De Redevoering En De Tegenspraak

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

De Redevoering En De Tegenspraak André Mommen Eens komt de grote crisis van het kapitalisme Leven en werk van Jenő Varga (1879-1964) Met een woord vooraf door Louis Van Geyt IMAVO-DACOB Brussel 2002 Deze publicatie heeft als uitgangspunt een lezing van André Mommen in het kader van een reeks seminaries die Dacob, met ondersteuning van IMAVO vzw, in de winter van 2000-2001 organiseerde rond “Politieke economie, geschiedenis en arbeidersbeweging”. ISBN: 90-75368-15-1 Depotnummer: D/2002/9266/2 Eindredactie: Guy Quintelier Kaftontwerp: Rudi De Rechter Druk: SPE Brussel © 2002: IMAVO-KRITIEK een uitgave van IMAVO vzw (Instituut voor Marxistische vorming) Kazernestraat 33 (bus 10) 1000 Brussel Tel: 02/514.00.08 e-mail: [email protected] in opdracht van DACOB vzw (Documentaie en archiefcentrum van de Communstische Beweging) Kazernestraat 33 1000 Brussel Inhoudstafel pagina Woord vooraf (Louis Van Geyt) 5 Inleiding 13 1. Eerste leerjaren 20 2.Tijdens de Hongaarse Radenrepubliek 38 3. De theorieën over het imperialisme 54 4. Agent van de Komintern in Berlijn 66 5. Terug in Moskou 76 6. Specialist van het boerenvraagstuk 80 7. Met Stalin 88 8. De linkse koers van de Komintern 100 9. Officiële econoom van Stalin 123 10. Oorlogseconoom 134 11. Tussen Zjdanov en Marshall Plan 148 12. Als reformist uit de gratie 173 13. Een wonderbaarlijke terugkeer 189 14. Wat nu nog rest na een lang leven 203 Woord vooraf Ik kom er ten volle voor uit: toen mij in de loop van juni 2002 we- gens André Mommen werd gevraagd – juister: werd aangeboden – om een “woord vooraf” te schrijven bij zijn biografie van Eugen Varga, had ik het even moeilijk. Immers, ik ben verre van een “kremlinoloog” of van een “kominternoloog”, en ik spring niet zo gemakkelijk om met de (velerlei) marxistische theorieën over de cycli en crisissen in het kapitalisme “van vóór 1848 tot nu”. Daar komt nog bij, dat wat ik van Varga wist vooraleer kennis te nemen van Mommens werk, allesbehalve in zijn voordeel was. Ze- ker, ik herinnerde me dat de man van Hongaarse afkomst was, dat hij een actieve rol had gespeeld, mét o.m. Béla Kun, tijdens de Ra- denrepubliek, en dat hij na de val hiervan de wijk had genomen (of moeten nemen) naar het land van de Sovjets. Maar ik had vooral onthouden wat mij einde de jaren ’40, begin de jaren ’50 min of meer vertrouwelijk, want “politiek (in die tijd en in die kringen) niet zo correct”, was verteld door Xavier Relecom, toen pas in par- tij-ere hersteld en belast met de leiding van de Federatie Brussel van de KPB, en door Felix Coenen, toen de voornaamste redacteur buitenland van “Le Drapeau rouge”. Van hen vernam ik dat Varga, volledig in de “ultralinkse” lijn van het VIde Congres van de Kom- intern, het “Plan van de Arbeid” van Hendrik de Man radicaal had onderuit gehaald, en dat Georgi Dimitrov, in zijn vermaard verslag tot het VIIde en laatste Congres van de Komintern, een totaal ande- re, veeleer “kritisch-constructieve” aanpak van het Plan had voor- gestaan. Het hoofdaccent werd daarbij gelegd op de mogelijkheid /noodzaak voor de Belgische arbeidersklasse (vóór alles socialisten en communisten samen) om strijd te voeren voor de “positieve punten” van (eisen in) het Plan, en tegen het “loslaten” van diezelf- de “positieve punten” door de intussen “ministers van de bourgeoi- sie” geworden leiders van de BWP met Hendrik de Man als boeg- beeld. 6 Louis Van Geyt Voeg aan dit alles nog toe, dat ik bij de kennisname van de druk- proeven van Mommens biografisch werk ben begonnen met … naar zijn conclusie te peilen. Daarin werd ik nogal getroffen door de veelal minimaliserende – en meer dan eens vlakaf denigrerende – uitspraken, na het overlijden van Varga, van al dan niet gekende (marxistische en andere) tijdgenoten en nakomelingen. Dit, om nog maar te zwijgen van die getuigen, die aan zijn nagedachtenis amper of geen aandacht besteedden. Mommen citeert zelfs iemand die hem zich “kortom (herinnert) als een oninteressant mens”! *** Na het lezen van de bijzonder gedocumenteerde biografie van Mommen in haar geheel, kwam ik (op mijn beurt?) tot een heel wat minder negatieve, veelmeer “gemengde” kijk op het personage. Allicht was hij voor zijn tijdgenoten vaak “pedant-professoraal” tot “ongemeen koppig”, maar daarvan hebben wij vandaag niet veel last meer. Allicht lukte het hem vele jaren lang – en meer bepaald onder Stalin –, om alle politiek-ideologische bochten heen, “dicht bij de zon” te blijven – of tenminste om telkens weer, na initiële “vergissingen” en daaropvolgende “halve bekentenissen” zijn co- meback te maken. En dit, althans op het officiële vlak, tot en met na zijn dood (die naar het schijnt slechts enkele weken de val voor- afging … van Chroesjtsjov!). Maar deze achtereenvolgende “her- rijzenissen” kunnen schijnbaar in ruime mate worden toegeschre- ven aan het feit, dat hij zich systematisch afzijdig hield van de wre- de machtsspelen waar de partij-instanties onder Stalin van gons- den, en dat hij veeleer zijn beklag deed bij de “grote baas” wanneer hijzelf maar ook een reeks anderen “onfair” werd(en) aangevallen, dan zelf te proberen zijn belagers te kelderen. (Wat een reeks ande- ren betreft kan men zelfs stellen dat hij herhaalde malen heeft ge- tuigd van een in die context meer dan gewone moed.) Woord vooraf 7 Blijft dat Varga slechts met serieuze vertraging de historische bocht nam van het VIIde Kominterncongres – het Congres van de toenadering tot de socialistische en andere democratische partijen in de strijd tegen het fascisme; hij ging zelfs een tijdlang zover om weinig verschil te “zien” tussen de New Deal van Roosevelt en het economisch beleid van het nazi-regime! Gelukkig was Stalin in die tijd vooral bekommerd om het totstandbrengen van een (defensie- ve) coalitie met Frankrijk tegen het IIIde Rijk – en na de Duitse in- val van 1941 vóór alles om het versterken van de (militaire) sa- menwerking met Washington en Londen. De naoorlogse analyses van Varga, daarentegen, wezen terecht op het groeiende overwicht van de Verenigde Staten op de andere ont- wikkelde kapitalistische mogendheden, en duidden het als erg on- waarschijnlijk dat deze laatsten een conflict zouden wagen met de nieuwe, Westerse supermacht. Deze analyses stemden alleszins heel wat meer overeen met de feitelijke werkelijkheid dan het kop- pig vasthouden van Stalin en zijn “onvoorwaardelijke” epigonen aan de dogma’s van de “algemene crisis van het kapitalisme”, van de “onvermijdelijke interkapitalistische oorlogen”, en van de al even “onvermijdelijke ondergang van het kapitalistisch wereldsys- teem, mede ten gevolge van de successen van het Sovjetsocialis- me.” Wel was Varga heel zijn leven lang, zoals dit door Mommen is be- schreven, als het ware geobsedeerd door hetgeen hij beschouwde als “een wet”, met name: “de onvermijdelijke stijging van de werk- loosheid en van de daaruit voortvloeiende verpaupering van de ar- beidersklasse in de ontwikkelde kapitalistische wereld”; dit als ge- volg van de technologisch-wetenschappelijke vooruitgang gepaard aan de concentratie van het (financie-)kapitaal en de afremming van de concurrentie (kartels, enz.) mede door toedoen van de “diri- gistische” interventie van de Staat in de economie. Aan de hand van de “specifieke” ervaringen van de eerste helft van de 20ste eeuw zag hij het wereldkapitalisme ook naar de toekomst 8 Louis Van Geyt toe stagneren en steeds meer “verrotten” (parasiteren op alle niet- monopolistische sectoren van de samenleving, enz.) Blijkbaar on- derschatte hij – maar hij was daarin allesbehalve alleen onder de marxistische economen van zijn tijd – een sterke eigenschap, ja een onontkoombare neiging1 van het moderne kapitalisme, te weten: dat het telkens weer, door grootschalige verspilling en vernietiging van “overtollig geworden” zowel menselijke als materiële produc- tiekrachten en producten daarvan, ruimte “weet” te scheppen voor een nieuwe opgang, nadat de (relatieve) overproductie, gepaard aan de overaccumulatie en de anarchie van de investeringen, tot een conjuncturele of zelfs een structurele crisis heeft geleid. Terzake is het verhaal van de reconstructie- en inhaalperiodes na beide wereldoorlogen inmiddels voldoende gekend. Het verbran- den van de “overtollige” koffieproductie in de Braziliaanse loco- motieven tijdens de grote crisis van begin de jaren dertig, of het in- vesteren door Dupont de Nemours, aan de het einde van WO II, van miljoenen dollars om de nylon(kousen) fragieler te kunnen ma- ken, zijn klassiekers. De voortaan telkens weer voorkomende mas- sale uitschakeling van “bijna nieuwe, maar door het aanbod van meer ‘performante’ of gewoon slechts meer ‘modieuze’ producten voorbijgestreefde” goederen, spelen een soortgelijke rol, maar dan wel op oneindig grotere schaal. Voeg daaraan toe de bewapenings- escalatie, de versmachting door “het Noorden” van enorme delen van de economieën van de “ontwikkelingslanden”, het onderhuids stimuleren van de conflicten onder en binnen deze laatste, “het pas- sief gadeslaan” van de ravages van dodelijke ziekten en hongers- nood in een aantal van hen, … om nog te zwijgen van het cynische (door Bush geproclameerde, door zijn Europese “junior partners” feitelijk bedreven) “laten betijen” van de angstwekkende aftakeling van milieu, klimaat en andere basisvoorwaarden van een “leefbare wereld”. 1 Ook al kunnen onontkoombare neigingen door tegenneigingen krachtig afgeremd tot omgebogen worden. Woord vooraf 9 Nu gaat juist deze “organisch vernielende” dimensie/strekking van (meer bepaald) het moderne kapitalisme gepaard aan even “organi- sche” – weze het tot nog toe veelmeer “versnipperde” – tegennei- gingen, tot en met binnen de politiek/financiële establishmenten. De scheidingslijnen terzake zijn daarbij niet alleen heel wat com- plexer en meer “pluridisciplinair” dan alleen maar de grens binnen de industrie tussen “sector 1” (productie van productiemiddelen) en “sector 2” (productie van consumptiegoederen) of deze tussen an- dere, bij uitstek economische factoren, maar bovendien uitermate veranderlijk. Doch mede hierdoor bestaat er (heel wat) ruimte voor werkzame interventie van de niet-monopolistische sectoren en krachten in de samenleving (te beginnen, weze het vandaag in minder overwegen- de mate dan ten tijde van Varga, met de “eigenlijke arbeidersbewe- ging”).
Recommended publications
  • A Hard Peace? Allied Preparations for the Occupation of Germany, 1943–1945 - the Perils of Peace - NCBI Bookshelf
    21-4-2020 A Hard Peace? Allied Preparations for the Occupation of Germany, 1943–1945 - The Perils of Peace - NCBI Bookshelf NCBI Bookshelf. A service of the National Library of Medicine, National Institutes of Health. Reinisch J. The Perils of Peace: The Public Health Crisis in Occupied Germany. Oxford (UK): OUP Oxford; 2013 Jun 6. Chapter 2 A Hard Peace? Allied Preparations for the Occupation of Germany, 1943–1945 I have said, and say again, that the German nation needs the most drastic cure in history, and that, if it is not applied, the world will die of the German disease … [W]e are not concerned with all old, unhappy, far-off things but with what Germany has done to her neighbours in our century, and how and why.1 The problem of what was to be done with Germany after its defeat had been under consideration since at least December 1941 and the Japanese attack on Pearl Harbor. In the course of the next three years, the British, American, and Soviet leaders—not yet joined by the French—debated in a series of conferences and summits the principles that were to guide their post-war treatment of, and conduct in, the defeated country. These deliberations shaped the course of the post-war era: Germany would be occupied, stripped of its military and industrial capabilities, and cleansed of Nazi influences. It would be asked to pay compensation to those countries who had suffered. Most importantly, it would be prevented from threatening peace and stability again. After spring 1943, when the ‘unconditional surrender’ formula was agreed, plans focused primarily on the organization of military governments and the appointment of leading officers and their staffs.
    [Show full text]
  • When and Why Socialism in the Soviet Union Failed
    Does Socialism Have a Future? Volume 1 When and Why Socialism in the Soviet Union Failed Translated into English by George Gruenthal Published by: Red Star Publishers P.O. Box 1641 Manhattanville Sta. New York, NY 10027 www.RedStarPublishers.org Table of Contents Critical Comments on the Book ...........................................7 Note on the Translation ........................................................9 Preliminary Remark ...........................................................11 1. Some Observations by Eugen Varga .............................13 Huge Income Differentials .............................................14 Production Determines Consumption ............................15 Gossweiler and Holz Cover up the Class Interests ........17 Marxist Socialism ..........................................................18 Gossweiler and Holz: Fighters for the Survival of Revisionism....................................................................19 Stalin against the Pigs in the State’s Vegetable Garden 22 Varga on the Abolition of the Party Maximum .............23 Varga on Conditions during the War .............................24 Svetlana Alliluyeva: Stalin Was in Many Ways a Prisoner of the Relations ................................................26 Varga on Stalin ..............................................................28 2. From the October Revolution to Collectivization ..........30 The Chain of the Imperialist World System Breaks Where It Is Weakest .......................................................30
    [Show full text]
  • De L'hyperinflation Au « Miracle Monetaire » : L'experience Hongroise De 1945-46
    DE L’HYPERINFLATION AU « MIRACLE MONETAIRE » : L’EXPERIENCE HONGROISE DE 1945-46 L. Desmedt Université de Bourgogne-Franche Comté/LEDi (EA 7467) [email protected] Résumé : Entre août 1945 et juillet 1946, la Hongrie a connu la pire crise inflationniste jamais recensée. Dans les derniers jours de cet épisode, les prix augmentèrent de 150.000% par jour. Dès les travaux de Kaldor ou Nogaro sur cette expérience, plusieurs facteurs ont été mis en avant expliquer le phénomène : dérive des finances publiques, anticipations des acteurs ou introduction d’une monnaie indexée. L’objectif de cet article consiste à revenir sur ces explications et à ajouter une dimension cruciale, celle de l’influence des puissances extérieures. De fait, la prise en compte des stratégies déployées depuis Washington et Moscou permet d’élucider plus complètement la virulence de la crise hongroise. Ainsi, la réussite de la stabilisation, qualifiée de « miracle monétaire » en 1946, est à relativiser. Mots clés : hyperinflation, crise monétaire, théories monétaires Codes J.E.L. : B22, E31, E42, N14 « Personne n’était plus en mesure d’énumérer les billions et les trillions que “valaient” les billets de banque. “Donnez-moi donc deux bleus et un jaune et prenez ce canard”, disait la marchande de volailles à la ménagère désespérée, qui, de son côté, lui répondait : “Pas de bleu, mais un vert de plus ! ” Une fois encore, la population découvrait que dans les entreprises humaines, l’irrationnel l’emportait toujours sur le rationnel. […] En cette phase du grand procès historique, ce n’était plus la bourgeoisie et la classe ouvrière qui se dressaient l’une contre l’autre, mais les paysans et les autres couches de la population.
    [Show full text]
  • RESEARCH in the HISTORY of ECONOMIC THOUGHT and METHODOLOGY RESEARCH in the HISTORY of ECONOMIC THOUGHT and METHODOLOGY Founding Editor: Warren J
    RESEARCH IN THE HISTORY OF ECONOMIC THOUGHT AND METHODOLOGY RESEARCH IN THE HISTORY OF ECONOMIC THOUGHT AND METHODOLOGY Founding Editor: Warren J. Samuels (1933–2011) Series Editors: Luca Fiorito, Scott Scheall, and Carlos Eduardo Suprinyak Recent Volumes: Volume 35A: Research in the History of Economic Thought and Methodology: Including a Symposium on the Historical Epistemology of Economics; 2017 Volume 35B: Research in the History of Economic Thought and Methodology: Including a Symposium on New Directions in Sraffa Scholarship; 2017 Volume 36A: Research in the History of Economic Thought and Methodology: Including a Symposium on Bruce Caldwell’s Beyond Positivism after 35 Years; 2018 Volume 36B: Research in the History of Economic Thought and Methodology: Including a Symposium on the Work of Mary Morgan: Curiosity, Imagination, and Surprise; 2018 Volume 36C: Research in the History of Economic Thought and Methodology: Including a Symposium on Latin American Monetary Thought: Two Centuries in Search of Originality; 2018 Volume 37A: Research in the History of Economic Thought and Methodology: Including a Symposium on 50 Years of the Union for Radical Political Economics; 2019 Volume 37B: Research in the History of Economic Thought and Methodology: Including a Symposium on Ludwig Lachmann; 2019 Volume 37C: Research in the History of Economic Thought and Methodology: Including a Symposium on Robert Heilbroner at 100; 2019 Volume 38A: Research in the History of Economic Thought and Methodology: Including a Symposium on Public Finance in the History of Economic Thought; 2020 EDITORIAL BOARD Michele Alacevich Nicola Giocoli University of Bologna, Italy University of Pisa, Italy Rebeca Gomez Betancourt Harald Hagemann University of Lumière Lyon 2, France University of Hohenheim, Germany John Davis Tiago Mata Marquette University, USA; University University College, London, of Amsterdam, The Netherlands UK Till Düppe Steven Medema Université du Québec à Montréal, University of Colorado Denver, Canada USA Ross Emmett Gary Mongiovi Arizona State University, USA St.
    [Show full text]
  • A Short History of the Hungarian Communist Party
    A Short History of the Hungarian Communist Party Q Taylor & Francis Taylor& Francis Group �- http://taylorandfrancis.com A Short History of the Hungarian Communist Party Miklos Molnar In spite of its small size, the Hungarian Communist party (HCP), founded in the fall of 1918, has played an important role both in Hungary's national history and in the interna- tional communist movement. Hungary, which was the only soviet republic other than the ephemeral Bavarian soviet re- public to exist outside the USSR, lasted five months during the critical period of the Paris Peace Conference. The "veterans" of the Hungarian soviet republic, like Bela Kun, Georg Lukacs, and Eugen Varga, later held important posts in the Comintern and in the international Communist press. In the Stalinist era, the HCP distinguished itself by excessive zeal in the application of "integral Stalinism" in foreign policy (e.g., anti-Titoism), the economy, and political life (e.g., the Rajk and Kadar trials). However, the 1956 revolu- tion was engineered by the revisionist communist intelli- gentsia and by such revisionist party leaders as Imre Nagy. Finally, in spite of its repressive role after the revolution, in the 1970s under Janos Kadar the HCP introduced a new system of "liberalism" and economic reform. This volume was written on the basis of official party publications, memoirs, the contemporary press, and research conducted in Hungarian, Austrian, French, and Italian archives. Miklos Molnar is professor of the history of international relations and of contemporary history at the Graduate Insti- tute of International Studies (GIIS), Geneva, and at Lausanne University.
    [Show full text]
  • Hungarian Studies Review
    Hungarian Studies ^vmv Vol. XXX, Nos. 1-2 (Spring-Fall, 2003) Special Volume: The United States and Hungary in the Twentieth Century Part I edited by Nandor Dreisziger HUNGARIAN STUDIES REVIEW HUNGARIAN STUDIES NATIONAL ASSOCIATION OF CANADA SZECHENYI LIBRARY VOL. 30, NOS. 1-2 (SPRING-FALL 2003) EDITORS GEORGE BISZTRAY NE. DREISZIGER University of Toronto Royal Military College of Canada EDITORIAL ADVISERS OLIVER BOTAR GEZA JESZENSZKY University of Manitoba Budapest and Washington ILONA KOVACS MARIA KRISZTINKOVICH National Szechenyi Library Vancouver, B.C. BARNABAS A. RACZ ISTVAN MONOK Eastern Michigan U. National Szechenyi Library AGATHA SCHWARTZ THOMAS SAKMYSTER University of Ottawa University of Cincinnati THOMAS SPIRA S.B. VARDY U.P.E.I. Duquesne University SUBSCRIPTIONS MANAGER EVA TOMORY Toronto Correspondence should be addressed to: N. Dreisziger, Dept. of History, Royal Military College P.O.B. 17000 STN FORCES Kingston Ont. K7K 7B4 Canada. E-mail: [email protected] [email protected] [email protected] Articles appearing in the HSR are indexed in: HISTORICAL ABSTRACTS and, AMERICA: HISTORY AND LIFE. Copyright © (2003) the Hungarian Studies Review. ISSN 0713-8083 (print, replacing 0317-204X); ISSN 1705-8422 (online) The Hungarian Studies Review is an interdisciplinary journal devoted to the pub- lication of articles and book reviews relating to Hungary and Hungarians. Since its launching in 1974, the Review has been a forum for the scholarly discussion of issues in Hungarian history, politics and cultural affairs. Subscriptions for individuals are $15.00 per annum. Membership in the Hun- garian Studies Association of Canada includes a subscription. Institutional sub- scriptions are $24.00.
    [Show full text]
  • Georg Lukács. En Essay Cavefors 1969
    Gunnar Gunnarsson Georg Lukács. En essay Cavefors 1969 Georg Lukács (1885-1971) Innehåll Den unge Georg Lukács ........................................................................................................ 1 Yogi och kommissarie ......................................................................................................... 13 Polycentrism och ”ultravänster”. Blum-teserna” ................................................................ 50 Historia och klassmedvetande ............................................................................................. 58 ”Djävulspakt?” mellan stalinism och marxism ................................................................... 94 Realismens seger och skönhetens lagar............................................................................. 104 Ideologi och falskt medvetande ......................................................................................... 114 Goethe och den tyska misären ........................................................................................... 126 Diktens storhet och förfall ................................................................................................. 129 Förnuftet och dess vedersakare ......................................................................................... 145 ”Fallet Lukács”? ................................................................................................................ 170 Kronologisk förteckning över Georg Lukács' viktigaste arbeten på tyska ........................ 174
    [Show full text]
  • Mahnkopf.Change Everything
    Institute for International Political Economy Berlin Everything Must Change, so that the World Can Remain the Same: In Memory of the Life and Work of Elmar Altvater Author: Birgit Mahnkopf Working Paper, No. 123/2019 Editors: Sigrid Betzelt, Eckhard Hein (lead editor), Martina Metzger, Jennifer Pedussel Wu, Martina Sproll, Christina Teipen, Achim Truger, Markus Wissen, Reingard Zimmer Everything Must Change, so that the World Can Remain the Same: In Memory of the Life and Work of Elmar Altvater* Birgit Mahnkopf Retired Professor of European Politics, Berlin School of Economics and Law, Institute for International Political Economy (IPE) E-mail: [email protected] Abstract Elmar Altvater was a renowned political economist and professor at the Otto-Suhr-Institute of Freie Universität Berlin from 1970 until 2006. Until his death in 2018 he was a point of reference for several generations of students, left-wing academics and politicians, trade union activists, representatives of civil society organizations in Germany, across Europe and in Latin America. He became one of the few academics in Germany who based the analysis of contemporary economic and political developments on a critical reading of Marxian approaches to understand the historical cycles of growth, recession and crisis in modern capitalism. The following text attempts to sketch some elements of a remarkable leftist intellectual history of the Federal Republic of Germany through the prism of Elmar Altvater while referring to some of the political initiatives Elmar Altvater was involved in and touching on some of the most important topics he has dealt with: the causes and consequences of the numerous debt crisis; the role of neoliberalism which emerged in the course of crisis of world finance since the late 1970s; the impact of “finanzialization” on social cohesion and politics at national, European and international level and, most importantly, his attempt to analyze the degradation of nature as the “price of progress” – on the basis of an ecologically expanded critique of political economy.
    [Show full text]
  • Jenô Varga and the Economic Policy of the Hungarian Soviet Republic
    André Mommen JENÔ VARGA AND THE ECONOMIC POLICY OF THE HUNGARIAN SOVIET REPUBLIC 1. The making of a Hungarian Marxist Kinek mondjam el vétkeimet És a megbocsátást kitõl kérjem? Kinek mondjam el vétkeimet, istenem? 1 Jenô Varga was born in 1879 as Jenô Weisz in Nagytétény, a village si- tuated at the banks of the Danube some 20 km to the south of Budapest. Only scarce documents are informing us on his family. His father, Sza- mu el Armin Weisz, had established in 1868 a timber trade in Jenô’s na- tive village. Eight children were born to Szamuel Weisz and his wife Julia Singer. In 1884 Jenô lost his mother, a tuberculosis patient. At the age of thirteen Jenô Weisz left school for his father’s timber business and other small jobs he could fi nd. He spent some years working as an assistant bookkeeper at a large estate in the Somogy komitat (county). In 1899 he returned to Budapest, where he took evening classes as an “external stu- dent” preparing for his gymnasium exams. In 1903, he broke with his father’s faith and had his name changed into Varga. In 1904 he entered university. 2 At the University of Budapest, Jenô Varga obtained his credits for Hun- garian language and literature, history, Greek philosophy, geography and astronomy, history of religion, and logic. In February 1909, he passed his exams for philosophy, pedagogy and geography. He wrote a PhD dis sertation on ‘Leibniz and Kant and the phenomenological critique of 1 Words by Szilveszter Jenei, performed by Friderika Bayer on Emi Quint P 1994 QUI 906057.
    [Show full text]
  • Chapter 7 Public Health Work in the Soviet Occupation Zone
    21-4-2020 Public Health Work in the Soviet Occupation Zone - The Perils of Peace - NCBI Bookshelf NCBI Bookshelf. A service of the National Library of Medicine, National Institutes of Health. Reinisch J. The Perils of Peace: The Public Health Crisis in Occupied Germany. Oxford (UK): OUP Oxford; 2013 Jun 6. Chapter 7 Public Health Work in the Soviet Occupation Zone Plans Throughout the war the Soviet Union took part in meetings and summits with the United States and the United Kingdom, which produced agreements on the general premises of the occupation: the NSDAP and its affiliated organizations were to be disbanded; perpetrators of war crimes were to be tried; and Nazis were to be removed from positions of influence. The Soviet Union signed up to these basic pillars of Allied policy even though their interpretations of Nazism differed significantly from the other occupiers. Soviet officials, unlike their British, American, and French colleagues, identified the Nazi regime as a product of the crisis of monopoly capitalism, rather than as a mass movement, a reflection of German militaristic culture, or a psychiatric condition. So although the occupiers could agree on depriving the Junker landlords and industrial elites of their position and influence, they did so for different reasons: the British, Americans, and French saw the Junkers as the embodiment of the Prussian militarist mentality; the Soviets saw them as representatives of the capitalist ruling class. In the Soviet zone, Junker estates were to be expropriated and divided in radical land reforms, and their industrial establishments were to be nationalized; while the working classes were to be given the means for recovery and revival.1 On some issues, the occupiers’ public agreement on the treatment of Germany thus disguised significantly different priorities.
    [Show full text]
  • In 'Darkest Hungary'
    Chapter 2 In ‘darkest Hungary’ In 1944 an intriguing little book entitled In Darkest Hungary was published in the series ‘Left Book Club Editions’ in London. Its author was the little-known G. Pálóczy-Horváth, but the introduction was written by none other than Michael (Mihály) Károlyi, the exiled former president of the short-lived democratic republic of Hungary that existed from November 1918 to March 1919. Károlyi explains that the book was written by Pálóczy-Horváth in collaboration with a Hungarian peasant and that the author ‘unfolds before us the history of the disinherited Hungarian peasantry, thus shedding light upon a sombre landscape. Indeed, in this book the Chinese wall is blasted behind which the world of feudal Hungary lay hidden’.27 The style and manner of presentation of the book does indeed suggest that it is a man of the common people who is speaking to us, informing the reader about the social, economic, and political conditions in the Hungarian countryside. But there is also a general understanding of the course of Hungarian and European history, which betrays the hand of a Hungarian intellectual or educated political figure. The book is written more or less from the standpoint of ‘agrarian socialism’, in late nineteenth- and early twentieth-century Hungary a political rival of social democracy, and also from a Magyar (ethnic-Hungarian) perspective. Among other things, mention is made of strikes of Magyar agricultural labourers in central Hungary in 1897 and 1905-6, which were defeated by the landowners with the help of Slovak, Romanian, and Serb strike-breakers.
    [Show full text]
  • 1919 a Magyarországi Tanácsköztársaság És a Kelet-Európai Forradalmak KELET-EURÓPAI TANULMÁNYOK V
    1919 A Magyarországi Tanácsköztársaság és a kelet-európai forradalmak KELET-EURÓPAI TANULMÁNYOK V. STUDIA EUROPAE ORIENTALIS V. Sorozatszerkesztõ: KRAUSZ T AMÁS A SOROZATBAN EDDIG MEGJELENT KÖTETEK: A történetírás új tendenciái a rendszerváltás után Kelet-Európában (Szerkesztette: CSAPLÁR-D EGOVICS K RISZTIÁN és KRAUSZ T AMÁS) A játék hatalma: FUTBALL–PÉNZ–POLITIKA (Szerkesztette: KRAUSZ T AMÁS és MITROVITS M IKLÓS) 1968: Kelet-Európa és a világ (Szerkesztette: BARTHA E SZTER és KRAUSZ T AMÁS) Az új nemzetállamok és az etnikai tisztogatások Kelet-Európában 1989 után (Szerkesztette: JUHÁSZ J ÓZSEF és KRAUSZ T AMÁS) 1919 A Magyarországi Tanácsköztársaság és a kelet-európai forradalmak Szerkesztette KRAUSZ T AMÁS és VÉRTES J UDIT L’Harmattan Kiadó–ELTE BTK Ke let-Eu ró pa Tör té ne te Tan szék Budapest, 2010 Készült az ELTE BTK Kelet-Európa Története Tanszék Mûhelyében A kötet megjelenését támogatta az Alapítvány az Orosz Nyelvért és Kultúráért © L’Harmattan Kiadó, 2010 © ELTE BTK Ke let-Eu ró pa Tör té ne te Tan szék, 2010 © Szerzõk, 2010 L’Harmattan France 7 rue de l’Ecole Polytechnique 75005 Paris T.: 33.1.40.46.79.20 L’Harmattan Italia SRL Via Bava, 37 10124 Torino–Italia T./F.: 011.817.13.88 ISSN 1789-8641 ISBN 978 963 236 224 3 A kiadásért felel Gyenes Ádám és Krausz Tamás A kiadó kötetei megrendelhetõk, illetve kedvezménnyel megvásárolhatók: L’Harmattan Könyvesbolt 1053 Budapest, Kossuth L. u. 14–16. Tel.: 267-5979 [email protected] www.harmattan.hu Felelõs szerkesztõ: Krausz Tamás Olvasószerkesztô: Bartha Eszter Nyomdai elõkészítés: Kardos Gábor Borítóterv: Nemes Péter Nyomdai kivitelezés: Robinco Kft.
    [Show full text]