Natuurstudie in De Kaaistoep

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Natuurstudie in De Kaaistoep Natuurstudie in De Kaaistoep Verslag over 2020 26e onderzoeksjaar Natuurstudie in De Kaaistoep Verslag over 2020 26e onderzoeksjaar 1 Colofon Voor informatie over dit onderzoek kunt u contact opnemen met: KNNV-afdeling Tilburg Secretariaat: Marie-Cécile van de Wiel Email: [email protected] Telefoon: 013-5436541 Website: www.knnv.nl/tilburg Het onderzoek in De Kaaistoep is mogelijk gemaakt dankzij de beschikbaarstelling van onderzoeksterreinen door de TWM Gronden BV, van onderzoeksfaciliteiten door Natuurmuseum Brabant en van deskundigheid en mankracht door de KNNV-afdeling Tilburg. Het bij dit onderzoek verzamelde en geconserveerde onderzoeksmateriaal is deels opgenomen in de collecties van Natuurmuseum Brabant en is toegankelijk voor wetenschappelijk onderzoek. ISBN: 9789082615739 NUR-code: 410 Redactie jaarverslag over 2020: Theo Peeters, André van Eck & Tineke Cramer (mei 2021). Eindredactie Theo Peeters: email: [email protected]. De redactie is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de afzonderlijke stukken. Artikelen graag als volgt citeren: Heeffer, J., 2021. Libellen in De Kaaistoep in 2020: 29-32. In: T. Peeters, A. van Eck & T. Cramer (red.), Natuurstudie in De Kaaistoep. Verslag over 2020, 26e onderzoeksjaar. - TWM Gronden BV, Natuurmuseum Brabant & KNNV-afdeling Tilburg, 210 pp. © Indien u gegevens uit dit jaarverslag wilt gebruiken neem dan contact op met het secretariaat van de afdeling. 2 Redactioneel U leest het verslag over het jaar 2020, een bijzonder jaar, een coronajaar. In maart werd een eerste lockdown ingevoerd. Gevolg was o.a. dat ons symposium met de geplande boekpresentatie over 25 jaar onderzoek in De Kaaistoep niet door kon gaan. In april werden de eerste boeken dan toch rondgedeeld, want we waren intussen natuurlijk wel nieuwsgierig geworden. De presentatie verviel, maar met een mooie fototentoonstelling van enkele weken in galerie De Roos werd flink reclame gemaakt. Maar er was meer reclame. De besprekingen in kranten en tijdschriften waren lovend en onze ‘Kaaistoeptegel’ werd tevens genomineerd voor de Jan Wolkersprijs. Verder zorgde het Kaaistoepboek zelf voor de nodige mond-tot-mond-reclame. In plaats van het symposium werd later in het jaar, op 2 oktober, een rechtstreekse internetuitzending gemaakt met onderzoekers van De Kaaistoep en gasten onder leiding van Frank van Pamelen. Paul van Wielink, met aan zijn zijde Gea, werd op deze avond verrast met de T-trofee uitgereikt door wethouder Mario Jacobs voor 25 jaar van inspanningen, netwerken en spreekbuis zijn van het onderzoek in De Kaaistoep. Inmiddels zijn we een jaar verder en hebben we nog steeds niet de vrijheid van voor corona terug. De natuur heeft er echter niet onder geleden. Integendeel die heeft er wellicht op allerlei manieren van geprofiteerd. Of was de drukte in de natuurgebieden lokaal toch teveel? Wat deze tijd voor gevolgen heeft op de natuur is (nog) niet duidelijk maar laten we hopen dat het wel doorwerkt op onze soort: de mens. Dat wij met z’n allen toch wat meer aan onze manier van leven, gezondheid gaan denken, meer naar buiten gaan en de natuur meer gaan waarderen en beschouwen als een essentieel onderdeel van ons leven. Al die beperkingen heeft de onderzoekers echter niet of nauwelijks weerhouden verder te gaan met hun passie. Dat blijkt wel uit het grote aanbod van artikelen in dit jaarverslag. Maar liefs 32 stukken kregen we toegestuurd en dat resulteerde in een extra dikke versie van het verslag. Als we kort door de inhoud scrollen zien we dat ook dit jaar de flora en fungi met in totaal drie artikelen slecht zijn vertegenwoordigd. De rest gaat vooral over dieronderzoek. De ongewervelden vormen daarvan de grootste portie maar ook over amfibieën en vogels gaan zes verslagen. Helaas lezen we in het artikel van de vogelringers ook over het verlies van twee ringers van het het eerste uur nl. Walther Snoeren en Bert de Kort. Als eerbetoon aan hun stelde Ger Bogaerts enkele foto’s ter beschikking. En zoals gewoonlijk zou de beheerder Jaap van Kemenade het verslag afsluiten met een overzicht van de beheerswerkzaamheden. Echter dit jaar waren er nog enkele extra activiteiten. De insectenwerkgroep deed, mede op verzoek van de Radboud Universiteit in Nijmegen, in het coronajaar onderzoek met behulp van malaisevallen in zowel De Brand als De Kaaistoep. Dat kwam achteraf gezien goed uit want het wekelijks legen van de malaiseval (een vangtent voor het vangen van vooral vliegende insecten), het sorteerwerk en het determineerwerk is toch voornamelijk een solitaire bezigheid. 3 De malaiseval in De Kaaistoep stond op nagenoeg dezelfde plek als eenzelfde vangtent in 1998 had gestaan en werd geleegd en gesorteerd door Paul. Met acht artikelen in dit jaarverslag wordt een flink aantal resultaten van de vangsten van de malaiseval gepresenteerd. Veel materiaal van de malaiseval in De Kaaistoep is nog niet gedetermineerd. Vooral de bewerking van de Diptera en Hymenoptera zullen nog de nodige nieuwe soorten opleveren; maar daarover volgend jaar meer. En we sluiten het jaarverslag dit keer af met een overzicht van de nieuwe soorten voor De Kaaistoep. Ad Mol, die ook de soortenlijst in het Kaaistoepboek coördineerde, heeft een update gemaakt van het totaal aantal soorten die zijn waargenomen in De Kaaistoep. Aan het totaal in het Kaaistoepboek konden maar liefs 264 nieuwe soorten worden toegevoegd, waarmee we voorlopig op 9.248 soorten uitkomen. Als we in 2021 weer zo goed ons best doen en tevens nog waarneming.nl afstruinen komt de 10.000 in zicht. Met dit mooie vooruitzicht wensen we jullie veel leesplezier. Blijf gezond, vrolijk en verbonden met je liefsten en tenslotte nog een leerzame voortzetting van 2021. Theo Peeters, Tineke Cramer & André van Eck 4 Inhoud Onderwerp Auteur(s) Blz. Titelpagina 1 Colofon 2 Redactioneel 3 Inhoud Jaarverslag over 2020 5 - Floristische inventarisatie van de bermen Guido Stooker & Jan van de Wiel 7 - Floristische aantekeningen Kaaistoep 2020 Guido Stooker 15 - Paddenstoelenflora in De Kaaistoep in 2018 & 2020 Luciën Rommelaars 19 - Enkele nieuwe hooiwagensoorten (Oplilones) Jinze Noordijk 25 - Libellen in De Kaaistoep in 2020 Johan Heeffer 29 - Wantsen (Hemiptera: Heteroptera) op licht in 2020 Berend Aukema 33 - Bewoners van de Italiaanse populier bij de hut Paul van Wielink 39 - Aanvullingen Ichneumonidenlijst Kaaistoepboek Kees Zwakhals 45 - Wespen in De Kaaistoep in 2020 Wim Klein 47 - Overige kevers in pijpvallen in De Kaaistoep in 2018 Emiel Bouvy 51 - Overige kevers in pijpvallen in De Kaaistoep in 2019 Emiel Bouvy 59 - Nieuwe keversoorten voor De Kaaistoep Paul van Wielink & Emiel Bouvy 69 - Enkele mierengasten onder de vliegen Jan Willem van Zuijlen 71 - Nachtvlinders in De Kaaistoep in 2020 Guido Stooker & Henk Spijkers 75 - Dagvlinders in De Kaaistoep & De Sijsten in 2020 Guido Stooker 81 - Pijpen, potten en emmers in 2019 & 2020 Ron Felix et al. 91 - Boomkikker Ron Felix 97 - Knoflookpad Ron Felix 103 - Bloedafname in Vogelringstation Jurrian van Irsel 107 - Broedvogels van De Sijsten in 2020 Guido Stooker 109 - Vogels waterwingebied De Kaaistoep in 2020 Jan van Gameren & Henk Spijkers 115 - Vogeltelling in Kaaistoep-West in 2020 Ben Akkermans 121 - Beheer in De Kaaistoep en omgeving in 2020 Jaap van Kemenade 131 Malaisevalvangsten in De Kaaistoep in 1998 en 2020 - Malaiseval De Kaaistoep 1998 & 2020 Paul van Wielink 135 - Libellen malaiseval De Kaaistoep 1998 & 2020 Mily Verpraet 141 - Sprinkhanen malaiseval De Kaaistoep 1998 & 2020 Emiel Bouvy & Paul van Wielink 145 - Neuroptera 2020 Ad Mol 149 - Bladwespen in De Kaaistoep in 1998 & 2020 Ad Mol 153 - Kevers malaiseval De Kaaistoep 1998 & 2020 Paul van Wielink 169 - Nachtvlinders malaiseval De Kaaistoep 1998 & 2020 Henk Spijkers et al. 185 - Dagvlinders malaiseval De Kaaistoep 1998 & 2020 Paul van Wielink 193 Overzicht van nieuwe soorten in De Kaaistoep Ad Mol 197 Bijlage A. Plattegrond van De Kaaistoep [binnenflap voorkant]. Bijlage B. Poelen in De Kaaistoep [binnenflap achterkant]. 5 6 Floristische inventarisatie van de bermen langs de Keistoep-Heisteeg in 2020 Guido Stooker & Jan van de Wiel Na twee jaar hebben Jan en ik in 2020 voor de tweede maal genoemde bermen onderzocht op de presentie/abundantie van hogere vaatplanten. Voor een nadere beschrijving van de achtergronden, methodiek en resultaten van de eerste inventarisatie wordt verwezen naar het Jaarverslag Kaaistoep, seizoen 2018 (Stooker & van de Wiel 2019). De bermen zijn gelegen aan weerszijden van de parallelweg langs de A58 (Keistoep/Heisteeg). Omdat de terreincondities en daarmee ook de floristische soortenrijkdom van de zuidelijke berm (aan de zijde van de snelweg) en de noordelijke berm (aan de zijde van het natuurgebied) nogal van elkaar verschillen, zijn beide bermen apart geïnventariseerd. In de tabellen wordt daarom bijvoorbeeld de zuidelijke berm van de Keistoep aangeduid met de afkorting KS-z en de noordelijke berm van de Heisteeg met HS-n. Het gedeelte van de Heisteeg dat een laanbomenbeplanting kent, wordt HS-l genoemd. Net als de vorige keer is vroeg in het jaar gestart om de voorjaarssoorten mee te kunnen pikken en we zijn tot in juli doorgegaan om een volledig beeld te krijgen van de zomerbloeiers en de abundantie van een aantal late soorten. Om een voorbeeld te geven: van de massale aanwezigheid van de exoot Bezemkruiskruid kregen we pas in juli een goed beeld (figuur 1). Figuur 1. In juli werden de bermen gedomineerd door het gele Bezemkruiskruid (foto Guido Stooker). Methode Er zijn bij elkaar 7 dagdelen van meestal ongeveer 2 uur aan de inventarisatie besteed (31/3, 8/5, 18/5, 29/5, 2/6, 20/6 en 6/7). De aangetroffen planten werden op een protocolformulier genoteerd en qua presentie/abundantie meteen voorzien van een geschatte Tansley-code. De soortenlijstjes en verschillende notities per soort per datum zijn naderhand geïntegreerd, waarbij in principe de hoogste code werd aangehouden. 7 Bespreking van de soortenlijst De berm is in 2017 ingezaaid met een ter plaatste thuishorend zaadmengsel, kenmerkend voor droge zandige bermen in de Kempische regio (zie Stooker & van de Wiel 2019).
Recommended publications
  • Inter-Parasitic Interactions in Myrmica Ants: Ectoparasitic Fungus Affecting the Success of Socially Parasitic Caterpillars
    Inter-Parasitic Interactions in Myrmica Ants: Ectoparasitic Fungus Affecting the Success of Socially Parasitic Caterpillars András Tartally ( [email protected] ) University of Debrecen Norbert Szabó University of Debrecen Anna Ágnes Somogyi University of Debrecen Ferenc Báthori University of Debrecen Danny Haelewaters Ghent University András Mucsi Bezerédi str. 10, Cibakháza Ágnes Fürjes-Mikó University of Sopron-Forest Research Institute David R. Nash University of Copenhagen Research Article Keywords: Complex interactions, Maculinea, Myrmica scabrinodis, Parasitology, Phengaris alcon, Rickia wasmannii Posted Date: July 20th, 2021 DOI: https://doi.org/10.21203/rs.3.rs-712976/v1 License: This work is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License. Read Full License Page 1/25 Abstract Exploitation of organisms by multiple parasite species is common in nature, but interactions among parasites have rarely been studied. Myrmica ants are rich in parasites. Among others, the ectoparasitic Rickia wasmannii fungus and the socially parasitic caterpillars of myrmecophilous Phengaris butteries often infect the same Myrmica colonies. In this study, we examined the effects of R. wasmannii on the adoption, long-term development, and survival of P. alcon. In laboratory conditions, caterpillars introduced into nests of Myrmica scabrinodis uninfected with R. wasmannii survived signicantly longer compared to caterpillars introduced into infected nests. In the eld, joint infection was less common than expected if both parasites exploited M. scabrinodis colonies independently. Pre-pupal caterpillars of P. alcon were somewhat larger in nests infected with R. wasmannii than those found in uninfected nests. Based on these results it seems that R. wasmannii infection of M. scabrinodis affects the survival and development of P.
    [Show full text]
  • Linear and Non-Linear Effects of Goldenrod Invasions on Native Pollinator and Plant Populations
    Biol Invasions (2019) 21:947–960 https://doi.org/10.1007/s10530-018-1874-1 (0123456789().,-volV)(0123456789().,-volV) ORIGINAL PAPER Linear and non-linear effects of goldenrod invasions on native pollinator and plant populations Dawid Moron´ . Piotr Sko´rka . Magdalena Lenda . Joanna Kajzer-Bonk . Łukasz Mielczarek . Elzbieta_ Rozej-Pabijan_ . Marta Wantuch Received: 28 August 2017 / Accepted: 7 November 2018 / Published online: 19 November 2018 Ó The Author(s) 2018 Abstract The increased introduction of non-native and native plants. The species richness of native plants species to habitats is a characteristic of globalisation. decreased linearly with goldenrod cover, whereas the The impact of invading species on communities may abundance and species richness of bees and butterflies be either linearly or non-linearly related to the decreased non-linearly with increasing goldenrod invaders’ abundance in a habitat. However, non-linear cover. However, no statistically significant changes relationships with a threshold point at which the across goldenrod cover were noted for the abundance community can no longer tolerate the invasive species and species richness of hover flies. Because of the non- without loss of ecosystem functions remains poorly linear response, goldenrod had no visible impact on studied. We selected 31 wet meadow sites that bees and butterflies until it reached cover in a habitat encompassed the entire coverage spectrum of invasive of about 50% and 30–40%, respectively. Moreover, goldenrods, and surveyed the abundance and diversity changes driven by goldenrod in the plant and of pollinating insects (bees, butterflies and hover flies) D. Moron´ (&) Ł. Mielczarek Institute of Systematics and Evolution of Animals, Polish Department of Forests and Nature, Krako´w Municipal Academy of Sciences, Sławkowska 17, 31-016 Krako´w, Greenspace Authority, Reymonta 20, 30-059 Krako´w, Poland Poland e-mail: [email protected] e-mail: [email protected] P.
    [Show full text]
  • Gaddsteklar I Östergötland – Inventeringar I Sand- Och Grusmiljöer 2002-2007, Samt Övriga Fynd I Östergötlands Län
    Gaddsteklar i Östergötland Inventeringar i sand- och grusmiljöer 2002-2007, samt övriga fynd i Östergötlands län LÄNSSTYRELSEN ÖSTERGÖTLAND Titel: Gaddsteklar i Östergötland – Inventeringar i sand- och grusmiljöer 2002-2007, samt övriga fynd i Östergötlands län Författare: Tommy Karlsson Utgiven av: Länsstyrelsen Östergötland Hemsida: http://www.e.lst.se Beställningsadress: Länsstyrelsen Östergötland 581 86 Linköping Länsstyrelsens rapport: 2008:9 ISBN: 978-91-7488-216-2 Upplaga: 400 ex Rapport bör citeras: Karlsson, T. 2008. Gaddsteklar i Östergötland – Inventeringar i sand- och grusmiljöer 2002-2007, samt övriga fynd i Östergötlands län. Länsstyrelsen Östergötland, rapport 2008:9. Omslagsbilder: Trätapetserarbi Megachile ligniseca Bålgeting Vespa crabro Finmovägstekel Arachnospila abnormis Illustrationer: Kenneth Claesson POSTADRESS: BESÖKSADRESS: TELEFON: TELEFAX: E-POST: WWW: 581 86 LINKÖPING Östgötagatan 3 013 – 19 60 00 013 – 10 31 18 [email protected] e.lst.se Rapport nr: 2008:9 ISBN: 978-91-7488-216-2 LÄNSSTYRELSEN ÖSTERGÖTLAND Förord Länsstyrelsen Östergötland arbetar konsekvent med för länet viktiga naturtyper inom naturvårdsarbetet. Med viktig menas i detta sammanhang biotoper/naturtyper som hyser en mångfald hotade arter och där Östergötland har ett stort ansvar – en stor andel av den svenska arealen och arterna. Det har tidigare inneburit stora satsningar på eklandskap, Omberg, skärgården, ängs- och hagmarker och våra kalkkärr och kalktorrängar. Till dessa naturtyper bör nu också de öppna sandmarkerna fogas. Denna inventering och sammanställning visar på dessa markers stora biologiska mångfald och rika innehåll av hotade och rödlistade arter. Detta är ju bra nog men dessutom betyder de solitära bina, humlorna och andra pollinerande insekter väldigt mycket för den ekologiska balansen och funktionaliteten i naturen.
    [Show full text]
  • Aculeate Conservation Group/ Hymettus Report for 2006
    Aculeate Conservation Group/ Hymettus Report for 2006 1. Background to 2006 Research. 1.1 During 2006 a new body, Hymettus Ltd., was constituted. Hymettus will take over and extend the role of the Aculeate Conservation Group. This report deals with research originally agreed at the 2005 ACG Annual Review and funded by English Nature (now also re-incarnated as Natural England), but executed under Hymettus Ltd.. During 2006 work was financially supported by English Nature, Earthwatch, Syngenta and the RSPB in accordance with the relevant Annex a documents, which see for details. 1.2 2005 Projects are reported in the following order of taxonomic group: ants, wasps, bees, other projects. 2. Ant Projects. 2.1 Formica exsecta 2.1.1 At the 2005 Review meeting Stephen Caroll was asked to enquire of the Devon Trust as to whether they would be prepared to consider looking at the possibility of proposing a landscape project for the Bovey Basin which would include the habitat requirements of Formica exsecta and , if so, whether a contribution from the ACG towards the costs of looking at this would be appropriate. 2.1.2 The Trust received this request enthusiastically and have submitted a copy of Andrew Taylor’s (their Officer) Report. Stephen Caroll will be able to bring us up to date with developments at the Review meting. The Report is presented here (appendices may be obtained from Mike Edwards): Landscape-scale habitat work in Devon’s Bovey Basin Report to Hymettus Limited, October 2006 1. Introduction The Bovey Basin is located in the Teignbridge district of South Devon.
    [Show full text]
  • Development of Microsatellite Loci and Optimization of a Multiplex Assay
    www.nature.com/scientificreports OPEN Development of microsatellite loci and optimization of a multiplex assay for Latibulus argiolus (Hymenoptera: Ichneumonidae), the specialized parasitoid of paper wasps Agata Kostro‑Ambroziak1*, Anna Siekiera2, Magdalena Czajkowska3, Jan J. Pomorski2 & Hanna Panagiotopoulou2 Microsatellite loci are commonly used markers in population genetic studies. In this study, we present 40 novel and polymorphic microsatellite loci elaborated for the ichneumonid parasitoid Latibulus argiolus (Rossi, 1790). Reaction condition optimisation procedures allowed 14 of these loci to be co-amplifed in two PCRs and loaded in two multiplex panels onto a genetic analyser. The assay was tested on 197 individuals of L. argiolus originating from ten natural populations obtained from the host nests of paper wasps. The validated loci were polymorphic with high allele numbers ranging from eight to 27 (average 17.6 alleles per locus). Both observed and expected heterozygosity values were high, ranging between 0.75 and 0.92 for HO (mean 0.83) and from 0.70 to 0.90 for HE (mean 0.85). The optimized assay showed low genotyping error rate and negligible null allele frequency. The designed multiplex panels could be successfully applied in relatedness analyses and genetic variability studies of L. argiolus populations, which would be particularly interesting considering the coevolutionary context of this species with its social host. Te ichneumonid wasp Latibulus argiolus (Rossi, 1790) of the subfamily Cryptinae (Hymenoptera: Ichneumo- nidae) is a specialized ectoparasitoid of social paper wasps (Polistes Latreille, 1802) with respect to its larvae and pupae1,2. Because parasitoids use only one host for their full larval development3, they are under strong natural selection that in turn leads to optimal exploitation of the host 4.
    [Show full text]
  • Heathlands a Lost World?
    Heathlands A Lost World? Mattias Lindholm Institutionen för biologi och miljövetenskap Naturvetenskapliga fakulteten Akademisk avhandling för filosofie doktorsexamen i naturvetenskap med inriktning biologi, som med tillstånd från Naturvetenskapliga fakulteten kommer att offentligt försvaras fredag den 24 maj 2019, kl. 10.00 i Hörsalen, Botanhuset, Institutionen för biologi och miljövetenskap, Carl Skottsbergs gata 22B, Göteborg. Fakultetsopponent är Docent Erik Öckinger, Institutionen för ekologi, Sveriges lantbruksuniversitet, Uppsala. Heathlands – A Lost World? Mattias Lindholm Department of Biological and Environmental Sciences University of Gothenburg Box 461 SE405 30 Göteborg Sweden E-mail: [email protected] © Mattias Lindholm 2019 Cover: Heathland. Illustration by Per Axell ISBN 978-91-7833-446-9 (Printed) ISBN 978-91-7833-447-6 (PDF) http://hdl.handle.net/2077/59796 Printed by BrandFactory Group AB 2019 Till Valle och Arvid Figure 1. Arnica montana. Illustration by Kerstin Hagstrand-Velicu. Lindholm M. (2019) Heathlands – A Lost World? Mattias Lindholm, Department of Biological and Environmental Sciences, University of Gothenburg, Box 461, SE405 30 Göteborg, Sweden E-mail: [email protected] Keywords Heathland, Calluna, Conservation, Coleoptera, Carabidae, Lycosidae, Management, Restoration, Conservation strategy Abstract Heathland is a familiar landscape type in southwest Sweden. It is open with few trees, and the vegetation is dominated by dwarf-shrubs growing on nutrient-poor soils. Dry heaths with Heather Calluna vulgaris and wet heaths with Bell Heather Erica tetralix are common vegetation communities in the heathland, and they often form mosaics. The heathland landscape is highly threatened, with large substantial areal losses of 95% in Sweden since the 1800s. Heathland supports around 200 red-listed species, including plants, insects, birds and reptiles.
    [Show full text]
  • Aculeate Bee and Wasp Survey Report 2015/16 for the Knepp Wildland Project
    Aculeate bee and wasp survey report 2015/16 for the Knepp Wildland Project Thomas Wood and Dave Goulson School of Life Sciences, The University of Sussex, Falmer, BN1 9QG Methodology Aculeate bees and wasps were surveyed on the Knepp Castle Estate as part of their biodiversity monitoring programme during the 2015/2016 seasons. The southern block, comprising 473 hectares, was selected for the survey as it is the most extensively rewilded section of the estate. Nine areas were identified in the southern block and each one was surveyed by free searching for 20 minutes on each visit. Surveys were conducted on April 13th, June 3rd and June 30th in 2015 and May 20th, June 24th, July 20th, August 7th and August 12th in 2016. Survey results and species of note A total of 62 species of bee and 30 species of wasp were recorded during the survey. This total includes seven bee and four wasp species of national conservation importance (Table 1, Table 2). Rarity classifications come from Falk (1991) but have been modified by TW to take account of the major shifts in abundance that have occurred since the publication of this review. The important bee species were Andrena labiata, Ceratina cyanea, Lasioglossum puncticolle, Macropis europaea, Melitta leporina, Melitta tricincta and Sphecodes scabricollis. Both A. labiata and C. cyanea show no particular affinity for clay. Both forage from a wide variety of plants and are considered scarce nationally for historical reasons and for their restricted southern distribution. M. leporina and M. tricincta are both oligolectic bees, collecting pollen from one botanical family only.
    [Show full text]
  • Term Review of the EU Biodiversity Strategy to 2020 in Relation to Target 3A – Agriculture
    Service contract to support follow-up actions to the mid- term review of the EU biodiversity strategy to 2020 in relation to target 3A – Agriculture Final Report 19th June 2017 Funded by European Commission, DG Environment In collaboration with 2 Disclaimer: The arguments expressed in this report are solely those of the authors, and do not reflect the opinion of any other party. The report as a whole should be cited as follows: Siriwardena, G. and Tucker, G. (eds) (2017) Service contract to support follow-up actions to the mid-term review of the EU biodiversity strategy to 2020 in relation to target 3A – Agriculture. Report to the European Commission, Institute for European Environmental Policy, London. The following individual chapters should be cited as follows: Chapter 2: Siriwardena, G and Pringle, H (2017) Development of a methodology for the assessment of potential agriculture-related drivers on the status of habitats and species. In G Siriwardena & G Tucker (eds) Service contract to support follow-up actions to the mid-term review of the EU biodiversity strategy to 2020 in relation to target 3A – Agriculture, pp 25-48. Report to the European Commission, Institute for European Environmental Policy, London. Chapter 3: Pringle, H, Koeble, R, Paracchini M L, Rega, C, Henderson, I, Noble, D, Gamero, A, Vorisek, P, Škorpilová, J, Schmucki, R, Siriwardena, G, Allen, B, and Tucker, G (2017) Review of data sources and preparation of a metadatabase. In G Siriwardena & G Tucker (eds) Service contract to support follow-up actions to the mid-term review of the EU biodiversity strategy to 2020 in relation to target 3A – Agriculture, pp 49-60.
    [Show full text]
  • Butterflies of Hungary
    Butterflies of Hungary Naturetrek Tour Report 18 - 25 June 2013 Beautiful Demoiselle by Gerard Gorman Lesser Purple Emperors attracted to Wolf Scat. – by Gerard Gorman Yellow-legged Tortoiseshell by Jon King Woodland Brown by David Alred Report compiled by Rob Parker Images courtesy of Gerard Gorman, Jon King and David Alred Naturetrek Cheriton Mill Cheriton Alresford Hampshire SO24 0NG England T: +44 (0)1962 733051 F: +44 (0)1962 736426 E: [email protected] W: www.naturetrek.co.uk Tour Report Butterflies of Hungary Tour Leader: Rob Parker Naturetrek Lepidopterist Gerard Gorman Local Guide & Tour Manager Participants: Kay Adamson David Alred Joan Alred Bill Furse John Helps Gwen Holyman Jon King Peter Westgate Judy Westgate Michael Wheeler Ray Witt Day 1 Tuesday 18th June In Transit Weather: Fine At Budapest Airport, recently re-named for Liszt, we were joined by Kay and met by our local guide Gerard. Our cheerful and experienced driver, Istvan loaded our luggage and we were soon on our way. Readers should note that we executed the tour in the reverse direction to previous years. We made a brief stop at a motorway service area on the M3 near the village of Ludas. Here, we met a little moth that we were to see everywhere for the rest of the week; the Nine-spotted, Syntomis phegea. We continued our journey to the Bukk Hills, just beyond Eger in north-east Hungary, finishing at the uphill end of Noszvaj, where the Hotel Nomad nestles in a tranquil wooded bowl. We arrived with time to explore the extensive grounds of the hotel and the adjacent lakeside before dinner.
    [Show full text]
  • Tarnava Mare 2015 Biodiversity Survey Summary Report
    Tarnava Mare 2015 Biodiversity Survey Summary Report Report editor: Dr Bruce Carlisle – Geography & Environment, Northumbria University. Science team: Stephen Brennan, Silvia Cojocaru, Chloe Dalglish, Paul Leafe, Chris Ledbury, Olivia Norfolk, James O’Neill, Huma Pearce, Helen Rawlinson, Warwick Wainwright. Assisted by: Georgina Scott, Serban Tudor, Marcela Mann, Dragos Luntraru, Alin-Marius Nicula, Mihaela Hojbota, Andrei Nicoara, Bogdan Ciortan. With thanks to all the staff at Fundatia ADEPT, Cristi Malos – Babes-Bolyai University, all the dissertation students and volunteers. Contents 1.0 Introduction....................................................................................................................................... 2 2.0 Methods ............................................................................................................................................ 3 2.1 Farmer interviews ......................................................................................................................... 4 2.2 Land cover ..................................................................................................................................... 4 2.3 Grassland plants ............................................................................................................................ 4 2.4 Grassland butterflies ..................................................................................................................... 5 2.5 Birds ..............................................................................................................................................
    [Show full text]
  • Richtlijn Plaatsing Honingbijkasten Op Heideterreinen Van Defensie 2021 Richtlijn Plaatsing Honingbijkasten Op Heideterreinen Van Defensie
    EIS Kenniscentrum Insecten en andere ongewervelden Stichting EIS is het kenniscentrum voor insecten en andere ongewervelden. De stichting doet onderzoek en geeft adviezen over beleid en beheer. Daar- naast houden we ons bezig met voorlichting en educatie. We hebben een brede kennis over de ecologie, verspreiding en bescherming van ongewer- velden. Het bureau werkt samen met ruim 3000 vrijwilligers verdeeld over meer dan 60 werkgroepen, elk gericht op een specifieke diergroep. Door dit netwerk van specialisten en vrijwilligers hebben we naast goede kennis over populaire groepen zoals libellen en sprinkhanen ook ruime expertise met be- John T. Smit, trekking tot andere insecten en ongewervelden. EIS Kenniscentrum Insecten Theo Zeegers & is daardoor in staat om projecten uit te voeren met betrekking tot een grote Linde Slikboer diversiteit aan diergroepen. Richtlijn plaatsing honingbijkasten op heideterreinen van defensie 2021 Richtlijn plaatsing honingbijkasten op heideterreinen van defensie maart 2021 tekst John T. Smit, Theo Zeegers & Linde Slikboer productie EIS Kenniscentrum Insecten, Leiden rapportnummer EIS2021-05 opdrachtgever Rijksvastgoedbedrijf contactpersonen opdrachtgever Arno Braam, Jos Swart & Theo Linders contactpersoon EIS John T. Smit foto’s voorpagina Hoofdfoto: Deel van de honingbijkasten die op Havelte stonden in 2020. Foto: John Smit. Inzet: Vrouwtje van de ernstig bedreigde en zeer zeldzame ericabij Megachile analis, een soort die volledig afhankelijk is van dopheide. Foto: John Smit. foto achterkant Mannetje van de
    [Show full text]
  • Horizontal Transfer of Wolbachia Between Different Hymenopteran
    Horizontal transfer of Wolbachia between different Hymenopteran host‐parasitoid pairs Aileen Berasategui López th 1 26 September 2011 Master thesis by Aileen Berasategui López University of Bremen September 2011 Supervisors: Prof. Dr. Thomas Hoffmeister Dr. Martin Kaltenpoth 2 To my family 3 “For the present, I suggest that any doubting readers should “look out of the window” and list every organism they can see. I can guarantee that most, probably all, organisms on the list are a product of symbiosis.” Angela E. Douglas 4 Acknowledgements It has been a while already since I left home to study biology in Oviedo. I always thought I would come back home after College, but life turned my plans upside down giving me the opportunity to do my degree’s last year abroad. Now that I have finished my master in Germany, I would like to thank the people that have helped me through these last years. I would first like to thank Prf. Dr. Thomas Hoffmeister, who gave me the opportunity to continue my studies in Ecology in University of Bremen, which ultimately opened for me the doors of science. I am extremely thankful to my supervisor Dr. Martin Kaltenpoth, for teaching me everything I know about insect symbiosis. Thank you for making of the lab such a nice atmosphere, for encouraging us to develop as critical scientists and to provide us with all the resources (technical but also personal) we need to do our best. I would also like to thank Dr. Oliver Niehuis, Thomas Schmitt and Mareike Wurdack for providing some of the samples I have used in this project and Dr.
    [Show full text]