Bartholomeus Van Der Helst (Circa 1613-1670): Een Studie Naar Zijn Leven En Zijn Werk

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Bartholomeus Van Der Helst (Circa 1613-1670): Een Studie Naar Zijn Leven En Zijn Werk Bartholomeus van der Helst (circa 1613-1670): een studie naar zijn leven en zijn werk Bartholomeus van der Helst (c. 1613-1670): a Study of his Life and his Work (with a summary in English) Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan de Universiteit Utrecht op gezag van de rector magnificus, prof.dr. J.C. Stoof, ingevolge het besluit van het college voor promoties in het openbaar te verdedigen op vrijdag 11 februari 2011 des middags te 2.30 uur door Judith Frans Joseph Maria van Gent geboren op 1 december 1960 te Zevenaar Promotor: Prof.dr. R.E.O. Ekkart Promotor: Prof.dr. V. Manuth Dit proefschrift is (mede) mogelijk gemaakt dankzij financiële steun van NWO en het Amsterdam Museum Inhoud Voorwoord 3 Inleiding 7 Waardering in de zeventiende en achttiende eeuw 7 Waardering in de negentiende eeuw 11 Waardering in de twintigste eeuw 16 Onderzoeksgeschiedenis 19 Het leven van Bartholomeus van der Helst 27 Voorouders 27 Jeugd en opleiding 31 Huwelijk en familieleven 34 Collegiale contacten 39 Financiële positie 42 Laatste jaren en nalatenschap 43 De opdrachtgevers van Bartholomeus van der Helst 47 1637-1642 47 Debuut: opdrachten uit de Waalse gemeenschap 48 Doorbraak: opdrachten van de familie Bicker 49 1642/43-1650 51 Portretten van Zuid-Nederlanders 53 Intermezzo: Rotterdamse opdrachtgevers 54 Op weg naar het hoogtepunt: Cornelis Jansz. Witsen 56 1650-1660 60 Regentenstukken 61 Opdrachten van rijke middenstanders 64 Opdrachten van de families Trip en De Geer 66 Opdrachten van niet-Amsterdammers 68 1660-1670 70 Opdrachten van de families Huydecoper en Hinlopen 71 Lodewijk de Bas en de familie De Marez 73 Opdrachten van zeeofficieren 74 De laatste opdrachten 76 Productie, concurrentie en opdrachtgevers: getallen 77 Het werk van Bartholomeus van der Helst 81 Vroegste werken, 1637-1641 81 De compagnie van Roelof Bicker, 1640-1643 83 Enkelfigurige portretten, 1641-1647 86 De Schuttersmaaltijd, 1648 91 Enkelfigurige portretten, 1648-1655 95 Regentenstukken, 1650-1657 99 Familiegroepen, 1652-1669 104 Dubbelportretten, 1654-1666 109 Enkelfigurige portretten, 1656-1670 111 Andere voorstellingen: portret of geen portret? 118 Enkele opmerkingen over de werkwijze van Van der Helst 126 Navolging van het werk van Bartholomeus van der Helst 139 Navolgers in Amsterdam 139 Navolgers buiten Amsterdam 143 Lodewijk van der Helst (1642-na 1683) 144 Besluit 149 Geschreven en gedrukte vermeldingen tot circa 1730 153 Oeuvrecatalogus 201 Toelichting op de catalogus 201 I. Schilderijen door Bartholomeus van der Helst in chronologische volgorde van vervaardiging 203 II. Schilderijen die ten onrechte aan Bartholomeus van der Helst worden toegeschreven 441 III. Schilderijen die alleen uit schriftelijke bronnen bekend zijn 467 IV. Toegeschreven tekeningen 499 V. Prenten en tekeningen naar onbekend werk 501 VI. Werken door Lodewijk van der Helst 503 Summary 521 Bijlagen 529 Bijlage I. Handtekeningen Bartholomeus en Lodewijk van der Helst 529 Bijlage II. Parenteel families Van der Helst en Du Pire 531 Bijlage III. Concordantie De Gelder – Van Gent 539 Literatuurlijst 541 Afkortingen 576 Curriculum vitae 577 2 Voorwoord De eerste plannen om iets met Bartholomeus van der Helst te doen, ontstonden in 1987 aan de Katholieke Universiteit Nijmegen, toen ik de werkgroep ‘Schutters in Holland’ volgde onder begeleiding van Christian Tümpel. Ik had toen net mijn kandidaatsscriptie over een zestiende-eeuwse Amsterdamse portretschilder afgerond. Een studie naar één kunstenaar, waarbij verschillende facetten van het kunsthistorisch onderzoek aan de orde komen, was mij goed bevallen. Bij het voorbereiden van een referaat over de Schuttersmaaltijd, bleek dat sinds de laatste monografie over Van der Helst door Jan Jacob de Gelder uit 1921, maar weinig onderzoek naar de schilder was gedaan. Ik besloot Van der Helst als onderwerp van mijn doctoraalscriptie te kiezen en voerde in dat kader een eerste verkenning uit, waarbij ik tevens een begin maakte met een aanvulling op De Gelders oeuvrecatalogus. De onderzoekspraktijk én het onderwerp stonden me beide aan. In 1994 kon ik dankzij NWO-subsidie verder met het échte werk en ging ik als parttime onderzoekster bij de Katholieke Universiteit Nijmegen aan de slag. Vele deeltijdjaren onderzoek én een digitale revolutie later, is dit het resultaat. Helaas kan mijn eerste promotor Christian Tümpel de afronding niet meemaken. Hij overleed in september 2009. Rudi Ekkart heeft mij vanaf het eerste begin, aanvankelijk als co-promotor en later als promotor, bijgestaan en geënthousiasmeerd, mij altijd aangemoedigd door te gaan en zonder hem was dit proefschrift er dan ook niet geweest. Volker Manuth was bereid in een later stadium als tweede promotor op te treden, waarvoor ik óók hem zeer dankbaar ben. De meeste schilderijen heb ik in musea in binnen- en buitenland onderzocht. Enkele portretten bevinden zich bij particulieren, soms nog bij de nakomelingen van de geportretteerde(n). Het was heel bijzonder om de schilderijen in hun huiselijke omgeving te mogen onderzoeken. Ik wil die eigenaren en alle museumcollega’s die mij zo hulpvaardig en enthousiast hebben ontvangen, hiervoor zeer bedanken. Een werkstuk van deze aard en omvang is alleen mogelijk door samenwerking met anderen. Marloes Huiskamp heeft meegelezen en geredigeerd, zodat hier nu een leesbaar verhaal ligt. Archiefvorser Ruud Koopman hielp mij met de ontcijfering van enkele notariële akten en voorzag mij van een paar nieuwe Van der Helst documenten. Met Margreet Wolters bestudeerde ik schilderijen met infraroodreflectografie. Daarnaast verliepen onze promotietrajecten verbazingwekkend synchroon, zodat we de vele ups en downs konden delen. Michiel Roscam Abbing en Robert Schillemans lazen het manuscript nauwgezet en voorzagen het van kritische kanttekeningen. Ik wil hen allen hiervoor hartelijk bedanken. 3 Gedurende de vele prettige en leerzame dagen die ik op het Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie in Den Haag doorbracht, werd ik welwillend bijgestaan door de medewerkers waarvan ik met name Marijke de Kinkelder, Jan Kosten en Fred Meijer wil noemen. Ook mijn talrijke bezoeken aan het Stadsarchief Amsterdam en het Noord-Hollands Archief in Haarlem waren bijzonder plezierig en brachten steeds nieuwe inzichten. De afgelopen tien jaar werkte ik in het Amsterdams Historisch Museum. Mijn collega’s kennen mij daar niet zonder het werkwoord ‘vanderhelsten’. Mijn grootste dank gaat uit naar Gusta Reichwein die mij al die lange jaren de noodzakelijke ruimte en rust gaf om door te gaan. Pauline Kruseman, tot eind 2008 directeur, en haar opvolger Paul Spies, ben ik zeer erkentelijk voor het faciliteren van mijn onderzoekswerkzaamheden. Kees Zandvliet spoorde mij aan te denken over een presentatie rondom het vroege schuttersstuk, een project dat in oktober van dit jaar vorm zal krijgen. Van mijn andere collega’s noem ik vanwege hun inspirerende belangstelling Marianne Jonker, Nel Klaversma, Norbert Middelkoop en Bert Vreeken. Maar uiteraard ben ik ook mijn andere collega’s die mij altijd hebben gevolgd daarvoor zeer dankbaar! Veel dank ook aan de personen en instellingen, die mij in meer of mindere mate hebben geholpen en geadviseerd: Marina Aarts, Ann Adams, Jan Baptist Bedaux, Albert Blankert, Marten Jan Bok, Peter van den Brink, Christie’s, Peter van der Coelen, Herman Colenbrander, Bart Cornelis, Taco Dibbits, Eric Domela Nieuwenhuis, Bas Dudok van Heel, Bernd Ebert, Frick Art Reference Library New York, Erlend de Groot, Xenia Henny, Alexandra Hermesdorf, Paul Huys Janssen, Frederieke Jochems, Geert-Jan Koot, Gerbrand Korevaar, Saskia Kuus, Liselotte Leermakers, Walter Liedtke, Tom van der Molen, Andrea Müller-Schirmer, Otto Naumann, Gabriël Pastoor, Luuk Pijl, Peter van der Ploeg, Jean Pierre van Rijen, Michael Ripps, Pieter Roelofs, Jaco Rutgers, Gary Schwartz, Jan Six, Martje Smallegange, Sotheby’s, Gijs Stork, Jaap van der Veen, Jelka van der Velden, Marije Verduijn, Adriaan Waiboer, Willem van de Watering, Ulrike Wegener, Wieneke Weusten, Betsy Wieseman, David de Witt, Marieke de Winkel en de Witt Library Londen. Ten slotte een woord van dank aan mijn familie en vrienden, die mij de laatste jaren wat minder zagen. Zij bleven blijmoedig geïnteresseerd in mij en mijn vorderingen met ‘vriend Bart’. Mijn nichtje Judith Wijnands dank ik voor haar lieve ondersteuning in deze laatste drukke fase. 4 Mijn ouders hebben bij mij de belangstelling voor kunst gewekt en daardoor zeker bijgedragen aan mijn studiekeuze. Vlak voor mijn vaders overlijden in 1988, bezochten wij gedrieën de ‘Schutters in Holland’ tentoonstelling in Haarlem. Wat was hij trots dat zijn jongste dochter aan de catalogus had bijgedragen! Mijn moeder heeft mij steeds op de voet gevolgd en aangemoedigd om door te zetten. Heerlijk dat ze de voltooiing van het project meemaakt! Het zal niemand verbazen dat ik dit proefschrift aan Frank opdraag, die mij altijd geduldig en liefdevol heeft bijgestaan! Amsterdam, januari 2011 5 6 Inleiding Bartholomeus van der Helst is een van de belangrijkste Noord-Nederlandse portretschilders van de zeventiende eeuw. Toch kan een overzicht van het onderzoek naar zijn leven en werk snel worden gegeven. De eerste grote en laatste studie naar Van der Helst dateert van negentig jaar geleden.1 Sinds die tijd werd slechts een aantal deelstudies naar afzonderlijke schilderijen verricht. Zoals zal blijken hangt deze relatief bescheiden onderzoeksgeschiedenis samen met de mate van waardering voor zijn werk en met de ontwikkelingen binnen de kunstwetenschap. In deze Inleiding
Recommended publications
  • Gary Schwartz
    Gary Schwartz A Corpus of Rembrandt Paintings as a Test Case for Connoisseurship Seldom has an exercise in connoisseurship had more going for it than the world-famous Rembrandt Research Project, the RRP. This group of connoisseurs set out in 1968 to establish a corpus of Rembrandt paintings in which doubt concer- ning attributions to the master was to be reduced to a minimum. In the present enquiry, I examine the main lessons that can be learned about connoisseurship in general from the first three volumes of the project. My remarks are limited to two central issues: the methodology of the RRP and its concept of authorship. Concerning methodology,I arrive at the conclusion that the persistent appli- cation of classical connoisseurship by the RRP, attended by a look at scientific examination techniques, shows that connoisseurship, while opening our eyes to some features of a work of art, closes them to others, at the risk of generating false impressions and incorrect judgments.As for the concept of authorship, I will show that the early RRP entertained an anachronistic and fatally puristic notion of what constitutes authorship in a Dutch painting of the seventeenth century,which skewed nearly all of its attributions. These negative judgments could lead one to blame the RRP for doing an inferior job. But they can also be read in another way. If the members of the RRP were no worse than other connoisseurs, then the failure of their enterprise shows that connoisseurship was unable to deliver the advertised goods. I subscribe to the latter conviction. This paper therefore ends with a proposal for the enrichment of Rembrandt studies after the age of connoisseurship.
    [Show full text]
  • Openeclanewfieldinthehis- Work,Ret
    -t horizonte Beitràge zu Kunst und Kunstwissenschaft horizons Essais sur I'art et sur son histoire orizzonti Saggi sull'arte e sulla storia dell'arte horizons Essays on Art and Art Research Hatje Cantz 50 Jahre Schweizerisches lnstitut flir Kunstwissenschaft 50 ans lnstitut suisse pour l'étude de I'art 50 anni lstituto svizzero di studi d'arte 50 Years Swiss lnstitute for Art Research Gary Schwartz The Clones Make the Master: Rembrandt in 1ó50 A high point brought low The year r65o was long considerecl a high point ot w-atershed fcrr Rem- a painr- orandt ls a painter. a date of qrear significance in his carecr' Of ng dated ,65o, n French auction catalogue of 18o6 writes: 'sa date prouve qu'il était dans sa plus grande force'" For John Smith, the com- pl.. of ih. firr, catalogue of the artistt paintings in r836, 165o was the golden age.' This convictíon surl ived well into zenith of Rembranclt's (It :]re tnentieth centufy. Ifl 1942, Tancred Borenius wfote: was about r65o one me-v sa)i that the characteristics of Rembrandt's final manner Rosenberg in r.rr e become cleady pronounced.'l 'This date,'wroteJakob cat. Paris, ro-rr r8o6 (l'ugt 'Rembrandt: life and wotk' (r9+8/ ry64),the standard texl on the master 1 Sale June t)).n\t.1o. Fr,,m thq sxns'6rjp1 rrl years, 'can be called the end of his middle period, or equallv Jt :,r many the entrv on thc painting i n the Corpns of this ''e11, the beginning of his late one.'a Bob Haak, in 1984, enriched Renbrandt paintings, r'ith thanks to the that of Rcmbrandt Research Project for show-ing ,r.rqe b1, contrasting Rembrandt's work aftet mid-centurl' with to me this and other sections of the draft 'Rembrandt not only kept his distance from the new -.
    [Show full text]
  • Het Blauw Van Rembrandt 7/5/2009 – 09-0556 Karakter – Blauw Van Rembrandt – Pag
    7/5/2009 – 09-0556 Karakter – Blauw van Rembrandt – pag. 3 JO¨ RG KASTNER Het blauw van Rembrandt 7/5/2009 – 09-0556 Karakter – Blauw van Rembrandt – pag. 5 Het blauw van Rembrandt roman naar de aantekeningen vandeschilderentuchthuisopzichter cornelis bartholomeusz. suythof opgeschreven in amsterdam, aan boord van het zeilschip tulpenburgh en te batavia in de jaren 1670-1673 7/5/2009 – 09-0556 Karakter – Blauw van Rembrandt – pag. 8 N W O Z meter 7/5/2009 – 09-0556 Karakter – Blauw van Rembrandt – pag. 9 1 Dam 26 Rozengracht 2 Kalverstraat 27 Westerkerk 3 Korenbeurs 28 Jordaan 4 Oude Waag 29 Leidsegracht 5 Koopmansbeurs 30 Leidsestraat 6 Damrak 31 Nieuwe Prinsengracht 7 Stadhuis 32 Nieuwe Keizersgracht 8 Nieuwe Kerk 33 Nieuwe Herengracht 9 Oude Kerk 34 Botermarkt 10 Nieuwe Waag 35 De Plantage 11 Anthonisbreestraat 36 Nieuwe Vaart 12 Zuiderkerk 37 Kattenburg 13 Jodenbreestraat 38 Wittenburg 14 Rembrandthuis 39 Oostenburg 15 Waleneiland 40 Zeilmakerij (a), werf (b), 16 Rapenburg dok (c) van de VOC 17 Uilenburg 41 Marineloods ’s Lands 18 Marken Magasyn 19 Vlooienburg 42 West-Indisch Huis 20 Kloveniersburgwal 43 Oost-Indisch Huis 21 Singel 44 OudeWaal 22 Bickerseiland 45 Nieuwe Waal 23 Herengracht 46 ’s Lands Dok 24 Keizersgracht 47 Volewijck 25 Prinsengracht 48 Noorderkerk Amsterdam rond 1650 Tot 1585 Tot 1657 Water Tot 1613 Na 1657 7/5/2009 – 09-0556 Karakter – Blauw van Rembrandt – pag. 11 proloog Het trouweloze hart illem had last van een beklemd gevoel. Het leek wel alsof er een Wmolensteen op zijn borst lag, die hem de adem benam. En hij had het ijskoud.
    [Show full text]
  • Jan De Braij
    2238 Jan de Braij Het banket van Antonius en Cleopatra, 1652 en 1656/1658 gedateerd Hampton Court Palace (Molesey), Royal Collection [..] Afbeeldingsnummer 0000323414 Afmetingen: 1019x1040 pixels Afbeeldingsnummer 0000002598 Afmetingen: 585x650 pixels Afbeeldingsnummer 0000014042 Afmetingen: 650x568 pixels Verder zoeken in RKDimages Naam kunstenaar Braij, Jan de Afgekorte literatuur Von Moltke 1938/1939A Afgekorte literatuur Biesboer et al. 2008 Afgekorte literatuur White/De Sancha 2015 Afgekorte literatuur Klinkert et al. 2016 Afgekorte literatuur Peter et al. 2016 Collectieplaats Engeland Collectieplaats Hampton Court Palace (Molesey) Collectie Charles II of England Collectie James II Stuart (King of England) Collectie Royal Collection - Hampton Court Onderwerpstrefwoorden portrait historié Onderwerpstrefwoorden historie (als genre) Onderwerpstrefwoorden familieportret Onderwerpstrefwoorden zelfportret Onderwerpstrefwoorden maaltijd Onderwerpstrefwoorden schilder Onderwerpstrefwoorden vrouw Onderwerpstrefwoorden kind Onderwerpstrefwoorden lans Onderwerpstrefwoorden parel Iconclass code 61B(+2) Iconclass code 98C(CLEOPATRA)51 Iconclass code 42 Object gegevens Objectcategorie schilderij Drager/materiaal doek, olieverf Vorm/maten staande rechthoek 170,2 x 166,4 cm 24,1 cm added at the top of the canvas 8,9 added at the bottom. Signatuur/opschrift Informatie over de signatuur, datering, opschrift of merk op de voor- of achterzijde van het kunstwerk draagt signatuur en datum linksmidden: J.D.Bray 1652 / 5 6 (JDB ineen) (JDB in ligature); It is not completely clear if after the 5 there stands a 6 or a 8. According to Van Suchtelen the 56 stands for the age of Salomon de Bray; White and Giltaij believe the 58 stand for the enddate on which Jan de Braij finished the painting. Huidige toeschrijving Jan de Braij Datering Exacte of globale datering van het kunstwerk; de zoekmarges van het werk in deze database staan tussen haakjes.
    [Show full text]
  • Evolution and Ambition in the Career of Jan Lievens (1607-1674)
    ABSTRACT Title: EVOLUTION AND AMBITION IN THE CAREER OF JAN LIEVENS (1607-1674) Lloyd DeWitt, Ph.D., 2006 Directed By: Prof. Arthur K. Wheelock, Jr. Department of Art History and Archaeology The Dutch artist Jan Lievens (1607-1674) was viewed by his contemporaries as one of the most important artists of his age. Ambitious and self-confident, Lievens assimilated leading trends from Haarlem, Utrecht and Antwerp into a bold and monumental style that he refined during the late 1620s through close artistic interaction with Rembrandt van Rijn in Leiden, climaxing in a competition for a court commission. Lievens’s early Job on the Dung Heap and Raising of Lazarus demonstrate his careful adaptation of style and iconography to both theological and political conditions of his time. This much-discussed phase of Lievens’s life came to an end in 1631when Rembrandt left Leiden. Around 1631-1632 Lievens was transformed by his encounter with Anthony van Dyck, and his ambition to be a court artist led him to follow Van Dyck to London in the spring of 1632. His output of independent works in London was modest and entirely connected to Van Dyck and the English court, thus Lievens almost certainly worked in Van Dyck’s studio. In 1635, Lievens moved to Antwerp and returned to history painting, executing commissions for the Jesuits, and he also broadened his artistic vocabulary by mastering woodcut prints and landscape paintings. After a short and successful stay in Leiden in 1639, Lievens moved to Amsterdam permanently in 1644, and from 1648 until the end of his career was engaged in a string of important and prestigious civic and princely commissions in which he continued to demonstrate his aptitude for adapting to and assimilating the most current style of his day to his own somber monumentality.
    [Show full text]
  • Keyser, Thomas De Dutch, 1596 - 1667
    National Gallery of Art NATIONAL GALLERY OF ART ONLINE EDITIONS Dutch Paintings of the Seventeenth Century Keyser, Thomas de Dutch, 1596 - 1667 BIOGRAPHY Thomas de Keyser was the second son of Hendrick de Keyser (1565–1621), the famed Dutch architect, sculptor, and municipal stonemason of the city of Amsterdam, and his wife Beyken (Barbara) van Wildere, who hailed from Antwerp.[1] The family lived in a house that was part of the municipal stone yard along the Amstel River, between the Kloveniersburgwal and the Groenburgwal.[2] Thomas and his brothers Pieter and Willem were trained by their father in architecture, and each also became a highly regarded master stonemason and stone merchant in his own right. On January 10, 1616, the approximately 19-year-old Thomas became one of his father’s apprentices. As he must already have become proficient at the trade while growing up at the Amsterdam stone yard, the formal two-year apprenticeship that followed would have fulfilled the stonemasons’ guild requirements.[3] Thomas, however, achieved his greatest prominence as a painter and became the preeminent portraitist of Amsterdam’s burgeoning merchant class, at least until the arrival of Rembrandt van Rijn (Dutch, 1606 - 1669) in 1632. Nothing is known about his artistic training as a painter, which likely occurred in his younger years. Four Amsterdam portraitists have been considered his possible teacher. Ann Jensen Adams, in her catalogue raisonné of Thomas de Keyser, posits (based on circumstantial evidence) that Cornelis van der Voort (c. 1576–1624)
    [Show full text]
  • November 2012 Newsletter
    historians of netherlandish art NEWSLETTER AND REVIEW OF BOOKS Dedicated to the Study of Netherlandish, German and Franco-Flemish Art and Architecture, 1350-1750 Vol. 29, No. 2 November 2012 Jan and/or Hubert van Eyck, The Three Marys at the Tomb, c. 1425-1435. Oil on panel. Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam. In the exhibition “De weg naar Van Eyck,” Museum Boijmans Van Beuningen, October 13, 2012 – February 10, 2013. HNA Newsletter, Vol. 23, No. 2, November 2006 1 historians of netherlandish art 23 S. Adelaide Avenue, Highland Park, NJ 08904 Telephone: (732) 937-8394 E-Mail: [email protected] www.hnanews.org Historians of Netherlandish Art Offi cers President - Stephanie Dickey (2009–2013) Bader Chair in Northern Baroque Art Queen’s University Kingston ON K7L 3N6 Canada Vice-President - Amy Golahny (2009–2013) Lycoming College Williamsport, PA 17701 Treasurer - Rebecca Brienen University of Miami Art & Art History Department PO Box 248106 Coral Gables FL 33124-2618 European Treasurer and Liaison - Fiona Healy Seminarstrasse 7 D-55127 Mainz Germany Contents Board Members President's Message .............................................................. 1 Paul Crenshaw (2012-2016) HNA News ............................................................................1 Wayne Franits (2009-2013) Personalia ............................................................................... 2 Martha Hollander (2012-2016) Exhibitions ............................................................................ 3 Henry Luttikhuizen (2009 and 2010-2014)
    [Show full text]
  • The Drawings of Cornelis Visscher (1628/9-1658) John Charleton
    The Drawings of Cornelis Visscher (1628/9-1658) John Charleton Hawley III Jamaica Plain, MA M.A., History of Art, Institute of Fine Arts – New York University, 2010 B.A., Art History and History, College of William and Mary, 2008 A Dissertation presented to the Graduate Faculty of the University of Virginia in Candidacy for the Degree of Doctor of Philosophy Department of Art and Architectural History University of Virginia May, 2015 _______________________________________ _______________________________________ _______________________________________ _______________________________________ Table of Contents Abstract ............................................................................................................................................. i Acknowledgements.......................................................................................................................... ii Introduction ..................................................................................................................................... 1 Chapter 1: The Life of Cornelis Visscher .......................................................................................... 3 Early Life and Family .................................................................................................................... 4 Artistic Training and Guild Membership ...................................................................................... 9 Move to Amsterdam .................................................................................................................
    [Show full text]
  • Ontdek Etser, Schilder, Tekenaar Guilliam Van Nieulandt
    59518 2 afbeeldingen Guilliam van Nieulandt (II) man / Zuid-Nederlands, Noord-Nederlands etser, schilder, tekenaar, dichter, auteur Naamvarianten In dit veld worden niet-voorkeursnamen zoals die in bronnen zijn aangetroffen, vastgelegd en toegankelijk gemaakt. Dit zijn bijvoorbeeld andere schrijfwijzen, bijnamen of namen van getrouwde vrouwen met of juist zonder de achternaam van een echtgenoot. Nieulant, Guilliam van (II) Nieulandt, Willem van (II) Nieulant, Willem van (II) Nieuwelandt, Willem van (II) Nieuwlandt, Willem van (II) Nieuwelandt, Guilliam van Terranova, Guglielmo (II) Tierra Nueva, Guilielmo de From his recurrent signature on paintings (G. v. Nieulant) it can be deduced that the most correct form is probably Guilliam van Nieulant. In a Spanish deed concerning his citizenship, his name is written Guilielmo de Tierra Nueva, vulgariter Nieuwlant. As a poet he printed his name as Van Nieuwelandt. (Van den Branden 1875). About his first name: Sluijter 2015, note 2. Kwalificaties etser, schilder, tekenaar, dichter, auteur also poet and writer of tragedies Nationaliteit/school Zuid-Nederlands, Noord-Nederlands Geboren Antwerpen 1584 According to Houbraken he was born in 1584. On January 14, 1620 mentioned as being 36 years old (Duverger 1985); Rombouts/Van Lerius (1870, p. 430 note 4) mentions another year: 1582. Overleden Amsterdam 1635-10-24/1635-11 after October 24, 1635, when he had his will made; died shortly thereafter (Briels 1997). Houbraken already mentions the year of death as 1635. Familierelaties in dit veld wordt een familierelatie met één of meer andere kunstenaars vermeld. son of Adriaen van Nieulandt II (died 1603) and Geertruyd Loyson (died ca. 1627); brother of Adriaen van Nieulandt I, nephew of Guilliam van Nieulandt I; married to Anna Hustaert in Amsterdam on 11 February 1606, father of Adriaen van Nieulandt (born 1607), and Constantia van Nieulandt (married to Adriaen van Utrecht (1611-ca.
    [Show full text]
  • Luxury Low Countries
    LUXURY LUXURY in the LOW LUXURY COUNTRIES the in in the e superflu, chose très nécessaire”, wrote Voltaire 1736 in COUNTRIES LOW LOW his poem Le mondain. Needless to say that luxury is much Lmore than merely materialised/solidified redundancy. Offering a first panoramic view on various manifestations of conspicuous material culture in a Netherlandish context from 1500 until the present, this study – rather than investigating self- COUNTRIES evident cases of luxury – aims to explore its boundaries and the different stages in which luxury is fabricated or sometimes only simulated. Thematically, the volume focuses on two major issues, i.e. collections and foodways as means of expression of prosperity and splendour, which will be discussed by an international group of scholars, emanating from disciplines such as archaeology, history, book and media studies, art history, linguistics, and historical (ed.) Rittersma Rengenier ethnology. With an afterword by Maxine Berg. MIScellaneous RefleCtions on NETHERlandish MaTERial CULTURE, 1500 to the PRESENT Rengenier Rittersma (ed.) www.vubpress.be 9 789054 875406 Miscellaneous Reflections on Netherlandish Material Culture, 1500 to the Present Rengenier C. Rittersma (ed.) © 2010 FARO. Flemish interface for cultural heritage Cover image: Adriaan de Lelie, De kunstgalerij van Jan Priemstraat 51, B-1000 Brussels Gildemeester Jansz in zijn huis aan de Herengracht te www.faronet.be Amsterdam, 1794-1795 www.pharopublishing.be © Rijksmuseum Amsterdam Editorial board: Marc Jacobs, Rengenier C. Rittersma, All rights reserved. No part of this book may be Peter Scholliers, Ans Van de Cotte reproduced or transmitted in any form or by any means, electronic or mechanical, including photocopying, Final editors: Frederik Hautain & Ans Van de Cotte recording, or on any information, storage or retrieval system without permission of the publisher.
    [Show full text]
  • Andries De Graeff, Voorbeeld Van Culturele Elite? Tweede Opdracht
    Figuur 1 Andries de Graeff Gerard ter Borch II, 1674 41 x 30 cm, privébezit Olieverf op doek 30 oktober 2009 Andries de Graeff, voorbeeld van culturele elite? Tweede opdracht Dr Madelon Simons, cursusjaar 2009-2010 Cursus De Amsterdamse culturele elite Master Kunstgeschiedenis De Nieuwere tijd Universiteit van Amsterdam Pieter Vis, 6132294 Pieter Vis, 6132294 Andries de Graeff, voorbeeld van culturele elite? Over culturele elite Wie het geluk had om in 2004 – voor de restauratie - het Paleis op de Dam te bezoeken, heeft in de Burgerzaal een aantal marmeren bustes gezien. De kwaliteit van deze beelden en de allure van de twee verdieping hoge ontvangstruimte doen de bezoeker al heel snel vermoeden dat het hier om hooggeplaatste personen gaat. Het waren inderdaad portretbustes van Amsterdamse burgemeesters zoals De Graeff, Munter, Tulp en Witsen die zich als Romeinse senatoren lieten afbeelden. En juist dit soort figuren interesseren ons, zowel in historisch opzicht als ook vandaag de dag, getuige de enorme populariteit van de glossy societytijdschriften en dito columns in kranten. Waarom is dit, waarom willen we alles weten van mensen, die in de publieke belangstelling staan? Is het jaloezie of Figuur 2 Met de klok mee vanaf links onder de leedvermaak als een dergelijk persoon een faux pas maakt burgemeesters A.de Graeff, N.Tulp, J.Munter, of zijn we nieuwsgierig naar mensen die een bepaald N.Witsen rolmodel vormen? De neiging bestaat om deze personen hors categorie te beschouwen, die zich als elite kan onttrekken aan normen en waarden, die als het ware eigen regels kan vaststellen. Maar is het wel mogelijk om te spreken van publieke personen alsof zij een aparte categorie vormen, die als groep bestudeerd kan worden? Nu is dit laatste vraagstuk vermoedelijk gemakkelijker te beantwoorden als men de Gouden Eeuw in de Amsterdamse situatie onder de loep neemt.
    [Show full text]
  • Rembrandt's Bankruptcy Today, 18 J
    DATE DOWNLOADED: Fri Feb 21 14:11:16 2020 SOURCE: Content Downloaded from HeinOnline Citations: Bluebook 20th ed. Brian Logan Beirne, Painted into a Corner: Rembrandt's Bankruptcy Today, 18 J. Transnat'l L. & Pol'y 89 (2008). ALWD 6th ed. Brian Logan Beirne, Painted into a Corner: Rembrandt's Bankruptcy Today, 18 J. Transnat'l L. & Pol'y 89 (2008). APA 6th ed. Logan Beirne, B. (2008). Painted into corner: Rembrandt's bankruptcy today. Journal of Transnational Law & Policy, 18(1), 89-108. Chicago 7th ed. Brian Logan Beirne, "Painted into a Corner: Rembrandt's Bankruptcy Today," Journal of Transnational Law & Policy 18, no. 1 (Fall 2008): 89-108 McGill Guide 9th ed. Brian Logan Beirne, "Painted into a Corner: Rembrandt's Bankruptcy Today" (2008) 18:1 J of Transnational L & Policy 89. MLA 8th ed. Logan Beirne, Brian. "Painted into a Corner: Rembrandt's Bankruptcy Today." Journal of Transnational Law & Policy, vol. 18, no. 1, Fall 2008, p. 89-108. HeinOnline. OSCOLA 4th ed. Brian Logan Beirne, 'Painted into a Corner: Rembrandt's Bankruptcy Today' (2008) 18 J Transnat'l L & Pol'y 89 -- Your use of this HeinOnline PDF indicates your acceptance of HeinOnline's Terms and Conditions of the license agreement available at https://heinonline.org/HOL/License -- The search text of this PDF is generated from uncorrected OCR text. -- To obtain permission to use this article beyond the scope of your license, please use: Copyright Information PAINTED INTO A CORNER: REMBRANDT'S BANKRUPTCY TODAY BRIAN LOGAN BEIRNE* This Article analyzes the development of the concept of bank- ruptcy by examining Rembrandt's insolvency through the lens of modern law.
    [Show full text]