Door Nederland Door Nederland
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
DOORDOOR NEDERLANDNEDERLAND 2D1 DEEL • 2D1 DEEL • HANDBOEK VAN DE AEDERLANDSCHEHANDBOEK VAN DE AEDERLANDSCHE OMCANCSTAAL OMCANCSTAAL OF' ICE DE PII.LICIT.PII.LICIFR.CLOSSETT. I-m • BAUIIEL • I-m OF' ICE DE PII.LICIT.PII.LICIFR.CLOSSETT. I-m • BAUIIEL • DOOR NEDERLAND Door Nederland Handboek van de Nederlandsche Omgangstaal II Het dagelijksch, sociaal en cultureel leven. Vertaal-, Spreek- en Steloefeningen, tevens beknopte inleiding tot de Nederlandsche Taal, Letterkunde, Kunst en Wetenschappen DOOR FR. CLOSSET J. BlELEFELDS VERLAG OFFICE DE PUBLIClTÉ, S. M. FREIBURG i. B. I NIEUWSTRAAT 36, BRUSSEL 1942 WOORD VOORAF Door Nederland 11 kan tegelijk met Door N eder land I worden gebruikt - als oefenboek -, en met Door Nederland 111 - als inleiding en oefenboek-, of apart - als methode voor meer gevorderden. Gedeelte 1. bevat teksten ter vertaling. Deze zijn niets anders dan een Fransche, tevens « omge werkte» versie van hoofdstukken uit Door N eder land 1 (Leerboek). Waardoor eerst een doelmatig « vergelijkend-idiomatisch» taalonderwijs kan wor den gegeven. Dan kan worden overgegaan tot hun vertaling met het oog op de assimilatie van den woor denschat en van het belangrijkste van de spraak kunst (1). Gedeelte 2. bevat teksten, « kernwoorden» en brieven, die voor spreek- en stel-oefeningen zijn bestemd. En wel met het oog op de assimilatie, de uitbreiding en de verdieping van de reeds verworven kundigheden. Ze bieden in ruime mate materiaal voor het samenstellen van spreekbeurten, conversaties, en teksten in verhalenden, beschrijvenden of brief vorm, al naar gelang de voorkeur van den leeraar, de belangstelling van de klas en de kwaliteit van de stof (2). Gedeelte 3. bevat een zeer beknopte inleiding tot (1) Fr. CLOSSET, Enkele Aspecten van het Onderwijs in de Levende Talen. Brussel, Didier, Levende Talen, N' 6, hoofdstukken VIII, IV, VI. (2) Fr. CLOSSET, Enkele Aspecten van het Onderwijs in de Levende -6- de ontwikkeling van de Nederlandsche taal, letteren, kunst en wetenschappen. Evenmin als in vorige drukken maakt dit boek aanspraak op volledigheid. En het feit, dat zekere teksten of woordenlijsten overladen schijnen, zal deze leeraren niet afschrikken, die AANTREKKELIJKE, LEVENDIGE en DOELTREFFENDE lessen wenschen te geven. Integendeel ze zullen dit als een voordeel van de methode beschouwen. Want ze zullen dan een keuze kunnen doen in de stof, en hun lessen kunnen aanpassen bij de belangstelling van hun leerlingen en de eischen van de klas. Zij, die weten waar het om gaat, die werk- en geestkracht, ook doorzettingsvermogen bezitten, en aldus hun voorkeur kunnen geven aan een « actief », «practisch» en «ontwikkelend» onderwijs, zullen dit handboek gemakkelijk en op zulke wijze hanteeren, dat hun lessen als DOELMATIG, LEVENDIG en VOR MEND zullen worden gewaardeerd. Voor opbouwende op- en aanmerkingen houd ik mij aanbevolen. Januari 1942. Fr. CLOSSET. Talen. Brussel, Didier, Levende Talen, N' 6, hoofdstukken VIII, IV, VI, IX, XI. Fr. CLossET,Introduction à une Didactique spéciale des LangUe8 vivante8. Bruxelles, Didier, pp. 11/12, 23 VV., 38/39. INHOUDSTAFEL 1. - VERTAALOEFENINGEN Bladz. Nous allons à Leyde ......................... 15 Dans Ie train .............................. 21 Enfin à destination ......................... 25 Nourriture, boissons et pension ............... 33 Faire des emplettes ......................... 39 Vêtements, toilette et articles de toilette ....... 43 Nous nous promenons dans la ville et ses alentours 55 Le pays et ses aspects ....................... 73 Introduction, première visite ................. 85 En sodété ................................. 93 La maîtresse de maison ..................... 99 Gymnastique et Sport ....................... 115 La santé .................................. 122 Comment on occupe ses loisirs ............... 129 2. - SPREEK-, TAAL- EN STELOEFENINGEN. MATERIAAL A. - GESPREKKEN. Op het station .............................. 141 In een hotel ................................ 143 Het ontbijt. 144 In een restaurant. 144 Bij den kapper .............................. 145 Bij den kleermaker. 148 In een schoenwinkel. 150 In een bank ................................ 152 Op straat . 152 Op het postkantoor. .. 153 In een kantoorboekhandel .................... 155 Twee dames gaan boodschappen doen .... 157 -8- Bladz. Een heer doet inkoopen ..................... .. 159 Een handelsreiziger bezoekt een klant ......... 162 Een introductie ...•......................... 164 In een apotheek ............................ 166 B. - SPREEK-, TAAL- EN STELOEFENINGEN. Nog een bladzijde uit de aanteekeningen van Jan 168 Het ambacht, de bouwmeester, de grondwerker, de metselaar, de timmerman, de leidekker, de stucadoor, de slotenmaker, de smid, de glazenmaker, de schilder, de loodgieter, de koperslager, de blikslager, de schoorsteen veger, de werkvrouw, de tuinman, de baas, de loopjongen, de handwerksman, de klant, de leverancier, de molenaar, de bakker, de slager, de brouwer, de melkboer, de groente boer, de kruidenier, de kleermaker, de naaister, de modiste, de breister, de schoenmaker, de schoenpoetser, de waschvrouw, de verver, de fotograaf, de boekhande laar, de drukker, de werkman, de mijnwerker, de glas blazer, de zeepzieder, de scheikundige, de diamantbewer ker, de scheepstimmerman, de suikerraffinaderij, de electriciteit, de gloeilampenfabriek, de sigarenfabriek, de rijwielfabriek, de papierfabriek, de wapenfabriek, de smederij, de ijzergieterij, het bouwbedrijf en de1deeding industrie, enz., de nijverheid, de handel, de zaak, de uitbreiding, verplaatsing en opheffing van een zaak, het magazijn, de agenturenzaak, het marktbericht, het per soneel, de firma, de buitenlandsche handel, de werkver schaffing, het dagloon, de staking. Sport en andere tijdverdrijven •......•......•• 185 De sport, de Olympische spelen, het voetbal, het tennis, het cricket, het golf, andere balspelen, worstelen en boksen, de watersport, de wielersport, de automobiel, de luchtvaart, het vliegtuig, gezelschapsspelen, het kaartspel, het biljartspel, het dammen, het schaakspel, andere spelen. Het cultureele leven ................•..•..... 196 Het literaire kunstwerk, de schilderkunst, de beeld houwkunst, de muziek, het tooneel, de pers, de radio, de bioscoop. Instellingen en toestanden ........•........... 202 De staatsinrichting en het bestuur, de regeering, de verkiezing, de uitvoerende macht, de wetgevende macht, de raad van State, de provincie, de gemeente, het water schap, de belastingen, het leger, de vloot, de oorlog, de luchtoorlog. De rechtspraak. -9- Bladz. De rechtspraak in Nederland.................. :,no De rechters, de inrichting en werking van de rechter- lijke macht, de wetten, de hoofdstraffen, advocaten en procureurs. Godsdienst, kerk en geestelijkheid. .. .. 214 De Middeleeuwen, de verdraagzaamheid, Kerkgenoot schappen, Staat en Kerk, dezelfde bron, de geestelijkheid, verdraagzaam zijn. Het onderwijs in Nederland. .. .. 223 Het lager onderwijs, het middelbaar onderwijs, het eindexamen, vakscholen, het hooger onderwijs, de spe· cialiseering, raad van toezicht, hoogleeraren, studenten, openbare bibliotheken ... kernwoorden. C. - BRIEVEN EN OPGAVEN. Hoe kan men zijn gedachten overbrengen ...... 231 Uitdrukkingen en zinswendingen voorkomende in den aanhef van een brief ................... 239 Uitdrukkingen en zinswendingen voorkomende als slot van een brief . 240 Beteekenis van de meestvoorkomende afkortingen 241 Gelukwenschen . 244 Droevige kennisgevingen en brieven van deel· neming................................... 248 Uitnoodigingen . • . 251 Verzoek om voorspraak, aanbevelifig, hulp of medewerking ............................. 254 Herinneringen, klachten, aanmaningen ......... 258 Aankondigingen ...........•................. 260 Inlichtingen .............................•.. 261 Abonnement op een dagblad of tijdschrift ...... 264 Briefwisseling met jonge binnen· en buitenlandsche vrienden ...............•................• 265 Verzoekschriften .....•...................... 270 Herhalingsopgaven ...........•.....•........ 271 3. - NEDERLANDSCHE TAAL, LETTERKUNDE, KUNST EN WETENSCHAPPEN De N ederlandsche taal •••••.....••..•......... 279 Reg~!s van de vereenvoudigde spelling (Kolle- wIJn) ........•..•...••........•.....•.. 287 -10 - Bladz. Regels van de vereenvoudigde spelling (Mar- chant) ................................. 288 Bibliografie ................•.............. 289 Letteren en Journalistiek ...................... 289 De Middeleeuwen . • . 290 XVde en XVIde eeuw. 295 XVIId e eeuw of Gouden Eeuw. 298 XVIIIde eeuw. 302 De Noord-Nederlandsche letterkunde van 1830 tot 1880 . • . 305 De Noord-Nederlandsche letterkunde van 1880 tot heden. - Stroomingen ................ 310 De Noord-Nederlandsche poëzie van 1880 tot heden.................................. 315 Het Noord-Nederlandsche proza van 1880 tot heden.................................. 324 De Zuid-Nederlandsche letterkunde van 1830 tot heden.................................. 334 De Zuid-Nederlandsche poëzie. 334 Het Zuid-Nederlandsche proza. 341 De Critiek na 1880 in Nederland en Vlaanderen 350 Het Tooneel na 1880 in Noord- en Zuid-Neder- land.................................... 350 Tijdschriften. .. 352 Bibliografie ............................... 353 Dagbladen . 355 Beeldende kunst, muziek en tooneel . • . 358 Bouwkunst. 359 Beeldhouwkunst . 365 Bronsgieten en Glasbranden ................ 366 Schilderkunst ............................. 366 Decoratie- en reproductie-kunst. 375 Boek-illustratie. 376 Kunstcritici .............................