<<

AALTER// RUP Steenweg op 122 & Woestijne 34

ONDERZOEK TOT MER – voor aanschrijving van de adviesinstanties

Gemeentebestuur Europalaan 22 9880 Aalter

Grontmij Stedenbouw Ruimtelijke Planning & Ontwerp Gent, 25 oktober 2011 AALTER RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34

ONDERZOEK TOT MER – voor aanschrijving van de adviesinstanties

Gemeentebestuur Aalter Europalaan 22 9880 Aalter

Grontmij Stedenbouw Ruimtelijke Planning & Ontwerp Gent, 8 november 2011

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 2 van 84 Verantwoording

Titel : Gemeente Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34 Subtitel : Onderzoek tot m.e.r. voor aanschrijving van de adviesinstanties Projectnummer : 290894 Referentienummer : Revisie : 00 Datum : 8 november 2011 Auteur(s) : Katrien Mels E-mail adres : [email protected] Gecontroleerd door : Goedgekeurd door : Contact : Meersstraat 138A B-9000 Gent T +32 9 241 59 20 F +32 9 241 59 30 [email protected] www.grontmij.be

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 3 van 84 3.7 Atlas van Buurtwegen...... 25 Inhoudsopgave 3.8 Provinciaal fietroutenetwerk...... 26 3.8.1 Woestijne 34 ...... 26 3.8.2 Steenweg op Deinze 122...... 26 3.9 Beschermde monumenten en landschappen...... 26 3.10 Verkavelingen ...... 26 3.11 APA’s of BPA’s ...... 26 1 INLEIDING...... 8 3.12 RUP’s...... 27 1.1 Opdrachtomschrijving ...... 8 3.12.1 Woestijne 34 ...... 27 3.12.2 Steenweg op Deinze 122...... 28 2 ANALYSE BESTAANDE TOESTAND...... 9 3.13 Planologische atttesten...... 29 3.13.1 Woestijne 34 ...... 29 2.1 Situering...... 9 3.13.2 Steenweg op Deinze 122...... 31 2.1.1 Macroniveau ...... 9 2.1.2 Mesoniveau...... 10 2.1.3 Microniveau...... 11 4 PLANNINGSCONTEXT...... 33 2.1.4 Ruimtelijke context...... 13 4.1 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen ...... 33 2.1.5 Ruimtelijk-economische context...... 15 2.1.6 Lezing van het plangebied ...... 16 4.2 Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Oost-Vlaanderen ...... 34 4.3 Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Aalter...... 34 3 JURIDISCHE CONTEXT ...... 18 4.3.1 Bindende bepalingen ...... 34 3.1 Gewestplan ...... 18 4.3.2 Richtinggevend gedeelte ...... 34 4.3.3 Zonevreemde bedrijven ...... 35 3.2 Natuurbeschermingsgebieden ...... 18 3.2.1 Woestijne 34 ...... 18 4.4 Mobiliteitsplan Aalter...... 37 3.2.2 Steenweg op Deinze 122...... 18 4.4.1 Categorisering van het wegennet ...... 37 4.4.2 Fietsroutenetwerk ...... 37 3.3 Landschapsatlas ...... 19 3.3.1 Woestijne 34 ...... 19 4.5 Ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos – Vlaamse Overheid38 3.3.2 Steenweg op Deinze 122...... 19 4.5.1 Woestijne 34 ...... 39 4.5.2 Steenweg op Deinze 122...... 40 3.4 Watertoets...... 20 3.4.1 Woestijne 34 ...... 20 5 PROBLEMATIEK ...... 41 3.4.2 Steenweg op Deinze 122...... 21 5.1 Woestijne 34 ...... 41 3.5 Vergunningentoestand...... 22 5.1.1 Ruimtelijke problematiek ...... 41 3.5.1 Woestijne 34 ...... 22 5.1.2 Bouwaanvraagdossier ...... 42 3.5.2 Steenweg op Deinze 122...... 23 5.1.3 Bijkomende aandachtspunten...... 44 3.6 Rooilijnplannen ...... 24 5.2 Steenweg op Deinze 122...... 44 3.6.1 Woestijne 34 ...... 24 5.2.1 Ruimtelijke problematiek ...... 44 3.6.2 Steenweg op Deinze 122...... 24

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 4 van 84 6 ONTWIKKELINGSPERSPECTIEF...... 45 9.4 Scoping milieu-effecten...... 56 9.4.1 Aard van het plan...... 56 6.1 Concrete uitbreidingsbehoefte Woestijne 34 ...... 45 9.4.2 Voorkomen van bijzonder beschermde gebieden...... 56 6.2 Bijkomende wijzigingen binnen dit RUP t.o.v. Planologisch Attest 9.4.3 Kwetsbaarheid plangebied...... 60 Woestijne 34 ...... 45 a Landbouwtyperingskaarten...... 76 6.2.1 Verschilpunt 1: Groenbuffering van de bedrijfsactiviteit ...... 45 9.4.4 Conclusie Scoping milieu-effecten...... 81 6.2.2 Verschilpunt 2: Inpassing in het straatbeeld...... 46 9.5 Externe mensveiligheid...... 82 6.3 Concrete uitbreidingsbehoefte Steenweg op Deinze 122 ...... 46 9.6 Eindconclusie...... 83 6.4 Bijkomende wijzigingen binnen dit RUP t.o.v. Planologisch Attest Steenweg op Deinze 122...... 47 6.4.1 Verschilpunt 1: Volwaardige groenbuffering...... 47

7 PLANOPTIES ...... 48 7.1 Algemeen...... 48 7.2 Planopties Woestijne 34...... 49 7.3 Structuurschets Woestijne 34 ...... 49 7.4 Planopties Steenweg op Deinze 122 ...... 50 7.5 Structuurschets Steenweg op Deinze 122 ...... 50

8 OMZETTING HERBEVESTIGD AGRARISCH GEBIED ...... 51 8.1 Onderzoek naar alternatieve locaties...... 51 8.2 Onderzoek naar de impact op de ruimtelijk-functionele samenhang. 51 8.3 Onderzoek naar flankerende maatregelen...... 52

9 ONDERZOEK TOT MER...... 53 9.1 Alternatieven...... 54 9.1.1 Het nul-alternatief...... 54 9.1.2 Het locatie-alternatief ...... 54 9.1.3 Ruimere of strengere ontwikkelingsperspectieven...... 54 9.1.4 Conclusie alternatieven...... 54 9.2 Grensoverschrijdende effecten ...... 54 9.3 Aftoetsing planMER-plicht van rechtswege...... 55 9.3.1 Project-m.e.r.-plicht...... 55 9.3.2 Noodzaak tot passende beoordeling...... 55 9.3.3 Conclusie aftoetsing MER-plicht van rechtswege ...... 55

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 5 van 84 Figuur 31: Herziening PRUP Regionaal bedrijventerrein Aalter met het oog op Figuren optimalisatie van de mobiliteit - bestemmingsplan ...... 28 Figuur 32: Weergave gewenste toestand op korte en lange termijn (aanvraag planologisch attest Woestijne 34, Adoplan) ...... 30 Figuur 33: volumes korte en lange termijn (aanvraag planologisch attest Woestijne 34, Adoplan) ...... 30 Figuur 34: Weergave gewenste toestand op korte en lange termijn (aanvraag Figuur 1: Situering van Aalter ...... 9 planologisch attest Steenweg op Deinze 122, Adoplan) ...... 32 Figuur 2: Situering plangebieden van dit RUP binnen Aalter...... 9 Figuur 35: volumes korte en lange termijn (aanvraag planologisch attest Figuur 3:Situering plangebieden binnen de gemeente Aalter ...... 10 Steenweg op Deinze 122, Adoplan)...... 32 Figuur 4: situering plangebied ‘Woestijne 34’ ...... 11 Figuur 36: Synthese gewenste ruimtelijke structuur (GRS Aalter) ...... 35 Figuur 5: Stratenplan t.h.v. het plangebied (www.maps.google.be)...... 11 Figuur 37: Gewenste structuur wegennetwerk (Mobiliteitsplan Aalter) ...... 37 Figuur 6: Situering plangebied ‘Steenweg op Deinze 122 ...... 12 Figuur 38: Bovenlokaal funtioneel fietsroutenetwerk (Mobiliteitsplan Aalter)..... 37 Figuur 7: Stratenplan t.h.v. het plangebied (www.maps.google.be)...... 12 Figuur 39: Ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos regio Veldgebied Figuur 8: Situering plangebied ‘Woestijne 34’ op orthofoto...... 13 Brugge-, ‘Noordelijk Houtland’ ...... 39 Figuur 9: Bestaande toestand ‘Woestijne 34’...... 13 Figuur 40: Overzichtskaart herbevestigd agrarisch gebied – Woestijne 34 ...... 39 Figuur 10: Situering plangebied ‘Steenweg op Deinze 122’ op orthofoto ...... 14 Figuur 41: Ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos regio Veldgebied Figuur 11: Bestaande toestand ‘Steenweg op Deinze 122’...... 14 Brugge-Meetjesland, ‘Oostelijk Houtland’ ...... 40 Figuur 12: foto-reportage Woestijne 34 ...... 16 Figuur 42: Overzichtskaart herbevestigd agrarisch gebied – Steenweg op Deinze Figuur 13: foto-reportage Steenweg op Deinze 122 ...... 17 122...... 40 Figuur 14: situering Woestijne 34 op het gewestplan -Aalter ...... 18 Figuur 43: Bouwaanvraagdossier bvba All Style Construct – Ligging, omgeving, Figuur 15: situering Steenweg op Deinze 122 op het gewestplan Eeklo-Aalter. 18 inplanting, terreinprofiel bestaande en nieuwe toestand ...... 42 Figuur 16: Landschapsatlas ter hoogte van Woestijne 34 (www.agiv.be)...... 19 Figuur 44: Bouwaanvraagdossier bvba All Style Construct – gevels, doorsnede Figuur 17: Landschapsatlas ter hoogte van Steenweg op Deinze 122 bestaande en nieuwe toestand ...... 42 (www.agiv.be) ...... 19 Figuur 45: Bouwaanvraagdossier bvba All Style Construct – grondplan Figuur 18: Watertoets Woestijne 34 (www.agiv.be) ...... 20 bestaande toestand...... 43 Figuur 19: Overstromingskaart Woestijne 34 (www.agiv.be) ...... 20 Figuur 46: Bouwaanvraagdossier bvba All Style Construct – grondplan beoogde Figuur 20: Watertoets Steenweg op Deinze 122 (www.agiv.be)...... 21 toestand ...... 43 Figuur 21: Overstromingskaart Steenweg op Deinze 122 (www.agiv.be)...... 21 Figuur 47: Inrichtingsschets Woestijne 34 ...... 49 Figuur 22: rechtstoestand gebouwen (aanvraag planologisch attest Woestijne Figuur 48: Inrichtingsschets Steenweg op Deinze 122 ...... 50 34, Adoplan)...... 22 Figuur 49: Landbouwtyperingskaart – Steenweg op Deinze 122...... 52 Figuur 23: Rooilijnplan Steenweg op Deinze t.h.v. het plangebied ...... 24 Figuur 50: Gewenste agrarische structuur ...... 52 Figuur 24: Onteigeningsplan Aanleg fietspad langsheen de N409 t.h.v. het Figuur 51: Vogel- en habitatrichtlijngebieden gemeente Aalter...... 55 plangebied...... 24 Figuur 53: Beschermingen...... 58 Figuur 25: Situering Woestijne 34 op de Atlas van buurtwegen en waterlopen Figuur 54: Oppervlaktewaterwingebieden ...... 59 (www.gisoost.be)...... 25 Figuur 55: Overstromingskaart ...... 61 Figuur 26: Situering Steenweg op Deinze 122 op de Atlas van buurtwegen en Figuur 57: Grondwaterstromingsgevoeligheid ...... 63 waterlopen (www.gisoost.be) ...... 25 Figuur 60: Infiltratiegevoelige gebieden ...... 66 Figuur 27: Fietsroutenetwerk t.h.v. Woestijne 34 (www.gisoost.be) ...... 26 Figuur 61: Zoneringsplan (VMM) ...... 67 Figuur 28: Fietsroutenetwerk t.h.v. Steenweg op Deinze 122 (www.gisoost.be) 26 Figuur 62: Bodemkaart ...... 69 Figuur 29: PRUP Regionaal bedrijventerrein Aalter – bestemmingsplan...... 27 Figuur 63: Drainagekaart ...... 70 Figuur 30: PRUP Regionaal bedrijventerrein Aalter – bestemmingsplan (zoom op Figuur 64: Bodemsaneringen en -onderzoeken...... 71 het plangebied) ...... 27 Figuur 66: Landschapsatlas...... 73

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 6 van 84 Figuur 67: Inventaris van het bouwkundig erfgoed ...... 74 Figuur 68: Centraal archeologische inventaris – Steenweg op Deinze ...... 75 Figuur 69: Centraal archeologische inventaris – Woestijne 34 ...... 75 Figuur 70: Landbouwtyperingskaart...... 76 Figuur 71: Overzichtskaart herbevestigd agrarisch gebied – Woestijne 34...... 77 Figuur 72: Overzichtskaart herbevestigd agrarisch gebied – Steenweg op Deinze 122 ...... 77 Figuur 73: Gewestplan - Steenweg op Deinze 122...... 79 Figuur 74: Gewestplan – Woestijne 34 ...... 79 Figuur 75: Mobiliteitsplan Aalter – Categorisering van wegen ...... 80

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 7 van 84 gebieden. Het doel bestaat erin om een document op te maken dat voor 1 INLEIDING beide de juridische bestemmingen vastlegt. Het moet daarbij de doelstel- lingen van beleidsdocumenten als het GRS Aalter, en een aantal ruimte- lijke vragen en noden in de plangebieden vertalen in een juridisch veror- denend plan. Het document zal daarbij eveneens de randvoorwaarden weergeven opdat de gewenste ontwikkelingen zouden gebeuren op een ruimtelijk verantwoorde wijze, en met garanties voor een duurzaam be- heer van de ruimte.

1.1 Opdrachtomschrijving

Op basis van artikel 145ter van het decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening van 18 mei 1999 en latere wijzigingen, werd door het College van Burgemeester en Schepenen op 6 oktober 2008 aan de BVBA Van Tornhout, Steenweg op Deinze 122 te Aalter een positief planologisch attest verleend voor de exploitatie van een bouwonderne- ming aan de Steenweg op Deinze 122, 5e Afdeling, Sectie A, nrs. 482z en 482w, met als voorwaarde dat de woning niet kon afgesplitst worden van het bedrijf en dat rondom het bedrijf een functionele groenbuffer aangeplant moet worden. Tevens dient er voldoende aandacht geschon- ken te worden aan de opvang van het hemelwater.

Op basis van bovengenoemd decreet werd door het College van Burge- meester en Schepenen op 16 februari 2009 aan de BVBA All Style, Woestijne 34 te Aalter een positief planologisch attest verleend voor de exploitatie van een ambachtelijk bedrijf te Aalter, Woestijne 34, 1ste Afde- ling, Sectie A, nrs. 677a, 677k, 677l, 677g, 679d en 679e. De aanleg van een zonnefarm wordt niet toegestaan in dit planologisch attest maar dient verder onderzocht te worden gedurende de procedure opmaak RUP.

Bij de afgifte van een positief planologisch attest dient een ruimtelijk uit- voeringsplan opgemaakt te worden door de gemeente. Daarbij dient het voorontwerp van RUP binnen het jaar na afgifte van het attest verstuurd te worden naar de bevoegde instanties.

Met de opmaak van dit RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’, wenst het gemeentebestuur van Aalter dan ook een verordenend kader te creëren voor een kwalitatieve ruimtelijke ontwikkeling van beide plan- 2 ANALYSE BESTAANDE TOE- STAND

2.1 Situering

2.1.1 Macroniveau

De plangebieden van RUP ‘Steenweg op Deinze 22 & Woestijne 34’ zijn gelegen in Aalter. De gemeente Aalter bevindt zich in het westen van de provincie Oost- Vlaanderen, aan de grens met de provincie West-Vlaanderen. Aalter behoort tot het arrondissement Gent, en wordt begrensd door de gemeenten , Win- gene, en (West-Vlaanderen) en door de gemeenten , , en Deinze (Oost-Vlaanderen).

Figuur 1: Situering van Aalter Figuur 2: Situering plangebieden van dit RUP binnen Aalter ANALYSE BESTAANDE TOESTAND

2.1.2 Mesoniveau

Aalter bevindt zich ongeveer centraal tussen de steden Gent en Brugge. Kenmerkend voor de ruimtelijke structuur is de grote en aantrekkelijke open ruimte op het grondgebied van de gemeente. Deze open ruimte wordt weliswaar doorsneden door een grootschalige infrastructuurbundel die deze twee steden met elkaar verbindt (de autosnelweg E40, de spoorlijn Gent-Brugge en het kanaal Gent-Oostende), maar bezit heel wat kwaliteiten voor verschillende functies (natuur, landbouw, toeris- me,…).

In de gemeente Aalter kunnen zes afzonderlijke woonkernen onder- scheiden worden:  Aalter-Brug  Aalter-Centrum  Bellem  Lotenhulle  Poeke  Sint-Maria-Aalter.

De site van Woestijne 34 is gelegen langsheen het Kanaal Gent- Oostende en sluit aan op de kern van Aalter-Brug. Het plangebied van Steenweg op Deinze 122 maakt deel uit van de verlinting als uitloper van de kern Lotenhulle.

Figuur 3:Situering plangebieden binnen de gemeente Aalter

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 10 van 84 ANALYSE BESTAANDE TOESTAND

2.1.3 Microniveau

2.1.3.1 Woestijne 34

Het plangebied – deel Woestijne 34 is gelegen ten oosten van de kern van Aalter-Brug. Het grenst aan het woongebied van deze kern. Het be- drijf vormt als het ware de meest oostelijke grens van de bebouwing van Aalter-Brug. Het is gelegen langs de lokale weg, type III (erftoegansweg): Woestijne. Het landbouwgebied ten oosten van het bedrijf wordt omgezet in indu- strieterrein. Het provinciaal RUP ‘Regionaal bedrijventerrein Aalter’, werd reeds goedgekeurd. Het bedrijf zal dus aansluiten bij andere bedrijfsacti- viteiten. Het bedrijf zal grenzen aan de 25m brede buffer van het hierbo- PLANGEBIED ven vermelde industrieterrein. ‘WOESTIJNE 34’

Het verkeer, bestemd voor All-Style Construct, dient via de N499 (Ursel- weg) en de Eerste Poolse Pantserdivisiestraat te komen. Er is in het RUP geen doorgang voorzien via het aanpalende, nieuw aan te leggen bedrij- venterrein. Figuur 4: situering plangebied ‘Woestijne 34’ Het plangebied wordt begrensd door:

 In het noorden: De lokale weg Woestijne;

 In het oosten: De voorziene bufferzone van het te realiseren industrieterrein en de daarnaast liggende percelen welke in ontwikkeling zijn voor bedrijvigheid;

 In het zuiden: De lokale weg Brug-Noord en het daarachterliggende kanaal Gent-Oostende;

 In het westen: De naastliggende woonpercelen die deel uitmaken van de kern van Aalter-brug. Figuur 5: Stratenplan t.h.v. het plangebied (www.maps.google.be)

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 11 van 84 ANALYSE BESTAANDE TOESTAND

2.1.3.2 Steenweg op Deinze 122

Het plangebied – deel Steenweg op Deinze 122 is gelegen ten noorden van de kern van Lotenhulle. De kern Lotenhulle wordt doorsneden door de N409 die de verbindingsweg vormt tussen Aalter (E40) en Deinze. De kerk en het centrum van Lotenhulle liggen ten westen van de N409. De lintbebouwing is uitgewaaierd langsheen de N409. Omwille van de zicht- locatie langs deze weg komen in de woonlinten diverse andere functies (handelszaken/bedrijven) voor.

Het bedrijf Van Tornhaut ligt langsheen de N409 (Steenweg op Deinze) ten noorden van de kern van Lotenhulle. Het is gelegen binnen een dicht bebouwd lint langsheen deze N409. Het is een heterogeen lint met diver- PLANGEBIED se andere functies. Naast het bouwbedrijf is een landbouwbedrijfszetel ‘STEENWEG OP DEINZE 122’ gelegen. Aan de andere zijde is er een textielbedrijfje en een schrijnwer- kerij gelegen.

Het plangebied wordt begrensd door:

 In het noorden: Het naastgelegen landbouwbedrijf dat deel uitmaakt van het Figuur 6: Situering plangebied ‘Steenweg op Deinze 122 lint langsheen de N409;

 In het oosten: De Steenweg op Deinze;

 In het zuiden: De bedrijfspercelen van ‘Textiel Maenhout’ en ‘Schrijnwerkerij De Vreese’, de daarop aansluitende woonpercelen, en een agrarisch perceel langsheen de Paddestraat;

 In het westen: Het onbebouwde perceel langsheen de Paddestraat.

Figuur 7: Stratenplan t.h.v. het plangebied (www.maps.google.be)

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 12 van 84 ANALYSE BESTAANDE TOESTAND

2.1.4 Ruimtelijke context

2.1.4.1 Woestijne 34

Het terrein dat momenteel in functie van de bedrijvigheid wordt aange- wend heeft een totale oppervlakte van 5.769 m².

Het plangebied betreft de perceelsnummers 677_l, 677_m (werkplaats, toonzaal, bergruimte en burelen en toegangsweg), een deel van 677_a, 679_d en een deel van 679_e.

Van de percelen 677_l en 679_e wordt slechts een beperkt deel gebruikt in functie van de bedrijvigheid. Het grootste deel wordt nog als weide in gebruik genomen.

Het bedrijfsgebouw heeft een grondoppervlakte van 1.519 m², waarvan 1.068 m² als werkplaats gebruikt worden en 451 m² als toonzaal en bu- reel. Daarnaast is 389 m² verhard. Deze zone wordt gebruikt als op- en afrit en parkeerzone.

Een deel van het perceel 677_a bevat een studio die in gebruik genomen Figuur 8: Situering plangebied ‘Woestijne 34’ op orthofoto wordt door de zaakvoerder van het bedrijf. Het betreft een kleinschalige woonruimte (keuken, slaapkamer en zitruimte) naast de huidige kantoren van ongeveer 50m².

Het naastgelegen perceel 679_e valt gedeeltelijk in het goedgekeurde PRUP Afbakening van het regionaal bedrijventerrein Aalter. Daardoor wordt een deel van het perceel omgezet naar buffer. Deze buffer is in- middels reeds grotendeels gerealiseerd. Het ligt in de bedoeling om de resterende strook tussen de toekomstige buffer en het huidige bedrijfs- perceel, en ook het perceel 679_d (stalling) mee op te nemen bij het bedrijfsperceel en dat op korte termijn.

Het bedrijfsgebouw is deels opgetrokken uit betonnen sandwichpanelen tegen een stalen structuur en deels in cellenbeton. De huidige toonzaal en studio is opgebouwd uit zichtbare parementsteen type oude klinkers; Beide daken bestaan uit gelakte plaatmaterialen met isolatiepanelen.

Figuur 9: Bestaande toestand ‘Woestijne 34’

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 13 van 84 ANALYSE BESTAANDE TOESTAND

2.1.4.2 Steenweg op Deinze 122

Het bedrijf wordt ontsloten via de N409, een secundaire weg type II. De breedte van het perceel langs de straatzijde is ongeveer 19 meter. Daarnaast bevindt zich de woning van de gepensioneerde zaakvoerder (ook 19 meter). De achterste perceelsgrens is ongeveer 99 meter breed. De diepte van het perceel bedraagt ongeveer 130 meter.

Het perceel heeft een relatief grote diepte. Het voorste deel zit geïnte- greerd in het woonlint. Het achterste deel ligt achter het woonlint. Omwil- le van de grote bouwdiepte van de gebouwen op de aangrenzende per- celen (bvb. Van het landbouwbedrijf), kan niet gesteld worden dat het achterste deel geïsoleerd ligt in de open ruimte (zie luchtfoto). Het ligt eerder in een versnipperde ruimte tussen de Steenweg op Deinze en de Paddestraat. De aangrenzende achterste percelen zijn in gebruik als weide.

Het gehele terrein heeft een oppervlakte van 8910 m². Dit is opgedeeld in een perceel met de woning van de gepensioneerde bedrijfsleider (986 m²) en het perceel waarop de bedrijfsactiviteiten zich bevinden (7924 m²). Het bedrijfsgebouw heeft een totale oppervlakte van 866 m². Dit is Figuur 10: Situering plangebied ‘Steenweg op Deinze 122’ op orthofoto opgedeeld in een deel burelen (389 m²) en in een werkplaats met even- eens opslag van materiaal (477 m²).

Het onbebouwde deel vooraan is verhard (asfalt) en in gebruik als par- king (35 wagens). Het onbebouwde deel achteraan wordt gebruikt voor opslag van materiaal en rollend materieel. Het is voor 4/5 verhard in as- falt. Het overige deel is verhard met grint.

Rondom het terrein werd een smalle buffer voorzien. Deze bestaat deels uit een haag en deels uit een afsluiting waarop klimop groeit.

Figuur 11: Bestaande toestand ‘Steenweg op Deinze 122’

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 14 van 84 ANALYSE BESTAANDE TOESTAND

2.1.5 Ruimtelijk-economische context 2.1.5.2 Steenweg op Deinze 122

2.1.5.1 Woestijne 34 Het bedrijf is ontstaan begin jaren ’60. Het werd opgericht door Roger Van Tornhaut samen met zijn broer Frans Van Tornhaut. De vennoot- De vennootschap werd opgericht op 2 april 1998 onder de vorm van een schap zelf werd opgericht op 1 maart 1983 en heeft zijn maatschappelij- bvba met als zaakvoerder De Smet Dimitri. ke zetel gevestigd te Aalter, Steenweg op Deinze 122. Deze vennoot- De bedrijvigheid bestond aanvankelijk enkel uit het uitvoeren van op- schap wordt bestuurd dor Dirk en Rita Van Tornhaut. Er werden in het drachten van houtbewerkingen op de geleverde plaatmaterialen van verleden ook enkele nevenbedrijven opgericht die zich specialiseren in onderaannemers. Deze bewerkingen gebeurden op de machines welke o.a. stut- en schoringswerken, bouwen van zwembaden en toebehoren eigendom waren van de vennootschap doch die opgesteld stonden in de als sauna’s en jacuzzi’s. Deze nevenbedrijven zijn op andere locaties werkplaats van de vader en waarvan verder ook de infrastructuur ge- gevestigd. bruikt werd. Van Tornhaut is uitgegroeid tot een bouwbedrijf dat voornamelijk gespe- De activiteiten breidden zich geleidelijk uit tot het volledig vervaardigen cialiseerd is in: van allerlei kasten en andere houten constructies. Door verdere bijscho-  Appartements- en utiliteitsbouw ling werden de activiteiten ook steeds meer uitgebreid. Daaruit volgde  Industriële gebouwen dan ook het werken voor eigen rekening met nieuwe particuliere klanten.  Renovatie en herbestemming van gebouwen

In 2006 werd het huurcontract van de huidige werkplaats en opslagruimte Gezien Van Tornhaut een bouwbedrijf is gaan de activiteiten van het overgenomen van de éénmanszaak De Smet Patrick. Deze bouwde stel- bedrijf hoofdzakelijk door op de verschillende bouwwerven. De bedrijfssi- selmatig zijn werkzaamheden af. Bij de opstart van All Style Construct te in Aalter vormt de centrale locatie van waaruit alles gecoördineerd werd er regelmatig in onderaanneming gewerkt voor De Smet Patrick. wordt. De functies op de bedrijfssite bestaan uit: Vandaag is dit omgekeerd: De Smet Patrick werkt dikwijls in onderaan-  Burelen neming voor All Style Construct.  Het stapelen van materiaal De activiteiten vandaag concentreren zich voornamelijk op:  Het stallen van voertuigen, kranen, werktuigen  Ontwerp en maken van maatwerk kasten en houten construc-  Onderhoudswerkplaats (in loods) ties;  Sorteerplaats voor recupereerbare materialen  Leveren en plaatsen van plafonds, wanden, deuren, trappen;  Ontwerpen en uitwerken van elektrische schemaes voor de Deze functies zijn ondersteunend en noodzakelijk voor een goede wer- aanleg van elektriciteitsinstallaties; king op de verschillende bouwwerven.  Ontwerpen en plaatsen van welnessfaciliteiten.

Het bedrijf is onlangs ook gestart met het plaatsen en monteren van zon- nepanelen.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 15 van 84 ANALYSE BESTAANDE TOESTAND

2.1.6 Lezing van het plangebied

De site wordt verkend aan de hand van een fotoreportage. De foto- opnames zijn aangeduid op het plan van de bestaande toestand.

2.1.6.1 Woestijne 34

foto7 foto8

foto1 foto2 foto9 foto10

foto3 foto4 foto11 foto12

foto5 foto6 foto13 Figuur 12: foto-reportage Woestijne 34

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 16 van 84 ANALYSE BESTAANDE TOESTAND

2.1.6.2 Steenweg op Deinze 122

foto7 foto8

foto1 foto2

foto9 foto10

foto3 foto4

foto11 foto12

foto5 foto6

foto13 Figuur 13: foto-reportage Steenweg op Deinze 122

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 17 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3 JURIDISCHE CONTEXT 3.1.1.2 Steenweg op Deinze 122 Het bedrijf bvba Van Tornhaut, Steenweg op Deinze 122 (aanduiding in oranje op onderstaande figuur) is gedeeltelijk gelegen in woongebied met landelijk karakter (de eerste 50 meter van aan de rooilijn), en ge- deeltelijk in agrarisch gebied (overige deel). Het bedrijf is zonevreemd.

3.1 Gewestplan

Aalter is opgenomen in het Gewestplan Eeklo-Aalter (K.B. 24/03/1978 & wijzigingen).

3.1.1.1 Woestijne 34

Het bedrijf All Style Construct bvba, Woestijne 34 (aanduiding in oranje op onderstaande figuur) is gelegen in landschappelijk waardevol agra- risch gebied en in reservatiegebied. Het bedrijf is zonevreemd. Figuur 15: situering Steenweg op Deinze 122 op het gewestplan Eeklo-Aalter 3.2 Natuurbeschermingsgebieden

3.2.1 Woestijne 34

Type In het plangebied Aangrenzend Vogelrichtlijngebied geen geen Habitatrichtlijngebied geen geen Gebieden van het VEN of IVON geen geen

3.2.2 Steenweg op Deinze 122

Type In het plangebied Aangrenzend Vogelrichtlijngebied geen geen Habitatrichtlijngebied geen geen Gebieden van het VEN of IVON geen geen Figuur 14: situering Woestijne 34 op het gewestplan Eeklo-Aalter

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 18 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3.3 Landschapsatlas

3.3.1 Woestijne 34 3.3.2 Steenweg op Deinze 122

Figuur 16: Landschapsatlas ter hoogte van Woestijne 34 (www.agiv.be) Figuur 17: Landschapsatlas ter hoogte van Steenweg op Deinze 122 (www.agiv.be) Type In het plangebied In de omgeving Type In het plangebied In de omgeving Ankerplaats geen geen Ankerplaats geen A34008: ‘Vallei van de Poekebeek met Relictzone R34006: ‘Open landschap- R34006: ‘Open landschappen kasteeldomein van Poeke’ pen in het straatdorpenge- in het straatdorpengebied’ Relictzone geen R40046: ‘Molenmeersen en Kasteel bied’ van Poeke’ Lijnrelict geen L34003: ‘Kanaal Brugge-Gent’ Lijnrelict geen geen Puntrelict geen P40025: ‘Omwalde hoeve’ Puntrelict geen geen

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 19 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3.4 Watertoets

3.4.1 Woestijne 34

Het plangebied van Woestijne 34 is hoofdzakelijk gelegen buiten over- stromingsgevoelig gebied. Enkel een beperkt deel aan de zuidwestelijke hoek van het terrein is gelegen in mogelijks overstromingsgevoelig ge- bied.

Ten zuiden van het plangebied situeert zich het kanaal Gent-Oostende. Ten noorden van het plangebied loopt de onbevaarbare waterloop (Cat.2) van de Hollebeek, die meer naar het oosten uitloopt op de Woes- tijnebeek, eveneens een onbevaarbare waterloop.

Ten zuiden zijn enkele gebieden langsheen het Kanaal Gent-Oostende aangeduid als mogelijks overstromingsgevoelig.

Figuur 18: Watertoets Woestijne 34 (www.agiv.be)

Figuur 19: Overstromingskaart Woestijne 34 (www.agiv.be)

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 20 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3.4.2 Steenweg op Deinze 122

Het plangebied van Steenweg op Deinze 122 is volledig gelegen buiten overstromingsgevoelig gebied.

In de de ruimere omgeving, ten zuiden van het plangebied ligt de niet- geklasseerde waterloop van het Kattebeeksken (oranje). In de buurt van deze waterloop zijn enkele gebieden mogelijks overstromingsgevoelig.

Figuur 20: Watertoets Steenweg op Deinze 122 (www.agiv.be)

Figuur 21: Overstromingskaart Steenweg op Deinze 122 (www.agiv.be)

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 21 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3.5 Vergunningentoestand 3.5.1.2 Bouwmisdrijven

3.5.1 Woestijne 34  PV/1993 Uitbreiden schrijnwerkerij en oprichten bureel zonder vergun- 3.5.1.1 Stedenbouwkundige vergunningen ning Vordering gemeente voor het betalen van een geldsom gelijk aan de  15031976 – nieuwbouw eengezinswoning meerwaarde dd. 28/02/1994 e Vordering gemeente voor het betalen van een geldsom gelijk aan de (aanvraag voor perceel met kadastrale gegevens 1 Afd. Sc- meerwaarde dd. 22/02/1994 tie A nr. 677A, de ééngezinswoning valt buiten het plangebied van dit RUP)  23/03/1981 – 44.001.4431: het bouwen van een werkplaats  02/01/1989 – 44001/807/3: het bouwen van een bergruimte  05/10/2009 – het verbouwen van een éénsgezinswoning (aanvraag voor perceel met kadastrale gegevens 1e Afd. Sc- tie A nr. 677A, de ééngezinswoning valt buiten het plangebied van dit RUP)  30/09/2010 – Regularisatie van een werkplaats, burelen en bedrijfswoning, het uitbreiden van een werkplaats en verhar- ding en het aanleggen van een buffer Stedenbouwkundige vergunning wordt verleend volgens in- gediend plan onder volgende voorwaarden: Het voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht door de Brandweer op 10/03/2010, en het voorwaardelijk gunstig advies van 04/04/2010 door de Afdeling Bovenschelde zijn stipt te volgen en dat bijgevolg (een) hemelwaterput(ten) met een volume van 20.000 liter dient geplaastst te worden met herbruikmogelijkheid en een infiltratievoorziening met een minimum oppervlakte van 20m².  15/03/2010 – het bouwen van een veranda (aanvraag voor perceel met kadastrale gegevens 1e Afd. Sc- tie A nr. 677A, de ééngezinswoning valt buiten het plangebied van dit RUP)  Ingediende aanvraag SV 240/2011 – ramen en deuren – nog Figuur 22: rechtstoestand gebouwen (aanvraag planologisch attest Woestijne geen beslissing. 34, Adoplan)

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 22 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

Toepasselijke rubrieken: 2.1.f; 3.5.1.3 Milieuvergunningen 2.4.a;3.3;3.4;15.1.1;15.2;15.4.1;16.8.1;17.3.6.1;17.3.7.1;17 .3.8;19.3.2;28.5.2.2;31.1.  Het bedrijf bvba Interieurbouw De Smet beschikt over een mi- Geldig tot 2015 lieuvergunning klasse 2. Bedoeling is dat deze vergunning wordt overgezet naar het bedrijf All-Style Construct. Deze procedure is echter op vandaag nog niet uitgevoerd. Deze vergunning heeft als voorwerp: Een schrijnwerkerij en een stockageruimte Toepasselijke rubrieken: 3.6.1; 19.2.2; 17.3.6.1.b Geldig tot 2018

3.5.2 Steenweg op Deinze 122

3.5.2.1 Stedenbouwkundige vergunningen

 21/06/1962 – 10.125.614: bouwen van een woning  01/02/1966 – 10125.710: bouwen van een bergplaats, garage en bureau  24/08/1970 – 10.125.710: bouwen van een bergplaats en loods  03/11/1980 – 44001.4365: verbouwen van een woning  22/05/2000 – het plaatsen van 2 reclamepanelen  23/04/2001 – 44001-3171/3: aanpassen en herschikken van bestaande bedrijfsruimte

3.5.2.2 Milieuvergunningen

 Het bedrijf bvba Van Tornhaut heeft een milieuvergunning met als voorwerp: Een depot voor algemene ondernemingen: opslagplaats voor materialen, een parkeerplaats voor voertuigen, on- derhoudswerkplaats, voorbereiding schrijnwerk, sorteer- plaats voor recupereerbare materialen.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 23 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3.6 Rooilijnplannen

3.6.1 Woestijne 34

Voor de wegenis waarlangs het plangebied van Woestijne 34 gelegen is, is geen rooilijnplan van kracht.

3.6.2 Steenweg op Deinze 122

Voor de ‘Rijksweg nr. 310 Deinze – Aardenburg’ (N409 Steenweg op Deinze) is een rooilijnplan van kracht vanaf de grensscheiding met Dein- ze tot aan het ‘Rondpunt’ te Aalter. Deze werd goedgekeurd door de Gemeenteraad in de zitting van14 mei 1985.

Figuur 24: Onteigeningsplan Aanleg fietspad langsheen de N409 t.h.v. het plan- Figuur 23: Rooilijnplan Steenweg op Deinze t.h.v. het plangebied gebied.

Aan de overzijde van de Steenweg op Deinze werd t.h.v. het plangebied een onteigeningsplan opgemaakt, welke van kracht ging voor de aanleg van het fiets- pad langsheen de N409 tussen Lotenhulle en Aalter. Langsheen de zijde van de bedrijfssite Steenweg op Deinze 122 is daarbij echter geen grondinname ge- beurd.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 24 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3.7 Atlas van Buurtwegen

Doorheen de plangebieden van Woestijne 34 en Steenweg op Deinze 122 zijn geen buurtwegen gelegen.

Figuur 25: Situering Woestijne 34 op de Atlas van buurtwegen en waterlopen (www.gisoost.be) Figuur 26: Situering Steenweg op Deinze 122 op de Atlas van buurtwegen en waterlopen (www.gisoost.be)

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 25 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3.8 Provinciaal fietroutenetwerk De Steenweg op Deinze (N409), die langsheen de bedrijfssite loopt, is aangeduid als onderdeel van het provinciaal (blauw) én bovenlokaal 3.8.1 Woestijne 34 functioneel (roze) fietsroutenetwerk. De Paddestraat, ten zuidwesten van het plangebied, maakt eveneens deel uit van het provinciaal fietsroute- netwerk.

3.9 Beschermde monumenten en landschappen

Binnen de plangebieden van Woestijne 34 en Steenweg op Deinze 122 zijn geen gebouwen beschermd als monument. Deze bevinden zich ook niet in een beschermd landschap.

Binnen deze plangebieden bevinden zich geen gebouwen die opgeno- men zijn in de inventaris van het bouwkundig erfgoed (www.inventaris.vioe.be). Figuur 27: Fietsroutenetwerk t.h.v. Woestijne 34 (www.gisoost.be) Langsheen De Steenweg op Deinze zijn meerdere gebouwen opgeno- Langsheen de site van Woestijne 34 zijn geen delen van het tracé van men op de invetaris. Het meest nabijgelegen gebouw is een woning, het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk of provinciaal fietsnetwerk welke meer noordelijk gelegen is langsheen de Steenweg op Deinze gelegen. (Steenweg op Deinze 100).

De Zuidleiestraat, aan de zuidzijde van het Kanaal Gent-Oostende, Meer oostelijker langsheen Woestijne is de site ‘Woestijnegoed’ (Woes- maakt deel uit van het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk (roze) tijne 25) opgenomen om de inventaris.

3.8.2 Steenweg op Deinze 122 3.10 Verkavelingen

De plangebieden van Woestijne 34 en Steenweg op Deinze 122 zijn niet gelegen binnen een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling of ruilver- kaveling.

3.11 APA’s of BPA’s

De plangebieden van Woestijne 34 en Steenweg op Deinze 122 zijn niet gelegen binnen de grenzen van een Algemeen of Bijzonder Plan van Aanleg.

Figuur 28: Fietsroutenetwerk t.h.v. Steenweg op Deinze 122 (www.gisoost.be)

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 26 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3.12 RUP’s

3.12.1 Woestijne 34

Het plangebied van Woestijne 34 is niet gelegen binnen de contouren van een RUP.

Het terrein grenst wel aan het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) ‘Regionaal bedrijventerrein Aalter’ (M.B. 13/02/2007).

Van het perceel 679 E (welke deel uitmaakt van het plangebied voor Woestijne 34) is langsheen de oostelijke grens een strook van ca. 10m opgenomen binnen de contour van dit PRUP. Deze zone staat op het bestemmingsplan ingekleurd als Artikel 3.c. ‘bufferstrook’.

Figuur 30: PRUP Regionaal bedrijventerrein Aalter – bestemmingsplan (zoom op het plangebied) De stedenbouwkundige voorschriften voor dit artikel 3.c bufferstrook vermelden:

‘De buffer wordt verplicht aangelegd en onderhouden met hoog- en laagstammi- ge bomen en struikgewas, met een densiteit en hoogte opgaand naar het bedrij- venterrein. Er moet rekening gehouden worden met de inheemse fauna en flora door de levensvoorwaarden van deze fauna en flora zoveel mogelijk te behouden of te herstellen en zelfs te creëren en te ontwikkelen. Waterlopen in de buffer krijgen ruimte voor natuurlijke ontwikkeling; er wordt natuurvriendelijk oeverbe- heer toegepast. De buffer is enkel toegankelijk voor onderhoudswerken. In de buffer mag wel een voet- of fietspad worden aangelegd met een maximale breed- te van 2 meter. In de buffer kan ook een beperkte publieke ruimte voor recreatief medegebruik (bijv. speeltuintje) aangelegd worden. De aanleg van de buffer gebeurt voorafgaand aan de ingebruikname van het onmiddellijk aangrenzend gedeelte van het terrein’.

Intussen werd door de Provincie Oost-Vlaanderen beslist om een PRUP ‘voor de herziening van het PRUP Regionaal bedrijventerrein Aalter Figuur 29: PRUP Regionaal bedrijventerrein Aalter – bestemmingsplan met het oog op de optimalisatie van de mobiliteit door de aanleg van een brug’ op te maken voor de optimalisatie van de mobiliteit binnen ditzelfde plangebied, door de aanleg van een brug ter ontsluiting van het

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 27 van 84 JURIDISCHE CONTEXT bedrijventerrein Woestijne. Het PRUP doet uitspraak over de ontsluiting, ‘Dreven kunnen in de ontsluitingsstructuur opgenomen worden. De bomenrijen de zone noodzakelijk voor de aanleg van de brug en aanliggende en kunnen behouden blijven. Dreven kunnen ook verbreed worden maar het dreef- noodzakelijke wegenis. Tevens wordt een wijziging opgenomen voor de karakter moet behouden blijven. Dreven die gerooid zijn, worden heraangeplant. hoeve Woestijnegoed om tegemoet te komen aan een gewijzigde visie Bij de heraanplanting wordt gebruik gemaakt van eenzelfde boomsoort voor alle gerooide dreven, ofwel eik, beuk of kastanje op de gewenste parkeersituatie aan de hoeve. Het PRUP doet verder geen uitspraken over zones die reeds vastgelegd werden in het PRUP […] ‘Regionaal bedrijventerrein Aalter’. Fietsweg Woestijne Momenteel is het openbaar onderzoek van dit PRUP lopende. De weg Woestijne tussen het Woestijnegoed en Aalterbrug is enkel toegankelijk voor fiets- en voetgaand verkeer. De dreef mag niet verbreed worden’.

3.12.2 Steenweg op Deinze 122

Het plangebied van Steenweg op Deinze 122 is niet gelegen binnen de contouren van een RUP.

Figuur 31: Herziening PRUP Regionaal bedrijventerrein Aalter met het oog op optimalisatie van de mobiliteit - bestemmingsplan Binnen dit RUP wordt de wegenis van Woestijne ondergebracht onder Artikel 3b ‘Dreven’.

De stedenbouwkundige voorschriften voor dit artikel 3b Dreven ver- melden:

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 28 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3.13 Planologische atttesten niet volledig rondom het bedrijf dienen te stappen om het de- mo-veld te zien. 3.13.1 Woestijne 34  Mogelijkheid tot het oprichten van een volwaardige be- drijfswoning binnen de bedrijfsgebouwen Op datum van 16/08/2008 werd door de bvba All Style Construct - Woes- De eigenaar van het bedrijf wenst over de mogelijkheid te be- tijne 34, 9880 Aalter - een aanvraag tot planologisch attest ingediend bij schikken om een volwaardige bedrijfswoning op te richten de gewestelijke planologisch ambtenaar. binnen de bedrijfsgebouwen.

De ruimtelijke behoeften op korte termijn, zoals beschreven in het aan- De ruimtelijke behoeften op lange termijn, zoals beschreven in het aan- vraagdossier tot planologisch attest, kunnen als volgt worden samenge- vraagdossier tot planologisch attest, kunnen als volgt worden samenge- vat: vat:  Uitbreiding van de bedrijfsgebouwen  Uitbreiden van de werkruimte, bureelruimte, toonzaal- Het bedrijf heeft nood aan extra opslagruimte en ruimte voor ruimte en verhardingen het sorteren van afval. Op dit moment dient dit allemaal te Gezien de stijgende omzet en de groeiende vraag naar ‘totaal gebeuren in de huidige schrijnwerkerij. Door de opslag van realisaties’ van projecten, kan men nu reeds stellen dat, in- het materiaal wordt het vlot en efficiënt werken in de schrijn- dien deze groei aanhoudt, ook de uitbreiding op korte termijn werkerij verhinderd. Daarenboven bemoeilijkt de beperkte niet voldoende zal zijn. ruimte ook het sorteren van het afval. Een uitbreiding van de bedrijfsgebouwen dringt zich dus op. Deze uitbreiding wordt voorzien naast het huidige bedrijfsgebouw  Uitbreiding van de verharde oppervlakte Het bedrijf kampt met parkeerproblemen. Er is te weinig plaats om zowel de werknemers, klanten als leveranciers vlot te kunnen laten parkeren, laden en lossen. Het bedrijf wenst dan ook de verhardingen uit te breiden zodat de verkeersaf- wikkeling op het bedrijfsterrein vlotter kan gebeuren. Daar- naast wordt een brandweg rondom de bedrijfsgebouwen voorzien.  Aanleggen van een zonnefarm Naast het verder ontwikkelen van de schrijnwerkerij wenst het bedrijf zich in de toekomst eveneens te specialiseren in het verdelen, monteren en aanbrengen van zonnepanelen bij par- ticulieren en bedrijven. Om particulieren en bedrijven een goed idee te geven van de mogelijkheden is de aanleg van een demo-veld met zonnepanelen en solartrackers (beweeg- bare zonnepanelen die de zon volgen) noodzakelijk (500m²). Deze dienen geplaatst te worden op een verharde oppervlak- te. Dit wordt gelokaliseerd vooraan het bedrijf zodat klanten

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 29 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

Figuur 33: volumes korte en lange termijn (aanvraag planologisch attest Woestij- ne 34, Adoplan)

Het College van Burgemeester en Schepenen leverde in de zitting van 16/02/2009 een positief planologisch attest af voor de ontwikkelingen op korte termijn met uitsluiting van de aanleg zonnefarm.

Dit positief planologisch attest voor de ontwikkelingsperspectieven op korte termijn werd afgeleverd onder de volgende voorwaarden:  De aanleg van de zonnefarm dient bij de opmaak van het ruimtelijk uitvoeringsplan verder bestudeerd te worden nadat meer informatie door de aanvrager ter beschikking gesteld wordt.

KORTE TERMIJN LANGE TERMIJN Figuur 32: Weergave gewenste toestand op korte en lange termijn (aanvraag planologisch attest Woestijne 34, Adoplan)

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 30 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

3.13.2 Steenweg op Deinze 122 in een modderpoel waardoor het stockeren van materiaal bemoeilijkt wordt. Bovendien wordt de modder door het rol- Op datum van 13/03/2008 werd door de bvba Van Tornhaut - Steenweg lend materieel verspreid over de ganse site. Het volledig ver- op Deinze 122, 9880 Aalter - een aanvraag tot planologisch attest inge- harden van de site in asfalt kan dit probleem verhelpen en zal diend bij de gewestelijke planologisch ambtenaar. de bedrijfssite een betere aanblik geven. Hierbij zal echter re- kening gehouden worden met de vigerende verordening inza- De ruimtelijke behoeften op korte termijn, zoals beschreven in het aan- ke het opvangen van regenwater. vraagdossier tot planologisch attest, kunnen als volgt worden samenge- vat: De ruimtelijke behoeften op lange termijn, zoals beschreven in het aan-  Bouw van nieuwe burelen vraagdossier tot planologisch attest, kunnen als volgt worden samenge- De huidige burelen zijn te beperkt geworden om het bedrijf te vat: kunnen laten verder functioneren en ontwikkelen. Om deze redenen wordt een nieuw bureelgebouw opgericht dat tevens Wanneer de gepensioneerde bedrijfsleider die momenteel de woning kan instaan voor andere functies zoals vergaderruimte, ont- vooraan bewoont, deze woning verlaat ontstaan mogelijkheden om een vangstruimte, personeelsruimte, ruimte voor stockage van bu- uitbreiding te voorzien binnen het woongebied. reaumateriaal, plotters en printers, opslag klein materiaal.  Oprichten nieuwe loods  Uitbreiding burelen Rekening houdend met de het verdwijnen van de huidige bu- De uitbreiding van de burelen valt uiteen in twee delen. Voor- relen naar het nieuwe gebouw en met de leeftijd en toestand eerst wordt de woning opgenomen als bureelruimte. Vermits van de huidige werkplaats is het wenselijk om een nieuw ge- deze woning een mooi esthetisch en architecturaal karakter bouw voor werkplaats en opslag op te trekken zodat de ruim- heeft, is het wenselijk het niet af te breken maar het te inte- te binnenin zo efficiënt mogelijk kan ingericht worden. De greren in het bedrijf als bureel. De verbinding tussen de wo- nieuwe loods staat zowel in voor opslag van materiaal die niet ning en de nieuw gebouwde burelen is 1 bouwlaag waardoor in open lucht kan gestockeerd worden als voor de werkplaats de woning zijn karakter kan blijven behouden. Er wordt even- voor herstelling van materiaal en het voorbereiden van con- eens een uitbreiding van de burelen voorzien t.h.v. de werk- structies voor op de bouwwerf. plaats/loods. Tussen de drie bureelgebouwen wordt een patio  Optimaliseren buffer (groenaanleg) gelaten die voor lichtinval zorgt. Op de locaties waar de buffer niet effectief genoeg is, zal via  Uitbreiding werkplaats nieuwe beplanting gezorgd worden voor een betere buffering. Er wordt nog een kleine uitbreiding van de loods voorzien. Langs de achterzijde dient voornamelijk de visuele impact mi- Deze ruimte staat eveneens in voor de opslag van kleiner ma- nimaal gehouden te worden via een dicht groenscherm. Daar teriaal en als werkplaats. waar de nieuwe bebouwing dicht bij de perceelsgrenzen aan-  Bouw afdak leunt wordt een bredere buffer van 4m voorzien. Op die ma- Het afdak is noodzakelijk voor het opslaan van materiaal dat nier wordt de impact minimaal gehouden. niet nat mag worden. Een blootstelling aan vocht betekent  Resterend deel verharden t.b.h.v. stapelen van materialen een kwaliteitsvermindering van het materiaal. Het is niet Het bestaande onverharde deel van het terrein (in de Z_W noodzakelijk dit op te slaan in een gesloten gebouw. Een af- hoek van het bedrijfsperceel (ca. 1/8 van het volledige per- dak volstaat. ceel) zorgt voor problemen. In de winter wordt dit herschapen

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 31 van 84 JURIDISCHE CONTEXT

Figuur 35: volumes korte en lange termijn (aanvraag planologisch attest Steen- weg op Deinze 122, Adoplan)

Het College van Burgemeester en Schepenen leverde in de zitting van 06/10/2008 het positief planologisch attest af.

Dit positief planologisch attest voor de ontwikkelingsperspectieven van zowel korte termijn als lange termijn, werd afgeleverd onder de volgende voorwaarden:  KORTE TERMIJN LANGE TERMIJN De woning kan niet worden afgesplitst van het bedrijf;  Rondom het bedrijf dient een functionele groenbuffer aange- Figuur 34: Weergave gewenste toestand op korte en lange termijn (aanvraag legd te worden; planologisch attest Steenweg op Deinze 122, Adoplan)  Voldoende opvang voor hemelwater.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 32 van 84 PLANNINGSCONTEXT

4 PLANNINGSCONTEXT  Inbedden van landbouw, natuur en bos in goed gestructureerde gehelen. Het buitengebied wordt in hoofdzaak gestructureerd door de functies landbouw, bos en natuur. Het beleid wordt gestructureerd naar een beleid voor de natuurlijke-, de agrarische- en de nederzettingsstruc- tuur. De gebieden van de natuurlijke en de agrarische structuur wor- den gelijktijdig en op gelijkwaardige basis afgebakend door het Vlaams Gewest.  Bereiken van een gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit in het buiten-

1 gebied. 4.1 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen Ruimtelijke kwaliteit heeft betrekking op ruimtelijke factoren en niet op milieukwaliteitsfactoren. Het goed ruimtelijk functioneren is ander- De gemeente Aalter behoort volledig tot het buitengebied. Het buitenge- zijds vaak sterk afhankelijk van de milieukwaliteit. Ruimtelijke kwali- bied is het gebied in Vlaanderen waar de open ruimte overweegt. De teitsobjectieven voor het buitengebied zijn onder meer: ruimtelijke ruimtelijke structuur ervan wordt bepaald door de natuurlijke en agrari- kwaliteitsobjectieven m.b.t. integraal waterbeheer, rivier- en beekval- sche structuur, de nederzettingsstructuur en de infrastructuur. In dit ge- leien, karakteristieke landschappen, het landbouweconomische sys- bied wordt een ‘buitengebiedbeleid’ gevoerd. Dit betekent dat het ge- teem en ruimtelijke kwaliteit in de nederzettingsstructuur. meentelijk ruimtelijk beleid dient uit te gaan van volgende doelstellingen:  Afstemmen van het ruimtelijk beleid en het milieubeleid op basis van  Vrijwaren van het buitengebied voor de essentiële functies. het fysisch systeem. Tot de structuurbepalende functies van het buitengebied worden ge- Het fysisch systeem vormt het raakvlak tussen milieubeleid en ruim- rekend: landbouw, natuur, bos, wonen en werken. Voor deze functies telijke ordening. Om in bepaalde gebieden aan bijzondere mili- wordt een dynamische en duurzame ontwikkeling gegarandeerd. eukwaliteitsdoelstellingen te voldoen, moet een ondersteunend ruim-  Tegengaan van versnippering. telijk beleid gevoerd worden. Om de eigenheid van het buitengebied te vrijwaren en om het te vrij-  Bufferen van de natuurfunctie. waren voor de structuurbepalende functies, dient verbrokkeling van Er wordt gestreefd naar een buffering van de natuurfunctie in het bui- de structuur door bebouwing en infrastructuren te worden tegen ge- tengebied ten opzichte van de eraan grenzende functies, o.m. omwil- gaan. le van de relatie tussen ruimtelijke kwaliteit en milieukwaliteit.  Bundeling van de ontwikkeling in de kernen van het buitengebied. Binnen het buitengebied is de gemeente Aalter geselecteerd als specifiek Wonen en verzorgende activiteiten worden geconcentreerd in de economisch knooppunt. Dit zijn gemeenten die een belangrijke rol vervul- kernen. De eigen ontwikkeling van de kernen wordt opgevangen len binnen de economische structuur van Vlaanderen. Het gaat over binnen de procentuele verdeling ‘stedelijk gebied – buitengebied’ gemeenten die een grote impact hebben op de werkgelegenheid. Speci- (60/40). Voor de gemeenten in het buitengebied wordt de kwantita- fieke economische knooppunten hebben evenwel niet dezelfde uitstraling tieve optie in het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan naar iedere als de stedelijke gebieden. gemeente uitgewerkt. De N44 wordt in het RSV geselecteerd als primaire weg I. 1 Besl. Vl. Reg. 23 september 1997; gedeeltelijke herziening Besl. Vl. Reg. 12 december 2003

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 33 van 84 PLANNINGSCONTEXT

4.2 Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Oost-Vlaanderen2 4.3 Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Aalter3

Aalter behoort tot de deelruimte westelijk open-ruimtegebied. Voor 4.3.1 Bindende bepalingen deze deelruimte worden de volgende ontwikkelingsperspectieven vooropgesteld: In het bindend deel vinden we de volgende relevante zaken terug:

- gebiedsgerichte afstemming tussen landbouw, bos, natuur en 4.3.1.1 Woestijne 34 recreatie op basis van de landschappelijke differentiatie; - bundeling van het wonen en woonondersteunende functies in Aalter-Brug wordt geselecteerd als woonkern II. Het deelgebied een beperkt aantal centrale kernen; waarbinnen het plangebied zich bevindt wordt geselecteerd onder de - evenwichtige geografische spreiding van de economie gekoppeld open-ruimtestructuur als het kleinschalige noordelijk landbouwgebied. aan centrale plaatsen met de geschikte ontsluitingspotenties; Het Kanaal Gent-Oostende vormt een natuurverbinding van lokaal - een gebiedsontsluiting gericht op de belangrijkste centrale niveau. De N499 (Urselweg) wordt geselecteerd als lokale weg type I. kernen. 4.3.1.2 Steenweg op Deinze 122 In de nederzettingsstructuur wordt Aalter-Centrum geselecteerd als hoofddorp. Bellem, Lotenhulle en Sint-Maria-Aalter zijn als woonkern Lotenhulle wordt geselecteerd als woonkern I. Het deelgebied geselecteerd. waarbinnen het plangebied zich bevindt wordt geselecteerd onder de open-ruimtestructuur als het open zuidelijk landbouwgebied. De M.b.t. de ruimtelijk-economische structuur wordt voor Aalter een Lotenhullestraat-Prinsenstraat-Lobulckstraat wordt geselecteerd als taakstelling voorzien van 30 ha bijkomende regionale bedrijventerreinen lokale weg type II. in de periode 1994-2007. De ontwikkelingsperspectieven van bestaande bedrijven die zich niet op een bedrijventerrein bevinden, worden bedrijf 4.3.2 Richtinggevend gedeelte per bedrijf afgewogen t.o.v. de principes van het RSV en/of de geschetste ontwikkelingsmogelijkheden in het GRS. Er moet rekening In het richtinggevend deel vinden we de volgende relevante zaken worden gehouden met de gewenste open ruimtestructuur en de terug: gewenste nederzettingsstructuur op provinciaal niveau. Door deze afweging kan worden bepaald of het bedrijf op huidige locatie kan blijven, 4.3.2.1 Woestijne 34 kan uitbreiden of van aard kan veranderen. De ‘Kanaalzone met aanpalende industrie en Aalter-Brug’ wordt uitge- De Steenweg op Deinze (N409) werd geselecteerd als secundaire weg bouwd tot een goed funcitonerende en kwalitatieve woonomgeving en II. een dynamisch regionaal bedrijvencentrum met ontwikkelingsperspectie- ven. De voorkeur van het gemeentebestuur van Aalter voor uitbreiding van regionale bedrijvigheid gaat uit naar de site Woestijne, gelegen tussen de

2 Goedgekeurd, besluit Vl. reg. 18 februari 2004 3 Goedgekeurd, besluit Vl. reg. 19 december 2003

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 34 van 84 PLANNINGSCONTEXT

Urselweg (N499) en het kanaal Gent-Oostende, ten oosten van Aalter- contrast met de gesloten bosstructuren van Sint-Maria-Aalter en de Brug. Markettebossen. De site Woestijne kan daarbij ontsloten worden via de Urselweg (N499) naar de N44 toe, en kan gebruik maken van het kanaal. Het gebied be- Binnen dit landbouwgebied komen verscheidene woonentiteiten en vindt zich vrij dicht tegen Aalter-Brug, maar kan sterk gebufferd worden woonlinten voor als zonevreemde bebouwing. Aandacht zal moeten gaan ten opzichte van het woongebied. De ontsluiting via de Urselweg vereist naar de gewenste verdere ontwikkeling van die structuur. een herinrichting van deze weg. Het gebied Woestijne sluit ruimtelijk aan bij het bedrijventerrein Lakeland, gelegen aan de overkant van het ka- naal. Dit beperkt tevens de visuele impact van het terrein op het omlig- gende landschap. Dit landbouwgebied bezit trouwens weinig ecologische en recreatieve waarden en potenties. Het is noodzakelijk dat op het mo- ment van uitgifte van het regionaal bedrijventerrein de voorzieningen in verband met de ontsluiting en de buffer tussen het bedrijventerrein en de woonkern gerealiseerd zijn.

Het ‘Noordelijk landbouwgebied’ vormt een aaneengesloten geheel vanaf de Oostmolenstraat en de Mariahovelaan tot het gebied ten westen van Aalter-Brug. Het is een agrarisch gebied van het Houtlandtype. De na- tuurwaarden zitten vervat in de aanwezigheid van de talrijke kleine land- schapselementen. Het beleid voor dit landbouwgebied is in de eerste plaats gericht op het behoud van de agrarische functie. Secundair wordt een coherent beleid gevoerd van landschapsinrichting en natuurontwik- keling via de ontwikkeling van structuren van kleine landschapselemen- ten.

4.3.2.2 Steenweg op Deinze 122

Het ‘Zuidelijk landbouwgebied’ bestaat uit een aaneen-gesloten zone ten Figuur 36: Synthese gewenste ruimtelijke structuur (GRS Aalter) zuiden van de E40 en strekt zich uit van Hageland-Hooggoed tot aan de grens met Nevele. Dit is een gebied dat aansluit bij het Plateau van Tielt, en waarin zich vooral de akkerbouw en de intensieve veeteelt sterk 4.3.3 Zonevreemde bedrijven ontwikkeld heeft. Deze landbouw heeft geleid tot een heel open landschap met weinig kleine landschapselementen en weidse M.b.t. zonevreemde bedrijven in het in het zuidelijk landbouwgebied vergezichten. Doorheen het plangebied loopt immers de cuesta van stelt het GRS volgende principes voor: Hertsberge-Lotenhulle.  de bedrijven mogen naar omvang en naar aard van activitei- ten de ruimtelijke draagkracht van de omgeving niet over- De ontwikkeling van een dynamische landbouw in dit gebied staat schrijden; voorop, samen met het visueel open houden van het landschap, in

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 35 van 84 PLANNINGSCONTEXT

 de aantasting van de natuurlijke, landschappelijke en agrari- sche structuur wordt beperkt tot een minimum;  de bedrijven zijn vlot bereikbaar zonder hinder voor omwo- nenden. Aandacht gaat uit naar de verkeersveiligheid en – leefbaarheid;  de aanwezigheid van de bedrijven levert een belangrijke bij- drage tot de verweving van functies en tot de tewerkstelling in de omgeving (economisch belang). Daarbij wordt ook reke- ning gehouden met het historische karakter van de bedrijven.

De ontwikkelingsperspectieven voor zonevreemde bedrijven in de ge- meente zijn afhankelijk van de specifieke ruimtelijke context en van de deelruimte waarin deze bedrijven zich bevinden. Volgende algemene beleidslijnen vormen de leidraad bij de opmaak van ruimtelijke uitvoe- ringsplannen:  bedrijven die onmiddellijk aansluiten bij een woonkern of een woonkorrel worden bestendigd en krijgen, indien noodzake- lijk, uitbreidingsmogelijkheden door middel van een gepaste bestemming;  in het noordelijk landbouwgebied stelt de agrarische functie, de aanwezigheid van kleine landschapselementen en de kleinschalige perceelsstructuur randvoorwaarden aan de ont- wikkeling van zonevreemde bedrijven. De bedrijven moeten zorgen voor een goede landschappelijke inpassing. Uitbrei- dingen zijn toegelaten indien de ruimtelijke draagkracht van de omgeving niet overschreden wordt;  voor het zuidelijk landbouwgebied wordt het behoud van de landbouw en de maximale vrijwaring van de open ruimte na- gestreefd. Zonevreemde bedrijven kunnen blijven indien ze geen afbreuk doen aan de kwaliteiten van het open agrarisch landschap. In functie hiervan worden de uitbreidingsmogelijk- heden van de bedrijven sterk beperkt. Bij uitdoving dient de voorziene bestemming op het gewestplan opnieuw gereali- seerd te worden.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 36 van 84 PLANNINGSCONTEXT

4.4 Mobiliteitsplan Aalter Er is nood aan verfijning van bestaande thema’s en/of het toevoegen van een aantal mobiliteitsgerichte elementen om het mobiliteitsplan te vervol- 4 4.4.1 Categorisering van het wegennet ledigen. Deze verbreding en verdieping is lopende .

 E40 als hoofdweg; 4.4.2 Fietsroutenetwerk  N44 Knokkeweg als primaire weg I;  Non-stop hoofdroute langsheen het Kanaal Gent-Oostende;  N37 Tieltsesteenweg als primaire weg II;  Bovenlokale functionele route langsheen de N44, N499 Ur-  N409 Steenweg op Deinze als secundaire weg I, met leefbare selweg en de N409. doortocht Lotenhulle als filter;  N499 Urselweg als lokale weg type I, met o.a. als randvoor- waarde een vlotte bereikbaarheid van het geplande industrie- terrein Woestijne, gericht op de N44 (niet richting Ursel).

Figuur 38: Bovenlokaal funtioneel fietsroutenetwerk (Mobiliteitsplan Aalter)

Figuur 37: Gewenste structuur wegennetwerk (Mobiliteitsplan Aalter)

Het mobiliteitsplan is recentelijk (2009) onderworpen aan een sneltoets om de actualiteitswaarde ervan na te gaan. Uit de sneltoets blijkt dat het 4 huidige mobiliteitsplan in aanmerking komt voor verbreding en verdie- De uitwerkingsnota wordt voorgelegd op de GBC in oktober 2011, waarna een PAC volgt. ping. De goedgekeurde beleidsnota is voorzien in april 2012.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 37 van 84 PLANNINGSCONTEXT

4.5 Ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos – Vlaamse de versterking van de bosstructuur en de natuurfunctie met Overheid de typische heidegemeenschappen. Landbouw wordt gevrij- waard in mozaïeken van hoog kwalitatieve veldlandschappen. In uitvoering van het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen (RSV) stelde de De valleilandschappen van het stelsel van der Rivierbeek Vlaamse overheid een ruimtelijke visie op voor landbouw, natuur en bos. worden versterkt. Doelstelling is te komen tot een afbakening van de agrarische, natuurlijke en bosstructuur van het buitengebied.  De deelruimte 4 ‘Noordelijk Houtland’ omvat het omvangrijke veldgebied van het Drongengoed met omliggende samen- Dit planningsproces resulteerde in het verleden reeds in een gedeeltelijke hangende landbouwgebieden. In het zuiden vormt het kanaal afbakening van de VEN-gebieden (fase 1). In de tweede fase wil de Gent-Brugge de grens, in het oosten het Afleidingskanaal van Vlaamse overheid op korte termijn ook reeds duidelijkheid geven over de de Leie, in het noorden de dekzandrug van en in percelen die zeker opgenomen worden in de agrarische structuur en die het westen Brugge. nu ook reeds gelegen zijn in een ‘agrarische bestemming’, de zoge- naamde ‘herbevestigde agrarische gebieden’. Binnen deze deelruimte bevinden zich grote aaneengesloten landbouwgebieden en bos- en heidecomplexen met een zeer Aalter maakt daarbij deel uit van de Regio ‘Veldgebied Brugge - Meetjes- waardevolle ecologische kwaliteit van internationaal belang. land’. Het ruimtelijk beleid is erop gericht deze te versterken alsook het mozaïeklandschap met omgevende dreven, dreefrestan- Op 20 juli 2006 keurde de Vlaamse Regering de beleidsmatige herbeves- ten, geometrische ontginningsstructuur met een ruimtelijke tiging van de bestaande gewestplannen voor ca. 55.800 ha agrarisch mozaïek van kleinere bossen en landbouwgronden. Het ruim- gebied goed en op 29 juni 2007 nam ze kennis van de ruimtelijke visie en telijk beleid is er tevens op gericht de belangrijke beekvalleien keurde ze een operationeel uitvoeringsprogramma goed. en waardevolle graslanden te behouden en te versterken.

Aalter bevindt zich daarbij op de overgang tussen de deelruimte 3 ‘Oos- telijk Houtland’ en deelruimte 4 ‘Noordelijk Houtland’.

 De deelruimte 3 ‘Oostelijk Houtland’ omvat de omvangrijkste concentratie van nog vrij gave veldgebieden in Vlaanderen en gaat van Merkemveld in Zedelgem, over het historische Buls- kampveld tot de Gavers in Aalter. Zij omvat ook het land- schapsecologisch waardevolle bekken van de Rivierbeek. In het noorden vormt de kanaalzone de grens, in het zuiden de overgang naar de Zandleemstreek.

Het cultuurhistorisch waardevolle oude Bulskampveld vormt een uitgestrekt veldlandschap met bossen, heidegebieden en beekvalleien, verweven met landbouw en kasteelparken. De bos-, natuur- en landschappelijke functies zijn structuurbepa- lend voor deze deelruimte. Het ruimtelijk beleid is gericht op

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 38 van 84 PLANNINGSCONTEXT

4.5.1 Woestijne 34

De bedrijfssite Woestijne 34 situeert zich in de deelruimte 4 ‘Noordelijk Houtland’.

In de ruimtelijke visie voor het deelgebied ‘Noordelijk Houtland’ wordt de open ruimte waar het plangebied deel van uitmaakt, bestempeld als ‘Sa- menhangend landbouwgebied Aalter-Brug – Zomergem’, waar landbouw de hoofdfunctie is en waarin grondgebonden landbouw als ruimtelijke drager van de open ruimte wordt erkend. Ook wordt voor de Woestijne- beek ‘het behoud en versterking van uitgesproken natuurwaarden in de valleien met herstel van het natuurlijk watersysteem’ aangehaald.

Figuur 40: Overzichtskaart herbevestigd agrarisch gebied – Woestijne 34

Figuur 39: Ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos regio Veldgebied Brugge-Meetjesland, ‘Noordelijk Houtland’

Het plangebied van het deelplan ‘Woestijne 34’ binnen dit RUP valt ech- ter buiten het voorstel van herbevestigd agrarisch gebied.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 39 van 84 PLANNINGSCONTEXT

4.5.2 Steenweg op Deinze 122

De bedrijfssite Steenweg op Deinze 122 situeert zich in de deelruimte 3 ‘Oostelijk Houtland’. In de ruimtelijke visie voor het deelgebied ‘Oostelijk Houtland’ wordt de open ruimte waar het plangebied deel van uitmaakt, bestempeld als ‘Landbouwgebied ten zuidwesten van Aalter’, waar land- bouw de hoofdfunctie is en waar binnen dit samenhangend landbouwge- bied de grondgebonden landbouw als ruimtelijke drager van de open ruimte wordt erkend.

Figuur 42: Overzichtskaart herbevestigd agrarisch gebied – Steenweg op Deinze 122

Figuur 41: Ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos regio Veldgebied Brugge-Meetjesland, ‘Oostelijk Houtland’

Het plangebied van het deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ binnen dit RUP werd voor het overgrote deel opgenomen in het voorstel van herbe- vestigd agrarisch gebied.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 40 van 84 Een belangrijke wens van de eigenaar van All Style Construct is de mo- 5 PROBLEMATIEK gelijkheid tot het onderbrengen van een volwaardige bedrijfswoning in de bedrijfsgebouwen. Op die manier blijft de bedrijfsleider nauw verbonden met ‘zijn’ bedrijf.

Gezien de stijgende omzet en de groeiende vraag naar ‘totaal realisaties’ van projecten, zullen er in verloop van tijd meer machines nodig zijn, meer werkruimte en meer opslagruimte. Daarmee samengaand zullen ook de bureelruimte en de toonzaalruimte moeten uitbreiden. Een goede bedrijfseconomische en sociale werksfeer vereist de nodige ‘ademruim- 5.1 Woestijne 34 te’.

5.1.1 Ruimtelijke problematiek 5

De schrijnwerkerij van All Style Construct kampt met een nijpend plaats- tekort, vooral in functie van opslag van materiaal en het sorteren van afval. Op dit moment dient alles te gebeuren in het bestaande bedrijfsge- bouw.

Door het plaatstekort in deze ruimte kan er maar een beperkt deel van het materiaal opgeslagen worden en kan de ruimte ook niet efficiënt ge- bruikt worden. Daarenboven verhindert het plaatsgebrek om op een vlot- te en efficiënte manier het afval te kunnen sorteren.

Door de beperkte verharde oppervlakte ervaart het bedrijf verschillende problemen i.v.m. parkeren, laden en lossen. De ruimte is té beperkt om zowel de werknemers, klanten als leveranciers vlot te kunnen laten par- keren, laden en lossen. Een uitbreiding van de verharde oppervlakte dringt zich dus op.

Daarnaast wenst men een deel van deze verhardingen tijdelijk te kunnen gebruiken als toonruimte voor bepaalde, grote buitenmeubelen. Dit zou echter zeer beperkt gebeuren en zou seizoensgebonden zijn. Rondom de bedrijfsgebouwen wordt een brandweg voorzien.

5 Opgemaakt op basis van de aanvraag tot Planologisch Attest door het bedrijf BVBA All Style Construct. PROBLEMATIEK

5.1.2 Bouwaanvraagdossier

In opdracht van het bedrijf All Style Construct, werd een ontwerp van bouwaanvraag opgemaakt door ARKS Architecten cvba (Aalter), voor de gewenste uitbreiding van het bedrijf.

Deze plannen passen binnen de uitbreidingsmogelijkheden op korte ter- mijn, zoals goedgekeurd door het planologisch attest, en zijn inmiddels vergund.

Figuur 43: Bouwaanvraagdossier bvba All Style Construct – Ligging, omgeving, inplan- ting, terreinprofiel bestaande en nieuwe toestand

Figuur 44: Bouwaanvraagdossier bvba All Style Construct – gevels, doorsnede bestaan- de en nieuwe toestand

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 42 van 84 PROBLEMATIEK

Figuur 45: Bouwaanvraagdossier bvba All Style Construct – grondplan bestaan- Figuur 46: Bouwaanvraagdossier bvba All Style Construct – grondplan beoogde de toestand toestand

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 43 van 84 PROBLEMATIEK

5.1.3 Bijkomende aandachtspunten 5.2 Steenweg op Deinze 122

Na bespreking met de bedrijfsleider Dimitri De Smet, komen inmiddels 5.2.1 Ruimtelijke problematiek 6 ook enkele bijkomende aandachtspunten naar voor: Korte termijn  De bedrijfsleider wenst de huidige bedrijfswoning (studio, 1 bouw- laag) uit te breiden in het aangelegen bestaande volume voor bure- De omzet-prognoses geven aan dat er een stijging van de omzet ver- len (1 bouwlaag), meer specifiek binnen de zone grenzend aan de wacht wordt. Naast de stijging van de omzet is er eveneens een stijging naastgelegen tuin. Dit vereist geen bijkomende oppervlakte- van het personeel. uitbreiding of verhoging van het aantal bouwlagen van de bestaande volumes, hier wordt enkel de mogelijkheid gevraagd om het woon- Momenteel zijn de burelen te klein en dient een nieuw gebouw met een gedeelte ook verder te trekken in het bestaande volume voor bure- modern comfort opgericht te worden. len, weliswaar met een maximaal toegelaten woonoppervlakte van 300 m²; In de oude loods en door het verdwijnen van de bestaande burelen, is het wenselijk om de huidige gebouwen efficiënter in te richten. Een ver-  De bedrijfsleider geeft aan dat de aanliggende weide langsheen het bouwing is niet meer haalbaar gezien de leeftijd van de gebouwen en Kanaal, welke door de uitbreiding van de werkplaats beperkt wordt gezien de meerdere verbouwingen die in het verleden reeds gebeurd ingenomen, ook door de bedrijfsleider in gebruik is als hobbyweide. zijn. Een nieuw gebouw heeft het voordeel dat de ruimte efficiënt en Bij het intekenen van een groenbuffer tussen de bedrijfbebouwing en zorgvuldig kan ingericht worden. dit aanliggende perceel dient hier bijgevolg rekening mee gehouden Bovendien wenst men alles te centraliseren op deze locatie en wenst worden; men de huur van de loods op de andere locatie stop te zetten. Deze loods is zonevreemd (gelegen in landbouwgebied).  Indien de aanleg van een zonnefarm (welke voorlopig uitgesloten werd uit de goedkeuring van de uitbreidingsbehoefte op korte termijn in het Planologisch Attest) niet verder opgenomen wordt binnen dit Lange termijn RUP, zal deze zone van het plangebied ook in de toekomst dienst blijven doen als hobbyweide, met behoud van de huidige paarden- Het bedrijf voorziet een groei van het aantal bouwwerven. Een groei van stal. het aantal bouwwerven impliceert eveneens een groei van de ondersteu- nende activiteiten op de site.

Deze ondersteunende activiteiten zijn:  Administratief personeel  Projectleiders-architecten  Ruimte voor het stapelen van materialen  Werkplaats

6 Opgemaakt op basis van de aanvraag tot planologisch attest door het bedrijf BVBA Van Tornhout.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 44 van 84 ONTWIKKELINGSPERSPECTIEF

6 ONTWIKKELINGSPERSPECTIEF Het positief planologisch attest gaf een gunstig advies voor de maatrege- len op korte termijn, mits volgende randvoorwaarde:

 De aanleg van de zonnefarm (ca. 500m²) dient bij de opmaak van het ruimtelijk uitvoeringsplan verder bestudeerd te wor- den nadat meer informatie door de aanvrager ter beschikking gesteld wordt. Na verder onderzoek werd beslist de aanleg van de zonnefarm niet verder op te nemen in dit RUP. 6.1 Concrete uitbreidingsbehoefte Woestijne 34 7 6.2 Bijkomende wijzigingen binnen dit RUP t.o.v. Planologisch Het terrein dat momenteel in functie van de bedrijvigheid wordt aange- Attest Woestijne 34 wend heeft een totale oppervlakte van 5.769 m². In de aanvraag van planologisch attest voor de ontwikkelingsperspectieven op korte termijn In wat volgt wordt duidelijk in beeld gebracht waar dit RUP wijzigingen of (waarvoor planologisch attest werd verkregen), wordt deze bedrijfsactivi- aanvullingen voorziet ten opzichte van de ontwikkelingsperspectieven op teit in de toekomst uitgebreid met 2639 m². korte termijn, waarvoor positief advies werd verleend uit de aanvraag tot planologisch attest. De concrete invulling van deze bijkomende terreinoppervlakte kan onder- verdeeld worden als volgt: 6.2.1 Verschilpunt 1: Groenbuffering van de bedrijfsactiviteit  Bijkomende bedrijfsruimte: 553 m² (ca. 42,5 x 13m)  Bijkomende verharding: 2.086 m² Verschilpunt De groenbuffer wordt verder doorgetrokken langsheen de  Aanleg van een groenscherm: 341 m² (breedte 5 m) zuidelijke plangrens van het plangebied. Hierdoor wordt de aanleg van een continu groenscherm gegarandeerd. De bestaande bedrijfsruimte wordt opzij dus uitgebreid met een bijko- Argumentering Door de groenbuffering continu door te trekken rondom het mende vloeroppervlakte van 553 m². Dit nieuw gedeelte wordt niet hoger bedrijfsperceel ontstaat een maximale visuele buffering van opgericht dan de bestaande aanpalende gebouwen en blijft dus beperkt de bedrijvigheid t.o.v. de naburige percelen en het publiek tot een hoogte van 4,8 m kroonlijsthoogte en 7.25 m nokhoogte. De af- domein langsheen het Kanaal. werking van dit gebouw zal gebeuren conform het bestaande hoofdge- Bovendien sluit deze groenbuffer visueel aan op de groen- bouw. buffering welke voorzien is rondom de bedrijvenzone van het ‘Regionaal bedrijventerrein Aalter’. Deze bijkomende oppervlakte van 553 m² kan verder worden gespecifi- Mogelijkheden bedrijf Door de buffering niet volledig door te trekken tot aan de eerd als volgt: groenbuffer rondom het PRUP ‘Regionaal bedrijventerrein  extra opslagruimte: 353 m² Aalter’, maar deze gelijk te laten stoppen met de bedrijfsbe-  extra ruimte voor het sorteren van afval: 200 m² bouwing, behoudt het bedrijf zijn ruimtelijke relatie met het aanliggende agrarische perceel, dat momenteel in gebruik is 7 als hobbyweide en in eigendom is van de bedrijfsleider. Opgemaakt op basis van de aanvraag tot Planologisch Attest door het bedrijf BVBA All Style Construct Tabel 1: Bespreking verschilpunt 1: groenbuffering van de bedrijfsactiviteit

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 45 van 84 ONTWIKKELINGSPERSPECTIEF

6.2.2 Verschilpunt 2: Inpassing in het straatbeeld 6.3 Concrete uitbreidingsbehoefte Steenweg op Deinze 1228

Verschilpunt De smalle reststrook, gelegen langsheen Woestijne, tussen Het gehele terrein, inclusief de bedrijfswoning, heeft een totale opper- de oprit van het bedrijf en de voorziene bufferzone rond het vlakte van 8.910 m². In de aanvraag van planologisch attest voor de ont- ‘Regionaal bedrijventerrein Aalter’, wordt ingetekend als wikkelingsperspectieven (waarvoor planologisch attest werd verkregen), zone voor bouwvrije afstandsbuffer. Bijgevolg wordt de worden op korte termijn volgende uitbreidingen voorzien: bijkomende verharding verminderd met een oppervlakte van ca. 500 m².  Nieuwe burelen van 1386 m² vloeroppervlakte (12 x 42m) Argumentering De inplanting van een zonnefarm in deze zone, zoals opge-  Een nieuwe loods van 1076 m² (35 x 30,75m) nomen in de aanvraag tot planologisch attest, wordt niet  Aanleg van een groenscherm ( 2m breed, plaatselijk 4m) wenselijk geacht op vlak van ruimtelijke inpassing in het  Bijkomende verharding in de zuid-westelijke hoek van het ter- straatbeeld langsheen Woestijne toe. rein (ca. 1/8 van het volledige perceel) Door deze bouwvrije en onverharde strook te behouden, onstaat een ruimtelijke overgang van het woonlint langsheen De burelen worden voorzien in drie verdiepingen. Om de hoogte te be- Woestijne naar de dense groenbuffer van het ‘Regionaal perken wordt een half verzonken verdieping voorzien. De bovenste ver- bedrijventerrein Aalter’. dieping wordt in overkraging voorzien waardoor de parkeerplaatsen kun- Mogelijkheden voor Deze zone wordt momenteel ingevuld als hobbyweide. Deze nen behouden worden en een parking onder afdak wordt gerealiseerd. het bedrijf functie kan behouden blijven binnen de bestemming van De invulling van dit gebouw kan verder gespecifieerd worden als volgt: bouwvrije afstandsbuffer.  Technische ruimte/archiefruimte: 300 m² Tabel 2: Bespreking verschilpunt 2: inpassing in het straatbeeld  Ontvangst- en vergaderruimte: 300 m²  Burelen: 500 m²

De nieuwe loods wordt op dezelfde locatie opgericht als de huidige loods en heeft een oppervlakte van 1.076 m². Het huidige gebouw heeft een oppervlakte van 866 m². Dit betekent dus een uitbreiding van 25%. De hoogte wordt relatief beperkt gehouden (7,5 m = zelfde hoogte als be- staand woonhuis en de nieuw te bouwen burelen).

Voor de ontwikkelingsperspectieven op lange termijn (waarvoor planolo- gisch attest werd verkregen) worden in de aanvraag van planologisch attest volgende bijkomende uitbreidingen voorzien:

8 Opgemaakt op basis van de aanvraag tot planologisch attest door het bedrijf BVBA Van Tornhout.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 46 van 84 ONTWIKKELINGSPERSPECTIEF

 Het opnemen van de woning als bureelruimte welke verbon- 6.4 Bijkomende wijzigingen binnen dit RUP t.o.v. Planologisch Attest den wordt met het nieuwe bureelgebouw door een volume Steenweg op Deinze 122 van 1 bouwlaag;  Een bijkomende uitbreiding van de burelen ter hoogte van de In wat volgt wordt duidelijk in beeld gebracht waar dit RUP wijzigingen of werkplaats/loods van 708 m² vloeroppervlakte (12 x 19,67m), aanvullingen voorziet ten opzichte van de ontwikkelingsperspectieven op met dezelfde hoogte als de nieuw gebouwde burelen; korte en lange termijn, waarvoor positief advies werd verleend uit de aanvraag tot planologisch attest.  Nog een kleine uitbreiding van de loods van 230 m² (11,23 x 19,67m) 6.4.1 Verschilpunt 1: Volwaardige groenbuffering  Een afdak met een oppervlakte van 615 m², in de vorm van een schuin aflopend lessenaarsdak. Verschilpunt De groenbuffering rondom het bedrijfsperceel wordt met een continue en volwaardige breedte voorzien, waar in de aan- Dit positief planologisch attest voor de ontwikkelingsperspectieven van zowel korte termijn als lange termijn, werd afgeleverd onder de volgende vraag tot planologisch attest de bufferbreedtes eerder ‘be- voorwaarden: perkt’ werden ingetekend. Argumentering Om een volwaardige groenbuffering van de bedrijvigheid  De woning kan niet worden afgesplitst van het bedrijf; naar zijn omgeving te realiseren, welke zowel visueel de nodige buffercapaciteit biedt, als naar geluids- en andere  Rondom het bedrijf dient een functionele groenbuffer aange- mogelijke hinder, dient deze voldoende breed voorzien te legd te worden; worden.  Voldoende opvang voor hemelwater. Mogelijkheden bedrijf Wel kan de bufferbreedte ter hoogte van de perceelsgrens met het naastliggende bedrijfsperceel (textielbedrijf) ver- smallen. Tabel 3: Bespreking verschilpunt 1: Volwaardige groenbuffering

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 47 van 84 PLANOPTIES

zichtpunten op het gebouwencomplex. Een evenwicht in volumes met 7 PLANOPTIES typische karakteristieken (configuratie, hellingsgraden, topgevels,…) dient te worden nagestreefd.

D Beperken van de verhardingen tot een minimum De bedrijfssite dient afgestemd te worden op zijn ruimtelijke context. Bin- nen een landelijke omgeving wordt gestreefd naar een strikt minimum aan verharding. Groenaanplantingen binnen het perceel zijn essentieel.

E Bewust aangeplante groenvoorzieningen 7.1 Algemeen In hoofdzaak dient een aaneengesloten groenstructuur te worden nage- streefd, bestaande uit grote eenheden groenaanplantingen. De groen- De uiteindelijke landschappelijke integratie van het bedrijf dient een re- voorzieningen dienen de bedrijfsgebouwen visueel af te schermen ten sultante te zijn van de volgende aspecten, zoals bij de vergunningsaan- opzichte van het omliggende landschap. vraag dient te worden gespecifieerd:

A Kwalitatief en zuinig ruimtegebruik De uitbreidingen gebeuren volgens de principes van een kwalitatief en zuinig ruimtegebruik. Principes van zorgvuldig ruimtegebruik zijn daarbij het maximaal clusteren van gebouwen, en het uitbreiden in aansluiting op de bestaande bebouwing, het stapelen van functies in meerdere la- gen, het bundelen van infrastructuur,… Naar kwalitatieve aanleg van het plangebied dient aandacht te gaan naar volwaardige gevelafwerking, gebruik van kwalitatieve en duurzame materialen, het garanderen van bezonning en privacy,…

B Homogeniteit van materialen en kleuren De materiaalkeuze en/of het kleurgebruik dient te gebeuren in functie van harmonie en homogeniteit. Een eenheid van een gebouwencomplex in het landschap kan bekomen worden door hetzelfde materiaal en dezelfde vormentaal te gebruiken voor gevels en daken, of door een uniformise- ring van de kleur van de gevels en de daken (gebruik van eenzelfde kleur op alle schrijnwerk,…).

C Beeldbepalend karakter van de gebouwen door architectuur, vormgeving en inplanting Bedrijfsgebouwen kunnen in het landschap worden ingepast, mits een weldoordachte inplanting en vormgeving én door gebruik te maken van

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 48 van 84 PLANOPTIES

7.2 Planopties Woestijne 34 7.3 Structuurschets Woestijne 34

 De bedrijfsbebouwing bestaat momenteel uit één aaneengesloten bedrijfsvolume opgebouwd uit drie delen: een studio gedeelte (rood), een volume burelen (blauw) en een werkplaats (grijs). De voorziene uitbreidingen van de bedrijfsbebouwing wordt gevormd door het ‘uitrekken’ van het laatste ‘deelvolume’ over zijn volledige breedte. Op die manier wordt een organische en daardoor weinig gestructu- reerde aangroei van bebouwing vermeden. Het complex dient daar- bij als één compact geheel opgevat te blijven.

 Langsheen de zuidelijke & westelijke plancontour wordt een geslo- ten groenbuffer voorzien om de bedrijvigheid te bufferen naar het naastgelegen woongebied en het openbaar domein langsheen het Kanaal Gent-Oostende toe. Hierbij blijft de ruimtelijke relatie met en toegang tot het aanliggende agrarische deel (hobbyweide) echter behouden. Aan de oostelijke zijde werd reeds een deel van het per- ceel onteigend voor realisatie van de groenbuffer (breedte 50m) voor het regionaal bedrijventerrein Woestijne. Een bijkomende groenbuf- fer binnen het plangebied is hier overbodig.

 Aan de achterzijde van de woonpercelen langsheen Woestijne, vor- men de bedrijfswoning/burelen en de bijhorende tuinen een visuele buffer. Deze vormen het ‘gezicht’ van het bedrijf, wat zich dient te vertalen in een hogere kwaliteit van materiaalgebruik en vormgeving.

 Ter hoogte van het onbebouwde perceel tussen het woonlint en de toekomstige industriezone langsheen Woestijne, gaat de aandacht naar het ruimtelijk inpassen van het bedrijfsperceel in het straat- beeld. De ruimte tussen oprit en groenbuffer rond het ‘Regionaal bedrijventerrein Aalter’ blijft onbebouwd en onverhard en vormt een afstandsbuffer, welke dienst kan blijven doen als hobbyweide. Het stockeren van materialen in open lucht wordt hier niet toegestaan.

 De hoofdontsluiting van het bedrijf blijft georganiseerd via één centrale aansluiting op de straat Woestijne. De toegang naar het bedrijf en de parking krijgen daarbij een kwalitatieve invulling waar- van ook groenaanleg (laanbeplanting, …) een belangrijk aandeel vormt.

Figuur 47: Inrichtingsschets Woestijne 34

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 49 van 84 PLANOPTIES

7.4 Planopties Steenweg op Deinze 122 7.5 Structuurschets Steenweg op Deinze 122

 Het nieuwe bureel dat op korte termijn wordt gepland, wordt voor- aan het bedrijfsperceel opgericht, met de lengteas dwars op de Steenweg op Deinze. De inplanting van een bureel zal zich in het ruimtelijk inpassen, vermits het qua typologie aanleunt bij woonge- bouwen en niet zozeer bij bedrijfsbebouwing. Het vormt het ‘gezicht’ van het bedrijf. Het staat daarbij op ruime afstand van de naburige woningen (min.8 m). Dit gebouw wordt opgericht binnen de 50- meters grens van het woongebied.

 Latere uitbreiding van de kantoren wordt voorzien vooraan de loods. Op die manier ontstaat aan de straatzijde een ‘clustering’ van vo- lumes rondom de bestaande woning. Tussen de bureelgebou- wen/bedrijfswoning wordt een patio met groenaanleg voorzien waar- door de gebouwen geen monolithisch geheel vormen maar de oude woning los blijft staan van de overige gebouwen (met uitzondering van een mogelijke verbinding tussen beiden). Deze patio garandeert tegelijkertijd een voldoende lichtinval. Men kan deze clustering be- schouwen als een perfecte tussenschakel tussen de naastliggende woningen en het achtergelegen bedrijfsvolume, met een grote poten- tie voor een kwalitatieve architectuur.

 De nieuwe loods wordt voorzien ter plaatse van het huidige loods- gebouw. Verdere uitbreiding wordt daarbij in de richting van het openbaar domein voorzien, in aansluiting op de kantoren. Op die manier blijft de loods geconcentreerd tussen de reeds bestaande bebouwing, en wordt een ‘diepere’ bebouwing ten opzichte van naastliggende bedrijfskavels vermeden (textielbedrijf Maenhout, Schrijnwerkerij De Vreese, landbouwbedrijf,…).

 De hoofdontsluiting van het bedrijf blijft georganiseerd via één centrale aansluiting op de Steenweg op Deinze. De toegang naar het bedrijf en de parking krijgen daarbij een kwalitatieve invulling waarvan ook groenaanleg (laanbeplanting, …) een belangrijk aan- deel vormt.

 Rondom rond het bedrijf wordt een functionele groenbuffer voor- zien. Deze buffer schermt de bedrijfsactiviteiten en opslag van mate- rialen en machines af van de naastliggende woonpercelen langs- heen de Steenweg op Deinze. Figuur 48: Inrichtingsschets Steenweg op Deinze 122

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 50 van 84 OMZETTING HERBEVESTIGD AGRARISCH GEBIED

8 OMZETTING HERBEVESTIGD  Onderzoek naar alternatieve locaties buiten herbevestigd agrarisch ge- bied en een verantwoording waarom de alternatieven buiten het herbe- AGRARISCH GEBIED vestigd agrarisch gebied niet weerhouden worden;

 Onderzoek naar de impact op de rumtelijk-functionele samenhang van de agrarische structuur;

 Onderzoek naar mogelijke flankerende maatregelen voor de landbouw.

Al deze punten worden in wat volgt voor het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ behandelt. Het plangebied van deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ is grotendeels gelegen in herbevestigd agrarisch gebied (zie Hfdst. 4.5 Ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos – Vlaamse Overheid ). 8.1 Onderzoek naar alternatieve locaties

De mogelijkheden binnen het herbevestigd agrarisch gebied worden Gezien het RUP handelt over het zone-eigen maken van twee reeds weergegeven in het planologisch beleid binnen de herbevestigde agrari- bestaande bedrijfssites, en bouwt daarbij verder op twee eerder verleen- sche bestemmingen zoals omschreven in de omzendbrief RO/2005/01 de planologische attesten. over het BVR van 3 juni 2005. Deze omzendbrief vermeldt dat er voor Onderzoek naar mogelijke alternatieve locaties werd bijgevolg reeds volgende gemeentelijke planinitiatieven er principieel de beleidsmarge is afgewogen bij de behandeling van de betreffende aanvraagdossiers tot om – na grondige afweging – eventueel bestemmingswijzigingen door te planologisch attest van beide bedrijven. Beide bedrijven kregen daarbij voeren in herbevestigd agrarisch gebied: positief advies voor de visie op korte en/of lange termijn.

‘Gemeenten kunnen gemeentelijke RUP’s opmaken in uitvoering van een Onderzoek naar een alternatieve locatie is in het kader van dit RUP bij- goedgekeurd GRS voor agrarische bedrijvenzones van lokaal belang, gevolg niet meer relevant. differentiatie van het agrarisch gebied in functie van bebouwingsmoge- lijkheden, lokale natuur- en landschapselementen, wonen, werken, 8.2 Onderzoek naar de impact op de ruimtelijk-functionele sa- openbaar nut, toerisme en recreatie op lokaal niveau, lokale wegen of in menhang uitvoering van goedgekeurde planologische attesten’. De betreffende perceelsdelen van de bedrijfssite ‘Steenweg op Deinze Deze omzendbrief vermeldt daarbij dat bij omzetting van herbevestigd 122’ zijn gelegen in gebied met een matige waardering zoals aangege- agrarisch gebied een degelijk onderbouwde verantwoording of motivering ven op de landbouwtyperingskaart. steeds deel dient uit te maken van de (toelichting bij) gemeentelijke plan- nen. In deze degelijk onderbouwde verantwoording minstens volgende Bovendien zijn de betreffende gronden op vandaag reeds integraal in elementen aan bod dienen te komen: gebruik als bedrijfspercelen, in de vorm van bedrijfsvolumes, opslagruim- te, verhardingen, etc. Er worden geen bijkomende onaangetaste land- bouwgronden aangesneden binnen dit deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 51 van 84 OMZETTING HERBEVESTIGD AGRARISCH GEBIED

Bovendien werd dit deel van het plangebied van deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ op de kaart van de gewenste agrarische structuur (GAS), opgemaakt door Aminal, Afdeling Land aangeduid als ‘structureel aange- tast – uit te sluiten uit de agrarische structuur’. Deze GAS-kaart werd in 1996-1997 opgemaakt ter voorbereiding van de afbakening van de Agra- rische Structuur.

Er kan dus geconcludeerd worden dat de impact op de ruimtelijk- functionele samenhang van de agrarische structuur bijgevolg quasi nihil is.

8.3 Onderzoek naar flankerende maatregelen

De omzendbrief geeft ook aan dat als algemeen uitgangspunt geldt dat de overheid die een planningsinitiatief neemt om de bestemming van een herbevestigd agrarisch gebied te wijzigen, in de mate van het mogelijke de nodige acties dient te ondernemen om het planologisch evenwicht te herstellen (planologische ruil), en dat daarbij prioriteit gaat naar acties om zonevreemde landbouw zone-eigen te maken, en dat afwijken van dat Figuur 49: Landbouwtyperingskaart – Steenweg op Deinze 122 algemeen uitgangspunt enkel kan mits uitdrukkelijke en grondige motiva- tie door de initiatiefnemer, met als voorbeeld ‘omdat het om een plan gaat dat enkel gericht is op het zone-eigen maken van een bestaande vergunde zonevreemde toestand’.

Doel van dit RUP betreft het zone-eigen maken van twee zonevreemde bedrijven en vormt bijgevolg een dergelijk plan waarvoor afwijking van de planologische ruil mogelijks kan aanvaard worden. De bedrijfsinfrastruc- tuur en -activiteit van Steenweg op Deinze 122 is immers grotendeel vergund (geacht).

Figuur 50: Gewenste agrarische structuur

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 52 van 84 ONDERZOEK TOT MER

Indien één van beiden van toepassing, is een plan-MER 9 ONDERZOEK TOT MER vereist.

 Scoping milieu-effecten: eerste ruwe screening van de kwets- baarheid van de omgeving en de aard van de milieu-impact van het ruimtelijk uitvoeringsplan. De scoping biedt volgende antwoorden: Is de opmaak van een PlanMER toch noodzakelijk? Zijn er bepaalde relevante milieudisciplines die verder uit- gewerkt dienen te worden? Met de inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse regering van 11 april 2008 is er meer duidelijkheid geschapen omtrent de integratie van  Indien noodzakelijk, diepgaander onderzoek van de relevante milieueffectenrapportage (m.e.r.) in het planproces van een ruimtelijk milieudiscipline(s) zoals vastgesteld in de scoping; uitvoeringsplan (RUP).  Vanaf 1 juni 2008 dient er bij de opmaak van RUP’s formeel rekening Eindconclusie. gehouden te worden met het onderzoek van milieueffecten die de reali- satie van de bestemmingen in dit RUP kunnen teweegbrengen. In de praktijk betekent dit dat voor elk RUP minimaal een ‘onderzoek tot m.e.r.’ dient uitgevoerd te worden.

De resultaten van het ‘onderzoek tot m.e.r.’ geven aan of de opmaak van een planMER al dan niet noodzakelijk is. Bijkomend worden de resulta- ten aangewend om de ruimtelijke keuzes die in het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ gemaakt worden inhoudelijk te versterken en te onderbouwen.

Dit onderzoek is opgebouwd op basis van volgende stappen:

 Aftoetsing plan-MERplicht van rechtswege: Project-m.e.r. plicht effectief aftoetsen d.m.v. mogelijk rele- vante rubrieken uit bijlangen I en II; Noodzaak passende beoordeling aftoetsen:  Gelegen in of in de nabijheid van speciale bescher- mingszones?  Aard van het plan: mate van verstoring, versnippe- ring,…?

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 53 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.1 Alternatieven 9.1.3 Ruimere of strengere ontwikkelingsperspectieven Vooraleer we het eigenlijke onderzoek tot m.e.r. starten voor de gekozen ontwikkelingsperspectieven, willen wij kort de mogelijke alternatieven Voorliggende plannen vormen het resultaat van een weloverwogen visie voorstellen, die binnen dit RUP niet weerhouden worden. op de twee plangebieden, waarin de ontwikkelingsperspectieven zoals beschreven in de aanvraagdossiers van de (al dan niet gedeeltelijk) 9.1.1 Het nul-alternatief goedgekeurde aanvragen tot planologisch attest, verder geëvalueerd, afgestemd en afgewogen worden. Aangezien er voor de twee bedrijven op de betreffende percelen planolo- Andere ruimere of strengere ontwikkelingsperspectieven worden bijge- gische attesten werden afgeleverd, moet men als nul-alternatief de huidi- volg niet als alternatief meegenomen in dit onderzoek tot m.e.r. ge toestand beschouwen, gekoppeld aan de ruimtelijke mogelijkheden geboden via deze planologische attesten. 9.1.4 Conclusie alternatieven

Het verschil met de ruimtelijke doelstellingen te realiseren via dit RUP De voorgestelde ontwikkelingsperspectieven houden geen significant t.o.v. de ontwikkelingskansen die worden geboden door de (al dan niet verschil in met het nulalternatief. Een locatie-alternatief werd reeds bij het gedeeltelijk) positief geadviseerde planologische attesten, wordt duidelijk verlenen van het planologisch attest afgewogen en niet verder weerhou- aangegeven in Hfdst. 6.2 Bijkomende wijzigingen binnen dit RUP den. Bovendien zijn de voorgestelde ontwikkelingsperspectieven het t.o.v. Planologisch Attest Woestijne 34 en Hfdst. 6.4 Bijkomende resultaat van een zeer uitgebreid onderzoek, waarbij de ontwikkelings- wijzigingen binnen dit RUP t.o.v. Planologisch Attest Steenweg op perspectieven waarvoor positief advies werd verleend in het kader van Deinze 122. de aanvragen tot planologisch attest, zorgvuldig geëvalueerd en opnieuw afgewogen werden. Hieruit blijkt dat er geen – voor het onderzoek tot m.e.r. – significante Bijgevolg bieden de voorgestelde ontwikkelingsperspectieven de beste verschillen zijn met het nul-alternatief waardoor dit nul-alternatief niet garanties voor ruimtelijke kwaliteit. apart wordt meegenomen in het onderzoek tot m.e.r. 9.2 Grensoverschrijdende effecten 9.1.2 Het locatie-alternatief Gezien de aard van het plan (ruimtelijke uitbreiding van twee afzonderlij- Een ander alternatief betreft het eventueel ontwikkelen van de activiteiten ke bedrijven), en gezien de relatief kleine impact van het plan, worden er op een andere locatie. Dit aspect werd bij het verlenen van het planolo- geen aanzienlijke effecten op de gewest- of landsgrenzen verwacht. De gisch attest door de betrokken overheden voor de betreffende bedrijven grensoverschrijdende effecten zijn bijgevolg nihil. én percelen reeds afgewogen, en in het kader van deze procedure van het RUP niet verder in beschouwing genomen.

Bovendien gaat het in het voorliggende RUP over twee bedrijven die historisch gegroeid zijn op hun huidige locatie en deel uitmaken van de bebouwde structuur van de gemeente. Een herlocalisatie van de bedrij- vigheid op de twee sites is dan ook onrealistisch. Dit wordt dan ook niet verder als alternatief meegenomen in dit onderzoek tot m.e.r.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 54 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.3 Aftoetsing planMER-plicht van rechtswege

9.3.1 Project-m.e.r.-plicht

De project-m.e.r.-plicht wordt afgetoetst op basis van het besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van de categorieën van projec- ten onderworpen aan milieueffectenrapportage (B.S. 17/02/2005), meer- bepaald bijlagen I en II. De activiteiten die binnen het planologisch kader van het RUP zullen kunnen gerealiseerd worden, in het bijzonder uitbrei- ding van de twee afzonderlijke bouwbedrijven bvba Van Tornhaut (Steen- weg op Deinze 122) en All-Style Construct bvba (Woestijne 34), vallen hier niet onder. Bijgevolg kan besloten worden dat de project-m.e.r.-plicht niet van toe- passing is op dit RUP.

9.3.2 Noodzaak tot passende beoordeling

9.3.2.1 Speciale beschermingszones

Het twee plangebieden van dit RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestij- Figuur 51: Vogel- en habitatrichtlijngebieden gemeente Aalter ne 34, zijn niet gelegen in:

 Habitatrichtlijngebied 9.3.2.2 Aard van het plan  Vogelrichtlijngebied Verstorend effect: Het RUP zal – gezien de ligging van het plangebied –  Ramsar-gebied geen verstorend effect hebben op de omliggende speciale bescher- mingszones. Ook in de nabije omgeving van het plangebied zijn geen van deze speci- ale beschermingszones gelegen. Versnipperend effect: Het RUP omvat twee bestaande bedrijfspercelen, Vanuit dit criterium is bijgevolg geen passende beoordeling vereist. waarbij de huidige en mogelijks bijkomende bedrijvigheid op deze perce- len gestructureerd wordt. Er kan dus geen versnipperend effect ontstaan ten aanzien van speciale beschermingszones.

9.3.3 Conclusie aftoetsing MER-plicht van rechtswege

De opmaak van een plan-MER wordt niet noodzakelijk geacht vanuit de project-m.e.r. plicht of de noodzaak tot een passende beoordeling.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 55 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4 Scoping milieu-effecten 9.4.2 Voorkomen van bijzonder beschermde gebieden 9.4.1 Aard van het plan In het Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de Het planologisch initiatief van de gemeente Aalter betreft het planolo- categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage (B.S. gisch regulariseren van de twee (deels vergund geachte) bedrijfssites 17/02/2005) wordt aangegeven wat er verstaan wordt onder ‘bijzonder Steenweg op Deinze 122 en Woestijne 34, alsook het creëren van een beschermde gebieden’: kwalitatief ruimtelijk kader voor de verdere uitbreiding van deze bedrijvig- heid.  de speciale beschermingszones overeenkomstig het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het na- Hiervoor worden een aantal gronden met een bestemming ‘agrarisch tuurlijk milieu; gebied’ en ‘landschappelijk waardevol agrarisch gebied’ omgevormd naar  gebieden aangeduid overeenkomstig de Conventie van Ram- bestemmingen in functie van ‘lokale bedrijvigheid’. Deze wijziging van sar inzake watergebieden van internationale betekenis; bestemming is verdedigbaar:  beschermde duingebieden of voor het duingebied belangrijk landbouwgebied zoals aangegeven ter uitvoering van het de-  Het betreft de bestendiging van bestaande ruimtelijke situa- creet van 14 juli 1993 houdende maatregelen tot bescherming ties, waarbij de ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven vastge- van de kustduinen; legd worden voor elk van beide bedrijven;  natuurgebieden, natuurgebieden met wetenschappelijke  Door ook zones te herbestemmen als ‘zone voor landschap- waarde en de ermee vergelijkbare gebieden, aangewezen op pelijke groenbuffer’ en ‘groene afstandsbuffer’, wordt een plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoeringsplannen van kwalitatieve ruimtelijke buffer gecreëerd tussen het bedrijfs- kracht in de ruimtelijke ordening; perceel en zijn nabije omgeving;  bosgebieden, valleigebieden, brongebieden, overstromings-  De mogelijkheden die gecreëerd worden voor de bedrijvig- gebieden, agrarische gebieden met ecologisch belang of eco- heid, leiden niet tot significante wijzigingen in de verkeerspro- logische waarde en de ermee vergelijkbare gebieden, aan- ductie: gewezen op plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoe- Het RUP betreft twee individuele bouwbedrijven van lokale ringsplannen van kracht in de ruimtelijke ordening; schaal;  beschermde landschappen, stads- of dorpsgezichten, monu- De ontwikkelingsperspectieven omvat vooral een reorgani- menten of archeologische zones; satie van de bestaande infrastructuur, en een eerder be-  waterwingebieden en bijhorende beschermingszones type I perkte uitbreiding van de bedrijfsvolumes; door de grotere en II vastgesteld ter uitvoering van het decreet van 24 januari opslagcapaciteit die hierbij gecreëerd wordt, zal de ver- 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer; keersproductie eerder verminderen;  het Vlaams Ecologisch Netwerk overeenkomstig het decreet

Gezien de uitbreidingen niet zozeer betrekking hebben op van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het na- nieuwe productieprocessen of uitbreiding van de huidige tuurlijk milieu; bedrijfsactiviteiten betekenen ze ook geen significante  een volgens een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan groei aan werknemers. De verkeersgeneratie door het vastgesteld erfgoedlandschap. woonwerkverkeer zal bijgevolg weinig wijzigen.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 56 van 84 ONDERZOEK TOT MER

Aangezien het voorkomen van deze bijzonder beschermde gebieden 9.4.2.1 VEN-gebieden vaak een bepalende rol speelt in functie van het bepalen van de project- m.e.r.-plicht en gezien deze gebieden als bijzondere beschermde gebie- den worden beschouwd omdat ze een hoge waarde en/of kwetsbaarheid vanuit milieuoogpunt hebben, geeft het voorkomen ervan een goede indicatie van gevoeligheid van het plangebied voor het mogelijk optreden van milieu-effecten.

Deze elementen worden daarom nu voor de plangebieden van het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ onderzocht. In een verdere stap wordt dan nagegaan of – rekening houdende met de aard van het plan – een (aanzienlijk) milieu-effect ten aanzien van deze gebieden kan optreden en hoe dit kan voorkomen worden.

Figuur 52: Gebieden van het VEN of IVON gemeente Aalter Geen VEN/IVON-gebieden in of in de nabijheid van het plangebied.

9.4.2.2 Ramsar-gebieden

De Ramsar-conventie, ook wel de conventie over waterrijke gebieden genoemd, is een internationale overeenkomst daterend van 1971 die tot doel heeft het behoud en het oordeelkundig gebruik van alle watergebie- den te bewerkstelligen. Er zijn geen Ramsar-gebieden gelegen binnen de plangebieden van het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’.

9.4.2.3 Beschermde duingebieden

Er zijn geen beschermde duingebieden aanwezig binnen de plangebie- den van het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 57 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4.2.4 Natuurreservaten

Er komen geen natuurreservaten voor binnen de plangrenzen of de on- middellijke omgeving van dit RUP.

9.4.2.5 ‘Ecologische’ gebieden volgens het Gewestplan

Als ecologische gebieden volgens het gewestplan beschouwen we de groengebieden, parkgebieden, natuurgebieden, natuurgebieden met wetenschappelijke waarde, natuurreservaten, natuurontwikkelingsgebie- den, bosgebieden, valleigebieden, brongebieden of agrarische gebieden met ecologisch belang of waarde volgens het vigerende gewestplan.

Binnen of aansluitend op de plangebieden van het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ komen geen van deze gebieden voor; het RUP zal dus geen negatieve invloed hebben op dergelijke ecologische gebieden.

9.4.2.6 Onroerend erfgoed (monumenten, landschappen, stads- Figuur 53: Beschermingen gemeente Aalter en dorpsgezichten)

Binnen of in de directe nabijheid van de plangebieden van het RUP zijn geen beschermde zones aanwezig in de vorm van monumenten, land- schappen, stads- of dorpsgezichten.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 58 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4.2.7 Waterwingebieden a Oppervlaktewaterwingebieden

Het plangebied van deelplan ‘Woestijne 34’ is niet gelegen in of nabij een oppervlaktewaterwingebied.

Het plangebied van deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ is wel volledig gelegen in oppervlaktewaterwingebied.

De activiteiten die binnen het planologisch kader van het RUP zullen kunnen gerealiseerd worden hebben echter geen of weinig impact op het oppervlaktewater. b Beschermingszones grondwaterwinning

Voor de gebieden waar grondwater gewonnen wordt voor de productie van drinkwater is een bijzondere bescherming voorzien. Om de kwaliteit van het grondwater te waarborgen werden in de wetgeving drie be- schermingszones (I, II en III) voorzien.

De handelingen en activiteiten die binnen de beschermingszones toege- laten zijn, zijn opgesomd in het besluit van de Vlaamse regering van 27 maart 1985. Ook in de milieuwetgeving VLAREM en VLAREBO en in het Mestdecreet zijn bepalingen opgenomen over wat kan en wat niet kan binnen de afgebakende beschermingszones. Uiteraard gelden in zone II, die dichter bij de eigenlijke winning gelegen is, strengere maatregelen dan in zone III.

De plangebieden van RUP ‘Steenweg op Deinze 122 1 Woestijne 34’ zijn niet gelegen in of nabij een beschermingszone voor grondwaterwinning.

Figuur 54: Oppervlaktewaterwingebieden

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 59 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4.3 Kwetsbaarheid plangebied  bodemsaneringen en -attesten

De aanwezigheid van bijzonder beschermde gebieden geeft weliswaar  BIOLOGISCHE WAARDE: een idee van belangrijke te beschermen waarden, maar geeft vaak on-  waardevolle of zeer waardevolle gebieden volgens de Bio- voldoende de kwetsbaarheid van een gebied weer. logische Waarderingskaart De kwetsbaarheid van een gebied is echter in belangrijke mate bepalend  LANDSCHAPS- EN ERGOEDWAARDE: voor de te verwachten milieueffecten. Een gedetailleerde beschrijving  van de kenmerken van het plangebied is in dit stadium van het onder- relictzones en ankerplaatsen volgens de landschapsatlas zoek niet zinvol. Daarom wordt de kwetsbaarheid van het plangebied  Inventaris van het bouwkundig erfgoed gekarakteriseerd aan de hand van beschikbaar kaartmateriaal, dat een  eventueel aangevuld met informatie uit de inventaris van ruwe indicatie hiervan weergeeft. het bouwkundig erfgoed en de centraal archeologische in- ventaris (CAI) Aangezien dit een eerder ruwe werkwijze is die de specifieke eigenheid van het gebied slechts beperkt in rekening brengt, wordt er uitgegaan  LANDBOUWWAARDE van het voorzorgsbeginsel op dit vlak. Dit betekent dat – als er twijfel is  landbouwgronden met een hoge of zeer hoge waardering over de kwetsbaarheid van – er wordt uitgegaan van een ‘worst case’ volgens de landbouwtyperingskaart inschatting van de kwetsbaarheid.  landbouwgronden gelegen binnen de herbevestigde agra- Om de kwetsbaarheid in kaart te brengen raadplegen we volgend kaart- rische gebieden (HAG’s) materiaal:  GELUID EN TRILLINGEN:   WATER: stiltegebieden  recent overstroomde gebieden (overstromingskaart)   overstromingsgevoelige gebieden (watertoetskaart) INVLOED OP GEZONDHEID/VEILIGHEID MENS:   grondwaterstromingsgevoeligheid woonconcentraties (Gewestplan)   erosiegevoeligheid mobiliteit  hellingen Rekening houdend met de aard van het planelement, de aanwezige en  kaart van de infiltratiegevoelige gebieden geplande ontwikkelingen in de omgeving en de aard van/afstand tot  zoneringskaart kwetsbare gebieden, wordt het risico op milieueffecten beoordeeld en de gewenste diepgang per milieudiscipline vastgesteld.  BODEM:  gebieden met een zeer slechte drainage en/of een bijzon- dere gevoeligheid (zeer natte gronden - drainageklasse f, g, h of i volgens de bodemkaart – en veen-en poelgron- den)  drainagekaart

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 60 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4.3.1 WATER a Overstromingsgebieden

Om te weten welke gebieden gevoelig zijn voor overstromingen en welke milderende maatregelen er kunnen opgelegd worden bovenop de gewes- telijke verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, worden de overstromsingskaart en watertoetskaart bekeken. De volgen- de analyse werd gemaakt:

Binnen de plangebieden van het RUP of hun omgeving komt geen risico- zone voor overstroming (MOG) voor. Er is ook geen recent overstroomde gebied (ROG) gelegen binnen de plangebieden of hun omgeving.

Het studiegebied is nergens gelegen binnen of in de nabijheid van over- stromingsgevoelig gebied. Extra voorschriften bovenop de gewestelijke verordening zijn bijgevolg niet noodzakelijk.

Wel wordt voorgesteld om als aandachtspunt in de stedenbouwkundige voorschriften op te nemen dat men het aanleggen van verhardingen dient te beperken tot wat strikt noodzakelijk is, alsook dat men maximaal dient te werken met waterdoorlatende verhardingen, tenzij werken met niet- waterdoorlatende verhardingen om bepaalde redenen aangewezen zou zijn (bijv. vigerende sectorale wetgeving).

Figuur 55: Overstromingskaart

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 61 van 84 ONDERZOEK TOT MER

Figuur 56: Overstromingsgevoelige gebieden

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 62 van 84 ONDERZOEK TOT MER b Grondwaterstromingsgevoeligheid

De plangebieden van dit RUP zijn volledig gelegen in matig grondwater- stromingsgevoelig gebied (type2).

Voor de matig gevoelige delen betekent dit dat de aanleg van infiltratie- voorzieningen zoals waterdoorlatende verhardingen bij individuele ingre- pen op perceelsniveau zinvol zijn, en als aandachtpunt dienen meege- nomen te worden.

Figuur 57: Grondwaterstromingsgevoeligheid

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 63 van 84 ONDERZOEK TOT MER c Erosiegevoeligheid

De plangebieden van het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ zijn volledig gelegen in niet erosiegevoelig gebied.

Het RUP zal bijgevolg geen effect hebben op de erosiegevoeligheid van het gebied.

Figuur 58: Erosiegevoeligheid

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 64 van 84 ONDERZOEK TOT MER

d Hellingen

De plangebieden van het RUP kennen geen hellingen, met uitzondering van hier en daar enkele kleine hellingen.

Met dit RUP worden geen noemenswaardige reliëfwijzigingen beoogd.

De effecten van het RUP op het aspect ‘hellingen’ zijn bijgevolg verwaar- loosbaar.

Figuur 59: Hellingenkaart

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 65 van 84 ONDERZOEK TOT MER

e Infiltratiegevoeligheid

De kaart met de infiltratiegevoelige bodems werd opgemaakt om te kun- nen nagaan in welke gebieden er relatief gemakkelijk hemelwater kan infiltreren naar de ondergrond. Infiltratie van hemelwater naar het grond- water is belangrijk omdat daardoor de oppervlakkige afstroming en dus ook de kans op wateroverlast afneemt. Bovendien staat infiltratie in voor de aanvulling van de grondwatervoorraden en zodoende voor het tegen- gaan van verdroging van watervoerende lagen en van waterafhankelijke natuur.

De plangebieden binnen het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ zijn gelegen in infiltratiegevoelig gebied. Voor de delen waar bij uitvoering van het RUP bijkomende bebouwing en/of verharding is voorzien, kunnen wel best voorschriften rond infiltratie worden opgenomen.

Vanuit een duurzame uitgangshouding is het immers aangewezen om overeenkomstig de principes van het integraal waterbeleid – naast de gewestelijke verordening – in de stedenbouwkundige voorschriften te streven naar het beperken van de verharding, het maximaal werken met waterdoorlatende verhardingen (tenzij werken met niet-waterdoorlatende verhardingen om bepaalde redenen aangewezen zou zijn, bijv. vigerende sectorale wetgeving).

Hemelwater moet daarbij maximaal kunnen infiltreren in de bodem, hetzij door gebruik van waterdoorlatende materialen, hetzij door afleiding van hemelwater van verharde niet-waterdoorlatende delen naar de onverhar- de delen waar het in de bodem kan dringen ofwel naar regenputten; het- zij door afleiding naar daartoe voorziene constructies om het water te bufferen, zonder dat het op enigerlei wijze kan worden vervuild.

Vanuit milieukundig oogpunt dient op plaatsen, waar er door de aard van de activiteiten kans op pollutie is, verplicht gebruik gemaakt te worden van niet-waterdoorlatende materialen, overeenkomstig de vigerende wetgeving.

Dit streven wordt opgenomen in de stedenbouwkundige voorschriften. Figuur 60: Infiltratiegevoelige gebieden

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 66 van 84 ONDERZOEK TOT MER f Oppervlaktewaterkwaliteit

Op 10 maart 2006 is het besluit van de Vlaamse Regering houdende de vaststelling van de regels met betrekking tot de scheiding tussen de ge- meentelijke en de bovengemeentelijke saneringsverplichting en het vast- stellen van de zoneringsplannen goedgekeurd. Hiermee kregen de zone- ringsplannen wettelijke grond.

In september 2006 startte de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) met de verzending van een voorontwerp van zoneringsplan naar alle Vlaamse gemeenten. Deze plannen doorliepen een goedkeuringsprocedure waar- bij zowel de betrokken als de omliggende gemeenten, de bekkenbestu- ren en de burger hun standpunt kenbaar konden maken. Dit alles resul- teerde in een definitief zoneringsplan.

Op deze plannen zijn 4 zones terug te vinden:  het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een zuiveringsstation (oranje gearceerd);  het geoptimaliseerde buitengebied met recente aansluiting op een zuiveringsstation (groen gearceerd);  het collectief te optimaliseren buitengebied, dit is de zone waar de aansluiting nog zal worden gerealiseerd (groen);  het individueel te optimaliseren buitengebied, waar het afval- water individueel zal moeten gezuiverd worden door middel van een IBA (rood).

De beide bedrijfspercelen binnen het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ zijn voor het overgrote deel gelegen in “centraal gebied” (oranje arcering), waar het voorzien is om alle bebouwing aan te sluiten op het bestaande rioleringsnet. Die leidt het afvalwater naar een zuive- ringsinstallatie.

Bijgevolg kunnen we besluiten dat het RUP geen invloed zal hebben op de waterkwaliteit in zijn omgeving, en dienen er geen extra maatregelen worden opgenomen in dit RUP.

Figuur 61: Zoneringsplan (VMM)

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 67 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4.3.2 BODEM Voor bodemsoorten als natte zandbodems, natte zandleembodems, nat- te kleibodems en natte zware kleibodems is het belangrijk om te scree- a Bodemkaart nen of deze voorkomen binnen het plangebied. De meest gevoelige bo- dems zij diegene met drainageklassen f,g of i. Geen van de bodems Het plangebied is gelegen in de Zandstreek. binnen het plangebied vallen hieronder.

Het plangebied van deelplan ‘Woestijne 34’ is volledig gelegen in droge Tevens treffen we in het plangebied geen veenbodems of poelgronden zandbodem Zbc(h). aan.

Kernserie Zbc Droge zandbodem met sterk gevlekte, Er kunnen bijgevolg weinig problemen ontstaan door dit RUP op vlak van verbrokkelde textuur B horizont bodemgevoeligheid. Textuur Z Zand Drainage b Droog, niet gleyig Profielontwikkeling c Met sterk gevlekte textuur (bij lemige sedimenten), verbrokkelde textuur B hori- zont (bij zandige sedimenten) Variant (h) Sterk gevlekte, verbrokkelde of disconti- nue textuur-B horizont

Het plangebied van deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ is voor de helft gelegen in droge zandbodem Zbh, en voor de andere helft in vochtige zandbodem Zch. Langsheen de Steenweg is de bebouwde zone gelegen in bodem welke aangeduid wordt als ‘antropogeen’. Dit refereert naar de invloed van de menselijke activiteiten op de grond.

Kernserie Zbh Droge zandbodem met verbrokkelde ijzer en/of humus B horizont Textuur Z Zand Drainage b Droog, niet gleyig Profielontwikkeling c Met verbrokkelde ijzer en/of humus B horizont

Kernserie Zch Matig droge zandbodem met verbrok- kelde ijzer en/of humus B horizont Textuur Z Zand Drainage b Matig droog, zwak gleyig Profielontwikkeling c Met verbrokkelde ijzer en/of humus B horizont

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 68 van 84 ONDERZOEK TOT MER

Figuur 62: Bodemkaart

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 69 van 84 ONDERZOEK TOT MER b Drainagekaart

Uit de drainagekaart kunnen we besluiten dat het plangebied van deel- plan ‘Woestijne 34’ volledig gelegen is in droge grond.

Het plangebied van deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ is voor de helft gelegen in droge grond; en voor de andere helft in matig droge grond.

Figuur 63: Drainagekaart

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 70 van 84 ONDERZOEK TOT MER c Bodemsaneringen en -attesten

De kaart van OVAM geeft het oriënterend en beschrijvend bodemonder- zoek weer, alsook de bodemsaneringsprojecten/bodemattesten.

Een oriënterend bodemonderzoek of OBO geeft een beeld van de toe- stand van de bodem op een volledig perceel. Een beschrijvend bodem- onderzoek of BBO wordt uitgevoerd om een vastgestelde verontreiniging in kaart te brengen. Het kan dan ook op een deel van een perceel of perceelsoverschrijdend uitgevoerd worden.

Binnen het plangebied wordt geen enkel bodemsaneringspro- ject/bodemattest weergegeven, alsook geen enkel oriënterend of be- schrijvend bodemonderzoek.

Hieruit kunnen we concluderen dat er geen bodemverontreinigingen bin- nen het plangebied gekend zijn.

Figuur 64: Bodemsaneringen en -onderzoeken

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 71 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4.3.3 BIOLOGISCHE WAARDE

a Biologische waarderingskaart

De plangebieden van dit RUP zijn volledig gelegen in biologisch minder waardevol gebied. Het RUP heeft bijgevolg weinig tot geen negatieve effecten op biologisch (zeer) waardevolle gebieden.

In de nabijheid van het plangebied van Deelplan ‘Woestijne 34’ bevindt zich langsheen het Kanaal wel een lineaire strook gelegen in een com- plex van biologisch waardevolle en zeer waardevolle elementen.

Dit RUP voorziet echter in de realisatie van een groenbuffer op het be- drijfsperceel van Woestijne 34, welke de bedrijvigheid buffert ten opzichte van deze zone aan het Kanaal. Het tussenliggende deel agrarisch gebied blijft behouden.

Figuur 65: Biologische waarderingskaart

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 72 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4.3.4 LANDSCHAPS- & ERFGOEDWAARDE a Landschapsatlas

Het plangebied van deelplan ‘Woestijne 34’ is voor het overgrote deel gelegen in de relictzone R34006 ‘ Open landschappen van het straatdor- pengebied’. In de ruimere omgeving bevindt zich ten zuiden van het plangebied van deelplan ‘Woestijne 34’ het lijnrelict L34003 ‘Kanaal Brugge-Gent’. Verder zijn er geen ankerplaatsen, relictzones, lijnrelichten of puntrelicten aanwezig binnen de plangebieden van het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’.

Gezien het RUP binnen dit deelplan een reeds bestaand bedrijfsperceel omvat, welke momenteel reeds bebouwd en/of verhard is, zijn er geen bijkomende effecten op deze relictzone of lijnrelict te verwachten.

Dit RUP voorziet bovendien in de realisatie van een groenbuffer rondom- rond het bedrijfsperceel van Woestijne 34, welke de bedrijvigheid buffert ten opzichte van zijn omgeving.

Figuur 66: Landschapsatlas

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 73 van 84 ONDERZOEK TOT MER b Inventaris bouwkundig erfgoed

Binnen de plangebieden van het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woes- tijne 34’ bevinden zich geen relicten of gehelen welke opgenomen zijn in de inventaris van het bouwkundig erfgoed.

Wel is in de directe nabijheid van het plangebied van deelplan ‘Woestijne 34’, meer specifiek op het naastgelegen perceel, een relict gelegen.

Het RUP voorziet voor dit deelplan echter in de aanleg van een volwaar- dige groenbuffer van 5 meter breed langsheen de gemeenschappelijke perceelsgrens met dit naburige perceel.

Figuur 67: Inventaris van het bouwkundig erfgoed

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 74 van 84 ONDERZOEK TOT MER c Centraal Archeologische Inventaris Woestijne 34

Op de inventaris van het archeologisch erfgoed (www.cai.erfgoed.net) zijn binnen de plangebieden van dit RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ geen zones aangeduid als (deel van) archeologisch erf- goed. Steenweg op Deinze 122

Figuur 69: Centraal archeologische inventaris – Woestijne 34 Voor het studiegebied zijn geen archeologische sites geïnventariseerd.

Ten westen van het studiegebied werden bij de opgravingen “Aalterbrug- Noord “ (2004-2005) scherven en sporen van bewoning (gebouwplatte- Figuur 68: Centraal archeologische inventaris – Steenweg op Deinze gronden) uit de late ijzertijd en vroeg romeinse periode teruggevonden. Binnen de site zijn tot op heden geen archeologische vindplaatsen aan- Voordien werden bij een toevalsvondst al enkele silexwerktuigen uit de geduid. steentijd gevonden. Bij proefsleuvenonderzoek rondom en opgraving van het “Woestijnegoed” (2009) werden de restanten van een circulaire wal- In de omgeving van het plangebied zijn aan de hand van kaart-, luchtfoto gracht-structuur van een middeleeuwes versterkte herenwoning blootge- en literatuurstudie de walgrachtsite “Goed te Pittem” en de opduiking legd. Ten oosten hiervan zijn verschillende parallelle grachten geïnventa- “Lokouter-West” in kaart gebracht. riseerd alsook restanten van een Romeinse weg.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 75 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4.3.5 LANDBOUWWAARDE a Landbouwtyperingskaarten

Het bedrijfsperceel binnen het plangebied van deelplan ‘Woestijne 34’ heeft een zeer hoge waardering op de landbouwtyperingskaart.

Het bedrijfsperceel binnen het plangebied van deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ is voor het overgrote deel gelegen in gebied met een zeer matige waardering op de landbouwtyperingskaart. De zone langsheen de Steenweg op Deinze (deel gelegen in het lint van private kavels), is aangeduid als zone met een lage waardering.

Het gaat echter bij beide deelplannen over reeds bestaande bedrijvig- heid. De zones ingesloten in de plancontouren van beide deelplannen zijn op vandaag reeds quasi volledig bebouwd en/of verhard.

Er kan bijgevolg geconcludeerd worden dat het RUP geen verdere aan- tasting zal betekenen van waardevol landbouwgebied.

Figuur 70: Landbouwtyperingskaart

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 76 van 84 ONDERZOEK TOT MER

b Herbevestigd agrarisch gebied

Woestijne 34 De bedrijfssite Woestijne 34 situeert zich in de deelruimte 4 ‘Noordelijk Houtland’. De open ruimte waar het plangebied van dit deelplan deel van uitmaakt wordt bestempeld als ‘Samenhangend landbouwgebied Aalter- Brug – Zomergem’, waar landbouw de hoofdfunctie is en waarin grond- gebonden landbouw als ruimtelijke drager van de open ruimte wordt er- kend. Ook wordt voor de Woestijnebeek ‘het behoud en versterking van uitgesproken natuurwaarden in de valleien met herstel van het natuurlijke watersysteem’ aangehaald.

Het plangebied van het deelplan ‘Woestijne 34’ binnen dit RUP valt ech- ter buiten het voorstel van herbevestigd agrarisch gebied.

Steenweg op Deinze 122 De bedrijfssite Steenweg op Deinze 122 situeert zich in de deelruimte 3 ‘Oostelijk Houtland’. De open ruimte waar het plangebied van dit deelplan Figuur 71: Overzichtskaart herbevestigd agrarisch gebied – Woestijne 34 deel van uitmaakt wordt bestempeld als ‘Landbouwgebied ten zuidwes- ten van Aalter’, waar landbouw de hoofdfunctie is en waar binnen dit samenhangend landbouwgebied de grondgebonden landbouw als ruim- telijke drager van de open ruimte wordt erkend.

Het plangebied van het deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ binnen dit RUP werd voor het overgrote deel opgenomen in het voorstel van herbe- vestigd agrarisch gebied.

De mogelijkheden binnen het herbevestigd agrarisch gebied worden weergegeven in het planologisch beleid binnen de herbevestigde agrari- sche bestemmingen zoals omschreven in de omzendbrief RO/2005/01 over het BVR van 3 juni 2005. Hierop wordt ingegaan in Hfdst. Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.. Uit dit hoofdstuk kan geconcludeerd worden dat de impact, gezien het bin- nen dit RUP gaat over het zone-eigen maken van reeds bestaande be- drijfspercelen, in navolging van verleende planologische attesten, en gezien binnen het deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ geen bijkomende agrarische onaangetaste of waardevolle landbouwgronden worden aan- Figuur 72: Overzichtskaart herbevestigd agrarisch gebied – Steenweg op Deinze gesneden, bijgevolg eerder beperkt is. 122

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 77 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4.3.6 GELUID EN TRILLINGEN 9.4.3.7 INVLOED OP DE GEZONDHEID EN VEILIGHEID VAN DE MENS a Geluid en trillingen a Gewestplan De opzet van het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ betreft het vastleggen van de ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven van twee De opzet van het RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ betreft reeds bestaande bouwbedrijven. het juridisch bestendigen en vastleggen van de ruimtelijke uitbreidings- Gezien de uitbreidingen niet zozeer betrekking hebben op nieuwe pro- mogelijkheden voor twee reeds bestaande bedrijven. De uitbreidingen ductieprocessen, uitbreiding van de activiteiten,… , maar vooral gericht hebben daarbij niet zozeer betrekking hebben op nieuwe productiepro- zijn op de reorganisatie van de bestaande infrastructuur en het uitbreiden cessen, uitbreiding van de activiteiten,… , maar zijn vooral gericht op de van de nodige opslagruimte, worden geen bijkomende geluids- of tril- reorganisatie van de bestaande infrastructuur en het uitbreiden van de lingseffecten verwacht. nodige opslagruimte. Er zijn bijgevolg weinig bijkomende effecten te ver- wachten op de gezondheid en veiligheid van de mens. Geluids- en luchteffecten van bedrijfsactiviteiten die in de toekomst ge- genereerd kunnen worden binnen de twee plangebieden van dit RUP De percelen waarop de mogelijke uitbreidingsperspectieven voor de twee ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’, zijn daarbij onderhevig aan de bedrijven binnen dit RUP betrekking hebben, horen op vandaag ruimtelijk vigerende Vlarem-wetgeving en worden bij een concrete aanvraag tot reeds bij het bedrijf en worden reeds ingenomen voor bebouwing, opslag, milieuvergunning gedetailleerd onderzocht. verhardingen, etc. Bijkomende bedrijven zijn niet mogelijk. Ruimtelijk zal Wel is het raadzaam om in de stedenbouwkundige voorschriften op te er bijgevolg relatief weinig veranderen, waardoor men niet kan spreken nemen dat bij heroriëntering van de bedrijfsactiviteiten, de nieuwe of van een verdere aansnijding van de open ruimte. andere activiteiten niet meer hinder mogen veroorzaken dan de aanwe- zige activiteiten. Bovendien worden met dit RUP binnen de twee deelplannen ook delen herbestemd als ‘zone voor landschappelijke groenbuffer’ en ‘groen af- Bovendien worden met dit RUP delen van de plangebieden herbestemd standsbuffer’, zodat een kwalitatieve ruimtelijke buffer wordt gecreëerd als ‘zone voor landschappelijke groenbuffer’ of ‘zone voor groene af- tussen de bedrijfspercelen en nabijgelegen woonpercelen. Dit zal een standsbuffer’, zodat een kwalitatieve ruimtelijke buffering wordt gecre- duidelijke verbetering vormen voor de ruimtelijke woon- en leefkwaliteit in eerd tussen de bedrijfspercelen en hun omgeving, welke ook als buffer de omgeving van beide plangebieden. voor mogelijke geluidshinder zal functioneren. Er zijn bijgevolg geen bijkomende effecten te verwachten op de gezond- b Stiltegebieden heid en veiligheid van de mens.

Wat geluid betreft wordt ook het aspect ‘Stiltegebieden’ meegenomen. Reeds in de jaren ’80 groeide het besef dat de nog resterende stiltege- bieden in Vlaanderen moesten worden beschermd. In 1994 werd een globale screening gedaan naar de stiltegebieden in Vlaanderen.

Binnen de plangebieden van dit RUP en hun nabije omgeving zijn geen van dergelijke stiltegebieden gelegen. Daarom kan men besluiten dat het RUP geen invloed zal hebben op ongeschonden gebieden inzake geluid.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 78 van 84 ONDERZOEK TOT MER

Figuur 74: Gewestplan – Woestijne 34 Figuur 73: Gewestplan - Steenweg op Deinze 122

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 79 van 84 ONDERZOEK TOT MER b Mobiliteit Bovendien leiden de mogelijkheden die gecreëerd worden voor de twee bedrijven, niet tot significante wijzigingen in de verkeers- productie:

Doel van dit RUP betreft vooral de reorganisatie van de bestaande infrastructuur en beperte uitbreiding van de hui- dige opslagruimte. Dit betekent bijgevolg geen bijkomende verkeersproductie; door de grotere opslagcapaciteit kan deze mogelijks nog verminderen; Gezien de uitbreidingen niet zozeer betrekking hebben op nieuwe productieprocessen, uitbreiding van de activiteiten, etc… betekenen ze ook geen significante groei aan werk- nemers. De verkeersgeneratie door het woonwerkverkeer zal bijgevolg eveneens weinig wijzigen.

Figuur 75: Mobiliteitsplan Aalter – Categorisering van wegen

Het bedrijf bvba All Style Construct is gelegen langsheen Woestijne. Deze biedt rechtstreeks ontsluiting naar de N44 Knokkeweg, welke in het mobiliteitsplan gecategoriseerd werd als Primaire weg I.

Het bedrijf bvba Van Tornhaut situeert zich langsheen de N409 Steen- weg op Deinze, welke in het mobiliteitsplan gecategoriseerd werd als Secundaire weg I.

De bedrijfsactiviteiten welke het onderwerp vormen van dit RUP, worden bijgevolg vlot ontsloten en zijn goed bereikbaar gelegen.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 80 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.4.4 Conclusie Scoping milieu-effecten Er zijn geen ankerplaatsen, lijnrelicten of puntrelichten gelegen bin- nen de plancontouren van het RUP. Wel is het plangebied van deelplan Uit deze scoping van de milieueffecten kunnen we besluiten dat er geen ‘Woestijne 34’ voor het overgrote deel gelegen in een relictzone. VEN-gebieden, Ramsar-gebieden, beschermde duingebieden, na- Gezien het RUP reeds bestaande bedrijvigheid omvat, zijn er geen bij- tuurreservaten, ecologisch waardevolle gebieden, of beschermings- komende effecten te verwachten. zones voor grondwaterwinning gelegen zijn binnen de plangebieden van dit RUP. Binnen de plangebieden van het RUP bevinden zich geen relicten of gehelen welke opgenomen zijn in de inventaris van het bouwkundig Het plangebied van deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ is wel gelegen erfgoed. in oppervlaktewaterwingebied. De activiteiten die binnen het planolo- gisch kader van het RUP voor dit deelplan zullen kunnen gerealiseerd Op de inventaris van het archeologisch erfgoed zijn binnen de plange- worden hebben echter geen of weinig impact op het oppervlaktewater. bieden van dit RUP geen zones aangeduid als (deel van) archeolo- gisch erfgoed. Er zijn geen beschermde landschappen, stads- of dorpsgezichten, of monumenten gelegen binnen de plangebieden van dit RUP. Het deelplan ‘Woestijne 34’ is gelegen binnen gronden met een zeer hoge waardering op de landbouwtyperingskaart. Het deelplan Binnen de plangrenzen van het RUP zijn geen overstromingsgevoelige ‘Steenweg op Deinze’ werd grotendeels opgenomen in de herbeves- gebieden aanwezig. De plangebieden zijn daarbij matig grondwater- tigde agrarische structuur. Gezien met dit RUP vooral het zone-eigen stromingsgevoelig, niet erosiegevoelig en kennen geen hellingen. maken van reeds bestaande bedrijvigheid betreft, zonder daarbij bijko- We kunnen concluderen dat door de aard van het RUP er weinig zal mende onaangetaste landbouwgronden aan te snijden, kan echter ge- veranderen aan de waterhuishouding binnen het plangebied. concludeerd worden dat de impact op de rumtelijk-functionele sa- menhang van de agrarische structuur eerder beperkt is. Alle terreinen binnen de plancontouren van dit RUP zijn infiltratiegevoe- lig. Het zoneringsplan voorziet dat de bedrijvigheid binnen de plangebie- Het RUP zal geen invloed hebben op ongeschonden gebieden inza- den worden aangesloten op een bestaande zuivering, waardoor de op- ke geluid. pervlaktewaterkwaliteit en grondwaterkwaliteit op termijn enkel kan verbeteren. Er zijn geen bijkomende effecten te verwachten op de gezondheid en veiligheid van de mens. De ontwikkelingperspectieven welke binnen dit Het plangebied is niet gelegen in natte bodemsoorten, veen- of poel- RUP geboden worden aan de twee bedrijven zijn vooral gericht op de gronden. Er zijn ook geen bodemverontreinigingen gekend. reorganisatie van de bestaande infrastructuur en het uitbreiden van de nodige opslagruimte. Bovendien wordt dit met RUP een kwalitatieve buf- Het RUP heeft ook geen negatieve effecten op biologisch waardevol- fering van de bedrijvigheid naar zijn omgeving vooropgesteld. Dit zal een le of zeer waardevolle gebieden. duidelijke verbetering vormen voor de ruimtelijke woon- en leefkwa- liteit in de omgeving van beide plangebieden.

Beide plangebieden van dit RUP zijn goed bereikbaar gelegen. Daarbij leiden de mogelijkheden die gecreëerd worden voor de twee bedrijven, niet tot significante wijzigingen in de verkeersproductie.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 81 van 84 ONDERZOEK TOT MER

Uit deze scoping komen wel een aantal aandachtspunten naar voor om 9.5 Externe mensveiligheid mee te nemen in de verdere uitwerking van het RUP:  De externe mensveiligheidsaspecten zijn verwaarloosbaar omwille van Overstromings- en grondwaterstromingsgevoeligheid: het feit dat voorliggend RUP ‘Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34’ Opname in stedenbouwkundige voorschriften van het inperken van geen Seveso-bedrijvigheid omvat. aangelegde verhardingen tot wat noodzakelijk is, alsook het maximaal werken met waterdoorlatende verhardingen, tenzij werken met niet- In de stedenbouwkundige voorschriften van dit RUP zal opgenomen waterdoorlatende verhardingen om bepaalde redenen aangewezen worden dat dit ook in de toekomst onmogelijk zal zijn. Dit is vanzelfspre- zou zijn (bvb. vigerende sectorale wetgeving) kend gezien het hier in hoofdzaak gaat over de ontwikkeling van bedrijfs- sites, welke deel uitmaken van de bebouwde structuur van Aalter.  Infiltratiegevoeligheid Om een inschatting te maken van het aspect externe mensveiligheid, Hemelwater moet daarbij maximaal kunnen infiltreren in de bodem, dient het voorliggende RUP afgetoetst te worden aan de hand van crite- hetzij door gebruik van waterdoorlatende materialen, hetzij door aflei- ria die werden opgenomen onder de vorm van een beslissingsdiagram in ding van hemelwater van verharde niet-waterdoorlatende delen naar bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26/01/2007 houden- de onverharde delen waar het in de bodem kan dringen ofwel naar de nadere regels inzake ruimtelijke veiligheidsrapportage. regenputten; hetzij door afleiding naar daartoe voorziene constructies om het water te bufferen, zonder dat het op enigerlei wijze kan wor- Gelet op het feit dat: den vervuild.  Volgens de gegevens van de dienst VR9 in de plangebieden Vanuit milieukundig oogpunt dient op plaatsen, waar er door de aard van de twee deelplannen van dit RUP geen Seveso- van de activiteiten kans op pollutie is, verplicht gebruik gemaakt te inrichtingen aanwezig zijn; worden van niet-waterdoorlatende materialen, overeenkomstig de vi- gerende wetgeving.  Volgens de gegevens verstrekt in de toelichtingsnota van dit  Geluid RUP geen Seveso-inrichtingen mogelijk zijn binnen het plan- gebied; Opname in de stedenbouwkundige voorschriften dat bij heroriëntering van de bedrijfsactiviteiten, de nieuwe of andere activiteiten niet meer  Volgens de gegevens verstrekt in de toelichtingsnota van dit hinder mogen veroorzaken dan de aanwezige activiteiten. RUP zijn er geen aandachtsgebieden (zoals gedefinieerd in het besluit van de Vlaamse Regering van 26/01/2007 hou- dende nadere regels inzake ruimtelijke veiligheidsrapportage) gepland in het plangebied.

Op basis van bovenstaande aftoetsing stelt er zich op vlak van de exter- ne mensveiligheid geen probleem en worden er geen aanzienlijke effec- ten verwacht inzake externe mensveiligheid.

9 Bron: webstek http://www.lne.be/themas/veiligheidsrapportage/inrichtingen/lijsten.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 82 van 84 ONDERZOEK TOT MER

9.6 Eindconclusie Het plangebied is niet gelegen in natte bodemsoorten, veen- of poelgronden. Er zijn ook geen bodemverontreinigingen De opmaak van een plan-MER wordt niet noodzakelijk geacht vanuit gekend. de project-m.e.r. plicht of de noodzaak tot een passende beoorde- ling. Het RUP heeft ook geen negatieve effecten op biologisch waardevolle of zeer waardevolle gebieden. Vanuit de scoping van de milieueffecten kunnen we het volgende beslui- ten: Er zijn geen ankerplaatsen, lijnrelicten of puntrelichten gele- Uit deze scoping van de milieueffecten kunnen we besluiten dat gen binnen de plancontouren van het RUP. Wel is het plange- er geen VEN-gebieden, Ramsar-gebieden, beschermde duin- bied van deelplan ‘Woestijne 34’ voor het overgrote deel ge- gebieden, natuurreservaten, ecologisch waardevolle gebie- legen in een relictzone. Gezien het RUP reeds bestaande be- den, of beschermingszones voor grondwaterwinning gelegen drijvigheid omvat, zijn er geen bijkomende effecten te verwach- zijn binnen de plangebieden van dit RUP. ten.

Het plangebied van deelplan ‘Steenweg op Deinze 122’ is wel Binnen de plangebieden van het RUP bevinden zich geen relic- gelegen in oppervlaktewaterwingebied. De activiteiten die bin- ten of gehelen welke opgenomen zijn in de inventaris van het nen het planologisch kader van het RUP voor dit deelplan zullen bouwkundig erfgoed. kunnen gerealiseerd worden hebben echter geen of weinig im- pact op het oppervlaktewater. Op de inventaris van het archeologisch erfgoed zijn binnen de plangebieden van dit RUP geen zones aangeduid als (deel Er zijn geen beschermde landschappen, stads- of dorpsge- van) archeologisch erfgoed. zichten, of monumenten gelegen binnen de plangebieden van dit RUP. Het deelplan ‘Woestijne 34’ is gelegen binnen gronden met een zeer hoge waardering op de landbouwtyperingskaart. Binnen de plangrenzen van het RUP zijn geen overstromings- Het deelplan ‘Steenweg op Deinze’ werd grotendeels opge- gevoelige gebieden aanwezig. De plangebieden zijn daarbij nomen in de herbevestigde agrarische structuur. Gezien met matig grondwaterstromingsgevoelig, niet erosiegevoelig en dit RUP vooral het zone-eigen maken van reeds bestaande be- kennen geen hellingen. We kunnen concluderen dat door de drijvigheid betreft, zonder daarbij bijkomende onaangetaste land- aard van het RUP er weinig zal veranderen aan de waterhuis- bouwgronden aan te snijden, kan echter geconcludeerd worden houding binnen het plangebied. dat de impact op de rumtelijk-functionele samenhang van de agrarische structuur eerder beperkt is. Alle terreinen binnen de plancontouren van dit RUP zijn infiltra- tiegevoelig. Het zoneringsplan voorziet dat de bedrijvigheid bin- Het RUP zal geen invloed hebben op ongeschonden gebie- nen de plangebieden worden aangesloten op een bestaande zui- den inzake geluid. vering, waardoor de oppervlaktewaterkwaliteit en grondwa- terkwaliteit op termijn enkel kan verbeteren.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 83 van 84 ONDERZOEK TOT MER

Wel dienen wel een aantal aandachtspunten meegenomen te worden in Er zijn geen bijkomende effecten te verwachten op de ge- de verdere uitwerking van het RUP. Deze worden hieronder opgelijst: zondheid en veiligheid van de mens. De ontwikkelingperspec-  tieven welke binnen dit RUP geboden worden aan de twee be- Overstromings- en grondwaterstromingsgevoeligheid: drijven zijn vooral gericht op de reorganisatie van de bestaande Opname in stedenbouwkundige voorschriften van het inperken infrastructuur en het uitbreiden van de nodige opslagruimte. Bo- van aangelegde verhardingen tot wat noodzakelijk is, alsook vendien wordt dit met RUP een kwalitatieve buffering van de be- het maximaal werken met waterdoorlatende verhardingen, ten- drijvigheid naar zijn omgeving vooropgesteld. Dit zal een duide- zij werken met niet-waterdoorlatende verhardingen om bepaal- lijke verbetering vormen voor de ruimtelijke woon- en leef- de redenen aangewezen zou zijn (bvb. vigerende sectorale kwaliteit in de omgeving van beide plangebieden. wetgeving) Beide plangebieden van dit RUP zijn goed bereikbaar gelegen.  Infiltratiegevoeligheid Daarbij leiden de mogelijkheden die gecreëerd worden voor de twee bedrijven, niet tot significante wijzigingen in de ver- Hemelwater moet daarbij maximaal kunnen infiltreren in de bo- keersproductie. dem, hetzij door gebruik van waterdoorlatende materialen, het- zij door afleiding van hemelwater van verharde niet- waterdoorlatende delen naar de onverharde delen waar het in Er zijn m.a.w. geen aanzienlijke milieu-effecten te verwachten, want: de bodem kan dringen ofwel naar regenputten; hetzij door af- leiding naar daartoe voorziene constructies om het water te  De impact van de bestemmingswijzigingen en de activi- bufferen, zonder dat het op enigerlei wijze kan worden vervuild. teiten die in het kader van dit RUP kunnen worden gerea- liseerd hebben slechts een beperkte potentiële impact op Vanuit milieukundig oogpunt dient op plaatsen, waar er door de de milieu-effecten; aard van de activiteiten kans op pollutie is, verplicht gebruik  Er zijn geen beschermingen in de plangebieden van bei- gemaakt te worden van niet-waterdoorlatende materialen, de deelplannen of in de nabijheid aanwezig die bijzonde- overeenkomstig de vigerende wetgeving. re aandacht vragen;  Geluid  Er zijn geen bijzondere kwetsbaarheden die de te ver- wachten milieu-impact zwaarder zullen doen doorwegen. Opname in de stedenbouwkundige voorschriften dat bij herori- entering van de bedrijfsactiviteiten, de nieuwe of andere activi- teiten niet meer hinder mogen veroorzaken dan de aanwezige Ook de externe mensveiligheidsaspecten zijn verwaarloosbaar. activiteiten.

Bijgevolg kunnen we besluiten dat er geen plan-MER moet worden opgemaakt.

P:\290894\A\RAP\Onderzoek tot mer\290894_Aalter RUP Steenweg op Deinze 122 & Woestijne 34_OTM_KME - voor adviesinstanties.doc blad 84 van 84