De colleges van de gemeenten , , , Noord-Beveland en Reimerswaal, ieder voor zover zij bevoegd zijn; overwegende dat bij eensluidend besluit van de colleges van 21 mei 2013 is aangegaan de gemeenschappelijke regeling Samenwerking De Bevelanden; dat voornoemd besluit gewijzigd is vastgesteld bij besluiten van: - het college van Borsele dd. 19 april 2016; - het college van Goes dd. 26 mei 2016; - het college van Kapelle dd. 24 mei 2016; - het college van Noord-Beveland dd. 10 mei 2016; - het college van Reimerswaal dd. 22 april 2016; dat zij het gewenst achten de gemeenschappelijke regeling op diverse punten aan te passen naar aanleiding van het model van de VZG en van het rapport “Evaluatie gemeenschappelijke regeling De Bevelanden” van Berenschot dd. 15 augustus 2017; dat: de gemeenteraad van Borsele bij besluit van (datum), de gemeenteraad van Goes bij besluit van (datum), de gemeenteraad van Kapelle bij besluit van (datum), de gemeenteraad van Noord-Beveland bij besluit van (datum) en de gemeenteraad van Reimerswaal bij besluit van (datum) toestemming als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen hebben verleend voor het wijzigen van deze gemeenschappelijke regeling door de onderscheiden colleges; gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Gemeentewet, de Algemene wet bestuursrecht en de Archiefwet; besluiten: vast te stellen de navolgende wijziging van de gemeenschappelijke regeling Samenwerking De Bevelanden:

Artikel I

A Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd: - In lid 2 onder D2 wordt “opgedragen” vervangen door “overgedragen”; - Lid 3 komt als volgt te luiden: 3. Naast de in lid 2 bedoelde taken en bevoegdheden en hetgeen rechtstreeks door de wet aan het samenwerkingsverband is opgedragen, omvat de behartiging van de in artikel 4 bedoelde belangen in ieder geval de volgende taak en bevoegdheid: het treffen van een regeling voor het voeren van een secretariaat. B Van artikel 8 komt lid 11 te vervallen en wordt lid 12 vernummerd tot lid 11.

C Van artikel 9, lid 3 komen de onderdelen e, h en i te vervallen. Vervolgens worden de onderdelen f en g vernummerd tot respectievelijk e, en f.

D Van artikel 10, lid 6 wordt “een derde deel” vervangen door “een vijfde deel”.

E Van artikel 12 komt lid 4 te vervallen en wordt lid 5 vernummerd tot lid 4.

F Van artikel 15 lid 2 onder c wordt “, met uitzondering van de directeur” geschrapt, onder d wordt de laatste punt vervangen door een puntkomma en daar onder toegevoegd: e. Het vaststellen van een instructie voor de directeur.

G Artikel 20 komt als volgt te luiden: 1 Bij de regeling is personeel werkzaam voor de uitvoering van de aan de Samenwerking De Bevelanden overgedragen taken, in dienstverband of op detacheringsbasis. 2 Het dagelijks bestuur stelt voor het in dienst zijnde personeel van de regeling de arbeidsvoorwaardenregeling vast conform de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor het gemeentepersoneel (CAR/UWO), dan wel de (gewijzigde) collectieve arbeidsvoorwaardenregeling die daarvoor in de plaats komt.

H Artikel 23 komt te vervallen.

I Artikel 24 komt als volgt te luiden: Artikel 24 Begrotingsprocedure 1. Het dagelijks bestuur stuurt jaarlijks vóór 15 april de ontwerpbegroting voor het komende kalenderjaar met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen voor de drie daarop volgende jaren van de gemeenschappelijke regeling Samenwerking De Bevelanden aan de raden van de deelnemende gemeenten. Het bepaalde in art. 190 lid 1 van de Gemeentewet is van toepassing evenals het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV). 2. De ontwerpbegroting met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen wordt door de gemeenten voor een ieder ter inzage gelegd en tegen betaling van de kosten algemeen verkrijgbaar gesteld. Het bepaalde in artikel 190 lid 2 en 3 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing. 3. De raden van de deelnemende gemeenten kunnen binnen acht weken na ontvangst van de ontwerpbegroting met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen het dagelijks bestuur hun zienswijze aangeven. Het dagelijks bestuur voegt de commentaren waarin de zienswijze van de raden zijn vervat, bij de ontwerpbegroting met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen, die aan het algemeen bestuur wordt aangeboden. 4. Het dagelijks bestuur stuurt de begroting binnen twee weken na vaststelling met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen, maar in ieder geval vóór 1 augustus van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, aan Gedeputeerde Staten. 5. Nadat deze is vastgesteld, stuurt het dagelijks bestuur de begroting met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen aan de raden van de deelnemende gemeenten. 6. Op wijzigingen van de begroting zijn voorgaande bepalingen van overeenkomstige toepassing. 7. Het bestuur geeft de deelnemende gemeenten de gelegenheid om wensen en bedenkingen in te geven over begrotingswijzigingen. Een begrotingswijziging blijft achterwege voor uitgaven die binnen een programma van de eigen begroting kunnen worden opgevangen en/of die geen belangrijke beleidswijzigingen betreffen en/of geen structurele gevolgen hebben voor de begroting van het volgende jaar en/of volgende jaren.

J Van artikel 25 lid 4 wordt “de artikelen 198 en 199 van de Provinciewet” vervangen door “artikelen 194 en 195 van de Gemeentewet.

K Artikel 27 komt als volgt te luiden: Artikel 27: Jaarstukken 1. Het dagelijks bestuur legt vóór 15 april aan het algemeen bestuur verantwoording af over het afgelopen kalenderjaar, onder overlegging van de opgestelde jaarstukken en een berekening van de door de deelnemende gemeenten te betalen bijdragen, naast het rapport van de met de controles belaste accountant. 2. De jaarstukken worden gelijktijdig ter informatie aan de raden van de deelnemende gemeenten toegezonden. 3. Het algemeen bestuur onderzoekt de jaarstukken en stelt haar vast uiterlijk 1 juli, volgende op het jaar waarop deze betrekking heeft, evenals de bijdragen die de deelnemende gemeenten betalen in het eventuele exploitatietekort. 4. De jaarstukken worden binnen twee weken na de vaststelling aan Gedeputeerde Staten gezonden, maar vóór 15 juli. 5. Het besluit tot vaststelling van de jaarstukken verleent - voor zover het de daarin opgenomen ontvangsten en uitgaven betreft - het dagelijks bestuur tot decharge, behoudens later in rechte gebleken valsheid in bewijsstukken en/of andere onregelmatigheden.

L Van artikel 28 komt lid 2 als volgt te luiden: 2. Deze regeling wordt aan Gedeputeerde Staten toegestuurd.

M Van artikel 29, lid 2 wordt “binnen dertien weken” geschrapt.

N Van artikel 32 komt lid 7 als volgt te luiden: 7. Het besluit tot ontbinding of tot wijziging van de regeling wordt direct gezonden aan de gemeenten en gedeputeerde staten.

O Artikel 35 wordt vernummerd tot artikel 36.

P Ingevoerd wordt een nieuw artikel 35, luidende als volgt: Artikel 35: Evaluatie De regeling wordt elke 4 jaar geëvalueerd. De evaluatie heeft met name betrekking op de vraag of de samenwerking de doelen die zij zich heeft gesteld ook heeft bereikt tegen de kosten die hiervoor waren uitgetrokken. Daarnaast dient ook gekeken te worden naar de uitvoering van de specifieke taken. De manier waarop de samenwerking heeft gefunctioneerd is eveneens onderdeel van de evaluatie.

Artikel II Dit wijzigingsbesluit treedt in werking op de dag volgende op de dag van bekendmaking.

Aldus besloten in de vergadering van burgemeester en wethouders van Borsele dd. (datum) de secretaris, de burgemeester,

Aldus besloten in de vergadering van burgemeester en wethouders van Goes dd. (datum) de secretaris, de burgemeester,

Aldus besloten in de vergadering van burgemeester en wethouders van Kapelle dd. (datum) de secretaris, de burgemeester,

Aldus besloten in de vergadering van burgemeester en wethouders van Noord-Beveland dd. (datum) de secretaris, de burgemeester,

Aldus besloten in de vergadering van burgemeester en wethouders van Reimerswaal dd. (datum) de secretaris, de burgemeester,