Kerngebied Natte Natuur Zoekgebied Ecologische Verbinding Groen
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Kerngebied natte natuur De Vlietlanden worden ontwikkeld tot een kerngebied natte natuur, leefgebied voor de kleine karekiet,Noordse woelmuis en orchis. Zoekgebied ecologische verbinding Groen-Blauwe Slinger Midden-Delfl and maakt deel uit van de Groenblauwe slinger. Deze verbindt de open weilanden rond Stompwijk via het gebied van Oude Leede en het gebied van Midden-Delfl and met de Nieuwe Waterweg. Binnen Midden-Delfl and vormt de verbinding tussen de Ackerdijkse Plassen en de Vlietlanden de zwakste schakel. Met het ontwikkelen van natte, extensief beheerde graslanden worden de Ackerdijkse plassen en Vlietlanden ecologisch sterker met elkaar verbonden. Natuurkerngebied Broekpolder Het bos- en recreatiegebied Broekpolder bij Vlaardingen ligt aanzienlijk hoger dan zijn omgeving. Binnen dit gebied is ruimte voor de ontwikkeling van een natuurkerngebied, als aanvulling op de talrijke natte milieus elders in Midden-Delfl and. Broekpolder 70 - MIDDEN-DELFLAND® 2025 De droge en natte randen van Midden-Delfl and Droge randen Bij Vlaardingen (Broekpolder), Schiedam (Kethel / Kandelaar) en in de Abtspolder ligt, in de overgang naar de stad, een aantal hoger gelegen, intensief ingerichte groengebieden. Hier is ruimte voor intensieve, droge vormen van recreatie. Daarbij kan worden gedacht aan struinbossen, speelbossen en golf, maar ook aan het organiseren van festivals en evenementen voor de regio. De hogere ligging en de draagkracht van de bodem maakt deze gebieden geschikt voor paardenactiviteiten. Natte randen, beslot en Bij Vlaardingen, Schiedam en Delft worden op de overgang naar de stad in de huidige recreatiegebieden ‘natte randen’ ontwikkeld. Deze randen worden gezoneerd opgebouwd, met waar wenselijk meer opgaande beplanting tegen de rand van de stad. Dit gaat over in meer open vegetaties op de rand van het land, om de weidevogels zo min mogelijk te verstoren. Binnen deze randen is naast opgaande beplanting ook ruimte voor water, moeras en open graslanden. Extensieve recreatie wordt gecombineerd met natuurontwikkeling en daar waar een kwantitatieve wateropgave ligt, met waterberging. Om de zichtlijnen naar het kerngebied open te houden, wordt de opgaande beplanting op enkele punten onderbroken. Natte randen, open Op de overgang naar het Westland ontwikkelen we een waterrijke natuurrand. Hier wordt waterberging gecombineerd met de ontwikkeling van een kleinschalige afwisseling van rietlanden en graslandvegetatie. Hierdoor ontstaat een overgang van open polder naar glastuinbouwgebied. Het glastuinbouwgebied zal niet aan het zicht worden onttrokken, maar ruimtelijk minder dominant zichtbaar worden gemaakt. Kamerschermen Rond de Woudsepolder wordt met smalle, hoogopgaande beplanting een effectieve ruimtelijke afzoming van het open landbouwgebied gerealiseerd. Deze wordt ontwikkeld op een 20 meter brede kade, aan weerszijde begeleid door een 6 meter brede sloot. Over deze kade voert een eenvoudig wandelpad, afwisselend door de bossingel en op de overgang naar de polder. Deze sloten dragen ook bij aan een uitbreiding van de waterberging. Parel ’t Woudt Rondom ’t Woudt worden extra eisen gesteld aan behoud van de openheid en aan de beeldkwaliteit (van fietspad tot schuur) opdat ’t Woudt zich kan tonen als een parel in een open, agrarische setting. ATLAS LANDSCHAPONTWIKKELINGSPERSPECTIEF MIDDEN-DELFLAND® 2025 - 71 Groene lopers, poorten en entrees Aantrekkelijke en sociaal veilige routes koppelen de steden met het land. Groen-blauwe lopers zetten zich vanuit het centrum van de stad voort tot ver in het landelijk gebied. Omgekeerd reiken zij vanuit het hart van het land tot diep in het stedelijk weefsel. Stad en land leggen als het ware hun groen-blauwe loper naar elkaar uit. Gekoppeld aan deze groen-blauwe lopers (ook wel groene vingers genoemd) worden poorten en ‘entrees tot het land’ ontwikkeld. Deze overgangen van stad naar land zijn goed ontsloten (per fi ets, OV en/of auto) en voorzien van voorzieningen met gebiedsinformatie en herkenbare routes naar het landelijke gebied. Afhankelijk van de locatie zijn er mogelijkheden voor aanvullende voorzieningen die passen bij het karakter van de omgeving: hoogwaardige parkeervoorzieningen overstappunten openbaar vervoer en fi ets, fi etsverhuur, verkoop van streekproducten en in een enkel geval horeca. Elke poort en entree krijgt, rekening houdend met een aantal uniforme uitgangspunten, een eigen karakter, afhankelijk van de stad, de plek en aanwezige voorzieningen. De Gaag 72 - MIDDEN-DELFLAND® 2025 Gaag als recreatieve ruggengraat De Gaag is een route voor lokaal verkeer die echter gedurende grote delen van de dag veel door (boven)regionaal verkeer wordt gebruikt. Dit sluipverkeer leidt tot een verkeersintensiteit die uit het oogpunt van veiligheid niet acceptabel is. In het verleden is de wegbreedte herhaaldelijk aan de verkeersintensiteit aangepast. Het wegprofi el is hierdoor niet in overeenstemming met de historische kwaliteit en waarde van dit lint. Een verdere verbreding is geen optie, de rek is er letterlijk uit. De oplossing wordt gezocht in de omgekeerde weg: het omliggende wegennet wordt beter geschikt gemaakt voor de opvang van het regionale verkeer en de Gaag wordt weer ingericht als een weg voor lokaal verkeer. Dit betekent dat de Gaag wordt teruggebracht tot een smalle (klinker)straat met beplanting. Bovenlokaal verkeer herkent aan het wegprofi el dat op de Gaag geen tijdwinst valt te behalen. Door deze herprofi lering herkrijgt de Gaag de ruimte zich te ontwikkelen tot recreatieve ruggengraat van het Midden-Delfl andgebied. Aan de Gaag zijn nu al toeristische trekkers als Op Hodenpijl en de Lickebaertshoeve te vinden. Gekoppeld aan deze recreatieve ruggengraat wordt ingezet op een uitbreiding van de verkoop van streekproducten en agrarische dienstverlening, waardoor het lint van de Gaag zich daadwerkelijk als een ‘streekboulevard’ kan manifesteren. Deze trekkers kunnen worden voorzien van aanlegplaatsen, zodat deze voorzieningen ook over het water zijn te bereiken. Veranda aan de Nieuwe Waterweg Midden-Delfl and is een landschap aan de rivier. Teneinde de relatie met de rivier nieuwe kracht bij te zetten wordt aan de Nieuwe Waterweg een ‘veranda’ ontwikkeld. Een plek waar je van een royaal uitzicht over de Nieuwe Waterweg kan genieten en je tegelijkertijd verbonden weet met het eeuwenoude cultuurlandschap in de rug. Hier ervaar je de historische relatie tussen Midden-Delfland en de rivier. Deze veranda is met vaarroutes over de boezem en met fi ets- en wandelpaden gekoppeld aan het open weideland aan gene zijde van de A20. Aan de ‘Veranda aan de Nieuwe Waterweg’ wordt een aanlegsteiger ontwikkeld voor de waterbus, die vanuit het centrum van Rotterdam via Vlaardingen en Maassluis naar Hoek van Holland vaart. Vismigratie Het waterpeil in de polders wordt beheerst met stuwen en gemalen. Voor vissen zijn deze stuwen en gemalen vaak onneembare barrières. Om vissen van buiten Midden-Delfl and, maar ook binnen Midden-Delfl and te laten migreren worden voorzieningen getroffen. Hierbij kan de vis vanuit het buitenwater naar de polders migreren en omgekeerd. Ten behoeve van de migratie van de paling en driedoornige stekelbaars worden in de Nieuwe Waterweg een zestal visinlaatplekken ontwikkeld. Ook relevante gemalen worden voorzien van voorzieningen voor de vismigratie. ATLAS LANDSCHAPONTWIKKELINGSPERSPECTIEF MIDDEN-DELFLAND® 2025 - 73 Bijzondere openbare functies op historische gronden In de Groeneveldse Polder en in de Dorppolder hebben tot in de twintigste eeuw buitenplaatsen gelegen. Deze historische locaties kunnen worden ontwikkeld voor bijzondere openbare functies in de vorm van een landgoed. Oost-westrelaties Midden-Delfl and wordt op een aantal plaatsen van noord naar zuid door infrastructuur (A4, A20, spoor, Schiekanaal) doorkruist. Hierdoor zijn voor mens en dier barrières in de oost-west relaties ontstaan. Op een aantal plaatsen worden de barrières voor mens en dier opgeheven door de aanleg van onder- en overdoorgangen. Panorama’s Vanaf de randen van de hooggelegen recreatiegebieden bij Vlaardingen (Broekpolder) en Schiedam (Woudhoek, Sveaparken, Kethel / Kandelaar) geniet je van een welhaast on- Nederlands panorama over de lager gelegen weilanden. Vanaf dit hoger gelegen standpunt zie je tot ver in het open landschap. Deze panoramapunten worden verder ontwikkeld. 74 - MIDDEN-DELFLAND® 2025 Rode ontwikkelingen/ Nieuwe economische activiteiten Voor stedelijke ontwikkelingen is slechts ruimte voorzover zij reeds zijn vastgesteld. Bij het vrijkomen van agrarische gebouwen willen we deze benutten om de dominantie functies van Midden-Delfland te versterken. Kleinschalige horeca, recreatie, zorg en innovatieve bedrijvigheid kunnen zich hier vestigen. Voorwaarde is dat het karakter en de schaal van de activiteiten passen bij Midden-Delfl and. Nieuwe activiteiten mogen niet leiden tot een grotere druk op ruimte. Maaslandse dam Op het snijpunt van de Oostgaag en de Westgaag wordt het verspreidliggende glas gesaneerd en komt er een bijzonder aantrekkelijk en voor Nederland tamelijk uniek buurtschap. Hier zullen zorg, diensten, educatie, horeca en bed & breakfast, kunst, cultuur en vrijetijdsbesteding elkaar versterken. Randvoorwaarde daarbij is dat de voorzieningen aansluiten bij het agrarische karakter van het gebied en zorgvuldigheid, verantwoordelijkheid en authenticiteit uitstralen (conform de Cittaslow fi losofi e). Niet-agrarische ondernemers in het buitengebied Voor niet-agrarische ondernemers in het buitengebied is het mogelijk om de bestaande oppervlakte van hun onderneming uit te breiden.