Opera.Be De Collectie Yves Becko
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Opera.be De collectie Yves Becko Opera.beDe collectie Yves Becko Colofon Opera.be, de collectie Yves Becko Wettelijk depot: D/2006/2893/23 ISBN-10: 90-5130-544-3 Deze uitgave is ook beschikbaar in het Frans onder ISBN-13: 978-90-5130-544-9 de titel ‘Opera.be, la collection Yves Becko’. EAN: 9789051305449 NUR: 694 Een uitgave van de Koning Boudewijnstichting, Juni 2006 Brederodestraat 21, B-1000 Brussel, www.kbs-frb.be De Koning Boudewijnstichting heeft geprobeerd Coördinatie voor de Koning Boudewijnstichting: contact op te nemen met al wie copyright heeft op Anne De Breuck, Mathieu Molitor, Karolien Baeten de illustraties in deze publicatie. Indien er foto’s of kunstwerken werden afgedrukt zonder voorkennis van Auteur: Frédéric Lemmers de rechthebbenden, dan kunnen die zich wenden tot de Fotografie: Philippe de Formanoir Koning Boudewijnstichting, Brederodestraat 21, B-1000 Brussel. (+ 32 2 549 02 31 – [email protected]). Wetenschappelijke en artistieke leiding: Frédéric Lemmers Advies: Georges Cardol, Manuel Couvreur Muzikale bewerking: Marc Doutrepont (Equus) Perser: VTV Vormgeving: Bailleul Druk: Euroset nv Bestelling: [email protected], tel. +32 70 23 37 28 of fax +32 70 23 37 27 2 Discografische aantekeningen Inhoudsopgave Voorwoord 4 Yves Becko (23 februari 1943 - 10 augustus 2004) 7 Van cilinder tot langspeelplaat 16 De Becko collectie 30 Overzicht van de Belgisch lyrische kunst ten tijde van de 78-toerenplaat 60 Discografische aantekeningen 76 Legendes bij de illustraties 90 Meer dan 25 jaar in dienst van de samenleving 94 Fonds voor het Roerend cultureel erfgoed 95 3 Voorwoord De Becko collectie: 40 jaar passie voor de muziek! Yves Becko werkte vroeger al als raadgevend ingenieur voor de Koning Boudewijnstichting. Toen het Fonds voor het roerend cultureel erfgoed de cd-box Jazz in Little Belgium uitbracht, wilde hij dan ook graag via de Stichting zijn eigen verzameling opnames van Belgische lyrische kunst verzekeren. Hij wilde niet enkel dat de collectie in haar geheel werd bewaard, maar dit rijke muzikale erfgoed moest ook beluisterd worden: ze mocht in geen geval een “dode” collectie worden. Ziekte belette Yves Becko zijn talrijke plannen te voltooien. Opera.be – waar be staat voor zowel België als Becko – is een eerbetoon aan zijn persoon en aan zijn wens om de lyrische kunst een grotere bekendheid en verspreiding te geven. Voor deze onderneming kon de Stichting rekenen op de hulp van zijn echtgenote, mevrouw Yves Becko-Goerres, en van zijn dochter Sandra Goffaux-Becko. Wij zijn hen hiervoor zeer dankbaar. Vijfentwintigduizend geluidsdocumenten gecombineerd met een bijzonder 4 uitgebreide bibliotheek die een essentiële bron vormt om al deze documenten in de juiste context te plaatsen: dat is de unieke historische getuigenis die de Koning Boudewijnstichting wil vastleggen. Ze kan hierbij rekenen op een ideale partner, nl. de Koninklijke Bibliotheek van België, die ondertussen de collectie gecatalogiseerd en gedigitaliseerd heeft. Onze dank gaat uit naar Patrick Lefèvre, directeur van de Bibliotheek, voor zijn enthousiaste medewerking. Om dit project tot een goed einde te brengen, kon de Stichting beroep doen op personen die even gepassioneerd waren als Yves Becko zelf en ook zijn wens deelden om dit erfgoed te delen: Frédéric Lemmers, wetenschappelijk medewerker bij de Afdeling Muziek van de Koninklijke Bibliotheek van België, die er in recordtijd in geslaagd is deze indrukwekkende hoeveelheid informatie te verwerken, Marie Cornaz, Frédérique Dicop, Martine Martin, Christine Servais en Marc Appelmans, van de Afdeling Muziek van de Koninklijke Bibliotheek van België, Michèle Friche, Michèle Isaac, Sara Lammens, Georges Cardol, Manuel Couvreur en Jean-Pierre Smyers. Aan hen allen onze oprechte dank. De uitgave van deze cd-box gaat gepaard met een tentoonstelling in het Borgendaalpaviljoen van het BELvue Museum tijdens de zomer van 2006. Jan Van Goethem, archivaris bij de Munt, en Jacques Fievez hebben hieraan hun gewaardeerde medewerking verleend. Ook onze dank hiervoor. 5 6 Yves Becko (23 februari 1943 - 10 augustus 2004) Yves Becko werd op 23 februari 1943 geboren in Luik. In 1967 behaalde hij het diploma van natuurkundig ingenieur aan de ULG en in 1975 werd hij doctor in de Toegepaste Wetenschappen aan de Université Libre de Bruxelles. Twintig jaar lang werkte hij bij ACEC. Nadat hij afstudeerde aan de CEDEP Fontainebleau, Cycle 33, werd hij marketingconsultant, een vak dat hij eveneens doceerde aan de Hogeschool HEC in Luik. Yves Becko was ook een verwoed verzamelaar. Naast zijn talrijke beroepsactiviteiten ontwikkelde hij een ware passie voor de lyrische kunst en voor oude platen. Hij vond de tijd en de energie om een uitzonderlijke verzameling van historische opnamen aan te leggen en ze te documenteren. Het resultaat was een gespecialiseerde bibliotheek. Yves Becko vatte zijn discografische odyssee aan in 1961, toen hij bij een platenhandelaar uit Luik enkele 78-toerenplaten kocht. Yves Becko begon aan zijn verzameling als dilettant, maar nadat hij zich in 1971 in Charleroi had gevestigd, werd het meer dan een hobby en verzamelde hij systematisch oude operaplaten. Dankzij de onvoorwaardelijke steun van zijn echtgenote, die hem vaak op zijn speurtocht naar “oude wasplaten” vergezelde, werd Yves Becko al snel een 7 vakkundig én vermaard verzamelaar. Na veertig jaar speurwerk bezat hij ongeveer twintigduizend 78-toerenplaten en verscheidene duizenden 33- en 45-toerenplaten, naast een uitzonderlijke bibliotheek gewijd aan de uitvoerders uit het verleden, aan de operahuizen en aan de geschiedenis van de opnametechniek. Als kleine jongen kon Yves Becko minder vaak naar de opera gaan dan hij wou. Werken als Thaïs (Massenet) in het Théâtre de Liège waren immers niet voor kinderen toegelaten, zo vertelde hij in juli 2003. Die censuur duwde hem resoluut in de richting van de plaatopname, wat hem in staat stelde een steeds ruimer repertoire te ontdekken. Zoals de meeste andere platenverzamelaars hield Yves Becko van de grote operastemmen, vooral van de vérdragende, krachtige stemmen; stemmen die de luisteraar tijdens een concert fysiek kunnen raken. Deze fascinatie voor de stem voerde hem onvermijdelijk naar de oude platen waarop de kunst van talloze legendarische artiesten was opgeslagen. Yves Becko was veel minder enthousiast over de vlakke, klankloze stemmen die zo in de smaak vielen bij barokliefhebbers. Voor hem was de enscenering ondergeschikt aan de zang, zolang deze technisch gezien voldeed en door een intelligente muzikaliteit geïnspireerd was. De ontdekking van het vocale genot was één van de drijfveren achter Becko’s 8 discografische zoektocht, maar de “stras en pailletten” van de opera op zijn Amerikaans interesseerden hem niet. Zijn eerste herinneringen aan optredens dateren van de periode onmiddellijk na de Eerste Wereldoorlog, toen Russische en Bulgaarse artiesten, op doorreis naar Parijs, Luik aandeden. Yves Becko hoorde ook Gaston Demarcy (1884 - nog actief in 1944), die hij beschrijft als “een fraaie bariton met een krachtige stem, een emblematische figuur uit de Waalse baritonschool”. Hij was naar eigen zeggen ook gefascineerd door de bariton Jean Laffont (1918-2005), omwille van zijn uitstekende articulatie en de kwaliteit van zijn acteerkunst, en door de tenor Tony Poncet (1918-1979), om diens vermogen het publiek tijdens elke voorstelling opnieuw te bezielen. Yves Becko bezocht niet alleen tweedehands platenwinkels maar liep ook de rommelmarkten af, zoals deze van Saint-Ouen nabij Parijs, of lokale uitdragerijen en zolderopruimingen. Hij plaatste talrijke zoekertjes in streekkranten, op zoek naar documenten die verborgen zaten op zolders waar hij geen toegang toe had. Geleidelijkaan ontwikkelde hij een uitgebreid netwerk van relaties dat hem geregeld attent maakte op discografische rariteiten. Hij stemde zijn reizen naar het buitenland en zijn vakanties volledig af op de kalender van de grote rommelmarkten en platenverkopen. Die reizen bezorgden hem echter niet enkel 9 10 aangename verrassingen maar ook ontgoochelingen. Zo zag hij in Frankrijk ooit eens een bloemenperk waarvan de boorden gemaakt waren van in tweeën gebroken 78-toerenplaten die zomaar in de grond geduwd waren. Men kan zich de woede van deze platenliefhebber voorstellen tegenover het gebrek aan belangstelling van de maatschappij voor haar muzikale erfgoed! Het verzamelen was voor Yves Becko niet altijd makkelijk. Soms ging hij tevergeefs op zoek naar onbestaande titels of naar objecten die in de loop der jaren waren vernield. Dat sommige stukken konden overleven, heeft soms iets miraculeus. 78-toerenplaten waren destijds heel duur en vormden vaak het voorrecht van de maatschappelijke elite. De platenmaatschappijen probeerden grondstoffen te recupereren door versleten platen terug te nemen na de aankoop van nieuwe titels. Platen werden vaak gekocht in loten van vijftig, samen met een grammofoon. De koper koos een welbepaald genre, zonder zich om de titels of de uitvoerders te bekommeren. Platen werden louter als verbruiksgoederen beschouwd en wekten nauwelijks enig patrimoniaal sentiment op bij de kopers; privéverzamelingen omvatten zelden meer dan tweehonderd stuks ernstige muziek. De verzamelaars kwamen hoegenaamd niet aan hun trekken. 11 12 13 De eerste 78-toerenplaat die Yves Becko kocht was een Jean Noté (1858-1922), de grote Belgische bariton met de indrukwekkende discografie van bijna vierhonderd titels! Yves Becko hield onvoorwaardelijk van de persoon van deze Belgische artiest, wiens platen hij maar bleef verzamelen. We