Cesena 20.00 Concertzaal 19.15 Inleiding Door Rosas & Graindelavoix Steven De Belder Biografieën Uitvoerders En Programma

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Cesena 20.00 Concertzaal 19.15 Inleiding Door Rosas & Graindelavoix Steven De Belder Biografieën Uitvoerders En Programma zaterdag 10.03.2012 Cesena 20.00 Concertzaal 19.15 Inleiding door Rosas & graindelavoix Steven De Belder Biografieën Uitvoerders en programma Na haar studies aan de dansschool MUDRA Björn Schmelzer (BE) studeerde etno- Anne Teresa De Keersmaeker, Björn Ars Subtilior en aan de New Yorkse Tisch School of the musicologie en antropologie. Hij richtte in Schmelzer: concept Arts creëert Anne Teresa De Keersmaeker 1999 het vocale ensemble graindelavoix op. Anne Teresa De Keersmaeker: choreografie Anoniem (Codex Chantilly) (BE) in 1980 haar eerste choreografie Asch. Dit collectief voert gezangen uit ‘met de korrel Björn Schmelzer: muzikale leiding Pictagore per dogmata / O Terra supplica / Rosa De invloed van de Amerikaanse postmoderne op de stem’, ‘met het grein in de keel’. De Olalla Alemán, Haider Al Timimi, vernans dans blijkt duidelijk uit haar tweede productie. gezangen stammen uit de middeleeuwen of Bostjan Antoncic, Aron Blom, Carlos Fase, four movements to the music of Steve de renaissance, maar maken in vele gevallen Garbin, Marie Goudot, Lieven Gouwy, Philippot de Caserta (Codex Chantilly) Reich (1982) zorgt voor een internationale in de mediterrane wereld nog altijd deel uit David Hernandez, Matej Kejzar, Mikael Espoir dont tu m’as fayt partir doorbraak. In 1983 richt zij haar eigen van een mondeling overgeleverd repertoire. Marklund, Tomàs Maxé, Julien Monty, gezelschap Rosas op. De groep debuteert met Ze werden door de officiële geschiedenis Chrysa Parkinson, Marius Peterson, Solage (Codex Chantilly) Rosas danst Rosas, een choreografie voor vier niet gerecupereerd, maar bleven onhoorbaar Michael Pomero, Albert Riera, Gabriel Corps femenin danseressen die samen met de muziek van voortleven op plaatsen die geografisch Schenker, Yves Van Handenhove, Sandy Thierry De Mey en Peter Vermeersch tot stand moeilijk te exploreren zijn, zoals op eilanden. Williams (Rosas & graindelavoix): creatie Solage (Codex Chantilly) komt. De relatie tussen dans en muziek Om klanken in kleuren om te zetten hanteert & dans Fumeux fume wordt een constante in het werk van het ensemble stemtechnieken die gaan Ann Veronica Janssens: scenografie Anne Teresa De Keersmaeker. Ze werkt met van eigen, door ervaring opgebouwde Anne-Catherine Kunz: kostuums Philippot de Caserta (Codex Chantilly) componisten uit verschillende muziekperiodes. stemtimbres, tot oude vocale praktijken en Femke Gyselinck: repetitieleiding Par les bons Gédéon et Sanson Tijdens de residentie van Rosas in de Munt versieringsstijlen zoals die gelezen kunnen Anne Van Aerschot: assistente van de (1992-2007) regisseerde de choreografe worden in middeleeuwse traktaten of soms artistieke directeur Anoniem (Messe De Toulouse) verschillende opera’s. In 1995 richt ze nog gehoord kunnen worden in gesloten Johan Penson: technische coördinatie Kyrie samen met de Munt de dansschool P.A.R.T.S. gemeenschappen. Wat graindelavoix in Vanessa Court: geluid (Performing Arts Research and Training oude muziek bezighoudt, is het verband Jan Herinckx, Bert Van Dyck: techniek Anoniem (Codex Chantilly) Studios) op – MUDRA is immers in 1988 tussen notatie en wat daaraan ontsnapt: het Inter densas / Imbribuis irriguis uit Brussel verdwenen. Vanaf eind jaren ‘bovenbewuste’ savoir-faire van de uitvoerder met dank aan Simo Reynders, Johan Penson, negentig begint Anne Teresa De Keersmaeker, (ornamentatie, improvisatie, gestes). Alexandre Fostier, Valérie Dewaele Galiot / Giangaleazzo Visconti veelal samen met haar zus Jolente, lid van (Codex Chantilly) Toneelspelersgezelschap STAN, een intens coproductie: Rosas, Concertgebouw Brugge, En attendant d’amer onderzoek naar de relatie tussen dans en De Munt | La Monnaie (Brussel), Festival tekst. In recent werk valt haar samenwerking d’Avignon, Théâtre de la Ville (Paris), Les Johannes Ciconia (Codex Mancini) met beeldende kunstenaars Ann Veronica Théâtres de la Ville de Luxembourg, Festival Le ray au soleyl Janssens en Michel François op, alsook Oude Muziek Utrecht, Guimarães 2012, haar liefde voor zang. In juli 2010 gaat Steirischer Herbst (Graz) en deSingel Jean Hanelle (Codex Torino J.II.9) En Atendant, een choreografie voor negen (Antwerpen) Hodie puer nascitur / Homo mortalis firmiter dansers met als muzikale component de middeleeuwse Ars Subtilior, in première — op het Festival van Avignon. Een jaar later, in juli 2011, volgt de creatie van Cesena op hetzelfde festival, dit keer op de Cour d’Honneur van het Palais des Papes. DANS ROSAS MET LIVEMUZIEK Uw applaus krijgt kleur dankzij de bloemen van Bloemblad. Anne Teresa De Keersmaeker & Björn Schmelzer Anne Teresa De Keersmaeker was vorig jaar we gekozen voor een louter vocale bezetting, op intellectueel gebied het streven naar Complexiteit zit namelijk niet in een op het Festival van Avignon te gast met zonder instrumenten. Dat is een zeldzame democratie en naar de herverdeling van eenvoudige opeenstapeling van noten op En Atendant, een werk geïnspireerd door de benadering, want het wordt algemeen erkend de rijkdom op – wat allemaal pas duidelijk papier. Deze muziek is daarentegen bestemd Ars Subtilior (van componisten als Johannes dat de middenstemmen in de werken van zichtbaar werd tijdens de renaissance. voor zangers die op het gehoor hebben leren Ciconia, Antonello da Caserta, Matteo da de Ars Subtilior zo gesofisticeerd zijn dat ze zingen en die weten te improviseren op de Perugia), een polyfone muziekstroming die aan onzingbaar zijn, en aan instrumenten moeten Hebt u deze twee werken, En Atendant en zanglijnen. Het is vooral de kunst van het het eind van de 14e eeuw haar opwachting worden toevertrouwd. Persoonlijk betwijfel deze nieuwe creatie Cesena, vanaf het begin luisteren en van de flexibiliteit. Ik ontdek een maakte in Zuid-Frankrijk, Noord-Italië en ik dat, en ik denk dat dit destijds niet het als één geheel beschouwd? volstrekt nieuwe wereld: dansers laten zingen, Cyprus. Afgelopen zomer heeft ze haar nieuwe geval was. Maar mijn benadering is niet alleen A.T.D.K.: Toen Vincent Baudriller Rosas hen hun tonus laten volgen, eerder dan hen te creatie, Cesena, voorgesteld op de Cour historisch. Door het hele polyfone weefsel uitnodigde voor de editie 2010 van het Festival, dwingen zich te concentreren op de kwaliteit d’Honneur van het Palais des Papes. Voor deze uitsluitend aan stemmen toe te vertrouwen, was mijn eerste idee om de Cour d’Honneur te van hun stem. Dat toont me de weg naar creatie, die uit hetzelfde muzikale repertoire verplicht je die tot minutieuze articulatie en gebruiken. Ann Veronica Janssens (met wie ik nieuwe manieren om muziek te articuleren, put, werkte ze samen met Björn Schmelzer en precisie, die ze fragiel maakt. Ze verwijzen had samengewerkt voor Keeping Still en net zoals die terug te vinden zijn in andere zijn ensemble graindelavoix. op die manier naar onszelf, als de kwetsbare The Song) kwam op het idee van een cultuurtradities. Matej Kejzar bijvoorbeeld, veruitwendiging van het lichaam. In die zin voorstelling in afwachting van het ochtend- een Sloveense danser in het gezelschap, Waarom hebt u ervoor gekozen u nogmaals is het verband met de fysieke danswereld gloren. Maar om agendaredenen lukte dat toen begon tijdens de repetities een soort ballade te laten inspireren door de Ars Subtilior? directer. niet. Met Michel François, die ook meewerkte te zingen, modale muziek uit de streek waar Anne Teresa De Keersmaeker: Om te beginnen A.T.D.K.: De andere reden waarom ik nu aan The Song, hebben we toen een stuk hij opgroeide en die verbazend sterk leek vooral omdat het erg mooie muziek is. Tot terugkeer naar de Ars Subtilior, is dat ik uitgewerkt voor het Cloître des Célestins, als op middeleeuwse muziek – maar met heel En Atendant had ik nooit met muziek van voor gefascineerd ben door de historische context het eerste deel van een tweeluik. Destijds had verfrissende intonaties. Een klassieke zanger Monteverdi gewerkt. Ik aarzelde omdat ik waarbinnen deze uiterst geraffineerde muziek ik het met Björn al over de manier waarop had dat niet kunnen produceren, of toch niet dacht dat het vooral gewijde muziek was, en ontstaan is. De 14e eeuw is een tijd van we verder gebruik konden maken van de Ars op die manier. daarvoor was ik beschroomd, gegeneerd. In ingrijpende veranderingen. De wereldorde Subtilior, de muziek die verbonden is met het A.T.D.K.: We werden naar de 14e eeuw feite was mijn vrees gebaseerd op een heel verbrokkelde en nieuwe ideeën zagen het pauselijk hof en met Avignon. Op die manier teruggebracht, maar zonder enig besef van beperkte kennis van zaken. Toen men mij de daglicht. Het is bijvoorbeeld de eeuw van sluit dit nieuwe stuk ook naadloos aan bij het een ‘historische reconstructie’. Meer alsof onze Ars Subtilior heeft leren kennen, heb ik in de uitvinding van het horloge, die de tijd vorige werk. Ik probeer voort te bouwen op de geschiedenis altijd al aanwezig is geweest in vele opzichten een muziek ontdekt die zeer kwantificeert. Op filosofisch gebied was het de ervaring van The Song, een stuk dat ik in 2009 ons DNA. dicht bij mijn interesses staat: een complex dageraad van revolutionaire ideeën. Maar dat creëerde, op basis van stilte en mannelijke contrapunt waarachter een geraffineerde alles kreeg gestalte in een context van chaos en dansers, en met weinig middelen. In de creatie Hoe hebt u de muziek gekozen die u op expressie schuilgaat. Maar pas door er in ellende: de pest, de Honderdjarige Oorlog, de van dit jaar zijn er evenmin instrumenten scène zult gebruiken? En Atendant mee te werken heb ik ook transformatie van de feodale samenleving … op de scène te zien, alleen stemmen. Die A.T.D.K.: De muziek van En Atendant was ingezien hoe uitgebreid dit repertoire is en B.S.: Bovendien waren figuren zoals Nicole interesse voor zang was al aanwezig in de afkomstig uit Noord-Italië. Ik wilde dat ze in welke mogelijkheden het biedt. Voor deze Oresme de eersten die de begrippen vorige voorstellingen: Keeping Still, The deze nieuwe creatie nog nauwer verbonden creatie op de Cour d’Honneur wilde ik die ‘dynamiek’ en ‘intensiteit’ gingen Song, 3Abschied … Met Björn Schmelzer en was met de geschiedenis van Avignon, met muziek dus anders benaderen, namelijk door conceptualiseren en meten.
Recommended publications
  • TRECENTO FRAGMENTS M Ichael Scott Cuthbert to the Department Of
    T R E C E N T O F R A G M E N T S A N D P O L Y P H O N Y B E Y O N D T H E C O D E X a thesis presented by M ichael Scott Cuthbert t the Depart!ent " M#si$ in partia% "#%"i%%!ent " the re&#ire!ents " r the de'ree " D $t r " Phi% s phy in the s#b(e$t " M#si$ H ar)ard * ni)ersity Ca!brid'e+ Massa$h#setts A#'#st ,--. / ,--.+ Mi$hae% S$ tt C#thbert A%% ri'hts reser)ed0 Pr "0 Th !as F rrest 1 e%%y+ advisor Mi$hae% S$ tt C#thbert Tre$ent Fra'!ents and P %yph ny Bey nd the C de2 Abstract This thesis see3s t #nderstand h 4 !#si$ s #nded and "#n$ti ned in the 5ta%ian tre6 $ent based n an e2a!inati n " a%% the s#r)i)in' s #r$es+ rather than n%y the ! st $ !6 p%ete0 A !a( rity " s#r)i)in' s #r$es " 5ta%ian p %yph ni$ !#si$ "r ! the peri d 788-9 7:,- are "ra'!ents; ! st+ the re!nants " % st !an#s$ripts0 Despite their n#!eri$a% d !i6 nan$e+ !#si$ s$h %arship has )ie4 ed these s #r$es as se$ ndary <and "ten ne'%e$ted the! a%t 'ether= " $#sin' instead n the "e4 %ar'e+ retr spe$ti)e+ and pred !inant%y se$#%ar $ di6 $es 4 hi$h !ain%y ri'inated in the F% rentine rbit0 C nne$ti ns a! n' !an#s$ripts ha)e been in$ !p%ete%y e2p% red in the %iterat#re+ and the !issi n is a$#te 4 here re%ati nships a! n' "ra'!ents and a! n' ther s!a%% $ %%e$ti ns " p %yph ny are $ n$erned0 These s!a%% $ %%e$ti ns )ary in their $ nstr#$ti n and $ ntents>s !e are n t rea%%y "ra'!ents at a%%+ b#t sin'%e p %yph ni$ 4 r3s in %it#r'i$a% and ther !an#s$ripts0 5ndi)id#6 a%%y and thr #'h their )ery n#!bers+ they present a 4 ider )ie4 " 5ta%ian !#si$a% %i"e in the " #rteenth $ent#ry than $ #%d be 'ained "r ! e)en the ! st $are"#% s$r#tiny " the inta$t !an#s$ripts0 E2a!inin' the "ra'!ents e!b %dens #s t as3 &#esti ns ab #t musical style, popularity, scribal practice, and manuscript transmission: questions best answered through a study of many different sources rather than the intense scrutiny of a few large sources.
    [Show full text]
  • Bells and Trumpets, Jesters and Musici: Sounds and Musical Life in Milan Under the Visconti
    Lorenzo Tunesi – Bells and Trumpets, Jesters and Musici 1 Bells and Trumpets, Jesters and Musici: Sounds and Musical life in Milan under the Visconti Or questa diciaria, Now [I conclude] my speech, perché l’Ave Maria since the Ave Maria sona, is ringing, serro la staciona I shut up shop nén più dico1 and I won’t talk anymore These verses, written by the Milanese poet and wealthy member of the ducal chancellery Bartolomeo Sachella, refer to a common daily sound in late Medieval Milan. The poet is quickly concluding his poem, since the Ave Maria is already sounding. When church-bells rang the Ave Maria, every citizen knew, indeed, that the working-day was over; thus, probably after the recitation of a brief prayer in honour of the Virgin, shops closed and workers went home. Church-bells were only one of the very large variety of sounds characterising Medieval cities. Going back over six-hundred years, we could have been surrounded by city-criers accompanied by trumpet blasts, people playing music or singing through the streets, beggars ringing their bells asking for charity, mothers’ and children’s voices, horses’ hoofs and many other sounds. All these sounds created what musicology has defined as ‘urban soundscape’, which, since the pioneering study by Reinhard Strohm, Music in Late Medieval Bruges (1985), has deeply intrigued music historians. The present essay aims to inquire into the different manifestations of musical phenomena in late Medieval Milan, relating them to the diverse social, cultural and historical contexts in which they used to take place. My research will focus on a time frame over a century, ca.
    [Show full text]
  • MC21 Faculty Concert Program
    Mountain Collegium th 49 Annual Faculty Concert July 2, 2021, 6:00 p.m. Eastern Time Virtual Concert presented through Zoom Well May the World Go Pete Seeger (1919–2014) Lee Knight with Wu Man Mille Regretz Josquin des Prez (c. 1450–1521) Les Miens Aussi Tielman Susato (c. 1510–after 1570) Alison Crum with Roy Marks Drunkard’s Lament Traditional, Hedy West (1938–2005) Lorraine and Bennett Hammond Nouvele Amor Instrumental, based on anonymous 13th century troubadour melody Shira Kammen La Gamba in Tenor Vicenzo Ruffo (c. 1508–1587) Non val aqua Bartolomeo Tromboncino (c. 1470–1535 or later) La Gamba in Basso e Soprano Ruffo Sarah Mead and Liza Malamut with Mack Ramsey Serenade from The Unicorn in the Garden David Raksin (1912–2004) Jody Miller with three other Jody Millers Hole in the Wall Henry Purcell (1659–1695) Gail Ann Schroeder with three other Gail Ann Schroeders Mean Ol’ Quarantine Bennett Hammond (b. 1945) Lorraine and Bennett Hammond Fantasia Bartolomeo de Selma y Salaverde (c. 1580–c. 1640) Will Peebles with Lillian Pearson Pant Corlan Yr Wyn (The Lamb’s Fold Vale) Traditional Welsh Kelly Brzozowski Selections from the Manchester Viol Book (c. 1670) Anonymous Lancashire Pipes • Kate of Bardi • Pigges of Rumsey • A Toye Gail Ann Schroeder Da Slockit Light Tom Anderson (1910–1991) Lorraine and Bennett Hammond Notés pour moi Antonello da Caserta (fl. late 14th–early 15th c.) Puisque je sui fumeux Johannes Symonis Hasprois (fl. 1378–1428) Quant Edipus Anonymous (Cypriot French, early 15th century) Pat Petersen and Phil Hollar with Doug Young Onse Vader in Hemelryck Jacob van Eyck (c.
    [Show full text]
  • La Caccia Nell'ars Nova Italiana
    8. Iohannes Tinctoris, Diffinitorium musice. Un dizionario Il corpus delle cacce trecentesche rappresenta con «La Tradizione Musicale» è una collana promossa di musica per Beatrice d’Aragona. A c. di C. Panti, 2004, ogni probabilità uno dei momenti di più intenso dal Dipartimento di Musicologia e Beni Culturali pp. LXXIX-80 e immediato contatto tra poesia e musica. La viva- dell’Università di Pavia, dalla Fondazione Walter 9. Tracce di una tradizione sommersa. I primi testi lirici italiani cità rappresentativa dei testi poetici, che mirano Stauffer e dalla Sezione Musica Clemente Terni e 19 tra poesia e musica. Atti del Seminario di studi (Cre mona, alla descrizione realistica di scene e situazioni im- Matilde Fiorini Aragone, che opera in seno alla e 20 febbraio 2004). A c. di M. S. Lannut ti e M. Locanto, LA CACCIA Fonda zione Ezio Franceschini, con l’intento di pro- 2005, pp. VIII-280 con 55 ill. e cd-rom mancabilmente caratterizzate dal movimento e dalla concitazione, trova nelle intonazioni polifo- muovere la ricerca sulla musica vista anche come 13. Giovanni Alpigiano - Pierluigi Licciardello, Offi - niche una cassa di risonanza che ne amplifica la speciale osservatorio delle altre manifestazioni della cium sancti Donati I. L’ufficio liturgico di san Do nato di cultura. «La Tradizione Musicale» si propone di of- portata. L’uso normativo della tecnica canonica, de- Arezzo nei manoscritti toscani medievali, 2008, pp. VIII-424 NELL’ARS NOVA ITALIANA frire edizioni di opere e di trattati musicali, studi 8 finita anch’essa ‘caccia’ o ‘fuga’, per l’evidente me- con ill. a colori monografici e volumi miscellanei di alto valore tafora delle voci che si inseguono, si dimostra 16.
    [Show full text]
  • Apéndice - Principales Manuscritos Musicales Medievales
    Rafael Fernández de Larrinoa [email protected] APÉNDICE - PRINCIPALES MANUSCRITOS MUSICALES MEDIEVALES POLIFONÍA PRIMITIVA (Tratados con ejemplos musicales) Bamberg, SB, Msc. Var. l Musica enchiriadis y Scholia enchiriadis (ca. 900). Originarios de Reims. Primera descripción de (alt HJ IV 20). la polifonía en movimiento paralelo. Con ejemplos en notación dasiana. Varios manuscritos. Micrologus , de Guido d’Arezzo (ca. 1030). Uno de los tratados musicales más influyentes y más difundidos de la Edad Media, se conserva en más de 70 manuscritos de entre los siglos XI al XV. Primera descripción del movimiento contrario para (junto con el oblicuo) cerrar las frases del organum . Con ejemplos musicales. http://www.music.indiana.edu/tml/9th-11th/GUIMIC_TEXT.html Milán, BA, M. 17 sup. Ad organum faciendum [tratado de organum de Milán] (ca. 1100). Descripción de cómo componer organa en estilo discanto. Se emplea casi exclusivamente el movimiento contrario salvo en los finales de frase, en el que se utiliza también el paralelo y el oblicuo. Con ejemplos en notación alfabética. http://www.music.indiana.edu/tml/9th-11th/ADORFA_TEXT.html http://www.musicologie.org/Biographies/a/ad_organum.html http://puffin.cch.kcl.ac.uk:8080/diamm/Source.jsp?navToggle=1&sourceKey=926 Roma, BAV, Ottoboni lat. Ars organi [tratado de organum vaticano] (ca. 1170 -1180). Método para la composición de 3025 organa floridos. Con ejemplos en notación diastemática. http://www.music.indiana.edu/tml/12th/ARSORG_TEXT.html POLIFONÍA PRIMITIVA (Repertorios musicales) Cambridge, CCC, MS 473 ca. 1000. Contiene 150 organa a 2 voces que exhiben principalmente movimiento paralelo, (Tropario de Winchester) reservándose el contrario y el oblicuo para los finales de frase.
    [Show full text]
  • The Mancini Codex : a Manuscript Study
    .. i l "q-w T}IE MANCINI CODEX : A MANUSCRIPT STUDY by Carol J. Williams B. Mus (Hons) A thesis submitted in fulfilnent of the requirements for the degree of Doctor of Philosophy in the- Faculty of Music at the University of Adelaide. August,19B3 ii . ( ¡!,..,r.t, {,\ i,., ilti VOLI.JME III CONTENTS Preface i I Madrigal Sources I Origin 5 Form 8 Ballata Sources T2 0rigin 15 Forrn I9 Rondeau Sources 32 Origin 34 Form 38 Ba1 lade Sources 43 Origin 44 Form 48 Virelai Sources 52 Origin 53 Form 56 II Man. 1 La douce ciere 59 Man. 2 Dueil angoisseux 62 Man. 3 Serva ciaschuno 63 Man. 4 Rechordete de me 64 Man. 5 Zoya de novi odori 6s Man. 6 Per un verde boschetto 67 Man. 7 La sacrosancta karita 68 Man. 8 Perche cangiato 70 Man. 9 Le aurate chione t5 Man. 10 Senpre'donna t ramay--- --:-----: 75 Man. 11 Non chorrer troppo 77 Man. L2 La bel1e flour 7B Man. I3 Mal vi loyaute 79 Man. I4 Mon bel any corteus 81 Man. 15 Mon bel amy mon confort 82 Man. 16 Merçi pour dieu 83 Man. 77 Loiñgtenps j'ay mis 85 Man. 18 Va pur amore 86 Man. 19 Donna srittto fallito 87 Man. 20 Con lagreme bagnandone 89 Man. 2I Ave vergene 92 Man. 22 La fianma del to amor 93 Man. 23 Donna posso io sperare 94 Man. 24 Rosetta che non cambi 97 Man. 25 Un fior gentil 98 'Man. 26 Deus deorun pluto 99 Man. 27 Arnor ne tossa 101 Man.
    [Show full text]
  • 04 Chapter 3 Stoessel
    Chapter 3 : A French legacy in the hands of Italian masters: The manuscript Modena, Biblioteca estense, a.M.5.24 (olim lat. 568) The contents of parchment manuscript a.M.5.24 (olim Lat. 568; IV.D.5) now shelved in the Biblioteca Estense e Universitaria di Modena (henceforth MOe5.24) represent the cultivation of the ars subtilior style in northern and central Italy. Although the manuscript is connected through its repertoire to several other musical manuscripts from the same era, for the most part it contains unique works ascribed to composers with Italian geographical origins. This manuscript attests to the international status of the ars subtilior style, even if this internationalism resided in the eclecticism of a limited number of musicians practising music on the north Italian peninsula. Its value as a testimonial to the local practices in musical style and notational processes without doubt necessitates further examination. In particular the question of this source's origin, dating and relation to other extant sources requires reconsideration, despite the presence of several studies already conducted by musicologists during the course of the twentieth century. Although already known in literary scholarship of the later nineteenth century, I Friedrich Ludwig was the first scholar to draw serious attention to musical aspects of this codex. 2 Johannes Wolf included its inventory and examples of its unusual notation in his pioneering Geschichte der Mensural-Notation. 3 Thirteen years later, the texts contained in this manuscript were published in a diplomatic edition by G. Bertoni.4 In 1923, a catalogue of musical works in the Estense library compiled by Pio Lodi was published.
    [Show full text]
  • Concert Program
    22ND Blue Heron 20 SEASON21 Le grant retthorique april 17, 2021 blue heron Kim Leeds The new forms and perfect amorous lays Owen McIntosh of Guillaume de Machaut (c. 1300-1377) Jason McStoots Sophie Michaux Margot Rood Le lay de plour: Qui bien aimme a tart oublie Aaron Sheehan Sumner Thompson Ce qui soustient moy (rondeau) Charles Weaver, lute Riches d’amour, mendians d’amie (ballade) Scott Metcalfe, fiddle & harp artistic director Je voy le bon tens (instrumental) Scott Metcalfe Anonymous recording venue Mors sui se je ne vous voy (virelai) Church of the Redeemer, Chestnut Hill, MA March 14-15, 2021 Honte, paour, doubtance de meffaire (ballade) Georgetown Presbyterian Church, Hont paur (instrumental) Washington, D C Anonymous — Faenza codex March 13, 2021 Sierra Brooks, Loyalton, CA Cinc, un, treze, wit, nuef d’amour fine (rondeau) March 20, 2021 Adeu mon cuer (instrumental) Anonymous Sans cuer, dolens, de vous departiray (rondeau) Biauté parfaite (ballade) Text by Machaut Music by Antonello da Caserta, fl. late 14th century Honte, paour, doubtance de meffaire Machaut MS A, f. 466v 22ND Blue Heron 20 SEASON21 Le grant retthorique sets, scenery & décor Paul Guttry Sets adapted from illustrations in Machaut manuscripts pre-concert talk Anne Stone Graduate Center, City University of New York audio recording (boston) Joel Gordon video recording (boston) Kathy Wittman, Ball Square Films Assisted by Elektra Tzannos Newman & Hannah Jope audio & video recording (washington) Mark Willey & Tim Madden audio & video recording (california) O. McIntosh Studio editing Joel Gordon (audio) & Kathy Wittman (video) thanks Dan Schenk Sierra Brooks Home Owners’ Association Concert filming supported in part by the Newton Cultural Council.
    [Show full text]
  • L'obra De Guillaume De Machaut En El Manuscrit Mòdena
    L’obra de Guillaume de Machaut en el Manuscrit Mòdena, Biblioteca Estense, .M.5.24 1. Índex Pàg. 1. Índex 1 2. Introducció 2 3. La França de Guillaume de Machaut 7 4. Guillaume de Machaut i la seva obra 9 5. Itàlia i la seva música a la segona meitat del segle XIV i principis del 22 XV 6. El còdex .M.5.24 (Latino 568;olim IV.D.5) de la Biblioteca Estense e 30 Universitaria de Mòdena. 7. Guillaume de Machaut a les fonts italianes 42 8. Guillaume de Machaut en el Manuscrit Mòdena, Biblioteca Estense, 43 .M.5.24 9. Criteris d’edició 44 10. Transcripcions 56 11. Aparell crític 64 12. Conclusions 75 13. Bibliografia 78 14. Índex de figures 83 15. Índex de quadres 84 1 L’obra de Guillaume de Machaut en el Manuscrit Mòdena, Biblioteca Estense, .M.5.24 2. Introducció El segle XIV coneix el naixement del primer humanisme. A partir d’aquest moment, els aspectes profans comencen a prendre un paper dominant en el món de les arts. A diferència de l’Ars antiqua, gran part de la producció musical es trasllada dels centres religiosos a les cases de la noblesa. Fins aquest moment, l’estil musical propi de la noblesa fou el moviment trobadoresc, però a finals del segle XIII, aquest món cau en decadència per donar pas a l’Ars nova i posteriorment, a l’Ars subtilior. Fins i tot la figura del joglar queda desprestigiada fins tenir la consideració d’un titellaire o músic de carrer, donant pas als ministrers (instrumentistes) i als xantres (cantants)1.
    [Show full text]
  • Contratenor Parts in Polyphonic Songs from the Late Trecento (Italy, Ca
    journal of interdisciplinary music studies 2014-2016, volume 8, issue 1&2, art. #16081203, pp. 65-78 open peer commentary article Contratenor parts in polyphonic songs from the late Trecento (Italy, ca. 1400): Challenges for concepts of polyphony and improvisation Signe Rotter-Broman Universität der Künste Berlin Background in music history. In the 14th century, both in France (Ars nova) and in Italy (Trecento) emerge highly specialized compositional practices of polyphonic songs on vernacular texts in the formes fixes. Whereas transmission in two voices (cantus and tenor) is predominant in the early Trecento, after mid-century a three-voice-transmission (cantus, tenor, and contratenor) becomes increasingly important, but exists side by side with a continous transmission in two voices. Background in music psychology. Music and cognition, especially theories on expectation. Aims. For an analysis of the contratenor concept in Italian Trecento music, some prominent terms as counterpoint, improvisation, or polyphony have to be re-evaluated. In addition, some concepts from the field of music cognition are discussed for their relevance for musicological research on early polyphony. Main contribution. The contratenor concept of the late Trecento is based on a model of polyphony which is not strictly linear (i. e. a combination of several independent melodic lines), but a combination of a cantus-tenor-core and a contratenor which acts as a sort of ‘commentary’. This concept of polyphony refers to the theory of contrapunctus and to the genre conventions of the formes fixes. The comparison of two different contratenors to Bartolino da Padova’s ballata El no me giova reveals common functions of the two contratenors even though their idioms are quite different.
    [Show full text]
  • L'intonazione Di Antonello Da Caserta
    Philomusica on-line 14 (2015) Color e intertestualità nella ballade Beauté parfaite et bonté sovraine: l’intonazione di Antonello da Caserta Thomas Persico Università degli Studi di Bergamo [email protected] § Il contributo contiene un’analisi della § This article provides an analysis of ballade di Guillaume de Machaut Guillaume de Machaut’s ‘ballade’ Beauté parfaite et bonté sovraine Beauté parfaite et bonté sovraine intonata da Antonello da Caserta. Il which was set to music by Antonello testo notato contiene interessanti ri- da Caserta. The notated score pre- mandi sia ad altre composizioni dello sents interesting connections with stesso Antonello (per quanto riguarda, Antonello’s other compositions (es- soprattutto, la disposizione dei valori pecially as regards the disposition of musicali nei primi episodi in color), sia the note values in the initial episodes alla ballade di Filippotto da Caserta De in color) as well as with Filippotto da ma dolour ne puis trouver confort. Caserta’s ‘ballade’ De ma dolour ne Oltre alla perfetta coerenza strutturale puis trouver confort. Antonello’s con la forma metrico-ritmica del testo arrangement is not only characterized lirico di Machaut, l’intonazione di by a perfect structural coherence with Antonello è caratterizzata da una du- Machaut’s lyrics, but also by a dual plice ripresa del materiale musicale appropriation of the musical material della ballade di Filippotto, evidente sia of Filippotto’s ‘ballade’. This is par- nel frammento in color notato da Anto- ticularly evident both in the fragment nello in concomitanza con il testo «et in color notated by Antonello mat- ma dolour» (v.
    [Show full text]
  • Rethinking Ars Subtilior: Context, Language, Study and Performance
    Rethinking Ars Subtilior: Context, Language, Study and Performance Submitted by Uri Smilansky to the University of Exeter as a dissertation for the degree of Doctor of Philosophy in Medieval Studies June, 2010 This dissertation is available for Library use on the understanding that it is copyright material and that no quotation from the thesis may be published without proper acknowledgement. I certify that all material in this dissertation which is not my own work has been identified and that no material has previously been submitted and approved for the award of a degree by this or any other University. © Uri Smilansky, 2010 Abstract This dissertation attempts to re-contextualise the late fourteenth and early fifteenth century musical phenomenon now referred to as the Ars subtilior, in terms of our modern understanding of it, as well as its relationship to wider late medieval culture. In order to do so I re-examine the processes used to formulate existing retrospective definitions, identify a few compelling reasons why their re-evaluation is needed, and propose an alternative approach towards this goal. My research has led me to analyse the modern preoccupation with this repertoire, both in musicology and performance, and to explore external influences impinging on our attitudes towards it. Having outlined current attitudes and the problems of their crystallisation, I seek to re-contextualise them within medieval culture through a survey of the surviving physical evidence. The resulting observations highlight the difficulties we face when looking at the material. Above all, they point at the problems created by using narrow definitions of this style, whether these are technical, geographic, temporal or intellectual.
    [Show full text]