De Duitse Vijfde Colonne in De Tweede Wereldoorlog
De Duitse Vijfde Colonne in de Tweede Wereldoorlog L. de Jong bron L. de Jong, De Duitse Vijfde Colonne in de Tweede Wereldoorlog. Van Loghum Slaterus, Arnhem / J.M. Meulenhoff, Amsterdam 1953 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/jong038duit01_01/colofon.htm © 2007 dbnl / erven L. de Jong V Woord vooraf IN 1949 verzocht de International Council of Philosophic and Humanistic Studies, een met de Unesco verbonden lichaam, het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie, Amsterdam, voor een door historici uit verschillende landen te schrijven geschiedenis van het nationaal-socialistische Duitsland en het fascistische Italië een bijdrage te leveren over de Duitse z.g. Vijfde Colonne. Het verzoek werd ingewilligd; het Directorium van het Rijksinstituut belastte mij met de taak, de gevraagde verhandeling te schrijven, die - een betrekkelijk beknopt stuk - in de tweede helft van 1951 gereed kwam. Aanvankelijk had ik mij er toe beperkt, mij eerst uit de litteratuur, daarna ook uit andere bronnen een beeld te vormen van de buiten Duitsland na 1933 door Duitsers uitgevoerde intriges die men gemeenlijk onder de benaming ‘Vijfde-Colonne-werk’ samenvat; in een later stadium trof het mij, dat vooral wat de oorlogsjaren betreft, het contrast tussen de aan deze Duitse Vijfde Colonne toegeschreven activiteit en haar werkelijk optreden een apart probleem vormde van, naar het mij voorkwam, algemene betekenis. Zo is, als vanzelf, een boek ontstaan dat in drie delen uiteenvalt. In het eerste deel (‘Angst’) wordt geschetst, hoe men in de Duitsland omringende, doch ook in verderaf gelegen landen na 1933 in toenemende mate bevreesd is geraakt voor sinistere operaties van Duitse agenten en aanhangers van het nationaal-socialisme; hoe deze angst zich, telkens wanneer Hitler tot een nieuwe daad van aggressie overging, tot een ware paniek ontwikkelde; hoe tenslotte het uit angst en paniek geboren beeld in hetgeen later geschreven werd, zijn neerslag vond.
[Show full text]