Onderzoek Mobiliteit Noord

december 2019 In oktober 2019 is in opdracht van de gemeente een grootschalig onderzoek uitgevoerd onder inwoners van Amsterdam Noord naar hun ervaringen rond mobiliteit en bereikbaarheid van en binnen Noord. De bereikbaarheid per auto, fiets en te voet wordt positiever beoordeeld dan de bereikbaarheid per openbaar vervoer. De bereikbaarheid per fiets vindt 56 procent goed tot zeer goed, per auto 55 procent, te voet 53 procent en per OV 36 procent.

Bereikbaarheid per gebied speelruimte is, behalve in Noordelijke IJ- Voor elk vervoermiddel verschilt de oevers West, aanmerkelijk minder steun, beoordeling van de bereikbaarheid duidelijk vooral in / en Banne per gebied. De bereikbaarheid per auto wordt . Hoger opgeleiden zijn van verlagen ten oosten van de Nieuwe Leeuwarderweg van de maximumsnelheid, autodelen en het hoger gewaardeerd dan ten westen daarvan. opheffen van parkeerplaatsen veel vaker De bereikbaarheid per OV wordt rond de voorstander dan lager opgeleide bewoners van metrohaltes en pontverbindingen positiever Noord. beoordeeld dan in buurten verder daarvandaan, en door bewoners die vaker met Knelpunten en oplossingen de metro reizen positiever dan mensen die Als knelpunt in de bereikbaarheid worden vaker met de bus gaan. vooral de veerverbindingen, het ontbreken van een brug of tunnel over het IJ en slechte (niet Steun mogelijke maatregelen directe) busverbindingen genoemd. Het verlagen van de maximumsnelheid op Aangedragen oplossingen liggen daarmee in bepaalde wegen en het uitbreiden van het lijn en gaan meestal over verbeteren van het aantal veilige oversteekplaatsen voor OV-netwerk of verbeteren van de verbinding voetgangers en fietsers vindt ongeveer de helft over het IJ. Zowel bruggen als tunnels voor van de inwoners van Noord een goed idee en fietsers en voetgangers worden veel genoemd, ongeveer een kwart geen goed idee. Voor evenals het verbeteren (of herstellen) van autodelen en het opheffen van (directe) busverbindingen. parkeerplaatsen ten gunste van groen of

beoordeling van de bereikbaarheid van en binnen Noord per vervoermiddel

100% 2% 9% 3% 3% 7% 90% 11% 14% 14% 80% 22% 30% Zeer slecht 70% 32% 27% 30% 60% Slecht 33% 50% 26% Voldoende 40% 40% 38% 30% 43% Goed 25% 29% 20% Heel goed 10% 18% 15% 11% 10% 10% 0% auto ov fiets te voet auto-parkeren

2 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Inhoudsopgave

Inleiding ...... 5

Doel en achtergrond ...... 5 Vragenlijst ...... 5 Methode ...... 6 Respons ...... 7 Representativiteit ...... 7 Leeswijzer...... 9 Betrouwbaarheid en significantie ...... 10

1 Beoordeling bereikbaarheid Noord ...... 11

Beoordeling bereikbaarheid Noord per vervoermiddel ...... 11 Toelichtingen op de beoordeling van de bereikbaarheid per vervoermiddel ...... 12 Verschillen in de beoordeling per gebied en buurt ...... 12 Verschillen in de beoordeling naar opleiding en leeftijd ...... 19 Samenhang tussen de beoordeling en het gebruik van vervoermiddelen ...... 20 Beoordeling bereikbaarheid voorzieningen ...... 23

2 Mogelijke verbeteringen en knelpunten ...... 27

Mogelijke maatregelen ...... 27 Knelpunten ...... 30 Oplossingen ...... 31

3 Mobiliteitsgedrag ...... 33

Autobezit ...... 33 Gebruikte vervoermiddelen ...... 34 Bestemmingen ...... 43

Bijlage 1: Vragenlijst ...... 49 Bijlage 2: Uitnodigingsbrief ...... 53 Bijlage 3: Nomogram ...... 54 Bijlage 4: Codering antwoorden open vragen ...... 55

3 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Inleiding

In oktober 2019 is in opdracht van het stadsdeel een grootschalig onderzoek uitgevoerd onder inwoners van Amsterdam Noord naar hun ervaringen rond mobiliteit en bereikbaarheid van en binnen Noord. Het onderzoek is uitgevoerd met behulp van een schriftelijke uitnodiging voor een online enquête. Aan het onderzoek hebben ruim tweeduizend bewoners meegedaan. De respondenten zijn representatief voor Noord wat betreft de verdeling over de wijken, maar hoger opgeleiden en ouderen zijn oververtegenwoordigd.

Doel en achtergrond De gemeente Amsterdam wil meer inzicht krijgen in de ervaring van bewoners van Amsterdam Noord met betrekking tot mobiliteit en de bereikbaarheid van het gebied. In opdracht van de gemeente heeft DESAN daarom in oktober 2019 een enquête uitgevoerd onder een inwoners van Amsterdam Noord.

Doel van de enquête is om meer inzicht te krijgen in de beoordeling van de bereikbaarheid door bewoners van Amsterdam Noord. De resultaten worden gebruikt voor het mobiliteitsplan dat de gemeente momenteel aan het opstellen is voor dit stadsdeel. Aanleiding is de grote gebiedsontwikkeling die momenteel gaande is in Noord, waarbij het aantal inwoners in het meest vergaande scenario kan verdubbelen. Het mobiliteitsplan maakt inzichtelijk welke mobiliteitsmaatregelen er nodig zijn om Amsterdam Noord op de gewenste manier bereikbaar te houden. Om dit aan te laten sluiten bij de ervaringen van de huidige bewoners, zijn er vragen gesteld over hoe mensen nu reizen en hoe ze reizen van en in Noord per vervoermiddel beoordelen. Ook is er gevraagd naar suggesties voor verbetering.

Vragenlijst De vragenlijst voor het onderzoek is in samenwerking met DESAN door de gemeente Amsterdam opgesteld.

Kernthema’s in de vragenlijst zijn:

➢ Beoordeling bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord met verschillende vervoermiddelen (per auto, fiets, OV en te voet). ➢ Beoordeling kwaliteit auto-parkeren. ➢ Mening over vijf mogelijke maatregelen om de bereikbaarheid te verbeteren. ➢ Belangrijkste knelpunt in de bereikbaarheid. ➢ Suggesties om bereikbaarheid te verbeteren. ➢ Beoordeling bereikbaarheid van vijf soorten voorzieningen (supermarkt, school, sportvoorzieningen, horeca en culturele voorzieningen). ➢ Aantal reizen per vervoermiddel per week. ➢ Aantal reizen per bestemming per week. ➢ Achtergrondkenmerken: autobezit, leeftijd, opleiding, samenstelling huishouden, jaren woonachtig in Amsterdam Noord.

5 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

In de vragenlijst is ook een aantal open vragen gesteld. De volledige vragenlijst is te vinden in Bijlage 1.

Methode Het onderzoek is uitgevoerd via schriftelijke uitnodigingen voor een online enquête.

Bij de opzet van het onderzoek is aangenomen dat er grote verschillen zijn tussen wijken in Noord wat betreft de mobiliteitservaring van de bewoners. Deze verschillen komen enerzijds voort uit de locatie van adressen ten opzichte van belangrijke autowegen (ring A10, Nieuwe Leeuwarderweg, IJ-tunnel, Coentunnel, Schellingwouderbrug etc.) en openbaar vervoerverbindingen (met name de Noord- Zuidlijn en de IJ-veren), en anderzijds uit verschillen tussen wijken wat betreft de kenmerken van de bevolking, qua sociaal-economische situatie, samenstelling van de huishoudens en herkomst van de bewoners. Om die verschillen goed in kaart te kunnen brengen, is op basis van ligging en kenmerken van wijken een indeling gemaakt van Amsterdam Noord in acht gebieden (wijkclusters) en is een streefaantal gesteld van minimaal 200 respondenten per gebied, dus 1600 in totaal. De gebiedsindeling is weergegeven in Figuur 1.

Figuur 1: Gebiedsindeling

1. Volewijck, IJplein, Vogelbuurt 2. Tuindorp , Tuindorp Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost 3. Waterlandpleinbuurt 4. , Elzenhagen 5. Banne Buiksloot 6. Oostzanerwerf, Kadoelen 7. Tuindorp (incl. De Bongerd) 8. Noordelijke IJ-Oevers West

Amsterdam Noord, exclusief (Waterland), telt circa 44.500 woonadressen. De acht onderscheiden gebieden tellen dus gemiddeld ongeveer 5.560 adressen. Het aantal adressen in de acht onderscheiden gebieden varieert van 3.617 tot 8.951 (zie Tabel 2).

6 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Op basis van enkele recente, min of meer vergelijkbare onderzoeken in Amsterdam, is de respons vooraf geschat op ongeveer 7 procent. Om per gebied ongeveer 200 respondenten te verkrijgen, zijn daarom 2.875 adressen per gebied aangeschreven, ofwel 23.000 in totaal. Binnen elk gebied is een willekeurige steekproef getrokken op basis van de Basis Administratie Gebouwen (via https://data.amsterdam.nl).

De uitnodigingsbrief, namens het stadsdeelbestuur, is opgenomen in Bijlage 2. De matdatum was 10 of 11 oktober. Er is geen herinneringsbrief (rappel) verstuurd.

Respons De 23.000 uitnodigingsbrieven hebben 2.048 online ingevulde vragenlijsten opgeleverd. Het responspercentage (9%) was daarmee iets hoger dan verwacht (7%). Het responspercentage was het laagst in Volewijck, Ijplein/Vogelbuurt (6%), het hoogst in Oostzanerweref en Kadoelen (11%). In zes van de acht gebieden is het streefaantal van 200 respondenten ruimschoots behaald, in de Waterlandpleinbuurt bijna, in Volewijck/Ijplein/Vogelbuurt niet (Tabel 1).

Tabel 1 Responsoverzicht

gebied benaderd respons respons (aantal) (aantal) (%) 1 Volewijck, IJplein, Vogelbuurt 2.875 168 6% 2 , Tuindorp Buiksloot, 2.875 301 10% Noordelijke IJ-oevers Oost 3 Waterlandpleinbuurt 2.875 194 7% 4 Buikslotermeer, Elzenhagen 2.875 228 8% 5 Banne Buiksloot 2.875 256 9% 6 Oostzanerwerf, Kadoelen 2.875 327 11% 7 Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 2.875 286 10% 8 Noordelijke IJ-oevers West 2.875 288 10% TOTAAL 23.000 2.048 9%

Er zijn 870 brieven (4%) onbestelbaar retour gekomen omdat de betreffende adressen nog in aanbouw zijn, worden gerenoveerd of gesloopt of omdat de brievenbus vol was.

Representativiteit Gebieden In elk van de acht gebieden is de bruto steekproef (benaderde adressen) geheel willekeurig getrokken. Elk woonadres (huishouden) had dus dezelfde kans om binnen de bruto steekproef te vallen. Omdat Noord voor het onderzoek in acht gebieden is verdeeld en binnen elk gebied 2.875 adressen zijn benaderd terwijl de gebieden niet even groot zijn wat betreft het aantal woonadressen, was binnen Amsterdam Noord als geheel (exclusief Waterland) de kans om in de steekproef te vallen niet voor elk adres even groot: in de kleinere gebieden was die kans groter dan in de grotere gebieden. In het kleinste gebied (2 Tuindorp Nieuwendam, Tuindorp Buiksloot, Noordelijke IJ- oevers Oost) is bijvoorbeeld 79 procent van de woonadressen benaderd, in het grootste gebied (1 Volewijck, Ijplein, Vogelbuurt) 32 procent. Kleinere gebieden zijn dus oververtegenwoordigd in de bruto steekproef ten opzichte van hun werkelijke aandeel binnen het stadsdeel.

7 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Voor het aandeel van elk gebied binnen de netto steekproef (respondenten), speelt ook het responspercentage in elk gebied een rol. Het responspercentage lag in gebied 1 het laagst. Dat gebied was, zoals we net zagen, in de bruto steekproef al ondervertegenwoordigd en is dat door de lage respons in de netto steekproef nog sterker. Tabel 2 geeft het aandeel van elk gebied weer in de werkelijke populatie woonadressen in Noord, in de bruto steekproef en in de netto steekproef.

Tabel 2 Woonadressen per gebied in Noord (populatie) en in de netto steekproef (respons)

gebied populatie % respons respons (aantal) (aantal) (%) 1 Volewijck, Ijplein, Vogelbuurt 8.951 20% 168 8% 2 Tuindorp Nieuwendam, Tuindorp Buiksloot, Noordelijke IJ- 3.617 8% 301 15% oevers Oost 3 Waterlandpleinbuurt 5.531 12% 194 9% 4 Buikslotermeer, Elzenhagen 6.274 14% 228 11% 5 Banne Buiksloot 6.111 14% 256 13% 6 Oostzanerwerf, Kadoelen 4.981 11% 327 16% 7 Tuindorp Oostzaan (incl. De 5.292 12% 286 14% Bongerd) 8 Noordelijke IJ-oevers West 3.770 8% 288 14% TOTAAL 44.527 100% 2.048 100%

Om te voorkomen dat de gebieden met een relatief laag aandeel in de respons ten opzichte van hun werkelijke omvang (zoals gebied 1), in de resultaten voor Noord als geheel ondervertegenwoordigd zouden zijn en de resultaten van de gebieden met een relatief hoog aandeel in de respons (zoals gebied 2) ‘te sterk zouden doorklinken’ in de totale resultaten, is de respons gewogen naar gebied. In de gewogen resultaten (van gesloten vragen) is het aandeel van elk gebied in de respons precies even groot als in de werkelijke populatie. Dat geldt niet voor de antwoorden op open vragen.

Achtergrondkenmerken respondenten De uitnodigingsbrief en de vragenlijst waren alleen in het Nederlands beschikbaar. De vragenlijst kon alleen op internet worden ingevuld. Inwoners die geen beschikking hebben over een computer, smartphone of tablet, niet over voldoende digitale vaardigheden beschikken en/of de Nederlandse taal onvoldoende machtig zijn, konden dus niet deelnemen aan het onderzoek. Mede omdat de respons onder allochtonen ook bij andere onderzoeken doorgaans wat lager ligt, kunnen we aannemen dat allochtonen in de respons ondervertegenwoordigd zijn. In hoeverre dat hier zo is, is niet vast te stellen, omdat in de vragenlijst niet naar etniciteit is gevraagd. Het uitsluitend digitaal aanbieden van de vragenlijst werkt ten nadele van de respons onder – doorgaans wat minder digitaal vaardige – oudere bewoners, maar de responsbereidheid onder ouderen is in het algemeen hoger dan onder jongeren. Naar leeftijd en opleiding is in de vragenlijst wel gevraagd, en we kunnen de samenstelling van de netto steekproef op deze punten dan ook vergelijken met gegevens over de leeftijdssamenstelling van het stadsdeel. Daaruit blijkt dat hogere leeftijdscategorieën en vooral hogere opleidingscategorieën in de respons sterk oververtegenwoordigd zijn. Bewoners van 65 jaar en ouder vormen 15 procent van de (volwassen) populatie van stadsdeel Noord

8 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

en 27 procent van de respondenten, hoger opgeleiden vormen 24 procent van de populatie en maar liefst 62 procent van de respondenten. De leeftijdsgroep 18-24 (12% van de volwassen populatie, 3% van de respons) en de groep lager opgeleiden (37 procent van de populatie, 15 procent van de respons) zijn zwaar ondervertegenwoordigd in de responsgroep (Tabel 3).

Tabel 3 Vergelijking populatie en respons qua leeftijd en opleidingsniveau

leeftijdsklasse % populatie1 % respons 18-242 12% 3% 25-49 52% 38% 50-64 21% 32% 65+ 15% 27% opleidingsniveau laag (geen, basisonderwijs, vmbo, mbo 1) 37% 15% midden (havo, vwo, mbo 2+) 38% 23% hoog (hbo, wo) 24% 62% TOTAAL 100% 100%

De ondervertegenwoordiging van de jongste leeftijdsklassen en het laagste opleidingsniveau is te groot om met behulp van weging te corrigeren. Bij de resultaten moet er daarom rekening mee worden gehouden dat de stem van oudere en vooral hoger opgeleide inwoners hierin te sterk zijn vertegenwoordigd. Ongetwijfeld, deels in samenhang hiermee, zijn ook autochtone inwoners sterk oververtegenwoordigd. Hoe groot de verschillen tussen lager en hoger opgeleiden en jongere en oudere inwoners zijn, wordt in de analyses nader toegelicht.

Leeswijzer Hoofdstuk 1 beschrijft de beoordeling door de bewoners van de bereikbaarheid van en binnen Noord, per vervoermiddel, en de bereikbaarheid van verschillende voorzieningen. Hoofdstuk 2 geeft de meningen weer over vier mogelijke maatregelen rond mobiliteit en beschrijft welke knelpunten en oplossingen de bewoners vooral noemen. Hoofdstuk 3 gaat in op het reisgedrag: de frequentie waarmee bewoners van Noord verschillende vervoermiddelen gebruiken en naar verschillende bestemmingen reizen.

Bij alle kernvragen wordt gekeken of er belangrijke verschillen in de resultaten zijn tussen de acht onderscheiden gebieden en tussen jongere en oudere en lager en hoger opgeleide respondenten. Daarnaast wordt onder andere gekeken naar verbanden tussen het reisgedrag en de mening over de bereikbaarheid.

Alle percentages voor het stadsdeel Noord als geheel zijn gewogen naar gebied, zoals eerder beschreven. Alleen de aantallen en percentages bij de codering van de

1 Bron populatiegegevens leeftijd (2019, 18+): OIS – Kerncijfers Amsterdam 2019. Bron populatiegegevens opleidingsniveau (2018, 15-74): OIS – Amsterdam in cijfers 2018. 2 3 respondenten (0%) zijn tussen 15 en 17 jaar. Deze zijn hier meegenomen in de groep 18- 24.

9 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

antwoorden op de open vragen in Bijlage 4 zijn ongewogen. De respondentaantallen (n) die bij tabellen en grafieken worden weergegeven zijn altijd ongewogen.

Betrouwbaarheid en significantie Bij een steekproefonderzoek als dit worden uitkomsten verkregen die slechts met inachtneming van een bepaalde waarschijnlijkheid mogen worden vertaald naar de totale populatie, in dit geval alle bewoners van Amsterdam Noord (exclusief Waterland). Statistiek geeft de mogelijkheid om op grond van de steekproefgrootte en de gevonden uitkomsten van het onderzoek zogenaamde betrouwbaarheidsintervallen te berekenen. Deze betrouwbaarheidsintervallen geven aan tussen welke twee waarden de uitkomst in de totale populatie valt indien de steekproefuitkomst naar de totale populatie vertaald wordt. Het betrouwbaarheidsinterval ligt altijd rond de uitkomst die in de steekproef is gevonden, met afwijkingsmarges naar boven en beneden. Normaliter werkt men met ‘95%- betrouwbaarheidsintervallen’ (ook wel: ‘een significantieniveau van 95%’). Deze geven met 95% zekerheid aan tussen welke twee grenswaarden de betreffende waarde in de populatie valt.

Het nomogram in Bijlage 3 geeft de afwijkingsmarges in procenten voor de gevonden steekproefuitkomst (horizontale as) en steekproefgrootte (verticale as) bij een betrouwbaarheidsniveau van 95 procent. Men dient hierbij onder steekproefgrootte de netto steekproef te verstaan: het aantal respondenten dat de betreffende vraag heeft beantwoord. Uit het nomogram valt bijvoorbeeld af te lezen dat wanneer van 2000 respondenten 48 procent voorstander is van verlaging van de maximumsnelheid op bepaalde wegen naar 30 kilometer per uur, dit betekent dat we met 95 procent zekerheid kunnen zeggen dat het werkelijke percentage onder inwoners van Noord tussen 46 en 50 procent ligt (48% +/- 2%).

De betrouwbaarheidsintervallen en de toetsing van significante verschillen tussen groepen, houden geen rekening met eventuele onder- of oververtegenwoordiging van bepaalde groepen binnen de respons ten opzichte van de populatie.

10 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

1 Beoordeling bereikbaarheid Noord

De bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord per auto, fiets en te voet wordt overwegend positief beoordeeld, per openbaar vervoer door ongeveer even veel inwoners positief als negatief. Voor elk vervoermiddel verschilt de beoordeling van de bereikbaarheid duidelijk per gebied. De bereikbaarheid per auto wordt ten oosten van de Nieuwe Leeuwarderweg positiever beoordeeld dan aan de westkant. Voor het OV is de beoordeling het laagst in Oostzanerwerf/Kadoelen en Tuindorp Oostzaan, het hoogst in Buikslotermeer/Elzenhagen. Qua voorzieningen scoort de bereikbaarheid van supermarkten het hoogst, van culturele voorzieningen veruit het laagst. Ook hier zijn duidelijke verschillen naar gebied. De bereikbaarheid van supermarkten scoort het laagst in Noordelijke IJ-oevers West, van cultuur in de Waterlandpleinbuurt.

Beoordeling bereikbaarheid Noord per vervoermiddel De bereikbaarheid van en binnen Amsterdam Noord per auto, fiets en te voet wordt positiever beoordeeld dan de bereikbaarheid per openbaar vervoer. De bereikbaarheid per fiets vindt 56 procent goed tot zeer goed, per auto 55 procent, te voet 53 procent, met openbaar vervoer 36 procent. De kwaliteit van het auto-parkeren is volgens 39 procent goed tot zeer goed (Grafiek 1).

Grafiek 1 Beoordeling bereikbaarheid van en binnen Noord en kwaliteit auto- parkeren

100% 2% 3% 3% 9% 7% 11% 90% 14% 14% 22% 80% 30% 70% 32% 27% 30% Zeer slecht 60% 33% Slecht 50% 26% Voldoende 40% Goed 38% 40% Heel goed 30% 43% 25% 29% 20%

10% 15% 18% 11% 10% 10% 0% auto OV fiets te voet auto-parkeren

Op een vijfpuntsschaal scoren auto en fiets 3,5 (tussen ‘voldoende’ en ‘goed’), te voet 3,4 en OV 3,0 (‘voldoende’). De kwaliteit van auto-parkeren wordt met 3,1 (‘voldoende’) beoordeeld (zie Grafiek 2, onderaan).

11 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Toelichtingen op de beoordeling van de bereikbaarheid per vervoermiddel Bij de beoordeling over de bereikbaarheid voor elk vervoermiddel, is ook een toelichting gevraagd. Een team onderzoekers van de gemeente heeft deze toelichtingen voor de rapportage in categorieën ingedeeld (‘gecodeerd’).

Tabellen 4-8 in Bijlage 4 geven een overzicht van de (categorieën) antwoorden en het aantal keer dat ze genoemd zijn.

Bij een negatief oordeel over de bereikbaarheid per auto wordt vaak verwezen naar files en vertraging op de A10 (vooral bij de Coentunnel) en hinder bij werkzaamheden of incidenten. Bij positieve oordelen noemt men zeer vaak de goede verbinding met de ring A10 en daarnaast goede doorstroming binnen Noord (Bijlage 4 – Tabel 4).

Als men niet tevreden is over auto-parkeren, noemt men meestal gebrek aan parkeerruimte en daarnaast kosten en gedoe van betaald parkeren. Wie positief is, roemt juist dat er voldoende parkeerplekken zijn, met een laag tarief (Bijlage 4 – Tabel 5).

Ontevredenheid over de bereikbaarheid per openbaar vervoer wordt het vaakst toegelicht met een opmerking dat het OV voor de Noord/Zuidlijn beter was, met name door de directe busverbindingen naar CS. Wie nu tevreden is, wijst juist ook naar de Noord/Zuidlijn (Bijlage 4 – Tabel 6).

Wie negatief is over de bereikbaarheid per fiets, vindt meestal dat de verbinding over het IJ verbeterd moet worden, met nieuwe pontverbindingen, meer ponten in de nacht en het weekend, en een vaste verbinding (tunnel of brug) voor fietsers. Aan de positieve kant noemt men vooral goede fietsverbindingen en fietspaden (Bijlage 4 – Tabel 7).

Negatief over de bereikbaarheid als voetganger zijn de respondenten vanwege onveiligheid door hardrijdende auto’s en fietsers en gebrek aan veilige oversteekplekken; ontbrekende of geblokkeerde voetpaden en slechte of smalle trottoirs; en matige (volle, infrequente) ponten. Een positief oordeel wordt vaak niet anders toegelicht dan dat de bereikbaarheid te voet goed is (Bijlage 4 – Tabel 8).

Verschillen in de beoordeling per gebied en buurt Voor elk vervoermiddel en voor auto-parkeren zijn er significante verschillen tussen de gebieden. De bereikbaarheid per auto wordt met 3,7 (bijna ‘goed’) het best gewaardeerd in de Waterlandpleinbuurt en Buikslotermeer/Elzenhagen, met 3,4 (ruim ‘voldoende’) het minst in Tuindorp Oostzaan en Noordelijke IJ-oevers West. De kwaliteit van auto-parkeren scoort gemiddeld het laagst in Banne Buiksloot (2,9), het hoogst in Volewijck/IJplein/Vogelbuurt (3,3). Bij bereikbaarheid per fiets vallen Tuindorp Oostzaan (3,3) en vooral Noordelijke IJ-oevers West (3,0) negatief uit de toon vergeleken bij de andere gebieden (3,5 tot 3,7). De verschillen zijn het grootst voor de bereikbaarheid per openbaar vervoer. De beoordeling daarvan loopt van 2,5 (tussen ‘slecht’ en ‘voldoende’) in Oostzanerwerf/Kadoelen en Tuindorp Oostzaan tot 3,5 in Buikslotermeer/Elzenhagen.

12 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Grafiek 2 Gemiddelde beoordeling bereikbaarheid van en binnen Noord en kwaliteit auto-parkeren, naar gebied (1 = zeer slecht, 5= zeer goed)3

3,6 3,3 1 Volewijck, IJplein/Vogelbuurt (n=146) 3,3 3,6 3,5

3,6 2 Tuindorp Nieuwendam, tuindorp Buiksloot, 3,0 3,2 Noordelijke IJ-oevers Oost (n=275) 3,6 3,6

3,7 3,2 3 Waterlandpleinbuurt (n=161) 2,9 3,5 3,5

3,7 3,2 4 Buikslotermeer en Elzenhagen (n=197) 3,5 3,7 3,4

3,4 2,9 5 Banne Buiksloot (n=226) 3,0 3,7 3,5

3,5 3,0 6 Oostzanerwerf en Kadoelen (n=294) 2,5 3,6 3,5

3,4 3,2 7 Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) (n=252) 2,5 3,3 3,3

3,4 3,1 8 Noordelijke IJ-oevers West (n=245) 2,9 3,0 3,2

3,5 3,1 NOORD (n=1817) 3,0 3,5 3,4

1,0 2,0 3,0 4,0 5,0

auto auto-parkeren ov fiets te voet

Zetten we het gemiddelde oordeel over de bereikbaarheid per auto, fiets en OV en over parkeren per buurt op de kaart, dan blijkt voor de bereikbaarheid per auto vooral dat het oordeel ten oosten van de Nieuwe Leeuwarderweg positiever is dan ten westen daarvan (Figuur 2a). Dat geldt ook als we alleen het oordeel van respondenten meenemen die ‘de afgelopen week’ de auto hebben gebruikt (Figuur 2b).

3 Bij alle grafieken en tabellen waarin meerdere vragen worden getoond, is de weergegeven n het minimum, dus dat van de vraag met het laagste aantal respondenten.

13 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Figuur 2a: Gemiddeld oordeel over bereikbaarheid per auto per buurt (alle respondenten)4

4 In deze en de volgende kaarten zijn de respondenten geclusterd naar buurt, volgens de buurtindeling zoals opgenomen in het BAG-bestand. Alleen buurten met meer dan 10 respondenten (ongewogen) worden weergegeven. Deze buurten zijn per kaart steeds ingedeeld in vijf even grote groepen op basis van score, van hoog (donkergroen) naar laag (licht).

14 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Figuur 2b: Gemiddeld oordeel over bereikbaarheid per auto per buurt (respondenten die de afgelopen week met de auto hebben gereisd)

Bij het oordeel over parkeren is niet duidelijk sprake van een algemeen verschil tussen Oost en West (Figuur 3a en 3b).

Figuur 3a: Gemiddeld oordeel over kwaliteit autoparkeren per buurt (alle respondenten)

15 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Figuur 3b: Gemiddeld oordeel over kwaliteit autoparkeren per buurt (respondenten die de afgelopen week met de auto hebben gereisd)

Het oordeel over de bereikbaarheid per fiets lijkt vooral wat negatiever te zijn in buurten die dichter bij de NDSM-veren liggen (Figuur 4a).

Figuur 4a: Gemiddeld oordeel over bereikbaarheid per fiets per buurt (alle respondenten)

16 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Het verschil tussen het kaartje voor alle respondenten en het kaartje voor respondenten die de afgelopen week de fiets hebben gebruikt (Figuur 4b) , is niet groot. Dat is ook logisch, want maar 28 procent had de afgelopen week niet gefietst.

Figuur 4b: Gemiddeld oordeel over bereikbaarheid per fiets per buurt (respondenten die de afgelopen week met de fiets hebben gereisd)

De gemiddelde scores over de bereikbaarheid per OV per buurt zijn hoger in buurten dichter bij de haltes van de Noord-Zuidlijn en duidelijk het laagst in het uiterste Westen (Figuur 5a). Kijken we alleen naar de mensen die de afgelopen week met de bus en/of metro hebben gereisd (69% van alle respondenten), dan zien we globaal hetzelfde beeld, al zijn er dan voor wat minder buurten voldoende gegevens (Figuur 5b).

17 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Figuur 5a: Gemiddeld oordeel over bereikbaarheid per OV per buurt (alle respondenten)

Figuur 5b: Gemiddeld oordeel over bereikbaarheid per OV per buurt (respondenten die de afgelopen week met bus of metro hebben gereisd)

18 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Verschillen in de beoordeling naar opleiding en leeftijd Binnen de gehele responsgroep (totaal Noord), wordt de bereikbaarheid per auto en per openbaar vervoer en het auto-parkeren door hoogopgeleiden positiever beoordeeld dan door lager opgeleiden, maar de bereikbaarheid per fiets minder positief (Grafiek 3). Deze verschillen komen ook binnen de meeste gebieden terug. Voor bereikbaarheid te voet is er geen verschil naar opleidingsniveau.

Grafiek 3 Gemiddelde beoordeling bereikbaarheid van en binnen Noord en kwaliteit auto-parkeren, naar opleidingsniveau (1 = zeer slecht, 5= zeer goed)

3,5 auto 3,4 3,6 2,9 autoparkeren 2,8 3,3 laag (n=241) 2,8 midden (n=408) ov 2,9 3,1 hoog (n=1115) opgeleid 3,7 fiets 3,6 3,5 3,5 voet 3,5 3,4

1,0 2,0 3,0 4,0 5,0

Ook tussen leeftijdsklassen zijn er voor Noord als geheel geen significante verschillen voor de bereikbaarheid als voetganger. Over de bereikbaarheid per auto en openbaar vervoer zijn inwoners tussen 50 en 64 negatiever dan jongere en oudere inwoners, in totaal en binnen de meeste gebieden. De beoordeling van de bereikbaarheid per fiets wordt, in totaal en binnen de meeste gebieden, positiever in oudere leeftijdsklassen (Grafiek 4).

Grafiek 4 Gemiddelde beoordeling bereikbaarheid van en binnen Noord en kwaliteit auto-parkeren, naar leeftijd (1 = zeer slecht, 5= zeer goed)

3,6 auto 3,4 3,6

3,4 autoparkeren 3,0 3,0 <50 (n=757) 3,1 ov 2,9 50-64 (n=537) 3,0 65+ (n=444) jaar

3,4 fiets 3,6 3,7

3,4 voet 3,5 3,5

1,0 2,0 3,0 4,0 5,0

19 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

De verschillen in beoordeling die tussen leeftijdsklassen naar voren komen, komen ook naar voren als we de antwoorden van respondenten die al langer in Noord wonen vergelijken met respondenten die er minder lang wonen. Dat is ook logisch, want er is een sterk verband tussen leeftijd en het aantal jaren dat men in Noord woont.5

Samenhang tussen de beoordeling en het gebruik van vervoermiddelen In Hoofdstuk 3 gaan we nader in op het mobiliteitsgedrag van de inwoners van Noord: de frequentie waarmee men verschillende vervoermiddelen gebruikt en naar bepaalde bestemmingen reist. Daarop vooruitlopend, kijken we hier alvast naar de samenhang tussen de meningen over de bereikbaarheid per vervoermiddel en het gebruik van vervoermiddelen. Bewoners die vaker de auto gebruiken, zijn wat negatiever over de bereikbaarheid per auto en over de parkeermogelijkheden dan bewoners die minder vaak of nooit met de auto gaan (Grafiek 5 en Grafiek 6).

Grafiek 5 Beoordeling bereikbaarheid van en binnen Noord per auto naar wekelijks gebruik auto

mening bereikbaarheid en gebruik auto

100% 1% 1% 2% 4% 3% 4% 8% 90% 15% 14% 27% 80% 33% 33% 70% 32% 29% Zeer slecht 60% 29% Slecht 50% Voldoende 40% 48% 41% Goed 40% 30% 37% 26% Heel goed 20% 10% 14% 16% 14% 13% 15% 0% 0 (n=326) 1-2 (n=506) 3-5 (n=563) 6-10 (n=337) >10 (n=95)

5 De respondenten van 18 tot en met 49 wonen gemiddeld 10 jaar in Noord, van 50 tot en met 64 27 jaar en respondenten van 65 jaar en ouder gemiddeld 38 jaar. De correlatie (R) tussen leeftijd en aantal jaren dat men in Noord woont, is .61.

20 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Grafiek 6 Beoordeling kwaliteit auto-parkeren Noord naar wekelijks gebruik auto

mening kwaliteit parkeren en gebruik auto

100% 3% 4% 7% 10% 90% 19% 19% 21% 22% 80% 24% 70% 27% Zeer slecht 60% 33% 34% Slecht 35% 50% 35% Voldoende 20% 40% Goed 30% 34% 31% Heel goed 20% 27% 21% 24% 10% 10% 10% 9% 10% 10% 0% 0 (n=333) 1-2 (n=498) 3-5 (n=557) 6-10 (n=335) >10 (n=94)

Mensen die vaker de bus gebruiken zijn minder positief over de bereikbaarheid per OV (Grafiek 7), mensen die vaker per metro reizen, iets positiever (Grafiek 8).

Grafiek 7 Beoordeling bereikbaarheid van en binnen Noord per OV naar wekelijks gebruik bus6

mening bereikbaarheid OV en gebruik bus 100% 7% 7% 6% 13% 90% 19% 80% 25% 32% 70% 36% 47% Zeer slecht 60% 41% Slecht 28% 50% 26% Voldoende 40% 21% Goed 29% 30% 23% Heel goed 27% 25% 20% 21% 6% 10% 14% 12% 11% 10% 12% 0% 3% 0 (n=959) 1-2 (n=533) 3-5 (n=286) 6-10 (n=131) >10 (n=18)

6 De groep respondenten die meer dan tien keer per week met de bus reist, is zeer klein (n=18) en heeft daarom weinig invloed op de samenhang.

21 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Grafiek 8 Beoordeling bereikbaarheid van en binnen Noord per OV naar wekelijks gebruik metro7

mening bereikbaarheid OV en gebruik metro

100% 4% 13% 8% 13% 90% 22% 80% 28% 29% 70% 31% 30% Zeer slecht 60% 33% Slecht 26% 19% 50% Voldoende 28% 40% 28% 6% Goed 30% 29% 29% Heel goed 20% 17% 20% 39% 10% 14% 13% 7% 12% 0% 0 (n=750) 1-2 (n=703) 3-5 (n=325) 6-10 (n=135) >10 (n=14)

Tussen de frequentie waarmee men per trein, tram en pont reist en de beoordeling van de bereikbaarheid van en binnen Noord per OV zijn geen significante samenhangen. Ook voor fiets en voet is er geen verband tussen gebruik en mening over de bereikbaarheid. Wel is er een lichte negatieve samenhang tussen de frequentie waarmee men de pont gebruikt en de beoordeling van de bereikbaarheid per fiets (Grafiek 9).

Grafiek 9 Beoordeling bereikbaarheid van en binnen Noord per fiets naar wekelijks gebruik pont

mening bereikbaarheid fiets en gebruik pont 100% 2% 3% 5% 6% 3% 90% 11% 10% 16% 17% 21% 80% 27% 70% 29% 25% Zeer slecht 33% 60% 24% Slecht 50% Voldoende 40% 41% 41% 35% 30% 23% Goed 30% Heel goed 20% 23% 10% 16% 20% 19% 20% 0% 0 (n=722) 1-2 (n=424) 3-5 (n=386) 6-10 (n=247) >10 (n=72)

7 De groep respondenten die meer dan tien keer per week met de metro reist, is zeer klein (n=14) en heeft daarom weinig invloed op de samenhang.

22 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Beoordeling bereikbaarheid voorzieningen Van vijf voorzieningen wordt de bereikbaarheid van supermarkten (66% goed/zeer goed) en scholen (61%) het best beoordeeld, van culturele voorzieningen als theaters, musea en bioscopen veruit het minst goed (29%). Horeca (43%) en sportvoorzieningen (56%) zitten daar tussenin (Grafiek 10).

Grafiek 10 Beoordeling bereikbaarheid van voorzieningen

100% 3% 3% 2% 6% 6% 11% 90% 7% 11% 19% 80% 23% 30% 28% 70% 31% 60% 32% 50% Zeer slecht 37% 31% 40% 41% Slecht 42% 30% Voldoende 34% 20% Goed 29% 24% 10% 20% Heel goed 14% 9% 0% 5%

Gemiddeld is de beoordeling voor de bereikbaarheid van supermarkten op de vijfpuntsschaal een 3,8, van scholen 3,7 (bijna ‘goed’), van culturele voorzieningen 2,8 (minder dan ’voldoende’). Horeca (3,2) en sportvoorzieningen (3,5) scoren iets beter dan ‘voldoende’.

Voor elk van de voorzieningen zijn er duidelijke verschillen tussen de gebieden. De bereikbaarheid van scholen ervaart min in Noordelijke IJ-oevers West als veel minder goed (3,0) dan in de andere gebieden (3,6 – 3,9). Voor sportvoorzieningen zijn de verschillen relatief beperkt (3,3 – 3,7). Culturele voorzieningen vinden bewoners van de Waterlandpleinbuurt nog minder goed bereikbaar (2,6 oftewel tussen ‘slecht’ en ‘voldoende’) dan bewoners van de andere gebieden. De bereikbaarheid van supermarkten wordt veruit het slechtst beoordeeld in het nog vrij winkelarme Noordelijke IJ-oevers West (2,7), gevolgd door Tuindorp Oostzaan (3,4), en het best in de Waterlandpleinbuurt (4,2) en Buikslotermeer/Elzenhagen (4,1) (Grafiek 11).

23 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Grafiek 11 Gemiddelde beoordeling bereikbaarheid voorzieningen, naar gebied (1 = zeer slecht, 5= zeer goed)

4,0 3,6 Volewijck, IJplein/Vogelbuurt (n=83) 3,6 3,6 3,1

3,9 Tuindorp Nieuwendam, tuindorp Buiksloot, 3,7 3,5 Noordelijke IJ-oevers Oost (n=171) 3,4 3,1

4,2 3,8 Waterlandpleinbuurt (n=101) 3,5 2,9 2,6

4,1 3,9 Buikslotermeer en Elzenhagen (n=108) 3,7 3,1 2,9

3,8 3,8 Banne Buiksloot (n=145) 3,6 3,0 2,7

3,7 3,6 Oostzanerwerf en Kadoelen (n=209) 3,5 2,9 2,7

3,4 3,6 Tuindorp Oostzaan (n=174) 3,4 3,0 2,7

2,7 3,0 Noordelijke IJ-oevers West (n=98) 3,3 3,5 3,0

3,8 3,7 NOORD (n=1089) 3,5 3,2 2,8

1,0 2,0 3,0 4,0 5,0

a. Supermarkt b. School c. Sportvoorzieningen e. Restaurants en cafés f. Cultuur

De geografische verschillen in het oordeel over de bereikbaarheid van supermarkten, komt duidelijk naar voren als we de gemiddelde beoordeling per buurt op de kaart zetten (Figuur 6).

24 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Figuur 6: Gemiddeld oordeel over bereikbaarheid supermarkt per buurt

Voor Noord als geheel zijn er naar opleidingsniveau alleen duidelijke verschillen in de beoordeling van de bereikbaarheid van culturele voorzieningen. Hoogopgeleiden zijn hierover minder negatief (2,9) dan midden- (2,8) en laagopgeleiden (2,6). Maar binnen de gebieden komt dit maar in twee van de acht gebieden duidelijk terug (2 Tuindorp Nieuwendam, tuindorp Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost en 6 Oostzanerwerf en Kadoelen). Dat in Noord als geheel hoogopgeleiden de bereikbaarheid van culturele voorzieningen positiever beoordelen wordt grotendeels verklaard door het feit dat relatief veel hoogopgeleiden in Volewijck/IJplein/Vogelbuurt, Tuindorp Nieuwendam/Tuindorp Buiksloot/Noordelijke IJ-oevers Oost en vooral Noordelijke IJ-oevers West wonen, waar de bereikbaarheid van culturele voorzieningen, binnen elke opleidingsniveau, positiever wordt beoordeeld. De positievere beoordeling van hoger opgeleiden van de bereikbaarheid van culturele voorzieningen wordt dus in belangrijke mate bepaald door waar zij wonen.

Naar leeftijdsklasse (en naar aantal jaren dat men in Noord woont) zijn er voor Noord als geheel significante verschillen voor de bereikbaarheid van sportvoorzieningen, horeca en cultuur. De bereikbaarheid van horeca en cultuur wordt door 65-plussers als minder goed beoordeeld dan door jongere leeftijdsklassen, de bereikbaarheid van sportvoorzieningen wordt door bewoners boven 50 jaar iets als iets minder goed beoordeeld dan door de groep onder de 50, maar die verschillen zijn vrij klein. Binnen de gebieden komen significante verschillen voor sportvoorzieningen naar leeftijd maar in drie gebieden terug, voor horeca en cultuur maar in 2 gebieden. De verschillen naar leeftijd voor sport, horeca en cultuur houden voor een deel verband met het feit dat

25 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

relatief veel jongere respondenten in Noordelijke IJ-oevers West wonen, waar de bereikbaarheid van horeca en cultuur positiever wordt beoordeeld dan in andere gebieden en van sportvoorzieningen minder positief, ongeacht de leeftijd. Ook de verschillen tussen leeftijdsklassen in de beoordeling van de bereikbaarheid van voorzieningen, wordt dus voor een deel bepaald door waar de inwoners van verschillende leeftijdsklassen wonen.

26 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

2 Mogelijke verbeteringen en knelpunten

Het verlagen van de maximumsnelheid op bepaalde wegen en het uitbreiden van het aantal veilige oversteekplaatsen voor voetgangers en fietsers vindt ongeveer de helft van de inwoners van Noord een goed idee en ongeveer een kwart geen goed idee. Voor autodelen en het opheffen van parkeerplaatsen voor groen of speelruimte is, behalve in Noordelijke IJ-oevers West, aanmerkelijk minder steun, vooral in Oostzanerwerf/Kadoelen en Banne Buiksloot. Hoger opgeleiden zijn van verlagen van de maximumsnelheid, autodelen en het opheffen van parkeerplaatsen veel vaker voorstander dan lager opgeleide bewoners van Noord. Als knelpunt worden vooral de veerverbindingen, het ontbreken van een brug of tunnel over het IJ en slechte busverbindingen genoemd. Aangedragen oplossingen liggen daarmee in lijn.

Mogelijke maatregelen Aan alle respondenten zijn vier mogelijke maatregelen voorgelegd rond mobiliteit, als stelling. Voor het verlagen van de maximumsnelheid op een aantal wegen naar 30 km/u (48% eens – 30% oneens) en voor het uitbreiden van het aantal veilige oversteekplaatsen voor voetgangers en fietsers (51% eens - 23% oneens) is de balans positief, voor autodelen (27% voor – 56% tegen) en het opheffen van parkeerplaatsen ten gunste van groen of speelruimte (31% voor - 52% tegen) is de balans negatief (Grafiek 12).

Grafiek 12 Mening over vier mogelijke maatregelen

100% 10% 5% 90% 18% 29% 27% 80% 19% 70% 25% 60% 25% Zeer mee oneens 23% 27% Mee oneens 50% Neutraal 40% 17% 27% 31% 17% Mee eens 30% Zeer mee eens 16% 20% 15% 10% 21% 21% 12% 15% 0% maximumsnelheid veilige auto delen opheffen naar 30 km/u oversteekplaatsen parkeerplaatsen

Tussen de verschillende gebieden lopen de (gemiddelde) meningen vooral sterk uiteen over autodelen en het opheffen van parkeerplaatsen. Voor beide mogelijke maatregelen is de steun veruit het grootst in Noordelijke IJ-oevers West (3,0 en 3,2), het kleinst in Oostzanerwerf/Kadoelen (2,2 en 2,4) en – voor het opheffen van parkeerplaatsen - Banne Buiksloot (2,4). Voor het verlagen van de maximumsnelheid op bepaalde wegen is in Volewijck/IJplein/Vogelbuurt meer duidelijk meer steun (3,6) dan in de andere

27 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

gebieden (3,0 – 3,3). Voor het veiliger maken van oversteekplaatsen voor voetgangers en fietsers is de steun ongeveer overal even groot (Grafiek 13).

Grafiek 13 Mening over vier mogelijke maatregelen, naar gebied (1 = zeer mee oneens, 5 = zeer mee eens)

3,6 3,5 Volewijck, IJplein/Vogelbuurt (n=161) 2,9 3,0

3,3 Tuindorp Nieuwendam, tuindorp Buiksloot, 3,3 Noordelijke IJ-oevers Oost (n=275) 2,6 2,5

3,3 3,4 Waterlandpleinbuurt (n=162) 2,4 2,6

3,2 3,5 Buikslotermeer en Elzenhagen (n=181) 2,3 2,6

3,2 3,4 Banne Buiksloot (n=217) 2,4 2,4

3,2 3,4 Oostzanerwerf en Kadoelen (n=296) 2,2 2,4

3,1 3,3 Tuindorp Oostzaan (n=252) 2,4 2,6

3,0 3,3 Noordelijke IJ-oevers West (n=243) 3,0 3,2

3,3 3,4 NOORD (n=1761) 2,5 2,7

1,0 2,0 3,0 4,0 5,0

a. Ik wil graag dat de maximumsnelheid van een aantal wegen verlaagd wordt van 50 km/h naar 30 km/h, zodat de veiligheid vergroot wordt. b. Ik wil meer veilige oversteekplekken voor fietsers en wandelaars, ook al betekent dit dat de auto en bus vaker moeten stoppen c. Ik vind het prima om een auto te delen met mensen buiten mijn huishouden

d. Het opheffen van parkeerplaatsen vind ik een goed idee als er groen en/of speelruime voor terugkomt

Analyse naar opleidingsniveau laat voor drie van de vier stellingen – maximumsnelheid, autodelen en opheffen parkeerplaatsen – een stijgende steun zien bij hogere opleidingsniveaus. Alleen voor veilige oversteekplaatsen geldt dat niet. Het verschil tussen laag- en hoogopgeleiden is vooral groot bij steun voor autodelen en

28 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

opheffen van parkeerplaatsen (Grafiek 14). Hier zijn de gemiddelde verschillen tussen hoger en lager opgeleiden groter dan tussen inwoners van de verschillende gebieden.

Grafiek 14 Mening over vier mogelijke maatregelen, naar opleidingsniveau (1 = zeer mee oneens, 5 = zeer mee eens)

a. Ik wil graag dat de maximumsnelheid van een 3,1 aantal wegen verlaagd wordt van 50 km/h naar 30 3,2 km/h, zodat de veiligheid vergroot wordt. 3,4

b. Ik wil meer veilige oversteekplekken voor 3,5 fietsers en wandelaars, ook al betekent dit dat de 3,3 auto en bus vaker moeten stoppen 3,5

c. Ik vind het prima om een auto te delen met 1,9 2,1 mensen buiten mijn huishouden 2,8

d. Het opheffen van parkeerplaatsen vind ik een 2,2 goed idee als er groen en/of speelruime voor 2,2 terugkomt 3,0

1,0 2,0 3,0 4,0 5,0 laag (n=238) midden (n=397) hoog (n=1107) opgeleid

Analyse naar leeftijd voor elk van de vier stellingen significante verschillen zien. Het verlagen van de maximumsnelheid en het verbeteren van veilig oversteken voor voetgangers en fietsers krijgt meer steun naarmate respondenten ouder zijn, autodelen en opheffen van parkeerplaatsen juist minder (Grafiek 15). De verschillen naar leeftijd zijn iets kleiner dan de verschillen naar opleiding.

Grafiek 15 Mening over vier mogelijke maatregelen, naar leeftijd (1 = zeer mee oneens, 5 = zeer mee eens)

a. Ik wil graag dat de maximumsnelheid van een 3,2 aantal wegen verlaagd wordt van 50 km/h naar 30 3,3 km/h, zodat de veiligheid vergroot wordt. 3,5

b. Ik wil meer veilige oversteekplekken voor 3,3 fietsers en wandelaars, ook al betekent dit dat de 3,4 auto en bus vaker moeten stoppen 3,6

c. Ik vind het prima om een auto te delen met 2,8 2,4 mensen buiten mijn huishouden 2,3

d. Het opheffen van parkeerplaatsen vind ik een 3,0 goed idee als er groen en/of speelruime voor 2,5 terugkomt 2,3

1,0 2,0 3,0 4,0 5,0 <50 (n=757) 50-64 (n=550) 65+ (n=443) jaar

29 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

De verschillen naar leeftijd in de steun voor autodelen en het opheffen van parkeerplaatsen komen ook terug als we kijken naar de ‘woonduur in Noord’, maar de verschillen voor verlagen van de maximumsnelheid en veilige oversteekplaatsen niet.

Knelpunten Op de vraag “Wat is voor u het belangrijkste knelpunt van de bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord? (Denk aan ontbrekende verbindingen, vertragingen, overstappen)” geeft negentig procent van de respondenten antwoord. Of de tien procent die geen antwoord geeft voor een groot deel geen knelpunten ziet, is niet te schatten. Een klein deel van degenen die wel antwoorden, zes procent, zegt geen knelpunten te ervaren. De overigen noemen onder andere de ponten (drukte en vaartijden), het IJ en het gebrek aan een tunnel of brug, slechte(re) busverbindingen en veel moeten overstappen in het OV. Een deel van de knelpunten komt ook duidelijk terug in een woordenwolk van de meest genoemde (betekenisvolle) woorden bij deze vraag. Vaker genoemde woorden worden daarin groter weergegeven (Figuur 7).

Figuur 7: Woordenwolk van meest genoemde knelpunten

Kijken we naar de indeling – door het team onderzoekers van de gemeente - van de antwoorden, dan wijst bijna de helft van de respondenten op een OV-knelpunt (46%), een kwart op de verbinding over het IJ voor langzaam verkeer (23%) en een vijfde op knelpunten voor de auto (21%) (de resterende 10 procent is niet naar vervoermiddel in te delen). Bij OV-knelpunten gaat het dan vooral over de noodzaak over te stappen in Noord en het gebrek aan/verdwijnen van directe bussen naar CS, bij auto-knelpunten in de eerste plaats om files bij de Coentunnel, op de A10 Noord en op toe- en afritten.

Tabellen 9-11 in Bijlage 4 geven een overzicht van de (categorieën) antwoorden en het aantal keer dat ze genoemd zijn.

30 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Oplossingen Aan alle respondenten is ook gevraagd welke oplossing voor de knelpunten zij zouden kiezen: “Als u een oplossing mocht kiezen om de bereikbaarheid van en in Noord te verbeteren, wat zou dat zijn?”. Hierop geeft ongeveer 80 procent een antwoord. Vooral bruggen of tunnels voor fietsers en voetgangers over/onder het IJ, verbetering van de busverbindingen (onder andere met directe bussen naar CS) en meer en frequentere pontverbindingen worden veel genoemd. Ook een metrohalte bij de Sixhaven en metro ’s nachts worden vaker genoemd. Een wordcloud laat ook hier de kern van veel antwoorden goed zien (Figuur 8).

Figuur 8: Woordenwolk van meest genoemde oplossingen

De codering van de oplossingen in veelgenoemde categorieën, laat goed zien dat een groot deel van de reacties het verbeteren van het OV-netwerk betreft (43%) en een bijna even groot deel het verbeteren van de verbinding over het IJ (37%). Specifieker zien we dat in een kwart van de antwoorden voor een vaste oeververbinding over of onder het wordt IJ gepleit (25%), in bijna een kwart voor een verbetering van het openbaar vervoer, qua netwerk en frequentie (22%) en ongeveer een tiende elk voor meer en frequentere ponten, herinvoeren van directe buslijnen en uitbreiding van het metronetwerk.

Tabellen 12-13 in Bijlage 4 geven een overzicht van de (categorieën) antwoorden en het aantal keer dat ze genoemd zijn.

31 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

3 Mobiliteitsgedrag

Voet, fiets, auto, metro, pont en bus zijn, in die volgorde, de meest gebruikte vervoermiddelen. Trein en tram volgen op afstand. De fiets gebruikt men het meest in Volewijck/IJ-plein/Vogelbuurt, de auto in Oostzanerwerf/Kadoelen, de metro in Buikslotermeer/Elzenhagen, de pont in Noordelijke IJ-oevers West en de bus in de Waterlandpleinbuurt. Gebruik van bus, tram en metro hangen onderling sterk samen, gebruik van de pont vooral met fiets en trein. In buurten direct aan de A10 is de auto het meest gebruikte vervoermiddel, in Loenermark (naast halte Noord) de metro, in drie buurten dichtbij een veerverbinding de pont en in alle overige buurten de fiets. Inwoners van Noord reizen iets vaker naar de dan naar overige delen van Amsterdam. Naar de binnenstad en naar bestemmingen elders in Amsterdam reizen inwoners van Noordelijke IJ-oevers West veruit het vaakst, naar omliggende gemeenten bewoners van Oostzanerwerf/Kadoelen. Maar naast de verschillen tussen de gebieden in Noord, reizen sommige mensen gewoon meer dan andere mensen, naar alle bestemmingen.

Autobezit Bij bijna driekwart van de respondenten in het onderzoek zijn er in het huishouden één of meer auto’s (71%). Bij twee derde zijn dat eigen auto’s (65%), bij een tiende (ook) lease-auto’s (9%). In 12 procent van de huishoudens zijn er twee auto’s of meer.

Het percentage huishoudens zonder auto is veruit het hoogst in Noordelijke IJ-oevers West (46%) en Volewijck/IJplein/Vogelbuurt (43%) en het laagst in Oostzanerwerf/Kadoelen (14%) (Grafiek 16).

Grafiek 16 Autobezit (huishouden) per gebied

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt (n=168) 43% 53% 4% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp Buiksloot, 19% 61% 20% Noordelijke IJ-oevers Oost (n=300) Waterlandpleinbuurt (n=191) 23% 65% 13%

Buikslotermeer en Elzenhagen (n=226) 29% 58% 13%

Banne Buiksloot (n=256) 27% 62% 11%

Oostzanerwerf en Kadoelen (n=325) 14% 66% 20%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) (n=285) 24% 64% 13%

Noordelijke IJ-oevers West (n=288) 46% 45% 9%

NOORD (n=2039) 29% 59% 12%

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

0 auto's 1 auto 2 of meer auto's

33 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Autobezit in Noord hangt niet zo sterk samen met opleidingsniveau. Bij 69 van de laagopgeleide, 73 procent van de middelbaar opgeleiden en 71 procent van de hoogopgeleide respondenten is er minimaal één auto in het huishouden. Wel is het percentage huishoudens met minimaal twee auto’s onder laagopgeleiden veel lager (6%) dan onder middelbaar (16%) en hoogopgeleide (12%) groep.

Uitsplitsing naar leeftijd laat zien dat het autobezit in de huishoudens van respondenten van 50 tot en met 64 jaar (78%) hoger is dan onder de jongere (65%) en de oudere groep (72%). In de groep 65+ is zelden meer dan één auto (6%), in de groep tot 50 (13%) en 50 tot en met 64 vaker (16%).

Het aantal auto’s in een huishouden hangt ook duidelijk samen met de omvang van het huishouden: van de eenpersoonshuishoudens heeft 50 procent een auto, van de tweepersoonshuishoudens 80 procent, van de driepersoonshuishoudens 84 procent en van de vierpersoonshuishoudens 87 procent.

Gebruikte vervoermiddelen Voet, fiets en auto zijn de meest gebruikte vervoermiddelen van inwoners van Noord, zo blijkt uit de antwoorden op de vraag “Hoe vaak heeft u afgelopen week met de volgende vervoermiddelen gereisd? (1 keer is zowel heen- als terugreis)”. Ruim drie kwart had de afgelopen week te voet gereisd (78%), iets minder dan drie kwart per fiets (72%) en auto (72%). De auto wordt vaak maar 1-2 keer (25%) of 3-5 keer (27%) per week gebruikt, voet en fiets door velen 6 keer of meer. Het gemiddelde aantal reizen per week ligt mede daarom voor de fiets (4,6) en de benenwagen (4,5) duidelijk hoger dan voor de auto (3,5).

Ook met metro en pont heeft een meerderheid van de respondenten ‘de afgelopen week’ gereisd. Hoewel meer mensen met de metro reisden (61%) dan met de pont (57%), is de frequentie voor de pont hoger, zodat het gemiddelde aantal reizen voor de pont veel hoger (2,6) is dan voor de metro (1,8).

Iets minder dan de helft van de respondenten was de afgelopen week busreiziger (47%), een derde treinreiziger (32%), minder dan een kwart trampassagier (22%). Een op de twintig stapte op brommer of scooter (5%) (Grafiek 17).

34 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Grafiek 17 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per vervoermiddel

100% 1% 3% 1% 0% 0% 1% 6% 4% 2% 1% 1% 9% 7% 6% 8% 4% 2% 90% 13% 16% 13% 17% 24% 17% 80% 21% 22% 19% 70% 27% 26% 60% 25% 25% 36% 22% 50% 95% >10 keer 40% 25% 17% 78% 23% 68% 6-10 30% 53% 3-5 20% 39% 43% 28% 28% 1-2 10% 22% 0% 0

Met uitzondering van het aantal reizen per week per scooter of brommer, zijn er voor alle vervoermiddelen duidelijke verschillen tussen de gebieden. Te voet reist men het meest in Buikslotermeer/Elzenhagen, het minst in Oostzanerwerf/Kadoelen (Grafiek 18).

Grafiek 18 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week te voet

voet

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 17% 26% 24% 27% 5%

Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 19% 25% 26% 22% 9% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost

Waterlandpleinbuurt 22% 20% 28% 25% 5%

Buikslotermeer en Elzenhagen 17% 20% 26% 32% 6%

Banne Buiksloot 25% 21% 26% 20% 7%

Oostzanerwerf en Kadoelen 30% 22% 23% 21% 5%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 27% 24% 25% 19% 5%

Noordelijke IJ-oevers West 21% 30% 23% 23% 4%

0% 20% 40% 60% 80% 100%

0 1-2 3-5 6-10 >10

35 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

De reisfrequentie per fiets is het hoogst in Volewijck/IJplein/Vogelbuurt, de tuindorpen Nieuwendam en Buiksloot/Noordelijke IJ-oevers Oost en Noordelijke IJ-oevers West, en het laagst in Waterlandpleinbuurt en Buikslotermeer/Elzenhagen (Grafiek 19).

Grafiek 19 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per fiets

fiets

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 22% 13% 26% 27% 12% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 19% 11% 24% 32% 14% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 38% 19% 22% 14% 8%

Buikslotermeer en Elzenhagen 39% 20% 25% 11% 6%

Banne Buiksloot 26% 18% 32% 16% 7%

Oostzanerwerf en Kadoelen 31% 20% 24% 20% 6%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 26% 16% 23% 26% 9%

Noordelijke IJ-oevers West 19% 15% 23% 32% 11%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

Autobewegingen zijn er veruit het meest vanuit Oostzanerwerf/Kadoelen, het minst vanuit Volewijck/IJplein/Vogelbuurt en Noordelijke IJ-oevers West (Grafiek 20).

Grafiek 20 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per auto

auto

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 42% 23% 22% 11% 2% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 22% 26% 29% 19% 5% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 23% 26% 25% 20% 5%

Buikslotermeer en Elzenhagen 28% 25% 29% 14% 4%

Banne Buiksloot 24% 25% 30% 17% 4%

Oostzanerwerf en Kadoelen 14% 23% 32% 23% 8%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 22% 24% 33% 17% 5%

Noordelijke IJ-oevers West 37% 32% 19% 9% 3%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

36 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Van de metro maken inwoners van Buikslotermeer/Elzenhagen het meest gebruik (totaal 76% de afgelopen week), gevolgd door Banne Buiksloot. Bewoners van Tuindorp Oostzaan en Oostzanerwerf/Kadoelen reizen het minst met de metro (Grafiek 21).

Grafiek 21 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per metro

metro

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 36% 38% 15% 9% 2% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 40% 40% 14% 6%1% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 41% 37% 13% 7%2%

Buikslotermeer en Elzenhagen 24% 40% 26% 9%1%

Banne Buiksloot 38% 36% 20% 6%1%

Oostzanerwerf en Kadoelen 49% 31% 14% 6%1%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 52% 29% 13% 6%1%

Noordelijke IJ-oevers West 42% 36% 17% 5%0%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

Voor de pont zijn de verschillen het grootst. Van de bewoners van de Buikslotermeer/Elzenhagen reisde nog niet een derde de afgelopen week met de pont, van de inwoners van de Noordelijke IJ-oevers West negentig procent (Grafiek 22).

Grafiek 22 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per pont

pont

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 21% 26% 25% 24% 4% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 45% 23% 20% 9% 3% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 61% 20% 12% 5%2%

Buikslotermeer en Elzenhagen 68% 21% 7%3%1%

Banne Buiksloot 48% 25% 17% 9%1%

Oostzanerwerf en Kadoelen 54% 21% 16% 6%2%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 36% 23% 25% 13% 3%

Noordelijke IJ-oevers West 10% 15% 31% 31% 13%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

37 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Inwoners van Volewijck/IJplein/Vogelbuurt reizen het minst met de bus, inwoners van de Waterlandpleinbuurt het meest (Grafiek 23).

Grafiek 23 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per bus

bus

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 69% 21% 5%5% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 61% 22% 12% 4%1% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 38% 32% 19% 9% 3%

Buikslotermeer en Elzenhagen 59% 25% 13% 3%1%

Banne Buiksloot 42% 29% 21% 7%1%

Oostzanerwerf en Kadoelen 48% 27% 15% 9%1%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 42% 31% 15% 10%1%

Noordelijke IJ-oevers West 59% 25% 12% 4%0%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

Noordelijke IJ-oevers West is het enige gebied waar meer dan de helft van de bewoners (58%) de afgelopen week met de trein reisde. In Oostzanerwerf/Kadoelen was dat maar 17 procent (Grafiek 24).

Grafiek 24 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per trein

trein

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 58% 25% 14% 4% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 75% 20% 4%1%0% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 73% 22% 3%1%1%

Buikslotermeer en Elzenhagen 68% 23% 7%2%0%

Banne Buiksloot 73% 18% 7%2%

Oostzanerwerf en Kadoelen 83% 13% 3%1%0%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 76% 18% 6%0%

Noordelijke IJ-oevers West 42% 38% 17% 3%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

38 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Met de tram, ten slotte, reisde bijna een derde van de inwoners van Noordelijke IJ- oevers West, en – aan het andere uiterste – 13 procent van de bewoners van Tuindorp Nieuwendam/Tuindorp Buiksloot/Noordelijke IJ-oevers Oost (Grafiek 25).

Grafiek 25 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per tram

tram

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 74% 21% 2%2% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 87% 9% 3%1%0% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 76% 16% 6%2%

Buikslotermeer en Elzenhagen 71% 22% 5%0%0%

Banne Buiksloot 82% 11% 6%1%

Oostzanerwerf en Kadoelen 83% 14% 3%0%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 81% 13% 4%1%1%

Noordelijke IJ-oevers West 69% 23% 6%2%0%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

Uit een globale blik op bovenstaande grafieken is al af te leiden dat in gebieden waar weinig inwoners geregeld de auto pakken, frequenter wordt gereisd per tram en vooral trein. Dat blijkt ook als we niet per gebied, maar op individueel niveau kijken naar het gebruik van vervoermiddelen.8 Mensen die vaker de auto pakken, gebruiken bus, metro, tram, fiets, pont en vooral trein minder vaak dan mensen die minder vaak per auto reizen (en gaan iets vaker te voet). Gebruik van bus, tram en metro hangen onderling sterk positief samen, elk van die drie hangt minder sterk samen met treinreizen. Gebruik van de pont hangt positief samen met – in aflopende sterkte – fiets, trein, voet, tram en brommer/scooter, negatief met auto en bus en niet met metro.

Kijken we per buurt welk vervoermiddel (‘te voet’ niet meegerekend) gemiddeld het meest wordt gebruikt, dan is dat in de meeste buurten de fiets, in sommige buurten – vooral dicht bij de A10 – de auto, in enkele buurten direct bij de pont (, IJ- plein en NDSM-terrein) – de pont en in één buurt naast metrohalte Noord (Loenermark), de metro (Figuur 9). De bus is in geen enkele buurt het meest frequente vervoermiddel.

8 Genoemde samenhangen zijn gebaseerd op een correlatiematrix.

39 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Figuur 9: Meest frequent gebruikte vervoermiddel (excl. ‘te voet’) per buurt9

Voor Noord als geheel geldt dat inwoners met een hogere opleiding minder vaak met auto, bus, brommer of scooter en te voet reizen en vaker met metro, fiets, trein en pont (voor tram is geen verschil) (Grafiek 26).

9 Voor elke buurt met minimaal 10 respondenten, wordt het vervoermiddel weergegeven met de hoogste gemiddelde gebruiksfrequentie in ‘de afgelopen week’ onder de bewoners van die buurt.

40 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Grafiek 26 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per vervoermiddel naar opleidingsniveau

laag 24% 20% 22% 28% 6%

midden 23% 19% 25% 24% 8% voet hoog 20% 26% 26% 23% 4%

laag 47% 15% 20% 14% 4%

midden 42% 14% 25% 14% 5% fiets hoog 17% 18% 27% 27% 12%

laag 29% 26% 24% 16% 5%

midden 26% 19% 29% 19% 7% auto hoog 28% 27% 27% 15% 3%

laag 53% 29% 11% 7%0%

midden 46% 33% 14% 7%1% metro hoog 33% 39% 19% 7% 1%

laag 67% 19% 9% 4%1%

midden 56% 24% 14% 5%1% pont hoog 31% 23% 23% 18% 4%

laag 50% 24% 17% 6% 3%

midden 53% 26% 13% 8% 1% bus

hoog 54% 27% 13% 6%1%

laag 80% 16% 4%0%

midden 79% 13% 6% 2% trein hoog 61% 28% 9% 2%0%

laag 86% 11% 3%0%1%

midden 77% 17% 3%2%1% tram hoog 76% 18% 5%1%0%

laag 92% 3%2%1%2%

er midden 94% 1%2%2%1%

hoog 96% 2%1%1%0% brommer/scoot 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

0 1-2 3-5 6-10 >10

Wat betreft leeftijd zien we dat oudere inwoners minder vaak met trein, metro en fiets en pont reizen en vaker te voet dan jongere inwoners (voor auto, bus, tram en brommer/scooter is geen significant verschil). Oudere inwoners reizen in het algemeen minder frequent (Grafiek 27).

41 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Grafiek 27 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per vervoermiddel naar leeftijd

<50 20% 29% 26% 20% 4%

50-64 23% 23% 22% 25% 6% voet 65+ 22% 16% 27% 29% 6%

<50 18% 18% 27% 25% 12%

50-64 29% 15% 25% 23% 8% fiets 65+ 42% 16% 22% 15% 6%

<50 30% 25% 25% 17% 3%

50-64 24% 25% 26% 19% 5% auto 65+ 28% 25% 30% 11% 5%

<50 31% 38% 22% 8% 1%

50-64 47% 32% 12% 8% 1% metro 65+ 44% 37% 14% 5%1%

<50 30% 22% 26% 18% 4%

50-64 43% 26% 16% 13% 2% pont 65+ 63% 19% 11% 4%3%

<50 52% 26% 14% 7%1%

50-64 59% 24% 10% 6%1% bus 65+ 47% 29% 17% 6%1%

<50 58% 26% 13% 2%0%

50-64 73% 19% 6% 2%0% trein 65+ 77% 19% 3%0%1%

<50 78% 16% 5%1%0%

50-64 80% 15% 3%1%0% tram 65+ 75% 20% 4%0%1%

<50 95% 2%2%1%0%

50-64 94% 2%1%1%1% ter

65+ 96% 1%1%1%1% brommer/scoo 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

0 1-2 3-5 6-10 >10

Vergelijking van groepen die al langer en groepen die minder lang in Noord wonen, laat bijna hetzelfde zien als voor leeftijd. Enige verschil is dat het autogebruik wel iets hoger naarmate mensen langer in Noord wonen, maar niet (significant) onder oudere bewoners. De omvang van het huishouden maakt voor geen enkel vervoermiddel duidelijk verschil.

42 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Bestemmingen ‘Noordelingen’ reizen het vaakst naar bestemmingen binnen Noord, en daarna naar de binnenstad iets vaker dan naar andere delen van Amsterdam, zo blijkt uit de antwoorden “Hoe vaak heeft u afgelopen gereisd naar de volgende bestemmingen?”. Bijna iedereen was de afgelopen week naar een bestemming binnen het stadsdeel gereisd (94%), ruim twee derde naar de binnenstad (69%), bijna twee derde naar oberige delen van Amsterdam. Minder dan de helft reisde naar omliggende gemeenten (44%), de helft naar andere bestemmingen (51%). Het gemiddelde aantal reizen per week ligt voor bestemmingen binnen Noord meer dan twee keer zo hoog (5,5) als voor het centrum (2,4) en de rest van Amsterdam (2,0). De gemiddelde frequentie voor omliggende gemeenten is duidelijk lager (1,0) dan voor overige bestemmingen (1,5). Naar de laatste reizen meer mensen frequent, waarschijnlijk deels als woon-werkverkeer (Grafiek 28).

Grafiek 28 Aantal reizen (retour) in de (afgelopen) week per bestemming

100% 1% 1% 1% 2% 2% 5% 8% 9% 8% 90% 10% 15% 21% 80% 27% 23% 70% 31% 31% 60% 33% 50% 36% 37% 40% >10 6-10 30% 56% 49% 3-5 20% 21% 37% 31% 1-2 10% 6% 0 0%

Met uitzondering van het aantal reizen naar ‘overige’ bestemmingen (buiten de omliggende gemeenten), zijn er voor alle bestemmingen duidelijke verschillen tussen de gebieden.

Naar bestemmingen binnen Noord reizen inwoners van Noordelijke IJ-oevers West het minst vaak en van Tuindorp Nieuwendam/Tuindorp Buiksloot/Noordelijke IJ-oevers West het vaakst (Grafiek 29).

43 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Grafiek 29 Aantal reizen in de (afgelopen) week naar bestemmingen binnen Noord

Noord

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 5% 20% 39% 26% 10% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 6% 13% 34% 35% 13% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 5% 20% 39% 30% 6%

Buikslotermeer en Elzenhagen 9% 19% 37% 28% 7%

Banne Buiksloot 6% 22% 39% 24% 9%

Oostzanerwerf en Kadoelen 5% 24% 39% 23% 9%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 4% 22% 33% 33% 8%

Noordelijke IJ-oevers West 11% 29% 36% 18% 6%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

De frequentie waarmee inwoners naar de binnenstad van Amsterdam gaan, is het laagst in Banne Buiksloot en veruit het hoogst in Noordelijke IJ-oevers West (Grafiek 30).

Grafiek 30 Aantal reizen in de (afgelopen) week naar bestemmingen in de binnenstad van Amsterdam

Amsterdam binnenstad

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 27% 35% 24% 11% 3% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 35% 38% 20% 6%1% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 31% 38% 20% 9% 2%

Buikslotermeer en Elzenhagen 32% 40% 21% 5%1%

Banne Buiksloot 36% 38% 20% 7%

Oostzanerwerf en Kadoelen 37% 34% 20% 6%2%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 33% 28% 28% 10%2%

Noordelijke IJ-oevers West 14% 34% 34% 15% 4%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

Naar overige bestemmingen in Amsterdam, gaan inwoners van Buikslotermeer en Elzenhagen het minst en inwoners van Noordelijke IJ-oevers West het meest frequent (Grafiek 31).

44 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Grafiek 31 Aantal reizen in de (afgelopen) week naar bestemmingen in de rest van Amsterdam

Amsterdam overig

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 28% 37% 26% 8%1% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 44% 32% 17% 6%2% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 42% 29% 20% 8%2%

Buikslotermeer en Elzenhagen 46% 37% 12% 5%1%

Banne Buiksloot 39% 30% 21% 9%1%

Oostzanerwerf en Kadoelen 39% 28% 24% 7%1%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 33% 37% 20% 9%1%

Noordelijke IJ-oevers West 27% 32% 28% 13% 0%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

Op omliggende gemeenten (Zaandam, Oostzaan en Purmerend) zijn inwoners van Tuindorp Oostzaan en Oostzanerwerf/Kadoelen veel sterker gericht dan inwoners van andere gebieden in Noord. Weinig inwoners van Noordelijke IJ-oevers West komen wekelijks in een van de randgemeenten (Grafiek 32).

Grafiek 32 Aantal reizen in de (afgelopen) week naar bestemmingen in omliggende gemeenten

omliggende gemeenten

Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 60% 32% 6%2% Tuindorp Nieuwendam, tuindorp 56% 31% 10%2%1% Buiksloot, Noordelijke IJ-oevers Oost Waterlandpleinbuurt 64% 23% 9% 3%1%

Buikslotermeer en Elzenhagen 64% 28% 6%1%1%

Banne Buiksloot 55% 32% 10%3%0%

Oostzanerwerf en Kadoelen 33% 44% 19% 3%1%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 42% 36% 16% 4%1%

Noordelijke IJ-oevers West 74% 20% 5%1%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

45 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Naar overige bestemmingen reist alleen uit Noordelijke IJ-oevers West meer dan de helft van de inwoners wekelijks, uit de andere gebieden ongeveer de helft (Grafiek 33).

Grafiek 33 Aantal reizen in de (afgelopen) week naar bestemmingen in omliggende gemeenten

overige bestemmingen Volewijck, IJplein/Vogelbuurt 49% 30% 14% 7%

Tuindorp Nieuwendam, tuindorp… 48% 30% 18% 4%0%

Waterlandpleinbuurt 51% 28% 13% 6%2%

Buikslotermeer en Elzenhagen 52% 29% 16% 4%

Banne Buiksloot 52% 32% 13% 3%1%

Oostzanerwerf en Kadoelen 50% 31% 14% 4%1%

Tuindorp Oostzaan (incl. De Bongerd) 47% 31% 15% 6%1%

Noordelijke IJ-oevers West 38% 36% 21% 5%0%

0% 20% 40% 60% 80% 100% 0 1-2 3-5 6-10 >10

Kijken we naar de reisfrequenties per gebied voor bovenstaande bestemmingen, dan is Noordelijke IJ-oevers West veruit het sterkst gericht op Amsterdam ‘over het IJ’ en het minst op Noord en de gemeenten eromheen. Tuindorp Nieuwendam/Tuindorp Buiksloot/Noordelijke IJ-oevers Oost is vooral op Noord gericht, Tuindorp Oostzaan en Oostzanerwerf/Kadoelen op Noord en de omliggende gemeenten.

Kijken we niet naar de resultaten per gebied, maar naar de samenhang tussen de reisfrequentie naar verschillende bestemmingen, dan zien we dat mensen die vaker naar de ene bestemming reizen, gemiddeld ook iets vaker naar de andere bestemmingen reizen. Voor een deel is het dus niet of-of maar en-en. Deze relatie is het duidelijkst tussen reizen binnen Noord en reizen naar de binnenstad, reizen binnen Noord en reizen naar de omliggende gemeenten, en reizen naar omliggende gemeenten en naar overige bestemmingen. 10 Alleen voor reizen naar de binnenstad en reizen naar omliggende gemeenten is geen significant verband. Behalve dat bepaalde gebieden sterker op bepaalde bestemmingen zijn gericht dan andere gebieden, zien we dus ook dat sommige mensen meer reizen, naar diverse bestemmingen, dan anderen.

Voor de totale groep respondenten geldt dat inwoners met een hogere opleiding gemiddeld vaker naar de binnenstad, de rest van Amsterdam en overige bestemmingen reizen dan inwoners met een lagere opleiding, en minder vaak naar omliggende

10 Genoemde samenhangen zijn gebaseerd op een correlatiematrix.

46 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

gemeenten (voor reizen binnen Noord is er geen verschil). We zien dit ook weer als we naar de indeling in categorieën kijken (Grafiek 34).11

Grafiek 34 Aantal reizen in de (afgelopen) week per bestemming, naar opleidingsniveau

laag 7% 23% 36% 25% 9%

midden 7% 18% 35% 31% 10% Noord

hoog 6% 21% 39% 26% 8%

laag 55% 27% 10% 6% 2%

midden 38% 36% 19% 7%1%

hoog 21% 38% 28% 10% 2% Amsterdambinnenstad

laag 54% 25% 14% 5%2%

midden 41% 30% 21% 7% 1%

Amsterdamoverig hoog 31% 37% 23% 9% 0%

laag 51% 32% 13% 3%1%

midden 47% 35% 13% 4%1%

hoog 61% 29% 7% 2%0% omliggende gemeenten omliggende

laag 66% 20% 9% 4%1%

midden 53% 28% 13% 6%0% overig

hoog 43% 34% 18% 5%0%

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

0 1-2 3-5 6-10 >10

De verschillen naar leeftijd zijn iets groter dan naar opleiding. Jongere en oudere inwoners reizen binnen Noord ongeveer even veel, maar oudere inwoners reizen vaker naar omliggende gemeenten en jongere inwoners vaker naar alle andere bestemmingen (Grafiek 35).

11 Voor een klein deel hangen de verschillen samen met het feit dat inwoners van Noordelijke IJ- oevers West gemiddeld veel hoger opgeleid zijn dan inwoners van de andere gebieden.

47 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Grafiek 35 Aantal reizen in de (afgelopen) week per bestemming, naar leeftijd

<50 6% 22% 38% 26% 8%

50-64 7% 19% 35% 29% 10% Noord

65+ 6% 21% 39% 27% 7%

<50 18% 35% 32% 12% 2%

50-64 34% 37% 18% 9% 2%

65+ 47% 35% 15% 2%1% Amsterdambinnenstad

<50 26% 34% 27% 13% 1%

50-64 38% 31% 23% 6% 2%

Amsterdamoverig 65+ 51% 35% 10% 3%0%

<50 63% 27% 8% 1%1%

50-64 51% 33% 12% 4%0%

65+ 51% 35% 10% 3%1% omliggende gemeenten omliggende

<50 43% 32% 20% 5%1%

50-64 49% 29% 14% 7% 1% overig

65+ 58% 31% 8% 2%0%

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

0 1-2 3-5 6-10 >10

Naast de verschillen die bij leeftijd naar voren komen, geldt voor bewoners die langer in Noord wonen ook nog dat zij iets frequenter binnen Noord reizen. De omvang van het huishouden maakt voor de reisfrequenties geen verschil.

48 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Bijlage 1: Vragenlijst

Intro De gemeente Amsterdam is benieuwd naar de mening van de inwoners van Amsterdam Noord over de bereikbaarheid van het stadsdeel. Deze vragenlijst bevat vragen over hoe u de bereikbaarheid beoordeelt. Ook horen wij graag hoe u zich verplaatst in het stadsdeel.

Het invullen van de vragenlijst duurt ongeveer 10 minuten.

Hoe ervaart u de bereikbaarheid?

1. Hoe beoordeelt u de bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord per auto (denk aan snelheid, veiligheid, verbindingen)?

a. Zeer slecht Slecht Voldoende Goed Heel goed Geen mening/nvt

b. Kunt u uw keuze over de bereikbaarheid per auto nader toelichten?

2. Hoe beoordeelt u de kwaliteit van auto-parkeren in Amsterdam Noord (denk aan beschikbare plekken, kosten, toegankelijkheid)? a. Zeer slecht Slecht Voldoende Goed Heel goed Geen mening/nvt

b. Kunt u uw keuze over de kwaliteit van parkeren nader toelichten?

3. Hoe beoordeelt u de bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord per openbaar vervoer (denk aan snelheid, verbindingen, veiligheid, comfort, kans op zitplaats)?

a. Zeer slecht Slecht Voldoende Goed Heel goed Geen mening/nvt

b. Kunt u uw keuze over de bereikbaarheid met het openbaar vervoer nader toelichten?

4. Hoe beoordeelt u de bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord per fiets (denk aan snelheid, verbindingen, veiligheid, comfort)? a. Zeer slecht Slecht Voldoende Goed Heel goed Geen mening/nvt

b. Kunt u uw keuze over het fietsen nader toelichten?

5. Hoe beoordeelt u de bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord te voet (denk aan het oversteken, verbindingen, veiligheid, verkeerslichten)?

a. Zeer slecht Slecht Voldoende Goed Heel goed Geen mening/nvt

b. Kunt u uw keuze over de bereikbaarheid te voet nader toelichten?

49 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Mogelijke verbeteringen van de bereikbaarheid

6. Geef uw mening over de volgende mogelijke maatregelen voor Amsterdam Noord.

a. Ik wil graag dat de maximumsnelheid van een aantal wegen verlaagd wordt van 50 km/h naar 30 km/h

Zeer mee Mee oneens Neutraal Mee eens Zeer mee eens Geen oneens mening/nvt

b. Ik wil meer veilige oversteekplekken voor fietsers en wandelaars, ook al betekent dit dat de auto en bus vaker moeten stoppen

Zeer mee Mee oneens Neutraal Mee eens Zeer mee eens Geen oneens mening/nvt

c. Ik vind het prima om een auto te delen met mensen buiten mijn huishouden

Zeer mee Mee oneens Neutraal Mee eens Zeer mee eens Geen oneens mening/nvt

d. Het opheffen van parkeerplaatsen vind ik een goed idee als er groen en/of speelruime voor terugkomt

Zeer mee Mee oneens Neutraal Mee eens Zeer mee eens Geen oneens mening/nvt

7. Wat is voor u het belangrijkste knelpunt van de bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord? (Denk aan ontbrekende verbindingen, vertragingen, overstappen) Open vraag

8. Als u een oplossing mocht kiezen om de bereikbaarheid van en in Noord te verbeteren, wat zou dat zijn? Open vraag

50 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

9. Hoe beoordeelt u de bereikbaarheid van de volgende voorzieningen?

a. Supermarkt Zeer slecht Slecht Voldoende Goed Heel goed Geen mening/nvt

b. School Zeer slecht Slecht Voldoende Goed Heel goed Geen mening/nvt

c. Sportvoorzieningen Zeer slecht Slecht Voldoende Goed Heel goed Geen mening/nvt

d. Restaurants en cafés Zeer slecht Slecht Voldoende Goed Heel goed Geen mening/nvt

e. Cultuur (zoals theater, museum en bioscoop) Zeer slecht Slecht Voldoende Goed Heel goed Geen mening/nvt

Hoe reist u?

10. Hoe vaak heeft u afgelopen week met de volgende vervoermiddelen gereisd? (1 keer is zowel heen- als terugreis)

Aantal keer dat u met het vervoermiddel reist: Aantal keer afgelopen week: Auto Trein Bus Metro Tram Brommer/ scooter Fiets Te voet Pont

11. Hoeveel auto’s heeft uw huishouden? Aantal auto’s Eigen auto Lease-auto

12. Hoe vaak heeft u afgelopen week gereisd naar de volgende bestemmingen: Aantal keer afgelopen week: Binnen Amsterdam Noord Binnenstad van Amsterdam De rest van Amsterdam Omliggende gemeenten aan Noord (Zaandam, Oostzaan, Purmerend) Overig

51 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Uw huishouden

13. Hoelang woont u al in Amsterdam Noord? Open vraag (enkel een cijfer): XX jaar

0-2 jaar 2-5 jaar 5-10 jaar 10-25 jaar 25 jaar of langer

14. Wat is uw leeftijd? Open vraag (enkel een cijfer): XX jaar

15. Wat is uw hoogst behaalde opleidingsniveau? Een-keuzemogelijkheid:

Geen diploma of enkele jaren lagere school Basisonderwijs/ lagere school, speciaal (basis) onderwijs LBO/VBO, VSO, MAVO, VMBO, MBO-niveau 1 HAVO, VWO, MBO-niveau 2-4 HBO, WO Anders, namelijk…

16. Uit hoeveel mensen bestaat uw huishouden (inclusief uzelf)? Open vraag (enkel een cijfer): XX mensen

< 1, dan deze vraag stellen:>> 17. Wat is de samenstelling van uw huishouden? a) Uit hoeveel volwassenen van 50 jaar of ouder bestaat uw huishouden? Open vraag (enkel een cijfer): XX personen

b) Uit hoeveel volwassenen tussen de 18 en 49 jaar bestaat uw huishouden? Open vraag (enkel een cijfer): XX personen

c) Uit hoeveel kinderen tussen de 12 en 17 jaar bestaat uw huishouden? Open vraag (enkel een cijfer): XX personen

d) Uit hoeveel kinderen tussen de 0 en 11 jaar bestaat uw huishouden? Open vraag (enkel een cijfer): XX personen

Tot slot

18. Zijn er nog andere dingen over de bereikbaarheid van stadsdeel Noord die u graag met ons wilt delen? Open vraag

Eindscherm Hartelijk dank voor het invullen van de enquête.

52 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Bijlage 2: Uitnodigingsbrief

53 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Bijlage 3: Nomogram

Afwijkingsmarges bij 95% betrouwbaarheid:

gevonden %

1 2 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 99 98 95 90 85 80 75 70 65 60 55 50

25 3,9 5,5 8,5 11,8 14,0 15,7 17,0 18,0 18,7 19,2 19,5 19,6 50 2,8 3,9 6,0 8,3 9,9 11,1 12,0 12,7 13,2 13,6 13,8 13,9 100 2,0 2,7 4,3 5,9 7,0 7,8 8,5 9,0 9,3 9,6 9,8 9,8 150 1,6 2,2 3,5 4,8 5,7 6,4 6,9 7,3 7,6 7,8 8,0 8,0 200 1,4 1,9 3,0 4,2 4,9 5,5 6,0 6,4 6,6 6,8 6,9 6,9

250 1,2 1,7 2,7 3,7 4,4 5,0 5,4 5,7 5,9 6,1 6,2 6,2 300 1,1 1,6 2,5 3,4 4,0 4,5 4,9 5,2 5,4 5,5 5,6 5,7 400 1,0 1,4 2,1 2,9 3,5 3,9 4,2 4,5 4,7 4,8 4,9 4,9 500 0,9 1,2 1,9 2,6 3,1 3,5 3,8 4,0 4,2 4,3 4,4 4,4 600 0,8 1,1 1,7 2,4 2,9 3,2 3,5 3,7 3,8 3,9 4,0 4,0 N 700 0,7 1,0 1,6 2,2 2,6 3,0 3,2 3,4 3,5 3,6 3,7 3,7 800 0,7 1,0 1,5 2,1 2,5 2,8 3,0 3,2 3,3 3,4 3,4 3,5 900 0,7 0,9 1,4 2 2,3 2,6 2,8 3,0 3,1 3,2 3,3 3,3 1.000 0,6 0,9 1,4 1,9 2,2 2,5 2,7 2,8 3,0 3,0 3,1 3,1 1.100 0,6 0,8 1,3 1,8 2,1 2,4 2,6 2,7 2,8 2,9 2,9 3,0 1.200 0,6 0,8 1,2 1,7 2,0 2,3 2,5 2,6 2,7 2,8 2,8 2,8 1.300 0,5 0,8 1,2 1,6 1,9 2,2 2,4 2,5 2,6 2,7 2,7 2,7 1.400 0,5 0,7 1,1 1,6 1,9 2,1 2,3 2,4 2,5 2,6 2,6 2,6 1.500 0,5 0,7 1,1 1,5 1,8 2,0 2,2 2,3 2,4 2,5 2,5 2,5 1.750 0,5 0,7 1,0 1,4 1,7 1,9 2,0 2,1 2,2 2,3 2,3 2,3 2.000 0,4 0,6 1,0 1,3 1,6 1,8 1,9 2,0 2,1 2,1 2,2 2,2

54 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Bijlage 4: Codering antwoorden open vragen12

Tabel 4 Kunt u uw keuze over de bereikbaarheid per auto toelichten? - codering

OTAAL Antwoorden slecht zeer / Slecht Voldoende goed heel / Goed T % Goede verbinding met de ring A10 vanuit meerdere windrichtingen en 45 250 295 27% S116 / IJtunnel Kwetsbaar netwerk. Bij afsluitingen / incidenten op belangrijke wegen, 25 47 25 97 9% is er meteen veel vertraging

Vertraging op A10 (met name door Coentunnel) 34 40 17 91 8%

Goede bereikbaarheid binnen Noord 15 75 90 8%

(Toenemende) drukte in Noord 20 32 16 68 6%

Goede verkeersdoorstroming / weinig files in Noord 63 63 6%

Veel files (in de spits) 35 22 57 5%

Knelpunt IJdoornlaan (aansluiting A10 / station Noord / BovenIJ 20 19 9 48 4% ziekenhuis) Hinder / klachten bij wegwerkzaamheden (i.vm. extra reistijd én 26 15 41 4% slechte communicatie)

Zorgen over de toekomstige autobereikbaarheid i.v.m. groei van Noord 7 22 11 40 4%

Vertraging bij de aansluitingen op de ring 11 15 4 30 3%

Veel verkeerslichten zorgen voor slechte doorstroming. Slecht 22 6 28 3% afgestemd op elkaar Knelpunt Mosplein / Johan van Hasseltweg / station Noorderpark / 13 10 4 27 2% rotonde Meeuwenlaan

Knelpunt Klaprozenweg 11 11 2 24 2%

Noord wordt drukker, maar infrastructuur blijft daarbij achter 16 4 20 2%

De autobereikbaarheid is te goed en zou wel minder kunnen 0 9 10 19 2%

Last van sluipverkeer (bijvoorbeeld afrit Nieuwendam / IJdoornlaan) 4 11 3 18 2%

IJtunnel is veel te vaak dicht 13 5 18 2%

Acceptabele doorstroming, maar doorstroming is niet optimaal 17 17 2%

Slechts beperkt aantal verbindingswegen in Noord 15 15 1%

12 De aantallen en percentages in deze bijlage zijn ongewogen. De aantallen geven het aantal antwoorden weer dat in de betreffende categorie ondergebracht kan worden. Een antwoord kan in meerdere categorieën zijn ingedeeld.

55 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Tabel 5 Kunt u uw keuze over de kwaiteit van het autoparkeren toelichten? - codering

heel goed heel

OTAAL

Voldoende / Goed T % Antwoorden slecht zeer / Slecht Voldoende parkeerplekken en niet te duur 111 218 321 27%

Er is weinig parkeerruimte 205 213 18%

Betaald parkeren is duur, vooral voor bezoekers en bij het 53 39 11 103 9% winkelcentrum

Betaald parkeren geeft gedoe en is lastig 79 79 7%

Betaald parkeren is onnodig in Noord 24 24 22 70 6%

Ook bij gratis parkeren is er voldoende plek 70 70 6%

Er is niet genoeg parkeergelegenheid, het wordt steeds drukker in 65 65 6% Noord

Betaald parkeren is onnodig in Noord 46 4%

Zorgen over hoge parkeerdruk in de toekomst met groei bewoners en 20 25 45 4% voorzieningen

Sinds de komst van de Noord/Zuidlijn is er meer parkeerdruk 24 24 2%

De P&R bij Station Noord staat altijd vol 20 20 2%

Betaald parkeren bij voorzieningen acceptabel, in woongebieden niet 20 20 2%

Er is nu een versnippering tussen betaald parkeren en gratis. Dit zorgt 20 20 2% voor onduidelijkheid Steeds meer parkeerplaatsen gevuld door mensen van buitenaf 11 4 15 1% (bedrijven, taxi's en gasten)

Parkeren op zondag zou gratis moeten zijn 13 13 1%

Zelfs met een parkeervergunning zijn er geen plekken 12 12 1%

Een blauwe zone plaatsen i.p.v. betaald parkeren bij winkelcentra en 11 11 1% scholen

Sinds invoer van betaald parkeren neemt parkeerdruk af 9 9 1%

Er zijn genoeg parkeerplekken bij de winkelcentrums 6 6 1%

Parkeren op Buikslotermeerplein: altijd voor 3 uur betalen ook al sta je 6 6 1% er maar 10 minuten

Er moeten hogere parkeertarieven komen 4 4 0%

56 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Tabel 6 Kunt u uw keuze over de bereikbaarheid per OV toelichten? - codering

TAAL

O

Voldoende goed heel / Goed T % Antwoorden slecht zeer / Slecht Het OV was veel beter vóór ingebruikname Noord/Zuidlijn. (Met name 316 82 9 407 25% de directe bus naar CS wordt gemist).

Noord/Zuidlijn is goed 2 33 179 214 13%

Noord/Zuidlijn is goed, maar aansluitend busvervoer slecht, oost- 93 90 30 213 13% westverbinding mist, intern onvoldoende Wens naar hogere frequentie en meer pontverbindingen (onvoldoende 52 24 7 83 5% frequentie NDSM-pont meest genoemd). Teveel (en te slechte) overstappen, zowel van/naar centrum als binnen 55 16 5 76 5% Noord

Algemeen tevreden 0 10 61 71 4%

OV is in de nacht en avond (en vroege ochtend) problematisch 26 14 17 57 3%

Met het OV zijn Tuindorp Oostzaan, NDSM, Kadoelen en 47 10 0 57 3% slecht bereikbaar

Bus en metro zijn goed 0 8 46 54 3%

Ontevreden over pontcapaciteit en -frequentie, of pont is sowieso 32 18 3 53 3% ongewenst (voorkeur vaste verbinding)

Bussen zijn te vol (enkeling vindt ook metro te vol) 28 18 4 50 3%

Specifieke suggesties (o.a. R-NET stoppen Noorderpark, bus naar pont, 23 18 9 50 3% metrostatio Sixhaven realiseren, tram op noord, oost-west verbinding)

Ontevreden over afstand en route naar haltes 29 16 2 47 3%

De bus is niet snel of frequent genoeg 33 8 4 45 3%

Overige opmerkingen (hoe meer hoe beter, maak er geen gebruik van, 11 22 11 44 3% kwetsbaar bij storingen metro, gewoon heel slecht, …)

Ontevreden over opgeheven haltes of lijnen 29 5 2 36 2%

Specifieke bestemming slecht bereikbaar (meest genoemd BovenIJ 22 0 0 22 1% ziekenhuis) Reistijd met OV is te lang (algemeen of specifiek naar Amsterdam 15 4 3 22 1% West, Sloterdijk, Oost, etc..)

Positief over de veerpont 2 1 15 18 1%

De metrostations zijn niet op orde 6 6 5 17 1%

Het OV is duur 8 1 1 10 1%

57 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Tabel 7 Kunt u uw keuze over de bereikbaarheid per fiets toelichten? - codering

OTAAL

Voldoende goed heel / Goed T % Antwoorden slecht zeer / Slecht De verbinding over het IJ moet verbeteren: ponten frequenter (ook 's nachts en in het weekend), nieuwe pontverbindingen, vaste 249 164 77 490 27% fietsverbinding Er zijn goede fietsverbindingen en fietspaden 43 212 255 14%

De ponten zijn druk 62 59 33 154 9%

Fietsen in Noord is onveilig 44 45 45 134 7%

De ponten werken goed 39 94 133 7%

Fietspaden moeten beter onderhouden worden 47 43 42 132 7%

Voldoende fietspaden 21 94 115 6%

De fietser heeft veel ruimte 4 45 49 3%

Er moeten meer fietsverbindingen komen 12 15 16 43 2%

Ik moet veel omfietsen 25 15 40 2%

Ik fiets graag 39 39 2%

Onduidelijke fietspaden 13 19 32 2%

Er is niet overal goede verlichting 7 11 13 31 2%

Het fietsen in Amsterdam Noord is veilig 30 30 2%

De fietser heeft weinig ruimte 7 13 20 1%

Stukken waar het fietspad ontbreekt 8 10 18 1%

Overlast van andere fietsers 4 13 17 1%

Last van wegafsluitingen 10 6 16 1%

Overlast van scooters 6 9 15 1%

De fiets is sneller dan de auto / OV 4 8 12 1%

Er moet geen fietsbrug/tunnel van Noord naar het centrum komen 12 12 1%

Drukte in de spits 11 11 1%

Er moeten meer fietsenstallingen komen 10 10 1%

58 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Tabel 8 Kunt u uw keuze over de bereikbaarheid te voet toelichten? - codering

slecht

OTAAL

Voldoende goed heel / Goed T % Antwoorden zeer / Slecht De bereikbaarheid voor voetgangers is over het algemeen goed 5 56 178 239 12%

Onveilig door hardrijdend verkeer (auto of fietsers, ook bij 51 30 18 99 5% oversteekplekken) Gevaarlijk oversteekplaatsen / kruisingen (vaak genoemd: bij 30 45 15 90 4% winkelcentra)

Achterstallig onderhoud van het trottoir 38 32 17 87 4%

Voetpaden ontbreken of worden geblokkeerd 52 28 5 85 4%

De ponten zijn matig (te vol, beperkt bereik, gaat te weinig) 47 19 10 76 4%

Er zijn meer (veilige) oversteekplaatsen nodig 37 10 2 49 2%

Niet overal even veilig in het donker / meer verlichting nodig 24 15 1 40 2%

Slechte/smalle trottoirs 40 40 2%

Voldoende oversteekplaatsen 9 26 35 2%

Gebied is vooral ingericht op auto's, niet op voetgangers 28 7 35 2%

Lastig toegangbaar voor ouderen, slecht lopenden of invaliden 17 15 32 2%

Er moet omgelopen worden (werkzaamheden, hoge stoepen, water) 13 15 2 30 1%

Met de pont goed te doen 12 18 30 1%

Grote afstanden om af te leggen 18 6 6 30 1%

Voetpad wordt doorkruist door autorijbaan of fietspad 11 11 1%

Goede bereikbaarheid door het groen 4 6 10 0%

Brug/tunnel is gewenst 9 9 0%

Lange wachttijden voor stoplichten 6 6 0%

59 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Tabel 9 Wat is voor u het belangrijkste knelpunt van de bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord? (Denk aan ontbrekende verbindingen, vertragingen, overstappen) - indeling in

hoofdgroepen naar vervoermiddel

% Antwoorden aantal OV-knelpunten 951 46% Verbinding over het IJ voor langzaam verkeer 480 23% Auto-knelpunten 428 21% n.v.t. 213 10% Ervaart geen groot knelpunt 122 6% Fiets 45 2% Bereikbaarheid ziekenhuis 30 1% Bereikbaarheid Sloterdijk 17 1%

Tabel 10 Wat is voor u het belangrijkste knelpunt van de bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord? (Denk aan ontbrekende verbindingen, vertragingen, overstappen) - indeling meestgenoemde groepen

thema antwoord aantal overstappen intern Noord / geen bussen meer naar CS / focus op NZL (ook: ik pak nu OV 303 vaker de auto) Veren (drukte/vertraging bij) de pont; ook IJpleinveer en Oostveer 163 Fiets geen vaste verbinding met rest van de stad; ook voor westkant gepleit 160 Veren NDSM-veer; vaart niet vaak en niet lang genoeg 110 OV frequentie bus / overstap bus-metro 87 OV bussen verdwenen of ingekort, minder bussen. 87 Auto files op de A10 Noord en Coentunnel (1 baan open) 73 OV OV in Noord, geen goede bus-verbindingen 70 OV Slecht OV in weekend, 's avonds en 's nachts 66 Auto verkeer staat vaker vast. Files, uitvalswegen zitten vol 61 OV Ver lopen bushalte / te weinig haltes (onder meer Buikslotermeerplein) 58 Ruimte ontbrekende (Oost-West)-verbindingen 56 Auto toe- en afritten A10 en A8 55 OV Slecht OV in tuindorp en Molenwijk 51 OV metro ver weg, aansluiting op metro 49

60 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Tabel 11 Wat is voor u het belangrijkste knelpunt van de bereikbaarheid van en in Amsterdam Noord? (Denk aan ontbrekende verbindingen, vertragingen, overstappen) - indeling veelgenoemde antwoorden naar thema

thema antwoord aantal - overstappen intern Noord / geen bussen meer naar CS / focus op NZL (ook: ik pak nu vaker de OV auto) 303 - frequentie bus / overstap bus-metro 87 - bussen verdwenen of ingekort, minder bussen. 87 - OV in Noord, geen goede bus-verbindigen 70 - Slecht OV in weekend, 's avonds en 's nachts 66 - Ver lopen bushalte / te weing haltes (onder meer Buikslotermeerplein) 58 - Slecht OV in tuindorp en Molenwijk 51 - metro ver weg, aansluiting op metro 49 - omrijden / efficientere bussen gewenst, onbetrouwbaar 40 - Metrostation Noorderpark; HOV stopt er niet, fietsparkeren, looproutes, roltrap, regen en wind 31 - Metrostation Noord; roltrap, wachten, looproutes, Kiss&Ride 21 - volle bussen 19 - metro Sixhaven gewenst/nodig 17 - OV is duur(der) 15 - geen alternatief als NZL niet rijdt 13 - Slecht OV naar de pont 10

Auto - files op de A10 Noord en coentunnel (1 baan open) 73 - verkeer staat vaker vast. Files, uitvalswegen zitten vol 61 - toe- en afritten A10 en A8 55 - files Johan van Hasselt en JvH / Meeuwenlaan, NLW, Mosplein 48 - parkeren (betaald, overlast, te weinig plekken) 45 - belijning Ijdoornlaan ontbreekt / ijdoornlaan staat vast. Sluipverkeer, racebaan 33 - Tunnels kwetsbaar: alles staat vast 32 - werkzaamheden 32 - wegdek in Noord, ook fietspaden, zebrapaden slecht te zien 17 - verkeerslichten 12 - te hard gereden 12

Fiets - geen vaste verbinding met rest van de stad. Ook best veel voor westkant gepleit 160 - betere fietspaden; ook (sociale)veiligheid 27

Veren - (drukte/vertraging bij) de pont; ook beetje Ijpleinveer en oostveer 163 - NDSM-veer; vaart niet vaak en niet lang genoeg 110 - ponten 's avonds, 's nachts en in het weekend 36

Ruimte - ontbrekende (O-W)- verbindingen 56 - Noord kan groei woningen niet aan. Infra niet geschikt voor 40 - verbinding met de rest van de stad 37 - toenemende drukte, het wordt drukker 15 - in nieuwe gebieden te weinig wegen-cap 15

Overig - geen probleem/ gaat goed / valt wel mee 122 - n.v.t./ leeg / geen mening 213 - verbinding Sloterdijk 17 - ziekenhuis slecht bereikbaar 30

61 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019

Tabel 12 Als u een oplossing mocht kiezen om de bereikbaarheid van en in Noord te verbeteren,

wat zou dat zijn? - indeling in twee kernthema’s

% Antwoorden aantal Verbeteren OV-netwerk 805 43% Verbeteren verbinding over het IJ 703 37%

Tabel 13 Als u een oplossing mocht kiezen om de bereikbaarheid van en in Noord te verbeteren,

wat zou dat zijn? - indeling in veelgenoemde antwoorden

% Antwoorden aantal Een vaste oeververbinding tussen Noord en centrum 472 25% Het openbaar vervoer verbeteren en uitbreiden (netwerk en frequentie) 412 22% Meer ponten en frequenter 231 12% Opgeheven buslijnen weer invoeren (direct naar CS) 178 9% Het metronetwerk uitbreiden 137 7% Meer OV opties in de nacht 78 4% Betere en veiligere fiets/wandelpaden 66 3% Betere bereikbaarheid A10 62 3% Minder betaald parkeren 41 2% Spitsstrook openstellen Coentunnel 33 2% Grotere en meer (eventueel gratis) P+R plekken 31 2% Noord autoluwer maken 30 2% Wegen verbreden/verbeteren 28 1% Meer handhaving 27 1% Goedkoper/gratis OV 19 1% Verkeerslichten beter afstellen 16 1% Meer betaald parkeren 16 1% Meer deelvervoer 13 1%

62 Onderzoek Mobiliteit Amsterdam Noord – november 2019