Major Histocompatibility Complex Genes in the Common Carp, Cyprinus Carpio L

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Major Histocompatibility Complex Genes in the Common Carp, Cyprinus Carpio L Major histocompatibility complex genes in the common carp, Cyprinus carpio L. Promotor: dr. W.B. van Muiswinkel hoogleraar in de zoölogische celbiologie Co-promotoren: dr. R.J.M. Stet universitair docent in de zoölogische celbiologie/immunogenetica dr. E. Egberts universitair hoofddocent in de zoölogische celbiologie/immunologie M N0®2©\ ,200« Major histocompatibility complex genes in the common carp, Cyprinus carpio L. Saskia H.M. van Erp Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor in de landbouw- en milieuwetenschappen, op gezag van de rector magnificus, dr. C.M. Karssen, in het openbaar te verdedigen op woensdag 29 mei 1996 des namiddags te half twee in de aula van de Landbouwuniversiteit te Wageningen AISV'U CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Erp, Saskia H.M. van Major histocompatibility complex genes in the common carp, Cyprinuscarpio L. / Saskia H.M. van Erp. - [S.l. : s.n.]. -111 . Thesis Landbouwuniversiteit Wageningen. - With réf. - With summary in Dutch. ISBN: 90-5485-509-6 Subject headings: carp / major histocompatibility complex / comparative immunology. Abstract VanErp , S.H.M. 1996. Major histocompatibility complex genes in the common carp, Cyprinus carpio L. Doctoral thesis, Dept. Experimental Animal Morphology and Cell Biology, Wageningen Agricultural University, P.O. Box338 , 6700A HWageningen , TheNetherlands . This thesis describes astud y of themajo r histocompatibility complex (Mhc) genes of thecommo n carp (Cyprinus carpio L.). Themolecule s encoded byMhc genes play anessentia l role inth e specific immune response, by presenting antigens to T lymphocytes. Knowledge of theMhc of carp, therefore, contributes to our understanding of the immune responsemechanism s inthi s species. In addition, itma y give important insights inth ephylogeneti c development ofthes e genes. The common carp was found to contain several distinct lineages ofMhc class Igenes , denoted as Cyca-U, Cyca-Z, Cyca-TC16an d Cyca-CA. The Cyca-U sequences probably represent classical Mhc class Igenes , of which most likely only asingl elocu s is expressed ineac h individual. Cyca-Z genes are present inmultipl epolymorphi c copies inth e genome, but it isno t clear whether these genes are expressed. The sequence of Cyca-TC16 ismos t similar to the classI genes of the coelacanth, afish whic h isthough tt ob e arepresentativ eo f the evolutionarylineag e leading to the tetrapods. It is, however, not clear whether Cyca-TC16 isexpressed . In addition, the sequence encoding carp ß2-microglobulinwa s isolated. Althoughtw oB2m genes weredetecte d in each individual, apparently only one of these isexpressed . In contrast, at least four class IIB genes may be expressed in a singleanimal . These genes are linked intw opairs , which, however, segregate independently. In addition, twoexpresse d class IIA sequences were identified, most likely derived from two separate loci. Bothth e class IIA andB genes are likely to encode bona fide class II chains, the components of the cell-surface class II a-ß heterodimer. Althoughcar p thusposses s a complete set of class I and class II genes, it is not yet clear whether thesegene s reside in asingl egeneti cMhc region. Cover: Drie werelden. ® 1996 M.C. Escher / Cordon Art - Baarn - Holland. Alle rechten voorbehouden. *ƒ)» ^JÖÖW^S? Stellingen 1. De aanwezigheid van zowel Mhc klasse I als klasse II genen in de karper wijst erop dat al bij vissen de strategische tweedeling aanwezig is tussen immuunresponsen tegen intra- en extracellulaire antigenen. Waarschijnlijk zijn er dan ook CD4- en CD8-achtige T-cel co-receptoren aanwezig die hierin een sturende rol spelen. ditproefschrift 2. Naamgeving aan Mhc genen is gelijk de kip en het ei: een nomenclatuur die de relaties tussen genen helder enjuis t weerspiegelt is van groot belang voor het succes van het onderzoek, maar zij kan slechts juist zijn wanneer ditzelfde onderzoek de relaties volledig heeft opgehelderd, ditproefschrift 3. In termen van zijn Mhc is hetjuiste r de karper evolutionair gezien een vroegere vertebraat te noemen dan een lagere, ditproefschrift 4. Twijfel is een eerbetoon aan de waarheid - Ernest Renan - 5. In evolutionair opzicht is het ongunstig als carrièrevrouwen kinderloos blijven. - W.A.M, van Erp - 6. Dat karpers een hoge aaibaarheidsfactor hebben kan experimenteel worden aangetoond in het hoofdgebouw van de Landbouwuniversiteit Wageningen. 7. AIO's zijn alsjong e hondjes: Hoe vaak ze ook kwispelend al experimenterend tegen een boom aan lopen, na de ergste duizeligheid kwispelen ze alweer. 8. Het is een schrijnende tegenstelling dat voortschrijdende verlichting door de wetenschap juist geloof in het occulte lijkt te stimuleren. 9. Bezuinigingen die tot gevolg hebben dat wetenschappers eigenhandig boekenplanken voor hun kamer moeten kopen en ophangen, leveren waarschijnlijk alleen de Gamma geld op. 10. Hoogstwaarschijnlijk is de volksgezondheid meer gebaat bij een radicale vernietiging van sigaretten dan van Brits rundvee. Uit het uitblijven van eerstgenoemde maatregel kan dan ook worden opgemaakt dat een gezonde economie al snel belangrijker is dan gezond volk. Stellingen behorend bij hetproefschrift "Majorhistocompatibility complex genes inthe common carp (Cyprinus carpio L.)" van Saskia H.M. van Erp, Wageningen, 29 mei 1996. Voorwoord Mijn proeve van bekwaamheid. Die houdt U vast. U snapt hoe bekwaam ik me voel met dit boekje. Maar dit werkje betekent veel meer dandi e proeve alleen. Het staat voor 5jaa r "nog even naar het lab gaan", voor 5jaa r adrenaline, vreugde en veel ontzetting. Zo gaat dat in de wetenschap. En gelukkig was daar altijd weer het "En? Is het gelukt?" van een van de menseno mm eheen . Zonder hunaanwezighei d zoud eMajo r Hysterical Crisishee lwa thoge r tij hebben gevierd. Om te beginnen natuurlijk René, een rots in de branding, een baken op zee. Met bijbehorend aanvaringsgevaar natuurlijk. Maar samen hebben we het gered, René. Dankjewel. Ennatuurlij k ookEgbert ,Brian ,Pedro ,Trud ie nMarie-José .He twa sgoe dwerke n engoe d toeven injulli egezelschap . Wim, dankj e wel voorj e blinde vertrouwen inhe t succes van mijn werk. De AIO's van EDC (inclusief doctor Geert) had ik voor geen goud willen missen. Veel eten, veel wijn, veel idealen. De wereld verklaard, de ziel gesterkt. Mooie avonden. Ook dank aan de studenten die slechts achteraf genoemd in dit boekje voorkomen. Erike nJoris ,julli eware ngezellig emaatje s ophe tlab .I khe bminsten szovee lva njulli egeleer d als jullie (hopelijk) van mij. Robert, Jeroen en Bart, hoewel slechts vanaf de zijlijn heb ik van jullie werk dankbaar enkele belangrijke graantjes meegepikt. Jan (Osse), jouw belangstellende bezoekjes aan het eind van een werkdag heb ik erg gewaardeerd. En verder natuurlijk de rest vanEDC , dankjulli e wel voorjulli e interesse, koffiepraat, valentijnsrozen, gezelschap, enz. enz. Minstensd ehelf tva nmij nleve nal sAI Oha di khe tgenoege nt evertoeve ntusse nd e Veefokkers op het MHC lab. Richard, je bent van goud. Je was onmisbaar voor me, inzowe l praktische als persoonlijke zin. Jan, Martien, Tony (ik misj e confronterende grappen nog steeds, "Ik dachtda t ikee nkamee lhoorde....") , Carolien, Beja, Rosilde, Tineke, Esther, enall e anderen die in de jaren kwamen en gingen, ik heb genoten injulli e midden. Peter, jouw opgewektheid is legendarisch. Dankjewel voor alle zonnige hulp aan de copiëermachine. Wim Valen, dankj e wel voor alle plaatjes die je in dejare n voor me hebt geschoten. Mijn paranimfen, Gertjan enRichard , dankjulli evoo r alle steune ngoed e zorgen. A few words of special thanks to Felipe Figueroa and JanKlein , for their hospitality, support and volleyball-training during my stay in Tübingen. Papae nmama , Florise nJacintha , dankjulli evoo rd eliefdevoll e basise nhe t onvoorwaardelijk vertrouwen date r altijd voorm e is. Paul,j e weetondertusse n evenveelva nPC R enallelisch e lijnen als ik, ik hoop dat je nog lang mijn onderwijzerskwaliteiten zult waarderen. Dank je voor alle geduld en liefde. Enda nzij ndaa rno gd ehoofdrolspelers . Stilo pd eachtergrond ,lijden dvoorwer pe nonderwer p tegelijk. De karpers. Ze hebben geen idee wat voor geheimen ze hebben prijsgegeven. Zelfs niet die ene op de voorkant, met zijn neus er bovenop. Dank je wel visjes! Contents Chapter 1 General introduction Chapter 2 Polymorphism and estimation of the number ofMhcCyca class I and class II genes in laboratory strains of the common carp (Cyprinuscarpio L.) 17 Chapter 3 Characterization of ß2-microglobulin transcripts from two teleost species 39 Chapter 4 Identification and characterization of a new major histocompatibility complex class I gene in carp {Cyprinuscarpio L.) 59 Chapter 5 Evidence for multiple distinct major histocompatibility complex class I lineages in teleostean fish 89 Chapter 6 Characterization of major histocompatibility complex class IIA and B genes in a gynogenetic carp clone 107 Chapter 7 General discussion 131 Summary 147 Samenvatting 153 Curriculum vitae 159 Chapter 1 General introduction Allwarm -an dcold-bloode dvertebrate sposses sa mor eo rles sintegrate dimmun esyste m by which the organism defends itself against unwanted invaders like parasites, bacteria, and viruses, butals oagains tdanger s from within, liketumo rcells . Harmful attacksb yth eimmun e system on self antigenshav e to beavoided , however, and amechanis m should therefore exist by which the immune system candiscriminat e between self andnon-self . This discrimination is performed by T lymphocytes which are selected early in their development for tolerance to self, but reactivity to non-self. Antigen recognition by T cells is performed through their T-cell receptors which, however, can only recognize antigens when these are presented as peptides by Mhc molecules, the transmembrane glycoproteins encoded by the genes of the major histocompatibility complex {Mhc). In mammals, there are two major classes of Mhc molecules, class I and class II, which are distinguished by their protein structure, function and tissue distribution. Mhc class I molecules are heterodimers of a heavy class I a chain (Mr 45,000), complexed with a light chain, ß2-microglobulin (Mr 12,000).
Recommended publications
  • A Supergene-Linked Estrogen Receptor Drives Alternative Phenotypes in a Polymorphic Songbird
    A supergene-linked estrogen receptor drives alternative phenotypes in a polymorphic songbird Jennifer R. Merritta,1, Kathleen E. Grogana, Wendy M. Zinzow-Kramera, Dan Sunb, Eric A. Ortlundc, Soojin V. Yib, and Donna L. Maneya aDepartment of Psychology, Emory University, Atlanta, GA 30322; bSchool of Biological Sciences, Georgia Institute of Technology, Atlanta, GA 30332; and cDepartment of Biochemistry, Emory University, Atlanta, GA 30322 Edited by Gene E. Robinson, University of Illinois at Urbana–Champaign, Urbana, IL, and approved July 8, 2020 (received for review June 3, 2020) Behavioral evolution relies on genetic changes, yet few behaviors tan-striped (TS) morph are homozygous for the standard ar- can be traced to specific genetic sequences in vertebrates. Here we rangement, ZAL2 (13, 14) (Fig. 1A). The rearrangement is provide experimental evidence showing that differentiation of a maintained in the population because of the species’ unique dis- single gene has contributed to the evolution of divergent behav- assortative mating system; nearly every breeding pair consists of ioral phenotypes in the white-throated sparrow, a common back- one individual of each morph (15). Because almost all WS birds yard songbird. In this species, a series of chromosomal inversions are heterozygous for ZAL2m (15, 16), this mating system keeps has formed a supergene that segregates with an aggressive phe- ZAL2m in a near-constant state of heterozygosity (Fig. 1B), pro- notype. The supergene has captured ESR1, the gene that encodes foundly suppressing recombination and causing it to differentiate estrogen receptor α (ERα); as a result, this gene is accumulating from ZAL2 (15, 17). changes that now distinguish the supergene allele from the stan- The rearranged region of ZAL2m in white-throated sparrows dard allele.
    [Show full text]
  • Stance As Nonself Initiates a Complex Cascade of Events Which
    JOURNAL OF SURGICAL RESEARCH 39, l72- 18 1 ( 1985) CURRENT RESEARCH REVIEW Major Histocompatibility Complex Regulation of the Immune Response DAVID H. GUTMANN, PH.D., AND JOHN E. NIEDERHUBER, M.D. Departments of Microbiology and Immunology and Surgery, The University of Michigan Medical School, Ann Arbor, Michigan 48109 Submitted for publication July 18, 1984 The ability of an organism to distinguish self from nonself is determined by a cluster of genes located in the major histocompatibility complex. Recent advances in molecular genetics and cellular immunology have begun to elucidate the mechanisms responsible for immune response regulation. In this review article, the genetic organization of the murine and human major histocompatibility complexes and the manner by which their gene products modulate immune responsiveness are discussed. 0 1985 Academic Press. Inc. INTRODUCTION ulate the immune response in several ways. Whether this regulation is their primary The body’s recognition of a foreign sub- function is not clear, as it seemspossible that stance as nonself initiates a complex cascade other as yet undiscovered levels of regulation of events which leads to an immune response. of the immune response may exist. Since Regulation of this immune response is con- much of our understanding of the role of the trolled by a cluster of tightly linked genes MHC in immune regulation has resulted encoded within the major histocompatibility from studies on the mouse MHC, the struc- complex (MHC) [ 1, 21. While the MHC was ture and function of both mouse and, when originally defined as the site for control of available, human MHC molecules will be graft rejection, it is now known that MHC discussed in this review.
    [Show full text]
  • Chromosomal Rearrangements Maintain a Polymorphic Supergene Controlling Butterfly Mimicry
    Published in which should be cited to refer to this work. Chromosomal rearrangements maintain a polymorphic supergene controlling butterfly mimicry Mathieu Joron1,2,3, Lise Frezal1*, Robert T. Jones4*, Nicola L. Chamberlain4, Siu F. Lee5, Christoph R. Haag6, Annabel Whibley1, Michel Becuwe2, Simon W. Baxter7, Laura Ferguson7, Paul A. Wilkinson4, Camilo Salazar8, Claire Davidson9, Richard Clark9, Michael A. Quail9, Helen Beasley9, Rebecca Glithero9, Christine Lloyd9, Sarah Sims9, Matthew C. Jones9, Jane Rogers9, Chris D. Jiggins7 & Richard H. ffrench-Constant4 Supergenes are tight clusters of loci that facilitate the co-segregation be tightly linked from the outset or whether the association between of adaptive variation, providing integrated control of complex elements can be acquired, either gradually or in a single mutational adaptive phenotypes1. Polymorphic supergenes, in which specific step7–10,16–19. Chromosomal rearrangements, which can bring genes into combinations of traits are maintained within a single population, closer physical association and influence local recombination, offer one were first described for ‘pin’ and ‘thrum’ floral types in Primula1 and route through which supergenes may be assembled from more loosely Fagopyrum2, but classic examples are also found in insect mimicry3–5 linked components7,8,17–19. Although there are many cases of poly- and snail morphology6. Understanding the evolutionary mechan- morphic inversions associated with adaptive variation12,20, variation is isms that generate these co-adapted gene sets, as well as the mode in most cases geographical, rather than being maintained within popula- of limiting the production of unfit recombinant forms, remains a tions, and effects on local adaptation are cumulative. In contrast, super- substantial challenge7–10.
    [Show full text]
  • Supergene Evolution Triggered by the Introgression of a Chromosomal Inversion
    Report Supergene Evolution Triggered by the Introgression of a Chromosomal Inversion Graphical Abstract Authors Paul Jay, Annabel Whibley, Lise Frezal, ..., James Mallet, Kanchon K. Dasmahapatra, Mathieu Joron Correspondence [email protected] (P.J.), [email protected] (M.J.) In Brief Supergenes are genetic architectures underlying complex polymorphisms in many organisms. Jay et al. show that a supergene controlling mimicry polymorphism in a butterfly was formed by the introgression of a chromosomal inversion from another species. Their results emphasize the role of hybridization in the evolution of novel genetic architectures. Highlights d Chromosomal inversions underlie wing-pattern polymorphism in a Heliconius butterfly d Inversion was introgressed from another species, then maintained as a polymorphism d 1.3 Ma of evolution in separate taxa explains the divergence of supergene haplotypes d Introgression may play a key role in the formation of novel genetic architectures Jay et al., 2018, Current Biology 28, 1–7 June 4, 2018 ª 2018 Elsevier Ltd. https://doi.org/10.1016/j.cub.2018.04.072 Please cite this article in press as: Jay et al., Supergene Evolution Triggered by the Introgression of a Chromosomal Inversion, Current Biology (2018), https://doi.org/10.1016/j.cub.2018.04.072 Current Biology Report Supergene Evolution Triggered by the Introgression of a Chromosomal Inversion Paul Jay,1,* Annabel Whibley,2 Lise Frezal, 3 Marı´aA´ ngeles Rodrı´guez de Cara,1 Reuben W. Nowell,4 James Mallet,5 Kanchon K. Dasmahapatra,6 and
    [Show full text]
  • A Behavioral Polymorphism Caused by a Single Gene Inside a Supergene
    bioRxiv preprint doi: https://doi.org/10.1101/2020.01.13.897637; this version posted January 16, 2020. The copyright holder for this preprint (which was not certified by peer review) is the author/funder, who has granted bioRxiv a license to display the preprint in perpetuity. It is made available under aCC-BY-NC 4.0 International license. Merritt et al., 13 JAN 2020 – preprint copy – bioRxiv A behavioral polymorphism caused by a single gene inside a supergene Jennifer R. Merritta,1, Kathleen E. Grogana, Wendy M. Zinzow-Kramera, Dan Sunb, Eric A. Ortlundc, Soojin V. Yib, Donna L. Maneya a Department of Psychology, Emory University, Atlanta, GA 30322 b School of Biological Sciences, Georgia Institute of Technology, Atlanta, GA 30332 c Department of Biochemistry, Emory University, Atlanta, GA 30322 1 Correspondence: [email protected] Abstract Behavioral evolution relies on genetic changes, yet few social behaviors can be traced to specific genetic seQuences in vertebrates. Here, we show experimental evidence that differentiation of a single gene has contributed to divergent behavioral phenotypes in the white-throated sparrow, a common North American songbird. In this species, one of two alleles of ESR1, encoding estrogen receptor a (ERa), has been captured inside a differentiating supergene that segregates with an aggressive phenotype, such that ESR1 expression predicts aggression. Here, we show that the aggressive phenotype associated with the supergene is prevented by ESR1 knockdown in a single brain region. Next, we show that in a free-living population, aggression is predicted by allelic imbalance favoring the supergene allele. Cis-regulatory variation between the two alleles affects transcription factor binding sites, DNA methylation, and rates of transcription.
    [Show full text]
  • Mutation Accumulation in Chromosomal Inversions Maintains Wing Pattern Polymorphism in a Butterfly
    bioRxiv preprint doi: https://doi.org/10.1101/736504; this version posted August 15, 2019. The copyright holder for this preprint (which was not certified by peer review) is the author/funder, who has granted bioRxiv a license to display the preprint in perpetuity. It is made available under aCC-BY-NC-ND 4.0 International license. Mutation accumulation in chromosomal inversions maintains wing pattern polymorphism in a butterfly Paul Jay1 *, Mathieu Chouteau1,2 *, Annabel Whibley3, Héloïse Bastide4, Violaine Llaurens4, Hugues Parrinello5, and Mathieu Joron1 1CEFE, CNRS, Université de Montpellier, Université Paul Valery, Montpellier 3, EPHE, IRD, Montpellier, France 2LEEISA, USR 63456, Université De Guyane, CNRS Guyane, IFREMER Guyane, 275 route de Montabo, 797334 Cayenne, French Guiana 3School of Biological Sciences, University of Auckland, Auckland, New Zealand 4ISYEB, UMR7205 CNRS-MNHN-9UPMC-EPHE, Muséum national d’Histoire naturelle, CP 50,45 rue Buffon, 75005 Paris, 10France. 5MGX, Biocampus Montpellier, CNRS, INSERM, Université Montpellier, Montpellier, France *These authors contributed equally. While natural selection favours the fittest genotype, polymor- The Amazonian butterfly Heliconius numata displays wing phisms are maintained over evolutionary timescales in numer- pattern polymorphism with up to seven morphs coexisting ous species. Why these long-lived polymorphisms are often as- within a single locality, each one engaged in warning color sociated with chromosomal rearrangements remains obscure. mimicry with distinct groups of toxic species. Adult morphs Combining genome assemblies, population genomic analyses, vary in mimicry protection against predators and in mating and fitness assays, we studied the factors maintaining multiple success via disassortative mate preferences (13, 16). Poly- mimetic morphs in the butterfly Heliconius numata.
    [Show full text]
  • The First Record of Translocated White-Clawed Crayfish from the Austropotamobius Pallipes Complex in Sardinia (Italy)
    J. Limnol., 2015; 74(3): 491-500 ORIGINAL ARTICLE DOI: 10.4081/jlimnol.2015.1143 The first record of translocated white-clawed crayfish from the Austropotamobius pallipes complex in Sardinia (Italy) Julien AMOURET,1,2* Silvia BERTOCCHI,3 Sara BRUSCONI,3 Marco FONDI,3 Francesca GHERARDI,3† Frédéric GRANDJEAN,2 Lorenzo A. CHESSA,4 Elena TRICARICO,3 Catherine SOUTY-GROSSET2 1Department of Life and Environmental Sciences, University of Iceland, Sturlugata 7, 101 Reykjavik, Iceland; 2Laboratoire Ecologie & Biologie des Interactions, Equipe Ecologie Evolution Symbiose, UMR CNRS 7267, Université de Poitiers, 5, rue Albert Turpin, TSA 51106 F-86073 Poitiers Cedex 9, France; 3Dipartimento di Biologia, Università di Firenze, Via Romana 17, 50125 Firenze, Italy; 4Dipartimento di Protezione delle Piante-Ecologia, Università di Sassari, Via E. De Nicola 9, 07100 Sassari, Italy *Corresponding author: [email protected] ABSTRACT The white-clawed crayfish Austropotamobius pallipes complex is native to Europe, being present in 18 European countries, Italy included. However, the number and abundance of its populations are today restricted and it has been recently classified as endangered by IUCN (International Union for Conservation of Nature). Here, we report the first record of this freshwater crayfish in Sardinia Island (Italy). Using a fragment of the mitochondrial DNA 16S rRNA gene, we identified three haplotypesonly that correspond to the A. italicus meridionalis subclade. We provide information about the sampling area, population density and finally discuss hypotheses about the occurrence of this population in Sardinia, comparing it with other Mediterranean populations. Our results improve the existing knowl- edge about the phylogeography of the taxon across Italy, confirming its complex pattern of distribution.
    [Show full text]
  • Multiple Convergent Supergene Evolution Events in Mating-Type
    Multiple convergent supergene evolution events in mating-type chromosomes Sara Branco, Fantin Carpentier, Ricardo Rodriguez de la Vega, Hélène Badouin, Alodie Snirc, Stéphanie Le Prieur, Marco Coelho, Damien de Vienne, Fanny Hartmann, Dominik Begerow, et al. To cite this version: Sara Branco, Fantin Carpentier, Ricardo Rodriguez de la Vega, Hélène Badouin, Alodie Snirc, et al.. Multiple convergent supergene evolution events in mating-type chromosomes. Nature Communica- tions, Nature Publishing Group, 2018, 9 (1), pp.2000. 10.1038/s41467-018-04380-9. hal-01796609 HAL Id: hal-01796609 https://hal.archives-ouvertes.fr/hal-01796609 Submitted on 21 May 2018 HAL is a multi-disciplinary open access L’archive ouverte pluridisciplinaire HAL, est archive for the deposit and dissemination of sci- destinée au dépôt et à la diffusion de documents entific research documents, whether they are pub- scientifiques de niveau recherche, publiés ou non, lished or not. The documents may come from émanant des établissements d’enseignement et de teaching and research institutions in France or recherche français ou étrangers, des laboratoires abroad, or from public or private research centers. publics ou privés. ARTICLE DOI: 10.1038/s41467-018-04380-9 OPEN Multiple convergent supergene evolution events in mating-type chromosomes Sara Branco1,2, Fantin Carpentier1, Ricardo C. Rodríguez de la Vega 1, Hélène Badouin1,3, Alodie Snirc1, Stéphanie Le Prieur1, Marco A. Coelho4, Damien M. de Vienne3, Fanny E. Hartmann1, Dominik Begerow5, Michael E. Hood6 & Tatiana Giraud 1 Convergent adaptation provides unique insights into the predictability of evolution and ulti- 1234567890():,; mately into processes of biological diversification. Supergenes (beneficial gene linkage) are striking examples of adaptation, but little is known about their prevalence or evolution.
    [Show full text]
  • Simple Inheritance, Complex Regulation: Supergene‐Mediated
    Received: 15 January 2020 | Revised: 3 July 2020 | Accepted: 18 July 2020 DOI: 10.1111/mec.15581 ORIGINAL ARTICLE Simple inheritance, complex regulation: Supergene-mediated fire ant queen polymorphism Samuel V. Arsenault1 | Joanie T. King1,2 | Sasha Kay1 | Kip D. Lacy1,3 | Kenneth G. Ross1 | Brendan G. Hunt1 1Department of Entomology, University of Georgia, Athens, GA, USA Abstract 2Department of Entomology, Texas A&M The fire ant Solenopsis invicta exists in two alternate social forms: monogyne nests University, College Station, TX, USA contain a single reproductive queen and polygyne nests contain multiple reproduc- 3Laboratory of Social Evolution and Behavior, The Rockefeller University, New tive queens. This colony-level social polymorphism corresponds with individual dif- York, NY, USA ferences in queen physiology, queen dispersal patterns and worker discrimination Correspondence behaviours, all evidently regulated by an inversion-based supergene that spans more Samuel V. Arsenault, Kenneth G. Ross, than 13 Mb of a “social chromosome,” contains over 400 protein-coding genes and and Brendan G. Hunt, Department of Entomology, University of Georgia, Athens, rarely undergoes recombination. The specific mechanisms by which this supergene GA, USA. influences expression of the many distinctive features that characterize the alternate Email: [email protected]; [email protected]; [email protected] forms remain almost wholly unknown. To advance our understanding of these mech- anisms, we explore the effects of social chromosome genotype and natal colony so- Funding information Division of Integrative Organismal Systems, cial form on gene expression in queens sampled as they embarked on nuptial flights, Grant/Award Number: 1755130; Division using RNA-sequencing of brains and ovaries.
    [Show full text]
  • Avian Supergenes
    PERSPECTIVES EVOLUTION important role in generating biological diver- Lekking ruffs. From left to right, a female, an sity in taxa ranging from plants to humans. independent male, and a satellite male ruff. A third The mimetic wing patterns of butterflies are type of male ruff closely resembles the female. Recent Avian a particularly well-documented example of research has shed light on the genetic underpinnings of how supergenes can underlie complex ad- the ruff’s complex reproductive strategies (1, 2). aptations (4). However, knowledge of the supergenes genetic architecture of supergenes remains attraction and attempt to “steal” copula- limited, and the molecular mechanisms by tions. Faeder males (<1%) mimic females Genetic data reveal how which they can generate complex pheno- in their plumage and smaller size and also two complex bird mating types are unclear. The recent studies of the steal copulations. ruff (1, 2) and the white-throated sparrow (3) As Küpper et al. (1) and Lamichhaney et systems evolved provide critical advances to our understand- al. (2) now show, these three reproductive ing of these aspects of supergenes. behaviors and associated phenotypes are de- By Scott Taylor 1,2 and Leonardo Campagna1,2 Reduced recombination within super- termined by a ~4.5 Mb inversion located on genes is central to their evolution, allowing an autosome (see the figure). Independent s the extravagant displays of birds of multiple genes to be inherited as a single males carry two copies of the ancestral, non- paradise remind us, many birds go to linked unit and setting the stage for their inverted chromosome: They do not possess great lengths to pass their genes on coevolution.
    [Show full text]
  • Unravelling the Genes Forming the Wing Pattern Supergene in the Polymorphic Butterfy Heliconius Numata Suzanne V
    Saenko et al. EvoDevo (2019) 10:16 https://doi.org/10.1186/s13227-019-0129-2 EvoDevo RESEARCH Open Access Unravelling the genes forming the wing pattern supergene in the polymorphic butterfy Heliconius numata Suzanne V. Saenko1†, Mathieu Chouteau2†, Florence Piron‑Prunier1, Corinne Blugeon3, Mathieu Joron4 and Violaine Llaurens1* Abstract Background: Unravelling the genetic basis of polymorphic characters is central to our understanding of the ori‑ gins and diversifcation of living organisms. Recently, supergenes have been implicated in a wide range of complex polymorphisms, from adaptive colouration in butterfies and fsh to reproductive strategies in birds and plants. The concept of a supergene is now a hot topic in biology, and identifcation of its functional elements is needed to shed light on the evolution of highly divergent adaptive traits. Here, we apply diferent gene expression analyses to study the supergene P that controls polymorphism of mimetic wing colour patterns in the neotropical butterfy Heliconius numata. Results: We performed de novo transcriptome assembly and diferential expression analyses using high‑throughput Illumina RNA sequencing on developing wing discs of diferent H. numata morphs. Within the P interval, 30 and 17 of the 191 transcripts were expressed diferentially in prepupae and day‑1 pupae, respectively. Among these is the gene cortex, known to play a role in wing pattern formation in Heliconius and other Lepidoptera. Our in situ hybridization experiments confrmed the relationship between cortex expression and adult wing patterns. Conclusions: This study found the majority of genes in the P interval to be expressed in the developing wing discs during the critical stages of colour pattern formation, and detect drastic changes in expression patterns in multiple genes associated with structural variants.
    [Show full text]
  • The Chicken Major Histocompatibility Complex and Disease
    Animal Science Publications Animal Science 1998 The chicken major histocompatibility complex and disease Susan J. Lamont Iowa State University, [email protected] Follow this and additional works at: https://lib.dr.iastate.edu/ans_pubs Part of the Agriculture Commons, Animal Sciences Commons, Genetics Commons, and the Immunology and Infectious Disease Commons The complete bibliographic information for this item can be found at https://lib.dr.iastate.edu/ ans_pubs/855. For information on how to cite this item, please visit http://lib.dr.iastate.edu/ howtocite.html. This Article is brought to you for free and open access by the Animal Science at Iowa State University Digital Repository. It has been accepted for inclusion in Animal Science Publications by an authorized administrator of Iowa State University Digital Repository. For more information, please contact [email protected]. The chicken major histocompatibility complex and disease Abstract The chicken major histocompatibility complex (MHC), or B complex, consists of several clusters of highly polymorphic genes, some of which are associated with disease resistance. The class I and class II antigens resemble their mammalian counterparts in the encoded protein structure. The class IV region encodes the B blood group antigens, which are readily identified yb serological blood-typing. The class III region appears to be divided in chickens, with some elements that are MHC-linked and others that map elsewhere. In addition the Rfp-Y system, which bears a strong similarity to the MHC, maps to the opposite side of the nucleolar organiser region on the same microchromosome as the MHC. Each class of MHC genes is a potential candidate for a role in disease resistance.
    [Show full text]