1

Jaarverslag 2016

Inhoudsopgave 2

Leeswijzer 4

Hoofdstuk 1 Organisatie 1.1 Doelstelling organisatie en missie 5 1.2 Juridische structuur 5 1.3 Bestuursverslag 8 1.4 Verslag raad van commissarissen 10 1.5 Verslag overleg met gemeenten 14 1.6 Transacties tussen Woonlinie en haar verbindingen 15

Hoofdstuk 2 Toewijzen en verhuren van woningen 2.1 Woonruimteverdeelsysteem 16 2.2 Inkomensgrenzen en toewijzen aan doelgroepen 16 2.3 Verhuringen 17 2.4 Huurbeleid 17 2.5 Klachten, bezwaarschriften 17 2.6 Huurachterstanden en ontruimingen 17

Hoofdstuk 3 Ontwikkeling woningvoorraad 3.1 Woningvoorraad en voorraadbeleid 19 3.2 Onrendabele investeringen en overige afboekingen 21 3.3 Op te leveren nieuwbouw in komende jaren 21 3.4 Aankoop van woningen en gronden 22 3.5 Verkoop en sloop 22 3.6 Onderhoud aan woningen 23

Hoofdstuk 4 Overige diensten en activiteiten 4.1 Bouwen van koopwoningen 24 4.2 Dienstverlening aan derden 24 4.3 Verenigingen van eigenaren 24 4.4 Koopgarant 24 4.5 Beheer voor derden 24

Hoofdstuk 5 Betrokkenheid samenleving 5.1 Huisvesten en bouwen voor bijzondere doelgroepen 25 5.2 Betrekken van huurders en bewoners bij het beleid 25 5.3 Leefbaarheid 27 5.4 Personeelsbeleid 27

Hoofdstuk 6 Financieel beleid 6.1 Financiële continuïteit (inclusief kengetallen) 28 6.2 Overzicht activiteiten beleggingen 35 6.3 Verklaring uitsluitend besteding middelen in belang volkshuisvesting 35

V Jaarrekening 2016 Waarderingsgrondslagen 38 Niet uit de balans blijkende informatie 50 Geconsolideerde balans 52 Geconsolideerde winst- en verliesrekening 54 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 55 Toelichting op de geconsolideerde balans 57

2

Toelichting op de geconsolideerde winst- en verliesrekening 67 Enkelvoudige balans 75 Enkelvoudige winst- en verliesrekening 76 Enkelvoudig kasstroomoverzicht 78

VI Controleverklaring 80

VII Bijlagen 82

3

Leeswijzer

Woonlinie is trots op de bereikte prestaties. Woonlinie heeft besloten om de informatie die “moet” onder te brengen in een basaal jaarverslag inclusief de jaarrekening. Alle overige informatie is ondergebracht in een “opbrengstendocument” waarnaar we u graag verwijzen Het jaarverslag2016 is sober en doelmatig. Om de informatie in dit verslag (informatie die “moet’) leesbaar te houden, is veel in tabelvorm ondergebracht en zijn de zinnen kort gehouden.

4

Hoofdstuk 1 Organisatie 1.1 Doelstelling organisatie en missie Eind 2012 heeft Woonlinie het Meerjarenperspectief 2013-2017 ‘Bij mensen betrokken’ opgesteld. Woonlinie wil dat mensen met plezier in haar werkgebied (komen) wonen. We willen ook dat mensen in alle kernen waar we actief zijn, kunnen wonen. Keuzevrijheid dus. Hierbij heeft Woonlinie bovenal aandacht voor mensen met een smalle beurs, voor ouderen, voor mensen met een beperking en ook voor mensen die soms gewoon wat minder geluk hebben in het leven. Woonlinie wil een bijdrage leveren aan bloeiende woonkernen met een eigen karakter en een gevarieerd aanbod van woningen en voorzieningen. Als netwerkorganisatie werkt Woonlinie samen met andere partijen aan een omgeving waarin mensen zich prettig en veilig voelen, kunnen groeien en waaraan zij zelf een waardevolle bijdrage leveren.

Voor de ene woonkern betekent dit een actieve rol van Woonlinie, met veel initiatief en begeleiding. Voor andere kernen zal Woonlinie meer belangstellend en waar nodig, behulpzaam zijn. Waar mogelijk legt Woonlinie het initiatief bij de mensen.

1.2 Juridische structuur

Bedrijfsgegevens:

WOONLINIE Bezoekadres Thorbeckestraat 1, 5301 NC

Postadressen Postbus 2018, 5300 CA Zaltbommel Postbus 51, 4285 ZH

T: (088) 520 4000 E: [email protected] I: www.woonlinie.nl

NRV-nummer 13341 Inschrijfnummer BZK L0931 Kvk-nummer 18114807

Werkgebied Gemeenten Aalburg, , Woudrichem en Zaltbommel Openbaar Lichaam Sint-Eustatius, Openbaar Lichaam Saba

Woonlinie heeft per 1 januari 2013 de status van Algemeen Nut Beogende Instelling gekregen. Woonlinie is een stichting (Toegelaten Instelling) met de volgende structuur aan deelnemingen.

5

Woonlinie

Bouwlinie B.V. Bouwlinie Sleeuwijk B.V. Uithof III C.V. 2005 2010 2005 (100%) (100%) (1,3%)

vof Ontwikkelingscombinatie vof Beersteeg De Es en Transvaal 2008 2010 t/m eind 2016 (50%) (50%)

vof Spellewaard 2007 (50%)

Meerderheidsdeelnemingen Bouwlinie B.V., statutaire vestigingsplaats Woudrichem Woonlinie heeft 100% van de aandelen van Bouwlinie B.V. Eind 2005 is deze B.V. opgericht en is kapitaal gestort. De directeur-bestuurder van Woonlinie vertegenwoordigt de corporatie als statutair bestuurder in Bouwlinie. Verder heeft Bouwlinie dezelfde Raad van Commissarissen als Woonlinie.

Vof Beersteeg, statutaire vestigingsplaats Zaltbommel In de vof Beersteeg nemen Van Wanrooij Projectontwikkeling en Bouwlinie deel als vennoten. De vof is op 2 juli 2008 opgericht en vloeit voort uit de samenwerkingsovereenkomst van 17 juli 2003. Het doel van de vof is het ontwikkelen en realiseren van bouwplannen in het gebied Beersteeg in Zaltbommel. De risico’s, kosten, verliezen en opbrengsten van de vof worden door beide vennoten gelijk verdeeld (50%). Van Wanrooij treedt op als penvoerder. Er zijn in 2016 geen garanties/verplichtingen aangegaan en er hebben in beperkte mate kapitaalstortingen plaatsgevonden. Wel is gestart met de bouw van de woningen, die in 2017 zullen worden opgeleverd. Daarna zal deze Vof worden ontbonden.

Spellewaard vof, statutaire vestigingsplaats Hardinxveld-Giessendam Bouwlinie heeft samen met BM van Houwelingen B.V. in juli 2007 vof Spellewaard opgericht. Deze vof heeft tot doel het gebied Spellewaard in Zaltbommel te ontwikkelen. De risico’s, kosten, verliezen en opbrengsten worden door de vennoten gedragen in de verhoudingen 1/3 (Van Houwelingen) en 2/3 (Bouwlinie). BM van Houwelingen is voor deze vof de penvoerder. Er zijn in 2016 geen garanties/verplichtingen aangegaan en er hebben in beperkte mate kapitaalstortingen plaatsgevonden.

Bouwlinie Sleeuwijk B.V., statutaire vestigingsplaats Woudrichem In 2010 heeft Woonlinie Bouwlinie Sleeuwijk B.V. opgericht. Woonlinie heeft 100% van de aandelen van Bouwlinie Sleeuwijk B.V. Er hebben geen kapitaalstortingen plaatsgevonden. De directeur- bestuurder van Woonlinie vertegenwoordigt de corporatie als statutair bestuurder in Bouwlinie Sleeuwijk B.V. Verder heeft Bouwlinie Sleeuwijk B.V. dezelfde organisatiestructuur en raad van commissarissen als Woonlinie. Bouwlinie Sleeuwijk BV is eind 2016 afgewikkeld en wordt ontbonden.

Ontwikkelingscombinatie De Es en Transvaal vof, statutaire vestigingsplaats Harderwijk Bouwlinie Sleeuwijk B.V. heeft samen met Van Wijnen Transvaal-de Es B.V. een onderneming opgericht: Ontwikkelingscombinatie De Es en Transvaal vof. Van Wijnen treedt op als penvoerder. Het project is in fases uitgevoerd. In 2016 is het project afgerond en eind 2016 is de VOF ontbonden.

6

Minderheidsdeelneming C.V. de Uithof III, statutaire vestigingsplaats Utrecht Woonlinie neemt deel in de commanditaire vennootschap C.V. de Uithof III. Samen met 16 andere corporaties is geïnvesteerd in de bouw van ruim 300 studenteneenheden voor Stichting Studenten Huisvesting (SSH) uit Utrecht. Het project is onder andere opgezet in het kader van de matching tussen verschillende corporaties. De studenteneenheden zijn in 2008 opgeleverd. In 2016 was de uitkering van deze deelneming € 9.750.

Naast bovengenoemde deelnemingen is Woonlinie ook nog verbonden met een aantal Verenigingen van Eigenaren (VvE), voornamelijk in complexen met zowel koop- als huurappartementen. De administratie van de meeste VvE’s wordt uitgevoerd door een externe VvE-beheerder. Woonlinie treedt tijdens vergaderingen op als lid/eigenaar van de woningen.

Woonlinie was in 2016 actief in de volgende VvE’s: - Vereniging van Eigenaren Rooie Wiel in Hank. Het betreft een complex van 10 huur- en 4 koopappartementen. Het complex is in 1997 gebouwd. Het appartementsrecht is gebaseerd op de vloeroppervlakte. De administratie gebeurt door Adviesbureau Verhoeven. - Vereniging van Eigenaren Benjaminslaan in Woudrichem. Het betreft een complex van 10 huurappartementen en 2 medische ruimten, een apotheek en een huisartsenpraktijk. Het bouwjaar van het appartementencomplex is 1999. Het appartementsrecht is gebaseerd op de vloeroppervlakte. De administratie gebeurt door Clijbedi. - Vereniging van Eigenaren Residence d’Altenaer in Werkendam. Het betreft een complex van 42 huur- en 13 koopappartementen. Het bouwjaar van het complex is 2002. Het appartementsrecht is gebaseerd op de vloeroppervlakte. De administratie gebeurt door Clijbedi. - Vereniging van Eigenaren De Markt in Wijk en Aalburg. Het betreft een complex van 20 huur- en 60 koopappartementen. Het bouwjaar van het complex is 2007. Het appartementsrecht is gebaseerd op de vloeroppervlakte. De administratie gebeurt door de penningmeester (bewoner). - Vereniging van Eigenaren Hoogstraat 15 en 17 in Woudrichem. Het betreft hier 2 bedrijfsruimtes, 1 huurappartement en 1 koopappartement. Het appartementsrecht is gebaseerd op de vloeroppervlakte. De administratie wordt gedaan door XXL Woningbeheer. - Vereniging van Eigenaren De Vlinder in Zaltbommel. Het betreft een complex van 38 koopappartementen. Woonlinie maakt deel uit van de VvE zolang niet alle woningen zijn verkocht. Eind 2015 had Woonlinie 1 appartement in eigendom. Het appartementsrecht is gebaseerd op de vloeroppervlakte. De administratie wordt verzorgd door AAC Administraties. - Vereniging van Eigenaren Portage in Zaltbommel. Het betreft een complex met 74 appartementen en 9 winkelruimtes. Het appartementsrecht is gebaseerd op de vloeroppervlakte. De administratie wordt gedaan door Panen Vastgoed B.V. - Vereniging van Eigenaren ’t Rond Woudrichem. Het betreft een complex van 52 appartementen. Het betreft hier deelname in drie VvE’s voor hoofdsplitsing appartementen, ondersplitsing appartementen en een ondersplitsing huurappartementen. Het appartementsrecht is gebaseerd op de vloeroppervlakte. De administratie wordt verzorgd door Panen Vastgoed - Vereniging van Eigenaren de Nieuwe S. Het betreft een complex met 3 blokken die zijn onderverdeeld in een hoofdsplitsing en 2 ondersplitsingen: 1 voor de commerciële ruimten en 1 voor de appartementen van het betreffende blok. Het appartementsrecht is gebaseerd op de vloeroppervlakte. De administratie wordt verzorgd door Panen Vastgoed

7

1.3 Bestuursverslag Woonlinie vertaalt haar ambitie uit het Meerjarenperspectief jaarlijks aan de hand van alle focusvelden, opgaven en speerpunten naar operationele doelen. In 2016 telde ons jaarplan 13 jaardoelen. Op deze doelen konden klanten en belanghouders onze inzet verwachten.

Een groot deel van 2016 stond in het teken van het implementeren, zowel van ons nieuwe ICT- systeem als de nieuwe woningwet. De focus lag daarmee dan ook vooral op de interne organisatie.

Assetmanagement en huurbeleid In de eerste helft van 2016 is Rigo ingeschakeld om onderbouwing te krijgen voor een gedegen portefeuillestrategie. De passendheidstoets die per 1 januari 2016 is ingevoerd, vraagt om een doorrekening van het huurbeleid naar strategisch voorraadbeleid en vervolgens weer om aanpassingen van beleid. Op basis van het onderzoek is vervolgens gewerkt aan een nieuw huurbeleid, aangepast verkoopbeleid, beleid vrije sector. Dit alles had weer zijn consequenties voor het scheidingsvoorstel DAEB/Niet-DAEB. Bijzonder aan het nieuwe huurbeleid is dat er ook actief ingezet is op huurverlagingen, vooral bedoeld om woningen in de groep DAEB te brengen die nu een huurprijs hebben > € 710,68.

Binnen ons nieuwe portefeuillestrategie is vastgesteld wat de wensportefeuille voor de toekomst is, die aansluit op de veranderingen in de woningmarkt. Dit heeft behoorlijk wat invloed op de hoogte van de huren van onze woningen en de differentiatie daarvan. Dit in relatie met de slaagkans, de mutatiegraad en de woningbehoefte nu en op een middellange termijn, vraagt om continue bijsturing.

Nieuwe woningwet Scheidingsvoorstel en Bouwlinie Onderdeel van de programmalijn Administratieve Inrichting is het scheidingsvoorstel Daeb/niet-Daeb. Er is aandacht geweest voor het betrekken en actief meenemen van zowel de interne en externe toezichthouders in de afwegingen die we maakten in ons nieuwe vastgoedbeleid en in het bijzonder met de keuzes die we maken in ons scheidingsvoorstel.

Zowel de Woningwet als de tweede Veegwet maken het mogelijk voor Woonlinie om het personeel dat zich bezig houdt met projectontwikkeling via Bouwlinie, in dienst van Woonlinie te houden. Dit is een belangrijk onderdeel voor Woonlinie, omdat we graag willen blijven doorgaan met het ontwikkelen van goedkope koopwoningen om zo een bijdrage te kunnen leveren aan gemengde leefbare wijken en buurten.

Statuten, reglementen en dienstverlening Alle nieuwe of aan te passen stukken in het kader van governance zijn gereed en akkoord bevonden door zowel de raad van commissarissen als de Autoriteit Woningcorporaties.

Het gezamenlijke corporatievoorstel om Woongaard als nieuwe woningmarkt regio aan te dragen, werd gedragen en ondersteund door de betrokken gemeenten. De minister heeft ons voorstel goedgekeurd.

Regionale Woonvisie & prestatieafspraken In beide regio’s waarin we werkzaam zijn, Land van en Altena en De Bommelerwaard is besloten om samen op te trekken in zowel het opstellen van een nieuwe woonvisie als de daaruit voortvloeiende prestatieafspraken. Hiervoor zaten we met alle betrokken gemeenten, woningcorporaties en huurdersverenigingen in de regio om tafel. In beide regio’s zijn er prestatieafspraken gemaakt en is er gewerkt aan de jaarafspraken. Vooral gemeenten zijn zich het afgelopen jaar meer bewust geworden van het pakken van hun vernieuwde toezichthoudende positie. Nieuw in dit proces is de rol van de huurdersvertegenwoordigers, die actief aan tafel schuiven.

Opbrengstenboekje Ook over 2016 verschijnt er weer een opbrengstendocument. Hierin vertellen we het warme verhaal rond de cijfermatige verantwoording en maken we de balans over het afgelopen jaar op. Het behaalde resultaat inclusief haar maatschappelijke rendement staat centraal. Hierin wordt concreet

8

ingegaan op onze opgaven, doelen en opbrengsten. De opbrengst van afgelopen jaar kunt u hier lezen in ons opbrengstenboekje “De boel op orde”.

Juni 2017

Mr. P.A.W. van den Heuvel Directeur-bestuurder

9

1.4 Verslag raad van commissarissen De raad van commissarissen (RvC) is belast met het toezicht op de algemene gang van zaken binnen Woonlinie en op het beleid van de directeur-bestuurder. Tevens adviseert de RvC het management van Woonlinie en vervult de RvC voor de directeur-bestuurder de werkgeversrol. De RvC hecht belang aan een goed ondernemingsbestuur. In dit hoofdstuk legt de RvC verantwoording af over de wijze waarop in 2016 invulling is gegeven aan de uitvoering van de taken en bevoegdheden. De RvC onderschrijft de nieuwe Governancecode. In 2016 zijn diverse acties ondernomen om er voor te zorgen dat Woonlinie aan de bepalingen van de Governancecode voldoet.

Samenstelling RvC De RvC bestaat uit minimaal 3 personen en maximaal 7 personen. In de statuten is bepaald dat ten minste twee leden zijn voorgedragen door de huurdersverenigingen. Binnen de raad is een diversiteit aan expertise aanwezig. In onderstaand schema staat de samenstelling van de RvC beschreven, inclusief benoemingsperiode. In september 2016 is afscheid genomen van mevrouw I. Adema. Het voorzitterschap is daarbij overdragen aan de heer D. Tangemann. Mevrouw P. Nieuwenhuis is in maart toegetreden als nieuw lid. Daarmee bestaat de RvC eind 2016 uit 3 personen. De procedure voor de werving van 3 nieuwe leden is begin 2017 afgerond.

Naam Functie Beroep

Deskundig-heidsgebied Geboortejaar Benoemd t/m Nevenfuncties Herbenoembaar Lid Remuneratie-commissie (Her)benoemd per Lid Auditcommissie Lid werving-selectie- en commissie Mevr. W.J.J.H. Adema- Voorzitter 1973 01-01-2009 30-09-2016 Zelfstandig ondernemer Nee Onderwijs, Nee Ja Ja Portfolio assessor voor (t/m 30-9-16) Strategische diverse organisaties van der Pol communicatie waaronder Stichting OCC te Gorinchem en NCOI te Hilversum.

Dhr. C. J. Ambachtsheer Lid 1950 01-01-2015 31-12-2018 Gepensioneerd Nee Financiën, Ja Nee Nee Voorzitter raad van hoofddirecteur SNS Organisatiekunde commissarissen Elbuco nv REAAL te Culemborg; lid raad van DGA Alm Investment BV advies DAS Legal Finance + DGA Alm Aktief BV te Amsterdam; voorzitter Stichting Muziektent te Almkerk; voorzitter Rivierenlandfonds te Gorinchem; lid raad van commissarissen Honeywell Bull Nederland te Amsterdam; lid raad van commissarissen Heuvelman Sound en Vision bv

Dhr. D. Tangemann Lid vanuit HV 1967 01-01-2011 31-12-2017 DGA DTA Capital, DGA Nee HRM, Financiën, Ja Ja, vanaf 01-10- Ja Bommelerwaar ICARYOU International, Technische 2016 d / voorzitter Managing Partner DTA Innovaties (v.a. 1-10-16) Consulting, Directeur Comovea GMBH Mw. P. Nieuwenhuis Lid 1974 15-03-2016 31-12-2019 Directeur cluster Ja Financiën, Nee Nee Nee Burgercommissielid Voor Bedrijfsvoering provincie Openbaar bestuur Neerijnen Noord-Brabant

Taak en werkwijze RvC De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de RvC staan omschreven in artikel 12 tot en met 19 van de statuten van Woonlinie. Deze statuten zijn te vinden op de website www.woonlinie.nl.

Om de toezichthoudende taak goed uit te kunnen voeren laat de RvC zich door het bestuur en MT van Woonlinie informeren over de financiële en volkshuisvestelijke resultaten. Als kader voor het uitoefenen van de toezichtstaak hanteert de raad van commissarissen de woningwet/BTIV, governancecode, governance framework met bijbehorende statuten en reglementen, de missie, het meerjarenperspectief, de jaarplannen, de begroting en de managementrapportages. Daarnaast licht de accountant elk jaar het accountantsverslag toe in de vergadering waarin de jaarrekening wordt vastgesteld en geeft zij adviezen in de vorm van een managementletter. Ook is er overleg met de ondernemingsraad (OR) van Woonlinie. De commissarissen die vanuit de huurdersverenigingen in de RvC zitting hebben, wonen regelmatig vergaderingen van de huurdersverenigingen bij en brengen vanuit die doelgroep informatie in.

10

De leden van de RvC bezoeken relevante symposia, cursussen en congressen en zijn aanwezig bij kerngesprekken met stakeholders. Daarnaast ontvangen de leden van de RvC veel informatie over wat er zich regionaal en landelijk afspeelt in de sector van de volkshuisvesting. Dit komt iedere vergadering aan de orde.

Toepassen Governance-code In de Governance-code is vastgelegd wat de sector verstaat onder goed bestuur. De RvC onderschrijft de governance-code. De statuten en alle relevante reglementen zijn in 2016 gecheckt en eventueel herzien. Woonlinie wijkt op het volgende punt af van de code: - Benoeming van de bestuurder voor een (her-)benoemingsperiode van maximaal 4 jaar. De huidige bestuurder van Woonlinie is benoemd vóór de invoering van de code en Woonlinie is daarmee gebonden aan een contract voor onbepaalde tijd.

Er is een klokkenluiderregeling en een integriteitscode, die zowel voor het bestuur en de medewerkers van Woonlinie geldt, als voor de leden van de RvC. Deze documenten zijn te vinden op www.woonlinie.nl. Beide regelingen zijn in 2016 opnieuw beoordeeld en vastgesteld.

Tegenstrijdige belangen/leningen/garanties In 2016 is geen sprake geweest van (transacties met) tegenstrijdige belangen waarbij leden van de RvC of het bestuur betrokken waren. Alle leden van de RvC zijn onafhankelijk in de zin van de Governance-code. Woonlinie verstrekt geen leningen of garanties aan leden van de RvC, de directeur- bestuurder en/of medewerkers van Woonlinie.

Commissies De RvC werkt met drie commissies:  Remuneratiecommissie  Werving- en selectiecommissie  Auditcommissie

Remuneratiecommissie Op 17 december 2016 heeft er een beoordeling- en functioneringsgesprek plaatsgevonden tussen de remuneratiecommissie en de directeur-bestuurder. Dit gesprek is gevoerd aan de hand van de resultaten van een vergadering van de RvC waarin het eigen functioneren van de RvC en het functioneren van de directeur-bestuurder is besproken (de zogeheten ‘zelfevaluatievergadering’).

Werving- en selectiecommissie De selectie van nieuwe leden van de RvC is gebaseerd op een profielschets en een procedure werving en selectie van nieuwe leden. De RvC streeft op dit punt naar een transparante aanpak. Onderdeel van deze procedure is dat vacatures extern bekend worden gemaakt. Begin 2016 is mevrouw Nieuwenhuis geworven en per 1-3-16 benoemd als lid in de RvC. Halverwege 2016 is de werving gestart voor nieuwe leden van de RvC. Na de selectie door de RvC zijn 3 leden voorgedragen voor de fit- en propertest van de Autoriteit Woningcorporaties. De procedure is begin 2017 afgerond. Eén nieuw lid is voorgedragen vanuit een huurdersvereniging. Daarmee is vertegenwoordiging vanuit de twee huurdersverenigingen geregeld. De RvC bestaat hiermee in 2017 uit 6 personen.

Auditcommissie De auditcommissie is in 2016 twee keer bij elkaar gekomen. Er is onder andere gesproken, al dan niet in het bijzijn van derden, over de opmerkingen van de accountant in de managementletter, de implementatie van DMS, scheidingsvoorstel Daeb-niet Daeb en de ontwikkeling van Bouwlinie. Hierover is verslag uitgebracht aan de RvC. Eind 2016 is gestart met de werving van een nieuwe accountant (per voorjaar 2017) vanwege het behalen van de maximale termijn van 10 jaar van de huidige accountant.

Verbindingen De rol van de RvC strekt zich ook uit tot de verbindingen van Woonlinie. Deze verbindingen zijn benoemd in paragraaf 1.2.

11

Honorering leden RvC De honorering voor de individuele leden van de RvC was in 2015 € 5.000 op jaarbasis. Voor de voorzitter en de vicevoorzitter was de honorering € 7.500 op jaarbasis. De vergoeding is in overeenstemming met de richtlijnen zoals deze hiervoor zijn vastgelegd in de Wet Normering Topinkomens en de VTW. De RvC heeft geen apart budget voor advies, scholing of andere onkosten. De vergoeding van de RvC is niet gekoppeld aan de prestaties van Woonlinie. Kosten voor scholing/opleiding zijn onderdeel van het algemene scholingsbudget van Woonlinie.

Beloning directeur-bestuurder Het arbeidscontract met de directeur-bestuurder is aangegaan voor onbepaalde tijd. De beloning voor de directeur-bestuurder valt onder het overgangsrecht WNT en is in de afgelopen jaren naar beneden bijgesteld. De directeur-bestuurder had in 2016 een beloning van € 160.800. De afdracht aan het pensioenfonds van het werkgeversdeel bedroeg € 22.180. De directeur-bestuurder was het gehele jaar fulltime in dienst. In 2016 wordt gebruik gemaakt van het overgangsrecht zoals opgenomen in artikel 7.3 WNT.

Met de directeur-bestuurder is een pensioen overeengekomen op basis van de pensioenregeling van de Stichting Pensioenfonds Woningcorporaties. Het inkomen wordt conform de vereisten van de Wet Normering Topinkomens (WNT), gemeld aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

De directeur-bestuurder is actief als voorzitter van het bestuur van de VVD afdeling Uden.

Geboortej Benoemd Benoemd Deskundigheids Naam Functie Herbenoem-baar aar per t/m gebied

Dhr. P.A.W. van den Directeur- Volkshuisvesting / 1962 01-07-1993 n.v.t. n.v.t. Heuvel bestuurder zorg

Werkzaamheden RvC 2016 In 2016 is de raad 6 keer bijeengekomen, namelijk:  4 reguliere vergaderingen;  1 (zelf)evaluatiebijeenkomst;  1 bijzondere bijeenkomsten, nl beleidsdagen Daarnaast heeft een delegatie van de RvC deelgenomen aan een regionale kennissessie Governance in het Land van Heusden en Altena en is aanwezig geweest bij bijeenkomsten met primaire stakeholders over het scheidsvoorstel.

Reguliere vergaderingen Bij een reguliere vergadering van de RvC zijn, naast de directeur-bestuurder, ook andere MT-leden aanwezig, afhankelijk van de te bespreken onderwerpen. Bij de vergadering waarin de jaarrekening wordt vastgesteld, is tevens de accountant van BDO Audit & Assurance B.V. aanwezig. Tijdens de vergaderingen heerst er een open en transparante sfeer, met respect voor elkaars rollen.

De belangrijkste agendapunten van de (reguliere) vergaderingen waren: - goedkeuring jaarrekening 2015, jaarverslag 2015 en begroting 2017; - kennisname van managementletter en verslag van bevindingen van de accountant; - kennisname van managementrapportages; - besluiten tot goedkeuren investeringen en desinvesteringen, alsmede enkele besluiten tot aan- en verkopen inzake projecten; - terugkoppelingen van de bijeenkomsten van de remuneratiecommissie en auditcommissie; - Benoeming nieuw lid RvC en nieuwe voorzitter, wervingsprocedure nieuwe leden RvC. - Governance-framework en besluitvorming met betrekking tot statuten en reglementen - Implementatie woningwet: Besluitvorming scheidingsvoorstel Daeb-niet-Daeb. - Aangepaste begroting 2016 - Ontwikkelingen in Saba en Bonaire. Besluit tot bouw 4 woningen op Saba. - Werving nieuwe accountant

12

De RvC heeft vanuit haar rol als toezichthouder veel aandacht voor de risico’s en kansen die verbonden zijn aan projectontwikkeling. Daarbij is niet alleen aandacht voor de financiële aspecten, maar ook voor bijvoorbeeld mogelijke imagoschade en andere afbreukrisico’s. Ook wordt uitgebreid stilgestaan bij de maatregelen die Woonlinie neemt of wil nemen om risico’s te beperken dan wel aanvaardbaar te houden.

De accountant heeft het jaarverslag en de managementletter in de vergadering van juni toegelicht aan de voltallige RvC. Daarbij kwamen de volgende punten aan bod: - verantwoording over de controle 2015; - financiële ontwikkelingen en vooruitzichten; - scheidsvoorstel Daeb / Niet-Daeb - gevolgen waardering op marktwaarde; - toetsen van verbindingen aan de woningwet; - Ontwikkeling Bouwlinie; - Aanscherpen procedure voor verkoop woningen; - Verbeteren van intern controle plan en inrichten van functie van (onafhankelijk) controller.

De huidige accountant (BDO) was meer dan 10 jaar betrokken bij de controle van Woonlinie, waardoor Woonlinie op zoek moest gaan naar een ander accountantskantoor. Met betrekking tot het werven van de nieuwe accountant, is eerst een selectie gemaakt uit kantoren die ervaring hebben met woningcorporaties. Daaruit zijn twee kantoren (Deloitte en EY) gevraagd om een offerte uit te brengen. Deze offerte is toegelicht in een bespreking waarbij de gehele Raad van Commissarissen aanwezig was. Deze bespreking heeft geresulteerd in de keuze voor EY. Vanaf verslagjaar 2017 zal EY de accountant zijn voor Woonlinie (en haar verbindingen).

(Zelf)evaluatievergadering De evaluatievergadering vindt plaats zonder de aanwezigheid van de directeur-bestuurder. In deze vergadering wordt zowel het eigen functioneren, als het functioneren van de directeur-bestuurder geëvalueerd. Het functioneren van de RvC is geëvalueerd op basis van een toolkit inzake zelfreflectie van de RvC. Hier zijn de volgende punten besproken:  nieuwe leden voor RvC;  opleiding / bijscholing RvC;  taakverdeling commissies;  Gevolgen woningwet en splitsing Woonlinie/Bouwlinie;  Toegenomen werkzaamheden;  Vergoeding RvC-leden;

Tijdens dit overleg is tevens het beoordelingsgesprek met de directeur-bestuurder voorbereid, o.a. op basis van vooraf gestelde jaardoelen.

Bijzondere bijeenkomst Op 21 en 22 september 2016 is de raad bijeen geweest op de beleidsdagen. Hierbij is uitgebreid stilgestaan bij het scheidingsvoorstel Daeb / Niet-Daeb, ontwikkeling Bouwlinie, ontwikkelingen in Caribisch Nederland en heeft er een reguliere RvC vergadering.

Informatievoorziening De RvC baseert haar oordeel mede op basis van informatie afkomstig van de organisatie, zoals managementrapportages, het jaarverslag en de begroting. Daarnaast komt er ook informatie van externe bronnen, zoals het accountantsverslag, rapportages van het Ministerie BZK, gemeenten, Autoriteit Woningcorporaties, WSW. Verder heeft de RvC inzage in publicaties vanuit de pers. De RvC is van mening dat al deze informatie een betrouwbare basis vormt om een oordeel over het functioneren van Woonlinie op te kunnen baseren. Het gaat daarbij om het functioneren op de beleidsvelden zoals deze in de woningwet staan aangegeven.

Permanente educatie

13

In 2016 hebben diverse leden van de RvC opleidingen/trainingen gevolgd waarvoor PE-punten zijn toegekend. In de periode ’15-’16 dienen de RvC-leden 10 PE punten te halen.

C. D. P. van den Ambachtsheer Tangemann P. Nieuwenhuis Heuvel

Aantal behaalde PE- 6 0 13 22 punten ('15-'16) (12,5) (10) (13) (73)

De RvC en de OR Zoals gebruikelijk heeft een lid van de RvC ook dit jaar een vergadering van de OR met de directie bijgewoond.

Verklaring RvC De maatschappij, en de volkshuisvesting in het bijzonder, is in beweging. Dit geldt ook voor Woonlinie, zowel binnen de organisatie en ook naar buiten toe. Maar Woonlinie staat nog altijd dicht bij de mensen. Goed Wonen, Verantwoord Investeren en Slim Organiseren zijn de focusvelden die Woonlinie in de afgelopen jaren begeleid hebben – in haar bijdrage aan een solide en betrouwbare volkshuisvesting in de regio’s Bommelerwaard en Land van Heusden en Altena. Verandert het speelveld of de regels, dan speelt Woonlinie op verantwoorde en flexibele wijze daarop in. Dat is ook in het afgelopen jaar gebeurd, toen grote ontwikkelingen zoals de invoering van de woningwet, het scheidingsvoorstel Daeb / Niet-Daeb en de doorontwikkeling van Bouwlinie op de agenda stonden.

Ook de Raad van Commissarissen van Woonlinie is in beweging. De RvC krijgt meer taken en verantwoordelijkheden, de eisen aan toezicht zijn verscherpt. Tegelijkertijd verandert de samenstelling van de RvC ingrijpend door het vertrek van oudgedienden en de komst van 3 nieuwe leden in 2017. In het najaar van 2016 heeft mevrouw Adema het voorzitterschap overgedragen aan ondergetekende. Wij danken haar voor haar inzet en grote betrokkenheid bij Woonlinie in de afgelopen jaren.

Als RvC zijn we heel bewust bezig met de vraag hoe we scherp en kritisch kunnen blijven en in- balance onze verantwoordelijkheid kunnen naleven. We hebben daarin onze eigen rol, maar wel in nauwe samenspraak en in alle openheid met de directeur-bestuurder en de organisatie van Woonlinie. Vanuit vertrouwen en respect naar elkaar toe, gaan we de toekomst van Woonlinie tegemoet.

Decharge De RvC van Woonlinie heeft BDO Audit & Assurance B.V. aangewezen als accountant. De RvC heeft in overeenstemming met artikel 21, lid 3 van de statuten kennis genomen van de bevindingen van de accountant.

De RvC heeft het jaarverslag en de jaarrekening 2016 vastgesteld, zoals deze door het bestuur van Woonlinie is opgesteld en dechargeert het bestuur conform artikel 21, lid 6 van de statuten.

13 juni 2017 De heer D. Tangemann Voorzitter RvC

1.5 Verslag overleg met gemeenten en huurdersverenigingen De samenwerking met gemeenten en huurdersverenigingen is van groot belang voor het realiseren van lokale en regionale woonopgaven. De woonopgaven staan verwoord in woonvisies. Dit zijn beleidsmatige stukken die vragen om een vertaalslag naar de praktijk. Prestatieafspraken zijn hierin een belangrijk middel. In het voorjaar van 2016 zijn de woonvisies en prestatieafspraken per regio opgeleverd waarin Woonlinie werkzaam is. Dit betreffen de regio’s Bommelerwaard en Land van

14

Heusden en Altena. Zowel de woonvisies als prestatieafspraken zijn tot stand gekomen in een nauwe samenwerking tussen gemeenten, woningcorporaties en huurdersverenigingen.

Zowel gemeenten als huurdersverenigingen zijn zorgvuldig geïnformeerd en betrokken bij het scheidingsvoorstel Daeb / Niet-Daeb. Dit heeft geleid tot positieve zienswijze van alle partijen.

De huurdersverenigingen hebben vanuit de woningwet een stevigere rol gekregen in de beleidsontwikkeling van de corporatie. Dit vraagt om meer overleg en meer inzet op kennisontwikkeling bij de huurdersverenigingen. Maar ook wordt de discussie gevoerd tussen Woonlinie en de huurdersverenigingen over de grenzen aan de belastbaarheid van deze groep betrokken vrijwilligers.

In de reguliere overleggen met de gemeenten is, naast bovenstaande onderwerpen onder andere gesproken over nieuwbouwprojecten, bouwopgave, woningbehoefte, huisvesting statushouders en de woonladder en de ontwikkeling van Bouwlinie.

Met de huurdersverenigingen is verder gesproken over het huurbeleid, wijziging algemene huurvoorwaarden, jongerenbeleid, sloopreglement, wijziging servicefonds, huurverlaging van 157 woningen, voortgang implementatie woningwet, statuten, veranderende regelgeving zoals WWS, passend toewijzen en alle jaarlijks terugkerende thema’s zoals jaarverslag en klachten.

1.6 Transacties tussen Woonlinie en haar verbindingen

1.6.1 Transacties tussen Woonlinie en Bouwlinie B.V. In 2015 is besloten Bouwlinie BV in te zetten als partij die alle huurwoningen voor Woonlinie gaat realiseren. Daarnaast is Bouwlinie actief met het verkopen van kavels en administratieve werkzaamheden rondom het bouwen van huur- en koopwoningen. Woonlinie neemt de woningen af van Bouwlinie. Overigens zijn de huurwoningen die Woonlinie reeds in aanbouw had in 2015, niet via Bouwlinie gebouwd. Alle transacties hebben tegen zakelijke voorwaarden plaatsgevonden.

1.6.2 Transacties tussen Woonlinie en Bouwlinie Sleeuwijk B.V. Bouwlinie Sleeuwijk B.V. heeft in 2010 samen met Van Wijnen Transvaal-de Es B.V. een onderneming opgericht: Ontwikkelingscombinatie De Es en Transvaal vof. In december 2016 hebben Van Wijnen en Bouwlinie Sleeuwijk een vaststellingsovereenkomst getekend waarin de partijen zijn overeengekomen de samenwerking te beëindigen en de V.O.F. te ontbinden. In de VOF waren nog 3 onverkochte winkelruimtes en een beperkt aantal kavels. Van Wijnen is bereid de winkels en kavels over te nemen en de laatste werkzaamheden af te ronden. Wanneer Gemeente Werkendam, waarmee een samenwerkingsovereenkomst voor het project is afgesloten, instemt met het uittreden van Bouwlinie Sleewijk, worden de winkels en kavels overgedragen aan Van Wijnen en kan de VOF worden afgewikkeld. Het verwachte verlies bedraagt €427.000. Dit verlies is verwerkt in het geconsolideerde resultaat van 2016. Bouwlinie Sleeuwijk BV zal in 2017 verder worden afgewikkeld. Alle transacties hebben tegen zakelijke voorwaarden plaatsgevonden.

15

Hoofdstuk 2 Toewijzen en verhuren van woningen

2.1 Woonruimteverdeelsysteem De vrijgekomen woningen van Woonlinie worden verdeeld via Woongaard. Woongaard is een samenwerkingsverband van 15 woningcorporaties (waaronder Woonlinie) op het gebied van woonruimteverdeling. Omschrijving WOONGAARD WOONGAARD WOONLINIE WOONLINIE 2015 2016 2015 2016 Aantal ingeschreven personen/huishoudens (*) 50.241 52.517 12.139 12.574 Aantal woningen in woningvoorraad (*) 49.069 49.262 4.093 4.117 Aantal actief woningzoekenden (*) 8.676 8.603 1.273 1.577 Aantal reacties (*) 74.699 68.634 5.972 5.927 Aantal verhuringen via Woongaard 3.284 3.098 220 257 Wachttijd in jaren (*) 4,8 4,4 5,6 6,2 Zoektijd in jaren (*) 0,3 0,6 0,5 0,8

(*) Cijfers Woonlinie betreft woningen/woningzoekenden uit gemeenten Aalburg, Werkendam, Woudrichem en Zaltbommel

Uit bovenstaande tabel valt af te leiden dat, op Woongaard-niveau, circa 16% van alle woningzoekenden, actief woningzoekende is. De actief woningzoekende reageert gemiddeld 8x.

2.2 Inkomensgrenzen en toewijzen aan doelgroepen Inkomensgrenzen Corporaties zijn verplicht om 80% van de woningen toe te wijzen aan de doelgroep met een belastbaar inkomen tot € 35.739. De volgende 10% moet worden toegewezen aan de doelgroep met een belastbaar inkomen tot € 39.874. De overige 10% is gereserveerd voor hogere inkomens en uitzonderingen, zoals herstructurering, zorg of calamiteiten. In 2016 voldeed Woonlinie aan de gestelde normen.

Omschrijving WOONLINIE WOONLINIE 2015 2016 Toegewezen aan huishoudens tot € 35.739 (2015: € 34.911) in % 96,7% 94,4% Toegewezen aan huishoudens € 35.739-€ 39.874 in % (in 2015 n.v.t.) n.v.t. 5,2% Toegewezen aan huishoudens > € 39.874 (in 2015: € 34.911) 3,3% 0,4% Aantal woningen toegewezen n.v.t. 261 Aantal toewijzingen meetellend voor passend toewijzen n.v.t. 182 Aantal woningen niet passend toegewezen n.v.t. 0 Score passend toewijzen n.v.t. 100%

In bijlage 1 is het aantal toewijzingen volgens de BTIV-tabel opgenomen.

Urgenten In 2016 heeft Woonlinie 5 urgente woningzoekenden gehuisvest, 1 in het Land van Heusden en Altena en 4 in Zaltbommel. Van deze urgente woningzoekenden waren er 2 urgent wegens herstructurering, 2 vanuit sociale urgentie.

Taakstelling In 2016 heeft Woonlinie 55 woningen verhuurd aan 109 statushouders, waarvan 28 woningen (70 personen) in het Land van Heusden en Altena en 27 woningen (39 personen) in Zaltbommel. Totale taakstelling in het Land van Heusden en Altena was 139. Voor het Land van Heusden en Altena is de overall-taakstelling voor de gemeente Aalburg en Werkendam niet behaald. Begin 2017 wordt de achterstand echter ingelopen. In de gemeente Woudrichem is de taakstelling wel behaald. In Zaltbommel was de taakstelling voor Woonlinie 70 statushouders, deze taakstelling is ook behaald.

WMO en woonzorgindicatie De toewijzing voor WMO-woningen gaat via de diverse gemeenten en op basis van CIZ-indicaties (Centrum Indicatiestelling Zorg). Dat betekent dat alleen woningzoekenden met een bepaalde zorgbehoefte voor een dergelijke woning in aanmerking komen. Aanvragen voor woonzorgindicaties

16

worden beoordeeld door een onafhankelijke indicatieadviseur. In totaal zijn door Woonlinie in 2016 20 woningen met een woonzorgindicatie aangeboden.

2.3 Verhuringen in 2016 In 2016 zijn er 253 woningen beschikbaar gekomen voor verhuur (exclusief nieuwbouw). De mutatiegraad was afgelopen jaar 5,7%.

Tijdelijke bewoning Woonlinie schakelt Camelot Beheer B.V. in om sloopwoningen tijdelijk te laten bewonen. Hiermee wordt voorkomen dat woningen aan vandalisme bloot worden gesteld. Eind 2016 waren 8 woningen in beheer bij Camelot Beheer B.V.

2.4 Huurbeleid Per 1 juli 2016 is voor de meeste woongelegenheden een huurverhoging doorgevoerd van 1%. Woonlinie heeft er voor gekozen om geen inkomensafhankelijke huurverhoging toe te passen, zowel uit principiële als pragmatische overwegingen. De huurverhoging heeft betrekking op alle woongelegenheden, exclusief woningen op de slooplijst waar een sloopbesluit voor is genomen. Voor garages, bergingen en parkeerplaatsen bedroeg de huurverhoging 1%. Bij bedrijfspanden is het huurverhogingspercentage doorgaans afhankelijk van het consumentenprijsindex cijfer (CPI-cijfer), gepubliceerd door het CBS. Bij mutatie is het mogelijk dat de huur van een woning wordt geharmoniseerd. Hiervoor is voor alle woongelegenheden een streefhuur vastgelegd.

2.5 Klachten, bezwaarschriften Vanaf 1 oktober 2015 is deze commissie vervallen en is de onafhankelijke klantenbehandeling ondergebracht bij een groter orgaan genaamd de Regionale Klachtencommissie Rivierenland. Hier zijn geen klachten voor Woonlinie behandeld. De Regionale Geschillencommissie in het Land van Heusden en Altena heeft evenmin geschillen voor Woonlinie afgehandeld.

2.6 Huurachterstanden en ontruimingen Huurachterstanden Woonlinie wil voorkomen dat huurders onnodig in een duur en lang gerechtelijk (incasso)traject terecht komen. Daarom is er een strak incassobeleid. Verder worden huurders, als de schulden desondanks te hoog oplopen, verwezen naar gemeentelijke schuldhulpverlening, maatschappelijk werk en budgetbeheerders voor budgetbegeleiding. Woonlinie en instanties zoals gemeenten en maatschappelijk werk, proberen gezamenlijk een lage drempel te creëren voor huurders om huurbetalingsproblemen te bespreken. In 2016 bedroeg de huurachterstand € 225.600 (2015: € 258.000). In 2016 is € 23.000 aan huurdebiteuren (huurachterstanden + overige kosten) afgeboekt als oninbaar (2015: €75.000). Van de 243 huishoudens met een achterstand waren 49 niet-actieve contracten (2015: resp. 240 en 38). In de huurachterstand per eind 2016 zijn inbegrepen betalingsregelingen van € 34.500 (2015: 30.000).

Deurwaarder Het gehele incassoproces is erop gericht om overdrachten aan de deurwaarder met in het ergste geval ontruimingen te voorkomen. Indien de huurachterstand aanhoudt na verschillende aanmaningen, brieven en een persoonlijk gesprek, dan draagt Woonlinie de huurder over aan Digideur Incassodiensten en gerechtsdeurwaarders (voorheen: gerechtsdeurwaarder Tempelman-de Niet). Eind 2016 zaten 101 (ex)-huurders (2015: 114) bij de deurwaarder.

Bewindvoering, budgetbeheer en schuldhulpverlening In totaal is in 2016 bij 37 huishoudens (2015: 33) sprake van een reeds actief schuldhulpverleningstraject of uitgesproken WSNP. In 2016 hadden 153 huishoudens (2015:138) een budgetbeheerder of beschermingsbewindvoerder.

17

Ontruimingen Ontruiming is het laatste middel dat wordt ingezet om bijvoorbeeld een overlastsituatie een halt toe te roepen. Woonlinie is terughoudend in het ontruimen van woningen. Echter, soms kan het niet anders. De procedure heeft als doel ontbinding van de huurovereenkomst. In eerste instantie proberen onze medewerkers te bemiddelen tussen klagers en veroorzakers. Maar ook wordt de hulp van andere instanties ingeschakeld, denk hierbij aan buurtbemiddeling of politie. Wanneer verschillende inspanningen niet voldoende blijken te zijn en de overlast blijft aan, dan start Woonlinie een procedure voor ontruiming. Bij de ontruimingen op basis van huurachterstand is vaak ook sprake van overlast gevend gedrag. In 2016 hebben 3 (2015: 2) onvrijwillige ontruimingen plaatsgevonden, bij 3 (2015: 2) huurders was een ontruimingsvonnis uitgesproken, maar de bewoners hebben de woning zelf verlaten, om zo extra kosten van ontruiming te voorkomen.

18

Hoofdstuk 3 Ontwikkeling woningvoorraad 3.1 Woningvoorraad en voorraadbeleid Het woningbezit van Woonlinie bestond op 31 december 2016 uit DAEB en Niet-DAEB woningen en overige wooneenheden (over het algemeen zorggerelateerd). Woongelegenheden uitgesplitst naar plaats en gemeente, per 31 december 2016: Overige woon- Woningen eenheden Woningen Totaal woon- Plaats Daeb Daeb Totaal Daeb Niet-Daeb eenheden Babylonienbroek 6 - 6 - 6 Drongelen 14 - 14 - 14 Eethen 25 - 25 - 25 Genderen 62 12 74 - 74 Meeuwen 20 - 20 - 20 Veen 152 - 152 - 152 Wijk en Aalburg 316 - 316 - 316 Totaal Gemeente Aalburg 595 12 607 - 607 Saba 20 - 20 - 20 Totaal openbaar lichaam Saba 20 - 20 - 20 Dussen 239 - 239 3 242 Hank 408 36 444 - 444 Sleeuwijk 95 - 95 3 98 Werkendam 88 - 88 4 92 Totaal Gemeente Werkendam 830 36 866 10 876 Almkerk - 36 36 - 36 Andel 177 - 177 - 177 Giessen 93 - 93 - 93 Rijswijk 182 - 182 - 182 Woudrichem 569 55 624 16 640 Totaal Gemeente Woudrichem 1.021 91 1.112 16 1.128 Zaltbommel 1.527 27 1.554 31 1.585 Totaal Gemeente Zaltbommel 1.527 27 1.554 31 1.585 Totaal 3.993 166 4.159 57 4.216

De verdeling van de woningen (exclusief het aantal woongelegenheden in de zorg) van Woonlinie naar huurprijsklasse en per gemeente, per 31 december 2016 is als volgt:

Goedkoop Bereikbaar Duur tot toeslaggrens Duur boven toeslaggrens Gemeente (< = € 409,92) (< = € 628,76) (< = € 710,68) (> € 710,68) Totaal Aalburg 109 434 52 - 595 Saba 20 20 Werkendam 108 567 155 10 840 Woudrichem 234 657 130 16 1.037 Zaltbommel 297 891 339 31 1.558 Totaal 768 2.549 676 57 4.050 In % van totaal 19,0% 62,9% 16,7% 1,4%

19

Woonlinie is ook in het bezit van niet-woongelegenheden, zoals commerciële ruimtes, parkeerplaatsen en maatschappelijk vastgoed. Woonlinie onderscheidt maatschappelijk en bedrijfs- onroerend goed. Maatschappelijk vastgoed omvat bijvoorbeeld ontmoetingsruimtes, peuterspeelzalen en een brede school. Niet-woongelegenheden uitgesplitst naar gemeente, per 31 december 2016:

Verdeling niet-woongelegenheden per 31 december 2016 Parkeervoorzieningen Gemeente (Daeb) Overig Daeb Niet-Daeb Totaal Aalburg 0 1 3 4 Saba 0 0 0 0 Werkendam 27 9 5 41 Woudrichem 14 2 10 26 Zaltbommel 105 27 5 137 Totaal 146 39 23 208

De mutatie in de woningvoorraad is als volgt: Omschrijving Gemeente Aantal DAEB Aantal Niet-DAEB Totaal Nieuwbouw P422A Roode Camer Werkendam 4 4 P427 Buitenplaats Werkendam 38 3 41

Sloop Sloop voor nieuwbouw projecten Zaltbommel -37 -37

Verkoop Reguliere verkoop Aalburg -4 -4 Reguliere verkoop Werkendam -2 -2 Reguliere verkoop Woudrichem -11 -11 Reguliere verkoop Zaltbommel -4 -4 Mutatie voorraad te verkopen woningen 9 9

Overige mutaties Aanpassing niet-woongelegenheden naar woon-gelegenheden Werkendam 2 2 Aanpassing eenheden in verzorgingshuizen Woudrichem 3 3 Aanpassing niet-woongelegenheden naar woon-gelegenheden Zaltbommel 2 2

Voorraad 1-1-2016 4.213 Mutatie 3 Voorraad 31-12-2016 4.216

Energielabels van de woningen In 2016 is verder gewerkt aan de verbetering van het gemiddelde energetische niveau van de huurwoningen. Met de vaststelling van het Strategisch Voorraadbeleidsplan in 2013 is verder vorm en inhoud gegeven aan de ambitie van Woonlinie om 85% van alle woningen in 2023 van een groen energielabel te voorzien en maximaal nog 5% van een rood energielabel. Niet alleen door nieuwbouw, verkoop en sloop, maar juist ook door het aanbrengen van isolatie bij bestaande woningen. Woonlinie heeft de energielabels van woningen verdeeld in drie energiecategorieën: Groen energielabels A, B en C Oranje energielabels D en E Rood energielabels F en G

Eind 2016 had in de bestaande woningvoorraad 70% van de woningen een groen label. Ultimo 2016 had 22% van onze woningen een oranje label en 8% van de woningen had nog een rood label. In tabelvorm per gemeente ziet dat er als volgt uit:

20

Label Aalburg Werkendam Woudrichem Zaltbommel Totaal A+ 1% 1% 0% 0% 0% A 11% 21% 6% 18% 14% B 15% 31% 27% 33% 29% C 22% 20% 27% 32% 27% D 16% 10% 23% 10% 14% E 21% 6% 8% 4% 8% F 11% 6% 6% 2% 5% G 3% 5% 4% 1% 3% Totaal 100% 100% 100% 100% 100%

3.2 Onrendabele investeringen en overige afboekingen Onrendabele investeringen Vaak investeert Woonlinie meer geld in nieuwe woningen dan de huuropbrengsten rechtvaardigen. Dit is een gevolg van het streven van Woonlinie naar de verhuur van kwalitatief goede en betaalbare woningen. Hieronder staat een uitsplitsing van de onrendabele investeringen in 2016 naar project. Soms moeten ook eerder genomen onrendabele toppen worden gecorrigeerd in verband met wijzigingen van huurprijzen of planwijziging.

Onrendabele investeringen 2016 (bedragen x € 1.000) Projectomschrijving Onrendabele investering 2016 Rijswijkstraat, Woudrichem (10 huurwoningen) 315 Groenendijk, Woudrichem (12 huurwoningen) 185 Nieuwe Banne, Sleeuwijk (12 huurwoningen) 97 Fiep, Zaltbommel (59 huurappartementen) 751 Waluwe, Zaltbommel (18 Huurwoningen) 137

Totaal onrendabele top 2016 1.485

Behalve bovengenoemde onrendabele toppen is nog een voorziening getroffen van € 1,7 miljoen voor het project Den Eng (gemeente Aalburg). Dit heeft te maken met een gezamenlijke grondexploitatie met de gemeente Aalburg.

Overige waardeveranderingen De woningen in de wijk Binnenvergt (Zaltbommel) die in 2016 zijn gesloopt (als voorbereiding op nieuwbouw) zijn in 2016 afgewaardeerd voor € 2.359.000. Tevens zijn bestaande grond posities afgewaardeerd voor € 291.000 (op basis van taxaties). De koopgarantwoningen waarvoor Woonlinie een terugkoopverplichting heeft, zijn in 2016 opgewaardeerd met € 140.000. Daarnaast heeft het bestaande bezit in exploitatie in 2016 een waardevermeerdering gekend van € 28.154.000. Van de opgeleverde woningen waren er geen woningen met stichtingskosten die hoger waren dan € 200.000.

3.3 Op te leveren nieuwbouw in komende jaren Voor de komende jaren wordt de volgende nieuwbouw van huurwoningen voorzien:

21

Nieuwbouw komende jaren 2017 2018 2019 2020 2021 Totaal Gemeente Aalburg 4 28 32 Caribisch Nederland 6 6 12 Gemeente Werkendam 10 10 Gemeente Woudrichem 22 22 Gemeente Zaltbommel 66 26 28 12 132 Totaal 88 46 28 18 28 208 Bovenstaande opstelling komt uit de vastgestelde begroting 2017 en betreffen de “tamelijk harde projecten”. Daarnaast is er nog wel ruimte voor verdere nieuwbouw van huurwoningen. De huurwoningen die in 2017 zullen worden opgeleverd, betreffen de volgende projecten. Projectnr Projectnaam type Plaats Aantal P910H Beersteeg huur woning Zaltbommel 7 P013 Groenendijk woning Woudrichem 12 P028 Werkensepolder woning Werkendam 0 P029 Fiep appartementen Zaltbommel 59 P425 Rijswijkstraat woning Woudrichem 10

Behalve woningen wordt in 2017 ook nog de Brede School Giessen Rijswijk (gemeente Woudrichem) opgeleverd.

3.4 Aankoop van woningen en gronden Aankoop woningen Er zijn in 2016 geen woningen aangekocht voor exploitatie.

Aankoop & verkoop gronden In 2016 zijn geen grondposities aangekocht. In 2016 zijn de volgende (grond)posities verkocht. Omschrijving Gemeente Bedrag x Toelichting € 1.000 Den Doorn, Almkerk Woudrichem 242 Kavelverkoop in nieuwbouwplan “Huis van de Vergt” Zaltbommel 315 Onderdeel van herstructurering Binnenvergt Binnenvergt Zaltbommel 700 Verkoop kavels aan Bouwlinie ten behoeve van koopwoningen De Waal/Grote Kerkstraat Aalburg 125 Verkoop grond met loods Schmitzstraat Aalburg 43 Verkoop extra grond aan naastgelegen kavel Totaal 1.425

3.5 Verkoop en sloop In 2016 is het verkoopbeleid van Woonlinie niet gewijzigd. Zittende huurders hebben het recht hun woning te kopen, als deze daarvoor gelabeld is. Overigens zal deze gelabelde voorraad in omvang afnemen begin 2017. Deze daling heeft te maken met het herziene verkoopbeleid, dat weer herzien is in het kader van het bepalen van de wensportefeuille. Gesplitst naar gemeente (per ultimo jaar en in exploitatie) geeft die afgenomen omvang van de verkoop gelabelde woningen het volgende beeld:

Gemeente Verkoop Verkoop gelabeld gelabeld ultimo 2015 primo 2017 Aalburg 125 75 Werkendam 147 65 Woudrichem 269 110 Zaltbommel 155 21 Totaal 696 271

22

Sloop van woningen In 2016 zijn 37 woningen gesloopt in de Binnenvergt, waarna vervangende nieuwbouw is gestart die in 2017 wordt opgeleverd.

3.6 Onderhoud aan woningen Onderhoudskosten (x € 1.000) Omschrijving 2015 2016 Planmatig onderhoud 6.884 6.606 Waarvan geactiveerd -1.599 -3.059

Reparatieonderhoud 1.638 1.687 Mutatieonderhoud 679 643 Contractonderhoud 568 681 Totaal 8.170 6.558

Planmatig onderhoud In 2016 is groot onderhoud verricht aan 31 woningen Manetplein en Van Goghstraat in Zaltbommel, 37 woningen Drie Zalmen in Rijswijk en 3 woningen Scholtenplein in Rijswijk. Bij deze werkzaamheden worden doorgaans de schoorstenen en daken vervangen en voorzien van isolatie, nieuwe kozijnen geplaatst inclusief HR++ beglazing, spouwmuurisolatie aangebracht en gevelvoegwerk vervangen. Door dit groot onderhoud hebben alle woningen een langere levensduur en energielabel B gekregen. De werkzaamheden worden uitgevoerd zonder huurverhoging voor zittende huurders. Vanwege de levensduurverlenging en verbetering van het energielabel is een deel van de uitgaven geactiveerd.

Daarnaast is qua groot onderhoud bij 25 woningen in vesting Woudrichem het dak vervangen en voorzien van isolatie, bij 65 woningen voegwerk vervangen, bij 9 woningen Korenmolen in Meeuwen en 13 woningen Bredeweer in Dussen de kozijnen vervangen. Door de dakvervanging en kozijnvervanging krijgen de woningen doorgaans energielabels B of C. De werkzaamheden worden uitgevoerd zonder huurverhoging. Vanwege de verbetering van het energielabel is een deel van de uitgaven geactiveerd.

Naast bovenstaande groot onderhoud voeren we het “energetisch treintje” uit. Woningen met energielabels D-E-F-G worden aangepakt en verduurzaamd naar energielabel B. Bij deze werkzaamheden worden doorgaans binnendakisolatie aangebracht, spouwisolatie aangebracht, enkel en oud glas vervangen voor HR++ beglazing, voordeuren vervangen, bij sommige woningen worden CV-ketels vervangen en gashaarden vervangen voor een moderne CV-installatie.

Het cyclisch onderhoud betreft het uitvoeren van schilderwerk en vervangen van CV-ketels. Woningen worden afhankelijk van in het werk opgenomen condities geschilderd. CV-ketels worden om de 19 jaar vervangen voor energiezuinig HR-CV ketels. Soms worden CV-ketels op basis van storingen of dure onrendabele reparaties vervroegd vervangen.

Reparatieonderhoud De gemiddelde reparatiekosten per woongelegenheid waren € 400 (2015: € 389) uitgaande van 4.216 (2015: 4.213) woongelegenheden .

Mutatieonderhoud Uitgaande van 254 (2015: 252) mutaties bedroegen de mutatiekosten in 2016 gemiddeld € 2.531 (2015: € 2.695). De gemiddelde mutatiekosten per woongelegenheid waren in 2016 € 153 (2015: €161), uitgaande van 4.216 (2015: 4.213) woongelegenheden.

Contractonderhoud Uitgaande van 4.216 (2015: 4.213) woongelegenheden bedroegen de gemiddelde kosten van contractonderhoud € 161 (2015: € 135) per woongelegenheid in 2016.

23

Hoofdstuk 4 Overige diensten en activiteiten 4.1 Bouwen van koopwoningen In 2016 heeft Woonlinie geen koopwoningen verkocht of opgeleverd. Eind 2016 zijn de activiteiten Bouwlinie Sleeuwijk BV en de VOF Transvaal beëindigd.

4.2 Dienstverlening aan derden Eén medewerker is voor 1 dag per week gedetacheerd bij een collega-corporatie als HRM-adviseur. 1 Projectleider was voor een beperkt aantal uren gedetacheerd bij een gemeente als projectleider voor de bouw van een school.

4.3 Verenigingen van eigenaren Woonlinie voerde in 2016 geen administratie voor VVE’s uit.

4.4 Koopgarant In eerdere jaren heeft Woonlinie woningen verkocht met Koopgarant (Verkoop onder Voorwaarden). Wil de eigenaar de woning later verkopen, dan koopt Woonlinie de woning weer terug. Het resultaat van de verkoop wordt vervolgens gedeeld. De korting die Woonlinie verstrekt, kan variëren van 7,5% tot 27% op de marktwaarde. De woning komt door de terugkoopregeling altijd bij Woonlinie terug.

Eind 2016 heeft Woonlinie in totaal 73 terugkoopverplichtingen in het kader van Koopgarant. Eind 2015 waren dit nog 75 terugkoopverplichtingen. Het beleid van Woonlinie is er op gericht het aantal Koopgarantverplichtingen af te bouwen. In 2016 zijn geen nieuwe projecten met koopgarant- verplichtingen opgeleverd.

4.5 Beheer voor derden In 2016 beheerde Woonlinie woningen voor derden. Het gaat om 28 panden voor de gemeente Woudrichem en 45 appartementen voor twee beleggers. Woonlinie verzorgt voornamelijk het technische en administratieve beheer voor deze woningen en gebouwen. Het niet-planmatig onderhoud is door Woonlinie uitgevoerd op verzoek van de vastgoedeigenaren. Hiervoor wordt een vergoeding ontvangen. In 2013 is een stichting opgericht (samen met de gemeente Zaltbommel) voor het beheer en de exploitatie van de voormalige Lagere Technische School. De stichting heet LTS Salt Boemel en heeft als doelstelling om maatschappelijke organisaties, kunstenaars en startende ondernemers betaalbare huisvesting te kunnen bieden. Woonlinie heeft hiervoor in 2016 het beheer uitgevoerd en ontvangt daarvoor een vergoeding. Dit beheer is overigens per ultimo 2016 beëindigd.

24

Hoofdstuk 5 Betrokkenheid samenleving 5.1 Huisvesten en bouwen voor bijzondere doelgroepen Woonlinie heeft extra aandacht voor mensen in kwetsbare posities. Ook in de toekomst zullen er mensen in ons werkgebied zijn, jong of oud, met een fysieke en/of sociale beperking of een grote dosis pech. Woonlinie richt zich nadrukkelijk op deze categorie mensen. Vaak hebben zij minder kansen op de arbeidsmarkt. Hun inkomenspositie is daardoor zwak en hun keuzemogelijkheden zijn beperkt. Woonlinie zet zich in voor hun huisvesting. Woonlinie werkt intensief samen met verschillende zorgaanbieders in zowel de Bommelerwaard als in het Land van Heusden en Altena, zoals Stichting Zorgplein Maaswaarden, Stichting De Riethorst Stromenland, Stichting Thuiszorg Maatschappelijk Werk Rivierenland, Stichting Prisma, Stichting Prezzent en Stichting Cello. Zorgpartijen zijn belangrijke samenwerkingspartners voor Woonlinie, omdat zorgdiensten essentieel zijn voor de kwaliteit van wonen. Samen met tal van organisaties op het gebied van zorg en welzijn en de gemeenten wordt er gewerkt aan de optimalisatie van woon-zorgservicezones. Hierbij worden per gebied verschillende aspecten van wonen, zorg en welzijn aan elkaar gekoppeld. Meer hierover is te lezen in het opbrengstenboekje.

5.2 Betrekken van gemeenten, huurders en bewoners bij het beleid Woonlinie voert regelmatig overleg op bestuurlijk niveau met alle gemeenten waar Woonlinie actief is. In het werkgebied van Woonlinie zijn twee huurdersverenigingen actief, namelijk: - Huurdersvereniging Inbreng voor het Land van Heusden en Altena - Huurdersvereniging Bommelerwaard voor Zaltbommel Woonlinie heeft in 2016 structureel overleg gevoerd met beide huurdersverenigingen. De onderwerpen van gesprek waren onder andere het huurverhogingsbeleid en de samenwerking met huurdersverenigingen van collega-corporaties. In twee sessie (zgn. Woonlinie-vensters) zijn huurdersorganisaties en gemeenten bijgepraat over de woningwet. Dit heeft geresulteerd tot een positieve zienswijze op het scheidingsvoorstel van alle betrokken partijen.

Woonlinie steunt de huurdersverenigingen ieder jaar met een financiële bijdrage. Deze bijdrage is gebaseerd op een bedrag per woning: Woonlinie stelt € 3,50 per verhuureenheid ter beschikking. Naast huurders beschouwt Woonlinie de volgende groepen belanghouders ook als onze primaire belanghouders: de colleges van Burgemeester en wethouders en gemeenteraden van Aalburg, Werkendam, Woudrichem en Zaltbommel, het bestuur van de Openbare Lichamen Saba en St. Eustatius, de provincie Noord-Brabant, de provincie en het Ministerie van BZK.

Secundaire belanghouders van Woonlinie zijn maatschappelijke partners, bijvoorbeeld zorg-, welzijn- en onderwijsinstellingen, partners in het bouwen en wonen, brancheorganisaties en commerciële partijen waarmee Woonlinie samenwerkt. Tertiaire, toezichthoudende belanghouders zijn Autoriteit woningcorporaties (Aw) en Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW).

Woonlinie komt regelmatig in contact met haar belanghouders via reguliere (bestuurlijke) overleggen, diverse casus-overleggen, stakeholderbijeenkomsten en klantgesprekken.

Een opsomming van de activiteiten in 2016: - 7 bewonerscommissies/woongroepen zijn ondersteund; - structureel contact met de Marokkaanse vereniging Al Amal in Zaltbommel; verschillende medewerkers van Woonlinie lopen met regelmaat mee met de wekelijkse ronde die de buurtouders van Al Amal door Zaltbommel maken. Tijdens deze routes door de wijk is er contact met (hang)jongeren en worden leefbaarheidsproblemen of nieuwe ideeën voor de wijk besproken.

In het meerjarenperspectief is vastgelegd met welke partijen regelmatig overleg plaatsvindt. Dat zijn de twee huurdersverenigingen (Huurdersverenging Inbreng en Huurdersbelangenvereniging Bommelerwaard), de vier gemeenten, circa 12 zorg- en welzijnspartners en 4 onderwijsinstellingen. Met deze partijen vindt op gezette tijden overleg plaats. Met de huurdersverenigingen, gemeenten en andere woningcorporaties vindt veelvuldig overleg plaats, in elk geval over de totstandkoming van de woonvisies in de beide werkgebieden en prestatieafspraken. Daarnaast vinden met bovengenoemde partijen nog bilaterale overleggen plaats. Schematisch ziet het overleg met belanghouders er als volgt uit.

25

Door gestructureerd overleg met alle partners in ons werkveld wil Woonlinie bijdragen aan een goede samenwerking in de regio. Ook leden van de Raad van Commissarissen zijn regelmatig aanwezig bij overleg met huurdersorganisaties en op stakeholdersbijeenkomsten (bijvoorbeeld het Woonlinie- venster). In 2016 zijn er twee Woonlinie-vensters georganiseerd, o.a. over de impact van het scheidingsvoorstel.

Vrijwilligers Verschillende bewoners uit een buurt of wooncomplex doen op vrijwillige basis kleine klussen. Woonlinie werkte in 2016 samen met circa 40 vrijwilligers. Zij onderhouden ook contacten met huurders en andere wijkbewoners. Vooral in een woon-zorgcomplex, waar voornamelijk ouderen wonen, nemen vrijwilligers klussen ter hand. Woonlinie vindt de vrijwilligers en hun inzet zeer waardevol. Regelmatig spreken woonconsulenten en rayonopzichters met de vrijwilligers. De signalen van vrijwilligers geven medewerkers inzicht in het reilen en zeilen in een buurt of wooncomplex.

26

5.3 Leefbaarheid Leefbaarheid In 2016 heeft Woonlinie voor verschillende zaken aandacht gehad: - parkeermogelijkheden Binnenvergt (Zaltbommel) - bewonerscommissies en de vele vrijwilligers die voor Woonlinie actief zijn - in samenwerking met Iriszorg worden groenvoorzieningen die eigendom zijn van Woonlinie regelmatig onderhouden; - er is in diverse overlastsituaties bemiddeld tussen buurtbewoners.

Woonlinie is samen met collega-corporatie Thuis uit Eindhoven en het ministerie van BZK verenigd in het zogenoemde “Bommelberaad”. Vanuit dit “Bommelberaad” worden leefbaarheidsprojecten op Bonaire, St. Eustatius en Saba gecoördineerd.

In totaal heeft Woonlinie in 2016 circa € 174.000 besteed aan leefbaarheid. Uitgaande van 4.216 woningen is dit circa € 44 per woning.

Sponsoring en giften Met de invoering van de woningwet is sponsoring niet meer toegestaan. In 2016 zijn op zeer beperkte schaal nog wel kosten verantwoord als sponsoring: dit betreft lopende verplichtingen van vóór 2016, die in 2016 zijn afgebouwd. De uitgaven aan sponsoring in 2016 bedroegen € 12.932.

5.4 Personeelsbeleid Eind 2016 had Woonlinie 41 medewerkers (38,4 fte). Het ziekteverzuimpercentage in 2016 was 3,7%, de gemiddelde meldingsfrequentie was 0,7.

Ondernemingsraad In 2016 bestond de OR uit de volgende leden: 1e termijn 2e termijn Ronald van de Nieuwengiessen 24-06-2015 t/m 24-06-2018 Opnieuw verkiesbaar Jasper Berm 01-01-2013 t/m 31-12-2015 01-01-2016 t/m 31-12-2018 Jacqueline Ottevanger 01-01-2013 t/m 31-12-2015 01-01-2016 t/m 31-12-2018

In 2016 heeft de OR 4 keer overlegd met de directeur-bestuurder. De volgende thema’s zijn besproken: 1. Consequenties woningwet en veegwet 2. Bouwlinie en Woonlinie in relatie tot Woningwet 3. Arbo: risico-inventarisatie en evaluatie en jaarplan 4. HR-onderdeel van de managementrapportage 5. Implementatie ERP bij Woonlinie 6. Bedrijfseigen regelingen (reiskostenvergoeding en mobiele functies) 7. Vaststellen collectieve vrije dagen 2017 8. Evaluatie ontruimingsoefening

Verbinding met onderwijs Als opdrachtgever stimuleren we aannemers om leerling-bouwplaatsen te realiseren op de bouwlocatie. In 2016 hebben 10 leerlingen via aannemers van Woonlinie werkervaring opgedaan. De leerlingen zijn ingezet bij de volgende projecten: Buitenplaats Sleewijk, Brede School in Giessen/Rijswijk, Den Eng en Zaltbommel (Binnenvergt).

Behalve als opdrachtgever, wil Woonlinie ook als werkgever kansen bieden aan leerlingen. In 2016 heeft Woonlinie 5 jongeren met een stage ruimte voor werk, groei en ontwikkeling geboden: - 2 MBO-leerlingen secretaresse van Schoevers resp. Koning Willem I-college in Den Bosch. - 1 MBO/HBO leerling secretaresse van het Koning Willem I-college in Den Bosch - 1 HBO-leerling bedrijfseconomie van de Hogeschool Amsterdam - 1 HBO-leerling bouwkunde van de hogeschool Rotterdam

27

Daarnaast hebben we een vak-volwassen professional een snuffelstage geboden in het kader van haar loopbaanoriëntatie. Zij wilde namelijk als communicatie-professional (HBO) de overstap maken van een groot commercieel bedrijf naar een compacte organisatie met een maatschappelijke oriëntatie in een klantgerichte functie als klantconsulent.

Hoofdstuk 6 Financieel beleid 6.1 Financiële continuïteit Opbrengsten De huuropbrengsten zijn in 2016 licht gestegen. Dit is de resultante van huurverhogingen, onttrekking door sloop en verkoop alsmede door toevoeging vanuit nieuwbouw in 2015 en 2016. Het aantal huurwoningen is ongeveer gelijk gebleven. Het netto resultaat uit ontwikkeling o.a. de resultaten vanuit nieuwbouw van koopwoningen) is negatief. Dit komt door de afwikkeling van de activiteiten van Bouwlinie Sleeuwijk (de Nieuwe S) waardoor een verlies van circa € 427.000 is genomen in 2016. De verkoop van nieuwbouwkoopwoningen had overigens wel een positief rendement. De verkoopopbrengsten in 2016 zijn lager dan 2015 omdat een deel van de vrijkomende verkoopgelabelde woningen niet zijn verkocht, maar doorverhuurd. De belangrijkste redenen om deze woningen door te exploiteren waren gewijzigde inzichten met betrekking tot de wensportefeuille en het grote aantal vergunninghouders dat moest worden gehuisvest. In 2016 is ook besloten de verkoopgelabelde voorraad verder terug te brengen (dit besluit is begin 2017 geëffectueerd). De grootste “opbrengst” van Woonlinie in 2016 komt echter niet vanuit verhuur van woningen of verkoop van woningen, maar vanuit “niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille”. Ofwel de waardestijging van het bezit van Woonlinie. Het totale resultaat in 2016 van Woonlinie was circa € 29,4 miljoen, maar daarvan komt € 28,1 miljoen door waardestijging. Dat heeft dus niet zoveel te maken met de prestaties van Woonlinie als woningcorporatie, maar het zegt vooral iets over hoe de buitenwereld aankijkt tegen het bezit van Woonlinie.

Kosten In 2016 waren de onderhoudskosten circa € 6,6 miljoen, dat is € 1,6 miljoen minder dan 2015. Maar daarbij moet wel worden aangegeven dat met de nieuwe waarderingsgrondslag een groter gedeelte van de onderhoudsuitgaven moet worden “geactiveerd”. In absolute bedragen is in 2016 ongeveer net zo veel aan onderhoud uitgegeven als in 2015. De beheerlasten zijn licht toegenomen. Dit is niet geheel los te zien van de stortvloed aan regelgeving in het afgelopen jaar waardoor corporaties zijn getroffen (denk aan Woningwet, scheiden DAEB/Niet-DAEB en nieuwe waarderingsgrondslagen). Woonlinie doet er alles aan om de gevolgen van deze lastenstijging voor huurders zo beperkt mogelijk te houden, maar wil zich ook aan de wet houden. De operationele lasten zijn ongeveer gelijk gebleven. Een andere belangrijke kostenpost zijn de overige waardeveranderingen overige activa. Het gaat daarbij voornamelijk om nieuwe huurwoningen die voor een lagere huurprijs (dan de markthuur) in exploitatie wordt genomen. Deze lagere huurprijs leidt dan tot een lagere waardering dan de stichtingskosten, waardoor er een “onrendabele top” moet worden genomen. Vanwege goed koopmansgebruik gaat het daarbij vooral om woningen die in 2017 in gebruik worden genomen. De stijging van de vennootschapsbelasting komt voornamelijk doordat in 2014 en 2015 een belastinglatentie is gevormd, die nu weer afneemt.

Het totale jaarresultaat is ruim € 18,0 miljoen hoger dan vorig jaar, met name door niet-gerealiseerde waardeveranderingen van de vastgoedportefeuille.

Financiële meerjarenprognose Woonlinie DAEB (ontleend aan begroting 2017) 2017 2018 2019 2020 2021 Jaarresultaat (x € 1.000) 4.674 1.406 3.105 7.972 12.163 Eigen vermogen (x € 1.000) 343.071 344.477 347.582 355.554 367.716 Solvabiliteit balans (in %) 75,4% 76,0% 77,1% 77,3% 78,5% Leningen( x € 1.000) 104.598 101.512 95.945 97.546 94.086 Loan-to-value (in % marktw. verh. st.) netto 25,0% 24,2% 22,7% 22,7% 21,5% ICR (in %) 2,2 2,3 2,0 2,6 3,3 DSCR (in %) 1,9 2,0 2,1 2,2 2,3 Direct rendement (in %) 2,5% 2,4% 2,2% 2,4% 3,0%

28

Financiële meerjarenprognose Woonlinie Niet-DAEB incl. deelnemingen (ontleend aan begroting 2017) 2017 2018 2019 2020 2021 Jaarresultaat (x € 1.000) 2.877 567 1.578 1.858 2.042 Eigen vermogen (x € 1.000) 24.984 25.552 27.130 28.988 31.030 Solvabiliteit balans (in %) 59,0% 60,3% 62,7% 66,0% 68,4% Leningen( x € 1.000) 7.636 7.273 6.909 6.545 6.182 Loan-to-value (in % marktw. verh. st.) netto 49,2% 50,6% 46,9% 43,7% 40,7% ICR (in %) 6,6 5,9 6,1 6,8 8,0 DSCR (in %) 2,3 2,0 2,5 3,5 10,1 Direct rendement (in %) 3,7% 3,3% 3,6% 3,8% 4,2%

Woonlinie heeft in 2016 een wensportefeuille vastgesteld (uitkijkend op 2026). In die wensportefeuille wordt rekening gehouden met de groei van 10% van het huidige aantal woningen. Deze groei zal de komende jaren voornamelijk uit eigen middelen worden gefinancierd. In deze wensportefeuille is ook aangegeven dat het gewenste aandeel van Niet-DAEB zeer beperkt zal zijn: slechts 2% van de totale woningvoorraad zal in 2026 een huur hebben die in het geliberaliseerde segment zijn gesitueerd. Desondanks vormt het jaarresultaat van het Niet-DAEB-deel van Woonlinie toch een belangrijk deel van het totale resultaat. Dit komt vooral doordat het resultaat van Bouwlinie (een 100% deelneming van Woonlinie) hierin is verwerkt. De voornaamste taak van Bouwlinie is het doen realiseren van huur- en koopwoningen. De huurwoningen zijn voornamelijk bestemd voor Woonlinie. De koopwoningen zitten voornamelijk in het onder- en middensegment.

Risico-paragraaf Woonlinie is een maatschappelijke onderneming die zich bewust is van het gegeven dat het realiseren van ondernemingsdoelstellingen gepaard gaat met het bewust nemen van aanvaardbare risico’s. In deze paragraaf wordt op hoofdlijnen ingegaan op deze risico’s en de manier waarop Woonlinie de risico’s probeert te beheersen. De risico’s binnen de activiteiten van Woonlinie zijn als volgt te verdelen:

A. beheersingsrisico’s; B. woningmarktrisico’s; C. financiële risico’s; D. onderhoudsrisico’s; E. projectrisico’s; F. fiscale risico’s; G. compliance risico’s (wet- en regelgeving).

Risicoprofiel en risicobereidheid Een van de grootste risico’s die elke woningcorporatie loopt, is de inertie van het woningbezit, ofwel de moeizame aanpassing aan de vraag. De vraag verandert namelijk snel, terwijl de voorraad woningen moeilijk kan worden aangepast en doorgaans een groot aantal jaren mee moet gaan. Dit zijn echter ontwikkelingen waar een woningcorporatie weinig invloed op kan uitoefenen. Zij kan slechts ontwikkelingen in de woningmarkt signaleren en daarop anticiperen. Woonlinie heeft een lage risicobereidheid, maar is bereid aanvaardbare risico’s te nemen bij het uitvoeren van haar kerntaak. Risico’s die niet samenhangen met kernactiviteiten, vermijden we in beginsel.

Interne risicobeheersing en controle systemen A. Beheersingsrisico’s Onder beheersingsrisico’s wordt vooral de operationele risico’s van de dagelijkse activiteiten verstaan. Woonlinie hanteert een stelsel waarbij de jaarbegroting wordt goedgekeurd door de raad van commissarissen. Er is verder sprake van een tweemaandelijkse managementrapportage ten behoeve van de directie en het managementteam. De raad van commissarissen ontvangt 3 keer per jaar een managementrapportage evenals 2 keer per jaar een review van de jaardoelen. De jaarrekening wordt vastgesteld door de directeur-bestuurder en goedgekeurd door de raad van commissarissen. Binnen de gestelde termijnen wordt aan Corpodata, de DVI en DPI informatie verstrekt.

29

Van de belangrijkste processen bestaan procedurebeschrijvingen. In verband met de invoering van een nieuw ERP zijn deze beschrijvingen aangepast in 2016. Van alle functies zoals deze binnen Woonlinie zijn gedefinieerd bestaan functiebeschrijvingen. Er is een adequaat systeem van P&O gesprekken (planningsgesprek, voortgangsgesprek en beoordelingsgesprek) waarbij tevens een koppeling wordt gemaakt met de jaardoelen en afdelingsspecifieke doelstellingen. Binnen Woonlinie is een intern controleplan opgesteld. Tot de beheersingsrisico’s behoort ook een adequaat en strikt huurachterstandenbeleid. Uitgangspunt van Woonlinie daarbij is dat huisuitzettingen zoveel mogelijk moeten worden voorkomen. Dit kan het beste door huurschulden niet te laten oplopen.

In 2016 is de organisatie aangepast door het introduceren van Asset Management (AM). Vertegenwoordigers uit verschillende afdelingen houden zich hier mee bezig, naast hun andere taken. Door structurele aandacht voor vastgoedsturing wordt het risico beperkt dat investeringen worden gedaan die niet bijdragen aan de wensportefeuille.

B. Woningmarktrisico’s Onder woningmarktrisico’s worden de risico’s verstaan die Woonlinie loopt wanneer de vraag naar woningen (en woningtypes) zich anders ontwikkelt dan het aanbod. Daarbij wordt gemonitord hoe de huidige en toekomstige klanten van Woonlinie zich ontwikkelen. Woonlinie heeft een strategisch voorraadbeleid. Met behulp van het Strategische Beleids Instrument (SBI) is een wensportefeuille vastgesteld. Hier is in 2016 verder vorm en inhoud aan gegeven. De wensportefeuille ziet er als volgt uit.

30

Portefeuilleplan Woonlinie Kenmerk* Categorie Eventuele toelichting

huidige wens- portefeuille aandeel Transitie in portefeuille aandeel 2015 % aantallen 2026 % GK 777 19% -502 275 6% Maandhuur tot 409 Betaalbaar 1 2.036 51% 1.214 3.250 74% Maandhuur vanaf 409 tot 586 Betaalbaar2 451 11% -1 450 10% Maandhuur vanaf 587 tot 628 Huurklasse Duur 633 16% -283 350 8% Maandhuur vanaf 629 tot 710,68 Vrije sector 118 3% -43 75 2% Maandhuur vanaf 710,69 Totaal 4.015 100% 385 4.400 100% EGW 2.992 75% 225 3.217 73% Woningtype MGW 1.023 25% 160 1.183 27% Totaal 4.015 100% 385 4.400 100% Groen (ABC) 2.525 63% 1.215 3.740 85% Oranje (DE) 1.084 27% -644 440 10% Energieklasse Rood (FG) 406 10% -186 220 5% Totaal 4.015 100% 385 4.400 100% 1 1.570 40% 330 1.900 43% 2 1.939 48% -89 1.850 42% Technische Kwaliteit 3 493 12% 157 650 15% conditiescore conform NEN 4 13 0 -13 0 0 5 0 0 0 0 0 6 0 0 0 0 0 Totaal 4.015 100% 4.400 100% <=70 72 2% -11 61 2% 71-90 969 32% 210 1.179 37% oppervlakteklasse EGW (GBO) 91-110 1.326 44% -58 1.268 39% 111-130 551 18% 84 635 20% >=131 74 2% 1 75 2% Totaal 2.992 100% 225 3.217 100% <=50 m2 139 14% -8 131 11% 51-70 m2 290 28% 149 439 37% 71-90 m2 368 36% 0 368 31% Oppervlakteklasse MGW (GBO) 91-110 m2 178 17% 18 196 17% >=111 m2 48 5% 0 48 4% Totaal 1.023 100% 160 1.183 100% Woonzorg woning Goedkoop 0 0% 24 24 8% aantallen Betaalbaar 1 78 26% 152 230 77% Betaalbaar2 61 20% -61 0 0% Duur 117 39% -90 27 9% Vrije sector 43 14% -25 18 6% Totaal 299 100% 0 299 100% MOG zorg intra aantal bedden 168 0 168 streef aantallen Totaal MOG overig aantal m2 6.497 -1.497 5.000 consolideren / licht afbouwen

Totaal 6.497 -1.497 5.000 BOG aantal m2 4.975 -3.475 1.500 maximaal m2 35.000 m2 kas 0 m2 Kas Totaal 4.975 -3.475 1.500 Parkeerplaatsen aantal 146 146 maximaal aantal Totaal 146 0 146 Saba aantal 20 20 40 streef aantallen Totaal 20 20 40 Koopgarant aantal 75 -35 35 streef aantallen Totaal 75 -35 35

Overigens moet worden vastgesteld dat deze wensportefeuille niet “in beton gegoten” is, maar onderdeel vormt van een jaarlijks proces (de zgn. “Cyclische AM-kalender”).

C. Financiële risico’s Het grootste risico voor Woonlinie betreft het risico van onvoldoende liquiditeiten. Grote fluctuaties in liquide middelen worden doorgaans veroorzaakt door investeringen. Door middel van een projectenmodule (Projex) die is gekoppeld aan de integrale liquiditeitenplanning per maand wordt de ontwikkeling van de liquiditeiten op de voet gevolgd. In de diverse managementrapportages wordt gerapporteerd over de ontwikkeling van de liquiditeiten. Woonlinie heeft geen rentederivaten.

31

D. Onderhoudsrisico’s Het bezit van Woonlinie staat er goed bij. Er zijn geen structurele achterstanden op het gebied van onderhoud. Dit blijkt ook uit de conditiescore zoals die in de wensportefeuille is opgenomen (huidige portefeuille). Het planmatig onderhoud wordt door middel van een softwareprogramma gepland. Vanuit dit systeem volgt een gedetailleerde onderhoudsbegroting voor het komende jaar en de daaropvolgende jaren. Woonlinie heeft met diverse onderhoudspartijen contracten afgesloten voor onderhoud aan haar gebouwen, liften etc. Woonlinie kijkt bij het aangaan goed naar de betrouwbaarheid van deze partijen, maar ook naar de prijzen die ze hanteren.

E. Projectrisico’s Om de projectrisico’s per project zo goed mogelijk te monitoren wordt gebruikgemaakt van Projex (zie ook C). Vanwege het maatschappelijk belang is Woonlinie verder actief op het gebied van realisatie van maatschappelijk vastgoed. Vaak wordt daarbij wel van de huurder (zorgorganisatie of gemeente) verwacht dat deze partij een langlopend huurcontract tekent, ter beperking van exploitatie- en leegstandsrisico’s. Tevens wordt in het ontwerp waar mogelijk zoveel mogelijk rekening gehouden met alternatief gebruik van het vastgoed.

F. Fiscale risico’s Woonlinie heeft een taxplanning opgesteld voor de komende 10 jaar. Daarbij laat Woonlinie zich adviseren door ter zake deskundige fiscalisten. Tevens heeft Woonlinie sinds 2013 met de belastingdienst een convenant Horizontaal Toezicht afgesloten op basis van een door Woonlinie in 2015 aangepast Tax Control Framework.

G. Compliance (wet- en regelgeving) Woonlinie werkt conform de Corporate Governance-code 2015. Maar het stelsel van wetgeving waar corporaties zich aan hebben te houden is complex en bovendien aan frequente verandering onderhevig. Het is dus zaak om medewerkers bij de tijd te houden op juridisch vlak op alle werkterreinen waarop Woonlinie actief is. Er worden geen significante wijzigingen verwacht in de omvang van de personeelsformatie.

In de begroting voor 2017 is rekening gehouden met de volgende investeringskasstroom bij Woonlinie:

Kasstroomoverzicht Woonlinie DAEB 2017 2018 2019 2020 2021 Bedragen x € 1.000 Mutaties balansposten -391 10 274 -104 -133 Cashflow (des)investeringen -12.411 -3.778 -5.550 -7.709 -4.417 Verkoop 7.868 1.838 1.859 1.717 1.856 Verbetering bestaand bezit -1.690 -1.406 -735 -1.160 -474 Nieuwbouw huur -18.339 -3.960 -6.423 -7.766 -5.550 Investeringen MVA ten dienste van exploitatie -250 -250 -250 -500 -250 Cashflow financieringsactiviteiten -3.568 -2.722 -5.203 1.964 -3.096 Nieuwe leningen o/g 0 0 10.503 4.815 0 Aflossingen leningen o/g -3.931 -3.086 -16.071 -3.215 -3.460 Aflossingen startleningen u/g DAEB-scheiding 364 364 364 364 364 Mutatie geldmiddelen -10.785 -1.092 -6.426 0 906

32

Kasstroomoverzicht Woonlinie Niet DAEB 2017 2018 2019 2020 2021 Bedragen x € 1.000 Cashflow (des)investeringen 809 1.788 55 338 77 Verkoop 509 1.486 55 213 77 Nieuwbouw huur 0 0 0 0 0 Mutatie Grondposities 300 302 0 125 0 Cashflow uit verbindingen 0 869 500 500 500

Cashflow financieringsactiviteiten 1.751 -249 -249 -249 -249 Aflossingen leningen u/g 2.115 115 115 115 115 Aflossingen startleningen o/g DAEB-scheiding -364 -364 -364 -364 -364 Mutatie geldmiddelen 3.385 3.118 1.081 1.470 1.422

Per 31 december 2016 is in totaal € 285,1 miljoen aan ongerealiseerde herwaarderingen in het eigen vermogen begrepen (2015: € 259,2 miljoen) uit hoofde van de waardering van het vastgoed in exploitatie tegen marktwaarde in verhuurde staat. De waardering van dit vastgoed is in overeenstemming met het Handboek modelmatig waarderen bepaald en is daarmee conform de in de Woningwet voorgeschreven waarderingsgrondslag en daaruit afgeleide ministeriële besluiten geldend ten tijde van het opmaken van de jaarverslaggeving. De realisatie van deze ongerealiseerde herwaardering is sterk afhankelijk van het te voeren beleid van Woonlinie. De mogelijkheden voor de corporatie om vrijelijk door (complex-gewijze) verkoop of huurstijging de marktwaarde in verhuurde staat van het DAEB bezit in exploitatie te realiseren zijn beperkt door wettelijke maatregelen en maatschappelijke ontwikkelingen zoals demografie en ontwikkeling van de behoefte aan sociale (DAEB) huurwoningen. Het bestuur van Woonlinie heeft een inschatting gemaakt van het gedeelte van de herwaarderingsreserve dat bij ongewijzigd beleid niet of eerst op zeer lange termijn realiseerbaar is. Deze schatting ligt in lijn met het verschil tussen de bedrijfswaarde van het bezit en de marktwaarde, en bedraagt circa € 286,6 miljoen. Dit impliceert dat circa 68% van het totale eigen vermogen niet of op zeer lange termijn realiseerbaar is.

33

Kengetallen 2016 2015 2014 2013 2012

Woningbezit

- Woningen/woongebouwen 4.159 4.097 4.126 4.192 4.164 57 116 115 61 99 185 194 194 194 190 23 18 13 11 10 - Overige verhuureenheden 0 0 0 0 0

Totaal 4.424 4.425 4.448 4.458 4.463

Mutaties in woningbezit

- Aantal nieuwbouw 46 10 106 99 98 - Aantal aangekocht 0 0 0 5 0 - Aantal verkocht -13 -38 67 90 47 - Aantal gesloopt -37 0 31 22 27 - Overige mutaties 3 5 -18 -2 0

Saldo mutaties -1 -23 -10 -10 24

Verhuurgegevens (in %)

- Mutatiegraad 6,0 5,8 5,4 6,3 6,0 - Huurachterstand 1,1 0,9 1,1 1,3 1,4 - Huurderving 0,3 0,4 0,5 0,4 0,6

Onderhoud

- Gemiddeld bedrag niet-planmatig onderhoud per woning 763 685 711 635 762 - Gemiddeld bedrag planmatig onderhoud per woning 790 1.254 985 507 809

Financieel Deze kengetallen zijn in 2012 volgens de bepaling van RJ645 bepaald. - Solvabiliteit in % 76,3 34,9 28,4 28,8 26,2 - Liquiditeit (current ratio) 3,0 2,8 2,3 1,9 0,9 - Rentabiliteit eigen vermogen in % 7,0 22,6 -6,1 11,6 9,1 - Rentabiliteit vreemd vermogen in % 3,5 3,5 3,5 3,6 3,4 - Rentabiliteit totaal vermogen in % 6,2 10,2 0,8 5,9 4,9 - Cash-flow per woning 6.966 4.804 216 2.573 2.027 - Eigen vermogen per woning 99.804 16.801 12.913 13.659 12.051 - Kapitaalslasten per woning 1.081 2.114 2.153 2.196 2.088 - Jaarresultaat per woning 6.966 3.801 -784 1.579 1.094

Personeel

Totaal aantal fte 38,4 34,4 35,1 40,2 44,5 Aantal fte per 1000 woningen 9,1 8,2 8,3 9,5 10,4

Note: De berekende kengetallen onder Financieel zijn voor 2016 berekend op basis van marktwaarde in verhuurde staat terwijl de eerdere jaren gebaseerd zijn op waardering tegen historische kostprijs.

34

6.2 Overzicht activiteiten beleggingen Woonlinie heeft geen derivatencontracten afgesloten. De belegging in C.V. de Uithof III van € 223.000 is gedaan in het kader van matching van middelen. De belegging voldoet aan de eisen die hieraan door de Minister van Wonen en Rijksdienst zijn gesteld in de Staatscourant van 30 januari 2015. Verder heeft Woonlinie geen beleggingen.

6.3 Verklaring besteding middelen uitsluitend in belang volkshuisvesting Managementverklaring Kijkend naar de activiteiten die in 2016 zijn uitgevoerd is het bestuur van Woonlinie van mening dat: - er redelijke zekerheid is dat de financiële rapportage geen materiële fouten bevat; - de risicomanagement- en controlesystemen in 2016 adequaat hebben gewerkt; - er voldoende inzicht is in de mate waarin de operationele, volkshuisvestelijke en financiële doelstellingen worden gerealiseerd; - er geen risico’s zijn gelopen die in tegenspraak waren met het vooraf gedefinieerde en goedgekeurde beleid.

Verklaring bestuur De directeur-bestuurder van Woonlinie verklaart dat hij door middel van zijn functioneren een adequate invulling heeft gegeven aan het uitgangspunt van uitsluitend werkzaam zijn in het belang van de volkshuisvesting’ en dat het in het verslagjaar haar middelen uitsluitend heeft besteed in het belang van de volkshuisvesting. Tevens verklaart de directeur-bestuurder van Woonlinie hierbij dat er op het moment van het opstellen van het jaarverslag geen belangrijke gebeurtenissen na balansdatum bekend zijn.

Juni 2017 Mr. P.A.W. van den Heuvel Directeur-bestuurder

35

36

Jaarrekening 2016

- Waarderingsgrondslagen - Niet uit de balans blijkende informatie - Geconsolideerde balans - Geconsolideerde winst- en verliesrekening - Geconsolideerd kasstroomoverzicht - Toelichting op de geconsolideerde balans - Toelichting op de geconsolideerde winst- en verliesrekening - Enkelvoudige balans - Enkelvoudige winst- en verliesrekening - Enkelvoudig kasstroomoverzicht

37

Waarderingsgrondslagen

Algemene toelichting Woonlinie is een stichting met de status van toegelaten instelling volkshuisvesting. Zij heeft specifieke toelating in de regio Woongaard en is werkzaam binnen de juridische wetgeving vanuit de Woningwet en het Besluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting. De statutaire vestigingsplaat is Woudrichem, de feitelijke vestigingsplaats is Zaltbommel. De activiteiten bestaan voornamelijk uit de exploitatie en ontwikkeling van onroerende zaken.

Deze jaarrekening heeft betrekking op de periode 1 januari tot en met 31 december 2016.

Activiteiten Woonlinie levert een bijdrage aan bloeiende woonkernen en buurten in het Land van Heusden en Altena en Zaltbommel. Ook levert zij een bijdrage aan een gevarieerd aanbod aan woningen en voorzieningen. Samen met andere partijen werkt Woonlinie aan een omgeving waarin mensen zich prettig en veilig voelen, kunnen groeien en waaraan zij zelf een waardevolle bijdrage leveren.

Woonlinie is statutair gevestigd in Woudrichem en heeft een tweede vestiging in Zaltbommel.

Groepsverhoudingen Woonlinie staat aan het hoofd van een groep rechtspersonen.

Geconsolideerde maatschappijen

Naam Statutaire zetel Deelnemingspercentage Hoofdactiviteit Bouwlinie B.V. Woudrichem 100% Projectontwikkeling Bouwlinie Sleeuwijk B.V. Woudrichem 100% Projectontwikkeling

Niet-geconsolideerde maatschappijen:

Naam Statutaire zetel Deelnemingspercentage Hoofdactiviteit C.V. de Uithof III Utrecht 1,1% Studentenhuisvesting

C.V. de Uithof III wordt niet geconsolideerd, omdat er geen sprake is van overheersende zeggenschap.

Regelgeving en consolidatie De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de bepalingen van het Besluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting, de Beleidsregels toepassing Wet Normering Bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT), Titel 9 Boek 2 BW, Hoofdstuk 645 van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving en de stellige uitspraken van de overige hoofdstukken van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. In de geconsolideerde jaarrekening van Woonlinie zijn de financiële gegevens verwerkt van de tot de groep behorende maatschappijen. De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld met toepassing van de grondslagen voor de waardering en de resultaatbepaling van Woonlinie.

De financiële gegevens van de groepsmaatschappijen zijn volledig in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen onder eliminatie van de onderlinge verhoudingen en transacties.

Stelselwijzigingen De voor Woonlinie belangrijkste wijzigingen voortvloeiend uit het implementeren van de nieuwe RJ645, de Woningwet 2015, respectievelijk de RTIV en BTIV zijn:  De classificatie van onroerende zaken in exploitatie;  De waardering van onroerende zaken in exploitatie tegen marktwaarde in verhuurde staat, bepaald overeenkomstig het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde voor onroerende

38

zaken in exploitatie en het hiermee samenhangend niet langer afschrijven van onroerende zaken in exploitatie;  Het opnemen van aangepaste modellen voor de balans en het kasstroomoverzicht.

De hiervoor genoemde wijzigingen en keuzemogelijkheden hebben ertoe geleid dat Woonlinie haar stelsel van waardering en resultaatbepaling vanaf 2016 heeft gewijzigd op de volgende onderdelen:  Classificatie van onroerende zaken in exploitatie naar DAEB vastgoed en niet-DAEB vastgoed, op basis van onderverdeling naar het al dan niet overschrijden van de huurliberalisatiegrens door de woninghuur per contractdatum van de huidige bewoner(s) (t/m 2015 onderverdeling naar het al dan niet overschrijden van de huurliberalisatiegrens door de woninghuur per balansdatum)  De t/m 2015 voor sociaal vastgoed gevolgde waardering tegen de historische kosten verminderd met cumulatieve afschrijvingen en duurzame waardevermeerderingen is vanaf 2016 gewijzigd in waardering tegen marktwaarde in verhuurde staat, bepaald overeenkomstig het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde voor onroerende zaken in exploitatie;  De t/m 2015 voor commercieel vastgoed gevolgde waardering tegen de historische kosten verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en duurzame waardeverminderingen is vanaf 2016 gewijzigd in waardering tegen marktwaarde in verhuurde staat, bepaald overeenkomstig het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde voor onroerende zaken in exploitatie.

De waardering van onroerende zaken in exploitatie tegen marktwaarde in verhuurde staat, draagt bij aan een beter inzicht in het resultaat, de (markt)waarde van de onroerende zaken in exploitatie en de vermogenspositie van de corporatie. De realisatie van de marktwaarde in verhuurde staat en de daarmee samenhangede ongerealiseerde herwaardering is evenwel sterk afhankelijk van het te voeren beleid van Woonlinie. Terzake verwijzen wij tevens naar pagina 56 van dit verslag, waarin is toegelicht dat een gedeelte van de herwaarderingsreserve bij ongewijzigd beleid niet of pas op zeer lange termijn realiseerbaar is.

Als gevolg van de waardering tegen marktwaarde van onroerende zaken in exploitatie is een eventuele afwaardering van vastgoed-ontwikkelingsprojecten naar lagere bedrijfswaarde herrekend op basis van de marktwaarde in verhuurde staat als toets voor de bepaling van eventuele duurzame waardeverminderingen.

De wijzigingen in de waarderingsgrondslagen zoals hiervoor genoemd, zijn als stelselwijziging verwerkt in het vermogen en het resultaat, waarbij de vergelijkende cijfers 2015 in de jaarrekening 2016 zijn aangepast. Op basis van deze stelselwijziging is het vermogen per 1 januari 2015 herrekend. Het eigen vermogen is toegenomen met een bedrag van € 325,3 miljoen, van € 54,8 miljoen naar € 380,1 miljoen. Het resultaat over 2015 bedraagt op basis van de nieuwe grondslagen € 11,3 miljoen positief. Indien op de oude grondslagen zou zijn gewaardeerd dan zou het resultaat € 16,0 miljoen positief bedragen. Het effect van de stelselwijziging kan worden uitgesplitst naar de individuele posten.

Voor de individuele balansposten zijn de verschillen met de oorspronkelijke cijfers in de jaarrekening 2015 in de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten in de jaarrekening 2016 vermeld.

De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat berusten op de grondslag van verkrijgings- of vervaardigingsprijs of nominale waarde, tenzij hierna anders is vermeld. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben.

Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

39

Vanaf jaarrekening 2012 is gekozen voor het functionele model voor de winst- en verliesrekening. Dit model geeft beter inzicht in de verschillende activiteiten die Woonlinie onderneemt. Woonlinie beheert en exploiteert vastgoed, ontwikkelt hiernaast voor de verkoopmarkt en verkoopt uit de vastgoedportefeuille. De resultaten van deze activiteiten worden zichtbaar gemaakt in het functionele model.

VASTE ACTIVA

Materiële vaste activa Onroerende zaken in exploitatie Binnen de onroerende zaken in exploitatie worden de volgende typen vastgoed onderscheiden:  Woongelegenheden (eengezinswoningen, meergezinswoningen, en extramurale zorgeenheden);  Bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed;  Parkeergelegenheden  Intramuraal zorgvastgoed

De onroerende zaken in exploitatie worden op objectniveau geclassificeerd naar DAEB en niet-DAEB vastgoed, rekening houdend met de criteria van de Beschikking van de Europese Commissie d.d. 15 december 2009 aangaande de staatssteun voor toegelaten instellingen. DAEB vastgoed betreft conform deze criteria de woningen met een huurprijs per contractdatum tot aan de huurliberalisatiegrens en het maatschappelijk vastgoed. Maatschappelijk vastgoed is bedrijfsonroerend goed dat wordt verhuurd aan maatschappelijke organisaties, waaronder zorg-, welzijn-, onderwijs en culturele instellingen en dienstverleners en tevens is vermeld op de bijlage zoals deze opgenomen in de EC-beschikking d.d. 15 december 2009. Niet-DAEB vastgoed omvat overeenkomstig de eerder genoemde criteria de woningen met een huurprijs per contractdatum boven de huurliberalisatiegrens. En het bedrijfsmatig vastgoed niet zijnde maatschappelijk vastgoed.

Woonlinie hanteert de full versie van het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde voor de woongelegenheden, bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerende goed, parkeergelegenheden en intramuraal zorgvastgoed.

Waardering bij eerste verwerking Bij de eerste verwerking worden de onroerende zaken in exploitatie gewaardeerd tegen de kostprijs. De kostprijs omvat de verkrijggins- of vervaardigingsprijs, inclusief de transactiekosten en verminderd met eventuele investeringssubsidies. De verkrijgings- of vervaardigingsprijs wordt bepaald als de som van de bestede externe kosten en de direct hieraan toerekenbare kosten. De in de toekomst te maken kosten voor sloop worden ten laste van het resultaat verantwoord in het jaar dat de exploitatie door sloop wordt beëindigd.

Waardering na eerste verwerking Na eerste verwerking worden de onroerende zaken in exploitatie gewaardeerd tegen actuele waarde, overeenkomstig artikel 35 lid 2 van de Woningwet. Onder actuele waarde wordt in dit verband verstaan de marktwaarde overeenkomstig het marktwaardebegrip onderhandse verkoopwaarde in verhuurde staat. Voortvloeiend uit artikel 14 van de Regeling Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (RTIV) is deze marktwaarde bepaald conform het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde – Actualisatie peildatum 31 december 2016, derhalve de marktwaarde in verhuurde staat. De marktwaarde in verhuurde staat is benaderd door de contacte waarde van de geschatte toekomstige kasstromen te bepalen, discounted cashflow methode.

Na eerste verwerking wordt een waardevermindering of -vermeerdering van de kostprijs als gevolg van de waardering tegen actuele waarde bepaald op complexniveau. De waardeverminderingen of – vermeerderingen wordt in het resultaat verantwoord als “Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedbeleggingen”.

40

Complexindeling Om de marktwaardewaardering van het onroerend goed in exploitatie te bepalen, zijn alle verhuureenheden opgedeeld in waarderingscomplexen. Een waarderingscomplex is een samenstel van verhuureenheden dat in principe bestaat uit verglijkbare verhuureenheden voor wat betreft type vastgoed, bouwperiode en locatie, en dat als één geheel in verhuurde staat aan een derde partij kan worden verkocht. Alle verhuureenheden maken deel uit van een waarderingscomplex of zijn een afzonderlijke waarderingscomplex.

Doorexploiteer- en uitpondscenario De geschatte toekomstige kasstromen worden bepaald op basis van de discounted cash flow (DCF) methode. Voor woon- en parkeergelegenheden vindt de bepaling van de toekomstige inkomende en uitgaande kasstromen plaats aan de hand van enerzijds het doorexploiteer scenario en anderzijds het uitpondscenario, mede op basis van artikel 31 van het BTIV. De marktwaarde in verhuurde staat is opwaarderingscomplexniveau bepaald op basis van de hoogste waardering van het doorexploiteer- of uitpondscenario, beide berekend op basis van de contante waarde van inkomende en uitgaande kasstromen.

Het doorexploiteerscenario veronderstelt dat verhuureenheden worden doorverhuurd, waarbij elk jaar een deel van de verhuureenheden de huurder verhuist. Bij de leegkomende verhuureenheden wordt verondersteld dat die eenheid opnieuw wordt verhuurd, waarbij de huur na mutatie wordt aangepast naar de potentiële huur op basis van de markthuur of de maximale huur op basis van het woningwaarderingstelsel. Aan het einde van een 15-jarige DCF-periode en deze eindwaarde worden vervolgens contact gemaakt naar balansdatum en opgeteld. De eindwaarde wordt bepaald op basis van de veronderstelling van doorexploiteren met een voortdurende looptijd. Waarbij de afzonderlijke kasstromen zich ontwikkelen met de eigen groeivoet. In standhoudingsonderhoud wordt vanaf het 16e jaar met 100% verhoogd, teneinde renovatie te adresseren. Voor bedrijfsmatig en maatschappelijk vastgoed alsmede voor parkeergelegenheden en intramuraal zorgvastgoed is alleen het doorexploiteerscenario van toepassing.

Het uitpondscenario veronderstelt dat verhuureenheden bij mutatie leeg complexmatig worden verkocht. In tegenstelling tot het doorexploiteerscenario wordt de huur voor deze verhuureenheden niet aangepast, maar wordt daarvoor in de plats de verwachte verkoopkasstroom opgenomen. Aan het einde van een 15-jarige DCF-periode wordt een eindwaarde van de nog niet verkochte verhuureenheden opgenomen. De kasstromen in de 15-jarige DCF-periode en deze eindwaarde worden vervolgens contact gemaakt naar balansdatum en opgeteld. De eindwaarde wordt bepaald op het verder uitponden van de aan het eind van het 15e jaar nog niet verkochte woongelegenheden, waarbij de mutatiekans met 50% wordt gehalveerd ten opzicht van de mutatiekans in het doorexploiteerscenario.

41

Macro economische parameters Om de te verwachten kasstromen in de DCF-berekening te bepalen, wordt gebruik gemaakt van de macro-economische parameters:

Parameters woongelegenheden 2016 2017 2018 2019 2020 ev.

Prijsinflatie 0,20% 0,60% 1,07% 1,53% 2,00% Loonstijging 1,60% 1,70% 1,57% 2,03% 2,50% Bouwkostenstijging 1,60% 1,70% 1,57% 2,03% 2,50% Leegwaardestijging 3,0%-3,3% 2,5%-2,6% 2,2%-2,3% 2,00% 2,00%

Instandhoudingsonderhoud per vhe - EGW €837-€984 €837-€984 €837-€984 €837-€984 €837-€984

Instandhoudingsonderhoud per vhe - MGW €787-€969 €787-€969 €787-€969 €787-€969 €787-€969

Instandhoudingsonderhoud per vhe - Studenteneenheid €453-€570 €453-€570 €453-€570 €453-€570 €453-€570

Instandhoudingsonderhoud per vhe - zorgeenheid (extr.muraal) €884-€1018 €884-€1018 €884-€1018 €884-€1018 €884-€1018 Mutatieonderhoud - EGW € 823 € 823 € 823 € 823 € 823 Mutatieonderhoud - MGW € 618 € 618 € 618 € 618 € 618

Mutatieonderhoud - studenteneenheid € 185 € 185 € 185 € 185 € 185

Mutatieonderhoud - zorgeenheid (extr.muraal) € 618 € 618 € 618 € 618 € 618 Beheerskosten - EGW € 420 € 420 € 420 € 420 € 420 Beheerskosten - MGW € 413 € 413 € 413 € 413 € 413 Beheerskosten - studenteneenheid € 389 € 389 € 389 € 389 € 389

Beheerskosten - zorgeenheid (extr.muraal) € 381 € 381 € 381 € 381 € 381 Belastingen, verzekeringen en overige zakelijke lasten als percentage van de WOZ (exclusief gemeentelijke OZB die is gebaseerd op de gemeentelijke tarieven 2016, uitgedrukt in een percentage van de WOZ waarde met waardepeildatum 1 januari 2016) 0,13% 0,13% 0,13% 0,13% 0,13%

Verhuurdersheffing, als percentage van de WOZ 0,536% 0,569% 0,569% 0,569% 0,569%

Huurstijging boven prijsinflatie voorgaand jaar - zelfstandige eenheden 0,5% 1,20% 0,80% 0,40% 0%

Huurstijging boven prijsinflatie voorgaand jaar - onzelfstandige eenheden 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00%

Huurderving, als percentage van de huursom 1,00% 1,00% 1,00% 1,00% 1,00% Mutatiekans bij doorexploiteren 2%-20% 2%-20% 2%-20% 2%-20% 2%-20% Mutatiekans bij uitponden 2%-20% 2%-20% 2%-20% 2%-20% 2%-20%

Verkoopkosten bij uitponden, als percentage van de leegwaarde 1,7% 1,7% 1,7% 1,7% 1,7% Disconteringsvoet doorexploiteren 3,71%-11,96% 3,71%-11,96% 3,71%-11,96% 3,71%-11,96% 3,71%-11,96% Disconteringsvoet uitponden 3,96%-12,71% 3,96%-12,71% 3,96%-12,71% 3,96%-12,71% 3,96%-12,71%

In het doorexploiteerscenario wordt de huur bij mutatie aangepast naar de markthuur of de maximale huur, afhankelijk of de woongelegenheid bij mutatie is te liberaliseren. Indien de maximale huur lager dan of gelijk is aan de huurliberalisatiegrens, dan is de nieuwe huur het minimum van de markthuur en de maximale huur volgens het woningwaarderingsstelsel.

Indien de maximale huur hoger is dan de liberalisatiegrens, is de nieuwe huur de markthuur. Voor splitsingskosten is een norm gehanteerd van € 500 per te splitsen eenheid. De overdrachtskosten, bestaande uit overdrachtsbelasting alsmede notaris- en registratiekosten, bedragen 3% van de berekende waarde van een verhuureenheid.

42

Parameters bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed 2016 2017 2018 2019 2020 e.v.

Prijsinflatie 0,20% 0,60% 1,07% 1,53% 2,00% Instandhoudingsonderhoud €5/m2 bvo €5/m2 bvo €5/m2 bvo €5/m2 bvo €5/m2 bvo Mutatieonderhoud €10/m2 bvo €10/m2 bvo €10/m2 bvo €10/m2 bvo €10/m2 bvo Marketing 14% 14% 14% 14% 14%

Beheerkosten - bedrijfsmatig onroerend goed 3% 3% 3% 3% 3%

Beheerkosten - maatschappelijk onroerend goed 2% 2% 2% 2% 2% Belastingen, verzekeringen en overige zakelijke lasten als percentage van de WOZ (exclusief gemeentelijke OZB die is gebaseerd op de gemeentelijke tarieven 2016, uitgedrukt in een percentage van de WOZ waarde met waardepeildatum 1 januari 2016) 0,13% 0,13% 0,13% 0,13% 0,13% Disconteringsvoet 3,21%-11,50% 3,21%-11,50% 3,21%-11,50% 3,21%-11,50% 3,21%-11,50%

De overdrachtskosten, bestaande uit overdrachtsbelasting alsmede notaris- en registratiekosten, bedragen 7% van de berekende waarde van een verhuureenheid. Parameters parkeergelegenheden 2016 2017 2018 2019 2020 e.v.

Prijsinflatie 0,20% 0,60% 1,07% 1,53% 2,00%

Instandhoudingsonderhoud- parkeerplaats € 46 € 46 € 46 € 46 € 46

Instandhoudingsonderhoud - garagebox € 154 € 154 € 154 € 154 € 154 Beheerkosten - parkeerplaats € 25 € 25 € 25 € 25 € 25 Beheerkosten - garagebox € 35 € 35 € 35 € 35 € 35

Belastingen en verzekeringen uitgedrukt in een percentage van de WOZ waarde met waardepeildatum 1 januari 2016) 0,25% 0,25% 0,25% 0,25% 0,25% Disconteringsvoet 2,96%-15,46% 2,96%-15,46% 2,96%-15,46% 2,96%-15,46% 2,96%-15,46% Voor splitsingskosten is een norm gehanteerd van € 500 per te splitsen eenheid. De verkoopkosten bedragen € 500 per verhuureenheid. De overdrachtskosten, bestaande uit overdrachtsbelasting alsmede notaris- en registratiekosten, bedragen 7% van de berekende waarde van een verhuureenheid.

Inschakeling taxateur Ten behoeve van de jaarrekening 2016 zijn alle onroerende zaken in exploitatie getaxeerd door een onafhankelijke en ter zake deskundige externe taxateur, ingeschreven bij het Nederlands Register Vastgoed Taxateurs (NRVT). Bij Woonlinie is dat Capital Value geweest. Ten behoeve van latere jaarrekeningen zal jaarlijks 1/3 deel van de onroerende zaken in exploitatie getaxeerd worden door een onafhankelijke en ter zake deskundige externe taxateur, ingeschreven bij het Nederlands Register Vastgoed Taxateurs (NRVT). Dit betekent dat elk derde deel van de onroerende zaken in exploitatie minimaal eens per drie jaar opnieuw wordt getaxeerd. Het taxatiedossier is op aanvraag beschikbaar voor de Autoriteit woningcorporaties.

Toepassing vrijheidsgraden Leegwaarde Voor de leegwaarde is door opdrachtgever gebruik gemaakt van een modelmatige berekening van de leegwaarden. De resultaten zijn door opdrachtgever verwerkt in het TMS en vervolgens zijn deze waarden door Capital Value geanalyseerd door middel van referentie waarden. De leegwaarden zijn getoetst aan de door Capital Value vastgestelde leegwaarde. Daar waar de afwijkingen van de reeds gehanteerde leegwaarde te groot zijn, zijn deze waarden door Capital Value aangepast en verwerkt in het TMS.

Markthuur De markthuren zijn in eerste instantie door opdrachtgever vastgesteld en verwerkt in het Taxatie Management Systeem (hierna: TMS). Taxateur heeft intern de markthuur op eenheid niveau vastgesteld op basis van referenties. Vervolgens zijn de door opdrachtgever vastgestelde markthuren

43

door Capital Value geanalyseerd door middel van de referentie waarden. Daar waar de afwijkingen te groot waren zijn deze waarden door Capital Value aangepast in het TMS.

Disconteringsvoet Op basis van de marktgegevens wordt de disconteringsvoet door Capital Value comparatief bepaald. Vervolgens zijn de parameters ingevoerd in het rekenmodel van Capital Value. Om te komen tot de juiste marktwaarde in het TMS heeft Capital Value de disconteringsvoet aangepast tot dat de juiste marktwaarde is gegenereerd.

Exit Yield De exit yield is door Capital Value comparatief bepaald. De exit yield is in eerste instantie door Capital Value vastgesteld in het rekenmodel van Capital Value. Deze zijn vervolgens verwerkt in het TMS.

Uitgaven na eerste verwerking Uitgaven na eerste verwerking die voldoen aan de algemene activeringscriteria worden geactiveerd tegen kostprijs en vervolgens getoetst aan het verschil in marktwaarde van het complex voor en na deze uitgaven. Het marktwaardeverschil wordt in het actief verwerkt als een waardevermindering of vermeerdering en in het resultaat verantwoord als “Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedbeleggingen”.

Herwaardering Jaarlijks wordt op balansdatum de actuele waarde van de onroerende zaken in exploitatie opnieuw bepaald. Ongerealiseerde winsten of verliezen ontstaan door een wijziging in de actuele waarde worden verantwoord in de winst- en verliesrekening. Wanneer op complexniveau de actuele waarde de boekwaarde op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs overtreft, wordt een herwaarderingsreserve gevormd die wordt toegelicht bij het eigen vermogen. De boekwaarde op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs betreft de initiële verkrijgings- of vervaardigingsprijs.

Onroerende zaken in ontwikkeling Onroerende zaken in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Wanneer de marktwaarde van de onroerende zaken in ontwikkeling, bepaald op basis van dezelfde grondslagen als voor de onroerende zaken in exploitatie, lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, afwaardering wordt in de winst- en verliesrekening verantwoord onder “Niet- gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille”.

44

Uitgangspunten bedrijfswaarde De bedrijfswaarde wordt gevormd door de contante waarde van de geprognosticeerde kasstromen op grond van toekomstige exploitatieopbrengsten en -lasten, over de geschatte resterende looptijd van de investering. Daarbij wordt rekening gehouden met de voorgenomen aard van het bezit. Er wordt onderscheid gemaakt tussen woningen bestemd voor verhuur en bedrijfsmatige c.q. overige onroerende zaken. De kasstroomprognoses zijn gebaseerd op redelijke en onderbouwde veronderstellingen die de beste schatting weergeven van de economische omstandigheden die van toepassing zijn gedurende de resterende levensduur van het actief. De kasstromen zijn gebaseerd op de eind 2016 intern geformaliseerde meerjarenbegroting 2017 en bestrijken een periode van 5 jaar.

De door Woonlinie gehanteerde uitgangspunten bij het bepalen van de bedrijfswaarde zijn de volgende: - Huurstijging 0,02% - 2017, 0,06% - 2018, 1,07% - 2019, 1,53% - 2020 en 2,0% 2021 en verder;

- Huurderving 0,50% vanaf 2017; - Inflatie variabele lasten 1,5% - 2017, 1,9% - 2018, 2,20% - 2019 en 2,5% vanaf 2020; - Inflatie onderhoudslasten 1,5% - 2017, 1,9% - 2018, 2,20% - 2019 en 2,5% vanaf 2020; - Disconteringspercentage 5,00% - Norm exploitatie lasten € 1.537 - Norm onderhoudslasten € 1.611 - Levensduur minimaal zestien jaar voor verhuur gelabelde woningen; voor woningen gelabeld voor sloop wordt een inschatting gemaakt van werkelijke levensduur - Restwaarde grond einde levensduur op basis van gemeentelijke grondprijzen, sloopkosten en vergoedingen worden in mindering gebracht; - Berekening kasstromen worden contant gemaakt medio het jaar; - Verhuurderheffing op basis van percentage van de woz waarde van zelfstandige woningen, de percentages: 0,536% - 2017, 0,591% - 2018/2019, 0,592% - 2020/2021, 0,593% - 2022 respectievelijk 0,567% - 2023 en verder. Er is geen rekening gehouden met de extra huurverhoging voor zogenaamde scheefhuurders. Wel is de saneringsbijdrage alsmede de heffing van de Autoriteit wonen ingerekend. De gemiddelde mutatiegraad bedraagt 5,5%; huurharmonisatie wordt niet meegenomen in de bedrijfswaarde.

In de norm voor de exploitatielasten zijn de kosten voor leefbaarheid die toe te wijzen zijn aan kasstroom genererende eenheden opgenomen. De kosten voor leefbaarheid bestaan voor het grootste gedeelte uit fysieke activiteiten. Een deel van het sociale bezit is gelabeld voor verkoop. In de bedrijfswaarde is rekening gehouden met een opbrengstwaarde van dit bezit voor een periode van 5 jaar. De verwachte opbrengstwaarde van woningen wordt gedefinieerd als de contante waarde van het bedrag dat kan worden verkregen bij verkoop onder aftrek van verkoopkosten. Ter bepaling van dit bedrag worden taxaties uitgevoerd door een interne deskundige en worden vergelijkbare verkooptransacties van onroerende zaken als referentie gehanteerd.

45

Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie De onroerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gewaardeerd tegen historische kostprijs, verminderd met lineaire afschrijvingen.

De afschrijvingstermijnen bedragen respectievelijk voor: - kantoorpanden 30 jaar - inventaris 5-10 jaar - verbouwing kantoorpanden 10 jaar - vervoermiddelen 5 jaar - automatisering 3-5 jaar

Afschrijving vindt voor het eerst plaats direct na ingebruikname.

Financiële vaste activa Latente belastingvordering Woonlinie neemt uitsluitend een latente belastingvordering op voor zover het waarschijnlijk is dat er in de toekomst belastbare winsten beschikbaar zullen zijn waarmee de verliezen kunnen worden gecompenseerd en verrekeningsmogelijkheden kunnen worden benut (RJ 272.311). Voor tijdelijke verschillen wordt slechts een latente belastingvordering opgenomen indien het waarschijnlijk is dat er in de toekomst fiscale winst beschikbaar is om deze verschillen te compenseren (RJ 272.306). Latente belastingvorderingen worden per iedere balansdatum beoordeeld, herzien of verlaagd voor zover het niet langer waarschijnlijk is dat het daarmee samenhangende belastingvoordeel zal worden gerealiseerd. De voorziening wordt gewaardeerd tegen contante waarde, waarbij discontering plaatsvindt tegen de netto-rente en derhalve rekening houdend met 25% nominaal vennootschapsbelastingtarief.

Leningen u/g De leningen u/g zijn opgenomen tegen de nominale waarden. Het kortlopende deel is opgenomen onder vlottende activa.

Andere deelnemingen Andere deelnemingen waarin geen invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs en indien van toepassing onder aftrek van bijzondere waardeverminderingen.

VLOTTENDE ACTIVA

Voorraden De voorraad onverkochte woningen betreft opgeleverde nieuwbouwwoningen, leegstaande woningen uit de vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop en teruggekochte Koopgarantwoningen die nog niet zijn doorverkocht en geleverd. De nieuwbouwwoningen worden gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs of verwachte lagere opbrengstwaarde. De woningen uit de vastgoedportefeuille worden gewaardeerd tegen marktwaarde in verhuurde staat, de Koopgarantwoningen worden gewaardeerd tegen terugkoopwaarde.

Ingenomen grondposities worden onder de post overige voorraden verwerkt tegen verkrijgingsprijs en bijkomende kosten, 3-jaarlijks worden grondposities getaxeerd. Bij een lagere marktwaarde wordt de afwaardering gepresenteerd onder niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille.

Onderhanden projecten Onderhanden projecten in opdracht van derden (verkochte koopwoningen uit projectontwikkeling) worden gewaardeerd tegen de gerealiseerde projectopbrengsten, bestaande uit de gerealiseerde projectkosten en toegerekende winst. Indien van toepassing, worden hierop de verwerkte verliezen en gedeclareerde termijnen in mindering gebracht. Als het saldo van alle onderhanden projecten negatief is, worden deze gepresenteerd onder kortlopende schulden.

Vorderingen

46

De vorderingen zijn gewaardeerd tegen historische kosten, verminderd met een eventueel noodzakelijk geachte voorziening voor oninbaarheid.

Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan 1 jaar. Zij zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.

Eigen vermogen In de herwaarderingsreserve worden de ongerealiseerde waardevermeerderingen van de onroerende zaken in exploitatie opgenomen. Er is sprake van ongerealiseerde waardevermeerderingen wanneer de marktwaarde van een waarderingscomplex op balansdatum hoger is dan de boekwaarde op basis van verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Bij het bepalen van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs wordt uitgegaan van de initiële prijs. Het gerealiseerde deel van de herwaarderingsreserve van tegen marktwaarde gewaardeerde onroerende zaken in exploitatie wordt rechtstreeks ten gunste van de overige reserves gebracht. De overige reserves staan ter vrije beschikking van het bestuur. Conform de Woningwet/BTIV-regels zullen deze vrije reserves uitsluitend aangewend worden voor werkzaamheden op het gebied van de volkshuisvesting.

Voorzieningen Voorziening onrendabele investeringen nieuwbouw In het geval per balansdatum sprake is van feitelijke dan wel juridische investeringsverplichtingen inzake vastgoed in ontwikkeling, waarbij de geschatte kostprijs van het vastgoed hoger is dan de aan deze investeringsverplichtingen toe te rekenen marktwaarde per balansdatum op basis van het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde, wordt het verschil eerst in mindering gebracht op de reeds bestede kosten en wordt voor het resterend bedrag een voorziening gevormd voor onrendabele investeringen en herstructureringen. De afwaardering van de bestede kosten tot nihil en de vorming van de voorziening wordt in het resultaat verantwoord onder de post “Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille”

Leningen Bij de eerste opname van langlopende schulden worden deze opgenomen tegen reële waarde verminderd met de direct daaraan toe te rekenen transactiekosten. De langlopende schulden worden na de eerste waardering gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs volgens de effectieve- rentemethode. Winst of verlies worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen zodra de verplichtingen niet langer op de balans worden opgenomen, alsmede via het amortisatieproces.

Terugkoopverplichting onroerende en roerende zaken verkocht onder voorwaarden Woonlinie heeft in het kader van de verkoop van woningen onder voorwaarden een terugkoopverplichting die afhankelijk is van de waardeontwikkeling van de woningen. De terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd. Voor de in de regeling overeengekomen overdrachtswaarde heeft de corporatie een terugkoopverplichting, die jaarlijks wordt gewaardeerd op de bij overdracht ontstane terugkoopverplichting, rekening houdend met de contractvoorwaarden inzake terugkoop waaronder de deling van de jaarlijkse waardeontwikkeling van de woning in het economisch verkeer. De terugkoopverplichting wordt aan de creditzijde van de balans opgenomen zonder rekening te houden met de tijdswaarde van geld aangezien inschatting van het tijdstip waarop terugkoop in de toekomst zal plaatsvinden, mede gelet op de onbeperkte terugkooptermijn, niet goed mogelijk is. Indien de verwachting bestaat dat de terugkoop binnen één jaar zal plaatsvinden wordt de verplichting onder de kortlopende schulden verantwoord. De waardeveranderingen ter zake van de woningen verkocht onder voorwaarden (na herclassificatie) en die ter zake de terugkoopverplichtingen worden in het resultaat verantwoord onder de post Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedbeleggingen.

Kortlopende schulden Voor zover in het bovenstaande niet anders is aangegeven, worden kortlopende schulden gewaardeerd op nominale waarde.

47

GRONDSLAGEN VOOR RESULTAATBEPALING

Huuropbrengsten Onder deze post worden de huuropbrengsten verantwoord die betrekking hebben op het boekjaar, onder aftrek van de werkelijke huurderving wegens leegstand en exclusief de vergoedingen voor het leveren van goederen en diensten. De huren worden jaarlijks in overeenstemming met het jaarlijkse beleid voor huurverhoging aangepast.

Opbrengsten servicecontracten Dit betreft bijdragen van huurders en derden voor de levering van goederen en diensten voor zover deze uit huurovereenkomsten voortvloeien of boven de netto huurprijs worden betaald.

Lasten verhuur en beheeractiviteiten Onder deze post zijn de kosten verantwoord die zijn gemaakt in het kader van de bedrijfsvoering, zoals huisvestingskosten, bestuurskosten, algemene kosten, overige personeelskosten et cetera. Kosten met betrekking tot verkoop van vastgoed in ontwikkeling, uit de vastgoedportefeuille en overige activiteiten worden op basis van een kostenverdeelstaat doorbelast vanuit de kosten van verhuur en beheer van de vastgoedportefeuille aan de betreffende activiteiten.

Overheidsbijdragen Onder deze post worden bijdragen van provincies en gemeenten verantwoord die betrekking hebben op de exploitatie van het vastgoed.

Lonen en salarissen Deze post betreft de jaarlijkse lonen en salarissen exclusief de uitzendkrachten. De post uitzendkrachten wordt verantwoord onder de overige bedrijfslasten.

Pensioenlasten Onder deze post zijn de pensioenpremies verantwoord die zijn ondergebracht bij een pensioenverzekeringsmaatschappij, evenals de premies voor vroegpensioen. De pensioenregeling is ondergebracht bij Stichting Pensioenfonds voor de Woningcorporaties (SPW) en is naar zijn aard een toegezegde pensioenregeling. De corporatie heeft in het geval van een tekort bij SPW geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen anders dan hogere toekomstige premies. Het SPW heeft geen objectieve sleutel voor het toerekenen van een proportioneel aandeel in positieve of negatieve risico’s aan de aangesloten werkgever.

Sociale lasten Onder de sociale lasten worden de lasten van de inspectie directe belastingen en premies voor ziektekosten-/geldverzekering opgenomen.

Lasten onderhoudsactiviteiten Hieronder worden de kosten ten behoeve van het planmatig onderhoud, het groot onderhoud en reparatie- en mutatieonderhoud verantwoord. Het planmatig onderhoud omvat vervangingsonderhoud, verduurzaming van het bezit en energetische maatregelen en diverse verbeteringen.

Overige directe operationele lasten exploitatie bezit Hieronder worden de kosten verantwoord die direct ten behoeve van de woningen en leefomgeving worden gemaakt, zoals belastingen en verzekeringen en ook de verhuurderheffing.

De bedrijfsmiddelen opgenomen onder ‘Activa ten dienste van de exploitatie’ worden lineair afgeschreven.

Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling De omzet van de verkochte nieuwbouwwoningen wordt verantwoord naar rato van de voortgang van de projecten en bestaat uit de gefactureerde termijnen onder aftrek van kortingen en de over de omzet geheven omzetbelasting.

48

Onder deze post wordt de omzet verantwoord van

Voor onderhanden projecten waarvan het resultaat op betrouwbare wijze kan worden bepaald, worden de projectopbrengsten van verkochte woningen verwerkt als netto omzet naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum (Percentage of Completion methode).

Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling Uitgaven van de omzet van verkochte woningen betreffen vervaardigingskosten en mutatie van het onderhanden werk.

Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille Hieronder zijn begrepen de overige waardeveranderingen en de waardeveranderingen met betrekking tot de vastgoedportefeuille bestaande uit vastgoed in exploitatie, vastgoed in ontwikkeling, vastgoed verkocht onder voorwaarden en vastgoed bestemd voor verkoop. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille betreffen winsten of mogelijke verliezen, die ontstaan door een wijziging in de waarde van het vastgoed bestemd voor verkoop in het verslagjaar.

Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkoop onder voorwaarden Waardemutaties voortkomend uit waardestijgingen of waardedaling van Koopgarant-woningen worden in deze categorie verantwoord voor het deel wat voor risico van Woonlinie is.

Overige opbrengsten en kosten Activiteiten die niet geschaard kunnen worden onder de voorgaande activiteiten worden in deze categorie verantwoord. Het betreft onder andere dienstverlening voor derden.

Leefbaarheid Kosten met betrekking tot sociale en fysieke activiteiten voor leefbaarheid worden hier verantwoord. De kosten bestaan onder andere uit veiligheidsmaatregelen in buurten en straten.

Waardeveranderingen financiële vaste activa Waardeveranderingen van minderheidsdeelnemingen worden onder deze post verantwoord.

Rentebaten en rentelasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva.

Vennootschapsbelasting Sinds 1 januari 2008 is Woonlinie integraal vennootschapsbelastingplichtig. Brancheorganisatie Aedes en de Belastingdienst hebben een tweede vaststellingsovereenkomst opgesteld, waarin afspraken zijn gemaakt voor onder andere de bepaling van de openingsbalans van 1 januari 2008, project- en herontwikkeling. Woonlinie heeft deze vaststellingsovereenkomst getekend en volgens deze richtlijnen en wettelijke bepalingen de vennootschapsbelasting opgenomen in de winst- en verliesrekening.

De belasting naar de winst of het verlies over het boekjaar omvat de over de verslagperiode verschuldigde en verrekenbare winstbelastingen en uitgestelde winstbelastingen, berekend aan de hand van belastingtarieven die zijn vastgelegd op balansdatum, en correcties op de over voorgaande jaren verschuldigde belasting.

Voor latente belastingen wordt een voorziening getroffen voor tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde van activa en verplichtingen ten behoeve van de financiële verslaggeving en de fiscale boekwaarde van die posten.

Er wordt uitsluitend een latente belastingvordering opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er in de toekomst belastbare winsten beschikbaar zullen zijn die voor de realisatie van het tijdelijke verschil kunnen worden aangewend.

49

Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. Bij deze methode worden de operationele ontvangsten en uitgaven als zodanig gerapporteerd en niet door middel van balansvergelijking bepaald. De liquiditeitspositie in het kasstroomoverzicht bestaat uit de liquide middelen. In het kasstroomoverzicht wordt onderscheid gemaakt tussen operationele, investerings- en financieringsactiviteiten.

Rente-instrumenten Het gebruik van rente-instrumenten is alleen toegestaan voor het afdekken van renterisico’s conform de uitgangspunten van het treasurystatuut. Woonlinie maakt geen gebruik van rente-instrumenten.

Rente en financieringsrisico’s Om de rente en financieringsrisico’s te beheersen, wordt de financieringsbehoefte regelmatig bepaald. Risico’s worden zoveel mogelijk afgedekt. Woonlinie vult de financieringsbehoefte op korte termijn in door kasgeldleningen.

Vrijheidsgraden Voor de bepaling van de marktwaarde in verhuurde staat zijn de volgende vrijheidsgraden toegepast:

1 Leegwaarde Voor de leegwaarde is er gebruik gemaakt van een modelmatige berekening van de leegwaarden (ITAX). Deze waarden zijn door Capital Value geanalyseerd door middel van referentie waarden. Daar waar de afwijkingen te groot waren zijn deze waarden door Capital Value aangepast.

2 Markthuren Voor de markthuren is er gebruik gemaakt van een modelmatige berekening van de markthuren (ITAX). Deze waarden zijn door Capital Value geanalyseerd door middel van referentie waarden. Daar waar de afwijkingen te groot waren zijn deze waarden door Capital Value aangepast. Met dien verstande dat de huurprijzen zijn gemaximeerd door de WWS punten.

3 Discontovoet Op basis van de marktgegevens wordt de discontovoet comparatief bepaald. Vervolgens zijn de parameters ingevoerd in het rekenmodel van Capital Value. Vervolgens is de discontovoet in TMS aangepast tot dat de juiste marktwaarde gegenereerd is.

4 Exit Yield De exit yield wordt comparatief bepaald. Met diverse controle mechanismen daarin.

Schattingen en oordelen Bij de toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt het bestuur van de groep zich diverse oordelen en schattingen. De belangrijkste oordelen en schattingen hebben betrekking op de onroerende zaken in exploitatie en in ontwikkeling, de fiscale positie (inclusief latenties) en voorzieningen. De hierbij behorende veronderstellingen zijn vermeld in de toelichting bij de hiervoor genoemde jaarrekeningposten.

NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE INFORMATIE

Voorwaardelijke verplichting In verband met de garantiestelling voor leningen o/g door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw WSW) is er sprake van een obligo aan het WSW uit hoofde van de door het WSW geborgde leningen, dat opeisbaar wordt indien blijkt dat het aan het WSW betaalde disagio in totaal niet voldoende is om de aanspraken van het WSW te dekken. Volgens opgave van het WSW bedraagt dit obligo per balansdatum € 4,2 miljoen.

50

In de gemeente Werkendam is ten aanzien van de aankoop van een perceel grond bij wijziging van het bestemmingsplan een nabetaling verschuldigd van maximaal € 0,5 miljoen, uiterlijk tot 1 januari 2018. Woonlinie heeft een bouwclaim van 5 woningen en een extra optierecht voor 15 woningen in de gemeente Werkendam. Woonlinie heeft een bouwclaim in de gemeente Aalburg in ruil voor grond. Verder ontvangt Woonlinie € 0,2 miljoen zodra een bepaalde locatie bebouwd gaat worden.

Aangegane verplichtingen nieuwbouw Het restant van de aangegane verplichtingen uit overeenkomsten ten behoeve van nieuwbouwprojecten voor 31 december 2016 ten aanzien van nieuwbouwprojecten bedragen € 6,0 miljoen.

Subsidies Er zijn nog te ontvangen subsidies vanuit de provincie Gelderland: een impulssubsidie voor de nieuwbouw (koop en huur) en een subsidie voor het verduurzamen van het bestaande bezit.

Verplichtingen onderhoud Er zijn geen verplichtingen voor onderhoud per 31 december 2016.

Fiscale eenheid Stichting Woonlinie vormt een fiscale eenheid voor de omzetbelasting en vennootschapsbelasting met Bouwlinie B.V. Bouwlinie Sleeuwijk B.V. is hier op 1 januari 2011 aan toegevoegd. Op grond van de fiscale eenheid is Woonlinie hoofdelijk aansprakelijk voor de door de fiscale eenheid verschuldigde omzetbelasting en vennootschapsbelasting.

Bankgaranties Er zijn drie bankgaranties afgegeven aan Woonlinie voor de huur van bedrijfsruimte in een brede school Zaltbommel, voor de gemeente Zaltbommel i.v.m. project 910 Beersteeg en een ruimte voor een huisarts voor een bedrag van € 0,2 miljoen.

Langlopende contracten In 2015 zijn twee langlopende contracten afgesloten ten behoeve van printers/copiers en ten behoeve van Woningnet (woonruimteverdeling) van respectievelijk 6 en 5 jaar. Verder heeft Woonlinie samen met de gemeente Zaltbommel een stichting opgericht voor beheer en exploitatie van de voormalige LTS (Pand 9) waarin tal van maatschappelijke voorzieningen, kunstenaars en start-ups zijn ondergebracht. In 2016 is een contract met Unified afgesloten ten behoeve van systeembeheer.

ENKELVOUDIGE JAARREKENING

Grondslagen van waardering en bepaling van het resultaat De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling voor de enkelvoudige jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening zijn gelijk.

Voor de grondslagen van de waardering van activa en passiva en voor de bepaling van het resultaat wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde balans en winst- en verliesrekening.

51

Geconsolideerde balans per 31 december 2016 (na resultaatbestemming)

31-12-2016 31-12-2015 ACTIVA (x € 1.000) (herrekend)

Vaste activa

Materiële vaste activa - Onroerende zaken in exploitatie 498.222 464.854 - Onroerende zaken in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 909 4.553 - Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 11.506 10.943 - Onroerende en roerende zaken ten dienste van exploitatie 1.875 2.283 Totaal materiële vaste activa 512.512 482.633

Financiële vaste activa - Andere deelnemingen 224 224 - Latente belastingvordering 7.737 9.281 Totaal financiële vaste activa 7.961 9.505

Totaal vaste activa 520.473 492.138

Vlottende activa

Voorraden - Vastgoed bestemd voor verkoop 384 1.401 - Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop 683 1.430 - Overige voorraden 3.976 4.473 Totaal voorraden 5.043 7.304

Onderhanden projecten - Onderhanden nieuwbouwprojecten 6 302

Kortlopende vorderingen - Huurdebiteuren 300 258 - Gemeenten 11 144 - Overige vorderingen 708 690 - Overlopende activa 2 13 Totaal kortlopende vorderingen 1.021 1.105

Liquide middelen 25.077 22.387

Totaal vlottende activa 31.147 31.098

Totaal activa 551.620 523.236

52

31-12-2016 31-12-2015 PASSIVA (x € 1.000) (herrekend)

Eigen vermogen - Herwaarderingsreserve 285.114 259.238 - Overige reserves 135.661 132.169 Totaal eigen vermogen 420.775 391.407

Voorzieningen - Voorziening onrendabele investeringen nieuwbouw 1.225 992 - Overige voorzieningen 1.700 0 Totaal voorzieningen 2.925 992

Langlopende schulden - Leningen kredietinstellingen 105.497 108.530 - Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 11.550 11.127 - Overige schulden 447 423 Totaal langlopende leningen 117.494 120.080

Kortlopende schulden - Schulden aan overheid 33 0 - Schulden aan kredietinstellingen 3.033 2.953 - Schulden aan leveranciers 1.405 2.482 - Belastingen en premies sociale verzekeringen 1.166 1.366 - Schulden inzake pensioenen 42 40 - Overige schulden 2.399 1.480 - Overige passiva 2.348 2.436 Totaal kortlopende schulden 10.426 10.757

Totaal passiva 551.620 523.236

53

Geconsolideerde winst- en verliesrekening over 2016

2016 2015 (herrekend) (Bedragen * € 1.000)

- Huuropbrengsten 27.475 26.934 - Opbrengsten servicecontracten 799 853 - Lasten servicecontracten -739 -800 - Overheidsbijdragen 235 336 - Lasten verhuur en beheeractiviteiten -7.220 -6.964 - Lasten onderhoudsactiviteiten -6.558 -8.170 - Overige directe operationele lasten exploitatie bezit -1.909 -1.921 Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille 12.083 10.268

- Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling 5.299 9.649 - Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling -5.017 -8.561 - Toegerekende organisatiekosten -570 -519 Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling -288 569

- Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille 3.894 7.421 - Toegerekende organisatiekosten -150 -164 - Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille -2.646 -4.448 Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille 1.098 2.809

- Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille -5.835 -2.558 - Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 28.154 -973 - Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden 140 40 Totaal waardeveranderingen 22.459 -3.491

Opbrengsten overige activiteiten 393 425 Leefbaarheid -174 -154 Kosten overige activiteiten -112 -133 Netto resultaat overige activiteiten 107 138

Waardemutatie financiele vaste activa 0 15 Rentebaten en soortgelijke opbrengsten 21 60 Rentelasten en soortgelijke kosten -4.578 -4.746 Saldo financiele baten en lasten -4.557 -4.671

Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen 30.902 5.622

- Vennootschapsbelasting -1.544 5.682 - Resultaat minderheidsdeelneming 10 10

Resultaat na belastingen = Totaalresultaat 29.368 11.314

Resultaat 2015 voor stelselwijziging 16.018 Effect stelselwijziging -4.704 Resultaat 2015 na stelselwijziging 11.314

54

Geconsolideerd kasstroomoverzicht

Bedragen in € 1.000 2016 2015

Operationele kasstroom/kasstroom uit bedrijfsoperaties

Ontvangsten van huurders 27.415 26.623 Vergoedingen 795 850 Overheidsontvangsten 132 356 Overige bedrijfsontvangsten 589 449 Renteontvangsten 18 64

Personeelsuitgaven -2.919 -2.659 Onderhoudsuitgaven -6.915 -8.838 Overige bedrijfslasten -4.462 -3.838 Renteuitgaven -4.551 -4.811 Verhuurderheffing -2.820 -2.650 Leefbaarheid -276 -154 Kasstroom uit operationele activiteiten 7.006 5.392

Kasstroom uit investeringsactiviteiten - Verkoopontvangsten bestaande huur 3.538 5.988 - Verkoopontvangsten woongelegenheden (VOV) 466 1.513 - Verkoopontvangsten nieuwbouw 6.926 14.332 - Desinvesteringen in materiële vaste activa 0 620 - Nieuwbouw huur en koop -8.657 -15.875 - Woningverbeteringen -3.331 -1.599 - Aankopen woongelegenheden (VOV) -322 -1.059 - Overige investeringen 0 -941 Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten -1.380 2.979

Kasstroom uit financieringsactiviteiten - Aflossingen langlopende schulden -2.937 -4.025 Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten -2.937 -4.025

NETTO KASSTROOM 2.690 4.346

Stand 1 januari 22.387 18.041 Stand 31 december 25.077 22.387 Mutatie 2.690 4.346

55

Invloed stelselwijziging

01-01-2015 Na stelselwijziging Effect stelselwijziging Activa Sociaal vastgoed in exploitatie 133.140 0 -133.140 Commercieel vastgoed in exploitatie 11.636 0 -11.636 Onroerende zaken in exploitatie 466.241 466.241 Materiële vaste activa in ontwikkeling 7.064 7.635 571 Latente belastingvordering 3.600 3.600 0 Voorraad bestemd voor verkoop 0 0 0

Totaal 155.440 477.476 322.036

31-12-2015 Na stelselwijziging Effect stelselwijziging Activa Sociaal vastgoed in exploitatie 135.537 0 -135.537 Commercieel vastgoed in exploitatie 11.738 0 -11.738 Onroerende zaken in exploitatie 0 464.854 464.854 Materiële vaste activa in ontwikkeling 1.314 4.553 3.239 Latente belastingvordering 10.552 9.281 -1.271 Voorraad bestemd voor verkoop 731 1.401 670

Totaal 159.872 480.089 320.217

01-01-2015 Na stelselwijziging Effect stelselwijziging Passiva Eigen vermogen: Herwaarderingsreserve 0 259.669 259.669 Eigen vermogen: Overige reserves 54.763 120.424 65.661 Subtotaal effect stelselwijziging op het eigen vermogen 54.763 380.093 325.330

Voorziening: Onrendabele investeringen 4.063 769 -3.294

Totaal 58.826 380.862 322.036

31-12-2015 Na stelselwijziging Effect stelselwijziging Passiva Eigen vermogen: Herwaarderingsreserve 0 257.058 257.058 Eigen vermogen: Overige reserves 70.781 134.349 63.568 Subtotaal effect stelselwijziging op het eigen vermogen 70.781 391.407 320.626

Voorziening: Onrendabele investeringen 1.401 992 -409

Totaal 72.182 392.399 320.217

Resultatenrekening over 2015 Jaarrekening 2015 Na stelselwijziging Effect stelselwijziging

Afschrijvingen materiële vaste activa -3.754 0 3.754 Omzet nieuwbouw 10.844 9.650 -1.194 Kostprijs verkopen nieuwbouw -9.744 -8.561 1.183 Boekwaarde verkopen vastgoedportefeuille -744 -3.075 -2.331 Niet-gerealiseerde waardeveranderingen in exploitatie 0 -973 -973 Overige waardeveranderingen (onrendabele projecten) 2.521 -1.351 -3.872 Vennootschapsbelasting 6.952 5.681 -1.271

Effect stelselwijziging op het resultaat over 2015 -4.704

Resultaat voor stelselwijziging 16.018 Resultaat na stelselwijziging 11.314 Effect stelselwijziging -4.704

56

Toelichting op de geconsolideerde balans

Bedragen in € 1.000

VASTE ACTIVA

Onroerende zaken in exploitatie Het verloop van het sociaal vastgoed in exploitatie geeft het volgende beeld per 31 december 2016.

Onroerende zaken in exploitatie Niet- DAEB DAEB Totaal

Saldo 1 januari 2015 historische kostprijs of lagere marktwaarde - Aanschafwaarde 210.508 15.234 225.742 - Cumulatieve afschrijvingen -77.368 -3.598 -80.966 Boekwaarde 1 januari 2015 historische kostprijs of lagere marktwaarde 133.140 11.636 144.776 Invloed stelselwijziging (cumulatief effect) 316.272 5.193 321.465 Herrekende boekwaarde onroerende zaken in exploitatie 1 januari 2015 449.412 16.829 466.241

Mutaties 2015 op basis van marktwaarde - Overboeking vanuit onroerende zaken in ontwikkeling 1.401 0 1.401 - Investeringen 1.600 443 2.043 - Desinvesteringen -3.585 -153 -3.738 - Niet-gerealiseerde waardemutaties 2015 -1.055 82 -973 - Niet-gerealiseerde waardemutaties vanuit onroerende zaken in ontwikkeling -120 0 -120 - Herclassificaties 3.033 -3.033 0 Saldo 1.274 -2.661 -1.387

Boekwaarde onroerende zaken in exploitatie per 31-12-2015 450.686 14.168 464.854

Mutaties 2016 op basis van marktwaarde - Overboeking vanuit onroerende zaken in ontwikkeling 8.404 0 8.404 - Investeringen 3.582 0 3.582 - Desinvesteringen -4.381 0 -4.381 - Niet-gerealiseerde waardemutaties 2016 24.768 3.386 28.154 - Niet-gerealiseerde waardemutaties vanuit onroerende zaken in ontwikkeling -2.391 0 -2.391 - Herclassificaties 2.689 -2.689 0 Saldo 32.671 697 33.368

Boekwaarde onroerende zaken in exploitatie per 31-12-2016 483.357 14.865 498.222

De som van de herwaardering van de onroerende zaken in exploitatie per 31 december 2016 bedraagt € 259,0 mln. (31 december 2015 € 236,8 mln.)

57

Marktwaarde in verhuurde staat Eind 2016 is de gehele vastgoedportefeuille getaxeerd door een onafhankelijke en ter zake deskundige externe taxateur, ingeschreven bij het Nederlands Register Vastgoed Taxateurs. Het taxatiedossier is op aanvraaag beschikbaar voor de Autoriteit woningcorporaties.

Gevoeligheidsanalyse

Parameters Mogelijke Effect op Effict op afwijking marktwaarde marktwaarde * € 1.000 in %

Mutatiegraad 1% 15.195 3,0% Disconteringsvoet 1% -45.444 -9,1%

Verzekeringen De activa in exploitatie is verzekerd tegen het risico van brand- en stormschade voor de herbouwwaarde. Onderverzekering is in de polisvoorwaarde uitgesloten.

Bedrijfswaarde De bedrijfswaarde van het vastgoed in exploitatie ultimo 2016 bedraagt € 211,6 miljoen (2015: € 220,9 miljoen). De parameters en uitgangspunten zijn toegelicht bij de grondslagen.

WOZ waarde vastgoed De WOZ-waarde (WOZ 2017) van het vastgoed per 31 december 2016 bedraagt € 648,1 miljoen.

Verkoop woningen in exploitatie Van het totale woningbezit van 4.216 woningen, is te verwachten dat 10 woningen in 2017 voor verkoop beschikbaar komen. In totaal zijn 285 woningen voor verkoop gelabeld per 31 december 2016. Het aantal woningen dat in de komende 5 jaar naar verwachting verkocht zal worden is 50.

Zekerheden Het WSW heeft het recht om hypotheek te vestigen op het totale vastgoed van Woonlinie.

Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie

Materiële vaste activa in ontwikkeling 31-12-2016 31-12-2015

Beginsaldo 01-01 4.553 7.064 Invloed stelselwijziging (cumulatief effect) 571 Herrekende boekwaarde onroerende zaken in exploitatie 01012015 4.553 7.635

- Investeringen 5.448 10.508 - Onrendabele toppen op basis van marktwaarde verhuurde staat -1.485 -1.478 - Niet-gerealiseerde waardemutatie grondposities -292 -1.085 - Ontvangen termijnen koopwoningen 0 -7.885 - Overige opbrengsten -1.448 -1.252 - Resultaat verkopen 0 1.099 - Overgeboekt naar materiële vaste activa in exploitatie -6.013 -947 - Mutatie onderhanden projecten en voorraden 0 -2.140 - Mutatie voorziening onrendabele investeringen nieuwbouw 118 223 - Overig 28 -125 Eindsaldo 909 4.553

58

Bedragen in € 1.000 31-12-2016 31-12-2015

Onroerende zaken verkocht onder voorwaarde (vov)

Voorraad Koopgarantwoningen Saldo 1 januari 10.943 11.797 - Desinvesteringen -294 -901 - Waardemutaties 857 47 Totaal onroerende zaken vov 11.506 10.943

Per 1 januari 2016 stonden 75 woningen op de Koopgarantvoorraad, waarvoor een terugkoopverplichting is aangegaan met de kopers. 2 Woningen zijn aan de Koopgarantvoorraad onttrokken, er zijn geen woningen opgenomen onder kortlopende activa omdat deze zonder Koopgarant wordt doorverkocht. Per 31 december 2016 is de voorraad Koopgarantwoningen 73 stuks. De waardeontwikkeling in 2016 laat een stijging van 8,0% zien (2015: 0,4%).

De verleende kortingen op de Koopgarantwoningen liggen tussen 7,5 en 27%. De woningen worden jaarlijks getaxeerd. De woningen zijn getaxeerd door een interne en externe makelaar. Bij de vaststelling van de marktwaarden is gebruik gemaakt van referentieobjecten, de WOZ-waarden en recente verkooptransacties. Verkoopkosten zijn meegenomen in de waardebepaling.

In de gemeente Werkendam heeft Woonlinie een subsidie ontvangen voor de ontwikkeling van Koopgarantwoningen. Indien de woningen binnen 20 jaar na oplevering uit de Koopgarantconstructie gehaald worden, moet Woonlinie de subsidie terugbetalen. In de gemeente Zaltbommel geldt tot 2025 een boeteconstructie voor de Koopgarantwoningen in Nederhemert.

Onroerende en roerende zaken voor eigen gebruik Kantoor Inventaris Vervoer- Totaal middelen

Saldo per 1 januari - Aanschafwaarde 2.929 2.659 306 5.894 - Gecumuleerde afschrijvingen -1.889 -1.649 -73 -3.611 Boekwaarde per 1 januari 1.040 1.010 233 2.283

Mutaties in het boekjaar - Afschrijvingen -112 -235 -61 -408 Saldo -112 -235 -61 -408

Saldo 31 december - Aanschafwaarde 2.929 2.659 306 5.894 - Gecumuleerde afschrijvingen -2.001 -1.884 -134 -4.019 Boekwaarde per 31 december 928 775 172 1.875

Financiële vaste activa

Deelnemingen - Deelneming CV Uithof III 223 223 - Deelneming Woningnet 1 1 Totaal deelnemingen 224 224 59

Bedragen in € 1.000 31-12-2016 31-12-2015

Latente belastingvordering Saldo 1 januari 9.281 3.600 Invloed stelselwijziging 0 -1.271 Herrekende latente belastingvordering 9.281 2.329 - Mutatie inzake compensabele verliezen -485 4.800 - Mutatie inzake prognose verkopen -987 1.535 - Mutatie inzake leningportefeuille -72 617 Totaal latente belastingvordering 7.737 9.281

De fiscale verliezen, ultimo 2015 € 29 miljoen, worden naar verwachting binnen negen jaar gecompenseerd met toekomstige fiscale winsten. De latentie is contant gemaakt tegen een netto-rente van 3,15% en bedraagt € 6,8 miljoen. De latente belastingvordering inzake verkopen bedraagt 31 december 2016 € 0,5 miljoen, het deel met betrekking tot de leningportefeuille bedraagt eveneens € 0,5 miljoen. Voor zover tijdelijke waarderingsverschillen niet in de waardering van de latente belastingvorderingen zijn verwerkt, bedragen deze nominaal in totaal € 92,4 miljoen.

60

Bedragen in € 1.000 31-12-2016 31-12-2015

VLOTTENDE ACTIVA

Vastgoed bestemd voor verkoop - Voorraad woningen uit exploitatie 384 994 - Voorraad woningen uit projectontwikkeling 0 299 - Voorraad teruggekochte Koopgarantwoningen 0 108 Totaal vastgoed bestemd voor verkoop 384 1.401

Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor verkoop Saldo 1 januari 1.430 433 Mutaties boekjaar - Investeringen 577 1.430 - Desinvesteringen -1.324 -433 Totaal vastgoed bestemd voor verkoop 683 1.430

Overige voorraden Saldo 1 januari 4.473 0 Mutaties boekjaar - Investeringen 950 0 - Desinvesteringen -1.155 0 - Herwaardering -292 - Herclassificatie grondposities 0 4.473 Totaal overige voorraden 3.976 4.473 De grondposities bevinden zich in diverse gemeenten.

Onderhanden projecten Saldo 1 januari 302 1.315 Mutaties boekjaar - Investeringen 118 302 - Desinvesteringen -414 -1.315

Totaal onderhanden werk 6 302

Vorderingen

Huurdebiteuren - Huurdebiteuren 300 258 Totaal huurdebiteuren 300 258 Er is geen sprake van een voorziening voor debiteuren

61

Bedragen in € 1.000 31-12-2016 31-12-2015

Gemeenten - Te vorderen bedragen van diverse gemeenten 11 144 Totaal vorderingen gemeenten 11 144

Overige vorderingen - Te ontvangen uit nieuwbouwprojecten 0 192 - Vordering samenwerkingsproject 449 136 - Subsidies 235 250 - Overige vorderingen 24 112 Totaal overige vorderingen 708 690

Overlopende activa - Transitorische rente 2 13 Totaal overlopende activa 2 13

Liquide middelen - Bank- en kassaldi 25.077 22.387 Totaal liquide middelen 25.077 22.387

Het saldo liquide middelen staat ter vrije beschikking van de corporatie.

62

Bedragen in € 1.000 31-12-2016 31-12-2015

PASSIVA

EIGEN VERMOGEN Bedragen in € 1.000 31-12-2016 31-12-2015

Herwaarderingsreserve

- Herwaarderingsreserve onroerende zaken in exploitatie 282.788 257.403 - Herwaarderingsreserve onroerende zaken vov 2.326 1.835 285.114 259.238

Herwaarderingsreserve onroerende zaken in exploitatie Beginsaldo 257.403 0 - Invloed stelselwijziging 0 259.669 - Realisatie verkoop/sloop -3.518 -2.611 - Mutatie resultaat lopend boekjaar 28.154 -973 - Overboeking naar overige reserves 749 1.318 Totaal herwaarderingsreserve onroerende zaken in expl 282.788 257.403

Voor de realiseerbaarheid van de waarde van de onroerende zaken in exploitatie en het hiermee samenhangende deel van de herwaarderingsreserve verwijzen wij naar het bestuursverslag.

Herwaarderingsreserve onroerende zaken verkocht onder voorwaarden (vov) Beginsaldo 1.835 2.345 - Overboeking naar overige reserves 491 -510 Totaal herwaarderingsreserve onr zkn vov 2.326 1.835

Overige reserves - Beginsaldo 132.169 54.763 - Invloed stelselwijziging (cumulatief effect) 0 65.661 - Overboeking naar herwaarderingsreserve onr zkn vov 0 -2.345 Herrekende overige reserves 01-01 132.169 118.079 - Realisatie uit herwaarderingsreserve onr zkn in expl 3.518 2.611 - Realisatie uit herwaarderingsreserve onr zkn vov -491 510 - Overboeking van herwaarderingsreserve -749 -1.318 - Mutatie resultaat lopend boekjaar 1.214 12.287 Totaal overige reserves 31-12 135.661 132.169

Voorziening onrendabele investeringen nieuwbouw Beginsaldo 992 4.063 - Invloed stelselwijziging (cumulatief effect) 0 -3.294 Herrekende voorziening onrendabel 01-01-2015 992 769 - Onttrekking -938 -769 - Dotatie 1.171 992 Eindsaldo voorziening 1.225 992

Van de voorziening onrendabele investeringen heeft een waarde van € 1,4 betrekking op juridische verplichtingen.

63

Bedragen in € 1.000 31-12-2016 31-12-2015

Overige voorzieningen Beginsaldo 0 0 - Dotatie 1.700 0 Eindsaldo voorziening 1.700 0

Deze voorziening heeft betrekking op een mogelijk verlies in project Den Eng, gemeente Aalburg.

Ultimo 2016 heeft Woonlinie evenals ultimo 2015 geen verplichtingen, waarvoor een pensioenvoorziening dient te worden opgenomen. De ten laste van de winst-en-verliesrekening gebrachte pensioenpremie bedraagt over 2016 € 335.000 (2015: € 361.000). De pensioenregeling van Woonlinie wordt onder het Nederlandse pensioenstelsel gefinancierd door afdrachten aan een bedrijfstakpensioenfonds, Stichting Pensioenwoningcorporaties (SPW). Deelname aan het bedrijfstakpensioenfonds is verplicht gesteld in de collectieve arbeidsovereenkomst waaronder Woonlinie valt. De opbouw van de pensioenaanspraken wordt telkens in het betreffende kalenderjaar afgefinancierd door middel van (ten minste) kostendekkende premiebetalingen op basis van de huidige inzichten van rendementen. De pensioenregeling is een middelloonregeling met - voor zowel actieve als inactieve deelnemers (slapers en gepensioneerden) - voorwaardelijke toeslagverlening. De toeslagverlening is afhankelijk van het beleggingsrendement. Eind 2016 was de dekkingsgraad 109,5%.

LANGLOPENDE SCHULDEN

Leningen kredietinstellingen

Saldo per 1 januari 111.483 115.509 - Storting nieuwe leningen 0 0 - Aflossingen -2.953 -4.026 Saldo per 31 december leningen 108.530 111.483 - Af te lossen volgend boekjaar -3.033 -2.953 Saldo per 31 december langlopend 105.497 108.530

Van het WSW is voor € 104,2 miljoen aan borging verkregen en voor een bedrag van € 4,3 miljoen zijn zekerheden van gemeenten verkregen.

Rentevoet, aflossing 2017 en leningen langer dan vijf jaar De gemiddelde rentevoet van de uitstaande leningen bedraagt per 31 december 2016 4,2%. Het aflossingsbestanddeel vanaf 2022 bedraagt in totaal € 92,3 miljoen voor de huidige leningenportefeuille. Het aflossingsbestanddeel in het komende boekjaar bedraagt € 3,0 miljoen en is onder de kortlopende schulden verantwoord. De gemiddelde looptijd van de leningenportefeuille is 21,9 jaar. De marktwaarde ultimo 2016 is € 147,0 miljoen. Ultimo 2015 was de marktwaarde € 147,1 miljoen.

64

Bedragen in € 1.000 31-12-2016 31-12-2015

Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden

Verplichtingen Koopgarantwoningen Saldo 1 januari 11.127 12.021 - Desinvesteringen -299 -925 - Waardemutaties 722 31 Totaal verplichtingen Koopgarantwoningen 11.550 11.127

Overige schulden

Beginsaldo waarborgsommen 423 427 - Mutatie boekjaar 21 -9 - Rente waarborgsommen 3 5 Totaal overige schulden 447 423

Dit betreft de van huurders ontvangen gelden bij aanvang van het huurcontract.

65

KORTLOPENDE SCHULDEN

Bedragen in € 1.000 31-12-2016 31-12-2015

Overheid - Schulden aan overheid 33 0 Totaal schulden aan overheid 33 0

Kredietinstellingen - Aflossingsverplichting langlopende schulden 3.033 2.953 Totaal schulden aan kredietinstellingen 3.033 2.953

Leveranciers - Schulden aan leveranciers 1.405 2.482 Totaal schulden aan leveranciers 1.405 2.482

Belastingen en premies sociale verzekeringen - BTW 1.080 1.289 - Loonheffing 86 77 Totaal schulden fiscus 1.166 1.366

Schulden aan pensioenen - Pensioenen 42 40 Totaal schuld pensioenverzekeraars 42 40

Overige schulden - Nog te betalen vakantiedagen 131 127 - Onderhanden werk 1.604 160 - Vooruitontvangen subsidies 600 600 - Gemeenten/provincies 0 100 - Corporaties 0 20 - Planmatig onderhoud 0 92 - Implementatie ICT systemen 0 195 - Overigen 64 186 Totaal overige schulden 2.399 1.480

Overlopende passiva - Vooruit ontvangen huur 127 168 - Niet vervallen rente over leningen 2.135 2.188 - Overigen 86 80 Totaal overlopende passiva 2.348 2.436

Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich geen belangrijke gebeurtenissen na balansdatum en die geen nadere informatie geven over de toestand op balansdatum, voorgedaan.

66

Toelichting op de geconsolideerde winst- en verliesrekening

Bedragen in € 1.000 2016 2015

Huren - Netto huur 27.588 27.061 - Huurderving -85 -100 - Kortingen -28 -27 Totaal huren 27.475 26.934

Servicecontracten - Opbrengsten servicecontracten 799 853 - Kosten servicecontracten -739 -800 Totaal vergoedingen 60 53

Overheidsbijdragen - Bijdrage Provincie Gelderland, verduurzaming bezit 235 336 Totaal vergoedingen 235 336

Lasten verhuur- en beheeractiviteiten

- Personeelslasten 2.776 2.646 - Overige bedrijfslasten 5.240 5.112 - Doorbelaste kosten aan overige activiteiten -795 -794 Totaal lasten verhuur en beheer 7.221 6.964

Personeelslasten - Lonen en salarissen inclusief vakantiegeld 2.115 1.995 - Pensioenlasten 335 361 - Sociale lasten 326 290 Totaal personeelslasten 2.776 2.646

Fte per afdeling Directie 1,0 1,0 Bedrijfsondersteuning 11,4 10,4 Markt en maatschappij 11,1 9,1 Vastgoed 14,9 13,9 Totaal 38,4 34,4

67

Bedragen in € 1.000 2016 2015

Overige bedrijfslasten - Uitzendkrachten 384 366 - Overige personeelskosten 214 242 - Huisvestingskosten 123 170 - Automatisering, ICT en telecomkosten 537 277 - Woonruimteverdelen 22 22 - Advieskosten en externe dienstverlening 398 496 - Afboeking huurachterstanden 23 75 - Verhuurderheffing en saneringsbijdrage 2.820 2.650 - BTW pro rata teruggave -24 -12 - Beloningen leden Raad van commissarissen 41 45 - Afschrijvingen materiele activa ten dienste van exploitatie 408 466 - Overigen 294 315 Totaal overige bedrijfslasten 5.240 5.112

Lasten onderhoudsactiviteiten - Kosten niet-planmatig onderhoud 3.228 2.885 - Kosten planmatig onderhoud 3.330 5.285 Totaal lasten onderhoud 6.558 8.170

Overige directe operationele lasten exploitatie bezit - Belastingen en overige lasten 1.730 1.635 - Verzekeringen 102 100 - Overigen 77 186 Totaal overige directe operationele lasten 1.909 1.921

Afschrijvingen - Woningen en woongebouwen 0 3.242 - Overige onroerende zaken niet zijnde woningen 0 512 - Materiële activa ten dienste van de exploitatie 0 466 0 4.220 - Invloed stelselwijziging 0 -3.754 - Hercategorisering naar overige bedrijfslasten 0 -466 0 0

De jaarrekening is gecontroleerd door BDO Audit & Assurance B.V. De algemene kosten bevatten voor € 150.000 aan honoraria voor accountants. De kosten voor de controle in 2016 bedroegen € 130.000. Daarnaast hebben zij overige controles uitgevoerd voor een bedrag € 7.000 en andere niet-controle opdrachten voor € 13.000. BDO accountants & belastingadviseurs B.V. heeft voor een bedrag van € 24.000 fiscaal advies gegeven.

68

Toezichthoudende topfunctionarissen

W.J.J.H. Adema-van der Naam D. Tangemann D. Tangemann Pol Functie Voorzitter Voorzitter Lid Duur dienstverband 1/1 - 30/9 1/10 - 31/12 1/1 - 30/9

Bezoldiging Maximum beloning 14.738 4.913 9.825 Beloning 6.806 2.269 4.538 Belastbare onkostenvergoedingen 0 0 0 Beloningen betaalbaar op termijn 0 0 0 Totaal bezoldigingen 6.806 2.269 4.538

Naam C.J. Ambachtsheer P. Nieuwenhuis Functie Lid Lid Duur dienstverband 1/1 - 31/12 15/3 - 31/12

Bezoldiging Maximum beloning 13.100 10.371 Beloning 6.050 4.551 Belastbare onkostenvergoedingen 0 0 Beloningen betaalbaar op termijn 0 0 Totaal bezoldigingen 6.050 4.551

Beloning directeur-bestuurder Het bestuur bij Woonlinie bestaat over geheel 2016 (365 dagen) uit één persoon, zijnde de heer mr. P.A.W. van den Heuvel. Hij is de enige bestuurlijke topfunctionaris die, op grond van artikel 4.1 van de WNT, onder de Wet Normering Topinkomens valt. Er zijn verder geen betalingen gedaan op grond van art 4.2 WNT, zijnde niet-topfunctionarissen of gewezen topfunctionarissen, waarvan de bezoldiging de maximale WNT-bezoldiging te boven gaat. De directeur-bestuurder valt in de regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen toegelaten instellingen volkshuisvesting 2016 in de bezoldigingsklasse E, zijnde € 131.000. In 2016 wordt gebruik gemaakt van het overgangsrecht zoals opgenomen in artikel 7.3 WNT. Wat betreft de WNT valt de directeur-bestuurder onder de maximale WNT-norm van € 230.474. Het arbeidscontract met de directeur-bestuurder is aangegaan voor onbepaalde tijd. De directeur-bestuurder had in 2016 een beloning van € 160.800. De afdracht aan het pensioenfonds van het werkgeversdeel bedroeg € 22.180. In 2015 bedroeg de beloning € 165.894 en was de afdracht aan het pensioenfonds van het werkgeversdeel € 25.409. Verder maakte de directeur-bestuurder gebruik van een bedrijfsauto die in de beloningen is opgenomen. Krachtens artikel 2: 383 lid 1 bedraagt de bezoldiging van de directeur-bestuurder zijnde het totale bedrag dat in het boekjaar 2016 uit hoofde van artikel 32 bd van de wet op de loonbelastingen 1964 ad € 156.898 (fiscaal loon), 2015 € 159.276. Alle beloningen zijn vermeld en de overige beloningen die verder vallen onder de categorie A, B, C en D RJ 274 zijn niet van toepassing.

69

Dit leidt tot de volgende WNT-tabel.

Naam topfunctionaris: P.A.W. van den Heuvel

A. BELONINGEN Brutoloon 141.670 Vakantiegeld 12.246 Salaris uit ziekte - Toeslagen - Salaris extra uren - Eenmalige uitkering 900 Eindejaarsuitkering - Bijdrage levensloop - Werkgeversbijdrage aanvullende verzekering 918 Compensatie pensioen voor zover niet voor netto-pensioenregeling - Fiscale bijtelling auto (minus eigen bijdrage) 5.066 Werkgeverspremies voor aanvullende verzekeringen die niet verplicht zijn - o.g.v. wet of cao Bonus / gratificatie WKR uitruil (min-bedrag) Totaal 160.800 B. BELASTE VASTE EN VARIABELE ONKOSTENVERGOEDINGEN Vaste belastbare vergoedingen en verstrekkingen in natura - Overige belastbare vergoedingen en verstrekkingen in natura - Totaal - C. VOORZIENINGEN T.B.V. BELONINGEN BETAALBAAR OP TERMIJN Werkgeverskosten OP 15.066 Werkgeverskosten IP - Werkgeverskosten VPL/OVP 5.786 Werkgeversdeel WIA plus 149 Werkgeversdeel WIA excedent 1.179 Werkgeversdeel nabestaanden en arbeidsongeschiktheidspensioen - Compensatie pensioen indien gebruikt voor netto-pensioenregeling - Totaal 22.180

Totaal bezoldiging 182.980 Bezoldigingsmaximum instelling 131.000

Parttimefactor 100,00% Duur dienstverband 100,00%

Bezoldigingsmaximum 2016 131.000 Overschrijding 51.980

70

Bedragen in € 1.000 2016 2015

Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling 5.299 9.649

Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling - Kosten nieuwbouwprojecten -5.017 -8.561 Totaal -5.017 -8.561

Toegerekende organisatiekosten -570 -519

De vergelijkende cijfers van 2015 zijn aangepast door een wijziging van de presentatie van de omzet en de uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling. In de gemeenten Aalburg en Werkendam zijn 3 projecten opgeleverd in 2016. Voor 3 projecten in de gemeenten Aalburg , Woudrichem en Zaltbommel is resultaat genomen volgens het principe "percentage of completion". In totaal is hierbij het resultaat genomen voor 50 koopwoningen en een kavel met bedrijfsruimte.

Bedragen in € 1.000 2016 2015

Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille - Opbrengsten verkoop woningen vastgoedportefeuille 3.540 6.112 - Opbrengsten verkoop VOV woningen 465 1.531 - Kosten van verkopen woningen vastgoedportefeuille -111 -222 3.894 7.421

Toegerekende organisatiekosten - Doorbelaste kosten vanuit operationele lasten exploitatie bezit 150 164 150 164

Boekwaarde verkoop uit vastgoedportefeuille 2.207 744 - Invloed stelselwijziging 0 2.331 Herrekende boekwaarde verkoop uit vastgoedportefeuille 2.207 3.075 Terugkoopwaarde VOV woningen 439 1.373 2.646 4.448

In 2016 zijn 21 woningen uit de sociale woningvoorraad verkocht/geleverd uit diverse kernen. 4 Woningen in de gemeente Aalburg, 2 woningen in de gemeente Werkendam, 11 woningen in de gemeente Woudrichem en 4 woningen in de gemeente Zaltbommel. In 2017 verwacht Woonlinie circa 10 woningen te verkopen + de verkoop van een school in Zaltbommel. De totale opbrengst in 2017 wordt ingeschat op € 7,9 miljoen, de boekwaarde bedraagt circa € 6,0 miljoen.

71

Bedragen in € 1.000 2016 2015

Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille vaste activa - Afwaardering slooppanden -2.359 0 - Afwaardering en nagekomen lasten projecten -1.700 -122 - Waardeveranderingen onroerende zaken in ontwikkeling bestemd voor exploitatie-1.485 (onrendabele toppen)-1.351 - Mutatie waardering grondposities -291 -1.085

Totaal overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille -5.835 -2.558

Afwaardering slooppanden - Binnenvergt -2.359 0 Totaal afwaardering slooppanden -2.359 0

Afwaardering en nagekomen lasten projecten - P828 Den Eng, Veen -1.700 0 - P910 Beersteeg, Zaltbommel 0 -122 Totaal afwaardering projectportefeuille -1.700 -122

Waardeveranderingen onroerende zaken in ontwikkeling bestemd voor exploitatie (onrendabele toppen) - P417 Brede School, Giessen/Rijswijk 0 -927 - P321C2 Binnenhof, Zaltbommel 0 0 - P422A Roode Camer, Hank 0 -97 - P428 Dorpsstraat, Dussen 0 0 - P425 Rijswijkstraat, Woudrichem -315 0 - P529 Fiep, Zaltbommel -753 0 - P530 Nieuwe Banne, Sleeuwijk -96 0 - P531 Waluwe, Zaltbommel -137 0 - P828A Den Eng fase 2, Veen 0 -199 - P870 Groenendijk, Woudrichem -184 0 - P910 Beersteeg, Zaltbommel 0 -128 - Terugname/afwaardering kge Land van Heusden en Altena na 1985 0 0 - Terugname/afwaardering kge Zaltbommel na 1985 0 0 Totaal onrendabele toppen -1.485 -1.351

Mutatie waardering grondposities - P426 Ruiterhof, Genderen 50 0 - P832 Bollenhoef, Eethen -77 0 - P895 Reijgerboslaan, Giessen -56 0 - P916 Spellewaard, Zaltbommel -171 0 - P927 Kerkhoff, Zaltbommel -29 0 - P929 Straatje, Zaltbommel -8 0 - P321 Binnenvergt, Zaltbommel 0 -875 - P828 Den Eng, Veen 0 -112 - Overige projecten 0 -98 Totaal afwaardering grondposities -291 -1.085

Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille - Herwaardering vastgoed in exploitatie 28.154 -973 Totaal waardeveranderingen onroerende zaken inexploitatie 28.154 -973

Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden - Niet-gerealiseerde waardemutatie Koopgarantwoningen 140 40 140 40

72

Bedragen in € 1.000 2016 2015

Overige activiteiten - Opbrengsten overige activiteiten 393 425 - Kosten overige activiteiten -24 -22 - Doorbelaste kosten vanuit operationele lasten exploitatie bezit -89 -111 280 292

Leefbaarheid - Leefbaarheidsuitgaven Zaltbommel 119 57 - Leefbaarheidsuitgaven Land van Heusden en Altena 42 12 - Fonds Maatschappelijk Investeren 0 46 - Overigen 13 39 174 154

Waardeveranderingen financiële vaste activa Rentelasten - Op/afwaardering deelneming C.V. Uithof II 0 -15 Totaal rentelasten 0 -15

Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten Rentebaten - Rente rekening-courant banken 18 58 - Overige rentebaten 3 2 Totaal rentebaten 21 60

Rentelasten en soortgelijke kosten Rentelasten - Rente leningen 4.560 4.741 - Overige rentelasten 14 1 - Rente waarborgsommen 4 4 Totaal rentelasten 4.578 4.746

Vennootschapsbelasting - Mutatie latente belastingen 1.544 6.953 - Invloed stelselwijziging 0 -1.271 Totaal vennootschapsbelasting 1.544 5.682

Resultaat deelnemingen - Uitkering C.V. Uithof III 10 10 Totaal resultaat deelnemingen 10 10

73

Bedragen in € 1.000 2016 2015

Vennootschapsbelasting De acute vpb-positie voor het jaar 2016 is bepaald op nihil. De reden hiervoor is dat Woonlinie vanuit het verleden beschikt over fiscaal compensabele verliezen. De fiscale positie is bepaald op basis van de geldende wet- en regelgeving, alsmede de Vaststellingsovereenkomst (VSO-2) voor woningcorporaties. De beschikbare voorwaartse verliescompensatie op basis van aangifte 2016 is circa € 29 miljoen. Op basis van de omvang van het fiscale compensabele verlies uit het verleden verwacht Woonlinie dat het fiscaal resultaat in het jaar 2016 te compenseren is.

Overzicht van het totaalresultaat

Geconsolideerd nettoresultaat na belastingen Geconsolideerd nettoresultaat na belastingen 29.368 16.018 Mutatie als gevolg van stelselwijziging 0 -4.704 Totaalresultaat 29.368 11.314

Van het nettoresultaat wordt € 28.154 toegevoegd aan de herwaarderingsreserve en € 1.214 toegevoegd aan de overige reserves.

74

Enkelvoudige balans per 31 december 2016 (na resultaatbestemming)

31-12-2016 31-12-2015 ACTIVA (x € 1.000) (herrekend)

Vaste activa

Materiële vaste activa - Onroerende zaken in exploitatie 498.222 464.854 - Onroerende zaken in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 337 4.446 - Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 11.506 10.943 - Onroerende en roerende zaken ten dienste van exploitatie 1.875 2.283 Totaal materiële vaste activa 511.940 482.526

Financiële vaste activa - Deelnemingen in groepsmaatschappijen 1.747 223 - Andere deelnemingen 224 438 - Leningen u/g groepsmaatschappijen 3.610 4.610 - Latente belastingvordering 7.737 9.281 Totaal financiële vaste activa 13.318 14.552

Totaal vaste activa 525.258 497.078

Vlottende activa

Voorraden - Vastgoed bestemd voor verkoop 384 1.401 - Overige voorraden 3.023 2.782 Totaal voorraden 3.407 4.183

Kortlopende vorderingen - Huurdebiteuren 300 258 - Gemeenten 11 144 - Overige vorderingen 1.143 2.461 - Overlopende activa 2 11 Totaal kortlopende vorderingen 1.456 2.874

Liquide middelen 20.671 18.569

Totaal vlottende activa 25.534 25.626

Totaal activa 550.792 522.704

75

31-12-2016 31-12-2015 PASSIVA (x € 1.000) (herrekend)

Eigen vermogen - Herwaarderingsreserve 285.114 259.238 - Overige reserves 135.661 132.169 Totaal eigen vermogen 420.775 391.407

Voorzieningen - Voorziening onrendabele investeringen nieuwbouw 2.630 1.108 - Overige voorzieningen 1.700 0 Totaal voorzieningen 4.330 1.108

Langlopende schulden - Leningen kredietinstellingen 105.497 108.530 - Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 11.550 11.127 - Overige schulden 447 423 Totaal langlopende leningen 117.494 120.080

Kortlopende schulden - Schulden aan overheid 28 0 - Schulden aan kredietinstellingen 3.033 2.953 - Schulden aan leveranciers 1.138 2.211 - Schulden aan groepsmaatschappij 124 0 - Belastingen en premies sociale verzekeringen 686 1.227 - Schulden inzake pensioenen 42 40 - Overige schulden 795 1.242 - Overige passiva 2.348 2.436 Totaal kortlopende schulden 8.194 10.109

Totaal passiva 550.792 522.704

76

Enkelvoudige winst- en verliesrekening over 2016

2016 2015 (herrekend) (Bedragen * € 1.000)

Bedrijfsopbrengsten

- Huuropbrengsten 27.475 26.934 - Opbrengsten servicecontracten 799 853 - Lasten servicecontracten -739 -800 - Overheidsbijdragen 235 336 - Lasten verhuur en beheeractiviteiten -7.221 -6.959 - Lasten onderhoudsactiviteiten -6.558 -8.170 - Overige directe operationele lasten exploitatie bezit -1.909 -1.921 Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille 12.082 10.273

- Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling 144 7.977 - Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling -260 -6.923 - Toegerekende organisatiekosten 0 -362 Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling -116 692

- Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille 3.894 7.421 - Toegerekende organisatiekosten -150 -164 - Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille -2.646 -4.448 Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille 1.098 2.809

- Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille -7.424 -122 - Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 28.154 -3.522 - Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden 140 40 Waardeveranderingen vastgoedportefeuille 20.870 -3.604

Opbrengsten overige activiteiten 393 425 Leefbaarheid -174 -154 Kosten overige activiteiten -112 -133 Netto resultaat overige activiteiten 107 138

Waardemutatie financiele vaste activa 0 15 Rentebaten en soortgelijke opbrengsten 173 129 Rentelasten en soortgelijke kosten -4.621 -4.746 Saldo financiele baten en lasten -4.448 -4.602

Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen 29.593 5.706

- Vennootschapsbelasting -1.544 5.681 - Resultaat deelnemingen 1.319 -73

Resultaat na belastingen 29.368 11.314

Resultaat 2015 voor stelselwijziging 16.018 Effect stelselwijziging -4.704 Resultaat 2015 naar stelselwijziging 11.314

77

Enkelvoudige kasstroomoverzicht

Bedragen in € 1.000 2016 2015

Operationele kasstroom/kasstroom uit bedrijfsoperaties

Ontvangsten van huurders 27.415 26.623 Vergoedingen 795 850 Overheidsontvangsten 132 356 Overige bedrijfsontvangsten 587 449 Renteontvangsten 139 62

Personeelsuitgaven -2.919 -2.658 Onderhoudsuitgaven -6.915 -8.838 Overige bedrijfslasten -3.870 -3.588 Renteuitgaven -4.664 -4.811 Verhuurderheffing -2.820 -2.650 Leefbaarheid -276 -154 Kasstroom uit operationele activiteiten 7.604 5.641

Kasstroom uit investeringsactiviteiten - Verkoopontvangsten bestaande huur 3.538 5.988 - Verkoopontvangsten woongelegenheden (VOV) 466 1.513 - Verkoopontvangsten nieuwbouw 189 11.110 - Desinvesteringen in materiële vaste activa 0 620 - Nieuwbouw huur en koop -5.228 -13.431 - Woningverbeteringen -3.331 -1.599 - Aankopen woongelegenheden (VOV) -322 -1.058 - Overige investeringen 0 -1.057 Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten -4.688 2.086

Kasstroom uit financieringsactiviteiten - Ontvangst verbindingen 2.123 1.000 - Overigen 0 51 - Uitgaven verbindingen 0 -3.542 - Aflossingen langlopende schulden -2.937 -4.025 Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten -814 -6.516

NETTO KASSTROOM 2.102 1.211

Stand 1 januari 18.569 17.358 Stand 31 december 20.671 18.569 Mutatie 2.102 1.211

78

Toelichting op de enkelvoudige balans

Deelnemingen in groepsmaatschappijen De deelnemingen in groepsmaatschappijen waarin invloed van betekenis wordt uitgeoefend op het zakelijke en financiële beleid worden op basis van de vermogensmutatiemethode verwerkt. Overeenkomstig deze methode, worden genoemde deelnemingen in de balans opgenomen tegen het aandeel van Woonlinie in de nettovermogenswaarde vermeerderd met haar aandeel in de resultaten van de deelnemingen vanaf het moment van verwerving, bepaald volgens de grondslagen zoals vermeld in deze jaarrekening. In de winst- en verliesrekening wordt het aandeel van Woonlinie in het resultaat van de deelnemingen opgenomen. Indien en voor zover Woonlinie niet zonder beperking uitkering van de positieve resultaten aan haar kan bewerkstelligen, worden de resultaten in een wettelijke reserve opgenomen. Haar aandeel in de rechtstreekse vermogensvermeerderingen en - verminderingen van de deelnemingen wordt ook in de wettelijke reserve opgenomen met uitzondering van herwaarderingen van activa die als ongerealiseerde waardestijging in het eigen vermogen worden verwerkt. Indien de waarde van de deelneming gewaardeerd volgens de vermogensmutatiemethode nihil is geworden, wordt deze methode niet langer toegepast en blijft de deelneming bij ongewijzigde omstandigheden op nihil gewaardeerd. Bij de afwaardering worden andere langlopende belangen in de deelneming die feitelijk worden aangemerkt als een onderdeel van de netto-investering, ook meegenomen. Indien en voor zover geheel of ten dele voor de schulden van de deelneming wordt ingestaan respectievelijk een feitelijke verplichting bestaat de deelneming tot betaling van haar schulden in staat te stellen, wordt zodanig een voorziening opgenomen. Een vervolgens verkregen aandeel in de winst van de deelneming wordt pas weer verwerkt indien en voor zover het cumulatief niet-verwerkte aandeel in het verlies is ingelopen.

Overige gegevens

Bestemming van het resultaat 2016 Het bestuur stelt aan de Raad van Commissarissen voor het resultaat over het boekjaar 2016 € 29,3 miljoen voor € 28,1 miljoen ten gunste te brengen van de herwaarderingsreserve en € 1,2 miljoen ten gunste van de overige reserves te brengen.

79

80

81

82

Bijlage 1: Toewijzen aan doelgroepen BTIV-tabel 2016 BBSH-tabel 2016 Woonlinie

Aantal toewijzingen 2016 1-persoon Huur <= 409,92 Huur 409,93 t/m Huur > 586,68 Totaal 586,68 <65 <= € 22.100 22 60 6 88 > € 22.100 1 24 25 >=65 jaar <= € 22.100 1 14 9 24 > € 22.100 2 7 9 Subtotaal 23 77 46 146 2-personen Huur <= 409,92 Huur 409,93 t/m Huur > 586,68 Totaal 586,68 <65 <= € 30.000 3 12 1 16 > € 30.000 1 12 13 >=65 jaar <= € 30.050 12 9 21 > € 30.050 1 10 11 Subtotaal 3 26 32 61 >=3 personen Huur <= 409,92 Huur 409,93 t/m Huur > 628,76 Totaal 628,76 <65 <= € 30.000 1 31 1 33 > € 30.000 4 9 13 >=65 jaar <= € 30.050 0 0 0 0 > € 30.050 0 0 0 0 Subtotaal 1 35 10 46 onbekend 0 0 0 0 Totaal 27 138 88 253

83

Bijlage 2:

Raad van Commissarissen

Directeur-bestuurder

Controller

Vastgoed Markt en Maatschappij Bedrijfsondersteuning

84

Meer informatie?

Zaltbommel Woudrichem Thorbeckestraat 1 ’t Rond 1 5301 NC Zaltbommel 4285 DE Woudrichem Postbus 2018 Postbus 51 5300 CA Zaltbommel 4285 ZH Woudrichem

T 088 520 4000 I www.woonlinie.nl E [email protected]

85