad. De Wakkerendijk verloor zijn functie als zeedijk. Maar de waterkerende functie heeft de Wakkerendijk nooit verloren. Tot in het heden vormt de dijk de primaire waterkering, om Eemnes te beschermen tegen het water uit de randmeren.

In de polder werden in deze tijd ook de eerste wegen aangelegd. Het doortrekken van de bebouwing langs de Laarderweg, begin 20e eeuw, luidde een nieuw tijdperk van verandering in. In de jaren ‘20 werden nieuwe lokale wegen, ten behoeve van woningbouw, aangelegd en vond de ontwikkeling van de Rijksweg 1 plaats. In de jaren na de tweede wereldoorlog werd begonnen met de planmatige uitbouw van de kern van Eemnes. In de jaren ’50 en ’60 is Torenzicht en de omgeving van de Raadhuislaan en de Veldweg ontwikkeld. In de jaren ’70, tot eind jaren ’80, heeft de bouw van de Noordbuurt plaatsgevonden. Van eind jaren ’80 tot eind jaren ’90 is de Zuidbuurt ontwikkeld. Ten slotte is vanaf 2000 gestart met de ontwikkeling van de Nieuwe Noordbuurt, welke in de komende jaren afgerond zal worden.

De huidige situatie van Eemnes wordt cijfermatig weergegeven in tabel 1.

- 85 -

Tabel 1. Eemnes in cijfers, per 1 januari 2002. Kerngegevens gemeente Eemnes % absoluut Openbaar gebied Oppervlakte gemeente totaal 100,0 3.367,0 ha * Oppervlakte binnenwater 7,6 259,0 ha * Oppervlakte landbouwgrond 74 2.500,0 ha * Oppervlakte openbaar groen 1,1 372.389,0 m2 * Oppervlakte historische stadskern 0,1 3,0 ha * Totale lengte wegen 83,8 km * Lengte fiets- wandel- en 25,3 km * ruiterpaden Lengte waterwegen 3,4 km * Bevolking Aantal inwoners totaal 100,0 8.608,0 + Mannen 49,5 4.267,0 @ Vrouwen 50,5 4.341,0 @ 0 – 14 jaar 21,4 1.838,0 @ 15 – 24 jaar 11,0 955,0 @ 25 – 34 jaar 13,6 1.173,0 @ 35 – 54 jaar 33,4 2.874,0 @ 55 – 64 jaar 10,8 929,0 @ 65 + 9,8 839,0 @ Woningen Aantal woningen totaal 100,0 3.348,0 + Koopwoningen 74,0 2.478,0 + Sociale huurwoningen 25,0 837,0 + Particuliere huurwoningen 1,0 33,0 + Eengezinswoningen 93,0 3.114,0 + Meergezinswoningen 6,9 234,0 + Gemiddelde woningbezetting 0,1 2,57 + Bedrijvigheid Aantal bedrijven totaal 100,0 550,0 @ Landbouw, jacht, bosbouw en 18,1 100,0 @ visserij Nijverheid 3,6 20,0 @ Bouwnijverheid 17,3 95,0 @ Handel en reparatie van 2,7 15,0 @ motorvoertuigen Groothandel en 10,0 55,0 @ handelsbemiddeling Detailhandel 7,3 40,0 @ Horeca 1,8 10,0 @ Vervoer, opslag en communicatie 3,6 20,0 @ Financiële instellingen 1,8 10,0 @ Verhuur en zakelijke 21,0 115,0 @ dienstverlening Openbaar bestuur en onderwijs 1,8 10,0 @ Gezondheids- en welzijnszorg 4,5 25,0 @ Cultuur, recreatie en overige 5,4 30,0 @ dienstverlening Overig 1,1 5,0 @ Aantal mensen werkzaam in Eemnes 1.760,0 @ Aantal winkelcentra 2 *

* bron: internetsite gemeente Eemnes + bron: woonvisie gemeente Eemnes: ‘Fijn wonen in Eemnes’ @ bron: internetsite Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)

- 86 -

7 BELEIDSKADERS

In deze paragraaf wordt het relevante ruimtelijk beleid weergegeven voor de gemeente Eemnes. Daarbij is een onderscheid gemaakt tussen rijks-, provinciaal-, regionaal en gemeentelijk beleid.

7.1 Rijksbeleid

Vooralsnog is het vigerende rijksbeleid verwoord in de Vierde Nota op de Ruimtelijke Ordening Extra (VINEX).

Procedureel In januari 2001 is het eerste deel van de Vijfde Nota over de Ruimtelijke Ordening uitgekomen; het kabinetsstandpunt. In de Vijfde nota zijn de uitgangspunten, beleidsdoelstellingen en maatregelen van het nationaal ruimtelijk beleid voor de periode 2001-2020 weergegeven. Er heeft inspraak en overleg over plaatsgevonden, maar de Tweede Kamer heeft de Vijfde Nota echter niet meer voor de verkiezingen in 2002 vastgesteld.

Na de verkiezingen in 2002 heeft het nieuwe kabinet de Stellingnamebrief Nationaal Ruimtelijk Beleid uitgebracht. Begin 2003 zijn er echter weer nieuwe verkiezingen geweest en het is goed mogelijk dat het nieuwe kabinet weer een nieuwe lijn uitzet. De Stellingnamebrief geeft aan dat er geen aangepast deel 3 van de Vijfde Nota, komt, maar een Nota Ruimte, waarin andere nationale beleidsdocumenten, zoals het Structuurschema Groene Ruimte 2, worden verweven. Over de concrete inhoudelijke invulling van de Nota Ruimte is ten tijde van de opstelling van dit structuurplan nog niets bekend.

Rode en groene contouren Een belangrijk punt in deel 1 van de Vijfde Nota zijn de rode contouren. Om het buitengebied te vrijwaren van extra bebouwing moest het bebouwde gebied worden voorzien van een rode contour. De rode contour vormt de begrenzing van het thans bebouwde gebied met daarbij gevoegd de tot 2015 benodigde uitbreidingen. De (samenwerkende) gemeenten zouden de rode contouren trekken en de provincies zouden deze uiterlijk in 2005 vastleggen op de streekplankaart. Naast de rode contouren worden ook groene contouren geïntroduceerd. Gebieden met bijzondere natuurlijke waarden en kenmerken of landschappelijk en cultuurhistorisch waardevolle elementen zouden worden voorzien van een dergelijke groene contour. De contouren zouden door de provincies worden getrokken en opgenomen in het streekplan.

Volgens de Stellingnamebrief hoeven de rode contouren nog maar in specifieke situaties (zoals de Nationale Landschappen) getrokken te worden. Ook het aantal kwaliteitseisen voor de rode contouren wordt sterk beperkt. Meer verplichtende samenwerking tussen gemeenten zal waar nodig worden vormgegeven via een aangepaste Wet Gemeenschappelijke Regelingen (WGR). De groene contouren worden beperkt tot gebieden met de hoofdfunctie natuur.

- 87 -

Kaartbeeld 28. Kaartuitsnede van Eemnes en omgeving uit de Streekplankaart. Bron: Provincie Utrecht (2003) Voorlopig vastgesteld ontwerp Streekplan.

- 88 -

Het beleid zoals dat ten aanzien van rode en groene contouren is weergegeven in de Vijfde Nota, zal dus naar verwachting in veel beperkte mate terugkomen in de Nota Ruimte, waarmee de gevolgen van een dergelijk beleid voor veel gemeenten minder ingrijpend zullen zijn dan verwacht.

Grotere beleidsvrijheid De belangrijkste boodschap uit de Stellingnamebrief is de grotere beleidsvrijheid van de niet-rijksoverheden. Voor provincies betekent dit een grotere coördinerende rol en meer invloed op het verstedelijkingsbeleid. Zij moeten de afweging gaan maken tussen bundeling in stedelijke gebieden en ruimte bieden op het platteland. Het ruimtelijk beleid voor bedrijventerreinen en bovenlokale voorzieningen wordt eveneens door de provincies gevoerd. De gemeenten krijgen meer vrijheden en krijgen meer te zeggen over het aantal woningen dat gebouwd gaat worden (mits specifieke groepen op de woningmarkt meer mogelijkheden krijgen).

7.2 Provinciaal beleid: concept ontwerp streekplan

Procedureel De provincie Utrecht is momenteel bezig met de herziening van het streekplan. In februari ’03 is een eerste concept van het ontwerp-streekplan 2005-2015 uitgebracht. Op 1 juli heeft Gedeputeerde Staten een voorlopig standpunt ingenomen ten aanzien van het concept ontwerp streekplan. In november 2003 zal GS een definitief standpunt innemen en het ontwerp-streekplan vaststellen. Na de zomer van 2004 zal het streekplan uiteindelijk door Provinciale Staten worden vastgesteld. Deze paragraaf is gebaseerd op de tekst uit het concept ontwerp Streekplan voor zover deze van belang is voor de gemeente Eemnes.

Bebouwd gebied Een belangrijk uitgangspunt voor de Provincie Utrecht betreft zorgvuldig ruimtegebruik. Zorgvuldig ruimtegebruik betekent efficiënt, intensief, meervoudig en duurzaam gebruik van de ruimte1. Het gebruik van rode contouren wordt daarbij gezien als een belangrijk sturingsinstrument om invulling te geven aan zorgvuldig ruimtegebruik. Voor Eemnes is de getrokken rode contour vooralsnog zowel in het noorden als in het zuiden van de bestaande kern onderbroken, wat betekent dat in beide richtingen nog mogelijkheden zijn voor uitbreiding (kaartbeeld 28).

Een zone langs de A1 ten noorden van Baarn is door de provincie aangegeven als potentiële locatie voor de plaatsing van 2x ca. 6 windturbines. Momenteel loopt nog een Milieu-Effect-Rapportage, wat maakt dat de betreffende locaties nog potentiële locaties zijn. Voor de plaatsing van de windturbines gelden de randvoorwaarden zoals die door de provinie zijn vastgelegd in het Windplan Utrecht.

1 Provincie Utrecht (2003) Voorlopig vastgesteld ontwerp Streekplan.

- 89 -

Kaartbeeld 29. Kaartuitsnedes Eemnes. A: stiltegebieden; B: Vogelrichtlijngebied en weidevogels; C: botanisch / faunistisch waardevolle gebieden; D: het watersysteem; E: visiekaart recreatie; F: visiekaart land- en tuinbouw Bron: Provincie Utrecht (2003) concept ontwerp Streekplan.

- 90 -

Eemnes heeft een woningbouwprogramma van totaal 400 woningen in de periode 2005- 2015. Het bedrijventerrein in het zuidwesten van de kern kan worden uitgebreid met bruto 10 ha, aansluitend aan het bestaande terrein. Deze uitbreiding is ook bestemd voor regionale opvang van bedrijven uit Baarn, Laren en Soest.

Er moet rekening worden gehouden met de plannen voor een toekomstige railverbinding langs de westkant van de A27 die Utrecht/Hilversum via Eemnes en de Stichtsebrug met Almere moet verbinden. Bij realisering van deze gewenste verbinding, genaamd de Stichtse Lijn, zal Eemnes een halteplaats moeten worden.

Ook rond de bestaande bebouwing van Eembrugge is een contour opgenomen. Er zijn overwegend bedrijfsfuncties aanwezig met incidenteel enkele woningen. Op enkele open percelen nabij de Bisschopsweg/Eemweg is beperkte inbreiding met (semi)stedelijke functies niet uitgesloten.

Landelijk gebied Centrale doelstelling voor het landschap van Eemland is het behoud van het gave, open karakter van het gebied. Een goede agrarische structuur biedt daarvoor de beste garantie. De landbouw hier bestaat hoofdzakelijk uit melkveehouderij. Dankzij de uitvoering van een landinrichtingsproject zijn de agrarische gebruiksmogelijkheden sterk verbeterd.

De provincie heeft het buitendijks gelegen landelijk gebied bij Eemnes aangeduid als ‘landelijk gebied 2’ (kaartbeeld 28), wat betekent dat dit gebied de hoofdfunctie landbouw heeft. Landbouw als drager en beheerder van de open ruimte betekent dat in dit gebied de primair grondgebonden veehouderij zich waar mogelijk verder kan ontwikkelen.

Daarnaast bevat het gebied zowel landschappelijke als ecologische en cultuurhistorische waarden, en wordt het gebied gekenmerkt door recreatief medegebruik. De aanduiding ‘landbouwkerngebied’ (kaartbeeld 29F) voor de polder van Eemnes, maakt duidelijk dat er binnen bepaalde randvoorwaarden mogelijkheden aanwezig voor schaalvergroting en specialisatie.

Tevens worden binnen het grondgebied van Eemnes ook de aanduidingen ‘landelijk gebied 1, 3 en 4’ (kaartbeeld 28) aangetroffen. ‘Landelijk gebied 1’ fungeert voornamelijk als stedelijk uitloopgebied. Dit gebied is tevens ‘recreatief ontwikkelingsgebied’ (kaartbeeld 29E), wat betekent dat uitbreiding of verbetering van recreatieve voorzieningen bij uitstek een duidelijke meerwaarde kan hebben voor de recreatiestructuur in het gebied. In ‘landelijk gebied 3’ vindt verweving van functies plaats en ‘landelijk gebied 4’ draagt als hoofdfunctie natuur.

Kernkwaliteiten van de Eemvallei zijn de lange vergezichten en de aanwezige oude zijdijken. Daarnaast is de geleidelijke overgang van het besloten stedelijk gebied van Amersfoort via het half open landschap naar het open veen-klei polderlandschap en vervolgens weer naar het besloten landschap van Heuvelrug bepalend voor het karakter van het gebied. Dit contrast dient versterkt te worden. Eemnes is gelegen op de overgang van het open polderlandschap naar de Heuvelrug en kan daarmee bijdragen aan het versterken van het aanwezige contrast.

- 91 -

Het gevaar van het water is in Eemland nog niet geweken. In deze regio moeten de dijken worden versterkt. Door een vrijwaringszone in te stellen wil de provincie voorkomen dat er ruimtelijke ontwikkelingen plaatsvinden die een eventuele dijkverzwaring of andere te nemen maatregelen bemoeilijken. Binnen de gemeentegrenzen van Eemnes heeft de provincie geen zoekgebied voor waterberging opgenomen (kaartbeeld 29D).

De Eem en de voor natuur ingerichte uiterwaarden en polders die er aan grenzen, zijn ecologisch van grote waarde (kaartbeeld 29A t/m C). De botanisch waardevolle graslanden in deze polders zijn ook van belang voor weidevogels, ganzen en wilde zwanen. Behoud en ontwikkeling van de aanwezige natuurwaarden zijn hierbij een doel. Een deel van Eemland is aangewezen als stiltegebied.

Vanwege de natuurstatus heeft het Eemmeer voor de toervaart voornamelijk een doorgangsfunctie. Uitbreiding van de jachthavens langs het meer en de rivier de Eem staat de provincie alleen toe als dit nodig is voor een rendabele bedrijfsvoering en de ruimtelijke kwaliteit niet onevenredig wordt aangetast.

Voor de recreant staat het beleven van rust en ruimte voorop in Eemland. Kansen om het netwerk van fiets- en wandelpaden te verfijnen zal de provincie benutten.

7.3 Gemeentelijk beleid en regionaal beleid op hoofdlijnen

De verschillende nota’s die zijn verschenen betreffende regionaal en gemeentelijk ruimtelijk beleid, worden hier in chronologische volgorde kort belicht. De hoofdlijnen van het beleid worden benoemd. Meer inhoudelijke punten van belang voor de ontwikkeling van Eemnes komen uitgebreid aan bod in hoofdstuk 9.

Eemnes, een eigentijdse gemeente met karakter In 2000 heeft de gemeente Eemnes, in het kader van de ontwikkeling van het streekplan, een visie op haar eigen grondgebied uitgebracht, getiteld: Eemnes, een eigentijdse gemeente met karakter. De visie is gebaseerd op een rapport van bureau Kolpron, waarin 4 groeiscenario’s zijn onderzocht, variërend van “geen groei” tot “groeistad”. In de visie wordt gekozen voor scenario 2, waarin de groei van de eigen gemeente en opvang van de buurgemeenten Blaricum en Laren was voorzien.

Visies gewest Eemland Het gekozen scenario uit ‘Eemnes, een eigentijdse gemeente met karakter’, is ook ingebracht in de Ruimtelijke Visie Eemland die in 2001 is opgesteld. Deze Visie is opgesteld in het kader van de ontwikkeling van de Vijfde Nota. Voor de Vijfde Nota zijn de verstedelijkingsmogelijkheden in de regio Utrecht onderzocht, waarbij bleek dat binnen de regio Utrecht onvoldoende mogelijkheden waren; gedacht werd dat de regio Eemland hier hulp kon bieden. De regio Eemland heeft als antwoord een eigen visie opgesteld. De Visie Buitengebied Eem&Vallei vormt de contramal van de Ruimtelijke Visie Eemland, waarbij de eerste gaat over het buitengebied en de tweede over de verstedelijking.

- 92 -

Raadsprogramma 2002-2006 Na de gemeenteraadsverkiezingen in 2002 heeft de gemeente Eemnes ten aanzien van de verstedelijking een andere lijn ingezet. Voor Eemnes als geheel wordt in het raadsprogramma 2002-2006 een beperkt groeiscenario nagestreefd, waarbij de eigen behoefte leidend is voor de uitgroei. Algemeen uitgangspunt in het raadsprogramma is dat er een gemeentelijk beleid wordt nagestreefd dat is gericht op versterking van de kwaliteit van het leefklimaat in Eemnes, door behoud van de zelfstandigheid en de eigen identiteit (dorpskarakter). Dit geldt niet alleen voor de huidige, maar zeker ook voor toekomstige generaties, waarbij de partijen doordrongen zijn van het rentmeesterschap wat hen stuurt.

Ten aanzien van de ruimtelijke ordening geeft het raadsprogramma verder aan dat het open landschap een karakteristiek is van Eemnes en dat tegen die achtergrond het evenwicht tussen stedelijke en groene ruimten moet worden bewaard en bewaakt. Voor de buitengebieden wordt een conserverend, consoliderend beleid gevoerd. Voor de leefbaarheid in het dorp zijn een gevarieerde opzet (met in de woonomgeving geïntegreerde voorzieningen) alsook de groene omgeving (met daarin aandacht voor openbaar groen en de groene buffer zones) van groot belang.

Samenwerking Blaricum-Eemnes-Laren (BEL) In het raadsprogramma van Eemnes is een goede samenwerking met Blaricum en Laren uitgangspunt. Andere samenwerking wordt niet uitgesloten, maar BEL-samenwerking heeft de voorkeur, ten einde ook op langere termijn de zelfstandigheid van Eemnes te ondersteunen en te bevorderen. De gemeenten Blaricum, Eemnes en Laren zijn met de provincies Utrecht en Noord-Holland bezig geweest om gezamenlijk een Strategisch Gebiedsperspectief op te stellen. In 2002 is er echter voor gekozen om een andere weg in te slaan: alleen op het gebied van voorzieningen en het gemeentelijk takenpakket zullen afspraken worden gemaakt ten aanzien van de samenwerking.

7.4 Belangrijkste conclusies voor het Structuurplan

Voor het Structuurplan is de regionale context waarbinnen Eemnes zich bevindt van groot belang. Met name de ligging van Eemnes in een, landelijk gezien, centrale regio, maakt dat de gemeente in de basis veel positieve aspecten heeft als vestigingsgemeente voor zowel mensen als bedrijven. Dit kan van invloed zijn op de ruimtelijke ontwikkelingen en vice versa. De relaties met de directe buurgemeenten en onderlinge afhankelijkheid speelt tevens een grote rol bij toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen.

Gegevens met betrekking tot de opbouw van de ondergrond kunnen bepalend zijn voor de fysieke mogelijkheden voor bepaalde ruimtelijke ontwikkelingen. Tevens kan, in samenhang met de historische beschrijving, een beeld worden verkregen van de locaties van waardevolle cultuurhistorische elementen of structuren, die ook in de toekomst een plek dienen te krijgen. De elementen en structuren uit het verleden maken daarmee deel uit van nieuwe structuren. Dit samen is bepalend voor de structuur en de beeldkwaliteit van de gemeente. Vanuit het nationale beleid zijn de meer coördinerende en toetsende rol van de provincie en de grotere vrijheden op gemeentelijk niveau voor de invulling van het ruimtelijk beleid

- 93 -

het belangrijkste voor het Structuurplan. Het wordt daardoor mogelijk om als gemeente, middels een helder uitgezette lijn in het Sructuurplan, meer de eigen hand te hebben in de daadwerkelijke ontwikkeling van de gemeente.

In het provinciale streekplan worden globale kaders gesteld voor de ontwikkelingsmogelijkheden van Eemnes. Binnen deze kaders is de gemeente vrij om eigen invulling te geven aan de ruimtelijke ontwikkelingen. De provincie zal in aansluiting daarop haar toetsende rol vervullen. De belangrijkste kaders die door de provincie zijn aangegeven, zijn: – de mogelijkheid om zowel richting noorden als richting zuiden van Eemnes met woningbouw uit te breiden, binnen de gestelde opgave van 400 woningen (incl. inbreiding); – de mogelijkheid tot het aanleggen van nieuw bedrijventerrein van 10 ha.; – de mogelijkheid om Eembrugge verder te ontwikkelen (binnen de aangegeven contouren); – de vrijwaringszone voor ontwikkelingen aan of op de Wakkerendijk; – de mogelijke aanleg van de Stichtse Lijn; – behoud van ecologische, cultuurhistorische en landschappelijke waarden; – mogelijkheden voor behoud en versterking van de aanwezige landbouw; – Eemnes is geen zoekgebied voor waterberging; – in een zone langs de A1, ten noorden van Baarn, zijn een tweetal potentiële locaties voor windturbines aangewezen.

Uiteindelijk worden echter de belangrijkste, meest bepalende kaders voor het Structuurplan gesteld op het gemeentelijke niveau. In het reeds geformuleerde gemeentelijk beleid voor Eemnes komen een aantal zaken naar voren die van belang zijn voor het Structuurplan. De belangrijkste zijn daarin: – Eemnes streeft een beperkt groeiscenario na, waarbij de eigen behoefte leidend is; – versterken van de kwaliteiten van het landschap en het leefklimaat; – behouden van de eigen identiteit, het dorpse karakter; – verder ontwikkelen van de groene omgeving.

- 94 -

- 95 -

DE LAGENBENADERING

Ruimtelijke Ordening is een proces, dat automatisch en hoe dan ook doorgaat. Ook als er op gemeentelijk niveau geen afspraken worden gemaakt en beslissingen worden genomen. Voor Eemnes betekent dit, dat behouden van het huidige karakter, zoals door het gemeentebestuur wordt nagestreefd, niet zondermeer mogelijk is. Om het karakter van Eemnes te kunnen behouden, moet actie worden ondernomen. Daartoe moeten twee vragen beantwoord worden: (1) welke veranderingen voltrekken zich en waarom en (2) wat moet van Eemnes (van de nederzetting en het landschap) behouden blijven of zelfs hersteld worden, en hoe en waarom.

Het is mogelijk om te verkennen welke veranderingsprocessen zich afspelen en hoe die processen afzonderlijk en in samenhang met elkaar worden geïnterpreteerd. En vooral hoe die waargenomen processen gewaardeerd worden. Verkennen van de veranderingsprocessen kan volgens de ‘lagenbenadering’. Deze benadering is ontwikkeld om in het proces van Ruimtelijke Ordening, samen met de betrokkenen, een volgorde te kunnen vaststellen in de verschillende lagen waaruit het landschap bestaat.

Het komt er in het kort op neer dat het in ruimtelijke plannen zoals een Structuurplan het belangrijkste is om eerst de maatregelen voor de ‘Ondergrond’ (groen en water) vast te stellen. In deze laag liggen de condities voor mens en natuur vast: onze gezamenlijke ‘habitat’ en de daarbinnen gewenste ‘biotopen’. Daarna is het belangrijk de plaats van de ‘Netwerken’ en het functioneren van deze netwerken vast te stellen. Ten slotte is de ‘Occupatie’ aan de orde. Dit betreft het wonen, werken en andere grondgebruiksvormen.

Geconstateerd kan worden, dat er in het algemeen meer gediscussieerd wordt over de derde laag (de occupatie) dan over de eerste (de ondergrond) en de tweede laag (de netwerken). Dat is funest voor de kwaliteit van de ruimtelijke ordening.

In dit Structuurplan wordt de ruimte benut om het debat te openen over de gemeenschappelijke basis en ondergrond van Eemnes: de condities voor groen en water, zoals ze nu zijn en zoals ze voor de natuur en het landschap in de toekomst gewenst zijn. Vervolgens wordt ingegaan op de netwerken: de kracht en handicap van zovele snelwegafslagen in een dorp en het contrast tussen de systemen en mogelijke oplossingen daarvoor. Als de uitgangspunten voor laag één en laag twee opnieuw bepaald zijn, kunnen de vestigingsplaatsen voor wonen, werken en voorzieningen (de occupatie), misschien zelfs vanuit gedeeltelijk vernieuwde invalshoeken, bekeken worden.

De lagenbenadering wordt zowel in de analyse-fase, als ook in de fase van het ontwikkelen van ideeën en in de fase van het toetsen van deze ideeën gebruikt. De lagenbenadering is geen doel op zichzelf, maar een middel om de fysieke ruimtelijke omgeving en de veranderingsprocessen die daarin spelen te begrijpen, te waarderen en er grip op te krijgen. Tevens kan er richting worden gegeven aan de wensen en ideeën voor de toekomst. Kader 2. Toelichting op de lagenbenadering.

- 96 -

8 RUIMTELIJKE ANALYSE

In dit hoofdstuk wordt Eemnes ruimtelijk geanalyseerd. In de stedenbouw en met name de landschapsarchitectuur is voor zowel behoud als ontwikkeling een methode beschikbaar om te analyseren en in en later stadium ook doelstellingen en ambities te formuleren: de lagenbenadering. In het kader op de voorgaande bladzijde wordt deze benadering kort toegelicht.

8.1 Analyse van het zichtbare landschap

Het volgende is een beoordeling van het bestaande landschap en de ruimtelijke samenhangen en kwaliteiten die daarin vastliggen.

Ondergrond Opvallend zijn in eerste instantie drie zaken: de grote verschillen tussen nat en droog, de grote hoeveelheid kavelsloten en water en het nagenoeg ontbreken van bomen (kaartbeeld 30A). Dat laatste valt haast niet te rijmen met het zeer groene karakter van Eemnes. Echter: ondanks de geringe hoeveelheid bomen, hebben het landschap en de bebouwde kom van Eemnes een zeer groen karakter. Op de plattegrond zijn met enig inzicht wel de belangrijkste systemen van water en groen in de ondergrond zichtbaar.

Netwerken Bijzonder is de grote leegte op deze kaart (kaartbeeld 30B). Alleen de autosnelwegen en afslagen, de Wakkerendijk en Meentweg, de straten in de relatief kleine vlek van de bebouwde kom, de landweggetjes en enkele gedeeltes van de dijken zijn aangegeven. Een groot deel van Eemnes is ontoegankelijk. Daarentegen is ook een groot gedeelte van Eemnes direct verknoopt aan de autosnelweg (door haar geluid en zichtbaarheid vanaf de weg). Er zijn weinig stukjes Nederland / Europa die tegelijk zo toegankelijk zijn en toch zo charmant geïsoleerd zijn.

Occupatie Het meest opvallend is de zeer specifieke bebouwing aan met name de westzijde van de Wakkerendijk en de Meentweg (kaartbeeld 30C). De vorm, ligging, hoogte, oriëntatie en materialen van de bebouwing en de bijbehorende erven zijn specifiek en uniek. Daarnaast vallen de haast gelijkvormige vlakken van de bebouwde kom op aan de noord- en zuidzijde van de Laarderweg en de dorpskern. Na enig speurwerk is ook de tweede kern zichtbaar, die van oudsher aanwezig is langs de Wakkerendijk. Deze tweede kern, die inmiddels een integraal onderdeel van het dorp is, werd oorspronkelijk ‘Eemnes binnen’ genoemd.

Daarnaast zijn er enkele reeksen met meer gespreide bebouwing. Dit betreft de bebouwing aan de westgrens van de gemeente langs de Goyergracht en de reeks agrarische bedrijfsgebouwen en woningen aan de oostelijke gemeentegrens.

- 97 -

Kaartbeeld 30. Ruimtelijke analyse van het zichtbaar landschap van Eemnes. A: ondergrond; B: netwerk; C: occupatie.

- 98 -

Tenslotte is de oorsprong van Eemnes nog goed zichtbaar in de concentratie op de zuidoostelijke hoek van de kaart (kaartbeeld 30C). Het meest opvallend is dat in dit kaartbeeld de entiteiten nog min of meer van elkaar gescheiden liggen.

Om het dorp en het landschap nog iets beter te kunnen plaatsen is het zichtbare landschap ook op schaal 1:50.000 geanalyseerd (kaartbeeld 31A t/m C).

Eemnes toont zich dan in het systeem van water en groen als een volstrekt eigen ontginning. Op de kaart van de regionale netwerken is Eemnes onzichtbaar. En op een kaart met de occupatie op deze schaal toont zij opnieuw haar eigen gezicht, maar ook het uitgesproken contrast en het verschil tussen de lintbebouwing van de Wakkerendijk en Meentweg en de concentratie van bebouwing in de kern van Eemnes.

8.2 Analyse van het onzichtbaar (geworden) landschap

Eemnes heeft een heel eigen geschiedenis. Veel van de verhalen erachter zijn echter verdwenen. Toch spelen deze verhalen een belangrijke rol. Want voor een leefbare nederzetting is het van belang dat de geschiedenis leesbaar blijft en mogelijk weer meer leesbaar en beleefbaar wordt.

Ondergrond De oudste bewoning van Eemnes vond plaats op de verdwenen dekzandruggen. Het is goed de bodemschatten te lokaliseren. Het Europese en landelijke beleid is deze verder te laten liggen. Maar waar mogelijk kunnen ze wellicht een markante plaats innemen in nieuwe ontwikkelingen. Evident is verder de oorsprong van Eemnes, gelegen bij Eembrugge. Inmiddels bestaat Eembrugge uit niet meer dan enkele woningen, jachthavens en bedrijven bij de oostelijke snelwegafslag. De Wakkerendijk – Meentweg is ongeëvenaard. Deze dijk ‘vertelt’ het verhaal, waaraan Eemnes haar ruimtelijke karakter en kwaliteit ontleent. Met de aanleg en doortrekking van de A27 heeft Eemnes haar natuurlijke achterland ingeruild voor een aansluiting op heel Noordwest Europa. Met alle gevolgen van dien. Door het verdwijnen van de woeste gronden en veel van de kavelbeplantingen is de overgang in het landschap zeer abrupt.

Netwerken Het ‘blauwe’ water-netwerk is nooit heel zichtbaar geweest in Eemnes, maar inmiddels is de relatie met het water bijna helemaal verloren. De haven is geen haven meer. En het is net of de waterkerende functie van de Wakkerendijk – Meentweg en het buitendijks gelegen gebied ‘vergeten’ worden. Verder zijn er enkele in onbruik geraakte wegen die ooit de Goyergracht en de Wakkererendijk – Meentweg met elkaar hebben verbonden. Vooral het karakter van de Laarderweg is sterk veranderd met de doodlopende eindjes aan weerszijden van de autosnelweg en met de rotonde en voorrangskruising aan de dijk.

- 99 -

Kaartbeeld 31. Analyse van het zichtbaar landschap van Eemnes, schaal 1: 50.000. A: ondergrond; B: netwerk; C: occupatie.

- 100 -

Occupatie De verdwenen houtwallen en woeste gronden uit de topografie van rond 1900 springen in het oog, wanneer de oude kaarten worden bestudeerd. Maar net zo goed de grote vlakken tamelijk eenvormige bebouwde kom die er inmiddels overheen gelegd zijn. Deze worden gekenmerkt door geheel eigen systemen en ruimtelijke karakters die niet per se bij Eemnes zouden behoeven te horen.

Er zijn dus tal van kwaliteiten die een rol kunnen spelen voor het behouden en verder ontwikkelen van het eigen karakter van Eemnes.

8.3 Analyse van het virtuele landschap

Onder virtueel landschap kan het landschap worden verstaan, zoals dat al op de tekentafels ligt. Dit virtuele landschap kan ook het ‘Programma van Eisen’ worden genoemd, maar vaak zijn de plannen al veel verder dan alleen hun programma. Er moet hierbij gedacht worden aan: – het in kaart brengen van de voorgenomen grootschalige uitbreidingen van Almere, waarbij de omvang van de stad uiteindelijk zal verdubbelen; – de daarmee samenhangende Hoogwaardig Openbaar Vervoer-lijn langs de A27; – de effecten op de horizon van nog meer bebouwing, windmolens of bossen in de Flevopolders en de voorgenomen, reeds getekende, uitbreiding c.q voltooiing van Huizen tot aan de A27 die beeldbepalend is vanuit een zeer groot gedeelte van het landschap van Eemnes; – de vulling van de zuidelijke bermen van de A1 door de gemeente Baarn; – het uitblijven van ontwikkelingen op de oostelijke oevers van de Eem. Veel van deze dingen staan al vast (kaartbeeld 32), terwijl de effecten en de gevolgen nog lang niet in volle omvang duidelijk zijn. Dit maakt het moeilijk om er vervolgens consequenties of ruimtelijke maatregelen aan te ontlenen of erop te baseren.

Ook Eemnes heeft lopende opgaven en een programma gericht op ontwikkeling van de gemeente. Dit ‘Programma van Eisen’ voor de gemeente Eemnes is uitgebreid geanalyseerd en opgenomen in hoofdstuk 9. In het volgende hoofdstuk zijn de belangrijkste conclusies opgenomen. In het onderstaande wordt reeds kort ingegaan op de ruimtelijk van belang zijn aspecten.

Ondergrond Voor groen en water zijn er bijna geen plannen in de gemeente Eemnes. Er wordt gedacht aan talrijke kleinere natte natuurgebieden, onder andere langs de Eem en ten noorden van de Stachouwerweg. Maar voor een groot deel van het ten westen van de Wakkerendijk – Meentweg gelegen gebied is geen integraal groen- en waterprogramma.

Netwerken Het effect van het zwaarste netwerk is onzichtbaar: geluidhinder en luchtvervuiling van de autosnelwegen. In de gemeente Eemnes wordt gedacht over alternatieve systemen om het dorp te verlossen van het sluipverkeer, afkomstig van dezelfde snelwegen. Beter benutten van de snelwegen is van belang om zowel de bebouwde kom als het landschap veilig, schoner en autoluw te maken.

- 101 -

Kaartbeeld 32. Ontwikkeling in de buurgemeenten van Eemnes.

- 102 -

In het kader van verdere ontwikkeling van Eemnes zal ook de lokale ontsluiting voor zowel het autoverkeer als het langzaamverkeer verbeterd en uitgebreid moeten worden. Maatregelen voor met name de Laarderweg zijn noodzakelijk.

Occupatie Er is een groot aantal programmapunten met betrekking tot de re-allocatie van voorzieningen in de kern van Eemnes. Er zijn plannen voor een nieuw dorpscentrum. De gewenste aantallen woningen voor de komende jaren zijn min of meer bekend en ook de behoefte aan nieuwe werklocaties is in beeld gebracht. Over de toekomst van de recreatie zijn reeds enige ideeën gevormd. Deze programmapunten zullen op een goede manier binnen de vanuit de ondergrond en de netwerken gestelde kaders ingepast moeten worden in het landschap van de gemeente Eemnes.

- 103 -

Kaartbeeld 33. Analysekaart water.

- 104 -

9 LOPENDE OPGAVEN

In dit hoofdstuk worden de verschillende lopende opgaven die zijn onderscheiden in het kader van het Structuurplan uitgewerkt. De uitwerking krijgt vorm binnen de lijnen van de voor het structuurplan gehanteerde methode, de lagenbenadering. Daarbij wordt eerst stilgestaan bij de opgaven in de meest bepalende laag, de ondergrond. Daarna worden de opgaven binnen de netwerklaag besproken. Afsluitend zullen de opgaven voor de occupatie aan de orde komen.

9.1 Ondergrond

In de ondergrondlaag spelen water en groen een belangrijke sturende rol ten aanzien van toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Afstemming tussen water, groen en ruimte is noodzakelijk. Water en groen, ofwel de ondergrond, verkrijgen een sturende rol ten opzichte van de ‘rode’ ontwikkelingen die voornamelijk binnen de occupatielaag een plek krijgen.

9.1.1 Water

Fysiek-ruimtelijke situatie (kaartbeeld 33) Eemnes is gelegen in het deelstroomgebied Eemland. Een groot deel van het gemeentelijk grondgebied bestaat uit het oostelijk van Wakkerendijk / Meentweg gelegen poldergebied. Dit gebied is buitendijks gebied, met betrekkelijk hoge grondwaterstanden. Er vindt dan ook bemaling plaats om het water op peil te houden. In de zomer wordt er water uit de Eem ingelaten voor het natuurgebied in het noorden van de polder. Hier is een natuurgebied aanwezig, dat in eigendom is van de Vereniging Natuurmonumenten. De waterstanden in het natuurgebied worden op een hoger peil gehouden dan in het omliggende agrarische gebied. Het zuidelijk deel van de polder is voornamelijk in gebruik als grasland en is een zeer karakteristiek open gebied.

Algemene uitgangspunten waterbeleid In de Watervisie Vallei en Eem is aangegeven dat het buitendijks gelegen gebied gevrijwaard dient te blijven van nieuwe bebouwing, inclusief bedrijfsgebouwen (tenzij aangelegd op een terp van voldoende hoogte), of andersoortige verstedelijking vanwege de buitendijkse ligging en de waterbergende functie. Wel kan gezocht worden naar mogelijkheden voor coalities met andere ruimtelijke functies, zoals landbouw, cultuurhistorie, drinkwaterwinning en recreatie en toerisme. Er zijn volgens de Watervisie goede mogelijkheden aanwezig om water te koppelen aan de duurzame instandhouding van de aanwezige groene ruimte.

In de Watervisie Vallei & Eem is langs de kern van Eemnes, over de Wakkerendijk, een verstedelijkingsgrens getrokken om aan te geven dat verdere ‘stedelijke’ ontwikkeling aan de oostzijde van de dijk niet wenselijk is. Ook om Eembrugge is een dergelijke grens aangegeven. Daarnaast is in het buitengebied van Eemnes een coalitiezone benoemd voor met name de integrale ontwikkeling van water, natuur en landschap. Dit gebied wordt

- 105 -

reeds ontwikkeld als natuurgebied en is in eigendom van de Vereniging Natuurmonumenten.

Tevens geeft het Waterschap Vallei & Eem aan, dat er gestreefd dient te worden naar een duurzaam watersysteem, waarbij ook duurzaam stedelijk waterbeheer wordt nagestreefd. Kenmerken van een duurzaam watersysteem zijn: – het heeft voldoende capaciteit om hevige regenval op een gecontroleerde wijze te verwerken, zowel bij korte als bij hevige buien en langdurige neerslagperioden; – het is voor de vraag naar zoet water zo min mogelijk afhankelijk van de aanvoer van gebiedsvreemd water, het voldoet aan de gestelde veiligheidseisen; – het systeem doet recht aan gebiedseigen waterkwaliteiten en voorkomt zoveel mogelijk dat deze mengen of verontreinigd raken.

Ook in de stroomgebiedsvisie voor de Gelderse Vallei is aangegeven dat zowel de uiterwaarden van de Eem als de poldergebieden ten westen van de Eem beschikbaar moeten blijven voor de berging van buitenwater vanuit de Zuidelijke Randmeren en het Markermeer. Daarnaast wordt te kennen gegeven dat het wenselijk is de landbouw en de natuur in het poldergebied hydrologisch van elkaar te scheiden, om de kwaliteit van de (verder te ontwikkelen) natuur te kunnen verbeteren.

Rijkswaterstaat stelt dat de grootte van het buitendijks gelegen gebied dat beschikbaar is voor eventuele waterberging vanuit het Eemmeer en het Markermeer niet kleiner mag worden. Dit betekent dat voor Eemnes de Wakkerendijk de primaire waterkering blijft.

Veiligheid Voor de Wakkerendijk als primaire waterkering geldt een veiligheidsnorm (overstromingskans) van 1: 1250 jaar. Wellicht dient er in de komende jaren dijkverbetering plaats te vinden voor de Wakkerendijk / Meentweg, en ook voor de Veendijk, aangezien er door het Waterschap Vallei & Eem enkele problemen zijn geconstateerd ten aanzien van de steilheid en de hoogte van de taluds van de dijk en de in de dijk aanwezige duikers. Deze problemen kunnen betekenen dat de boven genoemde norm in de huidige situatie niet gehaald kan worden. Als dit het geval blijkt te zijn, zal er op enkele punten dijkverbetering nodig zijn.

Voor de regionale waterkering (de zomerdijk) zijn geen werkzaamheden voorzien. Bij doorbraak of overstroming van deze waterkering zal het buitendijks gelegen poldergebied overstromen. De maximale vloed is daarbij ca. 1,50 meter boven maaiveld. Gerekend moet hierbij worden op een overstromingsfrequentie van 1x per 50 jaar tot 1x per 100 jaar.

Waterkwaliteit Gebiedseigen water kan met name in de toekomst een belangrijke rol spelen in het beheren van de waterkwaliteit. De samenstelling van het water is onder andere bepalend voor het voorkomen van specifieke biotopen en daarmee van groot belang voor de aanwezige en te ontwikkelen natuur.

- 106 -

Met name menselijke invloeden zijn van invloed op de kwaliteit van het water. Emissies vanuit de agrarische sector (stikstoffen en fosfaten) en vanuit de rioolwaterzuivering veroorzaken een mindere kwaliteit.

Ten noorden en ten zuiden van de kern van Eemnes komt relatief veel schoon, kwalitatief goed kwelwater naar boven. Dit schone water biedt goede mogelijkheden in het kader van natuurontwikkeling, mits het water in het gebied vastgehouden kan worden.

Het water in de Eem is kwalitatief minder goed, maar in vele opzichten beter dan het water in het Eemmeer. Met name door het agrarisch gebruik van de polder zijn in de loop der jaren vele fosfaten en stikstoffen in het Eemmeer terecht gekomen.

Waterbeheer in de bebouwde kom Zoals reeds eerder genoemd dient ook binnen de bebouwde kom gestreefd te worden naar duurzaam waterbeheer. Dit betekent concreet: – duurzaam bouwen; – niet afwentelen van problemen op het landelijk gebied; – voldoende bergings- en infiltratiecapaciteit; – in regionaal verband aanpakken van stedelijke waterprojecten en afkoppelingsprojecten.

Er zijn momenteel nauwelijks problemen ten aanzien van het beheer van het ‘stedelijk’ water. Er wordt gewerkt aan een nieuw rioleringsplan voor de gemeente Eemnes. In de nieuwere woonwijken van Eemnes wordt regenwater reeds gescheiden van het rioolwater. Dit regenwater wordt voor infiltratie direct afgevoerd richting buitengebied. Deze afkoppeling kan in de toekomst door worden gezet in aanpassingen in de bestaande kern en in nieuwbouw.

Bij stedelijke uitbreiding dient middels compensatie ongeveer 7 ½ tot 10 % van het totale nieuw verharde oppervlak in de vorm van nieuw open water teruggebracht te worden. Dit open water dient daarbij binnen, of aangrenzend aan, het nieuwe verharde oppervlak te zijn gelokaliseerd.

Belangrijkste conclusies voor het Structuurplan De belangrijkste conclusies ten aanzien van water en de omgang met water, zijn: – het buitendijks gebied dient beschikbaar te blijven voor de opvang van water uit het Eemmeer, en dient dus gevrijwaard te blijven van bebouwing; – er zijn goede mogelijkheden om water te koppelen aan de ontwikkeling van andere functies in met name landelijk gebied, zoals natuur(ontwikkeling); – er zijn goede kansen aanwezig voor duurzaam waterbeheer, zowel binnen als buiten de bebouwde kom.

- 107 -

Kaartbeeld 34. Analysekaart groen / landbouw.

- 108 -

9.1.2 Groen en natuur

In europees verband zijn de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn opgesteld, die bindende regels geven voor de lidstaten van de Europese Unie. De Vogelrichtlijn richt zich op het behoud van de vogelstand, de Habitatrichtlijn richt zich op instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna (met uitzondering van vogels). Het Eemmeer en Gooimeer zijn Vogelrichtlijngebied.

De Vogel- en de Habitatrichtlijn zijn inmiddels ook verankerd in de nederlandse wetgeving. Sinds april 2002 is de Flora- en faunawet in werking getreden. Deze wet richt zich op de bescherming van in het wild levende planten en dieren. De wet bepaalt dat de initiatiefnemer voor een ruimtelijke ingreep vooraf moet beoordelen of er mogelijke nadelige consequenties zijn voor beschermde inheemse soorten. Het Structuurplan op zich zelf is nog geen ruimtelijke ingreep.

Het beleid van de gemeente is gericht op het bevorderen en bewaken van de unieke landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten van het buitengebied.

In Eemnes zijn natuur en landschap nauw met elkaar verweven (kaartbeeld 34). In de omgeving en binnen de gemeente zelf zijn verschillende beschermde natuurgebieden aanwezig, die worden afgewisseld met agrarische gebieden in de polder. Het Eemmeer is aangewezen als natuurmonument. De zone langs de Eem, het veenweidegebied, is door de Provincie aangewezen als ecologische zone . Dit biedt mogelijkheden voor de verdere ontwikkeling van natuur langs de oevers van de Eem. Tevens kan bekeken worden of er mogelijkheden zijn om de Eem meer ruimte te geven. Een voorwaarde daarbij is wel dat de beroepsscheepvaart over de Eem kan blijven bestaan. De Eempolder zelf is aangewezen als stiltegebied. Er komen tevens enkele grote weidevogelgebieden voor binnen de open polder.

Natuurontwikkeling vindt op toenemende schaal plaats binnen de gemeente Eemnes. In de toekomst biedt het gebied in verschillende richtingen mogelijkheden voor eventuele uitbreiding van het areaal natuurgebied. Gebieden waar natuurontwikkeling gaat plaatsvinden, zijn vaak gebieden met een huidige landbouwfunctie. In het Natuurgebiedsplan Eemland is aangegeven dat deze nieuw te ontwikkelen gebieden dienen bij te dragen aan de versterking van de reeds bestaande natuurwaarden in het gebied. Daarbij vormen enkele nieuwe elementen tevens een onderdeel van ecologische verbindingszones, waarvan de Eem de belangrijkste is in het gebied. In totaal is er binnen de gemeente Eemnes reeds ca. 364 ha. nieuwe natuur ontwikkeld binnen de kaders van het Natuurgebiedsplan.

In de komende jaren dient het areaal natuur verder uitgebreid te worden en dienen op enkele cruciale punten ecologische verbindingen tot stand gebracht te worden.

- 109 -

Belangrijkste conclusies voor het Structuurplan De belangrijkste conclusies voor het groen en de natuur(ontwikkeling) in Eemnes zijn: – natuur is sterk verweven met landschap; – er zijn hoge (beschermde) natuurwaarden aanwezig in het gebied (o.a. weidevogelgebieden); – er zijn goede mogelijkheden aanwezig voor verdere natuurontwikkeling in met name het buitengebied (ecologische verbindingszones).

9.1.3 Landbouw

In Eemnes is een groot deel van de grond in gebruik voor agrarische doeleinden (kaartbeeld 34). Ca. 2500 ha (van het totaal van 3.367 ha) is in gebruik bij voornamelijk melk- en rundveehouderijen. Daarnaast is er een paardenfokkerij aanwezig.

In de afgelopen jaren heeft zich een ruilverkaveling voltrokken in het gebied, om de structuur van het agrarisch gebied te verbeteren. Daarbij zijn een aantal boerderijen verplaatst vanuit het ‘midden’ van de polder naar de randen. De meeste boerderijen zijn momenteel gevestigd langs de Wakkerendijk – Meentweg en de Geerenweg. De verbetering van de agrarische structuur in het gebied neemt niet weg dat er momenteel te veel grond is voor het aantal boeren dat in de polder aanwezig is. De verwachting is, dat binnen enkele jaren nog meer grond zal vrijkomen als de situatie ten aanzien van de grondprijs en uitbreidingsmogelijkheden gehandhaafd blijft. Naar verwachting zal, in aansluiting op de landelijke tendensen, het aantal boerenbedrijven afnemen. Dit biedt voor de toekomst enige mogelijkheden voor schaalvergroting voor de achterblijvende bedrijven, mits de vrijkomende locaties hiertoe geschikt zijn en er voldoende mogelijkheden geboden worden om een rendabele bedrijfsvoering te voeren.

De gemeente Eemnes erkent het belang van de aanwezigheid van een duurzame agrarische sector. Een florerende landbouw is dan ook het meest wenselijk. Daarbij speelt het in stand houden van het karakteristieke cultuurhistorische landschap ook een rol. Voor de landbouw is in de toekomst wellicht een grotere rol weg gelegd op het gebied van landschapsbeheer en recreatief medegebruik. Middels plattelandsvernieuwing zullen er naar verwachting steeds meer activiteiten in het kader van verbrede landbouw ontplooid worden, waarbij gedacht wordt aan ecologische bedrijfsvoering, ‘kamperen bij de boer’, combinatie met zorg (zorgboerderijen), etc.

Belangrijkste conclusies voor het Structuurplan De belangrijkste conclusies ten aanzien van de agrarische functie in Eemnes zijn: – er is te veel grond voor het aantal boeren; – er moeten voldoende mogelijkheden geboden worden voor een rendabele bedrijfsvoering; – verwachting: daling aantal agrarische bedrijven bij gelijkblijvend areaal landbouwgrond; – kansen voor verbrede landbouw (o.a. agrarisch natuurbeheer en recreatie).

- 110 -

9.2 Netwerken

Binnen de netwerklaag zijn in Eemnes met name de verschillende verkeersstructuren en het functioneren daarvan van belang voor de ruimtelijke inrichting en ontwikkeling.

9.2.1 Verkeer

Regionaal Op landelijk / regionaal niveau staan enkele projecten op stapel die van invloed zullen zijn op de ontwikkeling van Eemnes: – A1 Eemnes-Barneveld: er wordt een planstudie uitgevoerd; capaciteitsvergroting van de A1 is noodzakelijk; daarvoor zijn twee alternatieven in studie: beter benutten of verbreden; – In het kader van de Spoedwet Wegverbreding worden de volgende projecten uitgevoerd (binnen vijf jaar) ● A27 Utrecht-Noord – knooppunt Eemnes: aanleg van een enkele spitsstrook op de oostbaan. Opmerking op lange termijn mogelijk verdere capaciteitsuitbreiding. Ten oosten van Utrecht is ontmenging van het verkeer gewenst. ● A1 ’t Gooi-Hilversum Noord: 2x2 wordt 2x3 rijstroken. Vluchtstrook wordt spitsstrook. – Ten aanzien van het openbaar vervoer is met name de mogelijke ontwikkeling van de ‘Stichtse Lijn’ van invloed op de gemeente Eemnes. Deze Hoogwaardige Openbaar Vervoer lijn dient een verbinding te worden tussen Utrecht en Almere, en is gelegen langs de A27. Vooralsnog is de aanleg van deze lijn een wens vanuit onder andere de provincie Utrecht, maar zijn er nog niet voldoende middelen beschikbaar voor realisatie.

Lokaal: Structuren

Auto De twee rijkswegen nabij de gemeente Eemnes bepalen voor een groot gedeelte het beeld van de autostructuur (kaartbeeld 35). De aansluiting Eemnes vanaf de A27 is de belangrijkste toe- en afrit voor Eemnes (ook ontsluiting van Laren). Vanaf deze aansluiting wordt het verkeer via de Zuidersingel en de Verlegde Laarderweg verdeeld over de kernen.

Daarnaast is de gemeente op drie andere plaatsen op het snelwegennet aangesloten (aansluiting Huizen op A27 en aansluitingen Soest en Eembrugge op A1). De belangrijkste wegen binnen de kern die door het gemotoriseerd verkeer worden gebruikt zijn de Noordersingel, Laarderweg, Zuidersingel, Verlegde Laarderweg, Stadwijksingel, Wakkerendijk, Plantsoen en Braadkamp. Op deze wegen komt het verkeer vanuit de aanliggende buurten samen. De intensiteiten op de Laarderweg komen op etmaalbasis ongeveer uit op ca. 7000 voertuigen. Het percentage licht vrachtverkeer ligt relatief hoog (ca. 22,5%), slechts 3% van het verkeer betreft zwaar vrachtverkeer .

- 111 -

Kaartbeeld 35. Analysekaart gemotoriseerd verkeer.

- 112 -

Het bedrijventerrein ‘Zuidbuurt’ wordt via de Zuidersingel ontsloten naar de aansluiting Eemnes van de A27. Op de Zuidersingel rijdt dus relatief veel vrachtverkeer. De intensiteiten in het avondspitsuur volgens het verkeersprognosemodel 2015 van Eemnes zijn in kaartbeeld 36 afgebeeld.

Fiets Het fietspadennetwerk in de kern voldoet over het algemeen goed. De structuur is goed en dekkend voor het hele gebied (kaartbeeld 36).

Openbaar vervoer Op dit ogenblik bedient slechts één lijn (136) Eemnes, de verbinding Amsterdam – Hilversum (kaartbeeld 37). De doorgaande verbinding Almere – Hilversum stopt niet in Eemnes.

Lokaal: Problemen

Auto Op het gebied van veiligheid doen zich in Eemnes zelf geen grote problemen (meer) voor. Enige objectief onveilige locatie is het kruispunt Stadwijksingel – Zuidersingel. Wel zijn er subjectief onveilige situaties / routes, vooral Stadwijksingel, Laarderweg en Plantsoen/Braadkamp. Ook bestaat onduidelijkheid over de categorisering van de Laarderweg. Deze bestaat nu deels uit een erftoegangsweg (30 km/h) en deels uit een gebiedsontsluitende (50 km/h) weg. De Wakkerendijk (en de Stammeweg) wordt bij files op de rijksweg A27 in de ochtendspits als sluiproute gebruikt (kaartbeeld 35). Het daaruit voortkomende sluipverkeer is ongewenst. In de toekomst zou het sluipverkeer verder kunnen toenemen, als gevolg van de uitbreiding van Almere en het achterwege blijven van de aanpassing van de capaciteit van de A27.

Fiets Wanneer naar comfort, directheid en kwaliteit van het fietsnetwerk wordt gekeken is over het algemeen het fietsnetwerk binnen de gemeente Eemnes van goede kwaliteit. In het fietsnet binnen de kern zijn wel enkele knelpunten te benoemen in de vorm van ontbrekende schakels en moeilijk oversteekbare plaatsen (kaartbeeld 37).

Openbaar vervoer De loopafstand tot de haltes valt niet binnen een redelijke waarde van ca. 500 meter. Met name het Noordelijke en Zuidwestelijke deel van Eemnes vallen buiten deze afstand. Veelal wordt dit probleem ondervangen door het toepassen van Collectief Vraagafhankelijk Vervoer.

- 113 -

Kaartbeeld 36. Analysekaart langzaam verkeer.

- 114 -

Lokaal: Wensen De geformuleerde wensen zijn opgesteld op basis van een gesprek met de Fietsersbond en verzameld uit de literatuur van verschillende studies. Daarnaast heeft DHV eigen aandachtspunten vanuit verkeerskundig oogpunt opgesteld.

Bij nieuwe ontwikkelingen dient er een integrale afweging te komen tussen de wensen en mogelijkheden van de drie lagen (ondergrond, netwerken en occupatie). Bij reeds vastgestelde verplaatsingen van voorzieningen dient de verkeersstructuur er zo goed mogelijk op afgestemd te worden. Zo dienen het nieuwe winkelcentrum en het nieuwe scholencomplex aangesloten te zijn op het fietsnetwerk.

Auto De aanleg van een rotonde bij de toe- en afrit van de A27, danwel ombouw van de aansluiting, is gewenst. Maatregelen zijn gewenst om het sluipverkeer vanaf de A27 te weren. Voor het vrachtverkeer geldt dat een goede bereikbaarheid gegarandeerd moet blijven naar het nieuwe dorpscentrum voor het afleveren van goederen. De gemeenteraad heeft onlangs besloten de gehele Laarderweg als erftoegangsweg in te richten.

Fiets De aanleg van ontbrekende schakels in het fietsnetwerk binnen de kern is gewenst. Ook langs de hoofdwegen van Eemnes dient het fietsnet gecompleteerd te worden, te denken valt aan het noordelijk deel van de Noordersingel.

Openbaar vervoer Bij de toekomstige structuur van het openbaar vervoer (en waar nodig door Collectief Vraagafhankelijk Vervoer) dient rekening gehouden te worden met de toekomstige ontwikkelingen. De wensen en mogelijkheden moeten besproken worden met de OV- aanbieders en de provincie.

Belangrijkste conclusies – Eemnes beschikt over een goed fietspadennetwerk binnen de bebouwde kom; – er is slechts één busverbinding door Eemnes; – er zijn plannen voor een Hoogwaardige Openbaar Vervoer verbinding tussen Utrecht en Almere, met een halte in Eemnes; – Eemnes kampt met enkele verkeersproblemen op met name de Laarderweg en de Wakkerendijk; – Er is sprake van sluipverkeer vanaf de snelwegen over de Meentweg – Wakkerendijk en de Laarderweg.

- 115 -

Kaartbeeld 37. Analysekaart openbaar vervoer.

- 116 -

- 117 -

Kaartbeeld 38. Analysekaart wonen.

- 118 -

9.3 Occupatie

Binnen de occupatielaag komen de verschillende grondgebruiksvormen aan bod. Deze grondgebruiksvormen hebben een component op het niveau van de gehele gemeente, maar hebben daarnaast een belangrijke component specifiek in de kern (de bebouwde kom) van Eemnes. Voor enkele functies wordt dan ook specifiek ingezoomed op de kern.

9.3.1 Wonen

Regionaal De provincie Utrecht heeft in de aanloop naar het nieuwe streekplan reeds een aantal ruimtelijke keuzes op hoofdlijnen aangegeven. Daarin wordt Eemnes gezien als een kern met mogelijkheden voor beperkte stedelijke uitbreiding, liefst ten zuiden van de huidige kern. In het concept ontwerp streekplan van de provincie Utrecht wordt een woningbouwprogramma van 400 woningen genoemd voor Eemnes, voor de periode 2005 – 2015.

Op regionaal niveau zijn er verschillende intentieverklaringen opgesteld, waarin enkele afspraken betreffende de toekomstige verstedelijking van de regio zijn opgenomen: – 50 % van de verstedelijkingsopgave in de regio dient plaats te vinden binnen bestaand bebouwd gebied tot 2015 – 1/3 van de woningbouwproductie dient uit particulier opdrachtgeverschap bestaan; – er dienen binnen de regio 4000 huurwoningen te worden verkocht; – 12% van de nieuw te bouwen woningen dient te bestaan uit sociale koopwoningen; – er dient een op vraag gericht woningbouwprogramma gemaakt te worden ten aanzien van ouderenhuisvesting en woonzorgeenheden.

Lokaal: Huidige samenstelling Uit het beschikbare cijfermateriaal blijkt dat de gemeente Eemnes over 3.348 woningen beschikt (kaartbeeld 38). Dit totaal aantal woningen kan worden onderverdeeld in 25% sociale huur-, 1% particuliere huur- en 74% koopwoningen. Het grootste deel van de sociale huurwoningen zijn eengezinswoningen. De koopwoningen in Eemnes zijn voornamelijk rijtjeshuizen (eengezinswoningen).

Op 1 januari 2002 bedroeg het aantal inwoners van de gemeente Eemnes 8.608. Hieruit volgt dat de gemiddelde woningbezetting voor de gemeente 2,57 is. Dit is hoger dan het landelijk gemiddelde, omdat in Eemnes veel nieuwe eengezinswoningen zijn gebouwd in de jaren zeventig. Er zijn daarmee in één keer veel jonge gezinnen met kinderen bijgekomen, waardoor Eemnes nu ‘achterloopt’ op de landelijke trends, waarin de gemiddelde woningbezetting steeds lager wordt.

De diversiteit in het huidige woningaanbod is gering. Maar liefst 93% van de totale woningvoorraad in Eemnes is eengezinswoning. Dit resulteert in beperkte doorstroming van inwoners binnen de gemeente. Daarnaast wordt op enkele plekken binnen de gemeente de kwaliteit en de inrichting van de openbare ruimte minder gewaardeerd.

- 119 -

Om de situatie omtrent het wonen zelf, de kwaliteit van het wonen en de woonomgeving, en de behoeften voor de toekomst helder in beeld te krijgen, is de ‘Woonvisie: Fijn wonen in Eemnes’ opgesteld. Daarin wordt het gemeentelijk beleid ten aanzien van het wonen uiteengezet. In het onderstaande worden de voor het Structuurplan meest belangrijke punten hieruit kort weergegeven.

Lokaal: Kwantitatieve woningbehoefte De gemeente Eemnes kiest ervoor om in de toekomst alleen voor de eigen behoefte te bouwen. In de periode tot en met 2005 worden nog 167 woningen in de Noordbuurt opgeleverd. Nodig zijn dan in de periode 2005-2015 circa 400 nieuwe woningen.

Het woningbouwprogramma tot 2015 wordt verder deels middels inbreiding gerealiseerd. Inbreidingslocaties zijn: ‘het Vierkante Bosje’, de vrijkomende schoollocaties in de Zuidbuurt, het nieuwe dorpscentrum, het gebied bij de Streefoordlaan / Molenweg en winkelcentrum ‘Torenzicht’. De rest van de woningbouw (circa 200 woningen in de periode 2005-2015) zal plaatsvinden op nieuwe uitbreidingslocaties.

Uit het meest recente woningbehoefteonderzoek2 blijkt dat de genoemde kwantitatieve woningbehoefte kan worden onderverdeeld naar verschillende typen woningen. Zo zal de vraag naar woningen met zorgvoorzieningen, in verschillende gradaties, toenemen als gevolg van de toenemende vergrijzing van de bevolking van Eemnes. Daarnaast is er binnen Eemnes zowel voor huur- als voor koopwoningen veel belangstelling.

Lokaal: Maatschappelijke behoefte (kwalitatieve woningbehoefte) De ontwikkeling van de bevolking van Eemnes tot 2015, en de daarmee gepaard gaande veranderende behoeften, kunnen als volgt in een kwalitatief bouwprogramma worden uiteengelegd: ca. 30 % huurwoningen, voornamelijk levensloopbestendig en ca. 70 % koopwoningen. Er is daarbij voornamelijk behoefte aan 2-onder-1-kap woningen, vrijstaande woningen en levensloopbestendige seniorenwoningen.

Ruimte, zowel in als om de woning is een toenemend belang bij de keuze voor een woning. In het huisvestingsbeleid van de gemeente Eemnes zijn voor de komende jaren twee speerpunten geformuleerd: – het creëren van voorwaarden waarmee ouderen zolang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen. Daarbij wordt specifieke aandacht besteed aan een integrale aanpak van wonen, zorg en dienstverlening; – voorkomen dat jongeren Eemnes verlaten vanwege gebrek aan geschikte woonruimte door een betere aansluiting op de woningmarkt te creëren.

Huisvesting van ouderen en andere zorgbehoevenden Ten aanzien van de toekomstige huisvesting voor ouderen en andere zorgbehoevenden zal in een aantal verschillende categorieën uitbreiding van het aanbod plaatsvinden: – met name voor mensen met lichte functiebeperkingen zal woonruimte gecreëerd moeten worden, zowel in de huur- als in de koopsector;

2 Gemeente Eemnes (2002). Onderzoek naar het wonen; bouwstenen voor een visie.

- 120 -

– zelfstandige woon – zorgwoningen binnen een woon – zorgcomplex; – woningen in een beschutte woonvorm; – clusterwoningen;

Van belang bij het realiseren van huisvesting voor ouderen en andere zorgbehoevenden is de locatie. Aanwezigheid van voorzieningen voor de dagelijkse behoeften in de directe omgeving (binnen een straal van 500 meter) verdient de voorkeur. Ook een halte voor het openbaar vervoer dient binnen reeds genoemde afstand aanwezig te zijn. Veiligheid en toegankelijkheid van de openbare ruimte zijn tevens van invloed op de locatie.

In de Woonvisie wordt meer gedetailleerd op deze specifieke vraag naar woningen ingegaan.

Huisvesting van jongeren Mogelijkheden om huisvesting voor jongeren te verbeteren binnen Eemnes liggen er op het gebied van het instellen van een startersfonds en de verkoop van huurwoningen.

Belangrijkste conclusies De belangrijkste conclusies voor het Structuurplan ten aanzien van wonen zijn: – er is een lage diversiteit in het woningaanbod van Eemnes: met name rijtjeshuizen / eengezinswoningen. De diversiteit dient uitgebreid te worden naar andere typen woningen, verdeeld over meerdere ‘klassen’; – er wordt gebouwd voor de eigen behoefte, wat vertaald kan worden in circa 400 woningen in de periode 2005-2015; – verwacht: grote vraag naar ouderen- en jongerenhuisvesting; – verwacht: mogelijke herinrichting van de openbare ruimte in enkele delen van de kern; – vrijkomende locaties in de kern bieden mogelijkheden voor inbreiding.

- 121 -

Kaartbeeld 39. Analysekaart werken.

- 122 -

9.3.2 Werken

Regionaal Eemnes maakt deel uit van een regio binnen Nederland die als geheel een hoge economische vitaliteit kent. De druk op de beschikbaarheid van bedrijventerreinen en kantorenlocaties binnen deze regio is hoog. Belangrijke vestigingseisen voor bedrijven blijven een goede bereikbaarheid per auto en voldoende parkeervoorzieningen. Door de ligging van Eemnes ten opzichte van de A1 en de A27, die voor de interne ontsluiting van de regio van groot belang zijn, zal er in de komende jaren blijvende ruimtedruk bestaan betreffende de vestiging van zowel industriële als met name dienstverlenende bedrijvigheid3. Hierbij zal met name de vraag naar gemengde terreinen, hoogwaardige bedrijventerreinen en distriebutieparken en kantorenparken blijven bestaan.

Er zijn binnen de regio4 tekorten aan bedrijventerrein. Een deel van deze tekorten wordt nu en in de toekomst opgevangen in Almere. Een deel van de tekorten zal echter ook binnen de regio zelf opgevangen moeten worden.

Lokaal Het aantal bedrijven in Eemnes is in de periode 1997-2001 gegroeid van circa 400 tot circa 600 (kaartbeeld 39). Daarbij is de werkgelegenheid binnen de gemeente ook gestegen, en wel met 45%, met name op het gebied van part-time medewerkers. Deze groei is het resultaat van een uitbreiding van het bedrijventerrein ‘Zuidbuurt’.

Er kan binnen Eemnes een onderscheid gemaakt worden in een aantal specifieke bedrijfscategorieën, te weten Dienstverlening, Ambachtelijk industrieel en Bouwnijverheid. Met name het aantal bedrijven in de dienstverlening is in de genoemde periode flink gestegen, terwijl er relatief weinig groei heeft plaatsgevonden in de industrie en bouwnijverheid.

In 2001 waren er in Eemnes 2500 mensen werkzaam, waarvan 50% afkomstig uit Eemnes. De werkloosheid lag daarbij op 2,2%, wat onder het Nederlands gemiddelde is. De werkgelegenheid was met name te vinden in de tertiaire en quartaire sector.

De omschakeling van industriële economie naar diensteneconomie gaat in Eemnes onverminderd door. Daarbij neemt de werkgelegenheid over de gehele linie toe. De verandering in aanwezige bedrijfscategorieën brengt met zich mee dat er ook andere vragen en eisen gesteld gaan worden aan de ruimtelijke inrichting van de omgeving van de bedrijven (locatie-eigenschappen), de bebouwingsmogelijkheden en de gebouwsoorten.

3 NEI (1996). Ontwikkeling van vraag en aanbod van bedrijfslocaties tot 2015 per regio. 4 Eemnes, Blaricum, Laren, Bunschoten, Baarn, Soest.

- 123 -

Kleinschalige bedrijvigheid Kleinschalige bedrijvigheid komt veel voor in Eemnes. Met name binnen de kern zijn veel kleine bedrijven te vinden, vaak in een combinatie wonen – werken. Voor de toekomst wil Eemnes zich met name richten op het aantrekken van meer kleinschalige bedrijvigheid, waarbij stimuleren van de combinatie wonen – werken een belangrijk aandachtspunt is.

Bedrijventerrein Eemnes beschikt momenteel over ca. 7,7 ha bruto bedrijventerrein, gelokaliseerd ten zuiden van de kern, langs de A27. Dit terrein, genaamd ‘Bedrijventerrein Zuidbuurt’, is een lokaal bedrijventerrein en is dan ook opgezet voor met name lokaal gerichte, arbeidsextensieve, kleinschalige bedrijvigheid. De bedrijven zijn allen relatief klein. Op bedrijventerrein Zuidbuurt zijn ongeveer 100 bedrijven gehuisvest. Met name in de sectoren handel en reparatie komen veel bedrijven voor. Daarnaast is sprake van dienstverlenende bedrijven en zijn er bedrijven werkzaam in de bouwnijverheid en de industrie aanwezig.

Een tweede bedrijventerrein in Eemnes is gevestigd in Eembrugge. Dit terrein is gelegen in de zuid-west punt van de gemeente, aan de Eem. Hier zijn met name grootschalige industriële bedrijven gevestigd, deels gekoppeld aan de vaarweg (watergeboden activiteiten).

Er zijn binnen Eemnes momenteel nauwelijks mogelijkheden meer voor bedrijven om uit te breiden of zich nieuw te vestigen.

In het concept ontwerp streekplan van de provincie Utrecht wordt aangegeven dat het mogelijk zou moeten worden om het bedrijventerrein uit te breiden met bruto 10 ha. Deze uitbreiding wordt daarbij aangemerkt als mogelijke opvanglocatie voor bedrijven uit de regio.

Voor Eemnes is nieuw bedrijventerrein van belang voor de eigen behoefte. Om de behoefte aan nieuwe ruimte voor bedrijven te bepalen, kunnen concrete en reeds bekende initiatieven bekeken worden en kan een inschatting gemaakt worden van de in de komende jaren te verwachten uitbreidingsbehoefte van de bedrijven die momenteel in Eemnes gevestigd zijn.

Binnen de kern van Eemnes en langs de Wakkerendijk – Meentweg is een aantal bedrijven gevestigd dat beter op een nieuw bedrijventerrein gevestigd kan worden. De totale behoefte aan terrein hieruit voortkomend bedraagt ca. 34.000 m2 (= 3,4 ha.). Hierbij moet worden onderkend, dat nieuwe initiatieven die in de komende jaren ontstaan kunnen leiden tot een grotere behoefte dan hier geraamd. Voor het oplossen van het parkeerprobleem op het huidige bedrijventerrein, waaronder parkeren voor vrachtwagens, dient mogelijk nieuwe ruimte gevonden te worden.

Voor het bepalen van de te verwachten uitbreidingsbehoefte is gekeken naar de ontwikkeling die de bedrijvigheid in Eemnes de afgelopen jaren heeft doorgemaakt. Gemiddeld is het aantal arbeidsplaatsen met 8% per jaar gegroeid. Voor een deel is deze

- 124 -

groei opgevangen binnen het bestaande bedrijventerrein. Daar is echter niet veel ruimte meer. Nieuwe groei zal dus op een nieuw terrein opgevangen moeten worden. De economische groei zal de komende jaren lager uitvallen dan de genoemde 8%. Landelijk wordt uitgegaan van een lange termijn scenario van 2,5%. Wanneer de uitbreidingsbehoefte van de huidige bedrijvigheid in Eemnes hieraan wordt gekoppeld, is tot 2015 ongeveer 28% extra ruimte voor bedrijvigheid nodig5. Voor bedrijventerrein ‘Zuidbuurt’ betekent dit een uitbreidingsbehoefte van ca. 2,1 ha.

Om tegemoet te kunnen komen aan de totale geraamde vraag naar ruimte voor bedrijvigheid zal in de periode tot 2015 ongeveer 5,5 ha nieuw bedrijventerrein nodig zijn.

Agrarische sector In Eemnes is ook de agrarische sector een belangrijke sector op het gebied van economische ontwikkelingen en werkgelegenheid. Meer over deze sector is te vinden in paragraaf 9.1.3.

Belangrijkste conclusies – er is een concentratie van bedrijven in Eembrugge; – in de huidige situatie is er nauwelijks ruimte voor uitbreiding of nieuwvestiging van bedrijven; – de provincie staat in het concept ontwerp Streekplan een uitbreiding van bedrijventerrein toe van 10 ha.; – de behoefte aan nieuw terrein vanuit Eemnes bedraagt ca. 5,5 ha.; – in de regio is een vraag naar nieuw terrein aanwezig. Eemnes zou een deel van deze vraag kunnen opvangen.

5 2,5% over een periode van 10 jaar.

- 125 -

Kaartbeeld 40. Analysekaart detailhandel.

- 126 -

9.3.3 Detailhandel

Momenteel beschikt Eemnes over ongeveer 2.200 m2 v.v.o. (verkoop vloer oppervlak) binnen de bebouwde kom (kaartbeeld 40). Het grootste deel van het winkelaanbod bestaat daarbij uit winkels binnen de food-sector. Daarnaast zijn enkele non-food winkels in Eemnes aanwezig en zijn nog enkele consumentverzorgende voorzieningen zoals horecagelegenheden en een kapper aanwezig. Het totale winkelaanbod is verdeeld over een tweetal kleinere buurtcentra, ‘Torenzicht’ en ‘Eemhof’.

Beide locaties voldoen niet meer aan de heden ten dage gestelde wensen en eisen, fysiek- ruimtelijk als ook ruimtelijk-economisch bezien. Tevens is de totale verzorgingsfunctie van de detailhandel binnen Eemnes erg laag. Dit is het resultaat van het ontbreken van een adequaat winkelapparaat. Versnippering van het winkelapparaat, de problemen betreffende de bereikbaarheid en de verouderde uitstraling spelen hierbij een rol. Vandaar dat in de komende jaren een nieuw centrum voor geheel Eemnes zal worden ontwikkeld rond de locatie ‘Braadkamp’. Dit centrum dient ter vervanging van het huidige winkelcentrum ‘Torenzicht’. ‘Eemhof’ kan blijven bestaan als buurtcentrum, waarbij eventueel beperkte uitbreiding mogelijk is. Er is gekozen voor locatie ‘Braadkamp’ omdat deze locatie goed scoort op bijna alle van de volgende aspecten: stedenbouwkundig / programmatisch, planologisch / maatschappelijk, verkeerskundig / verkeersveiligheid, commercieel / functioneel, financieel / uitvoeringstechnisch en strategisch / tactisch / proces. Het model biedt de mogelijkheid om op relatief korte afstand van het historisch centrum van Eemnes een dorpshart te realiseren. Op die wijze ontstaat een echt centrum met een scala aan uiteenlopende functies6. In dit centrum wordt plaats gereserveerd voor twee supermarkten en enkele andersoortige winkels die het aanbod vergroten en verbreden. De planvorming omtrent deze centrumontwikkeling loopt nog. Er zullen enkele stedenbouwkundige varianten worden ontwikkeld, waar uiteindelijk een keuze uit gemaakt moet worden. Daarbij varieert de omvang van het winkelprogramma tussen 2.000 m2 v.v.o. en 3.500 m2 v.v.o.

In Eemnes zijn naast de reeds genoemde centra tevens enkele perifere detailhandelsvestigingen aanwezig, met name tuincentra. Ten aanzien van nieuwe vestiging van perifere- en grootschalige detailhandel op nieuwe locaties is nog geen concreet beleid geformuleerd. Voor de vestiging van perifere detailhandel op het reeds bestaande bedrijventerrein is in 1999 vastgesteld dat detailhandel in auto’s, boten, caravans, bouwmarkten, keukens en sanitair, woninginrichting en detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit van andere bedrijven is toegestaan. Voorwaarden voor vestiging zijn onder andere het bieden van voldoende parkeergelegenheid en de invloed op de woon- en leefomgeving.

Belangrijkste conclusies – ‘Braadkamp’ als nieuw te ontwikkelen dorpscentrum, in plaats van ‘Torenzicht’; – behoud ‘Eemhof’ met buurtfunctie is gewenst; perifere detailhandel is toegestaan op het huidige bedrijventerrein.

6 Gemeente Eemnes (2003). Raadsvoorstel quickscan centrumvoorziening.

- 127 -

Kaartbeeld 41. Analysekaart voorzieningen op het gebied van onderwijs, zorg en welzijn.

- 128 -

9.3.4 Voorzieningen

Regionaal Op regionaal niveau, met name binnen BEL-verband (Blaricum-Eemnes-Laren), wordt door de inwoners op enkele vlakken van elkaars gemeentelijke voorzieningen gebruik gemaakt.

Lokaal: Onderwijs Momenteel beschikt Eemnes over 6 basisscholen (kaartbeeld 41). Een aantal van deze scholen is te klein geworden of voldoet niet meer aan de wensen en eisen die worden gesteld. In de periode tot 2005 zal daarom een nieuwe clusterschool worden gebouwd, waarin de drie in de Zuidbuurt gelegen scholen worden samengevoegd. De behoefte aan een clusterschool in de Noordbuurt zal in de planperiode verder worden onderzocht.

Lokaal: Zorg en Welzijn Eemnes zal in de komende jaren in een snel tempo vergrijzen. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de woningbehoefte, maar ook voor de voorzieningen op het gebied van zorg en welzijn. Doel van de gemeente is, om de zorg op een zo efficiënt mogelijke manier aan te bieden, middels het inrichten van zorgpunten of zorgloketten. Er zijn plannen voor een WoonZorgZone in ontwikkeling. Hierbij wordt gedacht aan vestiging op één van de vrijkomende schoollocaties in de Zuidbuurt.

In Eemnes is een aantal ‘eerstelijns’voorzieningen gevestigd (kaartbeeld 41), zoals de huisarts en de tandarts. Op dit moment worden de mogelijkheden van het bijeenbrengen van deze voorzieningen in een gezondheidscentrum onderzocht. De gemeente ondersteunt dit proces, maar vervult hierin geen trekkersrol.

Naast de zorg voor ouderen is ook de zorg voor de jongsten van belang. Daarbij spelen met name de aanwezigheid van een peuterspeelzaal en kinderopvang een rol. Momenteel zijn er in Eemnes vier peuterspeelzalen aanwezig. De huisvesting van twee zalen voldoet niet meer. Ten aanzien van kinderopvang is reeds een toenemende vraag aanwezig, en deze zal in de toekomst alleen maar groter worden is de verwachting. Er zal in 2005 behoefte zijn aan minimaal 60 plaatsen. Er zijn ideeën om een ‘Kindercentrum’ te ontwikkelen, waarin twee peuterspeelzalen en een deel van de kinderopvang en zorgfaciliteiten gericht op jonge kinderen gecombineerd kunnen worden.

Er is behoefte aan een nieuw gemeentehuis.

In Eemnes zijn drie kerken aanwezig, twee Nederlands Hervormde kerken en een Rooms Katholieke kerk. Er zijn tevens twee begraafplaatsen in de gemeente aanwezig (een algemene en een Rooms Katholieke).

- 129 -

Kaartbeeld 42. Analysekaart voorzieningen op het gebied van ontspanning.

- 130 -

Lokaal: Ontspanning Voorzieningen voor ontspanning zijn in Eemnes aanwezig in de vorm van een manage, een buitensportcomplex, een golfbaan, een natuurijsbaan, een binnensportcomplex (‘De Hilt’), een jongerencentrum en volkstuinen (kaartbeeld 42). De paardensport wordt in Eemnes relatief veel beoefend.

Eemnes beschikt over een eigen openbare bibliotheek. Daarnaast zijn in Eemnes uiteenlopende verenigingen actief op het gebied van zang, muziek, dans en kunst. Enkele van deze verenigingen heeft problemen met huisvesting en is op zoek naar een geschikte locatie. Deze is echter niet voorhanden. De geschiedenis van Eemnes is te zien de Oudheidkamer. Veel sociaal-culturele activiteiten vinden plaats in sport- en ontmoetingscentrum ‘De Hilt’. Dit centrum bevat onder andere een toneelzaal, en er worden regelmatig exposities gehouden.

Lokaal: Veiligheid Er is een brandweerkazerne in Eemnes gevestigd. De huidige locatie van de brandweer (naast het Gemeentehuis), voldoet niet meer aan de eisen die gesteld worden. Vandaar dat er nieuwe locatie voor de brandweer ontwikkeld zal worden. Eemnes beschikt tevens over een politiepost, gevestigd in het gemeentehuis.

Belangrijkste conclusies – het algemeen niveau van de voorzieningen in de kern is goed, maar er is gebrek aan ruimte om uit te breiden; – voor veel voorzieningen wordt gebruik gemaakt van aanbod in de regio (met name op het gebied van winkels); – 3 scholen in de Zuidbuurt gaan samen in één clusterschool; – de behoefte aan een clusterschool in de Noordbuurt zal worden onderzocht; – de ontwikkeling van een gezondheidscentrum wordt onderzocht; – de ontwikkeling van een ‘Kindercentrum’ wordt onderzocht; – er is behoefte aan een nieuw gemeentehuis; – de brandweer krijgt een nieuwe locatie; – er is ruimte nodig voor een woonzorgcomplex.

- 131 -

Kaartbeeld 43. Analysekaart recreatie.

- 132 -

9.3.5 Recreatie

Regionaal De provincie Utrecht wil in het open poldergebied middels één van haar tien sleutelprojecten een recreatieve trekpleister voor de regio creëren, met respect voor de landschaps- en natuurwaarden. Hierbij richt de provincie zich met name op extensieve dagrecreatie. Daarnaast dient een uitgebreid netwerk van wandel- en fietsroutes het gebied toegankelijker te maken.

Ook het Gewest Eemland7 richt zich op verdere benutting van de mogelijkheden van met name het poldergebied en de Eem voor recreatief gebruik. Er liggen voor de toekomstige ontwikkeling van het gebied goede mogelijkheden om recreatie in combinatie met natuur, landschap en landbouw, verder te ontwikkelen. Zo kunnen langs de Eem meer voorzieningen gecreëerd worden voor fietsen en wandelen, en kunnen visplaatsen aangelegd worden. Daarbij is het belangrijk een duidelijke keuze te maken in gebruikstypen, om conflicten met onder andere natuurfuncties te vermijden. Er zijn wellicht ook mogelijkheden aanwezig in het kader van de plattelandsvernieuwing, waarbij naar mogelijkheden kan worden gezocht om recreatieve activiteiten direct te koppelen aan de landbouw, mits deze activiteiten extensief van aard zijn.

Lokaal Zoals in het voorgaande reeds aangegeven, biedt het buitengebied van Eemnes voor met name de extensieve dagrecreatieve activiteiten, zoals wandelen, paardrijden en fietsen, prima mogelijkheden (kaartbeeld 43). De weidsheid van de polder en de aanwezigheid van karakteristieke cultuurhistorische elementen in het landschap maken het een uitermate aantrekkelijk gebied voor de recreant die op zoek is naar rust en ruimte. Er zijn reeds verschillende routes aanwezig, maar versterking van het netwerk van routes is wenselijk. Een voorbeeld hiervan is de eventuele aanleg van een fiets-, wandel-, of ruiterroute over de zomerdijk en langs de Eem.

Ondanks dat het grootste deel van de recreatie binnen de gemeente kan worden geschaard onder de extensieve vormen van recreatie, zijn tevens enkele vormen van meer intensieve recreatie aanwezig. De waterrecreatie in en rondom het Eemmeer en de Eem is daar een goed voorbeeld van. De drie jachthavens, gelegen aan de monding van de Eem in het Eemmeer en direct ten noorden en ten zuiden van Eembrugge, spelen daarbij een belangrijke rol.

Tevens is een concentratie van intensieve recreatieve activiteiten ten westen van de A27 aanwezig (kaartbeeld 44). Hier is een golfbaan aanwezig, een camping, een centrum voor natuur- en milieu-educatie (het ‘Spookbos’) en zijn enkele ‘maneges’ gelokaliseerd. Met name het aantal paardenhouders is de afgelopen tijd enorm toegenomen, in relatie tot de toenemende aanwezigheid van paarden binnen de gemeente. Niet alleen in het westen van de gemeente, maar ook langs de Wakkerendijk is deze groei zichtbaar.

7 Gewest Eemland (2002). Visie buitengebied Eem & Vallei.

- 133 -

Belangrijkste conclusies – er zijn mogelijkheden aanwezig voor de ontwikkeling van extensieve recreatie in het buitengebied (fietsen, wandelen en ruitersport); – de aanwezigheid van jachthavens langs de Eem, en versterking hiervan, draagt bij aan de recreatieve mogelijkheden in het gebied; – er is een grote opkomst van het aantal maneges / ‘paardenhouders’; – er zijn enkele intensievere vormen van recreatie aanwezig in de zone langs de A27.

- 134 -

9.3.6 Milieu

De koppeling tussen ruimtelijke ordening en milieu is van belang om problemen tussen verschillende gebruiksfuncties te voorkomen. Het in een vroeg stadium van het planproces integraal meenemen van belangrijke milieuaspecten kan problemen in een later stadium voorkomen. In het milieubeleidsplan zijn alle milieuaspecten gedetailleerd beschreven en wordt aangegeven welk beleid de gemeente ten aanzien van deze aspecten volgt.

Voor het structuurplan zijn met name de te verwachten problemen op de middellange termijn van belang. Om hier een helder beeld van te kunnen schetsen zullen de belangrijkste milieuproblemen binnen Eemnes kort benoemd worden, in relatie tot ontwikkelingen in de ruimtelijke ordening. Voor Eemnes zijn geluid, luchtkwaliteit, externe veiligheid en de gevolgen van het agrarisch grondgebruik de belangrijkste milieuthema’s (kaartbeeld 44).

Geluid De grootste problemen op het gebied van geluid worden veroorzaakt door het autoverkeer. De ligging tussen de A1 en de A27 en de drukke wegen binnen Eemnes, Noordersingel, Zuidersingel, Stadswijksingel en Laarderwerg, zorgen voor de hoogste geluidsbelasting. Geluid is met name van invloed op het wonen, maar ook het stiltegebied in de Eempolder heeft te kampen met geluidsoverlast die wordt veroorzaakt door verkeer. Een specifieke vorm van geluidsbelasting is afkomstig van het vliegverkeer, als gevolg van de aanvliegroute voor Schiphol die is ingesteld over Eemnesser grondgebied.

Luchtkwaliteit Het autoverkeer is voor het grootste deel de veroorzaker van problemen betreffende de luchtkwaliteit. De uitstoot van schadelijke stoffen, met name langs snelwegen (uitlaatgassen), is van invloed op mogelijke uitbreidingen. Er wordt een zonering verwacht, die aangeeft waar langs de verschillende wegen problemen zullen ontstaan. De afstanden van deze zonering zijn echter niet duidelijk. Deze problemen zullen zich met name in en rondom woon- en werkgebieden manifesteren, die relatief dicht op de snelweg gelegen zijn. Op deze plekken zullen ingrepen noodzakelijk zijn om de luchtkwaliteit te verbeteren.

- 135 -

Kaartbeeld 44. Analysekaart milieu.

- 136 -

Externe veiligheid Er zijn binnen de gemeente enkele ‘aandachtsbedrijven’ aanwezig, gelegen op het bedrijventerrein ‘Zuidbuurt’. Dit zijn ‘Kuipers Gassen’ en een benzinepomp met LPG. De aanwezigheid van deze bedrijven levert moeilijkheden op bij de nieuwvestiging van andere bedrijven of woningen in de omgeving.

Agrarisch grondgebruik Het grootste probleem als gevolg van de aanwezigheid van veel agrarische activiteiten in de polder is stankhinder. Niet alleen de veehouderijbedrijven maar ook de groeiende ‘paardensector’ zorgt steeds vaker voor problemen ten aanzien van stank. In de Stankwet zijn hiervoor enkele kaders aangegeven in de vorm van stankcirkels. Deze hebben met name betrekking op de overlast voor burgerwoningen, en zullen dan ook van invloed zijn op de mogelijkheden voor uitbreiding van Eemnes. Het feit dat er binnen de gemeente vrijwel alleen melk- en rundveehouderij aanwezig is, betekent dat de gevolgen relatief klein zijn. Algemeen kan gesteld worden, dat de afstand van een melk- of rundveehouderij tot een burgerwoning ca. 100 meter dient te zijn. De afstand voor een agrarische (bedrijfs) woning is 50 meter.

Bedrijvigheid Bedrijventerrein ‘Zuidbuurt’ is milieu-gezoneerd. Daarbij geldt voor het gehele terrein dat bedrijven met maximaal milieuzoneringscategorie 2 zich mogen vestigen. Aan de westzijde van het terrein zijn mogelijkheden voor bedrijven met categorie 3. Er zijn in het bestemmingsplan geen directe milieucontouren op het niveau van individuele bedrijven opgenomen.

Rondom bedrijventerrein Eembrugge is een brede geluidscontour aanwezig (50 dB(A)), die wordt veroorzaakt door Asfaltcentrale Hogenbirk en Eemland Beton.

Belangrijkste conclusies – de snelwegen veroorzaken op enkele punten geluidsoverlast; – er zijn problemen ten aanzien van de luchtkwaliteit langs de snelwegen; – de aanwezigheid van een LPG-pomp op het bedrijventerrein is een mogelijk probleem bij nieuwe uitbreidingen; – de geluidscontour van het bedrijventerrein Eembrugge leidt tot berperkingen bij de ontwikkeling van nieuwe bedrijven of woningen.

- 137 -

- 138 -

LEDEN OVERLEGORGANEN

Samenstelling Stuurgroep Structuurplan Eemnes 2015: – dhr. J. Bood, wethouder gemeente Eemnes; – mevr. J.M.G. Aarsen-Wolters, wethouder gemeente Eemnes; – dhr. P. van Dijk, sectorhoofd VROM, gemeente Eemnes; – dhr. R. van Veen, beleidsmedewerker Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, projectleider gemeente Eemnes; – dhr. P. van Beek, landschapsarchitect, Paul van Beek Landschappen BNT; – mevr. C. Drupsteen, adviseur ruimtelijke ontwikkeling, projectleider Advies- en Ingenieursbureau DHV; – dhr. J. Kragting, adviseur ruimtelijke ontwikkeling, assistent projectleider Advies- en Ingenieursbureau DHV.

Samenstelling Projectgroep Structuurplan Eemnes 2015: – dhr. R. van Veen, beleidsmedewerker Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, projectleider gemeente Eemnes; – dhr. P. de Cocq, senior medewerker openbare werken, gemeente Eemnes; – dhr. T. Leijs, hoofd buitendienst, gemeente Eemnes; – dhr. H. de Jong, senior medewerker Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, gemeente Eemnes; – mevr. R. van der Veen, beleidsmedewerker zorg en welzijn, gemeente Eemnes; – mevr. C. Apell, beleidsmedewerker milieu, gemeente Eemnes; – dhr. P. van Beek, landschapsarchitect, Paul van Beek Landschappen BNT; – mevr. C. Drupsteen, adviseur ruimtelijke ontwikkeling, projectleider Advies- en Ingenieursbureau DHV; – dhr. J. Kragting, adviseur ruimtelijke ontwikkeling, assistent projectleider Advies- en Ingenieursbureau DHV.

Samenstelling klankbordgroep Structuurplan Eemnes 2015: – gemeenteraadsleden gemeente Eemnes; – Historische Kring Eemnes; – Woningcorporatie SCW; – Campagne & Van Breemen Makelaardij; – Kamer van Koophandel Gooi & Eemland; – Ondernemerskring Eemnes; – Landschapsbeheer Utrecht; – Waterschap Vallei & Eem; – Vereniging Natuurmonumenten; – Natuurreservaat; – Gewestelijke Land- en Tuinbouw Organisatie (GLTO); – Fietsersbond; – SV Eemnes; – Tennisvereniging Eemnes; – 3VO; – Natuur en milieufederatie Utrecht;

- 139 -

– SWOBEL; – Provincie Utrecht; – Gemeente Baarn; – Gemeente Bunschoten; – Gemeente Blaricum; – Gemeente Laren; – Gewest Eemland; – Anbo; – Platform Gehandicapten; – Bestuurscommissie ‘De Hilt’; – Landscape Studio; – Sherpa (zorginstelling).

- 140 -

LITERATUURLIJST

Fietsersbond. Memo wensen / randvoorwaarden.

Gemeente Eemnes. Categorie indeling wegennet. Gemeente Eemnes (1994). De hoofdwegenstructuur kortgesloten. (AGV) Gemeente Eemnes (1996). Oplossen verkeersproblematiek Laarderweg en Wakkerendijk. (AGV) Gemeente Eemnes (1998). Eemnes winkelcentrum Torenzicht. (Re-Visie) Gemeente Eemnes (1999). Verkeersveiligheidsplan. (AGV) Gemeente Eemnes (1999). ‘Scenario’s voor de toekomst van Eemnes’. (Kolpron) Gemeente Eemnes (2000). Eemnes: een eigentijdse gemeente met karakter. Gemeente Eemnes (2001). Folder: structuurvisie dorpshart Eemnes. Gemeente Eemnes (2002). Evaluatie verkeersmaatregelen Laarderweg. (AGV) Gemeente Eemnes (2002). Raadsprogramma 2002-2006. Gemeente Eemnes (2002). Revitaliseringsplan Zuidbuurt. (BRO) Gemeente Eemnes (2002). Startnotitie milieubeleidsplan. (K+V) Gemeente Eemnes (2002). Quickscan Centrumvoorzieningen Eemnes. (Metrum) Gemeente Eemnes (2002). Verslag bijeenkomst Woonverkenning gemeente Eemnes. (Quintis) Gemeente Eemnes (2002). Onderzoek naar het wonen: bouwstenen voor een visie. (Companen) Gemeente Eemnes (2003). Raadsvoorstel quickscan centrumvoorziening. Gemeente Eemnes (2003). Concept woonvisie. Gemeente Eemnes (2003). Locatieonderzoek brandweerkazerne.

Gewest Eemland (2001). Ruimtelijke Visie Eemland: 2000-2010/2015-2025/2030 (rapport Lörzing). Gewest Eemland (2002). Visie Buitengebied Eem & Vallei. (DLV Groen en Ruimte)

Ministerie van Verkeer en Waterstaat (1999). Startnotitie A1 traject Eemnes –Barneveld.

NEI (1996). Ontwikkeling van vraag en aanbod van bedrijslokaties tot 2015 per regio.

Provincie en provincie Utrecht (2002). Verkenning Stichtselijn. (Holland Railconsult)

Provincie Utrecht (2001). Tien Sleutelprojecten in de provincie Utrecht. Provincie Utrecht (2002). Windplan Utrecht. Provincie Utrecht (2002). Inrichtingsvisie Eem. (Grontmij) Provincie Utrecht (2002). Natuurgebiedsplan Eemland. Provincie Utrecht, provincie Gelderland en Waterschap Vallei & Eem (2002). Concept Stroomgebiedsvisie Gelderse Vallei. Provincie Utrecht (2002). Provinciale Visie Detailhandel. Provincie Utrecht (2002). Ruimtelijke keuzes op hoofdlijnen voor het nieuwe streekplan provincie Utrecht.

- 141 -

Provincie Utrecht (2003). Concept ontwerp streekplan Utrecht. Provincie Utrecht (2003). Voorlopig vastgesteld ontwerp streekplan Utrecht.

ROV Utrecht. Verkeersveiligheidsrapport Utrecht 1999 t/m 2001.

TNO-Inro (2000). Rangen en standen in gemeenteland.

Waterschap Vallei & Eem (2001). Kansen, keuzen en coalities: Watervisie voor Vallei en Eem.

- 142 -

COLOFON

Titel: Structuurplan Eemnes 2015: behoud door ontwikkeling

Datum: oktober 2003

Registratienr.: RO-SO20030607

Auteur: Dhr. J. Kragting (DHV)

Bijdragen: Dhr. P. van Beek (Paul van Beek Landschappen BNT), Dhr. R. van Veen (gemeente Eemnes), Mevr. C. Drupsteen (DHV), Dhr. A. Nauta (DHV), projectgroep Structuurplan Eemnes

Tekeningen: Dhr. P. van Beek en Dhr. F. Rietveld (Paul van Beek Landschappen BNT)

Foto’s: Paul van Beek Landschappen BNT en gemeente Eemnes

Vormgeving: Mevr. L. Lynch (DHV)

Druk: CENDRIS, Amersfoort.

Gemeente Eemnes Laarderweg 24a Postbus 71 3755 ZH Eemnes tel. 035-539.06.11 fax. 035- 539.06.15 www.eemnes.nl

Paul van Beek Landschappen BNT Mathenesserlaan 197 3014 HC Rotterdam tel. 010-241.72.22 fax. 010-241.72.11 [email protected]

Advies- en Ingenieursbureau DHV Milieu en Infrastructuur BV Unit Ruimtelijke Ontwikkeling Laan 1914 nr. 35 Postbus 1076 3800 BB Amersfoort [email protected]