<<

Woonakkoord Oost-Nederland

Woonakkoord Oost Woonakkoord Oost-Nederland

Met trots bieden we u het Woonakkoord Oost-Nederland aan en nodigen het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uit samen hieraan verder te bouwen. Een akkoord dat de steden en , de regio’s -- en Arnhem-Nijmegen-FoodValley/Ede en de provincies en met het Rijk willen sluiten.

We zijn blij dat het Rijk de grote urgentie van de woningbouwopgave in Oost-Nederland ziet en daar met ons op verder wil bouwen. We willen in genoemde steden en regio’s in de komende 5 jaar 75.000 woningen bijbouwen voor starters, doorstromers en alleenstaanden. We zijn bereid om naar innovatieve en flexibele bouwwijzen en verstedelijking te kijken om snel en slim mensen van een huis te voorzien.

De Randstad verschuift naar het Oosten Alleen al vanuit de Randstad verwachten we de komende 5 jaar zo’n 60.000 nieuwe huishoudens in het oosten. De verhuisstroom uit de Randstad zorgt voor een snelle verstedelijking in onze steden. Er is nog steeds een grote verhuisstroom naar de Randstad, maar dat zijn vooral jonge mensen die geen huis achter laten. De nieuwkomers vanuit de Randstad zijn vooral gezinnen en ouderen die een nieuwe woning zoeken.

We delen de grote woonopgave op in een woondeal voor de steden Arnhem en Nijmegen waar de woningnood het meest urgent is en een verstedelijkingsstrategie voor de regio’s Zwolle-Deventer- Enschede en Arnhem-Nijmegen-FoodValley/Ede. Met aandacht voor de bereikbaarheid van de steden en binnen de steden. Het gaat daarbij niet alleen om weg-, spoor- en fietsverbindingen, maar ook om nieuwe vormen van mobiliteit. We kijken daarbij niet alleen naar bouwprojecten die klaar liggen om snel te bouwen, maar ook naar complexe locaties waar we met meer partijen aan integrale, grote gebiedsontwikkelingen werken.

De stikstofproblematiek speelt daarbij een belangrijke rol. Met de Veluwe heeft Gelderland niet alleen het grootste Natura 2000 gebied binnen haar grenzen, maar daarnaast zijn ook de natuurgebieden rond de rivieren een uitdagend vraagstuk. Meer dan de helft van de natuurgebieden liggen in Oost-Nederland.

Ruimte voor corporaties De nadruk van het Woonakkoord Oost ligt op het bouwen van betaalbare woningen voor starters, doorstromers en alleenwonenden. Onze woningcorporaties hebben daar een grote verantwoordelijkheid in en hebben voldoende investeringsruimte nodig om te blijven bouwen. We gaan er van uit dat met dit Woonakkoord de corporaties in onze regio’s gebruik kunnen maken van de korting op de verhuurdersheffing, zoals past bij regio’s waar de woningnood hoog is en de druk op de woningmark groot.

Wij kijken uit naar een mooie samenwerking waarbij we samen verder bouwen aan Oost-Nederland! Naar een groene metropoolregio: Arnhem, Nijmegen en Food Valley Naar een groene metropoolregio: Arnhem Nijmegen en FoodValley

De urgentie

gemeente Woningtekort in 2018 als % van de woningvoorraad Arnhem 5085 6,8% Nijmegen 7122 9,0% Ede 1450 3,0%

De steden Arnhem, Nijmegen en Ede hebben met de omliggende regio de ambitie om door te groeien naar een groene metropoolregio van internationale betekenis. Op dit moment heeft de regio Arnhem-Nijmegen en FoodValley samen een inwoneraantal van ruim 1 miljoen in een sterk verstedelijkt gebied. Tussen 2008 en 2018 behoren Nijmegen en Arnhem tot de sterkst groeiende steden in Nederland. Deze mensen komen ook van buiten de regio en uit de Randstad. In de periode tot 2030 zal het inwoneraantal in Arnhem en Nijmegen nog eens toenemen met respectievelijk 8,4% en 10,8%. Zowel Ede, Arnhem als Nijmegen staan hoog in de top-10 steden met het hoogste woningtekort. In 2040 is het woningtekort van Nijmegen zelfs dubbel zo groot als en is dan verreweg het hoogste van het land.

Ede is wat instroom betreft inmiddels onderdeel van de brede Randstad geworden. Het aantal mensen dat naar Ede verhuist vanuit de Randstad () is groter dan omgekeerd.

verhuisstroom van en naar Oost Nederland vanuit de randstad

Kijken we naar de totale verhuisstroom dan zien we dat de steden Arnhem en Nijmegen veel mensen trekken vanuit de regio.

De totale verhuisstroom van en naar Oost Nederland en van en naar de Randstad Op de hittekaart is goed te zien dat transacties, koopsommen en huishoudensontwikkelingen leiden tot een hittegebied dat zich uitstrekt tot de Gelderse steden.

Woningtekort in woningmarktgebieden 2018 2020 2030 2040 Nijmegen 5,5% 6,4% 6,8% 6,1% Arnhem 3,8% 3,6% 3,0% 2,2% Ede 4,5% 4,3% 3,8% 3,2%

De huishoudensprognoses van Primos en PBL laten ook zien dat de bevolkingsgroei doorzet naar 2040 en dat zeker Ede een steile groeicurve heeft. Onze Steden en regio’s Onze steden zijn niet voor niets populair, ze zijn erg prettig om te wonen. Ze zijn niet alleen omringd door groen, ruimte en rust, maar zijn ook van zichzelf veilige en groene steden waar het volgens de atlas voor gemeenten fijner wonen is dan in bijvoorbeeld Den Haag, of . Ze zijn nu nog goede bereikbaar met het OV, de auto en de fiets en daar wordt ook flink in geïnvesteerd. Bij de volgende OV aanbesteding wordt ingezet op volledig zero-emissie, er worden snelfietspaden aangelegd en we werken eraan om fiets en wandelaar ook in de stad nog meer ruimte te geven. Samen vormen ze een economische regio waarin Food, Health en Energy belangrijke magneten zijn voor het vestigen van bedrijven en mensen. Dat is iets om trots op te zijn, maar geeft ook aan dat er dus een grote en complexe opgave ligt om dit prettige woonmilieu zo te houden en tegelijk de tienduizenden toekomstige inwoners van een huis te voorzien. Gezien de dichtheid van Natura2000 gebieden ligt er een extra uitdaging om te kunnen blijven bouwen en tegelijk de natuur niet verder te belasten. Dit past bij onze wens om het fossiele tijdperk achter ons te laten.

De scope van het woonakkoord Om onze steden hun eigen karakter te laten houden en wel flexibel in te kunnen spelen op de groei van inwoners willen wij een aantal zaken opnemen in de woonakkoord: • Op een aantal concrete locaties in de steden Arnhem en Nijmegen en de regio’s FoodValley en Arnhem- Nijmegen zetten we in op korte en lange termijn versnellen van de woningbouw in combinatie met klimaatadaptatie, circulair, energietransitie en natuurinclusief bouwen. Daardoor voegen we binnen een aantal jaren een fors aantal woningen toe, maar werken we ook richting 2040 aan het voorkomen van krapte op de woningmarkt. We kijken daarom zowel naar snelle als meer complexe locaties. • Om die snelheid waar te kunnen maken willen we dat alle corporaties in onze regio’s gebruik kunnen maken van de heffingskorting op de verhuurdersheffing om zo te kunnen investeren in nieuwbouw. • De bereikbaarheid binnen steden en van steden vormt een centraal thema waarbij we focussen op concentratie rondom mobiliteitsknooppunten, het Toekomstbeeld OV 2040 als uitgangspunt nemen en inzetten op het integraal ontwerpen van locaties waarbij er minder ruimte is voor de auto en meer • voor fiets, lopen, OV en nieuwe vormen van mobiliteit. • Belangrijk onderdeel daarin zijn flexwoningen die 10 of 15 jaar kunnen staan en dan elders volledig hergebruikt kunnen worden. Flexwoningen van een kwaliteit die niet onder doet voor permanente bouw.

Samen De steden en hun woonopgaven kunnen we niet los zien van de regio’s. In het Woonakkoord willen we de woondeal en de verstedelijkingstrategie in samenhang uitwerken en bij beide kijken naar de breedte van de opgave en de korte en middellange termijn. We zijn als overheden ook zeker niet de enige partij die de versnelling van de bouw tot stand moeten brengen. We willen daarin samen optrekken met alle andere partijen die een rol spelen of kunnen gaan spelen in de versnelling van de bouw, de bereikbaarheidsvraagstukken die dat meebrengt en de duurzaamheids- en leefbaarheidsaspecten. Dit geldt eveneens voor het Rijk waarbij we niet alleen kijken naar BZK, maar ook naar I&W en eventueel andere ministeries om de breedte van de opgave recht te doen. Zelf werken we natuurlijk ook aan de versnelling van de woningbouw met het programma Steengoed Benutten, de toekomstbestendig wonen regeling, de regionale woonagenda’s en het actieplan wonen voor betaalbare woningen.

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1 Woonakkoord Oost-Nederland

Hoofdstuk 2 Stad Zwolle als steppingstone

Hoofdstuk 3 Naar een Woonakkoord Zwolle

Hoofdstuk 1 Woonakkoord Oost-Nederland

De provincies Gelderland en Overijssel hebben met de grote steden binnen het landsdeel en het ministerie van BZK de afgelopen periode een kwantitatieve en kwalitatieve verkenning gedaan naar de verstedelijkingsopgave die op de stedelijke netwerken binnen het landsdeel afkomt. Zoals reeds bekend is de verstedelijkingsdruk in de gebieden die dichtbij de grens met de provincie Utrecht liggen groot, omdat daar sprake is van een forse overloop vanuit de Randstad vanwege de relatief korte reistijd. De verkenning wijst daarnaast uit dat ook voor de steden Arnhem, Nijmegen, Deventer en Zwolle de verstedelijkingsdruk toeneemt, als gevolg van de overloop vanuit de Randstad en de trek naar de stad vanuit omringende gemeenten. In geval van Nijmegen komt daar nog autonome bevolkingsgroei en de jaarlijkse aanwas van studenten uit grote delen van Nederland bij. Voor Zwolle geldt naast de autonome bevolkingsgroei een aantrekkingskracht vanuit vooral Noord-Nederland. Ter illustratie heeft Nijmegen nu al procentueel het grootste woningtekort na de steden met de meest overspannen woningmarkten in Nederland; Amsterdam en Utrecht, met 6%. En Zwolle kent momenteel een krapte indicator van 1,7, wat tevens duidt op een overspannen woningmarkt. (De krapte indicator geeft het aantal keuzemogelijkheden voor een koper op de woningmarkt weer).

De verstedelijkingsopgave is dus groot. Dat biedt kansen voor de groei van de steden in de regio Oost Nederland. Maar gaat ook gepaard met een woningbouwopgave van ruim 40.000 extra woningen op de vorige prognoses tot 2040. De groei van het aantal inwoners leidt tot toenemende mobiliteitsbewegingen, op een nu al zwaar belast mobiliteitssysteem. Naast uitdagingen omtrent woningbouw en bereikbaarheid, speelt het behouden en benutten van de kwaliteit van het landschap en het natuurlijk systeem een belangrijke rol.

Uit de verkenning blijkt dat Landsdeel Oost aantrekkelijk is vanwege de afwisseling tussen stedelijkheid en groen, de nu nog redelijke bereikbaarheid en het aanbod van een relatief betaalbare woningvoorraad. Randstedelingen kunnen hier voor eenzelfde bedrag een groter huis met minder buren kopen. Daarbij blijft een grote graag in stedelijk milieu wonen. De prognoses wijzen uit dat deze verstedelijkingsdruk zich ook op langere termijn blijft manifesteren. De uitdaging is om de verstedelijking op dusdanige wijze vorm te geven dat de kwaliteiten van Oost-Nederland worden behouden en versterkt en er tegelijkertijd ruimte geboden wordt aan woningbouw, voorzieningen en de bijbehorende bereikbaarheids- maatregelen, klimaatadaptatie en energietransitie. Het is van belang om gezamenlijk te werken aan toekomstbestendige verstedelijking en daarom zullen de provincie Gelderland en Overijssel samen optrekken om samen met BZK te komen tot een Woonakkoord Oost. Waarbij als eerste uitwerking de steden Ede, Arnhem, Nijmegen met het Ministerie van BZK en I&W de handen ineenslaan om een Woondeal te sluiten. De provincie Overijssel, gemeente Zwolle en BZK pakken de woningbouwopgave samen aan in een gezamenlijk op te stellen verstedelijkingsstrategie en starten het gesprek over een Woonakkoord Zwolle. Hierbij worden ook steden Deventer en Enschede eventueel betrokken.

Het Woonakkoord en verstedelijkingsstrategie kennen de volgende ingrediënten: • Kansen voor hoog stedelijke bouw, innovatieve stedelijke ontwikkeling, concentratie rondom mobiliteitsknooppunten en flexibele woonvormen. • Een aantal pilots in de steden Ede, Arnhem, Nijmegen, Zwolle en Deventer uit te voeren waarbij ingezet wordt op de mogelijkheden op korte, middellange en lange termijn voor binnenstedelijke woningbouw in combinatie met klimaatadaptatie, energietransitie en goede bereikbaarheid. • De bereikbaarheid binnen steden en van steden tot een centraal thema te maken en daarbij aan te haken bij het Toekomstbeeld OV 2040. • In te gaan op het vraagstuk in binnenstedelijke transformaties woningen te bouwen die aansluiten bij de behoefte, zoals betaalbare koop, of jongeren die instromen in de stad een doorlopende wooncarrière te kunnen bieden.

Op de hittekaart is goed te zien dat transacties, koopsommen en huishoudensontwikkelingen leiden tot een hittegebied dat zich uitstrekt tot de steden in Oost-Nederland.

Hoofdstuk 2 Stad Zwolle als steppingstone

Overijssel is ‘Nederland in het klein’. Er wordt volop gebouwd én getransformeerd. Deze combinatie-opgave is complex en kenmerkend voor Overijssel. In heel Overijssel is ook na 2030 nog huishoudensaanwas. Het is een groeiprovincie, waarbij de sterkste groei in de regio rond Zwolle zal plaatsvinden. Door migratie zijn de meest recente ramingen van het CBS weer verder toegenomen. Op de prognosekaarten licht vooral het stedelijk gebied van Zwolle op. In Zwolle en Deventer, uitlopers van ‘het rompertje’, wordt gewerkt aan kwantitatieve schaalsprongen. Deventer groeit van 100.000 naar 110.000 inwoners en Zwolle van 140.000 naar minimaal 160.000. In Zwolle leidt dit tot een verdubbeling van de voorgenomen nieuwbouwproductie.

Door deze oververhitte woningmarktsituatie aan de westkant van Overijssel, is er ook in de omliggende gemeenten een druk op de lokale woningmarkten. Zwolle speelt hierin in veel opzichten de rol van steppingstone naar omliggende steden. In Overijssel zijn dat Deventer en Enschede, maar ook buiten Overijssel is deze rol merkbaar naar steden als en . De grote druk op de woningmarkt zie je in Enschede terug in een zeer groot aantal additionele nieuwbouwplannen op binnenstedelijke transformatielocaties. Uit gesprekken met een in heel Oost-Nederland opererende makelaar blijkt dan ook dat de kraptecijfers in Enschede vergelijkbaar zijn met die van Zwolle.

In al deze drie steden is de woningmarkt erg krap. De druk op de woningmarkt is in Zwolle het grootst en daarom zoomen we in op Zwolle. inds gaat de groei sneller dan verwaht, met een gemiddelde woningvraag van . per jaar. e zien hierbij een toenemende vraag naar stedelijk wonen en een trek uit de andstad naar andere grote steden met een goede verbinding over weg en spoor zoals Zwolle. Deze trend betekent dat Zwolle serieus rekening moet houden met een grotere groei en zih voorbereid op een shaalsprong om deze groei vooral binnenstedelijk te failiteren. De strategishe ligging op het knooppunt van belangrijke verbindingen – over de weg, het spoor en het water – maakt de regio een verbindende shakel tussen est, Oost en NoordNederland. Zwolle voegt zih zo tot het vierkant met msterdam, otterdam en Eindhoven. et de aanleg van de anzelijn Noordelijke andstad en de snelweg naar Noord Duitsland de doortrekking van de E komt de gehele regio zeer sterk als spin in het internationale bereikbaarheidsweb te liggen.

In Zwolle en Enshede lopen twee pilots met het andelijk Epertteam oningbouw van Z met als doel om tot versnelling te komen woningbouw. Onderdeel van de pilot in Zwolle is om nieuwe manieren van gebiedsontwikkeling te vinden en te realiseren. aar ook het adaptief programmeren – waar Overijssel zih als provinie in ondersheid – staat op deze agenda. In het kader van O is Zwolle ook onderdeel van de snelle O verbinding. Dit betekent dat Zwolle nog aantrekkelijker wordt om te gaan wonen. In de propositie van klimaatbestendige groeiregio laat Zwolle zien hoe ze deze sprong wil maken en tegelijkertijd de NOIopgaven in dit gebied oppakt. En in Zwolle werken we op een unieke manier samen met marktpartijen binnen het onilium. En we doen dat in Zwolle gebiedsgeriht. eente prognoses laten zien dat Zwolle nog een groei in huishoudens kent van

Hoofdstuk 3 Naar een Woonakkoord Zwolle

Overijssel en haar steden hebben een mentaliteit van ‘samen de schouders eronder’. En het coalitieakkoord ‘Samen bouwen aan Overijssel’ kan daarom niet treffender. Dit maakt ook dat onze steden plannen klaar liggen die zogenaamd ‘shovelgereed’ zijn.

- - - -

De vijf geselecteerde gebiedsontwikkelingen hebben gemeen dat het gaat om grote complee projecten die veel vergen van de betrokken partijen. ua proces inhoud en middelen is etra inzet noodzakelijk. ls provincie doen wij ons best hiervoor en zijn we veelvuldig in gesprek maar inzet vanuit geeft de krachtige impuls die gevraagd is.

lle gebiedsontwikkelingen hebben de focus op bereikbaarheid. ij zijn gelegen in of nabij de spoorzones. De betrokken steden zetten in op verdichting van het bestaand stedelijk gebied en koppelen dit aan behoud van cultuurhistorische waarden en versnelling van doelen omtrent klimaatadaptatie. Door de centrale ligging wordt in alle gevallen stevig ingezet op gevarieerde woonmilieus met voldoende ruimte voor betaalbaarheid. Dit maakt het financieel rondkrijgen van de businesscases problematischer. ot slot willen wij noemen dat bij alle vijf ontwikkelingen een diverse mi aan partijen betrokken is. Er is sprake van verdeeld grondeigendom en betrokkenheid van meerdere ontwikkelende partijen.

ij geven een overzicht van de belangrijkste kenmerken per gebiedsontwikkeling. ij zien deze ontwikkelingen graag als onderwerp van gesprek met het ijk. et de gedachte dat de praktijk de beste leermeester is. e cordineren daarom graag een egiotafel in het hart van de Spoorzone van wolle. Dit is een logische verdieping van de pilot adaptief programmeren die wij met het andelijk Epertteam oningbouw van hebben lopen in wolle.

provincie Gelderland, Overijssel, Woonakkoord Oost

19 700 103