Ontwikkelingssamenwerking in Vogelvlucht

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Ontwikkelingssamenwerking in Vogelvlucht De feiten op een rij Ontwikkelingssamenwerking in vogelvlucht Jaren 50 en 60 van verzuiling: katholiek (Vastenactie, Cebemo, later De Nederlandse ontwikkelingssamenwerking begon Cordaid), protestant (ICCO), ‘algemeen’ (Novib, later in 1949 als reactie op een oproep van de Amerikaanse Oxfam Novib) en humanistisch (Hivos). president Truman. De hulp bestond aanvankelijk vooral uit het uitzenden van deskundigen, meestal via de Verenigde Naties. De eerste periode Pronk (1973 - 1977) Jan Pronk (PvdA) maakte armoedebestrijding tot de Ontwikkelingsdenken centrale doelstelling. Het budget steeg tot 0,75% van Ontwikkelingshulp werd gezien in termen van ‘moder- het BNP. Gebonden hulp bleef bestaan. nisering’: arme landen zijn arm omdat ze de overstap naar moderniteit nog niet hebben gezet, ze lijden onder Ontwikkelingsdenken slecht bestuur, slecht onderwijs en feodale productie- Jan Pronk was geïnspireerd door een nieuwe visie verhoudingen. Als ze voldoende tijd, geld en technische op Noord-Zuid verhoudingen, waar de Nederlandse hulp krijgen kunnen arme landen hetzelfde traject Nobelprijswinnaar Jan Tinbergen een belangrijk doorlopen als de rijke. aandeel in had gehad. De oorzaak van onderontwik- keling was gelegen in oneerlijke economische verhou- Maatschappelijke organisaties dingen tussen Noord en Zuid. Arme landen waren arm In de jaren vijftig begon de interesse vanuit de omdat ze afhankelijk waren. In VN-verband maakten Nederlandse samenleving voor ontwikkelingssamen- ontwikkelingslanden zich hard voor een veel recht- werking toe te nemen. De Novib werd opgericht. vaardiger Nieuwe Internationale Economische Orde: Ook het bedrijfsleven begon de voordelen te zien van industrialisering in ontwikkelingslanden, rechtvaardige de Nederlandse inspanningen. De bilaterale hulp handel, eerlijke prijzen voor grondstoffen, technologie- – de hulp van overheid aan overheid – groeide in overdracht, controle op multinationals. vergelijking met de multilaterale hulp – de hulp die via internationale organisaties als de Wereldbank Maatschappelijke organisaties wordt gegeven – en focuste op het belang van de Deze ‘dependencia theorie’ leidde tot nieuwe par- Nederlandse export. Nederlandse hulp was ‘gebonden’: ticuliere initiatieven: de Wereldwinkels werden moest besteed worden bij Nederlandse bedrijven. bijvoorbeeld opgericht, die ‘eerlijke’ producten uit Vanaf het eind van de jaren vijftig loopt een deel van de ontwikkelingslanden importeerden. In het Zuiden Nederlandse ontwikkelingshulp ook via Europa. ging veel aandacht naar kleinschalige economische In de jaren zestig begon de medefinanciering: initiatieven en het helpen opbouwen van economische overheidshulp werd deels besteed via particuliere capaciteit. organisaties. Dit verliep via het Nederlandse systeem Deze factsheet is een uitgave van NCDO, juni 2012 1/4 Jan de Koning en Cees van Dijk Buitenlandse Zaken Hans van Mierlo ‘ontschotte’ (1977 - 1982) Pronk het ministerie. De diplomaten en de Jan de Koning (ARP, later CDA) en zijn opvolger ontwikkelingswerkers gingen samenwerken. Zij Cees van Dijk (CDA) voerden een tweesporenbeleid: moesten politieke druk uitoefenen, of onderhandelingen armoedebestrijding en economische verzelfstandiging. voeren, om conflicten binnen landen op te lossen of te De hulp werd ook ontbonden: ontvangende landen zorgen dat mensenrechtenschendingen stopten. Deze kregen een stem bij wie ze het Nederlandse hulpgeld ‘politieke’ invalshoek was ook de reden dat Pronk mochten besteden. in totaal 120 landen hulp verschafte. Daarmee kocht hij ‘een plek aan de onderhandelingstafel’ en kon zo Maatschappelijke organisaties meebeslissen. Het budget voor de vier grote particuliere ontwik- kelingsorganisaties steeg. Dat ging gepaard met een Ontwikkelingsdenken professionalisering van hun werkzaamheden. De eenzijdige focus op economische groei en de rol van de staat werden genuanceerd. Het ging meer om ‘menselijke ontwikkeling´ en, in het geval van conflict- Eegje Schoo en Piet Bukman landen, om ‘menselijke veiligheid´. Milieu als randvoor- (1982 - 1989) waarde voor ontwikkeling kwam vooral na ‘Rio ‘92’ op. Eegje Schoo (VVD) versterkte als minister in het Maar Pronk had ook aandacht voor de economie. Hij kabinet Lubbers I de rol van het bedrijfsleven. CDA’er riep bijvoorbeeld de Financierings-Maatschappij voor Bukman zette onder Lubbers II dit beleid voort en was Ontwikkelingslanden (FMO) in het leven, die investe- daarnaast actief op het gebied van democratisering in ringen in het Zuiden moest bevorderen. Midden-Amerika. Ook de landbouw in ontwikkelings- landen kreeg meer aandacht. Maatschappelijke organisaties Tegelijkertijd was er een enorme toename van parti- Maatschappelijke organisaties culiere ontwikkelingsorganisaties, vooral in ontwikke- In de jaren tachtig waren in Nederland veel ‘landen- lingslanden zelf. Die groei was een gevolg van het besef groepen’ actief die zich solidair toonden met het verzet dat de maatschappij ook van onderop moet worden in bijvoorbeeld Zuid-Afrika, Chili, of El Salvador. Zij opgebouwd. gaven praktische en financiële steun, maar voerden ook acties en organiseerden demonstraties. Eveline Herfkens (1998 - 2002) Ontwikkelingsdenken Eveline Herfkens (PvdA) vond dat niet de rijke landen In hetzelfde tijdbestek voltrok zich een ingrijpende wij- het voortouw moesten nemen, maar de mensen in ziging in het economisch denken. Wereldwijd werd het ontwikkelingslanden zelf. Met dit principe, in jargon neoliberalisme dominant: het Internationaal Monetair ‘ownership’ genoemd, ‘kreeg het begrip ‘samenwerking’ Fonds (IMF) en de Wereldbank in Washington (in tegenstelling tot de oude term ‘hulp’) pas echt drukten een zwaar stempel op het ontwikkelingsbeleid. gestalte. Herfkens introduceerde ook de algemene Ontwikkelingslanden moesten, in ruil voor leningen, begrotingssteun: landen met goed bestuur kregen Structurele Aanpassingsprogramma’s doorvoeren: Nederlandse financiële hulp zonder bevoogdende bezuinigen op overheidsuitgaven, hun markten open voorwaarden. stellen voor buitenlandse bedrijven en hun eigen Herfkens was kritisch over (blanke) ontwikkelingswer- economie richten op de export van grondstoffen. kers: ‘technische assistentie’ uit de rijke landen moest beperkt blijven tot korte adviesmissies. Sindsdien is bijvoorbeeld de Nederlandse organisatie SNV snel De tweede periode Pronk (1989 - 1998) veranderd. Sinds de jaren negentig heeft SNV vooral In 1989 werd Pronk opnieuw minister in de kabinetten lokale experts in dienst. Die hadden immers een beter Lubbers III en Kok I. Zijn aantreden viel samen met de inzicht in lokale ontwikkelingsprocessen. val van de Muur. Zijn eerste beleidsnota ‘Een Wereld van Verschil’ ademde optimisme. Vanaf nu zou de Ontwikkelingsdenken wereld in grotere eenheid kunnen bouwen aan recht- Herfkens legde nadruk op de economie. vaardiger verhoudingen. Maar al gauw raakte de wereld Ontwikkelingssamenwerking moest zich concentreren in de ban van nieuwe conflicten in Afrika (Liberia, op het scheppen van de voorwaarden voor economi- Sierra Leone en Rwanda) en in Europa (de Balkan). sche ontwikkeling, bijvoorbeeld door het verbeteren Pronk schreef een nieuwe nota: De Wereld in Geschil. van het bestuur in de arme landen, en het bevorderen De toon van het ontwikkelingsdebat werd somberder: van investeringen. Aan de andere kant maakte armoede blijkt nauw samen te hangen met conflicten. Herfkens zich sterk voor eerlijkere handelsverhoudin- De aanpak van armoedebestrijding werd breder en gen. Europa en de VS beschermden hun landbouw met veelomvattender. Samen met minister van hoge subsidies. Tegelijk dwongen de westerse landen Deze factsheet is een uitgave van NCDO, juni 2012 2/4 ontwikkelingslanden hun markten te openen voor bui- zouden krijgen, en zo minder redenen zouden hebben tenlandse bedrijven. Ontwikkelingssamenwerking was om weer te gaan vechten. zo dweilen met de kraan open, stelde Herfkens: wat we de ene hand geven, pikken we met de andere hand weer Maatschappelijke organisaties & bedrijfsleven in. Ontwikkelingsbeleid heeft alleen zin als de maatre- Van Ardenne wilde ook meer aandacht voor het gelen binnen het OS-beleid niet teniet worden gedaan bedrijfsleven. Meer dan Herfkens, die zich vooral door maatregelen vanuit andere ministeries. Vooral richtte op de macro-economische voorwaarden die vanuit de particuliere ontwikkelingsorganisaties werd economische groei in het Zuiden konden bevorderen, aangedrongen op zulke beleidscoherentie. focuste Van Ardenne op het stimuleren van de private In dezelfde periode van vooruitgangsoptimisme werden sector zelf. Daarnaast hecht zij grote waarde aan het op internationaal niveau de Millenniumdoelstellingen vormen van (‘publiek-private’) partnerschappen. bedacht. Na uitgebreide onderhan-delingen werd in Tussen overheid en bedrijfsleven, en met maatschap- 2000 in VN-verband onder andere de afspraak pelijke organisaties. gemaakt dat de armoede in de wereld in 2015 gehalveerd In 2005 besloot Van Ardenne het medefinancierings- moest zijn. stelsel voor Nederlandse ontwikkelingsorganisaties nog verder te openen. Voor de periode 2006-2010 Maatschappelijke organisaties kregen ruim 50 particuliere organisaties een bedrag Tijdens het ministerschap van Herfkens werd het van 2,1 miljard euro te besteden aan ontwikkelingspro- medefinancieringsveld opengebroken. Naast de vier jecten. Niet-gouvernementele organisaties (NGO´s) ‘zuilenorganisaties’ mochten ook Plan Nederland en kwamen steeds meer in de schijnwerpers te staan. Er Terre des Hommes meedoen in de medefinanciering. bleek een kloof tussen de professionele,
Recommended publications
  • Opmaak Both/Definitief 02-08-2000 15:13 Pagina 1
    * From Indifference to 19-12-2003 17:26 Pagina 1 NORBERT BOTH NORBERT NORBERT BOTH Fr om Indifference to Entrapment to om Indifference The Yugoslav crisis represents a formidable foreign policy challenge to many Western and Islamic government bureaucracies. From Indifference to Entrapment deals with the question of how the Netherlands faced up to this challenge during the years 1990-1995. It was during this period that the crisis erupted into armed conflict and the single worst war crime in Europe since the end of World War II took place in the ‘safe area’ of Srebrenica. The role of the Netherlands is particularly interesting, as the country held the EC/EU Presidency during the recognition debate in 1991 and supplied the peacekeeping presence in Srebrenica. The questions addressed in this book include: Did early warning work? What role did the Dutch Presidency (July-December 1991) play in the recognition debate? What motiv- ated the Dutch opposition to the Vance-Owen Peace Plan? Why did the Netherlands become From Indifference entrapped, as symbolised through its isolated peacekeeping commitment to Srebrenica? Finally, what can this story tell us about the ability of small and medium powers to in- fluence international affairs? This study is based on interviews with key players, including former Cabinet Minis- ters, and on documents from the Netherlands Ministry to Entrapment of Foreign Affairs, made available under the Dutch ‘freedom of information act’. ISBN 90-5356-453-5 Dr. Norbert Both, formerly a research assistant The Netherlands for David Owen, now works at the Netherlands Ministry of Foreign Affairs.
    [Show full text]
  • Hoe De Dominee De Koopman Versloeg Nederlandse Ontwikkelingssamenwerking Gewogen
    Paul Hoebink Hoe de dominee de koopman versloeg Nederlandse ontwikkelings- samenwerking gewogen De Nederlandse ontwikkelingssamenwerking wordt bedragen, waarop zelfs nog bezuinigd werd, en die veelal gezien als de zachte onderbuik van de Neder- ook nog voor het grootste deel naar Nieuw Guinea landse buitenlandse politiek. Dat is dan – in weerwil gingen. Nederland had zeer snel gereageerd op de van de internationale roem die Nederland vanwege afkondiging van ‘Point Four’ door president Truman dat beleid vergaart – tegelijkertijd een plaatsje aan in januari 1949, dat algemeen wordt gezien als het de onderkant van de ladder, een omstreden positie. begin van de moderne ontwikkelingssamenwer- Dat wordt alleen al zichtbaar aan de status die de king.3 Al in juli 1949 was er een interdepartementale ontwikkelingssamenwerking heeft binnen het bui- werkgroep opgericht, die de Nederlandse bijdrage tenlands beleid, waarin zij in de ‘pecking order’ ver aan deze plannen moest bestuderen en die vanuit het onder de klassieke diplomatie of het veiligheidsbeleid Ministerie van Overzeese Gebiedsdelen werd geco- komt.1 ordineerd. Nederland was zo snel, omdat er nieuw In dat zachte deel zouden de idealen van het emplooi gezocht werd voor de tropische deskundig- buitenlands beleid gelden, daar zou de dominee heid die men in Indië had opgebouwd. Bovendien het te zeggen hebben over de koopman.2 Dat is een was er door het uitzenden van deskundigen en het uiterst oppervlakkige analyse. In haar bijna zestig- opleiden van mensen in Nederland: ‘... meer kans op jarige geschiedenis is ook de Nederlandse ontwik- bestellingen bij onze industrie dan bij uitblijven van kelingssamenwerking, evenals andere velden van de Nederlandse deelneming.
    [Show full text]
  • Member Focal Points Update 1 September 2021
    Member Focal Points update 1 September 2021 DANA Petroleum Sander Pols / Robin Smit NAM Dinand Gerritsen Neptune Energy Lizzie Paton / Peter Hendriks ONE-Dyas Dirk Drijver Petrogas Emanuele Gemelli Spirit Energy Garry Begg TAQA Energy Ronald Pijtak TOTAL Maarten Liebreks Tulip Oil Martin Heijmeriks Vermilion Energy Martijn ter Haar Wintershall Frits van der Wilt 06-GPS Frank Dentz 12hoist4u Peter Verhoef A. Hak Leidingbouw BV Jan Verhoeven / Irma Obbink Aannemersbedrijf Gebroeders Min BV Shannon Bongers ABB BV Harold Vaanhold / Marcel Jansen ABB Power Grids The Netherlands BV Wim Buysse ACEBI SA Bénédicte Chaduteau Actief Techniek BV Gerwin Dekker / Jeffrey Kindt Actief Techniek BV Gerwin Dekker ADDVALUE Hendrik Schimmel Advanced Control Strategics Martin de Jong AEG Power Solutions Warner Gielen Aggreko Rick Bakker Aisus Offshore Ltd Mark Mosgrove Alatas UK Ltd John Mackintosh Altena Group Guus Euwen Analytical Solutions and Products BV Fulco van Neijenhof Antea Group Rob Konijnenberg / Geke Wouda Applitech BV Marc Kirchner Applus RTD Lindsay Noteboom APOLLO Kirstie Langan ARCADIS Nederland Paul Vossen AREPA Harrie Steenbergen Astava BV Jojanneke Postma Atlas Copco Compressors Nederland Ruud Blom Atlas Services Group Energy BV Stefan Boven August Storm GmbH & Co.KG Anna Jahnke AUMA Benelux BV René Zoet AxFlow Ron van der Elst Baker Hughes PL Pressure Pumping BV Irmak Albayrak / Wilco Korver Bakker Groep Coevorden Lynn Jansen Bakker Repair BV Jan Pronk Bavak Beveiligingsgroep BV Herwin van Denderen Member Focal Points Member Focal Points
    [Show full text]
  • Commission on Sustainable Development
    E/2000/29 E/CN.17/2000/20 United Nations Commission on Sustainable Development Report on the eighth session (30 April 1999 and 24 April-5 May 2000) Economic and Social Council Official Records, 2000 Supplement No. 9 Economic and Social Council Official Records, 2000 Supplement No. 9 Commission on Sustainable Development Report on the eighth session (30 April 1999 and 24 April-5 May 2000) United Nations • New York, 2000 E/2000/29 E/CN.17/2000/20 Note Symbols of United Nations documents are composed of capital letters combined with figures. ISSN 1020-3559 Contents Chapter Page I. Matters calling for action by the Economic and Social Council or brought to its attention .. 1 A. Draft decision recommended by the Commission for adoption by the Council........ 1 Report of the Commission on Sustainable Development on its eighth session and provisional agenda for the ninth session of the Commission....................... 1 B. Matters brought to the attention of the Council ................................. 1 Decision 8/1. Preparations for the 10-year review of progress achieved in the implementation of the outcome of the United Nations Conference on Environment and Development ............................................................ 2 Decision 8/2. Report of the Intergovernmental Forum on Forests on its fourth session . 5 Decision 8/3. Integrated planning and management of land resources .............. 8 Decision 8/4. Agriculture .................................................. 14 Decision 8/5. Financial resources ........................................... 22 Decision 8/6. Economic growth, trade and investment .......................... 28 Decision 8/7. Subprogramme entitled “Sustainable development” of the draft medium- term plan of the United Nations for the period 2002-2005 ........................ 34 Decision 8/8.
    [Show full text]
  • A Hopeful Pessimist
    INTERVIEW A HOPEFUL PESSIMIST Jan Pronk is a development thinker with vast experience as an academic, economist, diplomat, and politician. Pip Robertson talks to him about his views on conflict, globalisation, and poverty elimination. Jan Pronk is currently Professor at the Institute of the United Nations (UN) in Sudan from 2004 until Social Studies in The Hague. He has a background he was thrown out by the Sudanese Government as an economist, studying under Nobel Prize in 2006. The New York Times describes Jan winner Jan Tinbergen, and has been a politician, Pronk as “known for his candour” and the former serving three separate terms as a minister in the Netherlands Prime Minister Wim Kok has called Netherlands government, holding environment him “the minister for the national conscience”. Jan and development portfolios. He has worked in an Pronk visited New Zealand in December 2008 as international multilateral context, notably as the keynote speaker at the DevNet conference, whose Special Representative of the Secretary-General of theme was Peripheral Vision. Pip ROBERtsON: You emphasise the need for PR: How can you tell it is helping? the ownership of development to be given to the JP: Go there, ask questions, observe. It is people within the region or country receiving the very important to have people there, on the development aid. Why is this so important? ground. We cannot deliver aid from a distance. Jan PRONK: It is their country, their The poor and the excluded need to be the development, their lives. And the development judges of aid’s success and worth.
    [Show full text]
  • De VVD-Ministers Liberaal Reveil Is Een Uitgave Van De Prof.Mr
    DOCUMENTATlECENTRUM NEDERLANDSE POUTlEKE themanummer: P~RTIJEN de VVD-ministers Liberaal Reveil is een uitgave van de Prof.Mr. B.M. Telderssti chting Inhoudsopgave Redactie drs. J.A. Weggemans (voorzitter) E.R.M. Balemans dt: R. Braams Ten geleide 133 profmr. d r. P.B. Cliteur eb: K. Groenveld drs. J.A. de Hoog 'Ik wil herinnerd worden als de minister die echt drs. J.F Hoogervorst iets aan de files gedaan heeft.' mw J.H. Krijnen drs. H.H.J. Labohm Interview met Annemarie Jorritsma cü: C.A. van der List (e indredacteur) T.P. Monkhorst J.C. van Duin profdt: U. Rosenthal Gerry van der List 134 profir. 1.1. Sierenberg mt:drs. S.E. van Tuy/1 van Seroaskerken Een vrolijke kapitein op een schip met tegenwind. Redactieadres Twee jaar Hans Dijkstal Koninginnegracht 55a 251 4 AE 's-Gravenhage als minister Yan Binnenlandse Zaken telefoon: 070-363 1948; fax: 070-363 1951 G.H. Scholten 139 Wenken voor het schrij ven van artikelen voor Liberaal Reveil zijn op het 'Ik heb een grondige hekel aan mensen die de redacti e-adres verkrij gbaar problemen niet in hun perspectief kunnen zien.' Abonnementenadministratie Interview met Hans Dijkstal Mevrouw M.P. Moene Postbus 192 Gerry van der List 144 6700 AD Wageningen telefoon: 03 17-427655 Gi ro 240200 t.n. v. Jozias van Aartsen: een liberaal in coördinatieland 'Sti chting Liberaal Reveil ' te Wageningen A.J. Oskam 150 De abonnementsprijs (6 nrs.) bedraagt f 55,00 per jaar. Voor jongeren onder de 'Paars past bij het ritme van de tijd.' 27 jaar is de prij s f 30,-.
    [Show full text]
  • DP 155 Jan Pronk.Pmd
    Policy res S ea rc I h t R Years o a s h d a n A Think-Tank p e e g a RIS Discussion Papers t h t 4 e n 1 9 8 22 e i of Developing Countries 2 0 0 9 n m t e p r o n l 5 5a RIS e t v i o e n d a l RIS is a New Delhi-based autonomous policy think-tank supported by the Government of India and devoted to trade and development issues. Its work programme focuses on policy research and capacity building on multilateral Addressing the Defaults of Globalization trade and financial negotiations, regional economic cooperation in Asia, South- South cooperation, new technologies and development, and strategic policy responses of developing countries to globalization, among other issues. The work of RIS is published in the form of research reports, books, discussion papers, policy briefs and journals. Prof. Jan Pronk RIS has networked effectively with other prominent policy think-tanks, government agencies, industry bodies and international organizations in Asia and other parts of the world for collaborative research and joint activities. It has a consultative status with UNCTAD, and has been accredited to the Summit Discussion Paper # 155 Meetings of NAM and WTO Ministerial Conferences. It has conducted policy research and other activities in collaboration with other agencies, including UN- ESCAP, UNCTAD, UNU, Group of 77, SAARC Secretariat, Asian Development Bank (ADB), the World Bank, and the South Centre. For more information about RIS and its work programme, please visit its website: www.ris.org.in.
    [Show full text]
  • Wilfried Martens
    Wilfried Martens „WITHOUT THE CDU THE EPP WOULD NOT BE WHAT THE PARTY IS TODAy” Wilfried Martens, geboren am 19. April 1936 im belgischen Sleidinge, Studium der Rechtswissenschaften an der Katholischen Universität Leuven, 1960 Promotion zum Dr. jur., Mitglied und später Präsident der Katholiek Vlaams Hoogstudenten Verbond, 1960–1965 praktizierender Rechtsanwalt, 1965 Berater des belgischen Premierministers Pierre Harmel,552 1966 Berater von Premierminister Paul Vanden Boeynants,553 1968 Sonderbeauftragter für Gemeinschaftsangelegenheiten unter Premierminister Leo Tindemans, 1974–1991 Mitglied der belgischen Abgeordnetenkammer, 1979–1981 und 1981–1992 Premierminister Belgiens, seit 1990 Präsident der EVP, 1991–1994 Senator, 1993–1996 Präsident der EUCD, 1994–1999 Mitglied des EP, Faktionsvorsitzender der EVP. Das Interview fand am 31. Mai 2012 in Brüssel statt und wurde geführt von Marcus Gonschor und Hinnerk Meyer. Mr President, you were born in Sleidinge in 1936. Could you please tell us something about your origins, your parental home and your time in school? I was born on a very small farm in the outskirts of the local community or local commune in Sleidinge. I was born in 1936. I remember the beginning of the war in 1940. I was on a bicycle with a young girl trans- 552 | Pierre Harmel (1911–2009), belgischer Politiker der PSC, 1965/66 Premierminister, 1966–1972 Außenminister seines Landes. 553 | Paul Vanden Boeynants (1919–2001), belgischer Politiker der PSC, 1966–1968 und 1978/79 Premierminister seines Landes. 622 porting me to the kindergarten. She said to me: ”Look in the sky! There are planes.” That was the beginning of the war. I have this memory still vivid.
    [Show full text]
  • Braving Troubled Waters: Sea Change in a Dutch Fishing Community Ginkel, Rob Van
    www.ssoar.info Braving troubled waters: sea change in a Dutch fishing community Ginkel, Rob van Veröffentlichungsversion / Published Version Monographie / monograph Zur Verfügung gestellt in Kooperation mit / provided in cooperation with: OAPEN (Open Access Publishing in European Networks) Empfohlene Zitierung / Suggested Citation: Ginkel, R. v. (2009). Braving troubled waters: sea change in a Dutch fishing community. (Mare Publication Series, 4). Amsterdam: Amsterdam Univ. Press. https://nbn-resolving.org/urn:nbn:de:0168-ssoar-271720 Nutzungsbedingungen: Terms of use: Dieser Text wird unter einer CC BY-NC-ND Lizenz This document is made available under a CC BY-NC-ND Licence (Namensnennung-Nicht-kommerziell-Keine Bearbeitung) zur (Attribution-Non Comercial-NoDerivatives). For more Information Verfügung gestellt. Nähere Auskünfte zu den CC-Lizenzen finden see: Sie hier: https://creativecommons.org/licenses/by-nc-nd/4.0 https://creativecommons.org/licenses/by-nc-nd/4.0/deed.de 4 MARE PUBLICATION SERIES 4 Rob van Ginkel This ethnographic study is about Dutch fisher folk’s engagements with erratic marine Rob van Ginkel living resources, capricious markets and the vicissitudes of political interventions in the fishing industry from the early 18th century until the present day, with an emphasis on post-war developments. More specifically, it focuses on the owner-operators, deckhands, fishermen’s wives and others involved in the fisheries of Texel, an island in the north- western part of the Netherlands. Braving Troubled Waters Troubled Braving The book attempts to situate their occupational community at the interface of local and (supra)-national processes and aims to show how the latter affect the socio-cultural fabric of the island’s fishing villages and prompt particular responses in the fishermen’s perceptions and modes of action.
    [Show full text]
  • Voor Mijn Moeder En in Liefdevolle Herinnering Aan En Met Bewondering Voor Mijn Vader
    Hete hangijzers : de aanschaf van Nederlandse gevechtsvliegtuigen. Kreemers, B. Citation Kreemers, B. (2009, February 10). Hete hangijzers : de aanschaf van Nederlandse gevechtsvliegtuigen. Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/13498 Version: Not Applicable (or Unknown) Licence agreement concerning inclusion of doctoral thesis in the License: Institutional Repository of the University of Leiden Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/13498 Note: To cite this publication please use the final published version (if applicable). HETE HANGIJZERS: DE AANSCHAF VAN NEDERLANDSE GEVECHTSVLIEGTUIGEN Hete Hangijzers De aanschaf van Nederlandse gevechtsvliegtuigen PROEFSCHRIFT ter verkrijging van de graad van Doctor aan de Universiteit Leiden, op gezag van Rector Magnificus professor mr. P.F. van der Heijden volgens besluit van het College van Promoties te verdedigen op dinsdag 10 februari 2009 klokke 13.45 uur door Hubertus Petrus Maria (Bert) Kreemers geboren te Maastricht op 14 mei 1955 HETE HANGIJZERS: DE AANSCHAF VAN NEDERLANDSE GEVECHTSVLIEGTUIGEN Promotor: Professor dr. B.A.G.M. Tromp (overleden op 20 juni 2007) Professor dr. J. de Vries Referent: Professor dr. ir. J.J.C. Voorhoeve Promotiecommissie: Professor dr. K. Colijn, Erasmus Universiteit Rotterdam Professor mr. dr. E.R. Muller Professor dr. J.Q.Th. Rood, Universiteit Utrecht Professor dr. R. de Wijk 2 HETE HANGIJZERS: DE AANSCHAF VAN NEDERLANDSE GEVECHTSVLIEGTUIGEN Voor mijn moeder en in liefdevolle herinnering aan en met bewondering voor mijn vader 3 HETE HANGIJZERS: DE AANSCHAF VAN NEDERLANDSE GEVECHTSVLIEGTUIGEN “The essence of ultimate decision remains impenetrable to the observer – often, indeed, to the decider hemself. […] There will always be the dark and tangled stretches in the decision- making process – mysterious even to those who may be most intimately involved”.
    [Show full text]
  • Het Hof Van Brussel of Hoe Europa Nederland Overneemt
    Het hof van Brussel of hoe Europa Nederland overneemt Arendo Joustra bron Arendo Joustra, Het hof van Brussel of hoe Europa Nederland overneemt. Ooievaar, Amsterdam 2000 (2de druk) Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/jous008hofv01_01/colofon.php © 2016 dbnl / Arendo Joustra 5 Voor mijn vader Sj. Joustra (1921-1996) Arendo Joustra, Het hof van Brussel of hoe Europa Nederland overneemt 6 ‘Het hele recht, het hele idee van een eenwordend Europa, wordt gedragen door een leger mensen dat op zoek is naar een volgende bestemming, die het blijkbaar niet in zichzelf heeft kunnen vinden, of in de liefde. Het leger offert zich moedwillig op aan dit traagkruipende monster zonder zich af te vragen waar het vandaan komt, en nog wezenlijker, of het wel bestaat.’ Oscar van den Boogaard, Fremdkörper (1991) Arendo Joustra, Het hof van Brussel of hoe Europa Nederland overneemt 9 Inleiding - Aan het hof van Brussel Het verhaal over de Europese Unie begint in Brussel. Want de hoofdstad van België is tevens de zetel van de voornaamste Europese instellingen. Feitelijk is Brussel de ongekroonde hoofdstad van de Europese superstaat. Hier komt de wetgeving vandaan waaraan in de vijftien lidstaten van de Europese Unie niets meer kan worden veranderd. Dat is wennen voor de nationale hoofdsteden en regeringscentra als het Binnenhof in Den Haag. Het spel om de macht speelt zich immers niet langer uitsluitend af in de vertrouwde omgeving van de Ridderzaal. Het is verschoven naar Brussel. Vrijwel ongemerkt hebben diplomaten en Europese functionarissen de macht op het Binnenhof veroverd en besturen zij in alle stilte, ongezien en ongecontroleerd, vanuit Brussel de ‘deelstaat’ Nederland.
    [Show full text]
  • Council., of the EUROPEAN COMMUNITIES PRESS
    COUNCil., OF THE EUROPEAN COMMUNITIES PRESS RELEASES PRESIDENCY: LUXEMBROUG JANUARY-JUNE 1991 Meetings and press releases April-May 1991 Meetin~ number Subject Date 1481 st Economics/Finance 8 April 1991 1482nct General Affairs 15 April 1991 1483rct Fisheries 18 April1991 1 1484 h Agriculture 22-23 April 1991 1 1485 h Research 24 April 1991 1 1486 h Industry 29 April 1991 1 1487 h General Affairs 13-14 May 1991 1 1488 h No record of a meeting 1 1489 h Agriculture 21-24 May 1991 1 1490 h Development Co-operation 27 May 1991 1491 st Energy 31 May 1991 - 1 - COUNCIL OF THE EUROPEAN COMMUNITIES GENERAL SECRETARIAT PRESS REL A E 5590/91 (Presse 43) 1481st meeting of the Council - Economic and Financial Affairs - 5th Ministerial Meeting of the IGC on EMU Brussels, 8 April 1991 President: Mr Jean-Claude JUNCKER Minister for Finance of the Grand Duchy of Luxembourg 5590/91 (Presse 43 - G) EN - 2 - 8. IV. 91 ary/AM/dvw The Governments of the Member States and the Commission of the European Communities were represented as follows: Belgium: Mr Philippe MAYSTADT Minister for Finance Denmark: Mr Anders FOGH RASMUSSEN Minister for Economic Affairs Mr Jens THOMSEN State Secretary, Ministry of Finance Germany: Mr Horst KOHLER State Secretary, Federal Ministry of Economic Affairs Greece: Mr Eythymios CHRISTODOULOU Deputy Minister for Economic Affairs Spain: Mr Pedro PEREZ State Secretary for Economic Affairs France: Mr Pierre BEREGOVOY Ministre d'Etat, Minister for Economic and Financial Affairs and the Budget Mrs Elisabeth GUIGOU Minister for European Affairs Ireland: Mr Albert REYNOLDS Minister for Finance P.1r Guido CARLI Minister for the Treasury tvtr EmiU.o RUBBI State Secretary for the Treasury Mr Stefano DE LUCA State Secretary for Finance 5590/91 (Presse 43 - Gl EN - 3 - 8.IV.91 ary/AM/dvw Luxembourg: Mr Jean-Claude JUNCKER Minister for Fina~ce Mr Robert GOEBBELS Minister for Economic Affairs Netherlands: Mr W.
    [Show full text]