De Beneden Donge Te 'S Gravenmoer, Waterschap

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

De Beneden Donge Te 'S Gravenmoer, Waterschap Toegangnr.: 1141 INLEIDING WATERSCHAP DE DONGESTROOM Waterschap de Dongestroom werd opgericht in 1976 en omvat het gebied van het Oude Maasje en het stroomgebied van de rivier de Donge. Het waterschap is gelegen in de gemeenten Alphen en Riel, Baarle-Nassau, Dongen, Geertruidenberg, Goirle, Gilze-Rijen, 's Gravenmoer, Loon op Zand, Oosterhout, Raamsdonk, Sprang-Capelle, Tilburg, Waalwijk en Waspik. De oppervlakte van het waterschap bedraagt 31.300 ha. Honderd jaar geleden waren er in Brabant meer dan 250 waterschappen. Dit is meer dan nu in heel Nederland. In 1940 waren er ongeveer 200 en per 1 januari 1985 zijn er minder dan 40 waterschappen en hoogheemraden in Noord-Brabant. Voor wat betreft het gebied van het Oude Maasje en het stroomgebied van de rivier de Donge is de concentratie van waterschappen vooral na 1939 versneld op gang gekomen. Het provinciaal bestuur in Noord-Brabant besloot hiertoe om een tweetal redenen: Een groot waterschap kan meer bestuurskracht opbrengen dan een klein waterschap en het kan (vooral technisch) beter inspelen op het toenemend aantal waterstaatkundige problemen. Door de uitvoering van ruilverkavelingen en plannen tot watervrijmaking zijn grotere waterstaatkundige eenheden ontstaan. Wanneer er in het ene gebied waterschapswerken worden uitgevoerd, is dit vaak van invloed op de afwatering van een ander gebied. Voor het gebied van waterschap De Dongestroom geldt dat we te maken hebben met een hoog- en een laaggelegen gebied. De afwatering in het hoger gelegen gebied hangt nauw samen met de hoeveelheid water in het lage gebied. EEN STUKJE GESCHIEDENIS Op de kaarten 1 en 2 is de begrenzing van de voormalige polders en waterschappen in het gebied van waterschap De Dongestroom in beeld gebracht. Dat de oudste waterschappen alleen in het noordelijk gedeelte liggen is niet zo verwonderlijk. Deze gronden zijn veel lager gelegen en de waterstaatkundige toestand in het gebied van het Oude Maasje en het voormalig waterschap De Beneden Donge is van oudsher zeer slecht geweest. Bij stormvloeden liepen de polders geheel of gedeeltelijk onder water en als gevolg van gestremde lozing trad er dan ook nog wateroverlast op vanuit de hoger gelegen gebieden. Sint Elisabethvloed Berucht is de stormvloed uit 1421, beter bekend als de Sint Elisabethsvloed. Hierdoor werd in één slag een einde gemaakt aan het enorme waterschapsgebied van de Grote- of Zuidhollandse Waard en ontstond tegelijkertijd de Biesbosch. In 1421 was de Zuidhollandse Waard een van de grootste en vruchtbaarste polders in het toenmalige Holland. Het poldergebied werd bestuurd door een hoogheemraadschap en viel onder het gezag van de graven van Holland. De belangrijkste oorzaak van deze stormvloedramp is het politiek getwist tussen de Hoeken en de Kabeljauwen. In de strijd om de macht tussen Jacoba van Beieren en haar oom Jan van Beieren is het onderhoud van de dijken van de Zuidhollandse Waard flink verwaarloosd. De gevolgen van de dijkbreuk waren in ieder geval ontzettend. Een groot aantal dorpen werd overspoeld en bijna 43.000 hectaren polderland verdween in de golven. Honderden mensen en een zeer groot aantal dieren kwamen om. de Grote- of Zuidhollandse Waard had opgehouden te bestaan. Herstel Al vrij kort na de Sint Elisabethsvloed wilde men grote stukken grond opnieuw gaan indijken. Die poging is echter op niets uitgelopen, omdat de instanties die hierover moesten beslissen te lang bleven praten. Er ging veel kostbare tijd verloren en ondertussen kon de binnendringende zee haar verwoestende werk doen. De Zuidhollandse Waard zou nooit meer boven water komen. In de 2de helft van de 15de eeuw werd begonnen met de aanleg van een waterkerende dijk in de richting oost-west tussen Besoyen en Raamsdonk. Langs deze winterdijk ontstond een langgerekte bebouwing die bekend werd onder de naam "De Langstraat". De polders die in dit gebied ontstonden noemde men de "Langstraatpolders". Ook de laaggelegen Dongelanden werden in de Loop der eeuwen stukje bij beetje omkaad of bedijkt en weer bewoond. De slechte waterstaatkundige toestand Toegangnr.: 1141 in het gebied van het Oude Maasje en de Beneden Donge bleef echter tot in de 20ste eeuw grote problemen opleveren. Wat was namelijk het geval? Tot de afsluiting van het Haringsvliet en het Volkerak stond dit gebied onder invloed van de getijbeweging op zee en van de oppervlaktewaterafvoer van de Rijn en de Maas. De buitenpolders in het Beneden-Dongegebied en het gebied van het Oude Maasje fungeerden als bergboezem. In dit gebied dienden de waterkeringen lager te worden gehouden (max. 2.50 m. + N.A.P.) dan elders in het rivierengebied, wat tot gevolg had dat er iedere winter opnieuw dijkdoorbraken en overstromingen plaatsvonden. Bij zo'n teveel aan water in de Langstraatse buitenpolders kon het overtollige water in de binnenpolders niet worden geloosd, zodat ook het land achter de dijken onder water kwam te staan. Na de afsluiting van het Haringvliet in 1970 als onderdeel van de Deltawerken, kon eindelijk begonnen worden met de uitvoering van de zogeheten watervrijmaking van het gebied van de Beneden-Donge en het Oude Maasje. Deze plannen worden tegelijkertijd uitgevoerd met de ruilverkaveling "Zuiderafwateringskanaal-Beneden Donge". Het hoger gelegen zuidelijk gebied heeft thans na uitgebreide verbeteringswerkzaamheden en enkele ruilverkavelingen een eigentijdse infrastructuur. Uiteindelijk moeten al deze waterstaatkundige werken een eind maken aan vijf en een halve eeuw overstromingen en wateroverlast. In die eeuwen heeft de mens de strijd met het water aangebonden, zijn waterschappen gekomen en gegaan en zijn er kaden en dijken aangelegd, sluizen en gemalen gebouwd en afvoerkanalen gegraven. De zorg om droge voeten en bouwgrond is in al die tijd alleen maar groter geworden. VOORGANGERS VAN WATERSCHAP DE DONGESTROOM POLDERS EN WATERSCHAPPEN IN HET GEBIED VAN HET OUDE MAASJE In de 20ste eeuw werden verschillende plannen ontworpen ter verbetering van de waterstaatkundige toestand van de polders in het gebied van het Oude Maasje. Die plannen vonden geen doorgang, doordat er bezwaren waren van: - De grondbezitters in de hooipolders, omdat de vloedwerking dan zou uitblijven. - De schippers, omdat zonder de vloedwerking de Langstraatse havens niet bereikbaar zouden zijn. - De industrie, die vreesde dat waterverversing ten behoeve van de Waalwijkse leerlooierijen te kost- baar zou worden. Tenslotte werd in de jaren 1880 - 1900 de Bergsche Maas tussen Heusden en Keizersveer gegraven om het water in het bovengebied sneller naar zee te kunnen afvoeren. De uitvoering van deze Maasmondwerken bracht echter voor het gebied rond het Oude Maasje eerder een verslechtering dan een verbetering van de waterstaatkundige toestand met zich mee. Om deze problemen weg te nemen werd rond 1900 door het Rijk het Zuiderafwateringskanaal gegraven. Dit kanaal vangt aan bij de winterdijk, nabij de grensscheiding tussen de gemeenten Waalwijk en Sprang-Capelle en loopt zo westwaarts door Waspik om bij het Keizersveer uit te monden in het Oude Maasje. Daar is naast de uitwateringssluis een schepradstoomgemaal gebouwd, waarmee het kanaal bij hoge waterstand op peil wordt gehouden. Het beheer van het Zuiderafwateringskanaal met bijbehorende kunstwerken en het stoomgemaal berustte bij Rijkswaterstaat. Met het malen werd slechts aangevangen wanneer de Maas bij Grave een bepaalde stand had bereikt en natuurlijke lozing niet meer mogelijk was. Rijkswaterstaat moest namelijk bij de maling rekening houden met de belangen van een veel groter gebied. Rijkswaterstaat bood wel exctra hulp, maar dat haalde niets uit. Bij hoge waterstanden op het Oude Maasje kon het st Ondanks de reeds genomen maatregelen bleef de gebrekkige waterafvoer overlast bezorgen in de Langstraat. Rijkswaterstaat bood wel extra hulp, maar dat haalde niets uit. Bij hoge waterstanden op het Oude Maasje kon het stoomgemaal geen water lozen vanwege de te hoge opvoerhoogte. Waterschap Het Zuiderafwateringskanaal Om aan deze onhoudbare toestand een einde te maken hebben een aantal besprekingen tussen de waterschappen in het gebied en Rijkswaterstaat plaatsgevonden. Rijkswaterstaat bleef zich evenwel beperken tot het wegwerken van overtollig water. Wilde de streek meer dan moest men trachten samen een nieuw waterschap op te richten dat het hele gebied van het Toegangnr.: 1141 Zuiderafwateringskanaal zou omvatten. Dit nieuwe waterschap zou dan het gemaal te Keizersveer en het beheer en onderhoud van het Zuiderafwateringskanaal moeten overnemen. In 1925 werd het waterschap Het Zuiderafwateringskanaal opgericht. Het was een overkoepelend waterschap met als belangrijkste taak het verbeteren van de waterafvoer in zijn gebied. Het voorlopig bestuur sprak reeds in de eerste vergaderingen over de dringende noodzaak om verbetering te krijgen in de waterstaatkundige toestand van het betrokken gebied, wat volgens haar alleen bereikt kon worden indien het Zuiderstoomgemaal, het Zuiderafwateringskanaal en het Overdiepse stoomgemaal van het Rijk zouden worden overgenomen. Bij Wet van 30 november 1934 werd het gemaal te Keizersveer, het Zuiderafwateringsbeheer en onderhoud overgedragen aan het waterschap het Zuiderafwateringskanaal tegen een afkoopsom van f264.000,00. Het schepradstoomgemaal te Keizersveer werd omgebouwd tot een electrisch gemaal. Tevens werd een begin gemaakt met het verhogen en verzwaren van de kaden langs het Oude Maasje. Van 1928 tot 1953 fungeerde het waterschap Het Zuiderafwateringskanaal, waarvan de secretarie in Waspik was gevestigd, als overkoepelend orgaan voor een 12-tal
Recommended publications
  • VERSPREIDINGSGEBIED HUIS AAN HUISKRANTEN Regio Noord
    Schiermonnikoog Ameland Eemsmond Terschelling De Marne Dongeradeel Loppersum Appingedam Ferwerderadeel Winsum Delfzijl Bedum Kollummerland C.A. Ten Boer Het Bildt Dantumadeel Zuidhorn Leeuwarderadeel Slochteren Groningen Achtkarspelen Grootegast Vlieland Oldambt Menaldumadeel Tytsjerksteradeel Franekeradeel Leek Menterwolde Harlingen Hoogezand-Sappemeer Haren Leeuwaden Marum Littenseradiel Smallingerland Bellingwedde Tynaarlo Veendam Pekela Texel Noordenveld Opsterland Aa en Hunze Assen Stadskanaal Súdwest-Fryslan Vlagtwedde Ooststellingwerf Heerenveen De Friese Meren Den Helder Borger-Odoorn Weststellingwerf Midden-Drenthe Westerveld Hollands Kroon Schagen Steenwijkerland Emmen Coevorden Meppel De Wolden Hoogeveen Medemblik Opmeer Enk- Stede huizen Noordoostpolder Heerhugo- Broec Langedijk waard Urk Bergen Drechterland Hoorn Staphorst Koggenland Zwartewaterland Hardenberg Heiloo Alkmaar Kampen Castricum Beemster Ommen Zeevang Dalfsen Uitgeest Dronten Zwolle Heemskerk Edam Wormerland Purmerend Lelystad Beverwijk Hattem Twenterand Oldebroek Zaanstad Oost- Lands- zaan meer Tubbergen Velsen Waterland Elburg Heerde Raalte Bloemen- Hellendoorn daal Haarlemmer- Dinkelland liede C.A. Olst-Wijhe Almelo Haarlem Amsterdam Almere Nunspeet Wierden Zand- Zeewolde Harderwijk Epe voort Heem- Borne stede Diemen Oldenzaal Muiden Losser Rijssen-Holten Haarlemmermeer Weesp Hille- Ouder- Naarden Huizen Ermelo Hengelo gom Amstel Deventer Amstel- Blari- veen Bussum Noord- Abcoude cum Putten wijker- Lisse Aalsmeer Laren Eemnes Hof van Twente Enschede hout Bunschoten
    [Show full text]
  • Spatial Planning Key Decision Room for the River English.Pdf
    SPATIAL PLANNING KEY DECISION ~ ROOM FOR THE RIVer Explanatory Memorandum 8 Waal (from Nijmegen to Gorinchem) 44 Contents of Explanatory Memorandum 8.1 Description of the area 44 8.2 Flood protection 44 8.3 Improvements in spatial quality 44 8.4 Overall approach to decisions for the long term 45 8.5 Short-term measures 45 8.6 Reserving land 46 Explanation 8.7 Opportunities for other measures 46 1 Introduction 9 9 Lower reaches of the rivers 48 1.1 Background 9 9.1 Description of the area 48 1.2 Procedure since publication of PKB Part 1 9 9.2 Flood protection 48 1.3 Decision-making 10 9.3 Improvements in spatial quality 49 1.4 Substantive changes compared to PKB Part 1 10 9.4 Overall approach to decisions for the long term 49 1.5 Substantive changes compared to PKB Part 3 11 9.5 Short-term measures 50 1.6 Guide to this publication 11 9.6 Reserving land 53 9.7 Opportunities for measures 53 2 Major shift in approach to flood protection 12 2.1 The background to this PKB 12 10 Lower Rhine/Lek 54 2.2 Major shift in approach 12 10.1 Introduction 54 2.3 Coordination with improvements in spatial quality 15 10.2 Flood protection 54 10.3 Improvements in spatial quality 54 3 Flood protection in the Rivers Region 16 10.4 Overall approach to decisions for the long term 55 3.1 The challenge for the PKB 16 10.5 Short-term measures 55 3.2 Long-term trends in river discharge levels and sea level 16 10.6 Reserving land 58 3.3 Targets to be met 18 10.7 Opportunities for measures 58 4 Improvements in spatial quality 25 11 IJssel 60 4.1 Introduction 25 11.1
    [Show full text]
  • Local Identities       
    Local Identities Editorial board: Prof. dr. E.M. Moormann Prof. dr.W.Roebroeks Prof. dr. N. Roymans Prof. dr. F.Theuws Other titles in the series: N. Roymans (ed.) From the Sword to the Plough Three Studies on the Earliest Romanisation of Northern Gaul ISBN 90 5356 237 0 T. Derks Gods,Temples and Ritual Practices The Transformation of Religious Ideas and Values in Roman Gaul ISBN 90 5356 254 0 A.Verhoeven Middeleeuws gebruiksaardewerk in Nederland (8e – 13e eeuw) ISBN 90 5356 267 2 N. Roymans / F.Theuws (eds) Land and Ancestors Cultural Dynamics in the Urnfield Period and the Middle Ages in the Southern Netherlands ISBN 90 5356 278 8 J. Bazelmans By Weapons made Worthy Lords, Retainers and Their Relationship in Beowulf ISBN 90 5356 325 3 R. Corbey / W.Roebroeks (eds) Studying Human Origins Disciplinary History and Epistemology ISBN 90 5356 464 0 M. Diepeveen-Jansen People, Ideas and Goods New Perspectives on ‘Celtic barbarians’ in Western and Central Europe (500-250 BC) ISBN 90 5356 481 0 G. J. van Wijngaarden Use and Appreciation of Mycenean Pottery in the Levant, Cyprus and Italy (ca. 1600-1200 BC) The Significance of Context ISBN 90 5356 482 9 Local Identities - - This publication was funded by the Netherlands Organisation for Scientific Research (NWO). This book meets the requirements of ISO 9706: 1994, Information and documentation – Paper for documents – Requirements for permanence. English corrected by Annette Visser,Wellington, New Zealand Cover illustration: Reconstructed Iron Age farmhouse, Prehistorisch
    [Show full text]
  • Coastal Defence Cost Estimates
    Communications on Hydraulic and Geotechnical Engineering 2010-01 ISSN 0169-6548 Coastal defence cost estimates Case study of the Netherlands, New Orleans and Vietnam ———————————— Report of measurements and observations ————————————— M.M. Hillen S.N. Jonkman W. Kanning M.Kok M.A. Geldenhuys M.J.F. Stive April 2010 Communications on Hydraulic and Geotechnical Engineering 2010-01 ISSN 0169-6548 The communications on Hydraulic an Geotechnical Engineering are published by the Department of Hydraulic Engineering at the Faculty of Civil Engineering of Delft University of Technology. In the first years mainly research reports were published, in the later years the main focus was republishing Ph.D.-theses from this Department. The function of the paper version of the Communications was to disseminate information mainly to other libraries and research institutes. (Note that not all Ph.D.- theses of the department were published in this series. For a full overview is referred to www.hydraulicengineering.tudelft.nl ==> research ==> dissertations). At this moment this series is mainly used to disseminate background information related to other publications (e.g. data reports with data underlying journal papers and Ph.D. theses). Recent issues of the Communications are only available in digital format. A notification will be sent to interested readers when new issues are released. For placement on the notification list, please send an e-mail to [email protected]. Older versions (before 1986) were published as Communications on Hydraulic Engineering. A number of internal reports were not published in this series, but are also available via this website. Postal address for the Communications is: TU Delft, Faculty of Civil Engineering and Geosciences, department of Hydraulic Engineering, Stevinweg 1, 2628CN Delft, Netherlands.
    [Show full text]
  • Gemeente Plaatsnaam Adres Aalburg Wijk En Aalburg
    Gemeente Plaatsnaam Adres Aalburg Wijk en Aalburg Grote Kerkstraat 28 Alphen-Chaam Chaam Dorpsstraat 10 Alphen-Chaam Galder Sint Jacobsstraat 1 Asten Asten Markt Bergeijk Westerhoven Dorpstraat 24 Bergeijk Bergeijk Loo 1 Bergeijk Weebosch Witrijtseweg Bergeijk Bergeijk Hof nabij 27 Bergeijk Riethoven Molenstraat nabij 1 Bergeijk Luyksgestel Dorpsstraat 70 / Kerkstraat 4 Bergen op Zoom Bergen op Zoom Stationsplein 9 Bernheze Heesch 't Dorp 90 Best Best Hoofdstraat 33 Boekel Boekel Sint Agathaplein Boekel Venhorst Sint Josephstraat 10 Boxtel Boxtel Rechterstraat 1 Boxtel Boxtel Stationsplein 23 Boxtel Liempde Barrierweg Breda Breda J.F. Kennedylaan 15 tegenover Breda Breda Heuvelbrink 85 Breda Breda Wolfslaardreef 95 Breda Breda Epelenbergpark 333 Breda Breda Dr. Schaepmanlaan 1 Breda Breda Duivelsbruglaan 42 Breda Breda Tussen de Dijken 101 Breda Breda Terheijdenseweg 414 naast Breda Breda Keislagen 36 Breda Breda Kesterendreef 9 Breda Breda Kwakkelhutstraat 57 Breda Breda Alard Duhamelstraat 11 Breda Breda Scheldestraat Breda Breda Sint Josephstraat 7 Breda Teteringen Espakker 60 / Lange Vluchtpad Breda Teteringen Zuringveld Breda Breda Tijmblauwtje (kruising Wegedoornpage) Breda Breda Veestraat 13 Breda Breda Bijster kruising Pels Rijckenpark Breda Breda Cimburgalaan 107 Breda Ulvenhout Dorpstraat 94 Breda Breda Julianalaan kruising Jacob Catssingel thv 111 Breda Breda Meester van Meelstraat kruising Effensestr. Breda Bavel Nieuw Wolfslaarlaan 33 Breda Breda Olympiastraat kruising Piet Avontuurstr. 48 Breda Breda Oude Vest 23 Breda Breda
    [Show full text]
  • Defensie- En Oorlogsschade in Kaart Gebracht (1939-1945)
    Defensie- en oorlogsschade IN KAART GEBRACHT (1939-1945) Elisabeth van Blankenstein MEI 2006/ZEIST In opdracht van het Projectteam Wederopbouw van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg 2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 3 Ten geleide 5 Inleiding 7 A. Toelichting gebruikte bronnen 9 B. Voorkomende begrippen en termen 11 Deel 1 13 Algemene overzichten defensie-, oorlogsgeweld- en bezettingschade 1) Woningen 14 2) Boerderijen 18 3) Schadecijfers woningen, boerderijen, bedrijven, kerken, scholen, enzovoort 22 4) Spoorweggebouwen 24 5) Spoor- en verkeersbruggen 25 6) Vaarwegen, sluizen, stuwen en havens 29 7) Molens 31 8) Bossen 33 9) Schade door inundaties 35 10) Schade door Duitse V-wapens 41 11) Schadeoverzichten per gemeente 42 12) Stagnerende woningbouw en huisvestingsproblematiek 1940 - 1945 49 13) Industriële schade door leegroof en verwoesting 50 14) Omvang totale oorlogsschade in guldens 51 Deel 2 53 Alfabetisch overzicht van defensie-, oorlogs en bezettingsschade in provincies, regio’s, steden en dorpen in Nederland Bijlage 1 Chronologisch overzicht van luchtaanvallen op Nederland 1940-1945 219 Colofon 308 3 4 Ten geleide In 2002 werd door het Projectteam Wederopbouw van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg (RDMZ) een eerste aanzet gegeven tot een onderzoek naar de oorlogsschade in het buitengebied. Het uiteindelijke doel was het opstellen van een kaart van Nederland met de belangrijkste wederopgebouwde en heringerichte gebieden van Nederland. Belangrijkste (eerste) bron voor het verkennend onderzoek was uiteraard Een geruisloze doorbraak. De ge- schiedenis van architectuur en stedebouw tijdens de bezetting en wederopbouw van Nederland (1995) onder redactie van Koos Bosma en Cor Wagenaar. Tijdens het verkennend onderzoek door stagiaire Suzanne de Laat bleek dat diverse archieven niet bij elkaar aansloten, met betrekking tot oorlogsschade slecht ontsloten waren, verschillende cijfers hanteerden en niet altijd eenduidig waren.
    [Show full text]
  • 1 Bijlage 4 Gebiedsbeschrijving 'Stroomgebieden'
    Bijlage 4 Gebiedsbeschrijving ‘Stroomgebieden’ Westelijke Maasvallei Oostelijke Maasvallei West-Brabant Zandleij Dommeldal Oost-Brabant Noord De Mark Beerze- Reusel Dommel- dal Peel- Dommel- Zuid- venen dal Oost Zuid- West 1 Inhoudsopgave 4A Beerze-Reuzel 3 4B De Mark 25 4C Dommeldal Noord 44 4D Dommeldal Zuid-Oost 55 4E Dommeldal Zuid-West 72 4F Oost-Brabant 86 4G Oostelijke Maasvallei 103 4H Peelvenen 115 4I West-Brabant 122 4J Westelijke Maasvallei 140 4K Zandleij 149 2 4A Gebiedsbeschrijving ‘Beerze-Reusel’ Streefbeelden voor natuur en landschap Behorende bij het Natuurbeheerplan van de Provincie Noord-Brabant 3 1. Aardkundige eenheden, bodemtypen, watersysteem en landbouw Abiotische factoren zoals bodem en water zijn in belangrijke mate bepalend voor de ontwikkelingsmogelijkheden van natuur en landschap. Deze abiotische factoren worden voor een groot deel bepaald door de geomorfologie. In de onderstaande tekst worden in het kort de belangrijkste factoren beschreven. In paragraaf 3.3 zijn de voornaamste landbouwkundige bedrijfstakken beschreven. 1.1. Aardkundige eenheden en bodemtypen Een landschap is opgedeeld in zogenaamde aardkundige eenheden, waarbij iedere aardkundige eenheid zich kenmerkt door een unieke ontstaansgeschiedenis en specifieke bodemkundige kenmerken. Dekzandrug en dekzandvlakte In het plangebied liggen diverse dekzandruggen die lopen van zuid naar noord of van zuidwest naar noordoost. Vooral de zuidwest naar noordoost gerichte dekzandruggen verstopte de van zuid naar noord lopende beken. In een later stadium hebben de beken de dekzandruggen weer doorsneden. De dekzandruggen bestonden omstreeks 1900 grotendeels uit heidevelden en vennen met hier en daar stuifzand en bos. Dekzandruggen kenmerken zich door (zeer) droge, voedselarme en kalkarme of -loze zandbodems. In uitgestoven laagten komen leem- en oerlagen voor die meestal gevuld zijn met voedselarm en zuur regenwater, al dan niet aangevuld met lokaal grondwater.
    [Show full text]
  • 2003 Jaargang
    De aanstaande restauratie van de Moerputtenbrug (1882-1885), kunstwerk in de voormalige Langstraatspoorlijn M.S. Verweij taxatie van de historische waarden vast. Ook in de aanloop op Inleiding de restauratie van de Moerputtenbrug heeft de Rijksdienst Een van de taken van de Rijksdienst voor de Monumenten­ voor de Monumentenzorg een dergelijke verfijning geformu­ zorg bestaat uit de benoeming en taxatie van de historische leerd.' betekenis van objecten van geschiedenis en kunst. Op basis van onderzoek en studie wordt nagegaan of een object kan Wat is de Moerputtenbrug? worden ingeschreven in het register van beschermde monu­ menten. De Moerputtenbrug maakt deel uit van de voormalige Bij restauratie of herstel van beschermde monumenten zet de Langstraatspoorweg. Het tracé van de Langstraatspoorweg Rijksdienst de historische betekenis af tegen de aard en telde 46,5 kilometer en vormde gedurende circa 80 jaar de omvang van de voorgenomen werkzaamheden. Ter voorbe­ ijzeren verbinding tussen Lage Zwaluwe en "s-Hertogen- reiding van bijzondere restauratieprojecten stelt de Rijks­ bosch. De Moerputtenbrug bestaat nog, maar de spoorlijn is dienst regelmatig een verfijnde benoeming en een nadere inmiddels opgedoekt (afb. 1). De circa 585 meter lange welij- Afb. I. Waalwijk, voormalige spoorwegovergang in het Halve Zolenlijntje bij de Bloemendaalseweg en de Hoefsteeg. Foto L. Tangel, RDMZ, augustus 1988. PAGINA'S 225-234 226 BULLETIN KNOB 2OO3-6 AJb. 2. Ten zuidwesten van 's-Hertogenbosch ligt in het voormalige Bossche Inundatieveld de Moerputtenbrug. Foto P. van Galen. RDMZ, december 1995. *H SÊQ^^r fewri * AJb. 3. Landhoofd van de Moerputtenbrug, oostzijde. Foto P. van Galen. RDMZ. december 1995. BULLETIN KNOB 2OO3-6 227 zeren spoorbrug rust op 2 landhoofden, op 35 massief gemet­ selde bakstenen pijlers die circa 16 meter van elkaar zijn geplaatst en telt 36 weiijzeren brugdelen.
    [Show full text]
  • 06. Beken En Rivieren
    De Bergensehof Laaglandbeek De Donge De Donge is een typische laaglandbeek: een beek zonder duidelijke bron die ontstaat doordat Omgeving grond- en regenwater zich vanuit een groter gebied geleidelijk aan verzamelen, tot er op een ge- geven moment een beek stroomt. De Donge Bij de Donge gebeurt dit in het grensgebied tussen Alphen en Baarle-Nassau. Vanuit dit gebied, ongeveer 27 meter bo- ven zeeniveau, stromen twee waterlopen, de Hultense Leij en de Lei naar het noorden. Ter hoogte van de Tilburgse woonwijk Dongewijk vloeien ze samen tot de Donge. Via Dongen stroomt de Donge naar het noordwesten en mondt bij Geertruidenberg uit in de rivier de Amer. Het gebied direct ten zuiden van Tilburg heeft niet alleen een grote landschappelijke verscheidenheid, maar is vooral ook heel bijzonder vanwege de voor Nederlandse begrippen spectaculaire hoogteverschillen. De laaggelegen, drassige gronden langs de Oude Leij grenzen hier direct aan de droge bos- en heidegronden, bijna 10 meter hoger. Het ijzerwerk van de brug is in 1954 voor het laatst grondig geschilderd en in 1963 is de verkeersbrug vervangen door een nieuwe, vaste brug. In oktober 1972 is een binnenvaartschip tegen de (openstaande) spoordraaibrug aangevaren, waardoor de brug ontzet raakte. De brug is nooit gerepareerd. Beken en rivieren De grote rivieren De Amer begint bij Geertruidenberg vanaf de plek waar de Donge samenvloeit met de Bergse Maas. De rivier is bijna twaalf kilometer lang en mondt uit in het Hollands Diep. De Bergse Maas is aangelegd aan het eind van de negentiende eeuw om de afwateringsproblemen van de Maas op te lossen. Het oorspronkelijke plan was om de bedding van het Oude Maasje te volgen, maar om goede landbouwgronden te sparen werd de Bergse Maas uiteindelijk een stuk noordelijker aangelegd.
    [Show full text]
  • On the Response of Tidal Rivers to Deepening and Narrowing
    i On the response of tidal rivers to deepening and narrowing Risks for a regime shift towards hyper-turbid conditions. J.C. Winterwerp March 2013 On the response of tidal rivers to deepening and narrowing, March 2013 ii DISCLAIMER: This report is made within the research program 'LTV Safety and Accessibility', with the aim to contribute to TIDE-aims at the same time (although not being a TIDE-report). This is the report as it was delivered by Deltares, in March 2013, to the Flemish and Dutch clients, excluding the Schelde-specific sections, that were in Dutch. After discussions on all the results of the research program 'LTV Safety and Accessibility', with various stakeholders in the Flemish-Dutch Scheldt Committee, a final version of the report is made On the response of tidal rivers to deepening and narrowing, March 2013 iii Table of contents 1. Introduction 1 2. Tidal evolution in a converging estuary with intertidal area 3 2.1 Derivation of the relevant equations 3 2.2 The response of an estuary to deepening and narrowing 12 3. Fine sediment transport in narrow estuaries 19 3.1 Transport components 19 3.2 Reduction in effective hydraulic drag 23 3,3 Hyper-concentrated conditions 24 3,4 A qualitative description of the regime shift in the Ems estuary 26 4. Comparison of various estuaries 29 4.1 The Ems River 30 4.2 The Loire River 37 4.3 The Elbe River 44 4,4 The Weser Estuary 55 4.5 The Upper Sea Scheldt 58 5. Summary and conclusions 69 6.
    [Show full text]
  • Report No. 173
    REPORT NO. 173 HISTORICAL OFFICER CANADIAN MILITARY HEADQUARTERS 25 Mar 47 THE WATCH ON THE MAAS 9 NOV 44 - 8 FEB 45 CONTENTS PAGE ALLIED AND ENEMY DISPOSITIONS ....................... 1 FIRST CDN ARMY AREA ........................... 4 REGROUPING AND FUTURE PLANS ........................ 8 1 BRIT CORPS FRONT ............................15 CHANGES IN ENEMY DISPOSITIONS, 9-30 NOV 44 ................18 "OFFENSIVE DEFENCE" ............................25 FOUNDATIONS FOR OPERATION "VERITABLE" ..................29 THE ENEMY HITS BACK ...........................46 THE FIRST CDN ARMY FRONT, 1-7 JAN 45 ...................46 THE LEFT FLANK: 2 CDN CORPS, 8-14 JAN ..................52 THE RIGHT FLANK: 2 CDN CORPS, 8-14 JAN .................54 THE LARGER PICTURE ............................56 INTENSIVE PATROLLING AND SMALL-SCALE ACTION, 15-21 JAN ..........59 APPRECIATION AND PLANS ..........................62 THE ATTACK ON KAPELSCHEVEER .......................67 1 Report No. 173 ACTIVITIES OF 2 CDN CORPS, 22 JAN - 4 FEB ................71 "VERITABLE" ON THE WAY ..........................72 APPENDICES "A" 2 CDN CORPS OPERATION ORDER, 22 NOV 44 "B" MAP - ALLIED AND ENEMY DISPOSITIONS (NORTHERN SECTOR) 0600 HRS 9 NOV 44 "C" MAP - DISPOSITIONS OF FIRST CDN ARMY, 0600 HRS 1 JAN 45 "D" MAP - THE BATTLE FOR KAPELSCHEVEER, 26-31 JAN 45 "E" MAP - DISPOSITIONS OF FIRST CDN ARMY, 1200 HRS 1 FEB 45 2 Report No. 173 REPORT NO. 173 HISTORICAL OFFICER CANADIAN MILITARY HEADQUARTERS 25 Mar 47 THE WATCH ON THE MAAS 9 NOV 44 - 8 FEB 45 1. The present report is a detailed account of the operations of Canadian Forces in North-West Europe from 9 Nov 44 to 8 Feb 45. During this period First Cdn Army, deployed on the left flank of 21 Army Group, was charged with the responsibility for the security of two vitally important sectors of the Allied Front: the NIJMEGEN bridgehead and the long line of the River Maas from Middelaar to the sea.
    [Show full text]
  • To Draw Or to Cross the Line? the Landscape Architect As Boundary Spanner in Dutch River Management
    University of Groningen To draw or to cross the line? The landscape architect as boundary spanner in Dutch river management van den Brink, Margo; Edelenbos, Jurian; van den Brink, Adri; Verweij, Stefan; van Etteger, Rudi; Busscher, Tim Published in: Landscape and Urban Planning DOI: 10.1016/j.landurbplan.2019.02.018 IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document Version Publisher's PDF, also known as Version of record Publication date: 2019 Link to publication in University of Groningen/UMCG research database Citation for published version (APA): van den Brink, M., Edelenbos, J., van den Brink, A., Verweij, S., van Etteger, R., & Busscher, T. (2019). To draw or to cross the line? The landscape architect as boundary spanner in Dutch river management. Landscape and Urban Planning, 186, 13-23. https://doi.org/10.1016/j.landurbplan.2019.02.018 Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons). The publication may also be distributed here under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license. More information can be found on the University of Groningen website: https://www.rug.nl/library/open-access/self-archiving-pure/taverne- amendment. Take-down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.
    [Show full text]