Johan De Witt En Engeland Gratis Epub, Ebook

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Johan De Witt En Engeland Gratis Epub, Ebook JOHAN DE WITT EN ENGELAND GRATIS Auteur: Ineke Huysman Aantal pagina's: 176 pagina's Verschijningsdatum: 2019-03-05 Uitgever: Catullus, Uitgeverij EAN: 9789492409454 Taal: nl Link: Download hier Johan De Witt en Engeland. Een bloemlezing uit zijn correspondentie. Nederlands, pagina's, Teleboek, Bussum, Nederlands, p. Nederlands, 7 pagina's, Nederlands, VIII, 63 p, Zoeken in de catalogus Zoeken binnen de site. Johan de Witt Johan de Witt en Engeland een bloemlezing uit zijn correspondentie Selectie van enkele tientallen brieven uit de correspondentie van raadspensionaris Johan de Witt die betrekking hebben op de relatie tussen de Republiek en Engeland, met toelichtingen en vertalingen in modern Nederlands. Johan de Witt Johan de Witt en Frankrijk een bloemlezing uit zijn correspondentie Selectie van de brieven van en aan Raadpensionaris Johan de Witt , met toelichting en hertaling. Brieven aan Johan de Witt; Dl. Johan de Witt Staetsstukken uit de pen van Mr. Japikse Johan de Witt Nederlands, p. Johan de Witt Bericht van de heer raedt-pensionnaris Johan de Witt, noopende de secrete correspondentie-penningen; nevens de verklaringe van de Tentoonstelling Johan de Witt Dordrecht, 16 Oct. Vorige 1 actief 2 3 4 5 6 7 8 9 23 Volgende. Witt, Johan de 57 Andriessen, P. Hij was getrouwd met een zus van Wendela Bicker. Deze gewesten trokken Utrecht mee. Het Eerste Stadhouderloze Tijdperk was een feit. De Witt was er een groot voorstander van. Hij noemde het de periode van "De Ware Vrijheid". Beslissingen die de hele Republiek aangingen, werden door regenten van de zeven provincies gezamenlijk genomen, weliswaar op basis van meerderheid van stemmen, maar onder strakke leiding van Holland. Bij erg belangrijke zaken diende er eenstemmigheid te zijn. De provincies zelf bleven autonoom, evenals de steden. Johan de Witt was met zijn broer Cornelis de leider van de staatsgezinden , een anti-orangistische groepering, die door Johan de Witt de partij van de vrijheid genoemd werd. Sinds zijn vader, die ook tot de staatsgezinden behoorde, met zes andere voormannen door Willem II korte tijd vastgehouden werd in de staatsgevangenis slot Loevestein , werden de staatsgezinden in de wandelgangen Loevesteiners genoemd. De waarschuwende woorden zouden hem vormen om de Orangisten uit belangrijke posities te houden. De Witt volgde op 21 december Nicolaas Ruys op als pensionaris van zijn geboortestad Dordrecht. In die hoedanigheid was hij de fiscaal adviseur van Dordrecht en afgevaardigde namens de stad naar vergaderingen van de Staten van Holland. Vanaf 30 juli was De Witt raadpensionaris van Holland. Wat in zijn voordeel werkte, was dat hij zijn voorganger Adriaan Pauw enkele keren bij diens afwezigheid vervangen had. Voor de benoeming tot raadpensionaris was De Witt afhankelijk van de nadrukkelijke instemming van Amsterdam dat onder leiding stond van Cornelis de Graeff, van wie hij twee jaar later aangetrouwde familie zou worden. De voorbeeldige samenwerking tussen de twee was een belangrijke factor in het succes van De Witts politiek en de herleving van de economische vooruitgang na de Eerste Engels-Nederlandse Oorlog. De Witt erkende de macht van De Graeff en deed zijn best om aan de Amsterdamse wensen tegemoet te komen. Dat sloot geschillen tussen de twee niet uit. Toch bleef de verstandhouding uitstekend. De Witt begreep de opmerking van een andere Amsterdamse burgemeester "dat zonder den heer van Zuidpolsbroek in niets iets te doen was". Als raadpensionaris had De Witt geen werkelijke macht. Hij was altijd afhankelijk van anderen, maar wist desondanks door zijn familienetwerk te bewerkstelligen dat hij de belangrijkste politicus van het land werd. Naar huidige maatstaven was De Witts positie te vergelijken met een combinatie van minister-president, minister van Binnenlandse Zaken, minister van Financiën en minister van Buitenlandse Zaken. Alle lopende zaken regelde hij zelf. In Engeland werd meer dan eens over hem gesproken als 'King John' en Aziatische vorsten, die nog nooit van de functie raadpensionaris gehoord hadden, noemden hem koning. Zijn salaris bedroeg gulden per jaar, te vergelijken met twintig keer het loon van een arbeider. Na de dood van zijn vrouw in overwoog hij af te treden. Om hem te behouden, werd zijn loon verdubbeld en als extraatje ontving hij een gratificatie van Daarmee was hij een van de rijkste inwoners van de Republiek. Hij had zijn kapitaal deels verdiend door geldhandel. Zo leende hij van particulieren grote sommen geld en kocht er gewilde staatsobligaties van, waarvoor hij een hogere rente ontving dan hij afdroeg aan zijn geldschieters. Hij bewerkstelligde dit doordat hij als ambtenaar voorrang kreeg bij de uitgifte van obligaties. Geschenken stuurde hij altijd terug. Dat heeft bij veel historici de indruk gewekt dat hij 'onkreukbaar' was. Het enige dat hij accepteerde was een warme maaltijd als hij bij iemand thuis een bijeenkomst had. Daar staat tegenover dat hij toestond dat anderen uit hun overheidsfunctie wel financieel gewin behaalden. Johan de Witt redigeerde grondig het manuscript voor het boek Interest van Holland van de Leidse jurist Pieter de la Court. Het boek wordt beschouwd als een van de belangrijkste 'receptenboeken' voor economisch en politiek succes in de zeventiende en achttiende eeuw en heeft een significante invloed gehad. De la Court identificeerde vrije handel en de republikeinse vorm van regering als de leidende factoren voor economisch en politiek succes. Oorlog en geografische expansie moesten voorkomen worden en waren alleen toegestaan als het niet anders kon. De Witt schreef zelf het 29e en 30e hoofdstuk. Hij noemde het een godsgeschenk dat Willem II overleden was en bij zijn dood geen nazaat achterliet. Hij schreef dat Holland daardoor zijn enorme nationale schulden kon afbetalen en anders zeker failliet was gegaan. Interest van Holland werd in de tijd van Johan de Witt het de facto manifest van de republikeinse regering. Het boek werd gepubliceerd in en was meteen een bestseller in Holland en later ook elders. Interest van Holland werd vertaald in het Duits , Engels en Frans Aangenomen wordt dat het een van de bronnen van inspiratie is geweest voor Adam Smith's boek 'Wealth of Nations'. De Witt bleek een ijverig politicus. Zo had hij in geteld dat hij als raadpensionaris De Witt regelde in overleg met zijn broer Cornelis dat de staatsgezinde regenten in de belangrijkste steden de touwtjes strak in handen hielden en hun posten niet overdeden aan Orangisten. Overal probeerde hij op te besparen, behalve op de zeevloot die uitgroeide tot de sterkste ter wereld. In het begin van zijn raadpensionarisschap lukte het hem de rente op de staatsobligaties terug te brengen van vijf naar vier procent. Het geld dat hij overhield, besteedde hij aan de afbetaling van de schulden uit de Tachtigjarige Oorlog die in beëindigd was. In leidde hij de onderhandelingen met Spanje over de verdeling van de Landen van Overmaas , die werd vastgelegd in het Partagetraktaat. De Republiek ging in het Eerste Stadhouderloze Tijdperk een welvarende periode tegemoet, maar niet zonder machtsvertoon en oorlogen. Jaarlijks werd een kleine expeditie uitgezonden tegen de Algerijnse zeerovers. Onder De Witts leiding werd met Engeland in de Vrede van Westminster gesloten, door een geheim bijvoegsel te aanvaarden, de Akte van Seclusie. Deze had immers koning Karel I van Engeland afgezet en laten onthoofden, wiens dochter Mary getrouwd was geweest met stadhouder Willem II, van wie zij een week na zijn dood een zoon baarde. Cromwell vreesde dat een oranjeheerser de Stuarts op de troon zou kunnen helpen. De Witt wist dat de andere provincies zo'n bepaling niet zouden accepteren. Het vredesoverleg dreigde in een impasse te komen als hij de geheimhoudingstruc niet zou gebruiken. De Staten-Generaal ratificeerden het verdrag zonder zich van de geheime akte bewust te zijn en Engeland was bereid te ratificeren nadat de Staten van Holland de akte aanvaard hadden. In de Republiek vonden velen — het geheim kon niet al te lang bewaard blijven — dat de clausule verdacht veel in het voordeel van De Witt uitwerkte, wiens vader Jacob door Willem II gevangen was gezet. Er werd openlijk de verdenking geuit dat hijzelf de bedenker was. Met veel moeite wist De Witt hem aanvaard te krijgen, in een redevoering die bekend is geworden als de deductie van Johan de Witt , maar dat gebeurde wel ten koste van nieuwe maatschappelijke onrust. De Witt stond een strenge onderdrukking van deze ongeregeldheden voor, met toepassing van de doodstraf, maar vrijwel geen enkele vroedschap durfde of wilde tot dit laatste overgaan. Op die manier konden ze zijn opvoeding in de gaten houden en indien nodig manipuleren. Met die regeling probeerde De Witt zowel Frankrijk als Engeland tevreden te stellen. De druk om de prins aan te stellen tot stadhouder bleef aanhouden. In werd de regeling herzien en kreeg de prins de titel "kind van staat". De Witt stelde de staatsfinanciën op orde en creëerde een sterke vloot. Het leidde het begin in van de Tweede Engels- Nederlandse Oorlog. De Hollanders kozen na lang aandringen van Johan de Witt uiteindelijk op 24 mei het ruime sop om de uitdaging te beantwoorden. Er stond een stabiele oostenwind en De Witt wilde de gelegenheid gebruiken om de vijand agressief aan te vallen, iets wat de opperbevelhebber ter zee Jacob van Wassenaer Obdam volstrekt onverantwoord achtte. Na een schreeuwende ruzie moest de admiraal inbinden. Buitengaats aangekomen bemerkte hij tot zijn opluchting dat de Engelsen verdwenen waren, wegens gebrek aan proviand. Een maand later stonden de beide landen op zee toch tegenover elkaar. De Slag bij Lowestoft , in de buurt van Norwich , werd de smadelijkste Nederlandse nederlaag aller tijden. Twee dagen eerder had Van Wassenaer in een uitstekende aanvalspositie gelegen, maar ondanks duidelijke instructies van De Witt was hij de strijd niet aangegaan, wellicht omdat hij onvoldoende vertrouwen had in zijn nog lang niet volmaakte vloot en bemanning. Hij heeft het De Witt nooit kunnen uitleggen, omdat hij sneuvelde nadat een kanonskogel de kruitkamer van zijn schip had geraakt.
Recommended publications
  • The Dutch in the Early Modern World David Onnekink , Gijs Rommelse Frontmatter More Information
    Cambridge University Press 978-1-107-12581-0 — The Dutch in the Early Modern World David Onnekink , Gijs Rommelse Frontmatter More Information The Dutch in the Early Modern World Emerging at the turn of the seventeenth century, the Dutch Republic rose to become a powerhouse of economic growth, artistic creativity, military innovation, religious tolerance and intellectual development. This is the first textbook to present this period of early modern Dutch history in a global context. It makes an active use of illustrations, objects, personal stories and anecdotes to present a lively overview of Dutch global history that is solidly grounded in sources and literature. Focusing on themes that resonate with contemporary concerns, such as overseas exploration, war, slavery, migration, identity and racism, this volume charts the multiple ways in which the Dutch were connected with the outside world. It serves as an engaging and accessible intro- duction to Dutch history, as well as a case study in early modern global expansion. david onnekink is Assistant Professor in Early Modern International Relations at Utrecht University. He has previously held a position at Leiden University, and was a visiting professor at the College of William and Mary, Williamsburg, VA, and the University of California, Los Angeles. He has been a fellow at the Institute for Advanced Studies in Humanities at Edinburgh (2004), Het Scheepvaartmuseum in Amsterdam (2016–2017) and the Netherlands Institute for Advanced Study (2016). He is the author of Reinterpreting the Dutch Forty Years War (2016), and edited volumes on War and Religion after Westphalia, 1648–1713 (2009) and Ideology and Foreign Policy in Early Modern Europe (1650–1750) (2011), also with Gijs Rommelse.
    [Show full text]
  • Holland and the Rise of Political Economy in Seventeenth-Century Europe
    Journal of Interdisciplinary History, xl:2 (Autumn, 2009), 215–238. ACCOUNTING FOR GOVERNMENT Jacob Soll Accounting for Government: Holland and the Rise of Political Economy in Seventeenth-Century Europe The Dutch may ascribe their present grandeur to the virtue and frugality of their ancestors as they please, but what made that contemptible spot of the earth so considerable among the powers of Europe has been their political wisdom in postponing everything to merchandise and navigation [and] the unlimited liberty of conscience enjoyed among them. —Bernard de Mandeville, The Fable of the Bees (1714) In the Instructions for the Dauphin (1665), Louis XIV set out a train- ing course for his son. Whereas humanists and great ministers had cited the ancients, Louis cited none. Ever focused on the royal moi, he described how he overcame the troubles of the civil war of the Fronde, noble power, and ªscal problems. This was a modern handbook for a new kind of politics. Notably, Louis exhorted his son never to trust a prime minister, except in questions of ªnance, for which kings needed experts. Sounding like a Dutch stadtholder, Louis explained, “I took the precaution of assigning Colbert . with the title of Intendant, a man in whom I had the highest conªdence, because I knew that he was very dedicated, intelli- gent, and honest; and I have entrusted him then with keeping the register of funds that I have described to you.”1 Jean-Baptiste-Colbert (1619–1683), who had a merchant background, wrote the sections of the Instructions that pertained to ªnance. He advised the young prince to master ªnance through the handling of account books and the “disposition of registers” Jacob Soll is Associate Professor of History, Rutgers University, Camden.
    [Show full text]
  • Evolution and Ambition in the Career of Jan Lievens (1607-1674)
    ABSTRACT Title: EVOLUTION AND AMBITION IN THE CAREER OF JAN LIEVENS (1607-1674) Lloyd DeWitt, Ph.D., 2006 Directed By: Prof. Arthur K. Wheelock, Jr. Department of Art History and Archaeology The Dutch artist Jan Lievens (1607-1674) was viewed by his contemporaries as one of the most important artists of his age. Ambitious and self-confident, Lievens assimilated leading trends from Haarlem, Utrecht and Antwerp into a bold and monumental style that he refined during the late 1620s through close artistic interaction with Rembrandt van Rijn in Leiden, climaxing in a competition for a court commission. Lievens’s early Job on the Dung Heap and Raising of Lazarus demonstrate his careful adaptation of style and iconography to both theological and political conditions of his time. This much-discussed phase of Lievens’s life came to an end in 1631when Rembrandt left Leiden. Around 1631-1632 Lievens was transformed by his encounter with Anthony van Dyck, and his ambition to be a court artist led him to follow Van Dyck to London in the spring of 1632. His output of independent works in London was modest and entirely connected to Van Dyck and the English court, thus Lievens almost certainly worked in Van Dyck’s studio. In 1635, Lievens moved to Antwerp and returned to history painting, executing commissions for the Jesuits, and he also broadened his artistic vocabulary by mastering woodcut prints and landscape paintings. After a short and successful stay in Leiden in 1639, Lievens moved to Amsterdam permanently in 1644, and from 1648 until the end of his career was engaged in a string of important and prestigious civic and princely commissions in which he continued to demonstrate his aptitude for adapting to and assimilating the most current style of his day to his own somber monumentality.
    [Show full text]
  • Consuls, Corsairs, and Captives: the Creation of Dutch Diplomacy in The
    University of Miami Scholarly Repository Open Access Dissertations Electronic Theses and Dissertations 2012-11-21 Consuls, Corsairs, and Captives: the Creation of Dutch Diplomacy in the Early Modern Mediterranean, 1596-1699 Erica Heinsen-Roach University of Miami, [email protected] Follow this and additional works at: https://scholarlyrepository.miami.edu/oa_dissertations Recommended Citation Heinsen-Roach, Erica, "Consuls, Corsairs, and Captives: the Creation of Dutch Diplomacy in the Early Modern Mediterranean, 1596-1699" (2012). Open Access Dissertations. 891. https://scholarlyrepository.miami.edu/oa_dissertations/891 This Embargoed is brought to you for free and open access by the Electronic Theses and Dissertations at Scholarly Repository. It has been accepted for inclusion in Open Access Dissertations by an authorized administrator of Scholarly Repository. For more information, please contact [email protected]. UNIVERSITY OF MIAMI CONSULS, CORSAIRS, AND CAPTIVES: THE CREATION OF DUTCH DIPLOMACY IN THE EARLY MODERN MEDITERRANEAN, 1596-1699 By Erica Heinsen-Roach A DISSERTATION Submitted to the Faculty of the University of Miami in partial fulfillment of the requirements for the degree of Doctor of Philosophy Coral Gables, Florida December 2012 ©2012 Erica Heinsen-Roach All Rights Reserved UNIVERSITY OF MIAMI A dissertation submitted in partial fulfillment of the requirements for the degree of Doctor of Philosophy CONSULS, CORSAIRS, AND CAPTIVES: THE CREATION OF DUTCH DIPLOMACY IN THE EARLY MODERN MEDITERRANEAN, 1596-1699 Erica Heinsen-Roach Approved: ________________ _________________ Mary Lindemann, Ph.D. M. Brian Blake, Ph.D. Professor of History Dean of the Graduate School ________________ _________________ Hugh Thomas, Ph.D. Ashli White, Ph.D. Professor of History Professor of History ________________ Frank Palmeri, Ph.D.
    [Show full text]
  • 'Wij Hebben Met Schade Ende Schande Geleerd, Dat Die Sigh In
    ‘Wij hebben met schade ende schande geleerd, dat die sigh in een schaep verandert vande wolven werd gegeten.’1 Staatse onderhandelingen met het Engelse Gemenebest en het Engeland van Karel II (1658- 1662). Leiden, 23 september 2020 1 Willem Nieupoort aan Johan de Witt, 25 december 1654. Nationaal Archief, Den Haag, Archief van Johan de Witt (hierna NA), 3.01.17, 1662. Inhoudsopgave Inleiding p. 2 Hoofdstuk 1: Bergen van Goud en IJzer. p. 8 Hoofdstuk 2: ‘Wy [wierden] voor boesem vrienden gehouden.’ p. 13 Het Traktaat van Marine p. 14 De Noordse Oorlog p. 18 Oranje en Stuart p. 24 Conclusie p. 29 Hoofdstuk 3: ‘Une pomme de discorde.’ p. 31 Navigatie, Commercie en Visserij p. 33 De vrede met Portugal p. 42 De educatie van Willem III p. 47 Conclusie p. 53 Conclusie p. 54 Bronnen p. 57 Bronnenuitgaven p. 57 Literatuur p. 59 1 Inleiding ‘On Tuesday May the 29. His Majesty [Karel II] made his Entrance into the City of London: and it is very remarkeable that Tuesdays are […] to be observed in our Almanacks. It was on a Tuesday that my late Lord King Charls, Father to this present King, was beheaded. It was on a Tuesday that this King was born. It was on a Tuesday that he received the intelligence at Brussells, that a way was made for his inauguration in England. It was on a Tuesday that he came from Brussells to Breda. It was on a Tuesday he was Proclaimed King.’2 De bovenstaande inleiding op een lofdicht voor koning Karel II geeft een kort overzicht van de gebeurtenissen die de weg plaveiden voor de Restauratie van de Engelse monarchie in 1660.
    [Show full text]
  • Wood Extract 'The Dutch Republic'
    Extract from Ellen Meiksins Wood: ‘The Dutch Republic’ Extract from Ellen Meiksins Wood: ‘The Dutch Republic’.1 In 1598 the Dutch child prodigy Huig de Groot, then barely fifteen years old, accompanied the Advocate of Holland, Johan van Oldenbarnevelt, on an extraordinary embassy from the States- General of the United Provinces to the French court. The purpose of the mission was to obtain whatever assistance it could from France against military threats to the Provinces' still precarious independence and stability as a free republic. Since William I (the Silent) of Orange had led a revolt of the Netherlands against Philip II of Spain in 1568, the Netherlands had been embroiled in more or less continuous conflict. Although the Dutch Republic was declared in 1588, the so-called Eighty Years' War with Spain would end only in 1648 with the Treaty of Westphalia; and throughout that period, which saw the Republic rise to extraordinary heights of economic and cultural success, its internal political life continued to be marked by intense civil strife. Oldenbarnevelt would play a central role in the formation of the Republic's political institutions and, as architect of the United East India Company, in its immense economic success, becoming effectively the leader of the Republic. Hugo Grotius, later known as the pioneer of international law and, according to some commentators, a major theorist of natural rights and even a founder of modern theories of natural law, began his precocious career as protege and then supporter of Oldenbarnevelt. While his close association with Oldenbarnevelt would … end badly when they fell victim to an especially ferocious factional dispute, his political ideas were rooted from beginning to end in the politics of the Dutch Republic, its civic conflicts and its vast commercial empire.
    [Show full text]
  • UCLA Electronic Theses and Dissertations
    UCLA UCLA Electronic Theses and Dissertations Title Righteous Citizens: The Lynching of Johan and Cornelis DeWitt,The Hague, Collective Violens, and the Myth of Tolerance in the Dutch Golden Age, 1650-1672 Permalink https://escholarship.org/uc/item/2636q95m Author DeSanto, Ingrid Frederika Publication Date 2018 Peer reviewed|Thesis/dissertation eScholarship.org Powered by the California Digital Library University of California UNIVERSITY OF CALIFORNIA Los Angeles Righteous Citizens: The Lynching of Johan and Cornelis DeWitt, The Hague, Collective Violence, and the Myth of Tolerance in the Dutch Golden Age, 1650-1672. A dissertation submitted in partial satisfaction of the requirements for the degree Doctor of Philosophy in History by Ingrid Frederika DeSanto 2018 ABSTRACT OF DISSERTATION Righteous Citizens: The Lynching of Johan and Cornelis DeWitt, The Hague, Collective Violence, and the Myth of Tolerance in the Dutch Golden Age, 1650-1672 by Ingrid Frederika DeSanto Doctor of Philosophy in History University of California, Los Angeles Professor Margaret C Jacob, Chair In The Hague, on August 20 th , 1672, the Grand Pensionary of Holland, Johan DeWitt and his brother Cornelis DeWitt were publicly killed, their bodies mutilated and hanged by the populace of the city. This dissertation argues that this massacre remains such an unique event in Dutch history, that it needs thorough investigation. Historians have focused on short-term political causes for the eruption of violence on the brothers’ fatal day. This work contributes to the existing historiography by uncovering more long-term political and social undercurrents in Dutch society. In doing so, issues that may have been overlooked previously are taken into consideration as well.
    [Show full text]
  • This Thesis Has Been Submitted in Fulfilment of the Requirements for a Postgraduate Degree (E.G
    This thesis has been submitted in fulfilment of the requirements for a postgraduate degree (e.g. PhD, MPhil, DClinPsychol) at the University of Edinburgh. Please note the following terms and conditions of use: This work is protected by copyright and other intellectual property rights, which are retained by the thesis author, unless otherwise stated. A copy can be downloaded for personal non-commercial research or study, without prior permission or charge. This thesis cannot be reproduced or quoted extensively from without first obtaining permission in writing from the author. The content must not be changed in any way or sold commercially in any format or medium without the formal permission of the author. When referring to this work, full bibliographic details including the author, title, awarding institution and date of the thesis must be given. JOHANNES SWARTENHENGST (1644-1711): A DUTCH CARTESIAN IN THE HEAT OF BATTLE ESTER BERTRAND PHD THESIS UNIVERSITY OF EDINBURGH & FREE UNIVERSITY OF BRUSSELS 2014 2 JOHANNES SWARTENHENGST (1644-1711): A DUTCH CARTESIAN IN THE HEAT OF BATTLE ESTER BERTRAND The painting on the title page, entitled The Stallion, is by the accomplished Dutch painter of equestrian scenes, Philips Wouwerman (1619-1668). In agreement with the Creative Commons Licence this copy was retrieved from the following website: http://www.wouwerman.org/ PHD THESIS UNIVERSITY OF EDINBURGH & FREE UNIVERSITY OF BRUSSELS JUNE 2014 Funded by the Research Foundation Flanders (FWO), the Free University of Brussels, and the University of Edinburgh I, Ester Bertrand, hereby certify that this thesis, which is approximately 95.000 words in length, has been written by me, that it is the record of work carried out by me and that it has not been submitted in any previous application for a higher degree.
    [Show full text]
  • 164238 Frans Grijzenhout.Pdf
    UvA-DARE (Digital Academic Repository) Between memory and amnesia: the posthumous portraits of Johan and Cornelis de Witt Grijzenhout, F. DOI 10.5092/jhna.2015.7.1.4 Publication date 2015 Document Version Final published version Published in Journal of Historians of Netherlandish Art Link to publication Citation for published version (APA): Grijzenhout, F. (2015). Between memory and amnesia: the posthumous portraits of Johan and Cornelis de Witt. Journal of Historians of Netherlandish Art, 7(1). https://doi.org/10.5092/jhna.2015.7.1.4 General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl) Download date:23 Sep 2021 Journal of Historians of Netherlandish Art Volume 7, Issue 1 (Winter 2015) Between
    [Show full text]
  • In Goede Orde Veranderlijk Geordineerd
    doi: 10.2143/GBI.37.0.3017262 IN GOEDE ORDE VERANDERLIJK GEORDINEERD SCHRIFTELIJKE BRONNEN OVER (MARMER)STENEN VLOEREN IN HET NEDERLANDSE INTERIEUR VAN DE 17DE EN 18DE EEUW INGER GROENEVELD Historische natuurstenen vloeren hebben iets magisch in Die visie ten aanzien van het voorkomen van natuurstenen een land dat van nature nauwelijks harde grond onder de vloeren in het Nederlandse interieur van de 17de eeuw is voeten kent.1 Ze zijn onlosmakelijk verbonden met onze overgenomen in verschillende binnen- en buitenlandse rijke handelsgeschiedenis: de binnenvaart over de Maas en kunsthistorische studies.5 de Schelde en de kleine vaart tussen Zweden en de Middel- landse Zee. De gepolijste, barstloze en regelmatig gelegde Na 2001 kwam er ten aanzien van de 18de eeuw een natuurstenen vloer – alsook de smetteloos geschuurde, zekere nuancering. Zo maakte het promotieonderzoek van knoestloze grenen vloer – is van oudsher verbonden met dr. Johan de Haan naar het Groninger interieur (2005) de legendarische properheid en deugdzaamheid van de – tussen de regels door – een aanzet tot (regionale) bij- Hollandse huisvrouw. De vloer werd in de schilderkunst stelling van het beeld dat in die eeuw enkel witmarmeren verbeeld als podium van huiselijke harmonie, met de bezem vloeren de toon zetten.6 (afb. 1) als deurwachter in de hoek. Sinds de eerste studies naar het Nederlandse historische interieur is het beeld van de Bovengenoemde studies ten spijt is er nog nooit afzonder- natuurstenen vloer in de 17de en 18de eeuw vooral bepaald lijk interieurhistorisch onderzoek gedaan naar de natuurste- geweest door de stilistische veronderstelling ‘patroonvloer, nen stenen vloer. Het ontbrak zodoende aan een op harde dus 17de eeuw’ en ‘witte marmeren vloer, dus 18de eeuw’.
    [Show full text]
  • 11 Corporate Governance
    144 11 Corporate governance MARJOLEIN ’T HART The Bank of Amsterdam´s commissioners: a strong network For almost 200 years, up to the 1780s, the Bank of Amsterdam operated to the great satisfaction of the mercantile elite. Its ability to earn and retain the confidence of the financial and commercial elite was highly dependent on its directors, the commissioners. An analysis of their backgrounds shows that many of them once held senior posts in the city council, although the number of political heavyweights decreased over time. The commissioners also took office at an increasingly younger age. After the first 50 years of the bank, they began to stay on in office longer, indicating a certain degree of professionalisation. The commissioners had excellent connections with stock exchange circles. The majority of them were merchants or bankers themselves, and they almost all had accounts with the bank. As a result, the commissioners formed a very strong network linking the city with the mercantile community. CORPORATE GOVERNANCE 145 François Beeldsnijder, 1688-1765, iron merchant and commissioner of the Bank of Amsterdam for 15 years Jan Baptista Slicher; Amsterdam, 1689-1766, burgomaster, merchant, VOC director and commissioner of the Bank of Amsterdam for 16 years A REVOLUTIONARY PROPOSAL This was the first time that the commissioners of the On 6 June 1797, in the wake of revolutionary upheaval, Bank of Amsterdam had come in for such sharp criticism. Amsterdam’s city council, which had itself undergone Of course, some aspects of the bank had been commented radical change, decided on a revolutionary put forward on before.
    [Show full text]
  • GRATIS Rampjaar 1672 Met Zijn Broer Cor- We Machtsverhoudingen Aan Het Mee De Republiek Banden Onder- V.D
    Heemstede AchteropLees het deze gemeentenieuwskrant het Gemeentenieuwsin deze krant de eemstederwww.heemsteder.nl | 0238200170 24 april 2019 In deze krant de 17de eeuws portret Adriaan Pauw STOMERIJ EN WASSERIJ H depot aangetroffen in gebouw van de Senaat SIGAREN SPECIAALZAAK PAUL MANS Heemstede - Op 12 april brach- Zandvoortselaan 157 - Heemstede - Tel. 023-5242809 ten leden van Probusclub Kenne- merland een georganiseerd be- zoek aan het Parlement in Den Haag en vond o.a. een rond- leiding plaats in de vergader- 2019: de warmste Koningsdag KONINGSDAG zalen van de Tweede Kamer en VAN 10.00 - 17.00 UUR de Eerste Kamer. Tot hun verras- ooit of niet? sing werd in het gebouw van de Heemstede - Vrijmarkten, mu- er een temperatuur van 19 gra- ZONDAG 28-04 Senaat een tot dan onbekend ziekoptredens en andere gezel- den voorspeld. De kans is daar- geschilderd portret aangetrof- lige activiteiten. Allemaal Ko- mee groot dat dit de warmste Ko- fen van raadpensionaris Adri- ningsdagactiviteiten die op 27 ningsdag ooit wordt sinds de in- aan Pauw die deze functie twee- april vaak buiten plaatsvinden. voering van Koningsdag in 2014. OPEN! maal vervulde, van 1630 tot 1636 Het weer op deze feestdag is dan Onlangs werd de voorspelling VAN 12.00 - 17.00 UUR en van 1651 tot zijn overlijden in ook een veelbesproken onder- echter bijgesteld naar 13 graden. 1653. werp. Kan Heemstede zich opma- Afwachten dus. De Heemsteder ken voor een warme en zonnige wenst in ieder geval iedereen een Vaak afgebeeld Konigsdag? Aanvankelijk werd mooie Koningsdag toe. Adriaan Pauw, die zich in het bui- tenland veelal liet aanpreken als ‘Heemstede’, is talrijke malen ge- Chinees Restaurant portretteerd.
    [Show full text]