EEN ZWARTE VRIJSTAAT in SURINAME Caribbean Series 32 Rosemarijn Hoefte and Gert Oostindie, Series Editor EEN ZWARTE VRIJSTAAT in SURINAME

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

EEN ZWARTE VRIJSTAAT in SURINAME Caribbean Series 32 Rosemarijn Hoefte and Gert Oostindie, Series Editor EEN ZWARTE VRIJSTAAT in SURINAME EEN ZWARTE VRIJSTAAT IN SURINAME Caribbean Series 32 Rosemarijn Hoefte and Gert Oostindie, Series editor EEN ZWARTE VRIJSTAAT IN SURINAME De Okaanse samenleving in de negentiende en twintigste eeuw Deel 2 Wilhelmina van Wetering en H.U.E. Thoden van Velzen Leiden • Boston 2013 This publication was made possible with financial support from Wan‘ Atti Fonds and the support of KITLV (Royal Netherlands Institute of Southeast Asian and Caribbean Studies). Cover illustration: Jules Brunetti, La Guyane française: Souvenirs et im- pressions de voyage. Tours: Alfred Mame et fils. Design: Creja ontwerpen, Leiderdorp ISSN 0921-9781 ISBN 978-90-04-24625-6 (paperback) ISBN 978-90-04-25549-4 (e-book) Copyright 2013 by Koninklijke Brill NV, Leiden, The Netherlands. Koninklijke Brill NV incorporates the imprints Brill, Global Oriental, Hotei Publishing, IDC Publishers and Martinus Nijhoff Publishers. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, translated, stored in a retrieval system, or transmitted in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise, without prior written permission from the publisher. Authorization to photocopy items for internal or personal use is granted by Koninklijke Brill NV provided that the appropriate fees are paid directly to The Copyright Clearance Center, 222 Rosewood Drive, Suite 910, Danvers, MA 01923, USA. Fees are subject to change. This book is printed on acid-free paper. Opgedragen aan de nagedachtenis van Henk Knol, 1931-1993 Inhoud Lijst van kaarten en afbeeldingen ix Woord vooraf xi 1 In de ban van het orakel 1 2 De Okaanse wereld: De visie van antropologen 21 3 Suriname: Een wingewest van de Republiek 53 4 De lange negentiende eeuw van de Okanisi: Politieke en economische verhoudingen 65 5 Dikii: Martelaar en superman 93 6 Een rijzende ster, 1860-1890 117 7 Het religieus imperium van da Labi Gumasaka, 1890-1914 135 8 De terugkeer van Dikii, 1905-1930 173 9 De grote staking van de vrachtvaarders, 1921 201 10 De priesters en de angst voor heksen, 1961-1972 225 11 Akalali, hervormer en vernietiger, 1972-1979 253 12 Oorlog, 1986-1992 273 13 Demonen, 2006 311 viii Inhoud 14 Het einde van een civilisatie 323 Woordenlijst 333 Bibliografie 343 Register 355 Lijst van kaarten en afbeeldingen Kaarten 1 De verspreiding van Marrons over Suriname, buiten Groot Paramaribo 4 2 Okaanse dorpen en heiligdommen aan de Tapanahoni, 1900-2000 60 3 De drie Okaanse federaties: Ndyuka, Lukubun en Miáfiya 61 4 Expansie van de Gaan Gadu-cultus rond 1900 154 5 Woonplaatsen van de Okanisi in het Boven-Commewijne en Cotticagebied, 1986 282 Afbeeldingen Het Gaan Gadu-orakel in 1962 6 Het Gaan Gadu-orakel in 2004 6 De geest van een overledene neemt afscheid van zijn dorp, 1971 44 Plengoffer aan de voet van da Saka’s gebedspaal, 2004 50 De Tapanahonirivier bij het dorp Malobi in 1887 68 Gaanman Beeyman ontvangt op Stoelmanseiland Nederlandse en Franse delegaties belast met het vaststellen van de grens tussen Suriname en Frans Guyana, 1862 78 De executie van een Marron verdacht van hekserij in 1800 82 De dames van de placers 90 Het raadplegen van de geest van een eerzame overledene (yooka dede) in Powi, Puketi’s buurdorp (1884) 136 Het eerste Gaan Gadu-orakel in 1907 150 Kuutu in Diitabiki, 2004 152 De harmonica/accordeonrage in het begin van de twintigste eeuw 182 x Lijst van kaarten en afbeeldingen Da Gagu, gaanman Amakiti en da Kanape in uniform in Paramaribo, 1921 216 De profeet Akalali met zijn eerste vrouw, 1974 258 Het Gaan Gadu-orakel inspecteert het voedseloffer voor de prominenten onder de voorouders, 2011 328 Woord vooraf Dit boek is het laatste deel van een tweeluik over de Marrons van zuidoost Suriname die zich Ndyuka of Okanisi noemen. In het eer- ste deel, Een zwarte vrijstaat in Suriname; de Okaanse samenleving in de achttiende eeuw (2011) hebben Wim Hoogbergen en ik de geschiedenis verhaald van deze Afrikanen die diep in het Surinaamse regenwoud in vrijheid een nieuw leven opbouwden. In dit boek werden de sla- vernij, ontsnapping van de plantages, en stichting van een nieuwe staat belicht met behulp van kennis verzameld in de archieven, maar ook met mondelinge overleveringen die onder de Okanisi waren opgetekend. Het eerste deel eindigt met de oorlog tussen de Okanisi en de Boni-Marrons (1792-1793). Het tweede deel is geschreven door Wilhelmina (Ineke) van Wetering en door mij, H.U.E. (Bonno) Thoden van Velzen. Het boek rust op antropologisch veldwerk uitgevoerd over een periode van vijftig jaar. In de jaren 1961 en 1962 begonnen wij aan het onder- zoek met de voor een antropoloog klassieke veldwerkperiode van 18 maanden. Later volgden een dozijn kortere onderzoeksperioden, variërend van drie maanden tot drie weken. Ineke en ik schreven onze dissertaties over ons veldwerk bij die Okanisi. Mijn dissertatie (1966a) richtte zich op de politieke en reli- gieuze instituties en de machinaties die met beide verbonden waren. Ineke (1973) schreef haar proefschrift over het Okaanse hekserijge- loof en de postume vervolging van personen die ervan verdacht wer- den zich aan hekserij schuldig gemaakt te hebben. Vanaf het begin van haar antropologisch veldwerk is zij ook gefascineerd geweest door de Okaanse religie. Zij probeerde de emotionele drijfveren achter riten en geloofsvoorstellingen te begrijpen. Toen onze kinde- ren het huis uit waren, vestigde zij zich enkele jaren in Amsterdam, in de Bijlmermeer waar zich sinds het begin van de jaren zeventig veel Creoolse Surinamers hadden gevestigd. Dit nieuwe veldwerk xii Woord vooraf was erop gericht ook de religieuze cultuur van andere nazaten van Afrikaanse slaven tot object van onderzoek te maken. Mijn onderzoek werd aanvankelijk sterk beïnvloed door de poli- tieke antropologie, een richting die in de jaren zestig en zeventig een dominante plaats innam in de antropologische verbeeldingswereld. Ook werd ik geleid door de gedachte dat het voor een antropoloog belangrijk is te weten hoe, en onder welke omstandigheden, mensen hun brood verdienen. Dit lijkt mij ook vandaag nog steeds een basis- inzicht dat bij antropologisch onderzoek niet uit het zicht mag raken. Hoe belangrijk deze politieke en sociaal-economische uitgangs- punten ook zijn, de verbluffend rijke cultuur van de Marrons con- fronteert de onderzoeker met verschijnselen die zich niet als derivaat van politiek of economie laten begrijpen. Voor Ineke werd de sym- bolische antropologie belangrijk. Ik zocht steun bij Freud en andere door de psychoanalyse geïnspireerde onderzoekers. Laat ik dit met twee voorbeelden verduidelijken. De grens tussen dorp en bos is scherp getrokken in de Okaanse verbeelding, zo scherp dat het een met betekenissen overladen dichotomie is. Het werk van de antro- poloog en afrikanist Victor Turner hielp Ineke van Wetering om het voor Okanisi cruciale onderscheid tussen bos en menselijke samen- leving, tussen natuur en cultuur, scherp in beeld te krijgen. In mijn geval raakte ik gefascineerd door de klontering van fantasieën rond de Okaanse sjamaan en superman Dikii. Hij werd geboren, verhaalt de mythe, met een mond vol tanden, zoals Richard III in het werk van Shakespeare. Dikii groeide razend snel door het eten van poep. Zijn claim dat hij zijn eigen verwekking had gezien droeg bij aan het ontzag dat Okanisi voor hem koesterden. Het leek mij van belang na te gaan hoe psychoanalytici zulke beelden interpreteren. Geleidelijk, bijna zonder het te beseffen, was onze belangstelling voor de emoti- onele achtergrond van het etnografisch materiaal een gedeelde zaak geworden. De resultaten van ons onderzoek zijn neergelegd in The Great Father and the Danger, een boek dat in 1988 verscheen. In de jaren tachtig raakten wij bevriend met Henk Knol, een Kamerlid van de Partij van de Arbeid belast met de portefeuille `Buitenland´. Hij drong erop aan dat The Great Father vertaald zou worden, maar dan zonder ‘die verdomde Freud’. Toen duidelijk werd dat wij ons niet onmiddellijk voor dit werk konden vrijmaken ging hij zelf aan de slag. Hij is bij die arbeid ver gekomen, maar de dood heeft verhinderd dat hij het kon afmaken. Woord vooraf xiii Zijn eerste vertaling werd de basis voor dit boek. Ons werk is aan hem opgedragen. Ineke van Wetering overleed op 18 oktober 2011 na een ziekbed van enkele maanden. Dit boek berust in belangrijke mate op de re- sultaten van haar veldwerk. Tot twee weken voor haar dood las ik stukken uit ons nieuwe boek aan haar voor. Haar commentaar was tot op het laatste moment ter zake en is dus in dit boek verwerkt. Bonno Thoden van Velzen, Huijbergen, 21 september 2012 hoofdstuk 1 In de ban van het orakel Een halve eeuw geleden begonnen wij – W. van Wetering en H.U.E. Thoden van Velzen − aan een periode van antropologisch veldwerk onder de Marrons1 in het zuidoosten van Suriname. Zij noemden zich Ndyuka en ook Okanisi. Wij vestigden ons in Diitabiki, een dorp aan de Tapanahoni; deze rivier mondt uit in de grensrivier, de Marowijne. Diitabiki is de residentie van de grootopperhoofden (gaanman) van de Okanisi. Wij maakten in die jaren deel uit van een team van onderzoekers dat onder leiding stond van prof. dr. A.J.F. Köbben. Een mensenleven, en de daarin beschikbare tijd voor onderzoek en verslaglegging, bleek niet voldoende voor dit project. Wij beseffen dan ook dat wij slechts een deel van de rijke cultuur en geschiedenis van deze Marrons hebben kunnen optekenen. André Köbben heeft een reeks van artikelen geschreven voor Engelstalige tijdschriften over die Ndyuka die zich in de negentiende eeuw in het stroomgebied van de Cotticarivier gevestigd hadden. In 1979 heeft hij deze samengebracht en bewerkt tot de monografie In Vrijheid en gebondenheid; Samenleving en cultuur van de Djoeka aan de Cottica. Anderen hebben dit werk bij de Okanisi voortgezet. Zo noe- men wij slechts de publicaties van André Pakosie, Jean-Yves Parris en Diane Vernon.
Recommended publications
  • VU Research Portal
    VU Research Portal Religious sensations: Why media, aesthetics and power matter in the study of contemporary religion Meyer, B. 2006 document version Publisher's PDF, also known as Version of record Link to publication in VU Research Portal citation for published version (APA) Meyer, B. (2006). Religious sensations: Why media, aesthetics and power matter in the study of contemporary religion. Vrije Universiteit. General rights Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain • You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal ? Take down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. E-mail address: [email protected] Download date: 25. Sep. 2021 Prof. Dr. Birgit Meyer Religious Sensations. Why Media, Aesthetics and Power Matter in the Study of Contemporary Religion Rede in verkorte vorm uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar Culturele Antropologie, in het bijzonder de studie van identiteit en religie bij de Faculteit der Sociale Wetenschappen van de Vrije Universiteit Amsterdam op 6 oktober 2006. Rector, ladies and gentlemen, Two years ago I was appointed to the chair of Cultural Anthropology, with special emphasis on the study of religion and identity.
    [Show full text]
  • LOT Dissertation Series
    The Life of Language dynamics of language contact in Suriname Published by LOT phone: +31 30 253 6111 Trans 10 3512 JK Utrecht e-mail: [email protected] The Netherlands http://www.lotschool.nl Cover illustration: Shrine in Bitagron ISBN: 978-94-6093-131-4 NUR 616 Copyright © 2013: Robert Borges. All rights reserved. The Life of Language dynamics of language contact in Suriname proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan de Radboud Universiteit Nijmegen op gezag van de rector magnificus prof. mr. S.C.J.J. Kortmann, volgens besluit van het college van decanen in het openbaar te verdedigen op vrijdag 31 januari 2014 om 12.30 uur precies door Robert David Borges geboren op 16 oktober 1983 te Providence, Rhode Island (US) Promotor: Prof. dr. Pieter Muysken Copromotor: Dr. Margot van den Berg Manuscriptcommissie: Prof. dr. Roeland van Hout Prof. dr. Bettina Migge (University College Dublin) Prof. dr. Maarten Mous (Universiteit Leiden) for my parents for Asia for Agnieszka Acknowledgements No man is an island. Conducting research and writing a dissertation is really a community affair. It’s only fair that I acknowledge the contributions of others. In hindsight, it would have been wise of me to keep a running list from the beginning of the project in April 2009 of all those who have made a contribution. Alas, I didn’t have the foresight at the time and I’ll probably leave someone out inadvertently. So, if you’re reading along and think, “Hey, I sent Bob that article that one time” or “I gave feedback on his paper / presentation X, but Bob doesn’t thank me here”, I assure you, it was only an unfortunate oversight.
    [Show full text]
  • Birgit Meyer
    Birgit Meyer Mediation and the Genesis of Presence Towards a Material Approach to Religion Universiteit Utrecht Faculteit Geesteswetenschappen Oratie 19 oktober 2012 Birgit Meyer Mediation and the Genesis of Presence Towards a Material Approach to Religion Oratie In verkorte vorm uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar in de Religiewetenschap aan de Universiteit Utrecht op vrijdag 19 oktober 2012. Opgedragen aan mijn promovendi en postdocs 4 Mijnheer de Rector Magnificus, collega’s en vrienden, dames en heren, About a year ago I was appointed to the Chair of Religious Studies in the Department of Religious Studies and Theology in the Faculty of Humanities. As I soon realized, my appointment occurred amid major transitions regarding the institutionalization of the study of religion at Utrecht University. This is part of a broader trend of renegotiating the space between ‘theology’ and ‘religious studies’.1 This trend echoes a wider process of ‘unchurching’: as numbers of students of theology decline nationwide, religion in new and unexpected guises has become both a hot item and an intriguing social-cultural and political phenomenon. Over the past year, as part of the process of adapting to my new post, I have grappled with these complicated institutional transformations. I see them as symptoms which, when analysed carefully, can reveal a great deal about the current state of and stakes in the study of religion in the Netherlands, and the changing role and place of religion in Dutch society at large. The point here is to critically interrogate genealogies of the study of religion that inform scholarly work today, in a complex multi-disciplinary configuration that involves not only theologians and religious studies scholars, but also anthropologists and sociologists of religion.
    [Show full text]
  • OSO. Tijdschrift Voor Surinaamse Taalkunde, Letterkunde En Geschiedenis
    OSO. Tijdschrift voor Surinaamse taalkunde, letterkunde en geschiedenis. Jaargang 26 bron OSO. Tijdschrift voor Surinaamse taalkunde, letterkunde en geschiedenis. Jaargang 26. Stichting Instituut ter Bevordering van de Surinamistiek, [Nijmegen] 2007 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_oso001200701_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. [Nummer 1] Afbeelding omslag De afbeelding op de omslag is de flyer die is gebruikt ter aankondiging van het IBS Colloquium 2006. Vormgeving van de flyer is ontleend aan een enveloppe ten behoeve van eerste dag van uitgifte te Paramaribo, begin jaren zestig. Voor het ontwerp tekende het grafisch en vormgevingsbureau Urban Perception, www.urbanperception.nl. OSO. Tijdschrift voor Surinaamse taalkunde, letterkunde en geschiedenis. Jaargang 26 6 Van de redactie Oso: Naar nieuwe horizonten Met ingang van dit eerste nummer van de jaargang 2007 krijgt de redactie van dit tijdschrift een andere aanvoerder. Sinds 1992 heeft Wim Hoogbergen de koers van Oso ferm mee bepaald. Al te bescheiden noemde hij zich eindredacteur, terwijl hij in feite vijftien jaar (1992 tot en met 2006) lang de functie van hoofdredacteur vervulde - veel langer dan welke andere hoofdredacteur vóór hem. Hij heeft zijn taak met bijzonder grote inzet vervuld. Bij een zo pluriform en zich almaar uitbreidend gezelschap als dat der Surinamisten is het onmogelijk om de hoofdredactionele taak in de ogen van werkelijk iedereen goed te doen. De hoofdredacteur is nu eenmaal ook de buffer tussen de redactie en de ontevredenen. Maar laat hier gezegd zijn dat dit tijdschrift enorm veel aan Wim Hoogbergen te danken heeft en dat onze erkentelijkheid en respect daarvoor buitengewoon groot zijn.
    [Show full text]
  • Wildness & Sensation
    WILDNESS & SENSATION Anthropology of Sinister and Sensuous Realms ROB VAN GINKEL & ALEX STRATING (EDITORS) het spinhuis apeldoorn – antwerpen 2007 jojada-def.indd 3 31-8-2007 15:27:23 Distribution in usa, Canada, Latin-America & uk by Transaction Publishers isbn 978 90 5589 293 8 © 2007, Het Spinhuis – Apeldoorn / Antwerpen No part of this publication may be reproduced or transmitted in any form or by any means, electronic or mechanical, including photocopy, recording, or any informa- tion storage and retrieval system, without permission from the copyright owner. Lay out: Hanneke Kossen Het Spinhuis Publishers — p.o. Box 960 — 7301 be Apeldoorn — the Netherlands www.spinhuis.nl jojada-def.indd 4 31-8-2007 15:27:23 contents Introduction 7 — Rob van Ginkel & Alex Strating Method in the Madness: An Anthropologist’s Pensée Sauvage 14 — Rob van Ginkel part i — Double-Edged Swords: Wildness and Civilization – Radical Inclusion and Exclusion From Dictatorship to Empire: The State of Exception as Rule 49 — Joseba Zulaika Barbarism and Wildness in Modern Warfare 68 — Hans Vermeulen The Minutemen: Re-enacting the Frontier and the Birth of a Nation 89 — Lawrence Taylor Why Integration is a Dirty Word: Critique of a Duplicitous Concept in Times of Globalization 110 — Gerd Baumann The Muslim ‘Wildman’ and the Forging of Orderly Society: Discourses on Radicalization of Young Muslims in Europe 122 — Thijl Sunier Gangs: System or Madness? 141 — Frank van Gemert jojada-def.indd 5 31-8-2007 15:27:23 Violent Witch Finders and the Suspension of Social Order
    [Show full text]
  • (Bonno) Thoden Van Velzen
    I N MEMORIAM H. U. E. (Bonno) Th oden van Velzen (1933–2020) Erik Bähre H. U. E. (Bonno) Th oden van Velzen (1933– Upon completion of his PhD, Th oden van 2020) passed away at his home in Huijbergen, Velzen worked at the African Studies Cen- the Netherlands, on 26 May this year. Bonno tre in Leiden (1966–1971). He and his family Th oden van Velzen is internationally recog- lived in Tanzania for three years where Th oden nized for his historical and ethnographic study van Velzen studied how Ujamaa reforms that of Surinamese society and religious movements. formed the ideological backbone of socialist Th oden van Velzen studied Cultural Anthro- development projects intensifi ed social inequal- pology at the University of Amsterdam and did ities instead of diminishing them. He became his PhD at Utrecht University under the super- a professor at the Department of Cultural An- vision of André Köbben. In 1961, together with thropology at Utrecht University (1971–1991) his wife and anthropologist Ineke van Wetering, and at the Amsterdam School for Social Sci- he went to Suriname to do fi eldwork among the ence Research at the University of Amsterdam Ndyuka. He studied the Gaan Gadu (Great Fa- (1991 until retirement in 1999). In 1990, he was ther) oracle and other religious movements and awarded membership in the Royal Netherlands explored how people struggled to gain control Academy of Arts and Sciences. Aft er retirement, over others, but also to control their own lives. he was a visiting researcher at the Institute of He found that changing material conditions led Cultural Anthropology and Development So- to new interpersonal tensions that these reli- ciology at Leiden University (2014–2018).
    [Show full text]
  • A Baptist Missionary Nurse and Her Symbiotic Relationship with Ndyuka Medicine
    ISSN 1653-2244 INSTITUTIONEN FÖR KULTURANTROPOLOGI OCH ETNOLOGI DEPARTMENT OF CULTURAL ANTHROPOLOGY AND ETHNOLOGY “It’s two things mixed together!” A Baptist missionary nurse and her symbiotic relationship with Ndyuka medicine By Maarten van der Bent 2017 MASTERUPPSATSER I KULTURANTROPOLOGI Nr 68 “It’s two things mixed together!” A Baptist missionary nurse and her symbiotic relationship with Ndyuka medicine A thesis submitted in partial fulfilment of the requirements for the degree of Master of Arts December 2016 A master’s thesis by Maarten van der Bent Uppsala University Department of Cultural Anthropology and Ethnology Supervisor: Jan-Åke Alvarsson — i — Abstract This thesis analyses the interaction between missionary medicine and Ndyuka medicine from the perspective of a Baptist missionary nurse operating a clinic in the village of Lantiwei in Suriname. Based on two months of anthropological fieldwork conducted in the summer of 2014, this thesis argues that in her everyday practice of medicine, the Baptist nurse is dependent on the cooperation of a local Ndyuka healer and his family to such an extent that their working together can be regarded as a social form of symbiosis. This thesis furthermore demonstrates that the Baptist nurse has incorporated Ndyuka ideas to her understanding of illness and death, and that even though she continues to abhor and reject the practice of Ndyuka medicine as a form of devil worship, she recognizes its spiritual powers. Taken together, these findings show that an opposition between missionary medicine as a—perhaps unwitting—agent of modernity and local Ndyuka medicine as a ‘traditional’ form of medicine increasingly superseded by ‘modern’ medicine, is fictitious, and that the lack of scholarly attention to the interaction of missionary medicine with local practices of medicine demontrates anthropology’s obsession with the ‘traditional’ ‘Other’.
    [Show full text]
  • Birgit Meyer
    Birgit Meyer Mediation and the Genesis of Presence Towards a Material Approach to Religion Universiteit Utrecht Faculteit Geesteswetenschappen Oratie 19 oktober 2012 Birgit Meyer Mediation and the Genesis of Presence Towards a Material Approach to Religion Oratie In verkorte vorm uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar in de Religiewetenschap aan de Universiteit Utrecht op vrijdag 19 oktober 2012. Opgedragen aan mijn promovendi en postdocs 4 Mijnheer de Rector Magnificus, collega’s en vrienden, dames en heren, About a year ago I was appointed to the Chair of Religious Studies in the Department of Religious Studies and Theology in the Faculty of Humanities. As I soon realized, my appointment occurred amid major transitions regarding the institutionalization of the study of religion at Utrecht University. This is part of a broader trend of renegotiating the space between ‘theology’ and ‘religious studies’.1 This trend echoes a wider process of ‘unchurching’: as numbers of students of theology decline nationwide, religion in new and unexpected guises has become both a hot item and an intriguing social-cultural and political phenomenon. Over the past year, as part of the process of adapting to my new post, I have grappled with these complicated institutional transformations. I see them as symptoms which, when analysed carefully, can reveal a great deal about the current state of and stakes in the study of religion in the Netherlands, and the changing role and place of religion in Dutch society at large. The point here is to critically interrogate genealogies of the study of religion that inform scholarly work today, in a complex multi-disciplinary configuration that involves not only theologians and religious studies scholars, but also anthropologists and sociologists of religion.
    [Show full text]