1. HET VERZOEK

Bij brief van 17 oktober 2018, verzoekt de heer M. van Kooten om een generieke ontheffing voor het jaar 2019 ingevolge artikel 8a.51 van de Wet luchtvaart. Het verzoek om ontheffing heeft betrekking op starts met een paramotor welke plaats zullen vinden op thans nog niet bekende terreinen binnen de provincie Noord-Brabant. Aanvrager gaat hierbij uit van een maximum van 2 starts per dag per terrein, waarbij elk terrein niet meer dan 12 dagen per jaar gebruikt zal worden. De data waarop de starts zullen plaatsvinden zijn eveneens onbekend.

2. PROCEDURE

Op de voorbereiding van dit besluit op grond van artikel 8a.51 Wet luchtvaart is het bepaalde in artikel 35 Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen van toepassing.

3. OVERWEGINGEN

Gedeputeerde Staten kunnen op grond van artikel 8a.51 van de Wet Luchtvaart ontheffing verlenen van het verbod om met een luchtvaartuig buiten een luchthaven op te stijgen en te landen. Dit betreft een ontheffing voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik (TUG-ontheffing) van een terrein. Alleen luchtvaartuigen die zijn aangewezen in artikel 21 Besluit burgerluchthavens kunnen in aanmerking komen voor deze ontheffing.

Gedeputeerde Staten hebben ten behoeve van deze bevoegdheid op 19 juni 2012 de “Beleidsregel ontheffing luchtvaartgebruik terreinen Noord- Brabant” vastgesteld. In artikel 2 van de beleidsregel hebben Gedeputeerde Staten deze bevoegdheid nader ingevuld door verschillende soorten ontheffingen te onderscheiden. Het betreft hier een verzoek om een generieke ontheffing voor meerdere onbekende terreinen binnen de provincie Noord-Brabant, voor maximaal 2 starts per terrein, voor maximaal 12 al dan niet bekende dagen per jaar per terrein.

De Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant is door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant gemandateerd voor het afhandelen van dit besluit om ontheffing.

De aanvraag is getoetst aan het provinciale beleid, neergelegd in de “Beleidsregel ontheffing luchtvaartgebruik terreinen Noord-Brabant”, vastgesteld op 19 juni 2012 door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant.

2

Belang verzoeker Verzoeker is afhankelijk van diverse omstandigheden om te gaan vliegen, waardoor de dagen waarop gestart en geland kan worden niet ruim van te voren te plannen zijn. Het betreft bijvoorbeeld meteorologische omstandigheden en/of wensen van opdrachtgevers. De belangen van verzoeker zijn veelal vervoerstechnisch en commercieel van aard. Gelet op de activiteit is het voor verzoeker onmogelijk om nu al aan te geven welk terrein in voorkomend geval zal worden gebruikt. Hieruit blijkt voldoende het belang van verzoeker om een generieke ontheffing te verkrijgen.

Locaties/Belang van natuur en milieu Het is niet wenselijk dat in de gehele provincie starts mogen plaatsvinden. Er zijn gebieden die extra bescherming behoeven. Om verstoring in natuur- en stiltegebieden zoveel mogelijk tegen te gaan geldt een generieke ontheffing niet in de vastgestelde NNB, Natura2000-gebieden en de stiltegebieden. De terreinen waar het starten met een luchtvaartuig zal gaan plaatsvinden, mogen dus niet zijn gelegen in een NNB-gebied, Natura2000-gebied of stiltegebied als aangegeven op de Kaart ontheffing Wet luchtvaart op www.brabant.nl. Dit is in de voorschriften bepaald.

Belang omwonenden De belangen van omwonenden worden niet zodanig getroffen dat de gevraagde ontheffing niet verleend zou kunnen worden. Hierbij wordt onder andere het volgende overwogen.  Per jaar mag niet meer dan 12 dagen gebruik worden gemaakt van hetzelfde terrein. Wanneer dit aantal is bereikt door één of meerdere TUG-ontheffingen, is die locatie niet meer beschikbaar. Een terrein kan dus maximaal 12 keer per jaar worden gebruikt (voorschrift 2).  De paramotor mag per dag, per terrein niet meer dan 2 keer opstijgen (voorschrift 3).  Het is alleen toegestaan om op te stijgen van een terrein gedurende de daglichtperiode (voorschrift 4).  Om overlast te voorkomen is het niet toegestaan om twee of meer in elkaars directe omgeving liggende percelen te gebruiken wanneer deze percelen vanwege de aard en omvang van het beoogde gebruik van de ontheffing voor de gehinderde gebieden feitelijk als hetzelfde gebied kunnen worden aangemerkt. Als directe omgeving wordt een onderlinge afstand hemelsbreed van minder dan 1000 meter gehanteerd (voorschrift 5).  Gezien de aard van de activiteit en aangezien het slechts gaat om twee vluchten per dag per locatie is er geen verkeersaantrekkende werking naar de terreinen te verwachten.

3

Wet natuurbescherming Vanaf 1 januari 2017 is de provincie het bevoegde gezag voor de Wet natuur- bescherming (Wnb). Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant heeft de Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) gemandateerd voor het afhandelen van de uitvoering van de Wet natuurbescherming. Onderhavig verzoek om ontheffing hebben wij ter beoordeling aan de Omgevingsdienst Brabant Noord voorgelegd. Het advies van de ODBN is als volgt:

Wet natuurbescherming Vanaf 1 januari 2017 is de provincie het bevoegde gezag voor de Wet natuur- bescherming (Wnb). Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant heeft de Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) gemandateerd voor het afhandelen van de uitvoering van de Wet natuurbescherming. Aangevraagd wordt een TUG ontheffing om op te stijgen met een paramotor. De ODBN verleent in tegenstelling tot helikopters geen advies inzake eventueel optredende nadelige effecten van het gebruik van de locatie vanwege het gebruik van de paramotor. Gelet op vorenstaande gaan wij ervan uit dat er geen nadelig effect van het gebruik van de locatie voor het opstijgen van een paramotor te verwachten valt.

Overleg Ingevolge het tweede lid van artikel 35 van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen dienen wij overleg te voeren met de burgemeester van de gemeente waarin het betreffende terrein ligt. In dit geval zou dat betekenen overleg met 64 burgemeesters over terreinen die niet precies zijn aan te duiden. Dit is gebeurd. Om nadere invulling te kunnen geven aan de genoemde verplichting hebben wij de melding aan Gedeputeerde Staten, die normaliter plaatsvindt 24 uur voor het gebruik van de ontheffing waarbij het terrein bekend is, bij een generieke ontheffing gesteld op minimaal 1 werkdag. Ook dient de ontheffinghouder op basis van artikel 35, lid 3 van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen, tenminste 24 uur voor de dag dat het terrein zal worden gebruikt, hiervan melding te doen aan de burgemeester van de gemeente waarin het betreffende terrein is gelegen. De burgemeester heeft de bevoegdheid om in het kader van de openbare orde en veiligheid het gebruik van het beoogde terrein te verbieden.

De 64 gemeenten in Noord-Brabant zijn op 16 oktober 2018 op de hoogte gesteld van dit verzoek. Hiervan hebben 9 gemeenten niet binnen de gevraagde termijn gereageerd op ons verzoek om aan te geven of er opmerkingen zijn in het kader van openbare orde en veiligheid ten aanzien van onderwerpelijk verzoek. In verband met het in acht nemen van de maximale proceduretijd gaan wij er vanuit dat zij geen opmerkingen op grond van openbare orde en veiligheid hebben.

4

De burgemeesters van de volgende gemeenten hebben gereageerd: 1. Alphen-Chaam 2. Asten 3. Baarle-Nassau 4. 5. 6. Best 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. Deurne 16. 17. 18. 19. 20. Etten-Leur 21. 22. Geldrop-Mierlo 23. Gemert-Bakel 24. Gilze Rijen 25. 26. Grave 27. Haaren 28. 29. Heeze-Leende 30. 31. ‘s-Hertogenbosch 32. 33. 34. 35. 36. 37. 38. Nuenen 39. 40. 41. 42. 43. Reusel-De Mierden

5

44. 45. 46. Sint Michielsgestel 47. 48. 49. 50. 51. 52. 53. 54. Werkendam 55.

De burgemeesters van de gemeenten Alphen-Chaam, Baarle-Nassau,Bergen op Zoom, Bergeijk, Bernheze, Best, Boekel, Boxtel, Cranendonck, Cuijk, Dongen, Drimmelen, Eindhoven, Etten-Leur, Geldrop- Mierlo, Gemert-Bakel, Gilze-Rijen, Goirle, Grave, Haaren, Heeze-Leende, Helmond, Heusden, Mill, Moerdijk, Nuenen c.a., Oisterwijk, Oosterhout, Roosendaal, Sint Anthonis, Sint Hubert, Sint Michielsgestel, Someren, Son en Breugel, Tilburg, Veldhoven, Vught, , Werkendam en Woensdrecht hebben aangegeven in beginsel geen bezwaar te hebben tegen het verlenen van deze ontheffing.

De burgemeesters van de gemeenten Alpen-Chaam, Asten, Baarle-Nassau, Bernheze, Boxmeer, Geertruidenberg, Geldrop-Mierlo, Gilze-Rijen, Oosterhout, Tilburg en Uden gaan er hierbij wel vanuit dat bij de activiteit eventuele aanwijzingen van politie en brandweer terstond en stipt worden opgevolgd en dat alle redelijkerwijs mogelijke maatregelen worden getroffen om te voorkomen dat de gemeente dan wel derden schade lijden ten gevolge van de activiteit. Hiervan is kennis genomen en voor zover dergelijke verplichtingen op grond van de Wet luchtvaart en onderliggende regelgeving zijn toegestaan, zijn deze opgenomen in de voorschriften. Onder punt G bij de aanvraag verklaart de aanvrager voorafgaand aan het tijdelijk en uitzonderlijk gebruik van een bepaald terrein, zich ervan te vergewissen dat schade aan of vervuiling van de bodem en ter beperking van hinder of gevaar voor burgers en omgeving wordt voorkomen.

De burgemeesters van de gemeenten Bergeijk, Cuijk, Geertruidenberg, Goirle, Grave, Heusden, Loon op Zand, Meierijstad, Mill, Nuenen c.a., Sint Hubert, Tilburg en Uden hebben ook nog aangegeven dat zij er vanuit gaan dat zij tijdig op de hoogte zullen worden gesteld van iedere activiteit binnen hun gemeente. Op basis van artikel 35, lid 3 van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen dient ontheffinghouder, tenminste 24 uur voor de dag dat het terrein zal worden gebruikt, hiervan melding te doen aan de burgemeester van

6

de gemeente waarin het betreffende terrein is gelegen. Daarnaast zullen wij de aan ons gerichte melding (voorschrift 6) ook doorsturen naar de burgemeester van de betreffende gemeente.

De burgemeester van de gemeente Asten vraagt verder dat bij het witkrijten van kassen de ontheffinghouder rekening houdt met de weersgesteldheid. Dit om het uitvloeien van kalk naar de omgeving te voorkomen. Dit betreft luchtzijdig gebruik en kan in deze procedure niet aan de orde komen.

De burgemeester van gemeente Bergen op Zoom en Uden geeft aan geen bezwaar te hebben mits de regels in het kader van openbare orde en veiligheid in acht worden genomen. De burgemeester heeft de bevoegdheid om in het kader van de openbare orde en veiligheid op te treden.

De burgemeester van de gemeente Best geeft aan dat indien bij een mogelijk grootschalig evenement dit vroegtijdig aan geven. Een generieke ontheffing is geen grootschalig evenement. Op basis van artikel 35, lid 3 van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen dient ontheffinghouder, tenminste 24 uur voor de dag dat het terrein zal worden gebruikt, hiervan melding te doen aan de burgemeester van de gemeente waarin het betreffende terrein is gelegen. Deze termijn kan niet door ons worden verruimd, want dat zou leiden tot een verruiming van een termijn die is vastgelegd in een ministeriële regeling. Hiertoe zijn wij niet bevoegd. Op basis van deze generieke ontheffing zal, conform onze beleidsregel, de melding aan Gedeputeerde Staten ten minste 1 werkdag voor gebruik van de ontheffing moeten plaatsvinden. Wij zullen dergelijke meldingen per omgaande doorsturen aan de burgemeester van de betreffende gemeente.

De burgemeester van de gemeente Bladel, Eersel, Oirschot en Reusel-De- Mierden geeft aan dat in verband met veiligheid het vliegen boven paardenhouderijen te verbieden. Zij ontvangen hierover klachten in de praktijk, omdat de paarden hierdoor onrustig worden en er gevaarlijke situaties ontstaan. Dit betreft luchtzijdig gebruik en kan in deze procedure niet aan de orde komen.

Daarnaast adviseert de burgemeester van gemeente Bladel, Eersel, Oirschot en Reusel-De-Mierden dat in de voorschriften opgenomen dient te worden dat direct omwonenden van het terrein (binnen 500 meter) dat gebruikt wordt, schriftelijk door aanvrager moeten worden geïnformeerd. De belangen van omwonenden worden niet zodanig getroffen dat de gevraagde ontheffing niet verleend zou kunnen worden. Hierbij wordt onder andere het volgende overwogen (zie pagina 3).

7

Een verplichting opnemen in het besluit dat de verzoeker voorafgaand aan de vlucht omwonenden informeert is niet geregeld in de beleidsregel ontheffing luchtvaartgebruik terreinen Noord-Brabant. Een dergelijk voorschrift wordt door ons niet aan het besluit verbonden .

De burgemeester van gemeente Boxmeer geeft ook aan dat het geen ecologische verbindingszone of stiltegebied mogen betreffen. Generieke ontheffingen worden afgegeven voor de hele provincie maar gelden niet in de vastgestelde NNB, Natura2000-gebieden en de stiltegebieden. De door de burgemeester gewenste beperking in toegestane locaties kunnen niet worden overgenomen in deze generieke ontheffing. Dit neemt niet weg dat de burgemeester haar bevoegdheid op het gebied van openbare orde en veiligheid kan uitoefenen indien een gemelde locatie daartoe aanleiding geeft.

De burgemeester van de gemeente Breda en Oosterhout geeft aan dat er gekeken moet worden naar risicocontouren van de omliggende bedrijven en dat drukke verkeersroutes vermeden moeten worden i.v.m. afleiding van het verkeer. Generieke ontheffingen worden afgegeven voor de hele provincie maar gelden niet in de vastgestelde NNB, Natura2000-gebieden en de stiltegebieden. De door de burgemeester gewenste beperking van risicocontouren en het vermijden van drukke verkeersroutes kunnen niet worden overgenomen in deze generieke ontheffing. Dit neemt niet weg dat de burgemeester haar bevoegdheid op het gebied van openbare orde en veiligheid kan uitoefenen indien een gemelde locatie daartoe aanleiding geeft.

De burgemeester van gemeente Deurne geeft aan dat landingen en opstijgingen nabij de BRZO bedrijven in Deurne niet zijn toegestaan (Driessen Logistics, EDCO Deurne en Metabel BV). Wij hebben kennis genomen van de aanwijzing van bepaalde gebieden in de gemeente Deurne waar opgestegen en geland mag worden. Generieke ontheffingen worden afgegeven voor de hele provincie maar gelden niet in de vastgestelde NNB, Natura2000-gebieden en de stiltegebieden. De door de burgemeester gewenste beperking in toegestane locaties kunnen niet worden overgenomen in deze generieke ontheffing. Dit neemt niet weg dat de burgemeester haar bevoegdheid op het gebied van openbare orde en veiligheid kan uitoefenen indien een gemelde locatie daartoe aanleiding geeft.

De burgemeester van gemeente Deurne vindt dat er een voorwaarde opgenomen moet worden dat de aanvrager duidelijk moet aangeven dat zij voor aanvraag van de ontheffing tevens toestemming moeten vragen, aan de eigenaar van de grond waarvan opgestegen wordt. Dit is bij gemeentegrond de gemeente of bij particuliere grond de privé persoon. Dit moet goed kenbaar

8

gemaakt worden aan aanvrager, omdat aanvrager vaak in de veronderstelling is dat dit tevens geregeld is bij de ontheffing van de omgevingsdienst. Onder punt G bij de aanvraag verklaart de aanvrager voorafgaand aan het tijdelijk en uitzonderlijk gebruik van een bepaald terrein, zich ervan te vergewissen dat de eigenaar van het desbetreffende terrein toestemming voor het gebruik heeft gegeven. Bij een aanvraag om generieke ontheffing is dit nog niet mogelijk omdat men nog niet weet waar men gaat opstijgen/landen.

De burgemeester van de gemeente Geertruidenberg is van mening dat indien het terrein particulier eigendom is er vooraf toestemming dient te worden verkregen voor het gebruik van dat terrein. Onder punt G bij de aanvraag verklaart de aanvrager voorafgaand aan het tijdelijk en uitzonderlijk gebruik van een bepaald terrein, zich ervan te vergewissen dat de eigenaar van het desbetreffende terrein toestemming voor het gebruik heeft gegeven.

De burgemeesters van de gemeenten Drimmelen, Geertruidenberg, Loon op Zand, Meierijstad en Sint Anthonis wil op het moment dat de burgemeester bevoegd is, om in het kader van de openbare orde en veiligheid, het gebruik van het beoogde terrein verbieden; De burgemeester heeft de bevoegdheid om in het kader van de openbare orde en veiligheid het gebruik van het beoogde terrein te verbieden.

De burgemeesters van de gemeenten Drimmelen, Etten-Leur, Geldrop-Mierlo, Landerd, Nuenen c.a. en Sint Anthonis wil dat de locatie langer dan 1 werkdag van tevoren aan haar bekend wordt gemaakt. Op basis van artikel 35, lid 3 van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen dient ontheffinghouder, tenminste 24 uur voor de dag dat het terrein zal worden gebruikt, hiervan melding te doen aan de burgemeester van de gemeente waarin het betreffende terrein is gelegen. Deze termijn kan niet door ons worden verruimd, want dat zou leiden tot een verruiming van een termijn die is vastgelegd in een ministeriële regeling. Hiertoe zijn wij niet bevoegd. Op basis van deze generieke ontheffing zal, conform onze beleidsregel, de melding aan Gedeputeerde Staten ten minste 1 werkdag voor gebruik van de ontheffing moeten plaatsvinden. Wij zullen dergelijke meldingen per omgaande doorsturen aan de burgemeester van de betreffende gemeente.

De burgemeester van gemeente Eindhoven geeft aan dat er alleen ontheffingen buiten het centrum van Eindhoven afgegeven worden. Bij een generieke ontheffing is nog niet bekend waar men gaat opstijgen/landen. De burgemeester heeft de bevoegdheid om in het kader van de openbare orde en veiligheid het gebruik van het beoogde terrein te verbieden.

9

Naast de eerdergenoemde wens van de burgemeester van Etten-Leur wijst deze burgemeester in haar reactie middels een plattegrond gebieden aan waar wel mag worden opgestegen en geland. Buiten het stedelijk gebied is het landen en opstijgen met een luchtvaartuig in principe wel toegestaan. Binnen het stedelijk gebied zijn alleen het Brabantpark en de sportvelden aangewezen als terreinen waar wel mag worden geland en opgestegen met een luchtvaartuig. In het overige stedelijk gebied is dit niet toegestaan in verband met voorkomen van overlast en in verband met de verkeersveiligheid, aldus de burgemeester. Wij hebben kennis genomen van de aanwijzing van bepaalde gebieden in de gemeente Etten-Leur waar opgestegen en geland mag worden. Generieke ontheffingen worden afgegeven voor de hele provincie maar gelden niet in de vastgestelde NNB, Natura2000-gebieden en de stiltegebieden. Het staat de gemeente uiteraard vrij om start- en/of landing van een luchtvaartuig te verbieden indien dat op grond van een gemeentelijke bevoegdheid mogelijk is. De redenen die nu zijn gegeven om overig stedelijk gebied uit te sluiten van de mogelijkheid om op te stijgen en/of te landen met een luchtvaartuig betreffen voorkoming van overlast voor omwonenden en verkeersveiligheid. Hierover merken wij op dat in het verleden al door de rechter is bepaald dat de vrees voor niet nader aangeduide overlast evenals de vrees voor aantasting van de verkeersveiligheid niet kunnen worden aangemerkt als verband houdende met de openbare orde en veiligheid. Dit betekent dat wij de door de burgemeester gewenste beperking in toegestane locaties niet kunnen overnemen in deze generieke ontheffing. Dit neemt niet weg dat de burgemeester haar bevoegdheid op het gebied van openbare orde en veiligheid kan uitoefenen indien een gemelde locatie daartoe aanleiding geeft.

De burgemeesters de gemeenten Halderberge, ’s-Hertogenbosch, Oss en Valkenswaard zijn van mening dat zij hier geen advies op kunnen geven omdat de datum en locatie niet bekend zijn. Verzoeker heeft verzocht om een generieke ontheffing voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik (TUG) van diverse nog onbekende terreinen binnen de provincie Noord-Brabant. Dat de locaties nog niet bekend zijn, is inherent aan de figuur van een generieke ontheffing. Wij begrijpen dat het dan moeilijk is om advies in het kader van openbare orde en veiligheid uit te brengen.

De burgemeester van gemeente Heusden geeft aan dat provincie Noord-Brabant als bevoegd gezag voorwaarden ter waarborging van de openbare orde en veiligheid verbindt aan de generieke TUG ontheffingen. De burgemeester heeft de bevoegdheid om in het kader van de openbare orde en veiligheid het gebruik van het beoogde terrein te verbieden.

10

De burgemeester van gemeente Landerd geeft aan dat er rekening dient te worden gehouden met Vliegbasis Volkel. De door de burgemeester gewenste toestemming van de luchtverkeersleiding van vliegbasis Volkel is al geregeld in artikel 21 van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen.

De burgemeester van de gemeente Loon op Zand geeft aan dat rekening dient te worden gehouden met de Natura2000 en stiltegebieden in de gemeente. Generieke ontheffingen worden afgegeven voor de hele provincie maar gelden niet in de vastgestelde NNB, Natura2000-gebieden en de stiltegebieden.

De burgemeester van de gemeente Loon op Zand geeft aan dat ontheffingen op het parkeerterrein van De Efteling in overleg met de gemeente dient te gebeuren. De door de burgemeester gewenste beperking betreffende het landen en opstijgen op het parkeerterrein van De Efteling kan niet worden overgenomen in deze generieke ontheffing. Dit neemt niet weg dat de burgemeester haar bevoegdheid op het gebied van openbare orde en veiligheid kan uitoefenen indien een gemelde locatie daartoe aanleiding geeft.

De burgemeester van de gemeente Oosterhout geeft aan dat geen toestemming mag worden verleend voor starts en landingen binnen een straal van 200 meter van risicobronnen (milieu-inrichtingen, buisleidingen en transportroutes voor gevaarlijke stoffen), hoogspanningsleidingen, windmolens, in gebruik zijnde evenemententerreinen en locaties waar vuurwerk wordt afgestoken. Tevens moeten deze gebieden tijdens de start en landing worden gemeden zolang niet de voor het luchtvaartuig minimale vlieghoogte is bereikt. Ook geeft ze geen toestemming voor starts en landingen op aanrijdroutes van parkeervoorzieningen, afrijdroutes van parkeervoorzieningen en op de parkeervoorzieningen zelf. En er mogen geen starts en landingen nabij woonbebouwing waardoor (te laag) vliegen over de bebouwde kom onvermijdelijk zal zijn. Generieke ontheffingen worden afgegeven voor de hele provincie maar gelden niet in de vastgestelde NNB, Natura2000-gebieden en de stiltegebieden. De door de burgemeester gewenste beperking kan niet worden overgenomen in deze generieke ontheffing. Dit neemt niet weg dat de burgemeester haar bevoegdheid op het gebied van openbare orde en veiligheid kan uitoefenen indien een gemelde locatie daartoe aanleiding geeft.

De burgemeester van de gemeente Oss geeft aan dat in aanvulling op de Wet luchtvaart “de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen” stelt dat door gedeputeerde staten een ontheffing niet wordt verleend voordat er over de aanvraag overleg is gevoerd met de burgemeester. Het doel van dit overleg bestaat zowel uit het in kennis stellen van de burgemeester als uit een

11

mogelijkheid voor de burgemeester om vanuit het perspectief van openbare orde en veiligheid bedenkingen in te brengen. Door middel van de brief verzonden op 16 oktober 2018, is aan u verzocht uw standpunt t.a.v. openbare orde en veiligheid voor wat betreft de aanvragen om een generieke ontheffing éénmalig bekend te maken. Dit éénmalige standpunt betrekken wij bij ons besluit op alle verzoeken om een generieke TUG ontheffing voor het jaar 2019. Na ontvangst van de melding wordt deze aan u toegezonden, u kunt dan alsnog op basis van de eigen bevoegdheden optreden in het kader van openbare orde en veiligheid. Ingevolge het tweede lid van artikel 35 van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen dienen wij overleg te voeren met de burgemeester van de gemeente waarin het betreffende terrein ligt. In dit geval zou dat betekenen overleg met 64 burgemeesters over terreinen die niet precies zijn aan te duiden. Dit is middels de brief van 16 oktober 2018 gebeurd.

De burgemeester van de gemeente Oss geeft aan dat een generieke ontheffingen niet conform de landelijke regelgeving is. Op 1 november 2009 is een wijziging van de Wet luchtvaart in werking getreden. Deze wijziging is bekend onder de naam Regelgeving Burgerluchthavens en Militaire Luchthavens (Rbml). Door deze wijziging van de Wet luchtvaart zijn er taken en bevoegdheden voor bepaalde luchtvaartactiviteiten overgedragen van het Rijk aan de provincies. De meeste van die taken en bevoegdheden liggen bij Provinciale Staten. Aan Gedeputeerde Staten is op grond van artikel 8a.51 Wet luchtvaart, een bevoegdheid toegekend om ontheffing te verlenen voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik (TUG) van een terrein, niet zijnde een luchthaven, voor luchtvaartactiviteiten. In de Beleidsregel ontheffing luchtvaartgebruik terreinen Noord-Brabant leggen Gedeputeerde Staten vast hoe zij zullen omgaan met haar bevoegdheid op grond van artikel 8a.51 Wet luchtvaart. De mening van de gemeente Oss dat het beleid niet conform de landelijke regelgeving is met de Wet luchtvaart wordt niet gedeeld.

De burgemeester van de gemeente Meierijstad geeft aan dat op basis van afwegingen in het kader van de openbare orde en veiligheid het niet (verkeers-)veilig vindt om terreinen binnen een afstand van 200 meter, aan weerszijden van de snelweg (A50) voor luchtvaartactiviteiten te gebruiken. Generieke ontheffingen worden afgegeven voor de hele provincie maar gelden niet in de vastgestelde NNB, Natura2000-gebieden en de stiltegebieden. De door de burgemeester gewenste beperking aan weerszijden van de snelweg kan niet worden overgenomen in deze generieke ontheffing. Dit neemt niet weg dat de burgemeester haar bevoegdheid op het gebied van openbare orde en veiligheid kan uitoefenen indien een gemelde locatie daartoe aanleiding geeft.

12

De burgemeester van de gemeente Son en Breugel stelt het verplicht tot het opnemen van contact met de verkeersleiding van Eindhoven Airport; Het voorafgaand aan de vlucht informeren van de verkeersleiding van een vliegbasis is al geregeld in artikel 21 van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen.

De burgemeester van de gemeente Uden stelt het verplicht tot het opnemen van contact met de verkeersleiding van vliegbasis Volkel; Het voorafgaand aan de vlucht informeren van de verkeersleiding van een vliegbasis is al geregeld in artikel 21 van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen.

De burgemeester van de gemeente Uden gaat er verder vanuit dat de provincie bij het verlenen van de ontheffing de aanvrager erop wijst dat de algemeen geldende eisen met betrekking tot veiligheid zijn vastgelegd in de rijksregelgeving. Daarbij gaat het om eisen aan de vaardigheid van piloten, de luchtwaardigheid van luchtvaartuigen de veiligheidseisen bij het landen en opstijgen met luchtvaartuigen en aan de terreinomstandigheden. Alvorens de aanvrager gaat vliegen dient hij zich ervan te overtuigen, dat hij aan bovengenoemde eisen voldoet. Hiervan is kennis genomen. De door de burgemeester gewenste beperking kan niet worden overgenomen in deze generieke ontheffing. Dit neemt niet weg dat de burgemeester haar bevoegdheid op het gebied van openbare orde en veiligheid kan uitoefenen indien een gemelde locatie daartoe aanleiding geeft.

De burgemeester van de gemeente Vught geeft aan dat in het verleden klachten zijn binnengekomen over het overvliegen met een paramotor over tuinen van woningen binnen de bebouwde kom. Er wordt verzocht met klem in het besluit aan te geven dat de vlieger stiltegebieden dient te mijden en om, voor zover mogelijk is, niet over woonwijken te vliegen met een paramotor. Generieke ontheffingen worden afgegeven voor de hele provincie maar gelden niet in de vastgestelde NNB, Natura2000-gebieden en de stiltegebieden. Dit betreft het zogenaamde landzijdige gebruik oftewel het opstijgen en landen. Het overvliegen betreft luchtzijdig gebruik, dat kan in dit kader van deze procedure niet aan de orde komen. Dit geldt eveneens voor bescherming van de privacy.

Gelet op vorenstaande overwegingen zijn wij van oordeel dat de gevraagde ontheffing onder voorschriften verleend kan worden.

13

GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-BRABANT: gelet op het bepaalde in artikel 8a.51 van de Wet luchtvaart, de Regeling Veilig Gebruik Luchthavens en andere terreinen en de Beleidsregel Ontheffing luchtvaartgebruik terreinen Noord-Brabant;

BESLUITEN:

- een ontheffing te verlenen aan de heer M. van Kooten; - dat de aanvraag onderdeel uitmaakt van dit besluit; - aan de ontheffing de voorschriften te verbinden als opgenomen in bijlage 1.

14

Bezwaar Bezwaren tegen dit besluit kunnen binnen zes weken na de bekendmaking van dit besluit worden ingediend bij: Het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Secretariaat van de hoor- en adviescommissie Postbus 90151 5200 MC 's-Hertogenbosch Wij verzoeken u om op de linkerbovenhoek van de envelop het woord "bezwaarschrift" te vermelden. Het secretariaat van de hoor- en adviescommissie is bereikbaar op telefoonnummer (073) 680 83 04, faxnummer (073) 680 76 16.

Voorlopige voorziening Bovenstaand besluit treedt in werking, ook al wordt een bezwaarschrift ingediend. Het is daarom mogelijk om gelijktijdig met of na het indienen van een bezwaarschrift een zogenaamde “voorlopige voorziening” te vragen bij: de voorzitter van de Sector Bestuursrecht van de Rechtbank ’s-Hertogenbosch, Postbus 70584, 5201 CZ ’s-Hertogenbosch.

Een voorlopige voorziening is in feite het nemen van een tijdelijke maatregel, bijvoorbeeld het schorsen van het besluit gedurende de tijd die nodig is om de bezwaren te behandelen en daarop een besluit te nemen. Voorwaarde om een dergelijke voorlopige voorziening te vragen is, dat er sprake is van spoedeisend belang. Voor het vragen van een voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd.

Disclaimer Deze ontheffing wordt verleend voor het opstijgen en landen. De provincie is niet bevoegd om in deze ontheffing regels te stellen over het vliegen, de vliegroute en de handhaving daarvan. Als u bezwaren heeft tegen het overvliegen, dan kunt u die niet in deze procedure naar voren brengen. Hierover kunt u contact opnemen met de Landelijke Eenheid van de Nationale Politie. De regels van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen (RVGLT), in verband met de aanleg, de inrichting, de uitrusting en het veilig gebruik van luchthavens en andere terreinen, hebben wij niet getoetst, omdat wij hiervoor niet het bevoegd gezag zijn. Dat is het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en de Inspectie Leefomgeving en Transport (hierna afgekort als ILenT). De aanvrager dient zich, naast de voorschriften bij dit besluit, dus ook te houden aan de voorschriften zoals opgenomen in de RVGLT. Degene die de activiteit wenst uit te voeren dient zich ervan te vergewissen dat ook andere wet- en regelgeving van toepassing kan zijn. Gedacht dient te worden aan onder meer de Wet natuurbescherming (Wnb) en de Zondagswet. Voor informatie over de Wnb verwijzen wij u naar de Omgevingsdienst Brabant Noord. Voor meer informatie over de Zondagswet verwijzen wij naar de burgemeester van de

15

betreffende gemeente. Tenslotte wijzen wij erop dat er voor de activiteit in diverse gemeenten een ontheffing op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) of een evenementenvergunning van de betreffende gemeente nodig is. Ook bestaat de mogelijkheid dat de gemeente meent dat de activiteit strijdig is met het bestemmingsplan. Bij een ontbreken van deze ontheffing of vergunning of bij strijdigheid met het bestemmingsplan kan de gemeente handhavend optreden. Hiervoor dient de uitvoerder van de activiteiten zelf (tijdig) navraag en onderzoek uit te voeren. Er bestaat dus de mogelijkheid dat er bijvoorbeeld op grond van de Wet luchtvaart een ontheffing is verleend terwijl op grond van andere regelgeving toch de geplande activiteit niet mag worden uitgevoerd en vice versa.

16

BIJLAGE 1 (Voorschriften)

01. Deze ontheffing geldt voor het jaar 2019 voor terreinen welke gelegen zijn binnen de provincie Noord-Brabant voor zover deze terreinen niet zijn gelegen in de gebieden (NNB, Natura2000- en stiltegebieden) als aangegeven op de kaart op www.brabant.nl: Kaart ontheffing Wet luchtvaart.

02. Per kalenderjaar mag niet meer dan 12 dagen gebruik worden gemaakt van hetzelfde terrein. Indien dit aantal is bereikt door één of meerdere ontheffingen ex artikel 8a.51 Wet luchtvaart, is het betreffende terrein niet meer beschikbaar.

03. Op een terrein mogen maximaal 2x2 vliegbewegingen (=2 vluchten) per dag worden uitgevoerd.

04. Het landen op en opstijgen vanaf een terrein is slechts toegestaan vanaf 07.00 uur gedurende de daglichtperiode, als bedoeld in artikel 1 van het Besluit luchtverkeer 2014.

05. Het is niet toegestaan om twee of meer in elkaars directe omgeving (onderlinge afstand hemelsbreed minder dan 1000 meter) liggende percelen te gebruiken wanneer deze percelen vanwege de aard en omvang van het beoogde gebruik van de ontheffing voor de gehinderde gebieden feitelijk als hetzelfde gebied kunnen worden aangemerkt.

06. Ten minste één werkdag voor het gebruik van de ontheffing geeft ontheffinghouder middels het “Meldingsformulier” te vinden op www.brabant.nl aan ons college via [email protected] kennis van het voornemen de ontheffing te gebruiken.

07. Het aantal landingen en/of starts dat daadwerkelijk is uitgevoerd, wordt binnen 24 uur na de desbetreffende dag middels het “Meldingsformulier generieke ontheffingen” per e-mail gemeld aan ons college via [email protected].

08. Vóór aanvang van de vlucht naar of van het terrein waarvan melding is gedaan als bedoeld in voorschrift 6, moet de gezagvoerder zich ervan vergewissen dat de melding, in de zin van artikel 35, derde lid, van de Regeling Veilig Gebruik Luchthavens en andere terreinen, door de houder van de ontheffing is gedaan, alsmede dat een afschrift van de ontheffing in kwestie ter inzage aanwezig is.

17

09. De ontheffinghouder dient mee te werken aan toezicht op naleving van bovenstaande voorschriften.

10. Aanwijzingen van politie en brandweer dienen terstond en stipt te worden opgevolgd.

11. Het niet nakomen van (een van) de hiervoor vermelde voorschriften kan leiden tot het onmiddellijk intrekken van dit besluit, zonder recht op schadevergoeding.

18