RED STAR LINE CRUISES

INHOUD

INLEIDING (Philip Heylen) 8

CRUISES EN DE 14

Het toevluchtsoord. De cruiseschepen van de Red Star Line (Bram Beelaert) 16

‘Selling a boatride’. Hoe de Red Star Line toeristenreizen 36 en cruises in de markt zette (Marie-Charlotte Le Bailly)

De crew op cruise. Een blik achter de schermen van 54 het drijvende hotel Belgenland (Marie-Charlotte Le Bailly)

‘Bring back a new self!’ Vrouwen aan boord van 72 de Red Star Line-cruises (An Lombaerts)

CRUISES EN DE WERELD 88

Het interbellum. Een wereld van contrasten (1919-1939) (Gerrit Verhoeven) 90

Een wereld van bestemmingen. Een wereld van reizen (Mike Robinson) 102

Hawaï. Promotie voor het paradijs (DeSoto Brown) 114

Reizen naar Egypte van de negentiende eeuw tot de Tweede Wereldoorlog. 124 Thomas Cook, het moderne reizen en de opkomst van het Amerikaanse tijdperk (Waleed Hazbun)

CRUISES EN TOERISME 134

Homo Touristicus. Een geschiedenis met zevenmijlslaarzen (Gerrit Verhoeven) 136

Gepamperd in een gouden kooi op de Middellandse Zee (Ayfer Erkul) 148

Notenapparaat 160

Chronologisch overzicht van Red Star Line-cruises 168

Bibliografie 172

Over de auteurs 175

INLEIDING ★

Philip Heylen

Schepen voor Cultuur, Economie, Stads- en Buurtonderhoud, Patrimonium en Erediensten, Stad Antwerpen

Beste lezer, interventies en thematische presentaties leggen ze de link tussen het historische kernverhaal en de bredere thematiek van mense- Voor u ligt het tweede boek van het Red Star Line Museum bij lijke migratie. Trouw aan de formule van het museum, vertrekt Davidsfonds Uitgeverij. Het eerste verscheen in het najaar van ‘Cruise Away. Met de Red Star Line de wereld rond’ van de ge- 2013, toen het nieuwe museum zijn deuren opende in Antwer- schiedenis van de Red Star Line als cruisemaatschappij en de pen, op de plek in de oude haven waar ooit ongeveer twee miljoen ervaringen van de cruisereizigers, om het publiek te laten reflec- landverhuizers de boot naar Amerika namen. teren over de mens als toerist. Wat hoopt een mens te vinden op Zowel museum als boek werd een succes. Ze legden de ver- reis? Vindt hij het ooit werkelijk? geten geschiedenis van de Europese emigratie naar Amerika via Toerisme is misschien niet het eerste waar men aan denkt Antwerpen bloot en gaven de verhalen van de passagiers van wanneer het gaat over migratie en menselijke mobiliteit, maar de Red Star Line de plek die ze verdienen in ons collectieve ge- het belang ervan is niet te onderschatten. Volgens de Wereld heugen. In de historische vertrekhallen van de rederij, waar de Toerisme Organisatie van de Verenigde Naties reisden in 2015 emigranten uit de werden gecontroleerd en gedesin- meer dan een miljard toeristen de wereld rond. De reisindustrie fecteerd vooraleer ze aan boord mochten, komen hun ervaringen is daarmee een belangrijke kracht in de wereldeconomie. Het opnieuw tot leven. Die levensverhalen van Europese emigranten ontstaan van het massatoerisme heeft vele oorzaken. Een daar- overstijgen het strikt historische. Ze gaan over de emoties van van is de ontwikkeling, in de tijd van de Red Star Line, van een mensen die alles achterlaten op zoek naar een beter leven en heb- wereldwijd netwerk van stoomverbindingen op zee en aan land. ben daardoor een universele dimensie. De Red Star Line-rederij Dat netwerk was een van de motoren achter de Europese land- was actief van 1873 tot en met 1934, maar haar verhaal staat voor verhuizing naar de overzeese gebieden tijdens de negentiende en het tijdloze fenomeen van menselijke migratie. Dat maakt het twintigste eeuw. Tegelijk bood het ook de happy few de mogelijk- museum vandaag relevanter dan ooit. heid om de wereld te bereizen voor het plezier: zonder gevaar en Dit boek gaat in op een andere episode in de geschiedenis van in alle comfort. de Red Star Line, namelijk de cruises die de rederij vanaf de jaren Red Star Line zette haar cruiseschepen in de markt als drij- 1920 organiseerde. In 1921 en 1924 stelden de Verenigde Staten vende paleizen en de ultieme ontmoetingsplaats voor de high quota in. Slechts een beperkt aantal immigranten mocht nog het society. Wie zich de ontzaglijke kostprijs van een wereldcruise land binnen. Het passagiersverkeer tussen Europa en de Verenig- of een cruise naar de Middellandse Zee kon permitteren, kwam de Staten kelderde en deed de rederijen op zoek gaan naar andere voor de duur van de trip terecht in een exclusieve omgeving waar bronnen van inkomsten. Ze vonden die in het opkomende toeris- alleen de rijken en superrijken vertoefden. Een leger aan boord- me. De oceaanstomers die jarenlang emigranten over de grauwe personeel werkte zich uit de naad om het iedereen naar de zin te Atlantische Oceaan hadden vervoerd, werden omgebouwd tot maken. De reisroute, het entertainment aan boord, de uitstapjes cruiseschepen die de superrijken naar de meest exotische uithoe- aan land, alles was minutieus voorbereid en op voorhand gere- ken van de aarde brachten. geld. De cruises aan het begin van de twintigste eeuw waren de Dit boek vergezelt de tentoonstelling ‘Cruise Away. Met de blauwdruk voor de cruises van vandaag. Red Star Line de wereld rond’, die van 14 oktober 2016 tot 24 Amerikanen, en later Britten, vormden de voornaamste april 2017 in het Red Star Line Museum loopt. Het museum heeft doelgroep van de Red Star Line-cruises. De brochures pakten naast de vaste opstelling een gevarieerd programma van tijde- uit met de luxe en het comfort aan boord, maar appelleerden lijke tentoonstellingen ontwikkeld. Door middel van artistieke tegelijk aan de zin voor avontuur. In de illustere voetsporen van

10 de grote ontdekkingsreizigers konden de cruisegangers de we- men over verre bestemmingen, terwijl de souvenirs herinneren reld ontdekken en verkennen. Aan boord werden lezingen ge- aan de reis. houden over de landen en steden die werden bezocht. Koppels Als rode draad door het boek lopen foto’s van Mashid Mo- namen hun (klein)kinderen mee, want een jaar op reis was goed hadjerin. Samen met journaliste Ayfer Erkul scheepte de gelau- voor hun opvoeding. werde fotografe in het voorjaar van 2016 op vraag van het mu- De tentoonstelling, maar ook dit boek, is meer dan alleen een seum in op een cruise van msc Cruises door de Middellandse nostalgische terugblik op de roaring twenties. Tegelijk waren de Zee. Ze volgden een stuk van een van de routes van de Red Star schepen gouden kooien, die met al hun comfort de passagiers ook Line-cruises. De Middellandse Zee was en is nog altijd een van ’s afsloten van de gebieden die ze bezochten. Tijdens de landexcur- werelds grootste toeristische trekpleisters. Maar Griekenland en sies kleurden de koloniale vooroordelen en de mondiale kloof tus- Italië zijn door de economische recessie en de vluchtelingencrisis sen arm en rijk de contacten tussen de toeristen en de lokale be- tegelijkertijd het toneel van de ergste humanitaire Europese ram- volking. Velen genoten met volle teugen wanneer ze in Hawaï een pen van de laatste jaren. Erkul en Mohadjerin zagen tijdens hun bloemenkrans om de schouders kregen van een lokale schone. Of cruise hoe steeds wordt weggekeken van alles wat niet strookt ze keken met bewondering toe hoe jongens in de Caraïben of Stille met het beeld uit de vakantiebrochures. Oceaan van de boorden van het schip naar fooien doken die ze net De foto’s van Mohadjerin en het verslag van Erkul zijn een in het water hadden gegooid. Of ze lieten de wel heel aardse toeris- passende aanvulling op het historische verhaal, zeker in een tijd tenindustrie van de ‘hemelse stad’ Jeruzalem met graagte over zich als deze. De betaalde vakantie is een van de grote verworvenhe- heen komen. Toch vroegen, zoals u zal lezen, sommige deelnemers den van de moderne tijd. Wie heel het jaar hard gewerkt heeft, zich toen al af hoe waarachtig hun toeristenervaring eigenlijk was. kan zich zonder al te veel gêne tegoed doen aan enkele weken za- Wetenschappelijke medewerkers van het Red Star Line Mu- lig nietsdoen. Toch doen we er goed aan om niet te vergeten dat seum schetsen samen met internationale experts een beeld van toerisme in onze ongelijke wereld, ook al is ze in haar essentie een het leven aan boord van de cruiseschepen en de achtergronden positieve kracht zowel voor de reiziger als voor de bestemming, waartegen die werden georganiseerd. De vele dagboeken en reis- nooit geheel vrijblijvend is. Dat was al zo toen de cruiseschepen verslagen uit de collecties van het museum werpen een licht op de van de Red Star Line tijdens de jaren 1920 van kolonie naar kolo- ervaringen van de mensen aan boord van de cruiseschepen. Ver- nie voeren. schillende perspectieven komen aan bod, zoals dat van de crew die het ‘drijvende hotel’ moest beheren en dat van de vrouwelijke passagiers, die door de reclame als geen ander werden geviseerd. Verder wordt stilgestaan bij de tijdgeest van het interbellum, een wereld van contrasten, van overvloed en onbehagen. Terwijl Europa maar moeizaam herstelde van de verwoestingen van de Eerste Wereldoorlog, nam de economie in Amerika snel een hoge vlucht. Aan het doorgedreven optimisme van de roaring twenties kwam echter abrupt een einde in 1929 en er volgde een zware economische crisis. Welke weerslag had dat op het ontluikende toerisme? Daarna wordt een antwoord gezocht op de vraag hoe reisbestemmingen tot stand komen, maar ook hoe die zich ver- houden tot het concept van de reis. Wat maakt dat alledaagse woonplaatsen trekpleisters voor toeristen worden? Het idee van de verbeelding van bestemmingen wordt verder uitgewerkt voor Egypte en Hawaï, beide reisdoelen van de Red Star Line-cruises. Het historische luik wordt afgesloten met een overzicht van de geschiedenis van het toerisme van de oudheid tot vandaag. Zoals zijn voorganger is ook dit boek een kijkboek. De collec- ties over de cruises behoren tot de mooiste van het hele museum. In 2015 kreeg het Red Star Line Museum de grootste bekende privécollectie over de Red Star Line in langdurige bruikleen, de collectie van de Vrienden van de Red Star Line, met veel materi- aal uit de jaren 1920 en 1930. De foto’s geven een beeld van het leven zoals het was aan boord. De kleurrijke brochures doen dro-

11

14 CRUISES EN DE RED STAR LINE ★ HET TOEVLUCHTSOORD. DE CRUISESCHEPEN VAN DE RED STAR LINE

Bram Beelaert

‘Dames en heren, ik heb net een reis rond de wereld achter de rug. Niet in het belang van de wetenschap of ter bevordering van de internationale goodwill of iets dergelijks. Ik wou gewoon ple- zier beleven. En dat is ook gebeurd.’

Aan het woord is Hollywood-acteur Douglas Fairbanks. Hij heeft het over de reis die hij in 1931 heeft gemaakt met de Bel - genland, het vlaggenschip van de Red Star Line. De rederij was groot geworden door de exploitatie van een regelmatige stoom- verbinding tussen Antwerpen en verschillende havens in Noord- Amerika. Aan het begin van de jaren 1920, toen de Belgenland in dienst werd genomen, had de Red Star Line al ongeveer twee miljoen Europese emigranten naar Amerika gebracht. Het schip was aanvankelijk bedoeld voor de lijn Antwerpen-New York. Er was plaats voor honderden landverhuizers. Douglas Fairbanks ging echter niet in Antwerpen aan boord, maar in de Californische stad San Diego. En de Belgenland ver- trok niet naar New York, maar naar de eilanden van de Stille Oceaan en het Verre Oosten. In 1921 en 1924 hadden de Ver- enigde Staten immigratiequota uitgevaardigd, die de migran- tenstroom deden opdrogen. De Red Star Line had zich op de

Reclamefolder voor de eerste wereldcruise op de Belgenland, 1924, Albert Einstein en zijn echtgenote Elsa in hun cabine op de Belgenland, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, 1930-1931, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Antwerpen Red Star Line Museum, Antwerpen

16 toeristische markt gestort en van haar vlaggenschip het ultieme luxeschip gemaakt, dat jaarlijks uitvoer voor een cruise rond de wereld die 133 dagen duurde. In 1931 gebeurde dat voor de ze- vende en laatste keer. Een beroemdheid als Fairbanks creëerde veel publiciteit. Van Antwerpen tot in San Diego, het eerste deel van de wereldreis, had de Belgenland Albert Einstein aan boord gehad. Hij was op weg naar Pasadena in Californië om er les te geven. In New York bestormde een horde journalisten het schip om de sterwe- tenschapper in de Verenigde Staten te verwelkomen. Ook in San Diego stonden de kranten vol. De Red Star Line zag het graag ge- beuren. De rederij had haar schepen altijd al uitgespeeld in haar reclamecampagnes. De media-aandacht voor Fairbanks en Ein- stein bevestigde het beeld van de oceaanstomer als een glamou- reus plezieroord voor de high society, dat het emigrantenschip op de grauwe Atlantische Oceaan had vervangen. De Grote Depressie was in volle gang, maar aan boord van de Belgenland heersten nog de roaring twenties. Het eten was lekker en in de internationale wateren was er alcohol te krijgen, waardoor de Amerikaanse cruisereizigers even konden ont- snappen aan het alcoholverbod dat toen in de Verenigde Staten Douglas Fairbanks aan boord van de Belgenland, 1931, van kracht was. Er waren galabals, jazzfeestjes en concerten ’s Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, avonds, en sport en gokspelen overdag. Aan het buitenzwembad Antwerpen lag een namaakstrand met zand van Oostende. Alle denkbare luxe was beschikbaar – heel wat anders dan de trans-Atlantische oversteek van de meeste landverhuizers twintig jaar voordien. Fairbanks had echter meer aan zijn hoofd. De kritieken op zijn nieuwste filmReaching for the Moon waren vernietigend en de film faalde aan debox office. De acteur, die voor de komst van de geluidsfilm alleen maar succes had gekend, vluchtte weg in de verstrooiing op de Belgenland. Om aan contractuele verplichtin- gen tegemoet te komen draaide hij tijdens de reis de documen- taire Around the World in 80 minutes with Douglas Fairbanks. Regisseur was Victor Fleming, die later onsterfelijk zou worden

Douglas Fairbanks omhangen met bloemenkransen (leis) op Hawaï, Het ‘Strand van Oostende’ aan boord van de Belgenland tijdens cruises, 1930-1931, Collectie Vrienden van de Red Star Line, illustratie in de brochure ‘Red Star Line Cruises from London’, 1934, Col- Red Star Line Museum, Antwerpen lectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

17 met Gone with the Wind. Ook die documentaire werd een flop. Met de ultieme actieheld van de stomme film zou het nooit meer helemaal goed komen. De Belgenland had ook zijn beste tijd gehad. Het schip zou geen enkele wereldcruise meer maken en enkele jaren later al ver- schroot worden. Maar in de jaren 1920 was het een van de sche- pen die tot de verbeelding spraken van iedereen die dacht aan verre bestemmingen en ongeremd plezier. Dit hoofdstuk biedt een overzicht van de Red Star Line als cruisemaatschappij. Het gaat in op het ontstaan van het georganiseerde langeafstands- toerisme in de negentiende eeuw. Een verhaal dat ook onlosma- kelijk verbonden is met de westerse koloniale geschiedenis. Het legt uit hoe de cruises evolueerden van halve pelgrimstochten in de jaren 1890, naar de escapistische en decadente uitstapjes van het begin van de jaren 1930. We verdiepen ons hiervoor in de verslagen van enkele deelnemers van twee belangrijke cruises. De cruise van de Friesland naar de Middellandse Zee in 1895 was de eerste cruise ooit op een schip van de Red Star Line. De cruise van de Belgenland in de winter van 1924 en 1925 was haar eerste wereldcruise. Zo wordt duidelijk hoe de hele context waarin het verhaal van de Red Star Line-cruises zich afspeelde, zijn invloed heeft gehad op de manier waarop de deelnemers de cruise beleefden, en hoe ze de wereld percipieerden.

‘The Royal Treatment’ De geschiedenis van de Red Star Line-cruises begint in febru- ari 1895, toen het schip de Friesland uit de bevroren haven van New York vertrok om, in plaats van zijn zoveelste overtocht naar Antwerpen, meteen koers zuidwaarts te zetten. Het schip was voor 100.000 dollar afgehuurd door reisagent Frank C. Clark. Hij was met 400 passagiers op weg naar de Middellandse Zee voor een pleziercruise.1 Volgens tijdgenoten was het de grootste groep toeristen die de Verenigde Staten ooit had verlaten voor een trip naar het buitenland.2 Brochure van reisagent Frank C. Clark voor de tweede jaarlijkse cruise De komst van spoorwegen op land en stoomschepen op zee naar de Méditerranée met de Friesland, 1896, Collectie Vrienden van de stimuleerde niet alleen het zaken- en migrantenverkeer. Inno- Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen vaties zoals koelvakken voor bederfelijke etenswaren, elektrisch licht en rails op het dek maakten dat de rederijen een oceaan- passage nu ook als aangenaam konden omschrijven. In de jaren 1890 rustten ze schepen zoals de Friesland uit met een luxueuze met suites, eetzalen en ontspanningsruimtes in de stijl van de chique Europese hotels. Ze dongen naar de gunst van de nieuwe rijken in de Verenigde Staten. Die hadden zich tijdens de industrialisering opgewerkt, konden reizen voor het plezier, en spiegelden zich graag aan de levensstijl van de Europese adel. In eerste instantie groeide het toerisme naar Europa, waar Amerikanen aansluiting zochten bij de aloude traditie van de grand tour, een rondreis langs alle grote kunst- en cultuurplaat- sen. De Red Star Line bracht haar thuishaven Antwerpen, die goed ontsloten was door de spoorwegen, aan de man als de ide-

18 Reproductie van een tekening uit Mark Twains The Innocents Abroad uit 1867, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

tot de verbeelding sprekende steden, plekken en monumenten: Caïro en de piramiden in Egypte, de oude steden van Athene en Constantinopel, Napels en de Vesuvius, et cetera. Wie wilde, kon zelfs Antwerpen in zijn itinerarium opnemen. Maar de 43 geestelijken aan boord moeten zich in het bijzon- der hebben verheugd op de excursies naar de heilige plaatsen in Palestina, waar veel tijd voor was uitgetrokken. Palestina was Reisgids voor de tweede jaarlijkse cruise naar de Méditerranée met de een must geworden op alle reizen door het gebied.3 Het land trok Friesland, 1896, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line al pelgrims en kruisvaarders aan vanaf de oudheid, en had zich Museum, Antwerpen in een paar decennia ontwikkeld tot een grote toeristische be- stemming. Reizigers van alle slag trokken naar het Heilig Land: als pelgrims, als wetenschappers, als pionnen in de geopolitieke ale uitvalsbasis of ‘The Gateway to Europe’. Maar ook de Mid- strijd om de erfenis van het Ottomaanse rijk en in toenemende dellandse Zee werd door de transportrevolutie bereikbaar. De mate ook voor het plezier. Jaarlijks maakten duizenden straat- Franse en Britse koloniale oorlogen en expedities in het Midden- arme orthodox-Russische boeren de pelgrimstocht naar Jeru- Oosten aan het begin van de negentiende eeuw hadden interesse zalem. Tsaar Alexander ii subsidieerde hun scheepsticket van gewekt voor het erfgoed en het exotische van die streken. Vanaf Odessa naar Jaffa. Maar ze maakten de overtocht onder lamen- ongeveer 1830 werd het rustiger in de regio en waren excursies tabele omstandigheden en velen leden honger. Toen na 1880 het naar het binnenland mogelijk. In steden zoals Caïro, Alexandrië antisemitische klimaat in Rusland steeds feller werd, begonnen en Istanbul ontwikkelde zich een toeristische infrastructuur met Joden naar Palestina te vertrekken. hotels en excursies onder begeleiding. De Britse Peninsular and Er legden ook luxecruiseschepen aan voor de kusten van de Oriental Steam Navigation Company organiseerde vanaf 1844 Levant. Een van de vroegste was de Quaker City in 1867. Aan zeereizen naar verschillende mediterrane bestemmingen vanuit boord was journalist Samuel Clemens, beter bekend onder het . pseudoniem Mark Twain. De auteur van De avonturen van Tom Sawyer en Huckleberry Finn schreef zijn ervaringen neer onder De piëteit van de touroperators de veelzeggende titel Innocents Abroad. Het is een humoristisch In 1895 konden de passagiers van de Friesland uitkijken naar tal reisverslag en een tirade tegen de zich ontwikkelende toeristi- van hoogtepunten tijdens hun rondreis langs de kusten van de sche industrie, waarbij hij zowel de echtheid van de gevoelens Middellandse Zee. Voor hen was een route uitgestippeld langs van zijn medereizigers in twijfel trok, als de authenticiteit van

19 lers en fixers om haar klanten langs de gevaarlijke weg van Jaffa naar Jeruzalem te brengen. Slapen gebeurde in zijden tenten, ge- decoreerd met felle kleuren en exotische motieven, en met voor- zieningen als een aparte eetkamer en warm en koud water.6 Frank C. Clark, de organisator van de Friesland-cruise, was actief in New York. Hij was de zoon van een van de zogenaamde Adams-kolonisten. Onder leiding van de zelfverklaarde Mor- moonse profeet George J. Adams hadden die tussen 1866 en 1868 een kolonie in de buurt van Jaffa proberen op te richten, in afwachting van de Wederkomst van Jezus Christus. De onder- neming mislukte en de meesten keerden terug. Mark Twain, die een aantal kolonisten op de terugweg ontmoette op zijn cruise- schip, omschreef de zaak als ‘een van de vreemdste hoofdstuk- ken uit de Amerikaanse geschiedenis.’7 Voor zijn onderneming met de Friesland in 1895 werkte Clark vanuit New York samen met zijn broer Herbert, die in Jeruzalem viceconsul voor de Ver- enigde Staten was. Zoals wel vaker in het Amerikaanse corps diplomatique, gebruikte hij zijn contacten om een centje bij te verdienen in de toeristische industrie. Voor hij met zijn broer in zee ging, had hij al enkele jaren voor Thomas Cook gewerkt. De eerste cruise van de Friesland werd een eclatant succes. Het volgende jaar huurde Clark het schip opnieuw voor een ge- lijkaardige tour. Uiteindelijk zou Clark’s cruises to the Oriënt vanaf 1895 tot 1925 een jaarlijkse cruise naar de Middellandse Zee organiseren.8

Ongemakken op zee Naast 400 passagiers nam de Friesland in 1895 ook 90 bedienden en 15 muzikanten mee op cruise. Aan boord van het schip was Scheepsmodel van de Friesland, Red Star Line Museum, Antwerpen, provisie voor drie maanden, een lounge, een postkantoor en een Bart Huysmans en Michel Wuyts de monumenten die ze bezochten.4 Tijdens zijn leven werd het zijn meest succesvolle boek. De Red Star Line zou het boek in de jaren 1920 aanbevelen aan zijn passagiers. Om het de reiziger zo gemakkelijk mogelijk te maken, werden gespecialiseerde reisagentschappen ingeschakeld. Thomas Cook & Son, het bureau opereert nu als de Thomas Cook Group, had een kantoor aan de Jaffapoort in Jeruzalem. Stichter Thomas Cook was een doopsgezinde predikant uit Melbourne, een kleine plaats in het Engelse Derbyshire. Hij organiseerde in 1841 de eer- ste dagexcursie ooit, voor 540 geheelonthouders uit de buurt van Leicester naar een bijeenkomst in Loughborough. Cook huurde een trein voor het gezamenlijke transport – maaltijden waren in de prijs inbegrepen – en hoopte de mensen zo weg te houden van de verlokkingen van alcohol en nicotine.5 De predikant combi- neerde piëteit met winstbejag en zijn organisatie groeide uit tot een van de pioniers van het massatoerisme. In Palestina rekru- Shuffleboard spelen aan boord van een cruiseschip, 1927, Collectie Vrien- teerde het agentschap horden bedienden, schildwachten, verta- den van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

20 De Friesland, schilderij, olieverf, mas, Antwerpen drukpers waarmee voor de passagiers aan boord een magazine Er waren verschillende bals, waarvoor het dek werd versierd werd gedrukt. Naast Frank C. Clark zelf waren nog drie reisbe- met kleurrijke wimpels. ‘Onze jonge vrouwen zagen er fantas- geleiders aan boord, en de reizigers konden kiezen uit een geva- tisch uit onder het elektrische licht’, vond Wilson: ‘De pijlen van rieerd programma van concerten, recitals en lezingen. Dat moest Cupido hadden verschillende van onze vrijgezellen al geraakt, wel, want uiteindelijk brachten de deelnemers het overgrote deel en waren bezig om nog een aantal anderen te raken.’ Overdag van hun cruise door aan boord van het schip op volle zee. hingen de reizigers rond in de rookkamer of speelden op het dek Een aantal van hen hebben hun reiservaringen gepubliceerd. shuffleboard. Dat is een soort kruising tussen hockey en petan- De landschapsfotograaf Ray Seneca Stoddard maakte een foto- que, waarbij de spelers met een stick hun schijf zo dicht mogelijk reportage tijdens de trip, die hij verwerkte in een lezingentour bij een punt aan de andere kant van het terrein moesten schuiven. en een publicatie. Ene James T. Wilson publiceerde in 1899 zijn Tot slot waren er op zondag niet minder dan drie erediensten.9 verslag. Hij beschreef het leven aan boord en had het over de De Friesland was nog maar een dag op zee of er stak een wind fijne concerten van het scheepsorkest en interessante lezingen. op die uiteindelijk uitgroeide tot een orkaan op volle schaal. Toch waren de passagiers nog voor een groot stuk op zichzelf Wilson herinnerde zich: ‘Enorme gulpen zee stroomden de hut- aangewezen voor het entertainment. Onder de opvarenden wa- ten binnen en het schip helde gevaarlijk over op zijn zij. Dan ren twee pianisten en verschillende zangers. Anderen lieten zich kling, klang, klong, borden zoefden in het rond, potten en pan- opvallen in allerlei toneelstukken, het ene al wat serieuzer van nen kletterden op de grond. En onze bagage en al de rest, vloog toon of ambitieuzer van opzet dan het andere. naar alle richtingen.’10 Voor de bemanning was het alle hens aan

21 dek om het schip varende te houden. De passagiers raakten in paniek en werden ziek. ‘Velen hebben al een vergevorderde vorm van difterie en cholera’, schreef de fotograaf Stoddard, ‘en voe- len de dood naderen.’11 Van dagelijkse routine was geen sprake meer en er werden geen maaltijden geserveerd, want niemand kwam zijn vertrekken uit. Het duurde twee dagen voor de storm ging liggen. Op de Bermuda’s kon de groep recupereren voor het schip de oversteek zou maken naar de Middellandse Zee.

Ongemakken aan land De Friesland deed eerst Spanje en Algerije aan. Wilson, in volle winter, was lyrisch over het klimaat: ‘Het weer is noch te warm noch te koud; het land is groen, bloemen bloeien, vogels zingen, en de hele natuur gaat op in leven en kleur.’12 De Amerikanen lie- pen door de nauwe straten van Malaga, proefden van de olijfolie, sinaasappelen en wijn en bezochten de kathedraal van Malaga en het Alhambra. Stoddard heeft het echter ook over de vele be- delaars en de bedreiging die van hen uitging: ‘Ze komen naar je toe vanuit onverwachte hoeken; ze strompelen uit donkere deur- openingen, smekend aan je voeten; ze doen alle moeite van de wereld om je aandacht te trekken met hun leed: ze wringen zich in bochten, kronkelen, krioelen.’13 In de bazaars en moskeeën van Algiers zetten ze hun eerste stappen in de Arabische wereld. Wilson vergaapte zich aan het ‘majestueuze voorkomen van de Arabieren (…) en de bleke ge- zichten van de Moren’, met rijkelijk geborduurde vesten, zijden sjerpen en pofbroeken. Wilson schrijft over Algiers als een kruis- punt tussen culturen en een aanslag op de zintuigen. Maar net in zijn enthousiasme schemert het wereldbeeld van de Amerikaan door. Hij schrijft: ‘Er is niets frappanters in Algiers dan de ver- eniging van het beschaafde leven met alles wat we associëren met het Oosten.’14 Daarmee zette hij het Midden-Oosten weg als de antithese van de westerse beschaving. Het is een rode draad door zijn verslag. Ook Stoddard beschrijft zijn weerzin: ‘In de duistere Man trekt riksja voort, tussen 1928 en 1931, Collectie Vrienden van de Red stegen (…) kom je angstaanjagende oude vrouwen tegen, kruipe- Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen rige bedelaars met afschuwelijke ziektes, bandieten en dieven, turend vanuit donkere deuropeningen als ratten vanuit hun ho- len, verzamelaars van de meest onsmakelijke zaken en schaamte- loze verkopers van de meest onuitsprekelijke dingen. Bah! Laten een privérondleiding in het donkere en benauwde labyrint in we hier opkrassen!’15 de piramide gebeurde niets meer dan wat vervelend gehengel Voor Wilson was de verdere reis langs Egypte, Palestina, naar extra fooien. Toch had ook Stoddard niet veel op met zijn Turkije en Griekenland bijna als een expeditie, op zoek naar gidsen: ‘Ik heb het vermoeden dat het vreselijk veel saaier en eilanden van beschaving in een zee van chaos. Bij de piramide veiliger is met deze grote, overjaarse kinderen van de woestijn, van Cheops ontstond een opstootje met bedoeïenen die hun dan de gemiddelde reiziger denkt.’17 diensten als gids aanboden. ‘We sloegen en schopten ze, en In Jeruzalem werden volgens Wilson de hoge verwachtin- hadden spijt dat we sommigen van hen niet hadden gedood.’16 gen van iedereen die de heilige plaatsen met eigen voeten wilde De vraag of de Arabieren te vertrouwen waren hield de reizi- betreden, meteen de grond in geboord: ‘(…) Je eerste indruk is gers bezig. Stoddard hoorde bloedstollende verhalen en kreeg teleurstellend en zelfs pijnlijk. De binnenstad heeft alle lelijke de raad alleen gewapend aan een tocht met een lokale gids te kenmerken van een oosterse stad.’ Smalle, stinkende en veel te beginnen. Maar zijn eigen ervaring was genuanceerder. Tijdens drukke steegjes. Leprozen liggen op straat. ‘De meest melan-

22 Foto’s van bemanningslid Eugène Van Hove tijdens zijn wereldreis op de Belgenland, 1927-1928, Collectie Anita Van Hove

cholische plaats in deze sombere stad’ was volgens Wilson de speeld op plekken waar ze niet hadden plaatsgevonden, door Westmuur. Ongeacht het weer kwamen rijke en arme joden – de mensen die alleen uit waren op geld. ‘Er is zoveel rotzooi, tra- armen waren in de meerderheid – naar de muur om te bidden, te dities die worden gematerialiseerd om de vraag te volgen (…) wenen en de stenen aan te raken. Je voelt de spot van de waren die voor jou zijn uitgestald, zoals Ook Stoddard was ontgoocheld. De vele afbeeldingen, schil- aas om grondels te vangen. Het is een religie die zijn beste tijd derijen en foto’s van het hemelse Jeruzalem in de westerse cultu- heeft gehad, een “Heilige Show”.’19 De Friesland voer via Beiroet, rele canon schiepen verwachtingen die de toets met de realiteit Smyrna en Efese in Turkije naar Griekenland en Istanbul. Dan niet doorstonden. ‘Je hebt – misschien onbewust – een beeld in ging het naar Napels. Dat was ook een drukke stad, ‘(…) maar je hoofd van de gouden straten en een nieuw Jeruzalem. Hier het is beschaving!’ riep Wilson, ‘en niet het chaotische roepen ontdek je echter dat al je opmerkzame zintuigen worden bele- en tieren van de oosterse landen.’20 Van Italië ging het over land digd door wat je ziet in de straten van het aardse Jeruzalem.’18 naar Antwerpen, waar de Amerikanen keken naar de honden- Erger vond Stoddard de overal aanwezige commercialisering karren op straat, de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal bezochten van het geloof. Relicten werden nagemaakt, bijbelscènes nage- en zich vergaapten aan de schilderijen van Rubens, Titiaan en

23 Van Dyck. En dan terug op de Friesland, langs de vertrouwde werden ingezet in de oorlog voor troepentransport, als hospi- trans-Atlantische route van het schip, naar New York, waar ze taalschip of om hulpgoederen naar het noodlijdende België te uiteindelijk vaarwel zeiden aan elkaar en aan het schip. Tot zijn brengen. Maar de Lapland en de Kroonland maakten voor de eigen verbazing had Stoddard het daar moeilijk mee. ‘Het was International Mercantile and Marine Company (immc), een onze rots in de branding bij gevaar, onze thuishaven, en we zijn grote maritieme trust waarvan de Red Star Line sinds 1902 deel er sterker aan verknocht dan we hadden vermoed.’21 uitmaakte, een aantal cruises naar het Caraïbische gebied en Wilson vond het een ervaring voor het leven. Hij en zijn reis- Zuid-Amerika.25 Gates Tours huurde in 1915 de Kroonland af gezellen waren beloond met een ongelofelijke reeks unieke zich- voor een economische missie rond Zuid-Amerika. Aan boord ten op de piramiden, moskeeën en tempels van het Midden-Oos- zaten zakenlui en agenten van diverse verenigingen, die de ten. Ze hadden vier van de zeven wereldwonderen aanschouwd. Amerikaanse economische belangen in verschillende havenste- Ze noemden zich de ‘Friesland Crusaders’, werden vrienden voor den moesten vooruithelpen. De passage van het schip door het het leven en hielden reünies achteraf.22 kanaal van Panama haalde de pers, want op dat moment was de Maar het contact met de lokale bevolking was allesbehalve Kroonland het grootste schip ooit dat door de pas aangelegde evident. Die zagen de Amerikaanse toeristen vooral als melk- waterweg had gevaren.26 koeien en daar had zowel Wilson als Stoddard het moeilijk mee. Aan het eind van 1919 begonnen weer schepen van de Red Ook was er het westerse superioriteitsgevoel, in een tijd waarin Star Line op New York te varen. Die had tijdens de oorlog op de de Europese koloniale imperia in volle ontwikkeling waren. Hun rand van het bankroet gebalanceerd, maar een nieuw manage- fascinatie voor de ‘Arabieren’, ‘Moren’ en ‘zigeuners’ was opper- ment wist de meubels te redden. Ook in Antwerpen normali- vlakkig. Ze intrigeerden wanneer ze deel uitmaakten van het seerde de situatie zich, en de rederij begon opnieuw winst te ma- veelkleurige decor tijdens de binnenlandse excursies, maar wer- ken.27 Maar de Amerikaanse immigratiequota in 1921 en 1924 den een last als er iets moest worden besproken. betekenden voor de trans-Atlantische rederijen het definitieve Tegelijk is het geklaag van Wilson en Stoddard te lezen als verlies van een van de pijlers van hun businessmodel. Dat dwong de typische ontgoocheling van de toerist, die vaststelt dat de hen om te diversifiëren.28 Ze concentreerden zich op vrachtver- realiteit anders is dan wat hij er zich voor het vertrek van had voer, zochten samenwerking met andere rederijen en experimen- voorgesteld. Dat gevoel was het hevigst tijdens het bezoek aan teerden met alternatieve vaarroutes. De Samland en Gothland Jeruzalem, de heilige stad die in realiteit even ‘vuil’ was als om van de Red Star Line kregen vertrekhavens aan de Baltische Zee het even welke andere oriëntaalse stad en waar het geloof een om er emigranten in te schepen.29 In 1924 begon de Red Star consumptieproduct was geworden. Line op Halifax in Canada te varen, waar de immigratiebeper- kingen nog niet van kracht waren. In 1925 bood de rederij met Het begin van een cruise-industrie eenzelfde ticket verbindingen aan naar Cuba en Mexico vanuit De twee cruises van de Friesland in 1895 en 1896 staan in de New York en experimenteerde ze met een totaal nieuw traject geschiedenis van de Red Star Line op zichzelf. De precieze re- naar New Orleans, Cuba en Mexico via La Coruña en Vigo in den voor dit experiment is niet bekend. Maar het is aannemelijk Spanje. Naar Boston, Baltimore en ging alleen nog dat onder andere extra inkomsten werden gezocht om de dip in vracht.30 Op 5 oktober 1923 begonnen de Red Star Line en de het migrantenverkeer tussen 1892 en 1894 te counteren als ge- Holland-Amerika Lijn tickets aan te bieden die voor allebei de volg van een economische recessie in de Verenigde Staten.23 An- rederijen geldig waren. Reizigers konden kiezen voor Antwerpen dere rederijen ontplooiden gelijkaardige initiatieven. De Duitse of Rotterdam als vertrekhaven.31 Hamburg-Amerikalijn ondernam al in 1891 een cruise vanuit Ook werd het toerisme, voor de oorlog slechts een inciden- Duitsland naar de Middellandse Zee. Onder de 241 passagiers tele aanvulling van de inkomsten, een structureel onderdeel van bevond zich Albert Ballin, scheepsmagnaat en de directeur van de activiteiten. In het Westen konden steeds meer mensen het de rederij. Ook de Holland-Amerika Lijn werd gesolliciteerd zich veroorloven om te reizen. De rederijen introduceerden de door Thomas Cook & Son, maar ging niet op het aanbod in om- zogenaamde tourist class of toeristenklasse. Die had meer voor- dat ze vreesde dat haar schepen te weinig comfort boden voor zieningen dan de vooroorlogse derde klasse voor emigranten, dergelijke trips.24 maar was nog steeds (relatief) betaalbaar. Ze werd op de markt Het migrantenverkeer ging snel weer de hoogte in en zou gebracht als dé manier voor toeristen en studenten om goedkoop tot aan de Eerste Wereldoorlog ervoor zorgen dat de trans- de oversteek te maken. Verder zette de Red Star Line haar meest Atlantische rederijen de boeken uit het rood konden houden. luxueuze schepen intensief in voor cruises naar zonnige gebie- Tijdens de oorlog viel de landverhuizing nagenoeg volledig stil. den. Die moesten vooral in de wintermaanden extra inkomsten De Red Star Line trok haar schepen terug uit Antwerpen, zo- opleveren.32 dat ze niet in handen zouden vallen van de Duitsers. De meeste

24 Hello, Belgenland! Toen de Belgenland op 19 maart 1923, in een blakende lentezon, op de Schelde opstoomde naar Antwerpen was ze het grootste schip dat ooit op de rivier had gevaren. Van aan de voet van de dijken die de stroom van de polders scheidden, leek het alsof de mastodont boven de velden aan het zweven was.33 Het schip was nagelnieuw. Zijn proefvaart was twee dagen eerder begonnen op de scheepswerven van Harland & Wolff in . De schilder- werken van het interieur zouden in Antwerpen afgerond wor- den. Aan boord verbleef een select gezelschap van notabelen en journalisten. De Red Star Line had het schip al in 1912 besteld, maar door het uitbreken van de oorlog werd het niet afgewerkt. In 1917 rustten de Britse autoriteiten het snel uit voor cargotransport, met maar twee van de drie geplande schoorstenen en zonder de twee bovenste dekken. Pas in 1921 ging het terug naar de werven van Harland & Wolff om afgewerkt te worden en in dienst van de Red Star Line te komen.34 De Red Star Line deed er alles aan om van de komst van de Belgenland in Antwerpen een evenement te maken. De journa- listen aan boord kregen een geprivilegieerde kijk achter de scher- men en waren uitgenodigd op een exclusief diner met hoogwaar- digheidsbekleders allerhande. De pers sprong mee op de kar. De Gazet van Antwerpen wijdde vele kolommen aan de beschrijving van alle luxe op het schip.35 Ook het Franstalige Le Matin was onder de indruk. ‘In de flank van het monster worden de deuren van de loopplank geopend, en we stappen haast meteen binnen in een heldere en aangename hal die ons onmiddellijk verleidt: elegante rieten stoelen, een uitgebreid orkest, hete thee in prach- tige porseleinen kopjes. Het lijkt wel of we met een toverstaf zijn Cover van het tijdschrift The Ocean Ferry, april 1923, Collectie Vrienden getransporteerd naar een of ander Amerikaans splendid pala- van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen ce.’36 Op 3 april zou de Belgenland beginnen aan haar maidentrip naar New York. Tot die tijd bleef ze aan de Rijnkaai liggen en kon ze bezocht worden voor vijf frank per persoon, ten voordele van een goed doel. Kardinaal Mercier zakte naar Antwerpen af om het schip te wijden voor het vertrek. In 1923 vierde de Red Star Line ook haar vijftigste verjaar- dag. Naast alle festiviteiten rond de Belgenland gaf de rederij een luxueuze uitgave uit over haar geschiedenis. Maar achter alle fa- çade begon men ook in Antwerpen de malaise in de scheepvaart- sector als gevolg van de Amerikaanse immigratiequota goed te voelen. Het jaar werd afgesloten met verlies. Vertrokken voor de oorlog nog twee schepen per week naar New York, in 1923 wer- den maar 49 reizen uitgevoerd. Twee schepen, de Finland en de Kroonland, werden overgedragen aan een andere rederij binnen de immc, de Panama Pacific Line.37 Toen de Belgenland vertrok op haar bewuste eerste trans-Atlantische oversteek, had ze hoop en al zo’n 60 passagiers in derde klasse aan boord.38 De Lapland, de trots van de Red Star Line vóór de Belgenland in de vaart kwam, had in het voorjaar van 1923 voor de Red Star

25 Presse-papiers met de ‘Mayflower’ op een marmeren sokkel, souvenirs van de zesde wereldcruise met de Belgenland, 1929-1930, Red Star Line Museum, Antwerpen, Bart Huysmans en Michel Wuyts

Line al twee cruises uitgevoerd naar de Middellandse Zee. De Filipijnen. Tot in de achttiende eeuw betekende circumnavigatie Lapland zou uiteindelijk cruises ondernemen naar de Middel- een vrijwel zekere dood, sterftepercentages varieerden tussen de landse Zee, de Caraïben, Zuid-Amerika en Afrika – 48 in totaal. 66 en 90 procent.39 Minder conflicten met de lokale bevolking en Ook de Belgenland werd algauw ingezet voor het toerisme. Op verbeterende levensomstandigheden aan boord van de schepen 19 januari 1924 voer ze op haar beurt vanuit New York voor iets drongen uiteindelijk het aantal doden terug. Maar een reis rond meer dan twee maanden naar de Middellandse Zee. De trip werd de wereld bleef tot de tweede helft van de negentiende eeuw be- georganiseerd samen met Thomas Cook & Son. Op het einde van stemd voor militaire en wetenschappelijke expedities.40 dat jaar werd ze opgetuigd voor haar eerste reis rond de wereld. Plezierreizen bleven beperkt tot de gebieden waar geregelde stoomverbindingen en toeristische accommodaties waren. Wie In het spoor van Magellaan zich verder waagde, moest bereid zijn om zich in het avontuur Ferdinand Magellaan, een Portugese ontdekkingsreiziger in te storten. De Oostenrijkse schrijfster Ida Pfeiffer begon haar Spaanse dienst, maakte de eerste reis rond de wereld aan het reis rond de wereld in 1846. Die duurde tweeënhalf jaar. Met begin van de zestiende eeuw. In 1519 vertrokken in Sevilla 275 een zeilschip ging het over de Atlantische en Stille Oceaan naar mannen en vijf schepen, maar bij terugkomst waren op het laat- China, met een Chinese jonk naar Hongkong, met een Britse ste overgebleven schip nog amper 18 mannen in leven. Magel- stoomboot naar Calcutta, en opnieuw met een zeilschip de Gan- laan zelf stierf tijdens een gevecht met de lokale bevolking op de ges op naar Benares. Vandaar trok ze met paard en kameel naar

26 Langsdoorsnede van de Belgenland uit Red Star Line-brochure, 1929, Red Star Line Museum, Antwerpen

Bombay, waar ze een stoomboot kon nemen naar Irak. Voor het Thomas Cook nam de befaamde route, in oostelijke richting, laatste deel van haar reis sloot ze zich aan bij een aantal handels- als uitgangspunt om vanaf de jaren 1870 georganiseerde reizen karavanen door Irak, Perzië en het zuiden van Rusland. Nadat ze rond de wereld aan te bieden. Ze was ideaal en werd de blauw- de Atlantische Oceaan was overgestoken, had ze elke etappe van druk voor alle wereldreizen, inclusief de cruises van het interbel- haar verdere trip ter plaatse moeten regelen, sliep ze bij mensen lum. Ze liep langs de beste zeeroutes en spoornetten, en slinger- thuis en at ze van de lokale keuken. De oversteek van Bombay de zich door ‘veilige’ gebieden met een aangenaam klimaat waar naar Irak, die drie weken duurde, maakte ze als een van de twee het Westen de plak zwaaide. Het ging om de Britse, Nederlandse enige Europeanen op een vuil en overbevolkt schip. Slapen deed en Franse koloniale rijken in het Midden-Oosten, India en Indo- ze op het dek.41 china en om de eilanden en steden in en rond de Stille Oceaan Dat veranderde in de tweede helft van de negentiende eeuw. die onder invloed stonden van de grote mogendheden. Zo waren Landen zoals de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk in het gesloten China en Japan onder andere Kanton, Shanghai, verstevigden hun grip op de niet-geïndustrialiseerde wereld Kobe en Yokohama onder militaire druk opengesteld voor han- en veroverden aanzienlijke gebieden in Afrika, het zuiden van del en werd er een westerse aanwezigheid getolereerd. Azië en Oceanië. In het Westen heersten het geloof en de am- Vanaf de jaren 1890 kon de Canadian Pacific, die vanuit Ant- bitie om met de moderne industrie de natuur te overwinnen. In werpen een rechtstreekse verbinding naar Canada voor Euro- 1869 werd het Suezkanaal geopend, dat de lange omweg langs pese emigranten uitbaatte, uitpakken met een wereldwijd trans- Kaap de Goede Hoop overbodig maakte. Er werd geïnvesteerd portnet dat zowel spoorwegen als scheepvaartroutes omvatte. Je in stoomverbindingen naar en spoorweglijnen in de kolonies, kon met de maatschappij de wereld rond en dat ging voor het om nieuwe afzetmarkten te ontsluiten en ruwe grondstoffen en grootste deel over zee. Maar de oversteek naar Noord-Amerika lokale producten en masse te kunnen importeren.42 In 1869 werd moest nog altijd over land gebeuren. In 1909 huurde Frank C. ook de eerste transcontinentale verbinding in de Verenigde Sta- Clark, die we al kennen van zijn tours met de Friesland, de Cle- ten voltooid. Dat netwerk van regelmatige stoomverbindingen veland van de Hamburg-Amerikalijn. Het schip voer van New op land en zee leidde tot een ongeziene, wereldwijde menselijke York naar de Middellandse Zee, door het Suezkanaal naar India mobiliteit en stimuleerde de grote landverhuizingen in Europa, en het Verre Oosten en uiteindelijk over de Stille Oceaan naar Azië en Amerika. Het maakte het theoretisch ook mogelijk om San Francisco. Ook daar moesten de passagiers voor het laatste een volledige reis rond de wereld te plannen. Dat idee werd op- gedeelte de trein nemen.43 gepikt door de Franse schrijver Jules Verne, wiens hoofdperso- De opening van het Panamakanaal in 1914 maakte dat over- nage Phileas Fogg in Rond de wereld in 80 dagen, dat in 1873 bodig. De tekende in 1922 met de Laconia voor de verscheen, erin slaagde om met een tot de verbeelding sprekende eerste ononderbroken cruise rond de wereld op één enkel schip, snelheid en zonder al te grote ontberingen de aarde rond te rei- in westelijke richting. Het initiatief kwam van American Ex- zen. De Amerikaanse journaliste Nellie Bly slaagde er als eerste press uit Buffalo, New York. Het bedrijf was in 1850 begonnen in de trip daadwerkelijk te doen. met vracht- en geldtransporten, en onder meer door de uitvin-

27 ding van de traveller’s cheque uitgegroeid tot een van de groten De trieste waarheid over reizen in de reissector en financiële wereld.44 De Belgenland vertrok op 4 december 1924 om middernacht uit In 1924 zou het bedrijf ook beginnen samen te werken met New York voor haar eerste wereldcruise. Het schip had alles om de Red Star Line. Toen de Belgenland in dat jaar aan haar eerste het zijn passagiers naar de zin te maken. De kolos had zeven dek- cruise begon, stond American Express in voor de landexcursies. ken, waarvan de bovenste vier met elektrische liften te bereiken De Red Star Line plaatste haar schip in de markt als de groot- waren. Het promenadedek had plaats voor vier rijen dekstoelen ste cruiser die ooit de trip rond de wereld maakte. Tot aan 1931 en was voor twee derde afgezoomd met glas om de opvarenden zou de Belgenland met de Franconia van de Cunard Line, de tegen het weer te beschermen. Het salon had rijkelijk gestoffeer- Empress van de Canadian Pacific en de Resolute van de Ham- de meubelen, rozenhouten schrijftafels en een open haard. De burg-Amerikalijn wedijveren om de titel van het meest luxueuze hoofdlounge was afgewerkt in de stijl van Engelse landhuizen, cruiseschip.45 De reisbrochures namen artikels over de exploten had ook een open haard en huisvestte de scheepsbibliotheek. van Magellaan en de Britse piraat Francis Drake op en moedig- Verder waren er een rookkamer en een verandacafé met rieten den de deelnemers aan om zich te spiegelen aan het heroïsche meubilair, ingericht als een zomerse tuin. De receptieruimte verleden van de scheepvaart. De passagiers kregen meestal een bestreek de hele breedte van het schip en was de plaats waar ’s gekuiste versie voorgeschoteld, waarin de ontberingen en geva- avonds de concerten, bals en andere activiteiten plaatsvonden. ren van de allereerste wereldreizigers werden verzwegen. Niets Het schip telde ook 30 luxesuites met bad, een restaurant voor mocht afdoen aan het beeld van de wereldcruise als toppunt van 375 gasten, een zwembad met aangrenzende Turkse baden, twee luxe en plezier.46 gymzalen, een sportdek met een tenniscourt, een stand voor kleiduivenschieten, een terrein voor dekgolf, een keuken met 33 koks onder leiding van een Franse chef, een kledingwinkel, een drukkerij voor het scheepsmagazine World Cruise News, een massagesalon en twee kinderkamers met begeleiders. American Express had een ploeg van 15 man aan boord met gidsen, excur- siebegeleiders en tolken. De eerste halte was Havana. De bemanning laadde er de pro- visies in die ze sinds 1919 in de drooggelegde Verenigde Staten niet meer konden krijgen, maar toch onontbeerlijk waren op een reis waar plezier centraal stond: whisky, champagne, wijn, likeu- ren en niet te vergeten 23.000 flesjes bier.47 Daarna ging het door het Panamakanaal naar San Francisco, waar de oversteek van de Stille Oceaan begon. In volle oceaan, op weg naar Hawaï, decoreerde een ad-hoccomité de kerstboom, werden kerstliederen gezongen en kregen de kinderen aan boord cadeautjes. ’s Avonds deden de vrouwen hun galajurken aan en de mannen hun smokings met gesteven front voor het kerstdi- ner. Een van de passagiers was Burke Boyce, de zoon van een chi- rurg, had eerder dat jaar met de Amerikaanse schermploeg deel- genomen aan de Olympische Spelen in Parijs en hij koesterde literaire ambities.48 Hij schreef Around the world on the Belgen- land over zijn ervaringen op de cruise. Daarin wordt duidelijk dat alle georganiseerde luim tijdens zo’n lange groepsreis als die van de Belgenland op een bepaald moment ook op de zenuwen kon werken. ‘Elk “get together” diner bestaat vooral uit papieren slierten die in je soep drijven, en proppen gekleurd papier die je naar het kale hoofd van de vreemde man in de hoek gooit; en elk “get together” bal is een wilde werveling van zelfbewuste sukke- laars, die de hele avond lang aan een stuk door koortsachtig met elkaar praten, maar van wie niemand de volgende dag iemand Brochure ‘Cruising on the Belgenland’, vermoedelijk 1932, Collectie herkent, of zelfs maar wil herkennen.’49 Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen Nochtans werd er alles aan gedaan om het amusement zo

28 ‘Meet the locals’ Burke Boyce beschreef hoe Hawaïanen met boten tot bij de Bel- genland kwamen, toen het schip de haven van Hilo binnenvoer. Ze speelden op hun ukeleles en gitaren en de meisjes klommen aan boord met bloemenkransen. ‘Gedurende een paar momen- ten vielen de beschaving en de eeuwen weg en waren we alleen, met de oude charme van de eilanden van de Stille Oceaan als enige gezelschap…’,50 mijmerde Boyce. Zoals het ook wel in an- dere havens gebeurde, gooiden passagiers fooien in het water, waar de Hawaïanen dan naar moesten duiken. Maar zodra ze aan wal waren, zag Boyce vooral kitsch. Op de kade stond een groep dansers ‘de schoonheid van de Hawaïaanse bewegingen te verkrachten tot iets waarvan zij dachten dat het zou passen bin- nen onze verbeelding over de Stille Zuidzee…’51 Ansichtkaart met vrouwen die bloemenkransen (leis) vervaardigen, Deze ‘veramerikanisering van wat ooit natuurlijk en mooi Honolulu, Hawaï, 1929, Red Star Line Museum, Antwerpen was’52 liep naar het aanvoelen van Boyce als een rode draad door de hele cruise en zette hem aan het denken. Hij vond de oorzaak in het wereldbeeld van de Amerikanen en hoe die werd gevoed door films, tijdschriften, toneelstukken en cultuur. Die hadden de werkelijkheid van de landen die zij bezochten uitvergroot en vervormd, ‘zodat ze zou passen bij het enigszins wilde exotisme waarvan we in onze onwetendheid denken dat het zeker bestaat gevarieerd en afwisselend mogelijk te maken. Er werden toer- in vreemde en verre landen. En we zijn er dol op!’53 De toeris- nooien georganiseerd van alle sporten en spelletjes die aan boord ten waren ontgoocheld als ze de karikaturen die zij in hun cul- konden worden gedaan. Speciaal voor de jonge generatie was in turele bagage meedroegen ter plaatse niet aantroffen. De lokale San Francisco een jazzorkest aan boord gekomen. De eetzaal bevolking wist dat en gaf de toerist wat hij wilde. Het besluit die op de lijn Antwerpen - New York was gereserveerd voor de van Boyce is pessimistisch: ‘Verblind door onze eigen verbeel- werd aangekleed als een ‘Japanse tuin’ voor diners ding hebben we niet alleen daadwerkelijk oude schoonheden en dansants. Het oorspronkelijke elfkoppige orkest, onder wie een tradities helpen afbreken, we hebben ook de wereld rondgereisd aantal muzikanten van de Antwerpse Opera, kon zich op die ma- nier concentreren op serieuze concerten en recitals in de recep- tieruimte. ’s Avonds waren er cabaretvoorstellingen. Gedurende de hele cruise werd drie keer een gemaskerd bal georganiseerd. Maar mensen raken de dingen snel gewoon. Uiteindelijk bestond het overgrote deel van de wereldcruise uit lange dagen op volle zee. Burke Boyce vond het ‘vreemd om te varen op de zeeën waarover we zoveel gelezen hadden; en nog vreemder om te merken dat die zeeën zo buitengewoon lijken op andere zeeën! Maar dat is, zo hebben we geleerd, een van de trieste waarheden over reizen.’ Opwinding alom dus wanneer land in zicht kwam. Passagiers maakten zich klaar om aan land te gaan. Aan boord waren lezingen en infoavonden over de bestemming gehouden, en iedereen maakte zich op om die nu met eigen ogen te aan- schouwen. Steevast stond een delegatie van lokale prominenten klaar aan de kade om de reizigers te verwelkomen, en dikwijls speelde het orkest. Ook voor de crew was het een aangename onderbreking van de sleur. De blanke koloniale gemeenschap- Met de fotocamera en de filmcamera op de film in de Chinese spookstad pen waren blij met elk Europees contact. Het voetbalteam van de Fengdu. Still uit de amateurfilm door de familie Olsen van de vierde Belgenland speelde wedstrijden tegen lokale teams en het orkest wereldcruise van de Belgenland, 1927-1928, Red Star Line Museum, speelde in de lokale hotels. Antwerpen

29 Ingekleurde postkaarten, een tasje en celluloid waaiertjes die steward zonder meer te hebben bijgeleerd dan mochten we gewoon de Jean Peepermans uit Japan meenam als souvenir van zijn wereldreizen hoofdstraat hebben doorgewandeld.’54 op de Belgenland, 1925 of 1931, Collectie Christiane Budts, Zijn theorie belette Boyce natuurlijk niet om ten volle verder Bart Huysmans en Michel Wuyts van de cruise te genieten. Het valt ook op dat hij in zijn reflec- ties niet stilstond bij wat het verdwijnen van oude schoonheid en tradities voor de lokale bevolking betekende. Zijn superioriteits- gevoel is het meest sprekend wanneer hij het heeft over de ge- hoorzaamheid van de koelies aan de riksja’s in China en Japan, de domheid van de laagste kasten in India en de achterbaksheid van dragomans in het Midden-Oosten. Toch bleef hij gedurende de rest van de trip gevoelig voor de contacten tussen toerist en plaatselijke inwoners. Wanneer het kon, probeerde Boyce in klei- nere groepen af te wijken van het voorgekauwde programma en onder te duiken in het ‘echte’ leven – naar zijn aanvoelen althans. In de reclame van de Red Star Line werd hoog opgegeven van

30 Brochure voor de zevende wereldcruise op de Belgenland, 1930, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

de hartelijkheid waarmee plaatselijke hoogwaardigheidsbekle- ders de Belgenland en haar passagiers begroetten bij een aan- komst. Boyce gaf echter niet om die officiële, en naar zijn smaak huichelachtige, speeches. Zo ontstond in Yokohama, waar enke- le notabelen hen nochtans hadden uitgenodigd in hun huis voor een hoogst gesmaakte ‘authentieke’ middag, discussie onder de ‘Belgenlanders’ over de waarachtigheid van de brede glimlach waarmee elke Japanner hen begroette. Japan was nog volop herstellende van een grote aardbeving die in september 1923 bijna 150.000 slachtoffers had geëist. Het gaf een macaber randje aan het hele bezoek. Het drama werd erger naarmate de Belgenland de kusten van China naderde, op weg naar Shanghai. De stad was een enclave, bestuurd door de westerse mogendheden. China was na de val van het keizerrijk in 1919 uiteengespat en verschillende krijgsheren voerden er oorlog met elkaar. Op de Gele Rivier moest de Belgenland geëscorteerd worden door een Amerikaanse kanonneerboot. Shanghai was een internationale stad – de promenade deed velen aan de grote De Belgenland passeert in de haven van Mumbai, stills uit de amateur- Europese en Amerikaanse steden denken. Er waren nachtclubs film door de familie Olsen van de vierde wereldcruise van de Belgenland, waar kon worden gedronken en gegokt en er waren winkels om 1927-1928, Red Star Line Museum, Antwerpen te shoppen. Maar dieper in de stad moest het gezelschap zich een

31 Plan van de Belgenland in de brochure ‘Show Boat Cruises’, 1931, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

weg banen door prikkeldraad en stellingen met zandzakken. Le- Toen de Belgenland begin april 1925 aanmeerde in New York, prozen en halfnaakte vrouwen lagen op straat te smeken om een namen de passagiers hun bagage weer mee aan wal. Daarin zaten aalmoes. De Red Star Line-brochures waarschuwden tegen deze talloze souvenirs en foto’s van alle fabuleuze uitzichten die ze vorm van professionele bedelarij.55 Tot overmaat van ramp vier- op hun tochten waren tegengekomen. Ze hadden herinneringen den de Chinezen hun Nieuwjaar, en waren vele bezienswaardig- opgedaan voor het leven en verhalen die hen zouden doen sco- heden dicht. Boyce was blij toen hij terug was op de Belgenland, ren op feestjes en sociale gelegenheden. Maar Burke Boyce vroeg ‘steeds een welgekomen oase van rust na de drukte en opwin- zich af of ze nu ook de wereld beter hadden leren begrijpen. ding van de uitstappen aan wal.’56 Burke Boyce kon zich ook ergeren aan het gedrag van zijn Bye Bye Belgenland medepassagiers. In zijn beschrijving van India is hij laatdunkend De Belgenland zou haar laatste wereldcruise uitvoeren in de win- over een oude dame die, naar aanleiding van geruchten over me- ter van 1930-1931, toen Albert Einstein en Douglas Fairbanks el- dische controles bij het binnenkomen van het land, snoof dat ze kaar afwisselden als beroemdheden op het schip. De beurskrach ‘mooie, propere mensen’ als zijzelf toch zeker wel zouden bin- op Wall Street betekende de genadeklap voor de Red Star Line nenlaten. En hij lachte met de Amerikaan die had verwacht dat en een nieuwe generatie schepen maakte dat de Belgenland haar de Taj Mahal elektrische liften zou hebben om bezoekers naar aura verloor. De Red Star Line zette haar vlaggenschip dan maar boven te brengen. Verder hadden de meeste havens genoeg win- in op goedkopere cruises, die als voornaamste doel hadden de kels om van souvenirjagen een vast onderdeel te maken van alle Amerikaanse drinkwetten te omzeilen. excursies en moesten de Belgenlanders als vanouds leren omgaan Zo waren er de populaire zesdaagse Show Boat Cruises met alle meer of minder agressieve methodes waarmee plaatse- naar Halifax of de Bermuda’s tijdens de zomer. Het waren lijke zelfbenoemde gidsen of fixers hun diensten aanboden. uitbundige feestcruises, puur escapisme op het hoogtepunt

32 van de Grote Depressie. Het schip was versierd met kleurige kingsreizigers als Ferdinand Magellaan. Uiteindelijk waren het wimpels en er was altijd muziek en entertainment. Op het de Show Boat Cruises die alle pretentie lieten varen. dek waren twee buitenzwembaden en op de muren van de Eén constante was de positie van het schip. In de tijd van Ja- bovenste dekken waren taferelen uit Venetië geschilderd. De mes Wilson en Ray Seneca Stoddard was de Friesland een burcht grootste inkomsten werden gehaald uit de bars, waar vrouwen tegen de barbarij van het Midden-Oosten. Tijdens de wereld- van bedenkelijke reputatie rondhingen en de drank rijkelijk cruise van 1924-1925 was de Belgenland een eiland van comfort vloeide. De Belgenland vervoerde waarschijnlijk nooit zoveel en luxe in de chaos en miserie van Zuidoost-Azië. Ondanks zijn passagiers als op 12 oktober 1931, Columbus Day in de Ver- naam was het schip een stukje Amerika waarin de cruisereizi- enigde Staten. Toen verliet het schip met 1657 deelnemers de gers zich konden terugtrekken als ze verlangden naar thuis.59 In haven voor een dagexcursie zonder enig doel. Onder het mot- de tijd van de Show Boat Cruises werd de Belgenland een van de to ‘Drink the Belgenland dry’ werden in internationale wate- laatste oorden van zorgeloosheid en decadentie in een wereld die ren de bars geopend en kon de pret beginnen. Na twaalf uur op haar grondvesten daverde. keerde het schip terug in absolute chaos en de crew moest met Toch waren er al deelnemers als Burke Boyce, die inzagen dat man en macht werken om van het schip weer een respectabele een snelle georganiseerde trektocht langs een selectieve route trans-Atlantische passagiersboot te maken.57 niet de ideale manier was om tot levensveranderende inzichten Het waren de laatste stuiptrekkingen van een rederij die op te komen. Bovendien stak de rijkdom van de Friesland Crusa- apengapen lag. In 1933 maakte president Roosevelt een einde ders en Belgenlanders schril af met de levensstandaard van de aan de drooglegging. De rederij probeerde om de Belgenland lokale bevolking. Dat leidde tot voortdurende ergernissen aan cruises naar de Middellandse Zee vanuit Londen te laten varen, beide kanten wanneer de westerse toeristen tijdens excursies maar het schip kon niet concurreren tegen de nieuwe generatie werden gesolliciteerd voor diensten die ze moesten weigeren. En oceaanstomers. Het andere cruiseschip van de Red Star Line, de het corrumpeerde alvast de Hawaïanen om hun tradities zoda- Lapland, was al in 1927 met perioden opnieuw op de lijndienst nig te vervormen dat ze aansloten bij de verwachtingen van hun ingezet, zij het met enkel plaatsen in de toeristenklasse. In 1933 bezoekers. Of hoe een ultiem toevluchtsoord tegelijk een gouden werd het verkocht aan een Japanse sloperij. In 1934 werd de Bel- kooi kan zijn en toerisme nooit vrijblijvend is. genland overgedragen aan de Panama Pacific Line, een zuster- maatschappij van de Red Star Line, en omgedoopt tot de Colum- bia. Alleen de Pennland en Westernland bleven nog in dienst, maar voor het einde van dat jaar hadden ook zij de laatste keer hun traject tussen Antwerpen en New York afgelegd.58

Besluit Tijdens het bestaan van de Red Star Line tussen 1873 en 1934 zijn miljoenen mensen op zoek gegaan naar een nieuwe toe- komst aan de andere kant van de wereld, met als voornaamste drijvende kracht de industrialisering van het Westen. Datzelfde proces liet de happy few toe om zorgeloos diezelfde wereld te verkennen: steeds meer mensen konden het zich veroorloven, er kwam betrouwbaar en comfortabel transport en de koloniale rijken zorgden voor een zone van relatief vrije doorgang die de wereld omgordde. De eerste Red Star Line-cruises naar de Middellandse Zee waren mogelijk gemaakt door een samengaan van religie en commercie. Ook al gebeurden deze cruises in de grootste luxe die in die tijd voorstelbaar was, deelnemers zoals de ‘Friesland Crusaders’ spiegelden zich aan de pelgrimstochten van weleer. De cruises van de jaren 1920 tilden luxe en comfort naar een hoger niveau. Toch werd in de brochures van de Red Star Line hoog opgegeven van de educatieve waarde van een trip rond de wereld. De cruisereizigers van de jaren 1920 zagen zich als onderdeel van een traditie die was begonnen met grote ontdek-

33

★ ‘SELLING A BOATRIDE’. HOE DE RED STAR LINE TOERISTENREIZEN EN CRUISES IN DE MARKT ZETTE

Marie-Charlotte Le Bailly

‘Ze zeggen dat reizen “verbredend” en “educatief” is. Maar het proces is lang niet zo verheven als het lijkt. Het is eigenlijk zeer vermakelijk. Het betekent gewoon dat wanneer je reist, je ziet wat de Chinees ’s avonds eet. Wat de Japanner speelt in plaats van baseball. Hoe de Javaanse flapper haar kleding tot één doek heeft gereduceerd – en hoe sierlijk zij haarbatik sarong drapeert! (…) Met andere woorden, het betekent gewoon zien hoe een an- der leeft. Ga op wintercruise dit jaar – op deBelgenland rond de wereld, op de Lapland rond Afrika, of naar de Méditerranée – en zie voor jezelf een nieuwe helft van de wereld.’1

Met zulke wervende teksten probeerde de cruise-afdeling van de Red Star Line in 1927, op het hoogtepunt van het cruisetijdperk, potentiële klanten te verleiden tot het maken van een cruise langs exotische plaatsen aan de andere kant van de wereldbol. Dat staat in schril contrast met de eerste cruises op de Friesland van 1895 en 1896, waar de nadruk lag op kennisverrijking en op religieuze beleving (zie hoofdstuk 1). In zijn reisbrochure voor de tweede cruise met de Friesland verwoordde reisagent Frank C. Clark het als volgt: ‘Al heeft iemand nooit eerder gereisd, ook al zal hij nooit meer reizen, als hij slechts één maal de genoemde plaatsen bezoekt, heeft hij de wereld gezien. En, of hij nu student of arbeider is, hij zal beschikken over zoveel rijkdom aan infor- matie die hij niet uit boeken kan halen. Het is de bedoeling van de aanbieder van deze cruise om deze zeldzame opslagplaats van kennis binnen het bereik van iedereen te brengen.’ Deze cruise stond bovendien onder leiding van dominee D. Jones uit Pitts- burgh (Pennsylvania), die zowel toeristische informatie als gees- telijke bijstand verschafte.2 Bij het verkopen van cruises en andere toeristische reizen Brochure voor cruises op de Lapland en de Belgenland, 1927, ging het steeds om het projecteren van een beeld. Het hoofddoel Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, van marketing is om de verkoop van diensten en producten te Antwerpen bevorderen. De communicatie tussen producent en consument

36 is daarbij essentieel. Maar wie brochures en reisgidsen uit de ja- ren 1890 vergelijkt met die uit de jaren 1920 en 1930 zal grote verschillen opmerken in de gebruikte beelden en marketingtaal. Terwijl eind negentiende eeuw kennisverrijking en bedevaart- toerisme centraal stonden, verschoof de klemtoon in de jaren 1920 naar avontuur en levensgenot, naar reizen in een gouden kooi (zie hoofdstuk 1). Uiteindelijk presenteerden de reisbrochu- res het ontdekken van andere culturen als een bron van vermaak. Juist tijdens het interbellum werd de visuele communicatie via affiches, advertenties en ander drukwerk steeds belangrijker. Het ging minder en minder om de functionele voorstelling van de producten en meer en meer om het aanprijzen van leefstij- len en denkbeelden.3 Hoe deze ontwikkelingen verliepen in de periode 1880-1934, is het onderwerp van dit hoofdstuk. Recla- mecampagnes en marketingstrategieën van de Red Star Line op het gebied van trans-Atlantisch toerisme komen aan bod, in het bijzonder haar veelvuldige activiteiten op de markt voor cruises. Jammer genoeg is het bedrijfsarchief van de rederij niet be- Souvenirlepeltjes die werden verkocht aan boord van diverse Red Star waard gebleven, waardoor het vaak niet mogelijk is interne keu- Line-schepen, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line zes en overwegingen bij het in de markt zetten van cruises en Museum, Antwerpen reizen voor toeristen te achterhalen. Gelukkig beschikken we over een rijke schat aan informatie op basis van de collecties van het Red Star Line Museum en de vzw Vrienden van de Red Star Line. Die bestaat uit volledige reeksen drukwerk zoals brochu- res, reisgidsen, advertenties, ansichtkaarten, menukaarten, en niet te vergeten The Ocean Ferry, het huisblad van de holding boven de Red Star Line. Dat magazine was speciaal in het leven geroepen om de reisagenten de nodige tips and tricks bij te bren- gen bij de verkoop van plezierreizen. Daardoor krijgen we goed zicht op de wijze waarop de Red Star Line-cruises en andere toe- ristische reizen in de markt zette.

Jaren 1880-1890: comfort en veiligheid voorop In de eerste decennia van haar bestaan ging het grootste deel van het marketingbudget van de Red Star Line op aan reclamecam- pagnes voor landverhuizers (via affiches en advertenties in lokale kranten) en het ontwikkelen van een dicht netwerk van reis- agenten in heel Europa. Toch gaf de Red Star Line ook een hele reeks rijkgeïllustreerde en prachtig ontworpen reisbrochures uit die specifiek bedoeld waren voor reizigers in eerste en tweede klasse. In de marketingtaal lag de nadruk eerder op veiligheid en comfort aan boord van de schepen dan op snelheid. Een tweede sleutelargument dat steeds terugkwam, was de bereikbaarheid van de voornaamste Europese toeristische trekpleisters vanuit Antwerpen. Behalve prijstabellen bevatten deze brochures dan ook bijna altijd treintabellen en een kaartje met de belangrijkste spoorverbindingen in Europa.4 Het verschil tussen de drie reisklassen kwam behalve in Cover van het tijdschrift The Ocean Ferry, juni 1927, Collectie Vrienden comfort, ruimte en luxe ook tot uitdrukking in extra dienst- van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen verlening aan boord van de schepen en allerlei extraatjes voor

37 de kajuitpassagiers (eerste en tweede klasse). Voor luxerei- zigers verzorgde de drukker aan boord van het schip allerlei souvenirdrukwerk, zoals briefpapier, menukaarten, souve- nirscheepslogs, luxepassagierslijsten met alle namen van de medepassagiers en gidsen met praktische informatie over de oceaanovertocht en ruimte voor notities.5 Ook meer tastbare herinneringen aan de reis, zoals souvenirlepeltjes met een af- beelding van het schip, mochten niet ontbreken.6 De Red Star Line speelde in deze periode ook in op de markt voor prestigieuze evenementen en zakenvervoer, zoals inter- nationale conferenties en wereldtentoonstellingen, die om de twee à drie jaar plaatsvonden aan de ene of andere zijde van de oceaan. De eerste officiële wereldtentoonstelling die in de Verenigde Staten plaatshad, werd in 1876 in Philadelphia geor- ganiseerd, de plaats waar de Red Star Line vier jaar eerder was opgericht. Ook de wereldtentoonstelling in Antwerpen in 1894 trok veel Amerikaanse klandizie aan voor de Red Star Line. Zij had voor die gelegenheid dan ook speciaal promotiemateriaal laten ontwerpen. Dat bestond onder andere uit reclamekaarten op briefkaartformaat. Kenmerkend voor de wereldtentoonstellingen aan het einde van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw waren de volkerenshows die veel bekijks hadden. Complete gemeenschap- pen van ‘inheemse’ stammen uit gebieden die waren onderwor- pen aan de koloniale machten werden letterlijk tentoongesteld tot vermaak van bezoekers aan de wereldtentoonstellingen. Men bouwde hun ‘dorpen’ na en gedurende een half jaar moesten zij ‘hun kunstjes’ vertonen.7 Deze praktijk had tot doel een beeld te geven van het leven in de kolonies en kolonisatie te rechtvaar- digen als een civilisatie- en bevrijdingsproject. Deze ‘exotische’ mensen werden daarom bewust als primitief voorgesteld en af- gezet tegen het ‘geciviliseerde’ en ‘moderne’ Westen.8 Die primi- Red Star Line-reclamekaart en aandenken aan de Antwerpse wereldten- tiviteit was geënsceneerd en het moderne reizen zou het toneel toonstelling, 1894, Red Star Line Museum, Antwerpen alleen maar verder uitbreiden.9 Uitermate populair waren de shows van Plain-indianen uit Noord-Amerika. Door literatuur, in het bijzonder jongens- boeken, hun rituelen en levenswijze spraken zij tot de verbeel- ding. Een van de beroemdste indianenshows was die van Buf- falo Bill (zijn echte naam was William Frederick Cody) die vanaf 1883 door Noord-Amerika en Europa toerde met zijn ‘Wild West’ show. Hij ronselde indianen op vrijwillige basis in Amerikaanse reservaten om sensationele shows te geven, in- clusief lassowerpen en geënsceneerde buffeljachten. Deze sho- windianen kregen overigens betaald voor hun acteerwerk.10 Een andere bekende show was die van Gordon William Lil- lie alias Pawnee Bill, die regelmatig samenwerkte met Buffalo Bill. Pawnee Bill en zijn indianen waren tijdens de zomer van 1894 te zien op de Antwerpse wereldtentoonstelling.11 Zij wa- ren begin april van dat jaar met de Waesland van de Red Star Line overgekomen uit Amerika.12

38 Tot slot stond de directie van de Red Star Line aan het einde Ansichtkaarten reeks E: ‘-Dover-New York’, gelanceerd in van deze periode – in tegenstelling tot bijvoorbeeld de Holland 1905, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Amerika Lijn – niet afwijzend tegenover extra inkomsten via Antwerpen het verhuren van schepen voor cruises in het laagseizoen van de trans-Atlantische passagiersvaart (zie hoofdstuk 1). Zo charter- de Frank C. Clark in 1895 en 1896 de Friesland voor cruises naar het Heilig Land. Clark – en later reisagent Bartlett & Catrow – hadden de Holland Amerika Lijn in diezelfde jaren verschil- lende offertes gedaan voor cruises van twee maanden naar de Méditerranée, maar de directie had dat niet aangedurfd.13

Jaren 1900-1910: betaalbare tickets en aanpassingen in de vaarroutes Vanaf 1902, mede onder invloed van haar opname onder de koepel van de immc, volgde de Red Star Line een agressievere aanpak bij het aanprijzen van toeristische reizen. De algemene boodschappen – comfortabel en veilig reizen en Antwerpen als poort tot Europa – bleven min of meer dezelfde, maar de rede- rij paste allerlei nieuwe marketingtechnieken toe om die over te

39 brengen. Niet alleen werden brede reclamecampagnes geïntro- duceerd en werd het assortiment aan drukwerk van de rederij stevig uitgebreid, maar ook in het reisaanbod zelf werden aan- passingen doorgevoerd. Red Star Line-agenten boden in samen- werking met reisagenten als Thomas Cook & Son Amerikaanse toeristen meer dan alleen een reisticket naar Europa aan. Ze ver- kochten complete reisformules met inbegrip van treinvervoer, hotels en reisgidsen. Die reclamecampagnes besteedden behalve aan de traditionele culturele trekpleisters ook meer aandacht aan Antwerpen en België als mogelijke toeristische bestemmingen. Een van die nieuwe promotiemiddelen waren ansichtkaarten, die in 1898 waren geïntroduceerd als een vorm van promotiema- teriaal en zeer effectief bleken te zijn. Tot 1898 hadden de poste- rijen het alleenrecht om briefkaarten en prentbriefkaarten in de Verenigde Staten uit te geven. Toen het Amerikaanse Congres dat monopolie ophief, middels de Private Mailing Card Act van 19 mei 1898, waren rederijen er als de eerste bij om ansichtkaar- ten als vorm van reclame te gebruiken.14 Vanaf 1898 stelde de Red Star Line aan boord van haar schepen gratis ansichtkaarten ter beschikking in de eerste en tweede klasse. De eerste reeksen bestonden vooral uit afbeeldingen van de schepen. Omstreeks 1900 introduceerde de Red Star Line bovendien gedrukte me- nukaarten met aan de bovenzijde afscheurbare ansichtkaarten. Dat principe had ze overgenomen van andere rederijen zoals de Brochure over de Red Star Line ter gelegenheid van de nieuwe route , die al in 1899 in menukaarten voorzag Antwerpen-Dover-New York, 1905, Collectie Vrienden van de Red Star met afscheurbare postkaarten.15 Line, Red Star Line Museum, Antwerpen Terwijl de klemtoon in de jaren 1880-1890 op veiligheid en comfort aan boord van de schepen lag, verschoof die vanaf circa 1900 naar snelle en goede verbindingen. De Red Star Line deed veel moeite Amerikaanse reizigers zo snel als mogelijk naar hun afscheurbare postkaarten (reeksen E, F, G en J). In het grafisch reisbestemming te krijgen. Zo kondigde de The New York Times ontwerp verschenen moderne reizigers in vrijetijdskledij, terwijl op 7 februari 1906 aan dat de rederij zelfs overwoog haar activi- de schepen meer naar de achtergrond verschoven. Terzelfdertijd teiten in het geheel te verplaatsen van de haven van Antwerpen werd ook een nieuwe reeks H geïntroduceerd om de route Ant- naar die van Zeebrugge, omdat schepen op de Schelde tussen werpen-New York/Boston-Antwerpen te promoten. Vlissingen en Antwerpen veel vertraging opliepen. Voor passa- Bij de promotiecampagne voor de nieuwe route Antwerpen- giers uit New York op weg naar Brussel of Parijs zou dat zeker de Dover-New York in 1905 hoorde ook een mooie reisbrochure in moeite waard zijn geweest, aangezien de reis maar liefst zeven kleur. Daarin werd het reizen naar Europa met de Red Star Line uur minder in beslag zou nemen.16 De Red Star Line had in het voor Amerikaanse toeristen aangeprezen en werden de voorde- verleden al vaker gedreigd met haar vertrek uit Antwerpen om len van Antwerpen als ‘Gateway to Europe’ voor het voetlicht de haven onder druk te zetten.17 Maar ook nu zette de rederij gebracht. De nieuwe route gaf de Amerikaanse reiziger de no- dat plan niet door en bleef ze Antwerpen als belangrijkste aan- dige flexibiliteit om de grote cultuursteden snel en comfortabel komsthaven gebruiken. te bereiken of hij nu in Dover of Antwerpen van boord ging. Toch bleef de rederij er van alles aan doen om reizen naar ‘Wie reist naar het buitenland, heeft de bedoeling het verleden Europese bestemmingen met de Red Star Line zo aantrekkelijk te vergeten, de toekomst te negeren en zoete herinneringen te mogelijk te maken, bijvoorbeeld door allerlei aanpassingen in de halen uit de voorbijsnellende uren zoals men kan absorberen uit vaarroutes. Vanaf 1900 werden nieuwe haltes aan de reguliere de fotografische blik van voorbijglijdende scènes.’ Daarom was route tussen New York en Antwerpen toegevoegd, zoals Cher- volgens de brochure de Red Star Line de ideale reispartner om bourg, Southampton en Dover. Om de nieuwe route New York- de geplande tour zo uit te kienen dat de reiziger alles zag wat hij Dover-Antwerpen in de verf te zetten, lanceerde de Red Star wenste te zien en daarbij zo efficiënt mogelijk gebruik kon -ma Line in 1905 maar liefst vier nieuwe reeksen menukaarten met ken van zijn geldmiddelen en zijn beschikbare tijd.18

40 Reisgids voor een cruise langs de zuidelijke continenten met de Lapland, 1930, Red Star Line Museum, Antwerpen

Rond dezelfde tijd, in 1906, was de Red Star Line een van Walter Pittoors, drukker aan boord, poseert op een toeristische locatie de eerste – zo niet dé eerste – rederij die experimenteerde met tijdens een van zijn drie wereldreizen op de Belgenland tussen 1928 en een one class only dienst, namelijk door het inzetten van sche- 1931, Red Star Line Museum, Antwerpen pen met één enkele klasse van comfortabele kajuiten tegen be- taalbare prijzen.19 De Red Star Line charterde specifiek voor dat doel de schepen Marquette, Manitou en Menominee van de . De tarieven hingen alleen af van het aantal bed- den per kajuit.20 Deze nieuwe dienst bood niet alleen tweedeklas faciliteiten en comfort aan reizigers, maar ook een nieuwe route Philadelphia-Londen-(Gravesend)-Antwerpen-Boston. Volgens de brochures was van boord gaan in Londen, ‘een belangrijk cen- trum van activiteit wereldwijd’, een aantrekkelijke optie voor zakenlieden. Maar voor reizen op het vaste continent bood Ant- werpen beslist voordeel, aangezien het heel goed was verbonden met tal van andere plaatsen per trein of stoomschip. Vandaar kon je makkelijk de schoonheden van de Rijn en de Alpen be-

41 reiken of Parijs en de charmante badplaatsen aan de Belgische of Nederlandse kust. Maar ook Antwerpen zelf herbergde schatten en was een fascinerende stad van historisch belang’.21 Ook na de Eerste Wereldoorlog, toen de trans-Atlantische passagiersvaart weer op gang was gekomen, bleef de Red Star Line inzetten op de goede bereikbaarheid van Antwerpen. In de brochures stond letterlijk dat ‘hoewel België het eerste land was dat werd verwoest tijdens de Eerste Wereldoorlog, het paradoxa- lerwijze het snelst was hersteld, en dat de gemakken en facilitei- ten voor reizigers er onovertroffen zijn.’22 Om het Amerikaanse toeristen nog makkelijker te maken, pakte de Red Star Line in de jaren 1920 een speciale treindienst uit die de passagiers meteen van de scheepsterminal op de Rijnkaai naar Brussel vervoerde. Daar was een directe aansluiting met de trein naar Parijs verze- kerd. De Red Star Line maakte daar zelfs reclame voor in Ame- rikaanse kranten zoals de The New York Times.23 Cruises werden in deze periode nauwelijks georganiseerd. Pas aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog ondernam de Red Star Line weer enkele cruises, opnieuw door schepen (de Lapland en Kroonland) te charteren aan reisagenten zoals Gates Tours in 1914-1915. Het is veelzeggend dat de Holland Amerika Lijn ondertussen overstag was gegaan en de Rotterdam charter- de aan Frank C. Clark voor zijn cruises naar het Heilige Land in 1914 en 1915 (al ging de laatste niet door wegens het uitbreken van de oorlog). Charters leverden namelijk veel extra inkomsten op en bovendien viel het cruiseseizoen in de winter, wat juist het slappe seizoen voor de trans-Atlantische vaart was.24

Jaren 1920: ‘tourist third cabin’ Foto bij een artikel over het reizen in Europa met de eigen auto, The Ocean Als gevolg van de immigratiebeperkingen van 1921 en 1924 in Ferry, juli-augustus 1927, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star de Verenigde Staten liep het trans-Atlantische passagiersver- Line Museum, Antwerpen voer enorm terug. De meeste rederijen die actief waren op de Noord-Atlantische Oceaan reageerden onmiddellijk op deze nieuwe crisis door hun activiteiten op de markt voor het ver- voer van Europese emigranten te verleggen naar de toeristische reisformule, of hij nu op bezoek ging bij Europese familie, een sector. Of het nu ging om de rederijen die onder de paraplu van rondreis door Europa wilde maken of een luxecruise naar de Ca- de immc opereerden, zoals de Red Star Line en de White Star raïben. Want ‘welke eisen u ook aan uw reis stelt, wij kunnen er Line, of om andere, zoals de Cunard Line, de Canadian Pacific aan voldoen’, beloofden de gezamenlijke reclames van de White Line of de Holland Amerika Lijn, allemaal boden zij welgestelde Star, American en Red Star Line in 1923.26 De drie rederijen zet- Amerikaanse toeristen nieuwe reisformules aan. De Verenigde ten bovendien sterk in op het vervoeren van auto’s en promoot- Staten waren als nieuwe grootmacht uit de Eerste Wereldoorlog ten reizen met de eigen auto in Europa. Daarbij hoorde vanzelf- naar voren gekomen en dat ging gepaard met een enorme econo- sprekend een uitgebreide reclamecampagne getiteld See Europe mische welvaart (zie hoofdstuk 5). Om een idee te geven, waar from your own car vanaf 1925. 27 vóór de Eerste Wereldoorlog ongeveer 225.000 Amerikanen per De belangrijkste nieuwe ontwikkelingen in de passagiers- jaar naar het buitenland (dat wil zeggen naar Europa) reisden, vaart tijdens het interbellum waren de introductie van de tourist waren dat er aan het einde van de jaren 1920 ruim 400.000 per third cabin-klasse en een breed aanbod aan cruises naar de meest jaar. Bovendien nam de rijkste 24 procent van de Amerikanen de exotische plaatsen. Behalve nieuwe reisformules besteedde de helft van de uitgaven in de recreatiesector voor zijn rekening.25 immc ook veel aandacht aan marketing en reclamecampagnes in De marketingafdelingen van de rederijen speelden daar slim op landelijke en plaatselijke kranten en in magazines zoals National in, voor iedere welgestelde Amerikaan was er wel een geschikte Geographic. Er ging veel geld om in dat soort van campagnes en

42 er was duidelijk sprake van een geïntegreerde aanpak voor alle rederijen onder de koepel. Om een ander voorbeeld te geven: de New Yorkse directie van de Holland Amerika Lijn drong er in de jaren 1920 steevast op aan bij de doorgaans voorzichtige Rotter- damse directie dat het succes van een cruise (of nieuwe reisfor- mule) enkel afhing van de reclame die ervoor gemaakt werd.28 Vanaf 1922 lanceerde de immc bovendien een nieuw maande- lijks tijdschrift,The Ocean Ferry, speciaal voor reisagenten, met alle informatie die ze nodig hadden om cruises en toeristische reizen te verkopen. Daarin verschenen regelmatig artikelen met uitleg over bepaalde marketingtechnieken en met tips en sug- gesties hoe het best reclame te maken en etalages te presenteren. Daarnaast ontwikkelde de immc reclamecampagnes voor speci- fieke doelgroepen, in het bijzonder voor vrouwen die als belang- rijke financiële besluitvormers werden gezien in Amerikaanse huishoudens (zie hoofdstuk 4). Een recensie in het handelsmaga- zine Printed Salesmanship vatte de essentie van The Ocean Ferry mooi samen: Selling a Boat Ride.29 Aan de opmaak van The Ocean Ferry was veel aandacht besteed: in het blad werden vele mooie foto’s afgedrukt van bestemmingen en van de luxe aan boord, naast reclames en reisverslagen. En er waren regelmatig speciale nummers over bepaalde landen of type cruises. Volgens The Ocean Ferry en diverse folders was de nieuwe tourist third cabin-klasse een uitvinding van de immc en was

Tourist third cabin-bagagelabel voor de Red en White Star Lines, Folder over de tourist third cabin, 1932, Collectie Vrienden van de Red Star circa 1925, Red Star Line Museum, Antwerpen Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

43 ze voor het eerst geïntroduceerd begin 1924, toen nog onder het label van college tours. De doelgroep was uitdrukkelijk om- schreven als de ontwikkelde Amerikaan – docenten, studenten, artsen, advocaten, kunstenaars, musici, et cetera – die interesse had in Europese reizen. Een folder sprak zelfs van ‘witteboor- denreizigers’.30 In een speciale folder met als titel What is tou- rist third cabin? uit circa 1925 werd bovendien expliciet vermeld dat deze nieuwe klasse uitsluitend bedoeld was voor toeristen. Ze was dus niet toegankelijk voor emigranten en er waren ook geen gewone derdeklaspassagiers aan boord.31 Kortweg spraken de meeste folders van Great Steamers. Congenial Company. Com- fortable accommodations. Deze ontwikkeling ging niet voorbij aan de directie van de Cunard Line, die al in juni 1924, meteen na de introductie door de concurrentie, een rapport over de tou- rist third cabin-klasse had besteld. Het initiatief daartoe kwam van de reisagenten van de Cunard Line, die kansen zagen in het verkopen van reizen aan (leden van) de snel opkomende midden- klasse. De Cunard Line introduceerde deze nieuwe toeristische klasse in 1925.32 In 1926 werd de tourist third cabin ook toegepast in enkele schepen van de Red Star Line. Uiteindelijk zouden zelfs oceaan- stomers met dat doel worden ontworpen, die slechts één toeris- tische klasse passagiers vervoerde. Statistieken voor de passage op de Noord-Atlantische Oceaan laten duidelijk zien dat deze nieuwe toeristische klasse de voormalige tweede klasse geheel verdrong vanaf 1929. Deze ontwikkeling is waarschijnlijk be- spoedigd door de beurskrach uit dat jaar. Na 1929 verdubbelde Affiche voor cruises met de Lapland, ontwerp Louis Royon, 1923, amvc het aantal tourist third cabin-passagiers namelijk bij de Red Star Letterenhuis, Antwerpen Line. Overigens verdween in dat jaar ook bij de Holland Ame- rika Lijn om dezelfde reden de tweede klasse.33 Bij de Cunard Line, die ook in 1925 de toeristische klasse had geïntroduceerd, hield de tweede klasse iets langer stand, maar uiteindelijk ver- gelde. Het cruiseaanbod van de rederij in de jaren 1920 en 1930 dween zij ook daar helemaal in 1932.34 De tourist third cabin kan was zeer divers, gaande van kortere cruises naar de Caraïben tot dus in zekere zin als een voortzetting worden gezien van de one super-de-luxe cruises naar de Méditerranée of rond de wereld. class only-dienst die de Red Star Line al in 1906 had geïntrodu- Die laatste waren mogelijk geworden na de opening van het Pa- ceerd. In 1906, op het hoogtepunt van de emigratie naar Noord- namakanaal in 1915. Wie naar het overzicht van door de Red Amerika, was dat experiment nog niet noodzakelijk voor het Star Line aangeboden cruises kijkt (zie bijlage achteraan) zal een voortbestaan van de rederij. Maar na de immigratiebeperkingen duidelijke kentering opmerken aan het einde van de jaren 1920 van 1924 bood het een uitkomst. De marketingafdeling van de ten gevolge van de beurskrach van 1929 en de daaropvolgende immc hoefde slechts haar oude plan uit de kast te halen en het economische crisis. Terwijl de rederij in de jaren 1920 jaarlijks een nieuwe naam te geven. Bovendien hadden de rederijen van slechts enkele zeer luxe en lange cruises naar de Méditerranée of de immc daarmee een middel in handen om te ontkomen aan rond de wereld aanbood, deed ze in de jaren 1930 – net als andere de kartelafspraken waartoe alle rederijen zich tijdens de Noord- rederijen – verwoede pogingen om steeds kortere en goedkopere Atlantische Conferentie van 1908 hadden verbonden. cruises te verkopen. De gemiddelde duur van cruises zakte van 63 dagen in de periode 1923-1929 naar 15 dagen in 1930-1934. Jaren 1920: cruises In de jaren 1920 organiseerde de Red Star Line slechts zo’n twee Vanaf 1923 organiseerde de Red Star Line ook op eigen initia- à drie lange cruises per jaar; vanaf 1924 vertrok de Belgenland tief cruises. De rederij stond in voor het ‘drijvende hotel’ en de elk jaar midden december voor een cruise van 133 dagen rond de evenementen aan boord, terwijl een touroperator, meestal Ame- wereld. Verder deed de Lapland – en soms ook de Belgenland – rican Express of Thomas Cook & Son, de excursies aan land re- de Méditerranée aan voor cruises van 45 dagen.

44 Reisgidsen voor de jaarlijkse wereldcruise van de Belgenland, 1924-1931, Red Star Line Museum, Antwerpen basispakket naar believen uitbreiden met allerlei opties en extra uitstapjes. Zo bevonden zich op het A- of B-dek dure suites voor vier personen die 20.000 tot 30.000 dollar per reis kostten.40 Deze bedragen staan in schril contrast met het gemiddelde jaar- inkomen van een leraar (1.372 dollar) of van een postbediende (2.137 dollar) in 1928, leden van de lagere middenklasse die zich zo’n cruise niet konden veroorloven.41 Bij iedere cruise hoorde een foldertje of kleurenbrochure en een boekje met informatie over comfort en dienstverlening aan boord van de schepen en over de bestemmingen die tijdens de cruise werden aangedaan. Aan illustraties en teksten werd veel aandacht besteed. In de reisgidsen voor de wereldreizen van de Belgenland werd zelfs aanvullende reisliteratuur gesuggereerd, die geleend kon worden uit de boordbibliotheek. Niets werd aan het toeval overgelaten tijdens een cruise. In de meest verleide- lijke taal werd in die brochures een gemoedelijke sfeer en gevoel van verwondering opgeroepen. Vermaak stond voorop. Een tref- fend voorbeeld is de reisgids Strange places and strange faces uit 1929 voor de zesde wereldcruise: ‘Een geweldig plezierschip, een indrukwekkende en blijvende educatieve ervaring, een gelegen- heid om de belangrijkste bezienswaardigheden in de wereld te zien – deze redenen alleen al zijn overtuigend om deel te nemen aan een Belgenland-cruise. Maar nadat alles is gezegd en ge- daan, is plezier hebben het enige wat je echt wilt op vakantie. Sporten, prettig gezelschap, vrolijkheid, een vermakelijke tijd! De Belgenland-cruise is zo gepland dat elke passagier de vorm van vermaak vindt die het best bij hem of haar past.’42 Brochure ‘The ideal cruiseship Belgenland’, vermoedelijk 1932, Collectie En welk schip was er beter geschikt dan de Belgenland om Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen die strange places and strange faces te zien? De Belgenland werd in verschillende wereldcruisebrochures geprojecteerd als de ide- ale thuisbasis om de wereld te zien vanuit de eigen vertrouwde en comfortabele omgeving. In de brochures voor de vierde en vijfde In de jaren 1920 richtten alle rederijen zich allereerst op wereldcruise werd de Belgenland als volgt voorgesteld: ‘En de Bel- Amerikaanse reizigers. Niet alleen vertrokken alle cruises van- genland is ook een jacht. Voor de landman is een jacht eerder een uit New York, maar uit een analyse van de passagierslijsten blijkt manier van denken dan een schip met bepaalde maten. Een jacht dat ongeveer 95 procent Amerikaan was.35 Bovendien waren staat voor luxe, schittering, chic. (…) Het betekent vrijheid van al- meer dan de helft van passagiers vrouwen, wat erop wijst dat de les in het leven dat tot last is, en toetreden tot alles in het leven dat op vrouwen gerichte reclamecampagnes effect sorteerden.36 Om vrolijk is. In de ogen van zeelieden is de Belgenland te groot om een idee te geven van de welstand van de cruisepassagiers: van een jacht te worden genoemd. Maar in de beleving van de reiziger 1924 en tot en met 1927 vervoerde de Red Star Line 5557 cruise- die rond de wereld cruiset op de Belgenland, wordt het geliefde passagiers vanuit New York naar de Méditerranée, van wie 59,8 schip zijn jacht, voor de rest van zijn leven. Het is de realisatie van procent in eerste klasse.37 wat psychologen “de jachtdroom” zouden kunnen noemen.’43 Met In de jaren 1920 waren cruises een duur tijdverdrijf (voor andere woorden, de Belgenland werd gepresenteerd als de ideale een overzicht van cruises zie achteraan). In 1925-1926 kostte het omgeving om de werkelijkheid te ontvluchten en zorgeloos de goedkoopste ticket voor een cruise van 45 dagen met de Lapland wereld te ontdekken. Dat droombeeld en het samenhorigheids- naar de Méditerranée 690 dollar..38 De prijzen van een wereldreis gevoel van de ‘Belgenlanders’ werden bovendien tijdens de cruise van 133 dagen op de Belgenland (in 1927) begonnen vanaf 2.000 aangewakkerd door middel van bewuste reportages van de crui- dollar (inclusief basispakket excursies).39 Deze minimumprijs semanagers in de World Cruise News, het gratis boordkrantje dat was op basis van een ‘stateroom’ (eenvoudige binnenkajuit) voor tijdens een cruise zo’n drie keer per week verscheen. één persoon (op de laagste dekken E of F). Uiteraard kon je het Waar zij in de reisgids Strange places and strange faces potenti-

46 niet meer door de beugel zouden kunnen, laten vooral zien hoe gewoon dat soort raciale stereotyperingen – via massamedia als kranten, magazines, radio en film – waren geworden voor de ge- middelde Amerikaan.45 Waar in het laatste kwart van de negentiende eeuw de ont- wikkeling van de stoomscheepvaart het mogelijk maakte om – vooral tijdens wereldtentoonstellingen – volkerenshows te organiseren waarin de bevolking van de koloniën letterlijk ten- toongesteld werd, konden rijke Amerikanen het zich tijdens het interbellum veroorloven om die ‘exotische mensen’ in hun eigen ‘biotopen’ te bekijken. Maar net zoals de ‘Wild West’-shows of volkerenshows die waren geënsceneerd om de primitiviteit van de tentoongestelde mensen te beklemtonen,46 waren ook de be- zoeken aan die strange places and strange faces op dezelfde wijze georkestreerd door de touroperators of plaatselijke autoritei- ten. Dat was ook precies wat advertenties beloofden. Neem nu een advertentie uit 1926: ‘Werkelijk de wereld zien op de Bel- genland-cruise. Alleen maar naar landen gaan is niet genoeg. Je moet gaan met een ziend oog [seeing eye] – en met de kennis om te weten waarnaar te kijken. Twee succesvolle Belgenland-we- reldcruises langs exact dezelfde route hebben ons een duidelijk idee gegeven juist hoe lang mensen graag op bepaalde plekken blijven hangen, juist wat ze willen zien, en juist wanneer ze van het ene land naar het andere wensen te hoppen.’47 Met andere woorden, de cruisetoerist werd uitgenodigd om goed te kijken, maar de reisorganisatie bepaalde wat hij zag. Zelfs op verplaatsing werden allerlei vertoningen georgani- seerd voor de cruisepassagiers waarin ‘inheemse’ bewoners wer- den getoond en ze hun tradities vertolkten geheel naar de ver- wachting van de toeristen, namelijk precies zoals ze die ‘thuis’ Brochure voor een cruise op de Lapland langs Zuid-Amerika, Afrika en hadden kunnen zien. Zo beschrijft bemanningslid Eugène Van de Méditerranée, 1930, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Hove in zijn dagboek tijdens een halte in Keelung in Taiwan op 8 Line Museum, Antwerpen februari 1928 het bezoek aan het schip van ‘eenen familie wilden – “Tawains” genaamd – die de eerste inwoners van het eiland waren en hunne barbaarsche wetten van menscheneeterij nog steeds uitoefenen.’ Zij waren uit hun reservaat in de bergen ge- ële cruisepassagiers nog redelijk subtiel uitnodigden om ‘vreem- haald – dat volgens Van Hove geheel omheind was met een hek de plaatsen en vreemde mensen’ op reis te bekijken, wonden de onder elektrische spanning – en werden onder politiebegelei- tekstschrijvers van de immc er in de folder Let’s go tom-toming ding aan boord van de Belgenland gebracht. Zij waren uitgedost uit 1930 geen doekjes meer om: ‘Let’s go tom-toming! Laten we in ‘schreeuwende gekleurde’ kleren en hun lichamen en gezich- gaan zien of die medicijnmannen en stamhoofden in Afrika zo ten waren beschilderd, en ‘vergasten ons op eenige hunner wilde zwart zijn als ze in de films worden afgeschilderd! (…) Laten we dansen hetwelk door allen aan boord zeer gesmaakt werden.’ deze winter gaan – op grote cruise naar het zuidelijk halfrond op Uiteraard werd in de show de nadruk gelegd op hun primitieve de Lapland! Heeft u niet gehoord over de mysterieuze tamtam, gebruiken zoals het koppensnellen. Dat vond Van Hove vanzelf- het “oorlogstromgeroffel” van Afrika, dat radionieuws mijlenver sprekend onbeschaafd en barbaars.48 door de jungle van de ene stam naar de andere overbrengt? Heeft De show die deze inheemse stam uit de Taiwanese hoog- u geen beelden gezien van stammendansen? Kom deze dingen landen aan boord van de Belgenland opvoerde, verschilde zelf zien op de Lapland cruise. (…) Binnen drie dagen zult u in waarschijnlijk nauwelijks van eender welke andere Taiwanese lichte kleren gehuld zijn en in een zorgeloze en zomerse stem- volkerenshow tijdens (wereld)tentoonstellingen. Zo was er bij- ming verkeren.’44 Dergelijke bewoordingen, die vandaag de dag voorbeeld tijdens de grote Japan/Groot-Brittannië-tentoonstel-

47 ling in Londen in 1910 een ‘Formosa-paviljoen’ waar een typi- 1910, zullen de Japanse autoriteiten in Taiwan de Amerikaanse sche Taiwanese gemeenschap in verschillende tableaux vivants toeristen op de Belgenland in 1928 de cultuur van de Taiwanese verbeeld was, met inheemse Taiwanezen die vreedzaam aan het inboorlingen die zij hadden onderworpen als ‘primitief’ hebben werk waren. Met dat doel waren 22 inboorlingen van het Taiwa- voorgesteld. Alleen op die manier konden zij de Japanse ‘hoge’ nese laagland verscheept naar Londen om in het bewuste pavil- cultuur aantonen. Bij bemanningslid Eugène Van Hove maakte joen activiteiten na te bootsen en oorlogsdansen en -sporten te het alvast die indruk. tonen. De bedoeling van die show was te laten zien dat de Japan- ners in staat waren de meest geduchte inboorlingen van Taiwan Bij het samenstellen van de reisgidsen voor de wereldcruises was te civiliseren.49 Taiwan was na de eerste Chinees-Japanse oorlog aan ieder mogelijk publiek gedacht. De reisgidsen voor de vijfde en (1894-1895) in handen van Japan gekomen. Japan propageerde de zesde wereldcruise bijvoorbeeld bevatten afzonderlijke hoofd- een beschavingsoffensief in alle gebieden in Oost-Azië onder zijn stukken voor vier verschillende doelgroepen of perspectieven: de gezag, met de bedoeling alle invloeden van de eerdere Chinese wereldcruise als sightseeing-onderneming, de wereldcruise van- overheersing ongedaan te maken en de inheemse stammen te uit een educatief standpunt, de wereldcruise voor de levensgenie- onderwerpen. Dat beleid kwam het sterkst tot uitdrukking in ter en voor het vermaak, en de wereldcruise voor de zakenman.51 het voormalige Formosa, waar de Chinezen volgens de Japan- Het hoofdstuk over de wereldcruise als sightseeing-onderneming ners alleen maar een corrupt en wreed bewind zouden hebben gaat als volgt: ‘In werkelijkheid biedt de Belgenland-cruise een gevoerd en de inheemse volkeren zouden hebben onderdrukt. schitterend panorama aan wonderlijke bezienswaardigheden en De Chinezen zouden bovendien in de Japanse visie op de Tai- mensen en plaatsen en gebruiken – een sightseeing-orgie, zo men wanese geschiedenis verantwoordelijk zijn geweest voor de wil – die de geest en het geheugen verrijkt zoals cultuur behoort slechte en wrede reputatie van de inheemse bevolking van Tai- te doen.’52 Het hoofdstuk over plezier aan boord telde maar liefst wan, in het bijzonder van de stammen die in de bergen leefden. zes pagina’s. Ter vergelijking, de reisgids van 87 pagina’s voor de Japan ondernam de missie om de inheemse stammen – indien tweede cruise van de Friesland in 1896 bevatte slechts één para- nodig met harde hand – te civiliseren en te ‘beschermen’ tegen graaf over recreatie tijdens de reis. De gids bevatte behalve prakti- de Chinese bevolking. Ondanks de quarantaine die rond 1900 sche wenken een uitgebreid reisprogramma en informatie over de rondom het berggebied was geplaatst – inderdaad via een stel- te bezoeken plaatsen.53 En natuurlijk was er een speciale brochure sel van wachtposten en geëlektrificeerde hekken – voerden de Shopping around the world beschikbaar.54 En voor wie er niet in inheemse bergbewoners verschillende bloederige aanvallen op was geslaagd de nodige exotische goederen in te slaan op de be- Japanse en Chinese bewoners van Taiwan uit, waarbij duizenden zochte plaatsen onderweg, waren in de Belgenlandshop tal van het leven lieten.50 Net als in het ‘Formosa-paviljoen’ in Londen in souvenirs verkrijgbaar, zoals aanstekers, asbakken, sigaretten- houders, presse-papiers, sleutelhangers, et cetera. Er waren zelfs verschillende pseudo-exotische spullen te krijgen zoals waaiers en schaaltjes met exotische scènes. Uiteraard waren die massapro- ducten allemaal voorzien van het logo van de rederij of van een opschrift van een specifieke cruise. Al die brochures wekten doelbewust allerlei verwachtingen bij potentiële deelnemers op door te verwijzen naar emoties als nieuwsgierigheid, verwondering, verbazing en uiteraard ook ple- zier. Precies dat soort gevoelens en stemmingen komen we tegen in de reisverslagen van cruisedeelnemers, of het nu passagiers waren of bemanningsleden, en dat al van bij de eerste cruises in de jaren 1920. Neem nu Burke Boyce, later scriptschrijver voor nbc Radio, die deelnam aan de eerste wereldcruise op de Bel- genland in 1924-1925 (zie hoofdstuk 1). Hij drukte zijn verlangen naar het zee-avontuur als volgt uit in zijn voorwoord: ‘Het ver- trekuur was gepland om middernacht. Een passend begin, want alle mysterieverhalen beginnen om middernacht, en we zouden Schaaltjes met exotische scènes met het opschrift ‘Red Star Line’, in het grootste mysterie ooit duiken – de wereld.’55 Reizen naar verkrijgbaar in de shop aan boord van de Belgenland, circa 1925, zoveel prachtige plaatsen sprak duidelijk tot de verbeelding. Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Waar Burke Boyce zijn boek over de eerste wereldcruise van Antwerpen, Bart Huysmans en Michel Wuyts de Belgenland schreef vanuit literaire belangstelling, publiceer-

48 Voorgedrukte logboeken voor de wereldcruises op de Belgenland, jaren 1920, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Ant- werpen, Bart Huysmans en Michel Wuyts

de Mary Stueve een boek over dezelfde reis uit zakelijk belang. Behalve via reclamecampagnes in kranten en tijdschriften Van haar wereldcruise samen met haar echtgenoot en haar doch- of via reisbureaus, werden cruises, in het bijzonder die rond de ter Thecla, die een reisbureau uitbaatte in Wapakoneta (Ohio), wereld, nog op een andere wijze gepromoot. De ‘cruise mana- had zij een reisverslag bijgehouden. Haar ervaringen verwerkte ger’ die tijdens de reis instond voor het activiteitenprogramma zij tot een boek met de duidelijke intentie om promotie te maken aan boord en uitstapjes naar bezienswaardigheden, toerde tus- voor de wereldcruises ten behoeve van haar dochters reisbureau. sen de cruises door zelf rond in de Verenigde Staten om lezin- In het voorwoord wees zij op de voordelen van een cruise ‘waar gen te verzorgen en de wereldcruises te promoten. Aan de hand de touroperator alles voor je regelt en in iedere haven auto’s op van dia- of zelfs filmvoorstellingen toonde hij de hoogtepunten je wachten om je naar de interessante bezienswaardigheden te van een cruise rond de wereld aan boord van de Belgenland aan brengen, terwijl je op zee wordt geëntertaind en voorbereid op een publiek van potentiële deelnemers.58 Ook hier was niets aan wat je zal zien.’56 Achteraan in het boek adverteerde dochter The- het toeval overgelaten, want tijdens de wereldcruises ging altijd cla uiteraard voor cruises rond de wereld. een professionele fotograaf mee om beelden van de toeristische Overigens stimuleerde de Red Star Line het schrijven van reis- bestemmingen vast te leggen. En aan het einde van de zesde we- verslagen. Tijdens de wereldcruises waren gratis voorgedrukte reldcruise in april 1930 was voor de deelnemers zelfs een compi- logboeken beschikbaar, waarin cruisedeelnemers een reisverslag latiefilm beschikbaar, samengesteld door Eastman Kodak Co., konden bijhouden, geheel naar eigen invulling. De ene passagier met beelden van alle havens die de Belgenland tijdens de reis had gebruikte het als fotoalbum (bijvoorbeeld Roland Fenner), een an- aangedaan. De film werd aan boord vertoond en was tegen beta- dere hield er uitvoerige reisnotities in bij (zoals student Fred Hart ling te bestellen.59 Bij de marketing en promotie van cruises werd en bemanningslid Eugène Van Hove) en weer een ander plakte er dus aan alles gedacht, tot en met de beelden die tot de verbeel- postzegels in van alle landen waar hij geweest was of stickers van ding moesten spreken. alle hotels die hij had bezocht. De Red Star Line borduurde daar- mee voort op een traditie die veel eerder was ingezet, vanaf de eer- Jaren 1930: het hoofd boven water houden ste cruises naar het Heilig Land met de Friesland in de jaren 1890. Terwijl de Red Star Line in de jaren 1920 floreerde op de markt In het laatste kwart van de negentiende eeuw was een bloeiende voor toerisme, luidden de beurskrach van 1929 en de Grote De- industrie ontstaan in het publiceren van cruisereisverslagen.57 pressie die erop volgde zware tijden in voor de meeste rederijen

49 ne met de beroemde tennisster Helen Mills in het voorjaar van 1931. De Watch your husbands-advertenties richtten zich speci- aal tot vrouwen omdat men ervan uitging dat zij een belangrijke rol speelden als besluitvormers in het huishouden, ook al waren zij meestal niet de kostwinners. Vrouwen werden in die recla- mes aangemoedigd het welzijn van hun echtgenoten scherp in de gaten te houden. Bij het minste of geringste teken van ver- moeidheid of stress was het duidelijk tijd om op cruise te gaan. Er was zelfs literatuur en een bijbehorende brochure verkrijgbaar bij reisagentschappen van de immc.61 Zoals gezegd waren in de vroege jaren 1930 na het wegval- len van de wereldcruises (die 133 dagen duurden) hoofdzakelijk korte cruises naar de Caraïben, de Méditerranée of zogenaamde show boat cruises verkrijgbaar. Een cruise naar de Middellandse Zee was inmiddels tot 15 dagen gereduceerd in plaats van 45 da- gen zoals in de jaren 1920 nog gebruikelijk was geweest. De crui- ses naar de Caraïben met de Lapland waren in twee varianten beschikbaar, het langere type dat 11 dagen duurde of het kortere type dat slechts 4 dagen in beslag nam. De Show Boat Cruises van de Belgenland naar Nova Scotia waren volgens de folders ‘een grote zee- en landvakantie van zes schitterende dagen en zes glamoureuze nachten.’62 Dat was uiteraard een understate- ment voor het drankfestijn dat volgde aan boord zodra het schip buiten de territoriale wateren van de Verenigde Staten voer. Net als bij de korte cruises naar de Caraïben werden de Show Boat Cruises verkocht onder het mom van het genieten van alle com- fort aan boord van de grote cruiseschepen, maar de goede ver- staander wist uiteraard dat er rijkelijk alcohol aan boord werd Bespreking van de reclamecampagne ‘Watch your husbands’ van de immc geserveerd. Tijdens de drooglegging, die tot 1933 aanhield in de in The Ocean Ferry, januari 1931, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Verenigde Staten, maakten de noodlijdende rederijen maar al te Red Star Line Museum, Antwerpen graag van de gelegenheid gebruik om dat soort booze cruises te organiseren, want die waren zeer lucratief.63

Het einde op de trans-Atlantische markt. Zelfs de zeer populaire cruise Na de Eerste Wereldoorlog en onder druk van de immigratiebe- rond de wereld op de Belgenland moest in 1932 worden afge- perkingen van 1921 en 1924 in de Verenigde Staten, waren re- last. De ‘zevende’ en laatste wereldcruise op de Belgenland was derijen binnen en buiten de koepel van de immc genoodzaakt eind april 1931 teruggekeerd in New York. Opnieuw moesten de nieuwe reisformules op de markt te brengen om deze financiële rederijen zich heroriënteren en dat is duidelijk zichtbaar in het crisis te overleven. De aandacht van de rederijen verschoof naar cruise-aanbod van de Red Star Line, dat een opvallende omslag de toeristische sector, waarbij de belangrijkste producten een laat zien na de beurskrach van 1929. Niet alleen bood de rederij uitgebreid cruise-aanbod en een nieuwe reisklasse, de tourist alleen nog maar kortere cruises aan van maximaal vijftien da- third cabin, waren.64 Toch hielpen al dat soort maatregelen uit- gen, maar vanaf 1930 werd ook tijdens cruises de tourist third ca- eindelijk niet om het tij te keren. De beurskrach van 1929 en de bin geïntroduceerd. Cruises bleven daarmee niet langer bestemd daaropvolgende economische crisis gaven de nekslag. Pas begin voor een select publiek zoals dat in de jaren 1920 was geweest. jaren 1930 ontdekte de Red Star Line, net als andere rederijen Bovendien werden de prijzen van cruises aangepast aan de ge- van de immc, de Britse (en Canadese) markten voor cruisetoe- daalde inkomens. Zo kregen veel brochures een baseline mee in risten. De Red Star Line organiseerde begin jaren 1930 een hele de trant van Adjusted to 1932 Incomes.60 Tegelijkertijd werden reeks betaalbare cruises naar de Méditerranée die vertrokken grootscheepse reclamecampagnes opgezet, zoals de Watch your vanaf Londen (Tilbury Landings), meestal aan boord van de husbands-campagne in de tweede helft van 1930 of de campag- Lapland.

50 Brochure voor cruises met de Red Star Line vanaf Londen, 1934, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

Het mocht niet baten. Het lukte de en de Red Star Line maar niet om uit de kosten te komen en rendabel te blij- ven. De Red Star Line moest in 1934 de boeken neerleggen terwijl de White Star Line in hetzelfde jaar werd overgenomen door de Cunard Line. Desondanks hadden de rederijen onder de immc en hun concurrenten de weg gebaand voor de democratisering van de trans-Atlantische reizen en voor het cruisetoerisme.

Brochure voor zesdaagse cruises, 1931, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

51

★ DE CREW OP CRUISE. EEN BLIK ACHTER DE SCHERMEN VAN HET DRIJVENDE HOTEL BELGENLAND

Marie-Charlotte Le Bailly

Enkele dagen na het vertrek van de vijfde wereldcruise van de Belgenland uit New York eind december 1928 kreeg Fred Hart de kans om de kwartieren van de bemanning te zien. Fred Hart was een van de 52 studenten die deelnamen aan de ‘College World Tour’ op de Belgenland en was afkomstig uit Oakland in Californië. Van zijn wereldreis hield hij een dagboek bij, dat be- waard wordt in het Red Star Line Museum (Collectie Vrienden van de Red Star Line). Fred Hart beschreef hoe groot het con- trast was tussen de eenvoudige ruimtes van de crew en de uitge- breide en luxe lounges van de passagiers. Hij verbaasde zich ook over hun grote aantal, volgens hem waren er minstens evenveel bemanningsleden als passagiers: ‘Geen wonder dat de rederijen zoveel aanrekenen voor een ticket!’1 Inderdaad was tijdens een wereldcruise de ratio tussen crew en passagiers ongeveer vier te- gen drie (zo’n 450 passagiers tegenover 600 bemanningsleden). Maar wat Fred Hart zich allicht niet realiseerde, is dat zoveel bemanningsleden ook nodig waren om de cruisepassagiers van alle gemakken te voorzien zodat ze zich thuis zouden voelen op de Belgenland. Ook al voer de Belgenland ’s nachts door, zodat de passagiers zo veel mogelijk slapend vervoerd werden naar de volgende bestemming, dan nog brachten zij bijna de helft van de tijd door op zee. Om een idee te geven, tijdens de derde wereld- cruise van de Belgenland van 1926-1927 werden maar liefst 59 van de 132 dagen (overdag) op volle zee gespendeerd. Onder de titel If I had a ship, Monsieur konden de brochu- res voor de vijfde en de zevende wereldreis van de Belgenland het niet treffender zeggen: ‘Als ik zo’n schip had, mijnheer, dan zou ik er de wereld mee rondreizen en alles zien. Het zou als een drijvende stad op zee zijn. Een mens zou kunnen reizen en de hele wereld zien, en al die tijd thuis zijn!’2 De crew speelde een cruciale rol bij het tot stand brengen van dat ideaalbeeld en het onderhouden van de comfortzone waarin de cruisepassagiers Brochure voor de zevende wereldcruise op de Belgenland, 1930-1931, zich wentelden. Dit hoofdstuk behandelt de organisatie van het Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, drijvende hotel Belgenland vanuit het perspectief van de beman- Antwerpen ning. Het personeelsarchief van de Red Star Line is weliswaar

54 niet bewaard gebleven, maar dankzij de vele verhalen, docu- menten en objecten die het Red Star Line Museum sinds 2008 ontving van familieleden kunnen we toch het verhaal van de be- manning reconstrueren. Zo kreeg het Red Star Line Museum in 2012 van zijn dochter Anita Van Hove het dagboek van bemanningslid Eugène Van Hove dat hij bijhield tijdens zijn cruise rond de wereld met de Belgenland in 1927-1928. Van Hove was een van de drie writers aan boord en maakte deel uit van de staf van purser John Lock, die toen al zijn vierde wereldreis op de Belgenland als purser deed. De pursersstaf was verantwoordelijk voor de passagiers- registratie en het opstellen van roosters van het boordpersoneel. De purser was ook verantwoordelijk voor het evenementen- en sportprogramma aan boord van de Belgenland.³ De leden van de pursers staf hadden ook om toerbeurt een keyboard watch (meestal tot 2 uur ’s nachts). Zij waren dan van wacht om de sleutels aan de passagiers terug te geven als ze terugkwamen aan De Belgenland gezien vanaf het drukbezochte Sint-Annastrand te boord na een uitstapje aan wal.⁴ Vanuit zijn functie aan boord Antwerpen, 1922, mas Antwerpen was de 23-jarige Eugène Van Hove de ideale observator om ons een kijk achter de schermen van het drijvende hotel Belgenland te bieden.

Op naar Cuba en Panama Voor de bemanning begon (en eindigde) een wereldreis in thuis- haven Antwerpen. Ruim 80 procent van de crew stapte op in Antwerpen, ongeveer een tiende in Southampton en de rest volg- de in New York, San Francisco of Los Angeles. Zo’n 40 procent van de bemanning had de Belgische nationaliteit. De meerder- heid van hen kwam uit Antwerpen en omgeving. Voor veel Ant- werpenaren was aanmonsteren de manier om de wereld te zien. Ongeveer 40 procent van de bemanning had de Britse nationali- teit. De rest kwam vooral uit Nederland, de Verenigde Staten of Scandinavië. De Belgenland voer begin december van Antwer- pen naar New York als een reguliere trans-Atlantische oversteek met hoofdzakelijk passagiers in toeristische klasse. Midden december vertrok de eigenlijke wereldcruise uit New York, met ruim 90 procent rijke Amerikanen aan boord. Een deel van hen stapte op in Californië.5 Op 2 december 1927 vertrok de Belgenland voor zijn vierde wereldreis en Eugène Van Hove schreef met enige weemoed dat hij zijn geboortestad Antwerpen zes maanden zou moeten mis- sen. Zijn geboortestad die ‘al scheen zij vertegenwoordigd door onzen reuzen toren (O.L.Vrouw Kerk), mij met trotsheid scheen te zeggen “Eene voorspoedige en gezonde reis, jongen, en eene blijde terugkomst”’.⁶ De trans-Atlantische overtocht ging ech- ter niet van een leien dakje, op zee stak een zware storm op en ‘veel glaswerk en versiersel werdt [sic] verbrijzeld’.⁷ Met een volle dag vertraging kwam de Belgenland op 12 december aan in New York. Daar begon pas het echte werk voor Van Hove. 259 passa- De Belgenland gemeerd aan de hangars van de Red Star Line te Antwer- giers stapten op en kwamen hem ‘alle oogenblikken lastig vallen pen, foto door Georges Champroux, circa 1925, mas Antwerpen

55 Eugène Van Hove in zijn ‘whites’, foto uit zijn fotoalbum tijdens zijn we- reldreis op de Belgenland, 1927-1928, Collectie Anita Van Hove

met die stomme vragen aan reizigers eigen.’⁸ De rest van de pas- sagiers kwam in San Francisco aan boord. Na het vertrek van de Belgenland uit New York verlangde Eugène Van Hove naar warmere temperaturen, naar het mo- ment dat hij een lichter uniform zou mogen aantrekken: ‘Ook verlangen we allen naar den volgenden dag om onze “blues” met “whites” te veranderen.’⁹ Op 17 december, net voorbij Florida, op weg naar Havana, kreeg de crew eindelijk het bevel hun witte uniformen aan te trekken. Mevrouw Anderson, die in de zomer Bemanningsleden in actie terwijl de poorten van de Miraflores Locks in van 1932 een Méditerranée-cruise op de Lapland deed, beschrijft het Panamakanaal zich sluiten voor de Belgenland, stills uit de amateur- in haar reisdagboek wat een prachtig gezicht het was om naar de film door de familie Olsen van de vierde wereldcruise van de Belgenland, bemanning in hun uniformen te kijken: ‘Misschien is het meest 1927-1928, Red Star Line Museum, Antwerpen

56 opwindende zicht wel dat van de crew in hun “white ducks” – we waren nu echt aangekomen in het warme weer. De zon schitterde en de zee was ongelofelijk blauw.’10 Een dag later volgde de life-boat drill, de veiligheidsoefening die verplicht was aan boord van stoomschepen sinds 1914, na de ramp met de . Van Hove legt uit dat voor de oefening reddingssloepen werden afgelaten in de haven van Havana en dat de crew ermee moest rondvaren als in een geval van nood.11 Het aandoen van de zwemvesten leidde volgens student Fred Hart tot grote hilariteit onder de passagiers, die onhandig wa- ren en zich ongemakkelijk voelden: ‘Iedereen lacht veel, terwijl de crew eromheen staat, zeer gesofisticeerd in hun zwemves- ten.’12 Ook mevrouw Anderson viel het verschil op tussen crew en passagiers tijdens de veiligheidsoefening op de Lapland. De bemanningsleden verveelden zich en hadden duidelijk meer in- teresse voor de passagiers dan voor hun taak, schreef ze in haar dagboek. Maar een woord van een officier volstond om ze weer in het gareel te brengen.13 Vanuit Cuba vervolgde de Belgenland zijn route richting Californië via Colon door het Panamakanaal. Van Hove was erg onder de indruk van dat technologisch staaltje en wijdde een volle pagina in zijn dagboek aan de bouwgeschiedenis van het kanaal onder leiding van de ingenieur George Washington Goethals, die Belgische roots had. Het schip had nog maar nau- welijks Balboa aan de andere kant van het kanaal verlaten, of er deed zich een ernstige situatie voor, enkele uren voor kerstavond. Van Hove meldde in zijn dagboek dat de 30-jarige matroos Ove Svendson bij het openen van een venster was uitgegleden, daarbij zijn evenwicht had verloren en vervolgens overboord was geval- len. De Belgenland werd stilgelegd en een reddingssloep werd afgelaten, maar tevergeefs. Er waren haaien gesignaleerd en men vreesde het ergste. De kerstviering ging die avond wel door aan boord, maar niemand kon echt het nare ongeluk uit zijn ge- dachten zetten. Het was een triest einde voor een matroos die al vijftien jaar in dienst was.14 Er volgde een inzameling onder de cruisepassagiers ten behoeve van de nabestaanden, die 668 dollar opleverde.15 Uitgaande van een gemiddeld maandloon van 8 Britse pond, kwam dat ongeveer op anderhalf jaar salaris. De Belgenland voer intussen verder richting Los Angeles en San Francisco waar het nog tal van passagiers zou oppikken.

Organisatie aan boord Hoezeer Fred Hart zich er ook over verbaasde, het is niet ver- wonderlijk dat er zoveel bemanning aan boord was om het drij- vende hotel Belgenland te beheren. In feite waren er aan boord van het schip vier grote personeelsafdelingen.16 De eerste afde- ling bestond uit de kapitein, de officiers en de ploeg matrozen Een reddingssloep wordt opgehaald na de vergeefse zoektocht naar ma- op het dek. Voor kapitein William Morehouse, die sinds 1902 in troos Ove Svendson die overboord is geslagen, stills uit de amateurfilm dienst was van de Red Star Line, waren de wereldreizen van de door de familie Olsen van de vierde wereldcruise van de Belgenland, Belgenland een kroon op zijn loopbaan. Hij leidde vier van de 1927-1928, Red Star Line Museum, Antwerpen

57 zeven wereldcruises.17 Dokter Fernand Basecq, die graag schil- derde in zijn vrije tijd, was de toegewezen scheepsarts van de Belgenland vanaf zijn lancering in 1923. Hij maakte alle zeven wereldcruises mee.18 De tweede afdeling, onder leiding van de hoofdingenieur, omvatte een uitgebreide ondersteunende en technische crew (in- genieurs, stokers, trimmers, greasers), die noodzakelijk was om het schip bijna onophoudelijk in de vaart te houden. Hoofdin- genieur John Russell Mackay was een oude zeerot met veertig jaren dienst op zee en was aan boord bekend om zijn gevatte ge- dichten.19 Trimmers schepten kolen van de kolenbakken naar de ovens, terwijl de stokers het vuur in de ovens brandend moesten houden. De greasers zorgden ervoor dat alle onderdelen van de werkende (en hete) machines goed gesmeerd waren.20 Langere pauzes waren zeker geen overbodige luxe voor sto- kers, trimmers en greasers. Mevrouw Anderson, die in de zomer van 1932 een cruise naar de Méditerranée deed op de Lapland, beschrijft hun zware werkomstandigheden uitvoerig in haar reisdagboek. Onder leiding van hoofdingenieur William Mac- Farlane, met wie ze bevriend was geraakt, bracht zij een bezoek aan de stookplaats. Gehuld in haar zwemtenue, een katoenen overall en een helm, was zij afgedaald naar de donkere ruim- tes onder de waterlijn volgepakt met machinerie. De officier van wacht stond op een platform met honderden wijzerplaten, drukmeters en draaiknoppen, terwijl telegraafbellen constant rinkelden om de orders vanaf de brug door te geven. Zij ver- geleek de machinekamer met de Hades, bestaande uit enorme kolenbakken en brandende ovens. Er was een ‘constante pro- Rangen van personeel aan boord van Red Star Line-schepen, Collectie cessie van grimmige figuren die kolen scheppen in de honge- Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen rige ovens’. Volgens haar zou ‘alleen het laagste soort blanke man als stoker of trimmer willen intekenen in een stoomschip’. Mevrouw Anderson was danig onder de indruk van de machi- nes, de schroef en de drievoudige turbine die continu ritmisch bromde. Er waren condensatoren die tonnen zeewater verwerk- ten en de restanten langs de zijkanten van het schip uitspuw- den. Overal waren greasers aan het werk, in de gekste posities, omdat het van vitaal belang was om alle onderdelen van de ma- chines goed gesmeerd te houden. Na haar bezoek realiseerde zij zich beter wat het voor het machinekamerpersoneel betekende als de snelheid van het schip werd opgevoerd zodat de cruise- passagiers meer tijd aan wal konden spenderen.21 Overigens gebeurde het wel vaker tijdens cruises dat passa- giers op uitnodiging van de hoofdingenieur een bezoekje moch- ten brengen aan de machinekamer. Zij kregen doorgaans zelfs een souvenirkaartje mee als aandenken aan hun bezoek, zoals het visitekaartje dat Robert D. Caine van hoofdingenieur John Russell Mackay kreeg tijdens de wereldcruise van 1926-1927.22 Officiers op de uitkijk, stills uit de amateurfilm door de familie Olsen De derde personeelsafdeling was het ‘drijvende hotel’.23 Met van de vierde wereldcruise van de Belgenland, 1927-1928, Red Star Line een ploeg van 432 werknemers was dat bovendien de grootste af- Museum, Antwerpen deling. Aan het hoofd ervan stond chief steward William T. Heath,

58 die met twintig jaar dienst op zee veel ervaring had. Van de 432 waren er 288 stewards, 63 keukenpersoneel (koks, bakkers, sla- gers, afwassers, voorraadbeheerders, et cetera), 45 wasserijme- dewerkers, 3 kappers, 1 manicuurster, 1 masseur, 1 masseuse en 12 muzikanten.24 Sinds zijn lancering in 1923 had de Belgenland ook een vaste Franse chef-kok, Paul Germain uit Saint-Malo in Bretagne, die uiteraard ook mee was tijdens de wereldreizen.25 In de drijvende ‘stad’ Belgenland waren bovendien allerlei facilitei- ten aanwezig, zoals winkels, een donkere kamer en fotografische dienst, een drukkerij, sportruimtes, kinderspeelkamers, tafel- tennisbanen, zwembaden, terrassen, cafés, lounges, enzovoort, die allemaal bemand moesten worden. Alleen zo konden passa- giers zich thuisvoelen en op hun wenken worden bediend. Want, zoals mevrouw Anderson in haar reisdagboek schreef, ‘alles gaf de indruk dat men niet aan boord van een schip was, maar in een of ander hotel. Alleen het feit dat de stoelen zwaar waren en vastgeklonken aan de vloer, en de lichte beweging van de tafel, herinnerden eraan dat we op zee waren.’26 Volgens haar hadden eersteklaspassagiers de beschikking over vier bedienden per ca- bine: twee stewards, een stewardess en een bellboy. De bellboys waren de jongste bedienden aan boord en moch- ten vanaf de leeftijd van veertien jaar op de stoomschepen wer- ken.27 Hun taak was het luiden van de bel op aangegeven uren. Stewardess , die na een lange carrière op zee – vanaf 1908 voor de Royal Company en de White Star Line en vanaf 1926 voor de Red Star Line – haar memoires schreef, had een zwak voor die jongens die op de lange vaart werkten. In theo- rie hoefden bellboys vanwege hun leeftijd geen manueel werk uit te voeren, zodat ze meer tijd hadden voor diensten voor passa- Aandenken aan een bezoek aan de machinekamer van de Belgenland door giers, maar dat had volgens Jessop juist een averechts effect. De passagier Robert D. Caine tijdens de derde wereldcruise, 19 januari 1927, bellboys liepen continu af en aan om stewards te assisteren en Vrienden van de Red Star Line, Antwerpen boodschappen voor passagiers te doen, zeker naarmate de crui- ses korter en korter werden. Jessop schreef hoe zonde het was dat die jongens al zo jong zo’n hard leven hadden. En ze zag er verschillenden aan de werkdruk en drank ten onder gaan.28 Volgens het boordreglement mochten zeelieden, in het bijzon- der stewards, niet familiair omgaan met passagiers.29 Mevrouw Anderson vermoedde dat de stewards in hun opleiding zelfs een speciale test kregen voor tact en beheersing, omdat mensen aan boord van schepen excentrieke trekken konden vertonen en hoogst onredelijk konden zijn.30 Maar juist op een cruise, waar crew en passagiers nauwer met elkaar in contact stonden, diende zich weleens een gelegenheid aan voor verbetering. Zo had Peter Germain, de broer van chef-kok Paul Germain, die assistent-kok was tijdens de eerste wereldcruise op de Belgenland, werk gevon- den als chef-kok van het Moana Hotel op Honolulu.31 Een ander voorbeeld was Armand Verbinnen, die was begonnen als writer op de Belgenland in september 1925. Hij had van een rijke Cali- De pursersstaf, foto uit het fotoalbum van bemanningslid Eugène Van fornische passagier tijdens de derde wereldcruise een baan aan- Hove (eerste op de achterste rij) tijdens zijn wereldreis op de Belgenland, geboden gekregen als butler in San Francisco. Het was een blij 1927-1928, Collectie Anita Van Hove

59 Russell Dent, steward op verschillende schepen van de Red Star Line, Elvira Tyck was van 1900 tot 1914 stewardess bij de Red Star Line in de waaronder de Belgenland tijdens haar eerste cruise naar de Méditer- eerste klasse. In die periode ontmoette ze haar latere echtgenoot Russell ranée begin 1924, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Dent, die als steward werkte voor de Red Star Line, Collectie Vrienden Museum, Antwerpen van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

weerzien met de oude collega’s van de Belgenland, schreef Eugè- ne Van Hove, ‘en niettegenstaande we in droog Amerika zitten kraken we verscheidene fleschjes!’32 (Van Hove refereerde hier aan de drooglegging.) De beste vangst was wellicht die van de 27-jarige steward Alfred Pierce. Tijdens de derde wereldcruise sloeg hij de zeven jaar oudere, rijke weduwe Jean Nawn aan de haak. Begin april 1927 traden zij in Manilla in het geheim in het huwelijk. Aangezien de omgang tussen stewards en passagiers verboden was, werd Pierce direct op non-actief en in verzekerde bewaring gesteld. Pas in Napels mocht hij van boord om met zijn vrouw op huwelijksreis te gaan.33 Tot slot was er het cruise department, dat een grote kantoor- Telegram dat Elvira Tyck stuurde aan haar man Russell Dent, die toen ruimte had op het bovenste promenadedek van de Belgenland. dienst deed op de Belgenland tijdens de eerste cruise naar de Méditer- Het was hoofdzakelijk verantwoordelijk voor de organisatie van ranée, om de geboorte van hun zoon Guss aan te kondigen, februari de excursies aan land. Opvallend is dat de cruisestaf op de passa- 1924, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, gierslijsten meestal niet als crew werd geregistreerd maar als pas- Antwerpen

60 sagiers die niet meetelden (er kwam not counted bij te staan). Zij droegen ook geen uniform.34 De tickets van de leden van de crui- sestaf werden betaald door de immc. Voor de organisatie van de wereldcruises werkte de immc samen met American Express, dat het reisprogramma ondersteunde (reservering hotels en gid- sen, organisatie excursies, traveller’s cheques, et cetera). Tijdens de zesde wereldreis van de Belgenland bestond de cruiseafdeling uit maar liefst 23 medewerkers.35 Onder de deskundige leiding van de cruisemanager (namens American Express) en de educa- tief directeur waren zij continu in touw om het cruiseprogramma vlot te laten verlopen. Aan alles werd tot in de kleinste details ge- dacht. In het boordkrantje World Cruise News, dat iedere dag op volle zee verscheen en voor ‘een glimlach’ te verkrijgen was, werd behalve radionieuws allerlei praktische informatie meegedeeld over activiteiten aan boord of ter voorbereiding van geplande ex- cursies. Huiscartoonist William Seabrook tekende vermakelijke cartoons en strips en de meereizende fotograaf maakte de no- dige illustraties. De cruisestaf verzorgde lezingen, diashows en filmvertoningen aan boord over de verschillende toeristische be- zienswaardigheden op de plaats van bestemming. In de boordbi- bliotheek waren tal van reisgidsen of reisliteratuur beschikbaar voor de cruisepassagiers. Voor de organisatie van evenementen en activiteiten aan boord stonden purser John Lock en zijn staf de cruiseafdeling bij. De pursersstaf organiseerde wedstrijden en toernooien van diverse sporten aan boord. Ook waren er regelmatig diners, con- certen en dansavonden rond een bepaald thema. John Lock was een ervaren purser en was in dienst van de immc sinds 1912. Hij maakte de zeven wereldreizen van de Belgenland mee.36 Bij al deze activiteiten was muziek uiteraard onontbeerlijk. Aan boord van de Belgenland waren verschillende muziekorkesten, zoals

Yvonne Van Ophem, manicuriste op de Lapland van maart 1928 tot april François De Ridder, writer aan boord van de Lapland, foto uit zijn album 1929. Zij ontmoette er haar toekomstige echtgenoot François De Ridder, die tijdens een cruise naar de Caraïben van 17 januari tot 29 april 1929, voor het eerst dienst deed als writer aan boord van de Lapland in april 1928, Collectie familie De Ridder Collectie familie De Ridder

61 het eigen Belgenland-orkest en de Amerikaanse Jazz Band van de broers Burton en Chas Fischer, die verschillende malen de we- reld rondtoerden met de Belgenland.37 Zowel de cruiseafdeling als de pursersstaf kon niet zonder de diensten van de boorddrukkerij. Drukker Walter Pittoors leverde al het drukwerk aan boord, van briefpapier, menukaar- ten, concertprogramma’s tot de World Cruise News.38 Er waren voor alle passagiers ook gratis souvenir-logboeken beschikbaar van hun wereldcruise (zie hoofdstuk 2). Het ging om een soort ringbanden op ongeveer A5-formaat, waarin praktische infor- matie over de cruise werd verstrekt.39 Standaard zaten daar voor- gedrukte bladen in zoals een passagierslijst, het itinerarium van de cruise en het programma van de verschillende excursies. De boorddrukkerij verzorgde een wekelijkse samenvatting van het scheepslogboek om bij het logboek te voegen, met informatie over de positie van het schip, afgelegde afstanden, het weer en opmerkingen over het weekprogramma. Van de ruim zeshonderd bemanningsleden was ongeveer 9 procent vrouw.40 Dat was dubbel zoveel als op de trans-Atlan- tische vaart, waar gemiddeld 96 procent van de crew mannelijk was.41 Niet alleen waren enkele duidelijke vrouwenberoepen aanwezig aan boord, zoals een verpleegster, kinderoppas, mani- cuurster en beheerder van de ‘Belgenland shop’, maar er waren ook meer stewardessen dan gebruikelijk. Tijdens cruises was 55,7 procent van de passagiers vrouw, die graag bediend werden door iemand van hetzelfde geslacht.42 Stewardessen mochten in die dagen niet in de eetkamers opdienen, zoals de stewards. Zij werden toegewezen aan cabines en moesten passagiers bijstaan en ervoor zorgen dat hun kamers altijd in orde waren (bed opma- ken, schoonmaken, kamerbediening, et cetera).43 Dat sommige passagiers veeleisend konden zijn, zoals een rijke barones die jaren na elkaar deelnam aan de Belgenland-wereldcruises, daar schreef stewardess Violet Jessop uitgebreid over in haar memoi- res. Jessop was de enige bediende aan boord die voldoende ge- duld had om met de excentrieke weduwe om te gaan.44 Stoker of steward, bijna iedereen werkte in ploegendienst. Vanwege de zware werkomstandigheden in de hitte en het stof van de machinekamer kregen stokers en trimmers acht uur vrij tussen shifts van vier uur, terwijl hun collega’s op het dek hoog- stens vier uur vrij hadden tussen diensten.45 Stewards werkten zeven dagen op zeven, meestal van 7 uur ’s ochtends tot ’s avonds laat. Hoewel bedieningspersoneel hetzelfde eten kreeg als de passagiers, hadden stewards nauwelijks zitpauzes. Zij moesten hun maaltijden staande nuttigen in de kombuis terwijl ze dienst hadden.46 Na de Eerste Wereldoorlog werd in veel Europese landen de 48-urige werkweek geïntroduceerd. Hoewel zeelie- denvakbonden tijdens het interbellum steeds ijverden voor de introductie ervan aan boord van de stoomschepen en voor een Verschillende orkesten aan boord van cruiseschepen in de jaren 1920: het minimumloon voor bemanningsleden, kwam pas in 1946 een orkest van Arthur de Weert (Lapland), ‘Tony’s Melody Makers’ (Belgen- internationale minimumstandaard tot stand.47 land), het orkest van Ben Bernie (Belgenland), verschillende collecties

62 Bezoldiging Machinekamerpersoneel had niet alleen langere pauzes omdat de werkomstandigheden zwaarder waren, maar kreeg in prin- cipe ook een hoger maandsalaris dan dekpersoneel en had meer promotiekansen.48 Aangezien het bedrijfsarchief van de Red Star Line niet bewaard is gebleven, weten we weinig over de per- soneelsadministratie of salarissen van bemanningsleden van de Red Star Line. Gelukkig kunnen we op grond van persoonlijke documenten die aan het Red Star Line Museum zijn geschonken toch het een en ander reconstrueren. Om een idee te geven: ma- troos Jozef Van Houteghem verdiende 9 Britse pond per maand (in 1924),49 stoker Pierre Joseph Bresseleers ongeveer 11 Britse pond per maand in de jaren 1920 (8,6 Britse pond per maand in 1933),50 en drukker Walter Pittoors 14 Britse pond in 1925.51 Eén Britse pond van 1925 komt overeen met 68 euro vandaag, dus een gemiddeld maandsalaris van 10 Britse pond, zou overeenko- men met 680 euro in 2016.52 Deze lonen staan in schril contrast met de gangbare prijzen voor luxecruises in de jaren 1920. Pit- toors, die als drukker goed verdiende aan boord van de Belgen- land, zou ruim twee jaar voltijds hebben moeten werken om een cruise rond de wereld in 133 dagen (prijzen vanaf 1750 dollar) te kunnen betalen.53 Het maandsalaris van stewards en stewardessen was rond 1925 met 8 Britse pond per maand significant lager dan dat van het personeel in de stookruimtes.54 Zij moesten het hebben van de fooien die ze van passagiers ontvingen. In begeleidende reis- brochures stond steevast een stukje over het geven van fooien aan het bedieningspersoneel.55 Bij aanvang van de wereldreizen gaf een van de leden van het cruise department ook een lezing

Walter Pittoors, drukker aan boord van de Belgenland, in de drukkerij Menu’s voor een diner aan boord van de Belgenland, drukkerij E. Stock- aan boord van het schip, met menukaarten aan de wand (zie afbeeldingen mans & Co., ontwerper Ch. Van Roose, 1930, Collectie Vrienden van de hiernaast), vermoedelijk op 23 mei 1926, Collectie Vrienden van de Red Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

63 Fernand Van Neylen, lid van het Belgenland-orkest, en twee makkers, tijdens een wereldreis, circa 1925, mas, Antwerpen

over de gebruiken aan boord, in het bijzonder de fooien. Volgens de spreker was voor een kamersteward een fooi van vijf dollar gebruikelijk voor een hele trans-Atlantische overtocht en was een fooi van vijf dollar per twee weken aangeraden tijdens een wereldcruise. Zijn advies was om niet alle fooien op te sparen tot het einde van de wereldreis.56 Loonbrief van stoker Pierre Joseph Bresseleers voor zijn dienst tijdens Opvallend is de terugval van de lonen ten gevolge van de eco- een cruise naar de Méditerranée op de Lapland, zomer 1933, Red Star nomische crisis van de jaren 1930: waar Pittoors in 1925 nog 14 Line Museum, Antwerpen pond bruto per maand verdiende, was dit in 1933 nog maar 11 pond.57 Om de Grote Depressie te lijf te gaan namen verschil- lende landen, waaronder Groot-Brittannië, drastische maatrege- len zoals zware bezuinigingen en een verlaging van de lonen in Aloha Hawaï de publieke sector, soms tot 20 procent minder. De gemiddelde Na enige moeilijke manoeuvres – er waren geen sleepboten waar- prijs voor cruises daalde begin jaren 1930 in verhouding tot de door twee trossen waren gebroken – meerde de Belgenland op 6 salarissen veel sterker. Waar Pittoors in 1925 nog 5,5 volle dagen januari 1928 aan in de haven van Hilo. Terwijl de cruisepassa- zou hebben moeten werken om 1 dag cruise te kunnen betalen, giers werden rondgereden in auto’s die hen in de haven opwacht- was dat aantal in 1933 gezakt tot 4 dagen. Stoker Bresseleers zou ten, vermaakten de bemanningsleden zich met allerlei sportac- in 1933 ongeveer twee maanden voltijds hebben moeten werken tiviteiten op de Hawaïaanse eilanden. Eugène Van Hove speelde om een elfdaagse cruise rond de Méditerranée (kosten circa 16 mee in de voetbalploeg van de bemanning tegen Hilo A.C. De Britse pond) te kunnen betalen.58 Belgenlandploeg won met 2-1. De volgende dag op Honolulu was Maar welke functie een bemanningslid ook had aan boord, Van Hove van wacht en kon hij niet meespelen tegen Hartford voor iedereen gold dezelfde werkonzekerheid. Wie op de lange A.C. Het Belgenlandteam verloor met 8-0. Na de match tegen vaart werkte, moest steeds opnieuw aanmonsteren voor een Hilo had Van Hove zoveel spierpijn, dat hij paste voor de wed- nieuwe werkopdracht, die dan telkens in zijn zeemansboekje strijd tegen de Honolulu Iron Works. Hij was wel van de partij werd bijgeschreven. Zeelieden kregen altijd korte contracten toen de leden van de voetbalclub de Belgenlandploeg het eiland voor de duur van de oceaanovertocht, bijvoorbeeld van Antwer- rondreden. Het gastvrije en paradijselijke Hawaï maakte zoveel pen naar New York en terug, of van en naar Antwerpen tijdens indruk op Van Hove dat hij bijna vergat in zijn dagboek te schrij- een cruise. Niemand was zeker van zijn volgende vaart. ven.59 Overigens stond een voetbal- of cricketcompetitie tussen

64 Soedanese krijgers, foto uit het fotoalbum van bemanningslid Eugène Van Hove tijdens zijn wereldreis op de Belgenland, 1927-1928, Collectie Anita Van Hove Cartoon over de Neptunusceremonie door huiscartoonist William Seabrook tijdens de zesde wereldreis van de Belgenland, World Cruise de Belgenlandcrew en lokale sportclubs vaker op het program- News, nr. 34, 1 maart 1930, Collectie Vrienden van de Red Star Line, ma, zoals in Yokohama en Colombo. Red Star Line Museum, Antwerpen Enkele uren varen voorbij Hawaï bereikte de Belgenland de datumgrens. Tijdens de wereldcruises volgde het schip altijd een westelijke route. Daarom moest de klok iedere dag een beetje worden verzet, soms twintig minuten verder, soms een halfuur, een enkele keer een uur, totdat de datumgrens werd bereikt. Het verlies van een dag op de kalender leidde meestal tot grote hilari- teit op de Belgenland. Student Fred Hart noteerde op ‘woensdag’ 16 januari 1929 dat iedereen aan boord grapjes maakte. Zwaar- lijvige mannen grapten dat ze vreesden drie maaltijden te moe- ten overslaan, terwijl een van Freds reisgenoten zei dat hij een afspraakje had gemaakt met het lelijkste meisje aan boord. De helft van de bemanningsleden vierde het feit dat ze betaald wer- den voor een niet-bestaande dag, terwijl de andere helft grapjes maakte dat ze een dag aan fooien zouden mislopen en daarom de hele woensdag zouden staken.60 Toch zagen volgens Eugène Van Hove niet alle passagiers de humor van de ‘verloren dag’ in, aan- Belgenland-voetbalploeg, foto uit het fotoalbum van bemanningslid gezien hij op 13 januari 1928 noteerde dat een van de passagiers Eugène Van Hove tijdens zijn wereldreis op de Belgenland, 1927-1928, reclameerde omdat zij haar verjaardag niet kon vieren.61 Na het Collectie Anita Van Hove verliezen van die dag op de kalender moest iedereen elke dag de klok een stukje terugzetten.

De evenaar voorbij Bemanningslid of passagier, wie voor het eerst de evenaar pas- seerde moest een rituele doop door koning Neptunus ondergaan. De zogenaamde Neptunusceremonie was een belangrijke ini- tiatierite tijdens een wereldcruise. Voor de bemanning was het bovendien een ‘omkeringsritueel’. Voor één dag en één nacht na- men ervaren bemanningsleden die lager in rang stonden de rol over van het officierskorps. Daarna volgde het eigenlijke ritueel waarbij koning Neptunus en zijn hof de nieuwelingen aan een reeks beproevingen onderwierpen. Meestal werd een nieuweling

66 met allerlei smurrie ingesmeerd en werd hij daarna gereinigd of ‘gedoopt’ door een verklede koning Neptunus. Op de Belgenland gebeurde dat doorgaans aan de rand van het zwembad op het promenadedek. Als bewijs van zijn doop kreeg de nieuweling een oorkonde of certificaat mee. Van deze ontgroening aan boord van de Belgenland bestaan veel hilarische foto’s en filmbeelden. Ook Eugène Van Hove, die voor het eerst deelnam aan een wereldreis op de Belgenland, beschrijft de ceremonie in geuren en kleuren in zijn dagboek. Op 23 februari 1928 was het zover. Om halfdrie marcheerden de bellboys uitgedost als soldaten ach- ter een krijger op een houten paard, dat voortgetrokken werd door twee beren. Om drie uur kwam koning Neptunus met zijn gevolg aan, vergezeld van de koningin, prins, raadgevers, zee- meerminnen, barbiers, ‘inzepers’, zeerovers, enzovoort. Koning Neptunus hield zijn rechtszitting en de nieuwelingen werden een voor een gedaagd. Er werden telkens vermakelijke en zotte klachten voorgelezen en de nieuwelingen werden ingesmeerd met zeep, olie, gelei, verf, teer, of andere viezigheid. Vervolgens moesten zij plaatsnemen op de ‘pijnbank’ die speciaal voor de gelegenheid aan de rand van het zwembad was opgesteld. Som- migen moesten ook een vies drankje uit een fles drinken. Daarna werden de nieuwelingen in het water gesmeten. Eugène beleefde enorm veel plezier aan het tafereel totdat hij zelf aan de beurt kwam als nieuweling. Toen hij door de koning was aangewezen werd hij overal met vuiligheid ingesmeerd en achternagezeten door een twintigtal mannen met lansen en emmers water. ‘Was me dat eenen doop!!! Ook, nadat ik gedurende ¾ u. in het bad had geweest, kon ik m’n haar recht omhoog zetten van de verf en vet dat men erin gesmeerd had. Maar lachen, nog nooit heb ik me zoo vermaakt als vandaag!’62

Calcutta: de rollen omgedraaid Als de kat van huis is… Op 6 maart 1928 kwam de Belgenland aan in India, waar het schip vier dagen in Diamond Harbour bleef, ongeveer veertig mijl van Calcutta. Daar bevond zich voor de passagiers het vertrekpunt voor verschillende meerdaagse excursies. In het basispakket was alleen een vierdaags verblijf in Calcutta inbegrepen. Daarna zou de Belgenland verder rond India varen naar Mumbai. De cruisedeelnemers konden in Cal- cutta ook kiezen voor een dure excursie van twee weken over land naar Mumbai, eventueel via Darjeeling, dat aan de voet van de Himalaya lag. In ieder geval betekende dit dat de bemanning vier dagen lang het schip voor zichzelf had. Eugène Van Hove schreef dan ook in zijn dagboek: ‘Dus van af dezen namiddag zijn we baas van ’t schip en worden we voor vier dagen passagiers.’63 De passagiers waren nog niet van boord of het feest barstte los onder de hele bemanning. Eerst was er een Tea Party voor de Neptunusceremonie, een nieuweling (bemanningslid Eugène Van Hove) officiers en de bureaumedewerkers. Die haalden er allerlei -mu verzet zich tegen zijn beproeving, still uit de amateurfilm door de familie ziekinstrumenten bij en er werd gezongen ‘dat het klettert’. ’s Olsen van de vierde wereldcruise van de Belgenland, 1927-1928, Red Star Avonds volgde een galabal voor de hele bemanning tot diep in Line Museum, Antwerpen

67 Presse-papiers op een marmeren sokkel, sou- venirs van de wereldcruises met de Belgenland, Red Star Line Museum, Antwerpen

de nacht, en iedereen van machinist tot kapitein danste ‘dat het stuift’. De Amerikaanse Jazz Band van Burton Fischer (Fischer’s Belgenland Globe Trotters) speelde de hele nacht door. Een aan- tal excentriekelingen waagde zich zelfs aan de charleston. Vol- gens Eugène Van Hove was ook een veertigtal Laundry Girls of dames van lichte zeden uitgenodigd die ‘alle moeite [hebben] om hunne vele vrienden te bevredigen.’64 Ook de daaropvolgende dagen kon de bemanning zich prima vermaken al luierend op een van de vele dekstoelen aan boord, dansend, spelend of kij- kend naar een filmvertoning op het dek. Net als echte cruisepas- sagiers vermaakten zij zich met shuffleboard en paardenraces op het dek. Een enkeling waagde zich in die ondraaglijke hitte aan een uitstapje naar Diamond Harbour, maar keerde al snel terug, omdat het eigenlijk niet veel meer was dan een dorp. Op 9 maart 1928 trokken de bemanningsleden weer hun uniformen aan en maakten zich op voor de terugkeer van de passagiers aan boord van de Belgenland, die na die tijd als hun echte thuis voelde. Eu- gène Van Hove schreef daarover: ‘Zij keeren allen terug en zijn zoo kontent als kleine kinders want in de hotels in India hebben zij tegen vele vuiligheid en hitte moeten kampen. (dan hebben wij het aan boord nogal wat beter gehad zulle!)’.65 De bassist Carl Kay, die tijdens de zevende wereldcruise lid was van Fischers band, schreef in zijn dagboek over een gelijk- aardig vierdaags festijn van de crew tijdens een halte in Beijing Borduurwerken van bemanningsleden die zij in Japan lieten vervaardigen in februari 1931. Hij herinnerde zich vooral dat de Fischer Globe ter herinnering aan hun wereldreis op de Belgenland, jaren 1920, Trotters niet veel konden participeren aan de feestelijkheden, Red Star Line Museum, Antwerpen omdat ze de hele tijd zelf muziek speelden.66

68 Een ander moment waarop de crew het schip voor zich alleen had, was bij de doorgang van het Suezkanaal. In Port Tewfik (de oude naam voor de haven van Suez) gingen de passagiers van boord voor excursies over land naar Alexandrië via Caïro. De bemanning kon ondertussen genieten van een filmvertoning en vermaakte zich opperbest met spellen op het dek. In Port Said werd kort halt gehouden om stookolie bij te tanken en de Belgen- land voer verder naar Alexandrië, waar de passagiers weer wer- den opgepikt.67 Dat soort momenten, waarop de crew het schip voor zichzelf had, waren grand moments, schreef Violet Jessop in haar memoires.68

Naar huis Eugène Van Hove typte 67 pagina’s vol over zijn reis rond de wereld. Hij schreef over zijn eigen ervaringen, de toeristische bezienswaardigheden die hij bezocht als hij niet van wacht was, en over de activiteiten die hij ondernam in de beperkte vrije tijd die hij had. Door omstandigheden had Van Hove de laatste twee weken van zijn wereldreis meer werk dan gebruikelijk, omdat de scheepsarts purser John Lock meteen na het verlaten van volledige bedrust had opgelegd. Daardoor hadden de andere leden van de pursers staf hun handen vol. Tot overmaat van ramp was een van de andere writers, Jacobus Zuydwegt, er bij aankomst in New York op 26 april met de kas vandoor ge- Geta of Japans schoentje dat bemanningslid Paulina De Bruyn meenam gaan.69 Hij had maar liefst 300 dollar meegenomen. Daardoor als souvenir uit Japan tijdens een van haar twee wereldreizen op de Belgen- moest Van Hove in zijn eentje alle passagiers afhandelen voor land, 1925 of 1926, Red Star Line Museum, Antwerpen de terugtocht van New York naar Antwerpen, ‘maar … laat ze komen, van werk deinzen we niet terug!’ schreef hij. Ondanks al dat werk beschouwde hij de wereldreis als een zeer ‘suksesvolle Cruise’. ‘En alzoo eindigt hier vandaag [26 april 1928] de vierde Wereld Reis van het ss ‘BELGENLAND’ dat ik het geluk had van mede te maken.’70 Eugène Van Hove was niet de enige ‘gelukzalige’ Antwerpe- naar die door in dienst te gaan aan boord van trans-Atlantische schepen de kans kreeg de wereld te zien. Hoe groot de impact daarvan was op de levens van gewone mensen blijkt uit de vele verhalen die in families van zeelieden de ronde doen. Ruim een derde van de verhalen die het Red Star Line Museum ontvangt, handelt over bemanningsleden en hun ervaringen op reis. De crew was in de eerste plaats aan het werk op het schip, maar was tegelijkertijd ook een beetje toerist. Als bemanningsleden na hun lange afwezigheid weer thuiskwamen, brachten zij allerlei souvenirs mee en vertelden zij honderduit over hun avonturen op zee en over de meest exotische plekken. Maar er was ook de andere kant van de medaille, die van de familie, die van de echt- genotes die hun gezin goeddeels alleen moesten grootbrengen, die van de kinderen die hun vader nauwelijks kenden. En toch overheerst in de meeste verhalen de nostalgie naar het grote zee- avontuur, want al was je al die tijd van huis geweest, je had de wereld gezien.

69

★ ‘BRING BACK A NEW SELF!’ VROUWEN AAN BOORD VAN DE RED STAR LINE-CRUISES

An Lombaerts

‘Ik ben niet dezelfde Jane Bates die drie maanden geleden aan boord ging. Ik ben sterker, levendiger en waardevoller! En Anne, volgend jaar doe ik de oversteek, en jij gaat met mij mee.’1

In 1926 won Catherine Bates Stephens met een fictieve brief van Jane Bates aan haar vriendin Anne de tweede prijs van een door de International Mercantile Marine Company (immc) ge- organiseerde schrijfwedstrijd. Haar brief verwoordde treffend de boodschap die de scheepvaartmaatschappij op dat ogenblik wilde overbrengen aan een vrouwelijk publiek. De immc pakte een jaar eerder uit met een marketingcam- pagne gericht op vrouwen. Die kwam er niet zomaar. Een gron- dige analyse van de passagierslijsten had aangetoond dat een verrassend aandeel van de reizigers vrouw was. Tegelijkertijd had de immc haar oor ook te luisteren gelegd bij de reisagent- schappen. Een van de meest succesvolle verkopers, al dan niet toevallig een vrouw, merkte op: ‘Het zijn de vrouwen die beslis- sen als het gaat over concrete reisplannen, zoals ze dat voor alles doen wat met familiegeluk te maken heeft. (…) Als de vrouwen in het gezin naar Europa willen, dan begint vader zich ook te interesseren. Als er wordt beraadslaagd over het soort reis en de graad van accommodatie, dan zijn het weer de vrouwen die de knoop doorhakken.’2 Om vrouwen te overtuigen van een plezierreis kreeg een schrijfster de opdracht om mee te reizen aan boord van een schip en haar ervaringen te vertalen in wervende en aantrekkelijke ad- vertenties. De advertenties die verschenen in modetijdschriften als Vogue en Harper’s Bazaar benadrukten naast de glitter and glamour aan boord ook de mogelijkheden tot exclusief shoppen aan de andere kant van de oceaan. Parallel verschenen er in de magazines Good Housekeeping en Woman’s Home Companion advertenties die de vrouw aanspraken op haar onzekerheid over het verlies van haar jeugdigheid en de noodzaak om haar gezin de best mogelijke culturele en educatieve ontwikkeling aan te bieden. De immc geloofde op dat moment oprecht dat deze cam- Red Star Line-notitieboek, circa 1925, Collectie Vrienden van de Red Star pagne een overweldigend succes zou zijn.3 Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

72 Advertenties uit een reclamecampagne voor de White Star, Red Star en Atlantic Line in National Geographic, 1930, Collectie Vrienden van de Red Het is natuurlijk niet toevallig dat de immc in het midden van de Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen jaren 1920 uitpakte met deze campagne. In de jaren na de Eerste Wereldoorlog eisten vrouwen openlijk hun plaats in het maat- schappelijke leven op. En die plaats was niet noodzakelijk aan de haard. Er werd gezocht naar vrijheid en plezier zowel binnen- als buitenshuis. Een new woman stond haar mannetje tijdens de roaring twenties! In 1931, twee jaar na de beurskrach, verscheen het vlot lees- bare boek Only yesterday: an informal history of the nineteen twenties van Frederick Lewis Allen.4 De auteur was hoofdre- dacteur van Harper’s Magazine, een toonaangevend maandblad over literatuur, politiek, cultuur, financiën en kunsten. InOnly Yesterday schetst hij een helder en spitsvondig beeld van zijn tijd- genoten tijdens het vorige decennium. Zijn blik op de nieuwe rol Reisbrochure gericht op vrou- van de vrouw is verhelderend maar soms ook hilarisch. wen, 1927, Collectie Vrienden van Hij beschrijft hoe traditionele Amerikaanse ouders met lede de Red Star Line, Red Star Line ogen zagen hoe hun dochters zich kortgeknipt en kortgerokt Museum, Antwerpen overgaven aan een amoreel leven vol drinken, roken en ongepast

73 lichamelijk contact.5 Een van de bekendste auteurs van deze ge- neratie, F. Scott Fitzgerald, schreef in zijn roman This Side of Pa- radise: ‘Niet één van die victoriaanse moeders – en de meesten waren echt wel victoriaans – had er het flauwste benul van hoe normaal hun dochters het vonden om gekust te worden.’6 De goe- gemeente staat op haar kop als hij een paar hoofdstukken verder zijn protagoniste Rosalind na een voor haar nietsbetekenende kus met de smachtende Armory laat zeggen: ‘Dozijnen mannen heb ik gekust. En ik denk dat ik er nog dozijnen meer ga kussen.’7 Hoe had het zover kunnen komen en waar zou het heen gaan? Frederick Lewis Allen geeft een aantal verklaringen voor deze omwenteling. Allereerst hadden de oorlogsjaren hun morele tol geëist. Meer dan twee miljoen Amerikaanse jongens werden tij- dens de Eerste Wereldoorlog als soldaat naar Europa gestuurd.8 Hun leuze voor hun vertrek was niets anders dan eat-drink-and- be-merry-for-tomorrow-we-die. Na de confrontatie met de oor- log, de hevige emoties en andere zeden was het voor velen van hen onmogelijk zich neer te leggen bij het maatschappelijke ide- aal dat aan de andere kant van de oceaan voort was blijven leven. Plezier maken was toch belangrijker dan de dagelijkse routine? Tijdens deze oorlogsjaren zagen veel vrouwen hun man ver- trekken naar het front. Zij namen noodgedwongen de rol van hoofd van het gezin over maar vulden ook de lege plaatsen op de werkvloer. Na de oorlog waren vrouwen niet zomaar bereid om hun zelfstandigheid op te geven. De strijd om gelijke rech- ten, met name het algemeen stemrecht, werd in augustus 1920 alvast beslecht met de goedkeuring van het negentiende amen- dement van de Amerikaanse grondwet. Vanaf dat ogenblik had- den Amerikaanse vrouwen evenveel recht om te stemmen als mannen. Britse vrouwen kregen dat recht in 1928 en Belgische in 1948. De overwinning zorgde niet onmiddellijk voor het vor- men van een vrouwelijk front of een drastische stijging van het Ringwerpen en golf op het dek van de Belgenland, stills uit de amateur- aantal vrouwelijke verkozenen. Het was wel een eerste stap in de film door de familie Olsen van de vierde wereldcruise van de Belgenland, erkenning van de gelijkwaardigheid tussen man en vrouw.9 1927-1928, Red Star Line Museum, Antwerpen Een nog grotere motor in de emancipatiestrijd van de vrouw was de technologische revolutie, met name de opkomst van huis- houdapparaten (lees ook hoofdstuk 5). De Amerikaanse histori- cus Dwight Lowel Dumond schreef al in 1937 dat huishoudelijke apparaten een grotere rol hebben gespeeld in de emancipatie van vrouwen dan alle generaties militante suffragettes.10 In de jaren 1920 werd het huishoudelijk werk verlicht door de intrede van strijkijzers, wastrommels, stofzuigers, koelkasten en voedsel in blik. Maar vrouwen durfden ook steeds meer taken uit te besteden door brood te kopen bij de bakker en kleding in een modezaak. Langzaam maar zeker kreeg de vrouw niet alleen de zin maar ook de tijd om uit haar routine te breken en zich te ontwikkelen. Informatiekaart voor passagiers Het waren deze vrouwen die de immc probeerde te verlei- op de Belgenland met betrekking den door middel van haar campagne. De flappers die zich vrij tot de bediening in de kamers, en ongebonden gedroegen en de wereld wilden veroveren en de vermoedelijk 1929, Red Star Line moeders die zowel zichzelf als hun gezin wilden ontplooien. On- Museum, Antwerpen

74 danks de economische voorspoed van de roaring twenties bleef zo’n plezierreis slechts weggelegd voor de happy few. De beelden in de magazines deden vanzelfsprekend ook anderen dromen. Zij die zich de reis financieel niet konden veroorloven maar toch in alle vrijheid de wereld wilden zien, solliciteerden als new women voor een job aan boord.11 De beleving van vrouwelijke luxepassagiers was vanzelfsprekend helemaal anders dan die van werkneemsters.

‘Mothering the cruise party’ De vrouwelijke reizigers mochten dan wel meer dan de helft van de passagierslijst in beslag nemen, de scheepvaart was in de ja- ren 1920 een mannelijk bastion. Slechts zeer langzaam werden er meer vrouwelijke personeelsleden aangeworven. Het stijgende aandeel vrouwelijke passagiers lag zeker mee aan de basis van Wuivende dames in sportkledij tijdens een cruise aan boord van de deze evolutie. In de reisgids voor de zesde wereldcruise van de Belgenland, illustratie in de brochure ‘Red Star Line Cruises from Belgenland (december 1929 tot mei 1930) worden de kwaliteiten London’, 1934, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line van de stewardessen als volgt omschreven: ‘Om u in uw luxe- Museum, Antwerpen kajuit te dienen, heeft de hoofdsteward ook vele stewards en stewardessen onder zijn deskundige leiding. De meeste stewar- dessen hebben ervaring opgedaan als verpleegster in Britse veld- hospitalen of hospitaalschepen gedurende de oorlog. Hun oplei- ding en karakter sluiten dan ook perfect aan bij de moederlijke rol [“mothering the cruise party”] die ze tijdens deze cruise op zich moeten nemen.’12 Toch overschreed het aantal vrouwelijke bemanningsleden zelden 10 procent van het totaal.13 Tijdens de eerste wereldcruise van de Belgenland (december 1924 tot april 1925) bestond de crew, voor een totaal van 475 passagiers, uit 601 personen van wie slechts 16 stewardessen.14 De volgende we- reldcruise (december 1925 tot mei 1926) had al 40 stewardessen aan boord.15 De voornaamste taak van deze dames was de zorg voor de Ladies in hun kajuit, onder andere door de bedden op te maken, waterkaraffen te verversen, op te ruimen, te helpen bij zeeziekte Zijaanzicht van de Belgenland uit de brochure ‘The ideal cruiseship Bel- en andere ongemakken maar vooral door er te zijn. Een stewar- genland’, vermoedelijk 1932, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red dess werkte in een team met twee mannelijke stewards, dat de Star Line Museum, Antwerpen verantwoordelijkheid voor gemiddeld twintig kajuiten droeg. De dag begon in de vroege ochtend met het ronddragen van thee en eindigde pas laat in de avond. Een stewardess werkte zeven dagen op zeven en kreeg zeer weinig rust.16 Een van de stewardessen aan boord van niet minder dan vijf Belgenland-cruises was Violet Jessop (zie hoofdstuk 3). Vi- olet werd op 2 oktober 1887 geboren op een schapenboerderij in Argentinië. Haar vader William migreerde midden 1880 uit Dublin naar Zuid-Amerika. Haar moeder Katherine volgde hem in 1886. Persoonlijk en professioneel had het gezin heel wat tegenslag. Violet was de oudste van negen kinderen van wie er zes overleefden. Ze ondersteunde haar moeder in de zorg voor de kinderen. Toen bleek dat ze aan tuberculose leed, vreesden de dokters voor haar leven. Haar vader verhuisde voor haar ge-

75 zondheid het hele gezin naar de vrije berglucht van Mendoza, in het westen van Argentinië, waar Violet kon herstellen. Toen vader Jessop in 1903 overleed, besliste Violets moeder om terug te keren naar Europa, meer bepaald naar Londen. De vier jongens werden naar een weeshuis gestuurd, moeder Jessop nam een baan als stewardess en Violet bleef achter om voor haar jongste zus te zorgen. Het loon van een stewardess was hoger dan dat van een huishoudhulp en Katherine hoopte op die manier haar gezin te kunnen onderhouden. Toen ze ziek werd, besliste Violet om haar op te volgen. Violet beschrijft in haar memoires dat de verantwoordelijke haar aanvankelijk niet wilde aanwer- ven: ‘Het gesprek leek aanvankelijk vlot te verlopen, tot hij op- merkte dat ik wel minpunten had. Hij somde ze op: ik was veel te jong, ze aanvaardden doorgaans enkel officiersvrouwen, en ik was te aantrekkelijk.’17 Ondanks de reserves trad ze in 1908 in dienst bij de White Star Line, de start van een lange carrière aan boord. Ze overleefde niet alleen de ramp met de Titanic in 1912 maar ook die met de Brittanic tijdens de Eerste Wereldoor- log. Het weerhield haar er niet van om na de oorlog opnieuw in dienst bij de immc te treden en mee te reizen met vijf wereldcrui- ses op de Belgenland. In haar memoires vertelt Violet hoe hard het leven van een stewardess was. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat stond ze Red Star Line-ontbijtservies, Red Star Line Museum, Antwerpen, ten dienste van haar vrouwelijke passagiers. En ondanks de com- Bart Huysmans en Michel Wuyts plimenten die ze regelmatig ontving, kon ze zich blijven verbazen over de in vriendelijkheid omzwachtelde veeleisendheid van haar dames. Zo beschrijft Violet hoe ze na een vermoeiende dag op zee werd aangesproken door een van haar dames: ‘“Liefje, je ziet er moe uit, zit je dienst erop?” Met een bleek lachje zou ik half ver- twijfeld antwoorden dat ik dat hoopte, waarna ze mierzoet zou zeggen: “Voor je vertrekt, ga je vast nog wat sandwiches en ijsschil- fers op mijn kamer brengen, en, oh ja, ook wat sinaasappelen, of om het even wat jou een goed idee lijkt.” Wat voor zin zou het heb- ben gehad om haar duidelijk te maken dat op dat uur niets me een goed idee leek behalve in bed kruipen, en dat de fruitman allicht uit zijn bed moest worden gehaald en in alle staten zou zijn? Het enige wat ik me goed inprentte was het feit dat mijn job overbodig zou zijn als zij en haar soort niet op reis gingen.’18

‘Shopping around the world’ Mary D. Stueve was een van de dames die rekende op de be- reidwilligheid van de stewardessen. In 1924-1925 nam ze samen met haar man en dochter deel aan de eerste wereldreis van de Belgenland. Haar belevenissen schreef ze neer in A woman’s trip around the world. Around the globe on the Belgenland. Met dit boekje wilde ze vrienden en gelijkgestemden overtuigen van de weldaad van een wereldcruise. Dat haar dochter Thecla een reis- agentschap had, speelde ongetwijfeld een rol in haar ambitie om Een stewardess brengt ontbijt op bed aan boord van de Belgenland, alles op schrift te stellen. circa 1923, mas Antwerpen Het contrast tussen haar beleving en die van stewardess

76 Jessop is confronterend. Zo vond Mary Stueve de veelheid aan afscheidscadeaus bij het vertrek erg troostend. Ze apprecieerde al die prachtige boeketten, fruit, snoep, brieven en telegrammen die vrienden en verwanten afgaven. Want, schreef ze, ‘alleen wie afgevaren is, beseft wat voor deugd nieuws van thuis kan doen.’19 Violet Jessop daarentegen kon niets anders dan zuchten bij het moeten schikken van talrijke boeketten bij het vertrek. Ze kon maar niet begrijpen dat mensen die anders zo verstandig waren, de neiging hadden om veel en dure bloemen te sturen. Soms kreeg een passagier maar liefst 17 dozen bloemen van vrienden, wat in de beperkte ruimte op het schip absurd was. Voor de ste- wardessen was dat een nachtmerrie, want er waren nooit genoeg vazen aan boord. Violet had er zo haar eigen mening over: ‘Ook Een passagier van de Belgenland-cruise poseert voor de spiegel in een al houden de meeste mensen van bloemen, en zou ik evenmin hotelkamer, losse foto uit haar fotoalbum tijdens de Méditerranée-cruise zonder kunnen, moet je er echt heel veel van houden om een dag op de Belgenland van 4 januari tot 16 maart 1924, Red Star Line Museum, zoals deze te kunnen overleven. Als de hoeveelheid een alarme- Antwerpen rend peil bereikt, is de verleiding groot om hen, zoals de steward het uitdrukt, de volle zee te doen kiezen.’ Violet beschrijft hoe ze af en toe in de laatste ogenblikken voor het vertrek in de scheeps- gangen een wanhopige ziel aantrof. Die was dan nog op zoek naar een bekende om afscheid te nemen. Wegens gebrek aan tijd overhandigde hij haar dan maar de bloemen met de boodschap: ‘“Zeg haar vaarwel voor mij, en ik heb haar bloemen gestuurd” alsof het echt geweldig en origineel was’. Toen Violet zich een keer in wanhoop liet ontvallen: ‘Geef haar de volgende keer boe- ken. Dat is het meest zinnige afscheidsgeschenk, behalve als het iemands laatste reis is’, werd zij vol onbegrip aangestaard.20 Violet Jessop wist als ervaringsdeskundige natuurlijk dat reizen aan boord ook een monotoon karakter had. Zowel tij- dens de wereldcruises van de Belgenland als de veertiendaagse mediterrane cruises waar onder andere de Lapland voor werd ingezet, werd er door het cruisedepartement een strak excur- sieprogramma opgesteld. Haast alles was voor de passagiers geregeld. Auto’s waren gehuurd, restaurants gereserveerd en de mooiste winkels uitgekozen. Mevrouw Stueve kon tijdens haar reis ook niet weerstaan aan de lokroep van de exotische waren: ‘Shoppen was een boeiende bezigheid tijdens onze dagelijks trips. Kimono’s, kristallen kra- len, damast, brokaat, jade, amber, ivoren snijwerk, het was alom- tegenwoordig en oogde altijd verleidelijk.’21 Shoppen around the world was blijkbaar een belangrijk tijdverdrijf voor dames aan boord van de Belgenland. Mijnheer Stueve schreef tijdens de reis brieven naar de redactie van Daily News en merkte in een van zijn brieven op: ‘Er werd verteld, al kan ik er niet voor instaan, dat de passagiers van de Belgenland in Japan en China meer dan één miljoen dollar hebben besteed aan zijde, snijwerk in ivoor, en andere artikelen. Ik kan er geen cijfer op plakken, maar voor Cartoon van William Seabrook over vrouwen op wereldcruise, The Ocean zover wij konden zien, liepen sommige dames echt ‘heet’ voor de Ferry, januari 1927, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line uitgestalde dameskledij.’22 Museum, Antwerpen

77 Jonge mensen rusten uit en maken een babbeltje tijdens een deck tennis-toernooi op de Belgenland tijdens de eerste we- reldcruise, 1925, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

‘To see the soul of the people’ Toch bleef de armoede van de lokale bevolking in sommige stre- ken zoals China en India niet onopgemerkt. ‘Sommige dames waren getroffen door de miserabele toestanden die ze in China aantroffen, en zeiden nadien dat ze zich vrijgeviger zouden beto- nen tegenover collectes.’23 Meer woorden maakte Mary Stueve er niet aan vuil. Dat in tegenstelling tot Katherine Elizabeth ‘Kate’ Crane-Gartz, die in 1928-1929 deelnam aan de vijfde wereld- cruise van de Belgenland en haar reisdagboek publiceerde. Cra- ne-Gartz werd in 1865 in Chicago geboren als oudste dochter van de zakentycoon Richard Teller Crane, stichter en eigenaar Souvenirverkopers bij de Belgenland in de haven van Hong Kong, foto uit van Crane Company. Hij was niet alleen een gewaardeerd za- het logboek van Roland Fenner, World Cruise of the Red Star Line, ss Bel- kenman maar ook een weldoener. Zo investeerde hij in een van genland: Sailing from New York, December 14, 1927, 1928, The Wolfsonian– de eerste sociale huisvestingswijken in de Verenigde Staten. Kate Florida International University (Jean S. and Frederic A. Sharf Collection) was als jong meisje erg geraakt door een bezoek aan deze wijk. Vooral het zien van moeders die ’s nachts uit werken gingen om kantoren schoon te maken, terwijl ze hun kinderen alleen thuis achterlieten, had haar getroffen. Ze had zich sindsdien voorge- nomen te protesteren tegen armoede en ander onrecht.24 Kate zou heel haar leven blijven strijden als socialist, activist en paci- fist. Ze organiseerde thuis debatmiddagen in aanwezigheid van prominente figuren zoals Charlie Chaplin en Albert Einstein, nam stelling in tegen onrecht en publiceerde geschriften.25 In december 1928 ging ze aan boord van de Belgenland voor een cruise rond de wereld in 133 dagen, geheel volgens het reis- programma dat de Red Star Line voor haar had uitgestippeld. Brochure met reclame voor de Zoals vele andere reizigers hield ze een gedetailleerd dagboek bij derde wereldcruise aan boord van van haar bezoek aan Hawaï, China, India, Egypte en Europa. de Belgenland, 1926, Collectie Haar observaties gingen echter verder dan de oppervlakkige Vrienden van de Red Star Line, Red beschrijvingen in de cruisebrochures. Toen zij haar reisdagboek Star Line Museum, Antwerpen publiceerde, benadrukte haar uitgeefster dat dan ook in de in-

78 Programma voor activiteiten aan boord van de Belgenland met op de omslag een vrouw die shuffleboard speelt, 1927, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

leiding: ‘Met genoegen zult u deze wereldreis maken met haar dagboek als gezel. U zult al die interessante havenplekjes zien door de ogen van een oprecht, eerlijk iemand, die zich niet alleen vergaapt aan gouden moskeeën, de afgodsbeelden en de paleizen van gevallen prinsen, maar die ook in het hart van de mensen kijkt [“to see the soul of the people”].’26 Maar eerlijk is eerlijk, voor de meerderheid van de luxepas- sagiers was maatschappijkritiek niet weggelegd. Een bezoek aan de Taj Mahal riep bij Kate Crane-Gartz misschien een bespiege- ling op over het gebrek aan vrijheid van het Indiase volk: ‘Na 150 jaar van vreemde heerschappij is het nog steeds een land vol donker bijgeloof en diepe armoede. Zolang ze zich van die ke- tens niet ontdoen, zullen ze nooit vrij zijn.’27 Andere passagiers keken meestal niet verder dan de overweldigende pracht die hen Mabel Olsen speelt shuffleboard, stills uit de amateurfilm door de familie was beloofd en waar ze zich op hadden verheugd. Zo riep een Olsen van de vierde wereldcruise van de Belgenland, 1927-1928, Red Star bezoek aan dezelfde tempel tijdens de eerste wereldcruise van Line Museum, Antwerpen

79 de Belgenland bij juffrouw Catherine B. Miller eerder overwel- digende persoonlijke emoties op. In een artikel voor de Ocean Ferry schreef ze: ‘Het greep me meer aan dan de mooiste mu- ziek, en ik ben een muziekfanaat. Het raakte me dieper dan de mooiste schilderijen, en ik hou van kunst en leef ervan. Het was indrukwekkender dan alle natuurelementen, zonsopgangen, stormen, de wind die giert door het gebergte, al die dingen die ons sprakeloos maken.’28

‘Hello, goodbye and farewell’ Tijdens de soms meerdaagse excursies van de passagiers had het personeel even tijd voor zichzelf. Violet Jessop trok er op deze welgekomen rustdagen graag op uit om zelf de wereld te ontdek- ken.29 Toch werd er in de meeste havens aan boord hard gewerkt. Ook mevrouw Stueve merkte na een uitstapje naar Calcutta op dat de boot tijdens haar afwezigheid onder handen was genomen en dat alles blonk en glom.30 Eenmaal terug op zee deed het cruisedepartement er alles aan om de passagiers te entertainen. Er waren lezingen over de steden en landen die bezocht werden, films, concerten, dans- avonden en heel wat spelen aan dek zoals golf, vooral in trek bij oudere mannen, shuffleboard en paardenraces. Om het plezier bij deze spelen te vergroten werd er flink gegokt. De zwembaden waren erg geliefd bij jongere reizigers, waarbij jonge vrouwen in de duikwedstrijden niet onderdeden voor de jonge mannen.31 Nog een populair tijdverdrijf aan boord van het schip was het bijhouden van een reisjournaal. Waar mevrouw Stueve nog re- clame wilde maken voor haar dochter of Kate Crane-Gatz haar reisverslag gebruikte om maatschappijkritiek te uiten, schreven vele passagiers hun avonturen neer louter voor hun eigen plezier. Het reisjournaal van de Britse mevrouw Anderson geeft een gedetailleerde en soms erg vrouwelijke kijk op haar veertien- daagse cruise in het Middellandse Zeegebied. Ze typte niet min- der dan 44 pagina’s vol. Op 16 juli 1932 vertrok ze uit Londen aan boord van de Lapland. Er namen 600 passagiers deel aan deze cruise. Ze deelde haar kajuit met drie andere vrouwen, een kajuit die wel erg klein was voor vier vrouwen met ‘uitgesproken ideeën over kledij’.32 In tegenstelling tot de getuigenissen van de stewardessen uit die periode, ging de reizigster ervan uit dat de stewards al het werk leverden: ‘Ingeschreven als eersteklasse- passagiers hadden we vier personeelsleden tot onze beschikking: twee stewards, een stewardess en een loopjongen. De mannen doen echt al het werk, de stewardess is alleen nodig als iemand ziek is of als een vrouw speciale wensen heeft. In de regel is het de steward die de toerist verzorgt, en hij doet dat uitstekend.’33 Haar eerste dagen op zee waren gevuld met het huren van dekstoelen, regelen van zitplaatsen aan de eettafel en heel veel Neptunusceremonie, een nieuweling verzet zich tegen haar beproeving, spelen aan dek. Wanneer het schip aanmeerde in een haven, stills uit de amateurfilm door de familie Olsen van de vierde wereldcruise nam ze niet deel aan de georganiseerde uitstapjes, maar plande van de Belgenland, 1927-1928, Red Star Line Museum, Antwerpen ze haar eigen excursies, die ze uitvoerig beschrijft. Ze was er vast

80 Activiteiten op het dek (aardappelrace, shuffleboard, zonnen, zwemmen), afbeeldingen uit de brochure ‘To Europe on the Westernland Tourist Class - The best on the ship’, circa 1930, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

81 van overtuigd om op avontuur te gaan, maar kon haar eigen ach- Plattegrond van het promenadedek op de Belgenland, uit de brochure tergrond niet verbergen. De geur in Algiers vond ze maar vreemd ‘Cruising on the Belgenland’, vermoedelijk 1932, Collectie Vrienden van en er liep onguur volk rond. Ze was blij wanneer ze weer aan de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen boord kon van het smetteloze schip. Op verschillende plaatsen in haar dagboek vermeldt ze de aanwezigheid van jonge bedelaars die ze als zeer vervelend ervaarde. Ze zocht vaak en bewust het gezelschap op van de scheepsof- ficieren. De schrijfster voelde zich dan ook vereerd toen hoofd- ingenieur William MacFarlane, ‘een vrij aantrekkelijke man’, en verantwoordelijk voor de machinekamer, haar uitnodigde voor een ‘exclusief’ bezoek aan zijn domein, de machinekamer. ‘Mac’, zoals ze haar nieuwe vriend noemde, vergezelde haar op tal van uitstapjes. Op haar verjaardag gidste hij haar door het nachte- lijke Lissabon. Ook enkele stewards hadden die avond vrij: ‘Hier troffen we tal van “Laplanders” aan, waaronder zowaar een aan- tal stewards. Mijn deksteward was de pannen van het dak aan het dansen, en ik vroeg me af in welke staat hij zou zijn tegen vijf uur ’s morgens, als zijn dienst begon. Hij leek zich alleszins ge- weldig te amuseren en geen van ons wou hem eraan herinneren dat er binnen een paar uur een nieuwe, harde werkdag begon.’34 Hoofdingenieur John Russell Mackay (links) en (vermoedelijk) officier Toen het gezelschap om 4 uur ’s morgens de Lapland bereikte, Henry Sparks aan boord van de Lapland tijdens een cruise naar de Médi- stonden er wel alweer stewards klaar om hen te ontvangen met terranée, juli 1932, Red Star Line Museum, Antwerpen thee en sandwiches. De dagen waren gevuld met excursies en eindeloos vertier aan boord. Veel te snel trad de laatste avond aan: ‘Iedereen was tegen die tijd heel opgewonden. Het dansen, zingen en de romances van het laatste moment maakten het on- mogelijk om te gaan slapen, ook al moesten we wel.’35 Het uur van afscheid brak aan: ‘Toen we op het dek stonden, kwamen de officieren afscheid nemen. We maakten plannen om elkaar ooit terug te zien. Al te snel ging het fluitje af, en moesten we van boord. Mac vergezelde me op de loopbrug naar beneden.’36 De kans is klein dat de schrijfster haar Mac nog heeft terug- gezien. De band tussen personeel en passagiers aan boord kon close zijn. Eenmaal terug in de ‘echte’ wereld haalde de maat- schappelijke realiteit oprechte beloftes weer onderuit. Toen Vi-

82 De assistent-purser wordt door passagiers in het zwembad gesmeten tijdens een Méditerranée-cruise op de Lapland, juli 1932, Collectie Vrien- den van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

Mevrouw Anderson (helemaal rechts) aan boord van de Lapland tijdens een cruise naar de Méditerranée, juli 1932, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

83 Red Star Line-waaiers, jaren 1920, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

olet Jessop op een dag toch inging op een uitnodiging van een gelaatsuitdrukking. Plots realiseerde ik me dat ze me compleet passagier, kwam ze van een kale reis thuis. In haar memoires vergeten was.’37 beschrijft ze hoe ze een reis lang een bijzonder mooie dame bij- Vriendschapsbanden ontwikkelden zich sneller aan boord stond. Deze dame was aan het bekomen van een persoonlijke dan op het vasteland. Stewardessen kregen toegang tot de groot- tragedie. Violets begrip en sympathie betekenden erg veel voor ste geheimen van de vrouwelijke passagiers en werden soms deze dame en ze nam haar in vertrouwen. Violet had na het vele vertrouwelingen. Deze ‘vriendschap’ was echter artificieel en en intense contact, ook buiten haar diensturen, het idee dat er beperkt tot de duur van de reis. Eenmaal weer op het vasteland een hechte vriendschap was ontstaan. Het verbaasde haar dan werd het sociale onderscheid tussen zij die de reis konden beta- ook niet dat de dame in kwestie haar meerdere keren uitnodigde len en zij die ze nodig hadden om de rekening te betalen, pijnlijk om na de trip zeker op bezoek te komen. ‘Nooit, zei ze, zou ze me duidelijk. En eigenlijk was dat ook aan boord al het geval. Want genoeg kunnen belonen voor de uren die ik buiten mijn dienst waar stewardessen voortdurend moesten zoeken naar extra tijd, met haar had doorgebracht en voor de morele steun die ik haar moesten vrouwelijke luxereizigers vooral op zoek naar extra’s om had gegeven. Het was moeilijk, toen ik haar het schip zag verla- de tijd te doden.38 ten, gracieus haar evenwicht bewarend en mooi gekleed, terwijl ze met een al even elegante dame die haar kwam verwelkomen in gesprek was, om me voor te stellen dat wij onder elkaar zulke intieme en verheven conversaties hadden gehad. Ten langen laat- ste gaf ze me een warme handdruk en nodigde me uit om haar eens op te zoeken.’ Enkele maanden later vond Violet de tijd om bij deze dame op bezoek te gaan: ‘Ik werd in de woonkamer ge- leid. Ze kwam op me af met een lieve glimlach en een verwarde

84 ‘Sudanese beauty’, foto uit het fotalbum van bemanningslid Eugène Van Hove tijdens zijn wereldreis op de Belgenland, 1927-1928, Collectie Anita Van Hove

88 CRUISES EN DE WERELD ★ HET INTERBELLUM. EEN WERELD VAN CONTRASTEN (1919-1939)

Gerrit Verhoeven

Bericht over de aankomst van Charles Lindbergh in de boordkrant van de Lapland, Cruise News, 23 mei 1927, Red Star Line Museum, Antwerpen

Lucky Lindy hops Atlantic! Met die kop pakten Amerikaanse en vooruitgang, van torenhoge welvaart, ongeremde consumptie kranten in 1927 uit, nadat de jonge Charles Lindbergh in zijn en wilde speculatie. Een tijd waarin jazz, Hollywoodfilms, ra- Spirit of Saint-Louis in één ruk de Atlantische Oceaan was over- diosoaps en flappers een nieuwe rage waren. Geen wonder dat gevlogen. Lindbergh werd op slag een held. Hoewel de reis al het decennium in het collectieve geheugen gegrift staat als de eerder door luchtschepen was gemaakt – de enorme, tot de ver- dolle jaren twintig (de roaring twenties).2 Nauwelijks twee jaar beelding sprekende creaties van graaf Ferdinand von Zeppelin – later, in 1929, keerden de kansen. Na de Wall Street-beurskrach en de grote oceaanstomers al veel langer uitvoeren, was de jonge op zwarte donderdag ruimde optimisme plaats voor bittere wan- piloot de eerste die de trip van New York naar Parijs per solo- hoop. Beleggers zagen hun geld in rook opgaan, talloze bedrijven vlucht maakte. Meer dan dertig uur scheerde Lucky Lindy over gingen bankroet, banken vielen om, terwijl de werkloosheid en de grauwe golven van de Atlantische oceaan. Na aankomst op Le armoede de pan uit rezen. In Europa staken radicale bewegin- Bourget (Parijs) ging het nieuws als een lopend vuurtje de wereld gen de kop op.3 Met Lindbergh als gids willen we die wereld van rond. Krantenredacties werkten de klok rond, telegraaflijnen contrasten – van overvloed en onbehagen – nader verkennen. stonden roodgloeiend. Lindbergh werd algauw een icoon.1 Nie- Hoe beleefden tijdgenoten van Lucky Lindy de jaren 1920? Waar mand belichaamde immers beter de tijdgeest. In de Verenigde kwam die economische crisis vandaan? Welke oplossingen kwa- Staten waren de jaren 1920 een tijd van ongebreideld optimisme men in de jaren 1930 uit de bus?

90 ‘Roaring twenties’ (1919-1929) De Eerste Wereldoorlog betekende een belangrijke cesuur. Niet alleen hadden Europese landen een deel van hun politieke macht verkwanseld, maar het werd ook algauw duidelijk dat de Ver- enigde Staten voortaan op economisch vlak de lakens uitdeel- den. Na een korte dip trok de Amerikaanse economie weer aan, wat leidde tot een fenomenale groei in de jaren 1920. Dat vertaalde zich onder meer in stijgende lonen. Fabrieksarbeiders verdienden in 1929 bijna 15 procent meer dan een decennium eerder. Daarmee lagen de Amerikaanse lonen twee- tot driemaal hoger dan in Europa. Bovendien daalde het aantal werkuren.4 Meer loon betekende ook meer consumptie. Dankzij hun nieuw verworven welvaart konden Amerikaanse gezinnen immers van De ‘Graf Zeppelin’ vliegt boven de Belgenland, foto uit het fotoalbum van allerlei spullen dromen. In de jaren 1920 overspoelden wasma- bemanningslid Walter Pittoors tijdens de zevende wereldreis, 1930-1931, chines, strijkbouten, stofzuigers, mixers, koelkasten, naaima- Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen chines en andere elektrische apparaten de markt, waardoor het huishouden een stuk eenvoudiger werd. Amerikaanse bedrijven maakten gebruik van agressieve reclametechnieken – kran- tenadvertenties, affiches, radiospots – om hun producten te slij- ten, maar boden ook billijk consumptiekrediet aan, waardoor veel van die spullen op de pof werden gekocht. Bovendien werd de consumptiedrift aangewakkerd door de komst van warenhui- zen, die de producten op een erg aantrekkelijke wijze uitstalden. In de jaren 1920 werden woonhuizen ook massaal aangesloten op het aardgas- en elektriciteitsnetwerk, waardoor fornuizen en gloeilampen aan een opmars begonnen.5 Misschien sprak een eigen auto nog het meest tot de verbeel- ding. Lange tijd waren die automobielen het exclusieve speeltje gebleven van the rich and the famous tot Henry Ford in 1908 met zijn Model T op de proppen kwam. Massaproductie – Ford poch- te dat de T in alle kleuren te verkrijgen was, zolang de klant maar voor zwart koos – maakte het autootje relatief goedkoop, terwijl het onderhoud beperkt bleef. Amerikaanse gezinnen schaften zich in de jaren 1920 dan ook massaal een wagen aan. Natuurlijk waren er ook kapers op de kust. General Motors experimenteerde met een breed, wisselend gamma aan kleuren en designs, waar- door er steeds nieuwe, modieuze modellen op de markt kwa- men, die dankzij een gul verleend consumptiekrediet ook voor de middenklasse betaalbaar waren. Europa raakte achterop. En- gelse, Franse, Duitse en Belgische autobouwers, waaronder het legendarische Minerva Motors, bleven zich koppig toeleggen op peperdure wagens, die louter voor de exclusieve toplaag bestemd waren.6 In de Verenigde Staten hadden de komst en verspreiding van de automobiel enkele belangrijke gevolgen. Dankzij de mas- sale inzet van dieseltractoren in de landbouw daalde de kostprijs van graan, mais en andere voedingsgewassen fors. Bovendien werd de wegenbouw gestimuleerd. Met de Federal Highway Act (1921) besliste de overheid om duizenden mijlen nieuwe autowe- Ansichtkaart ‘White Star Line Mediterranean services’, Red Star Line gen aan te leggen, waardoor de mobiliteit hand over hand toe- Museum, Antwerpen nam. Amerikaanse gezinnen konden er voortaan in het weekend

91 met de auto op uit. Toen Yosemite, Yellowstone en andere nati- onale parken op het netwerk werden aangesloten, leidde dat tot een overrompeling van dagjes- en weekendtoeristen.7 Massatoerisme was een rechtstreeks gevolg van de toegeno- men welvaart. Naarmate de oostkust gekoloniseerd werd door de middenklasse trokken de meer gefortuneerde Amerikanen zuidwaarts. Florida bood met zijn zonnige klimaat en parelwitte stranden een bijzonder aantrekkelijk alternatief voor de oude badplaatsen in New England. Dankzij de nieuwe autowegen was de zuidelijke staat nu ook goed bereikbaar. In de jaren 1920, tij- dens de Florida Boom, werden er talloze hotels, vakantiehuisjes en -appartementen gebouwd, die vaak op krediet werden ge- kocht.8 Maar Amerikaanse toeristen zochten het in het interbel- lum ook steeds verder. Europa kwam bijvoorbeeld in het vizier. Dat was het onrechtstreekse gevolg van een nieuw migratiebe- Lederen koffer met stickers van de Red Star Line tourist third cabin-klas- leid en toenemend isolationisme van de Verenigde Staten. Met se, Red Star Line Museum, Antwerpen de Emergency Immigration Law (1921) werd het aantal Europese migranten geplafonneerd, waardoor de massa volksverhuizers, die in de negentiende eeuw nog met miljoenen toestroomden, langzaam maar zeker opdroogde. Cunard Line, White Star Line, French Line, Hamburg-Amerikalijn, Red Star Line en andere rederijen probeerden het verlies aan klandizie te compenseren door de kaart van het toerisme te trekken. Met kleurrijke bro- chures en affiches over Europese bestemmingen, maar ook met ongeziene luxe aan boord – fumoir, concertzaal, bibliotheek, gymzaal, lounge – trachtte men potentiële passagiers te overha- len. Daarnaast ontwikkelden rederijen met de tourist third cabin class (lees ook hoofdstuk 2) een sobere variant van de tweede klasse, die betaalbaar was voor de middengroepen. Dankzij de sterke dollar was een reisje naar Europa spotgoedkoop.9 Meer dan 80 procent van het publiek aan boord was dan ook Amerikaans, zoals een Britse reiziger schamper opmerkte: ‘(…) Rookgerei met Red Star Line-opschrift of ter herinnering aan een wereld- Het is de betere middenklasse uit de Verenigde Staten, die zich cruise op de Belgenland, circa 1925, Collectie Vrienden van de Red Star tegenwoordig meer thuis lijkt te voelen in Groot-Brittannië dan Line, Red Star Line Museum, Antwerpen, Bart Huysmans en wij in Europa.’10 In de late jaren 1920 maakten elk jaar ongeveer Michel Wuyts 400.000 Amerikanen de overtocht naar Europa.11 Naast een zeereis over de Atlantische Oceaan boden steeds meer rederijen ook luxecruises aan (zie hoofdstuk 1). In 1922 legde de Cunard Line de Laconia in voor een wereldcruise van 130 dagen, terwijl de White Star Line met de Adriatic plezierreisjes op de Middel- landse Zee organiseerde. Passagiers met weinig tijd konden in New York zelfs inschepen op weekendcruises.12 Toerisme was natuurlijk niet de enige vorm van vrijetijdsbe- steding die tijdens de roaring twenties aan belang won. Dank- zij de groeiende welvaart kwam een wekelijks bioscoopbezoek binnen het bereik van de middenklasse. In de Verenigde Staten gingen meer dan 95 miljoen tickets per week over de toonbank. In de late jaren 1920 ruimden stomme films veld voor gespro- ken versies (talkies), waarbij oorlogsfilms (All Quiet on the Wes- tern Front), horror (King Kong) en romantiek (Gone with the

92 Brochure voor weekendcruises met de Belgenland naar Bermuda, 1932, Brochure voor korte wintercruises naar de zon met de Lapland, 1931, Red Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen Star Line Museum, Antwerpen

93 Wind) het goed deden. Dergelijke films werden natuurlijk ook op cruiseschepen vertoond. Metro Goldwyn Mayer verzorgde bijvoorbeeld het programma op de Belgenland van de Red Star Line.13 Bovendien was de radio in opkomst. Amerikanen stem- den niet alleen af op hun favoriete zender voor muziek – onder meer jazz, country en andere nieuwe muziekstijlen hadden hun populariteit aan het medium te danken, hoewel grammofoon- platen als warme broodjes over de toonbank gingen – maar luis- terden ook naar weersvoorspellingen, politiek nieuws en hoor- spelen. Die laatste waren ontzettend populair. Amos ’n Andy, een komische radioserie waarin twee zwarte Amerikanen van het ene in het andere misverstand tuimelden, haalde ruim 40 mil- joen luisteraars. Door de enorme luisterdichtheid werd de radio een ultiem medium voor sluwe reclamejongens, die de luisteraar Ansichtkaart met een voorstelling van de rms Mauretania van de Cunard voortdurend bestookten met reclame voor de nieuwste wasma- Line, 1924, correspondentie tussen John Van Rickstal, viceconsul van chines, mixers, kledij en hebbedingetjes. Lucky strike probeerde België te New York en zijn familie, Red Star Line Museum, Antwerpen vrouwen door middel van radiospots aan de sigaret te krijgen.14 Sportwedstrijden werden ook steeds vaker verslagen op de radio. In 1926 waren meer dan 50 miljoen mensen aan hun radio ge- kluisterd om het titanengevecht tussen de zwaargewichten Gene Tunney en Jack Dempsey te volgen. Massaal veel toeschouwers lieten zich verleiden door honkbalwedstrijden, die vooral po- pulair werden toen Babe Ruth moeiteloos de ene na de andere homerun sloeg voor de New York Yankees.15 Literatuur was ook aan een zegetocht bezig in het interbel- lum. Dankzij de verspreiding van elektrisch licht hadden mensen meer tijd om te lezen, terwijl een massa betaalbare paperbacks de markt overspoelde. Mainstreet van Sinclair Lewis ging gretig over de toonbank. Het verhaal over het provincienest Gopher Prairie, waar nauwelijks drieduizend inwoners woonden en de tijd leek stil te staan, sprak blijkbaar tot de verbeelding van miljoenen lezers die de roaring twenties eerder in bruisende, lawaaierige en kosmopo- liete metropolen beleefden.16 Fitzgeralds Great Gatsby had minder succes. Het verhaal zoomde in op het leven van de steenrijke James Gatz, die in zijn luxevilla op Long Island allerlei exclusieve feest- jes organiseerde. Dergelijke parties waren een ander handelsmerk van de roaring twenties. Nochtans waren de consumptie, handel en productie van alcohol sinds 1920 streng aan banden gelegd door het achttiende amendement, waarmee de Prohibiton (droog- legging) begon. Hoewel het aantal hectoliters bier, wijn en drank enigszins leek af te nemen, verdween het leeuwendeel in de illegali- teit. Kroegen en clubs die onder de toonbank drank verkochten of helemaal ondergronds gingen (speakeasies) waren razend populair. Bovendien werden die schimmige, rokerige bars een voedingsbo- dem voor de ontluikende jazzscene, waardoor keurige radiosta- tions soms weigerden om die deuntjes te draaien. Bootleggers die Het Belgenland-orkest, circa 1925, losse foto uit het fotoalbum van or- drank smokkelden voor de illegale bars behoorden immers vaak kestlid Fernand Van Neylen, mas Antwerpen tot de maffia, waardoor de speakeasies geen al te goeie naam kre- gen. Politieagenten knepen vaak een oogje dicht in ruil voor steek- penningen. Sommige rederijen omzeilden de wet door korte booze

94 ‘Bootleggers’ gered door beman- ningsleden van de Lapland, foto uit het fotoalbum van bemanningslid François De Ridder, 17 januari-29 april 1929, collectie familie De Ridder

cruises aan te bieden, die buiten de nationale wateren voeren om drank te kunnen schenken.17 Vrouwenbewegingen behoorden tot de groepen die voor een totaalverbod op alcoholische dranken hadden geijverd. Feminis- ten zorgden al voor de Eerste Wereldoorlog voor amok door de invoering van het vrouwenstemrecht op de politieke agenda te zetten (zie ook hoofdstuk 4). Na een verbeten strijd haalden ze in 1920 eindelijk hun slag thuis.18 Vrouwen veroverden in het in- terbellum steeds meer vrijheid. Dat uitte zich bijvoorbeeld in de opzichtige kledingstijl van flappers, die schandaal veroorzaakten met hun korte rokjes en kapsels, hun zware make-up, sigaretten en gin-tonic, maar ook met hun ruige taal en – tenminste dat werd gefluisterd – met hun losse seksuele moraal. Met een batterij aan nieuwe kledingvoorschriften trachtte de overheid het tij te keren, zoals in Virginia: ‘(…) Vrouwen mogen geen avondjurk dragen die meer dan zeven centimeter van haar hals laat zien. Rokken mo- Dansende passagiers in de danszaal aan boord van de Lapland, circa gen niet meer dan tien centimeter van de grond komen. Kledij 1910, mas Antwerpen van doorschijnend materiaal blijft verboden.’ 19 Nieuwe dansen behoorden eveneens tot het repertoire van de flapper girls, zoals de charleston en de Lindy hop, die in de nasleep van Lindberghs huzarenstukje was ontstaan.20 Terwijl de Verenigde Staten in de jaren 1920 hun roaring twenties beleefden, herstelde Europa maar moeizaam van de Eer-

95 ste Wereldoorlog. In Frankrijk en België remde het ruimen van het oorlogspuin het economisch reveil, terwijl de herstelbetalin- gen uit Duitsland tegenvielen en de inflatie dreigde te ontsporen. Engeland en Frankrijk kreunden onder de last van de oorlogs- leningen, die ze in het heetst van de strijd voor de levering van militair materiaal en voedsel uit de Verenigde Staten hadden af- gesloten. Maar het was toch vooral de lamentabele economische toestand van Duitsland die Europa parten speelde. Kolossale her- stelbetalingen en hyperinflatie – in de jaren 1920 waren biljetten van 100 miljard rijksmark in omloop – smoorde elke groei in de kiem, terwijl het land met de bezetting/annexatie van het Saar- en Ruhrgebied ook een aanzienlijk deel van zijn steenkool- en staalnijverheid kwijtraakte. Pas in 1924 klom de economie weer langzaam uit het diepe dal met Amerikaanse hulp in de vorm van het Dawesplan.21 In de late jaren 1920 beleefde ook Europa zijn dolle jaren (années folles), maar de welvaart bleef pijnlijk achter bij die van de Verenigde Staten. Dat drukte een stempel op het consumptiepatroon. Meer dan 80 procent van de Amerikaanse gezinnen beschikte aan het einde van de roaring twenties over een radio, terwijl dat in Europa nauwelijks een kwart was. Elek- trisch licht was wijdverbreid in New York, maar nog steeds een zeldzaamheid in Londen en Parijs. Terwijl Amerikaanse straten dichtslibden met Fords, Chevrolets en Cadillacs, spraken Euro- pese merken toch vooral het luxesegment aan.22

‘Great Depression’ (1929-1932) Op 24 oktober 1929 – de dag die de geschiedenis in zou gaan als Air Union-vliegticket van Parijs naar Londen. Na zijn wereldreis op de Black Thursday (zwarte donderdag) – stortte de beurs op Wall Belgenland bracht Roland Fenner nog een bezoek aan Londen, 22 april Street in. Naarmate de koers kelderde, ontstond er paniek on- 1928, World Cruise of the Red Star Line, ss Belgenland: Sailing from New der de beleggers en bookies, die hun waardepapier massaal van York, December 14, 1927, 1928, The Wolfsonian-Florida International Uni- de hand deden. Dat ontketende een lawine van koersdalingen. versity (Jean S. and Frederic A. Sharf Collection) Toen de beurs sloot, hadden de meeste aandelen meer dan 40 procent verloren. In de koortsachtige dagen, weken en maanden die volgden, bleef de dalende trend aanhouden. Kleine beleggers, maar ook de meest ervaren speculanten zagen hun vermogen in krediet, gebruikten om de consumptie te stimuleren, raakte de rook opgaan.23 Natuurlijk kwam de krach niet helemaal als een markt voor naaimachines, mixers, auto’s en andere goodies uit- donderslag bij heldere hemel. Uit allerlei signalen bleek in de late eindelijk verzadigd. Nog vóór Black Thursday kwamen diverse jaren 1920 dat er iets loos was. Eerst en vooral was er de onge- bedrijven daardoor in de problemen. Overproductie baarde ook remde speculatiezucht. Door de economische voorspoed van de zorgen in de landbouw, waar boeren al te enthousiast in tracto- roaring twenties waren de beurskoersen fenomenaal gestegen. ren en andere machines hadden geïnvesteerd, terwijl de rek uit Een trend die in de hand werd gewerkt door wilde speculatie, de markt was. De Wall Street-beurskrach was dan ook niet echt waarbij beleggers veelbelovende waardepapieren opkochten en de aanleiding van de Great Depression, maar eerder de spreek- die even later tegen een fraaie winst verpatsten. Meestal kochten woordelijke druppel die de emmer deed overlopen.25 ze on margin, wat betekende dat beleggers nauwelijks 10 procent Eenmaal ontketend sloeg de economische crisis snoeihard eigen kapitaal investeerden en de rest leenden bij de bank. India- toe. Talloze bedrijven gingen bankroet. Met de Wall Street- nenverhalen over onvoorstelbare winstmarges lokten niet alleen krach kwam bijvoorbeeld een abrupt einde aan de Lindbergh professionele bookies, maar ook een legertje kleine beleggers, die boom. Na Lindberghs legendarische vlucht over de Atlantische hun zuurverdiende spaarcenten investeerden in get-rich-quick- Oceaan waren er in de Verenigde Staten talloze luchtvaartmaat- beleggingen.24 Een tweede omen was de sluimerende overpro- schappijen ontstaan, die handig inspeelden op de nieuwe hype ductie. Hoewel bedrijven allerlei strategieën, zoals reclame en rond vliegen. In de nadagen van Black Thursday legden die nieu-

96 we ondernemingen massaal de boeken neer. Minerva, de Belgi- zonder twijfel de Work Progress Administration (wpa), waarbij sche bouwer van luxeautomobielen, was een van de vele slacht- miljoenen werklozen ingeschakeld werden bij de bouw van we- offers in Europa.26 Naarmate steeds meer bedrijven op de fles gen, dammen en andere openbare werken. De wpa bouwde meer gingen, nam de werkloosheid toe. In de Verenigde Staten telde dan 1000 luchthavens, 8000 scholen en ziekenhuizen en 12.000 men in 1929 amper 3,2 procent werklozen, maar dat aantal steeg speelpleinen. De Lincolntunnel, die New Jersey en Manhattan tot een pijnlijke 25,2 procent in 1933. Bij gebrek aan een sociaal verbond, was een van de paradepaardjes van het project.31 vangnet nam de consumptie zienderogen af, waardoor nog meer Wpa-arbeiders werden ook ingezet in Yosemite, Yellowstone bedrijven in de problemen kwamen. Banken vielen ook mas- en andere nationale parken, waar ze kampeerplaatsen, wegen en saal om. Door de Wall Street-krach ontstond immers een bank andere infrastructuur aanlegden. Naarmate de economie her- run, waarbij mensen massaal hun spaarcenten van hun rekening stelde, herleefde ook het toerisme in de Verenigde Staten. Kam- haalden. Bovendien raakten banken in ademnood, omdat tallo- peerbusjes verkochten in de late jaren 1930 als warme broodjes, ze consumptiekredieten niet meer werden afgelost.27 Ten slotte terwijl de Colman Lantern Company gouden zaken deed met reageerde ook de overheid erg onhandig. In de Verenigde Sta- haar kleine gasfornuizen.32 Net voor de Tweede Wereldoorlog ten hield Herbert Hoover hardnekkig vast aan een traditioneel maakten elk jaar meer dan tien miljoen Amerikanen een reisje in laissez-faire-beleid, waardoor de economie nog verder in het slop eigen land. Yosemite werd elk jaar overspoeld door bijna een half raakte. In aanloop naar de verkiezingen van 1932 circuleerde de miljoen toeristen.33 Langzaam maar zeker kwam het cruisetoe- slogan: In Hoover we trusted, now we are busted (We vertrouw- risme er ook weer bovenop. White Star Line organiseerde in de den op Hoover, maar nu zijn we de klos).28 jaren 1930 rondvaarten op de Baltische Zee, waarbij onder meer Europese regeringen maakten er eveneens een potje van. Leningrad, het bolwerk van bolsjewisme, op het programma Met hun klassieke beleid van besparingen, nieuwe belastingen stond. Cunard Line voer met de Aquitania op de Middellandse en loonmatiging werkten ze de crisis eigenlijk nog verder in de Zee, waar Egypte nog steeds publiekslieveling numero uno was. hand. In België liep de werkloosheid op tot boven de 20 procent, French Line bracht nieuwsgierige Amerikaanse toeristen dan terwijl ook Engeland, Frankrijk en Duitsland wegzonken in een weer naar de Wereldtentoonstelling in Parijs in 1937. Uit New diepe crisis. Politieke radicalisering en een ruk naar rechts waren York vertrokken ook cruises naar Zuid-Amerika. Nochtans was het gevolg. In 1928 haalde het nationaalsocialistische zweeppar- het herstel erg moeizaam. Talloze rederijen zoals de Red Star tijtje van Adolf Hitler amper 2,6 procent van de stemmen, maar Line legden uiteindelijk de boeken neer.34 nauwelijks twee jaar later klokte de nsdap al af op 18,2 procent. Toerisme was een van de indicatoren dat het leven weer op Meezeilend op de malaise van de economische crisis behaalde gang kwam. Het Empire State Building torende al in 1931 trots de partij in 1932 een monsterscore van 37,4 procent, waardoor boven New York uit, waarna een reeks andere wolkenkrabbers Hitler de vrije hand kreeg.29 in art deco volgde. Hollywood beleefde gouden jaren met kas- krakers zoals Cleopatra, Frankenstein of Jekyll and Hyde, terwijl ‘New Deal’ (1933-1939) Disney met Sneeuwwitje en de zeven dwergen de kinderharten Hoover leed een zware nederlaag bij de verkiezingen van 1932. veroverde. Mae West, Charlie Chaplin en Shirley Temple wer- Franklin Delano Roosevelt, een democraat, nam zijn plaats in. den wereldberoemd. In de literatuur waren Huxley (Brave New Daarbij ruimde het liberale laissez-faire-beleid baan voor de World), Steinbeck (Grapes of Wrath), Hemingway (To have and New Deal: een ambitieus herstelplan dat losjes op de ideeën van have not) en Tolkien (The Hobbit) aan zet. Batman en Superman de briljante Britse econoom John Maynard Keynes geïnspireerd doken voor het eerst in strips op. Fotografie kreeg een impuls was. Roosevelt lanceerde een batterij aan maatregelen die de dankzij het Federal Art Project (deel van de wpa), waarbij fo- economie weer aan de praat moesten krijgen. Met de Agricul- tografen werden uitgestuurd om de economische malaise, maar tural Adjustment Act (1933) werd de overproductie in de land- vooral de veerkracht van de Amerikaanse bevolking in beeld te bouw aangepakt. Boeren kregen royale subsidies om hun oogst brengen. Dat leverde enkele iconische beelden op. Tegenover de te vernielen en hun grond braak te laten liggen, wat in slechte roaring twenties lieten de jaren dertig een meer conservatief ge- aarde viel bij de bevolking die honger leed. Met de National In- laat zien. Korte rokjes en kapsels verdwenen bijvoorbeeld uit het dustrial Recovery Act stak de overheid de noodlijdende indus- straatbeeld, terwijl schouders en hals meer bedekt werden.35 trie een hart onder de riem, terwijl de Emergency Banking Act Roosevelts New Deal kreeg algauw navolging. Groot-Brittan- de zwalpende banken in het gareel hield. Door de dollar te de- nië timmerde al sinds 1931 aan een ambitieus herstelplan op basis valueren, nam ook de export weer toe. Met de Social Security van het MacMillan Report, dat onder meer door Keynes ontwor- Act ontwikkelden de Verenigde Staten een basale sociale zeker- pen was. Naast de devaluatie van het Britse pond, investeerde de heid, hoewel de uitkeringen voor werklozen, zieken en bejaarden overheid massaal in de bouw van sociale woningen, waardoor de voorlopig erg schamel bleven.30 Maar de ultieme paukenslag was werkloosheid langzaam maar zeker teruggedrongen werd. Pas in

97 de late jaren 1930 trad er echt herstel in, toen Groot-Brittannië als reactie op de oorlogsdreiging herbewapende.36 Frankrijk was door de depressie in totale politieke chaos terechtgekomen. In 1936 nam het Front Populaire – een alliantie tussen socialis- ten en communisten – het heft in handen en stelde een batterij herstelmaatregelen voor, waaronder de nationalisering van een aantal grote bedrijven, het bestrijden van de werkloosheid, de invoering van de veertigurenweek, et cetera. Nochtans bleef de Franse economie tot in de late jaren 1930 kwetsbaar.37 Paul van Zeeland, de vicegouverneur van de nationale bank, pleitte in België voor een Keynesiaans herstelbeleid. Toen hij in 1935 pre- mier werd, volgde er een waterval aan openbare werken.38 Het was vooral Duitsland dat de andere Europese landen het nakijken gaf. Na de machtsovername van de nsdap trad Hjalmar Schacht aan als minister van Economie, maar het was vooral Hermann Göring die in de late jaren 1930 aan de touwtjes trok. Met ambitieuze meerjarenplannen versterkte het regime zijn greep op de economie. Fabrieken en bedrijven kregen voort- aan richtlijnen uit Berlijn over hoeveel en wat er precies moest worden geproduceerd en tegen welke prijs. Staalbedrijven wer- den onder de paraplu van de Reichswerke van Hermann Göring ondergebracht. Bovendien drong de overheid de werkloosheid terug door middel van massale openbare werken.39 Nieuwe mi- nisteries, luchthavens, sporthallen en andere projecten kwamen in de steigers te staan, maar het waren vooral de nieuwe Auto- bahnen die tot de verbeelding spraken. Letterlijk honderden ki- lometers nieuwe snelwegen werden uitgerold.40 Dergelijke pro- jecten werden goed onthaald in binnen- en buitenland, maar het was toch vooral de koortsachtige herbewapening die de werk- loosheid terugdrong. Fabrieken zoals Krupp, Siemens en aeg schakelden langzaam maar zeker over op de productie van oor- Brochure voor reizen vanuit de Verenigde Staten naar Europa, 1930, Col- logsmaterieel. Militaire uitgaven slorpten in de late jaren 1930 lectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen bijna de helft van de begroting op. Dat tekort werd aangezuiverd door buitenlandse activa en Joodse bezittingen aan te slaan.41 Naast openbare werken en herbewapening zette de nsdap in op levensstandaard. Net zoals andere Europese landen liep Duits- land immers achter op de Verenigde Staten, waar wasmachi- nes, koelkasten, naaimachines, radio’s, automobielen en andere trendy spullen intussen wijdverbreid waren, terwijl ze in Europa schaars bleven. Nazi-Duitsland schakelde een versnelling hoger, waarbij de overheid de productie van allerlei consumptiegoede- ren naar zich toe trok. Een schoolvoorbeeld was de Volksemp- fänger ve 301, een betaalbare radio die in de jaren 1930 op de markt kwam onder impuls van het naziregime. Dankzij die poli- tiek steeg het radiobezit fors, waarmee de overheid twee vliegen in één klap sloeg. Nieuwe radio’s schraagden niet alleen de popula- riteit van het regime, maar via de ve 301 kende ook de ideologie ruime verspreiding. Door toespraken van partijbonzen, verslagen van landdagen en andere propaganda uit te zenden, versterkte de Volksempfänger de populariteit van de nsdap.42 In de jaren

98 1930 lanceerde de overheid plannen voor de Volkskühlschrank, zich immers af van de internationale politiek. Nationalisme was de Volkswohnung en andere projecten, maar de Volkswagen sprak een belangrijke katalysator. Dat nationalisme uitte zich ook in het meest tot de verbeelding. Nazibonzen gooiden het op een ak- een reveil van de Ku Klux Klan. Lange tijd was dat racisme op koordje met Ferdinand Porsche, die een kleine, betaalbare auto sterven na dood geweest, maar in de jaren 1920 klom de vereni- ontwikkelde (de latere kever). Naast overheidssubsidies deden ging naar enkele miljoenen leden. Kop van Jut waren niet alleen ook particulieren een duit in het zakje. Potentiële klanten konden zwarte Amerikanen, maar ook katholieken en Joden.46 Onder immers met een spaarkaart hun eigen Volkswagen bijeensparen. impuls van de White Anglo-Saxon Protestant (wasp)-beweging Door de oorlogsdreiging liep het project enorme vertraging op, keurde de overheid veel strengere immigratiewetten goed om waardoor er nauwelijks enkele honderden kevers geleverd werden. de instroom van Europese, Aziatische en andere migranten te Hoewel het plan uiteindelijk flopte, was de ideologische winst on- verminderen. Met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog betaalbaar. Dankzij Volkswagen en andere projecten konden mo- kwam het klassieke isolationisme onder druk te staan, terwijl dale Duitsers immers dromen van een betere wereld, waardoor de de roep voor militaire interventie toenam. Lindbergh was alvast loyauteit en steun aan het regime toenamen.43 geen fakkeldrager van dat idee, maar raadde elke bemoeienis af. Kraft durch Freude (kdf) was een andere belangrijke partner Uiteindelijk maakte de aanval op Pearl Harbour in december in het Volkswagenplan. Nazibonzen kwamen in 1933 op de prop- 1941 elke verdere twijfel overbodig. Uncle Sam was in oorlog. pen met die nieuwe organisatie die sport, cultuur en toerisme sti- muleerde onder de midden- en arbeidersklasse. Kdf organiseerde betaalbare reizen en excursies voor leden door kortingen bij de spoorwegen, hotels en restaurants te bedingen. Bovendien liet de organisatie kolossale vakantiekolonies bouwen. Prora, op het eilandje Rügen in de Oostzee, bood plaats aan meer dan veertig- duizend toeristen. Luxecruises waren een andere succesformule. Leden van kdf voeren naar Noorwegen, Italië of Portugal, maar ook Egypte of Turkije kwamen op de bucket list terecht. Een van de paradepaardjes was de Wilhelm Gustloff, die een bibliotheek, een zwembad, een bioscoop en comfortabele kajuiten aan boord had. Natuurlijk was de ideologie nooit ver weg. Aan boord werden propagandafilmpjes vertoond, de swastika wapperde aan de boeg- spriet, terwijl cruiseschepen ook regelmatig rendez-vous gaven met nieuwe slagschepen. Ideologie sijpelde ook door in de excur- sies die kdf naar het buitenland organiseerde. Uitstapjes naar de Franse Elzas, de Belgische Oostkantons, Tsjechisch Sudetenland, West-Polen of Oostenrijk moesten de territoriale eisen van het na- ziregime kracht bijzetten.44 Bovendien leidde het toerisme de aan- dacht af van de meer boosaardige aspecten van het regime, zoals de brutale vervolging van Joden en communisten, de perscensuur, het verbod op vakbonden en oppositiepartijen, de lage lonen en de toenemende oorlogsdreiging.45

Epiloog Hoewel Lindbergh een nauwelijks verholen bewondering koes- terde voor de ideologie van het nationaalsocialisme en in de jaren 1930 zelfs even overwoog om naar Berlijn te verhuizen, waarschuwde hij de Amerikaanse regering wel voor de onrust- wekkende militaire machtsontplooiing en de uitbouw van de Luftwaffe. Toen de oorlog uiteindelijk uitbrak, aarzelde de Ame- rikaanse overheid. Moest de klassieke politiek van isolationisme Wereldnieuws op de Belgenland via de radio, met onder andere het die de Verenigde Staten al tientallen jaren voerde op de schop? bericht dat Charles Lindbergh en zijn vrouw in minder dan 15 uur van Los Waren Europeanen niet in staat om hun eigen boontjes te dop- Angeles naar New York zijn gevlogen, World Cruise News, vol. VI, nr. 55, 21 pen? Na de Eerste Wereldoorlog keerden de Verenigde Staten april 1930, Red Star Line Museum, Antwerpen

99

★ EEN WERELD VAN BESTEMMINGEN. EEN WERELD VAN REIZEN

Mike Robinson

Wereldkaart uit de reisgids Strange places and strange faces voor de zesde wereldcruise van de Belgenland, 1929, Red Star Line Museum, Antwerpen

De Australische outback, het Amazoneregenwoud en zelfs An- gen – die in meer of mindere mate infrastructuur hebben ont- tarctica, hoe afgelegen en onherbergzaam deze gebieden ook wikkeld ten dienste van de bezoeker. zijn, ze gaan tegenwoordig allemaal door voor toeristische be- In 2015 werden volgens de Wereld Toerisme Organisatie van stemmingen. Het getuigt inderdaad van de macht en alomtegen- de Verenigde Naties (unwto) wereldwijd naar schatting ruim woordigheid van het toerisme, dat de wereld kan worden opgevat 1,1 miljard toeristische reizen gemaakt.1 Een cijfer dat door de als een lappendeken van bestemmingen: plaatsen die voorbe- jaren heen opvallend veerkrachtig is gebleken en tegen 2030 zou stemd zijn om ‘naartoe’ te gaan of tijdelijk ‘in’ te verblijven. Voor oplopen tot 1,8 miljard.2 Achter deze kerncijfers zien we een toe- wie zich vrijetijdstoerisme kan veroorloven, zijn er slechts enkele name van het aantal bestemmingen en hun verscheidenheid, met plaatsen op de planeet die de toerist niet kan bereiken. Tourope- als algemene trend dat toeristen verder reizen dan ooit tevoren, rators leggen een flinke dosis creativiteit aan de dag om de meest zodat bijna de hele wereld nu binnen bereik is. In de negentien- afgelegen en obscure plekken aan te bieden en de toeristen zelf de eeuw waren de beperkte toeristische stromen voornamelijk worden steeds behendiger in het zoeken naar nieuwe, vaak ni- afkomstig van de heersende machten in Europa. Ze verplaats- chebestemmingen. Vakantieoorden aan het strand en speciaal ten zich oostwaarts richting Azië, gevoed door oriëntalistische ontworpen themaparken en amusementscomplexen blijven hun nieuwsgierigheid, de behoeften van koloniale rijken en het ge- dominante positie als voorkeursbestemming behouden. Maar leidelijk aan verkleinen van de afstand dankzij treinen en passa- evenzeer hoog op de ranglijst staan talloze locaties – historische giersschepen. Dat kan worden gezien als een natuurlijk vervolg dorpjes en steden, cultuurlandschappen en natuurlijke omgevin- op de Europese grand tour, maar dan naar plaatsen die amper

102 waren uitgerust om toeristen te ontvangen. Gedocumenteerde bezoeken aan Japan, India en China waren in wezen bezoeken aan bestaande plaatsen en niet aan toeristische bestemmingen zoals we ze vandaag kennen. En tegenwoordig reizen toeristen van deze ooit verre plaatsen naar de bestemmingen in Europa. Bij hedendaagse debatten over algemene geografie is de ver- wijzing naar de toeristische keuze vaak bepalend en worden de plaatsen die we wel of net niet zouden willen bezoeken tegenover elkaar geplaatst. Op dezelfde manier worden in heel wat samen- levingen in de ontwikkelde wereld de plaatsen die we als toerist hebben bezocht en de frequentie van onze bezoeken belangrijke elementen van onze identiteit (zie hoofdstuk 10).3 De immens populaire en invloedrijke reisgidsen, met verschillende titels in de trant van 101 te bezoeken plaatsen voor je sterft, geven aan hoeveel belang we hechten aan toerisme.4 Hoewel in dergelijke boeken vooral de spectaculaire en een bepaald type ‘niet te mis- sen’ bestemmingen aan bod komen, is het duidelijk dat toerisme ingebed is en verweven zit in de levens van miljoenen mensen. De inhoudelijke invulling en de opmaak van deze publicaties hebben een lange geschiedenis en wijzen niet alleen op het open- stellen van de wereld en een toegenomen aantal bestemmingen, maar ook op een hiërarchie in de te bezoeken plaatsen. Verschil- lende Griekse reizigers in de eerste en tweede eeuw voor Chris- tus bakenden de zeven wereldwonderen af. Ze deden dat aan de hand van een evaluatie van wat destijds uitzonderlijk mooi en technisch indrukwekkend was. Die keuze vormde een basis voor de selectie van de absoluut te bezoeken sites en bezienswaar- digheden. Deze procedure werd herhaald in de renaissance en toegepast en verder uitgebouwd met de Europese grand tour in de achttiende en negentiende eeuw.5 Als vroege bestemmingen voor de eerste toeristen lagen de zeven wereldwonderen gecon- centreerd in het relatief kleine gebied van de bekende wereld rond de Middellandse Zee, terwijl de duizend Unesco-werelderf- goedsites verspreid zijn over de hele wereld.6 Hoewel er een pak wetenschappelijke literatuur bestaat over de manieren waarop toeristische bestemmingen ontstaan en ook heel wat casestudy’s de historische evolutie van specifieke reis- doelen bespreken, zijn er relatief weinig beknopte studies die het ‘concept van de bestemming’ behandelen. Hoe kan het dat een vrij alledaagse omgeving – toch voor de lokale bevolking – uit- groeit tot een aantrekkelijke plek voor toeristen? Hoe past die evolutie in de complexiteit van het internationale toerisme? En wat is het belang van de manier van reizen? Dit hoofdstuk on- derzoekt de totstandkoming van bestemmingen en de gevolgen voor de cruises.

Van plaats naar bestemming Door de evolutie van de Europese grand tour in de negentiende Dansuitvoering van geisha’s, stills uit de amateurfilm door de familie eeuw, aangestuurd door de ontwikkeling van het spoor- en weg- Olsen van de vierde wereldcruise van de Belgenland, 1927-1928, Red Star transport, groeide het transnationale toerisme onder de mid- Line Museum, Antwerpen

103 Souvenir van de tweede wereldcruise van de Bel- genland, 1925-1926 met een mini-fotoreeks van de verschillende bestemmingen die de Belgenland aandeed, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen, Bart Huysmans en Michel Wuyts

denklasse en kreeg ook het binnenlandse toerisme onder de arbeidersklasse een stevige duw in de rug.7 Dat was dan weer een katalysator voor specifieke toeristische bestemmingen ge- baseerd op vrijetijds- en recreatieve activiteiten (kuuroorden, badplaatsen, wandel- en klimgebieden en dergelijke), terwijl de bezienswaardigheden van bestaande historische en pittoreske nederzettingen in de verf werden gezet. Dat leidde tot een ge- daanteverandering van dorpen en steden, zodat die steeds be- ter konden voldoen aan de behoeften van de toeristen. Op zich is deze transformatie van woonplaatsen die vooral gericht zijn op de plaatselijke gemeenschap naar kosmopolitische bestem- mingen niet bijzonder nieuw. De grote havens en handelssteden zijn altijd plaatsen van interculturele ontmoetingen geweest in een omgeving van consumptie en ruilhandel. Moderner is de transformatie van een omgeving naar een bestemming voor ontspanning en plezier. Die bestemmingen worden places of play8 voor bezoekers, zodat zelfs industriesteden centra van vrijetijdsbesteding worden.9 Bepaalde plaatsen worden getransformeerd tot reisbestem- mingen op basis van de bezienswaardigheden (van historische gebouwen tot natuurlandschappen), de mate waarop ze kunnen beantwoorden aan de behoeften en wensen van toeristen (ont- spanning, winkels, restaurants, culturele en artistieke waarde- ring, et cetera) en hun toegankelijkheid. Dat vergt fysieke ingre- pen. Het ‘openstellen’ van een plaats voor toeristen was dus in zekere zin een moderniseringsproject, met nieuwe faciliteiten Postkaart die steward Jean Peepermans uit Japan als en infrastructuur. Maar het was ook een nieuw kosmopolitisme, souvenir meenam van zijn wereldreizen op de Belgenland, 1925 of 1931, een gevoel van deel uit te maken van een grotere en verbonden Collectie Christiane Budts wereld. Plaatsen met in hoofdzaak een bevolking die verankerd

104 Uitvouwbare wereldkaart uit de reisgids Strange places and strange faces voor de zesde wereldcruise van de Belgenland, 1929, Red Star Line Mu- seum, Antwerpen

zat in concepten als thuis en werk, werden nu bestemmingen voor andermans vrije tijd. Belangrijk is dat het transformatie- proces van woonplaats tot reisbestemming vooral het werk was van commerciële agentschappen en artistieke organisaties die bezoekers naar de plek wisten te lokken.10 Reisbestemmingen worden altijd voorgesteld aan de hand van teksten en illustraties, die de toerist combineert met zijn verbeelding.11 Dat betekent dat we al een bepaalde kennis heb- ben van de wereld die we bezoeken. Avontuur is altijd mogelijk, maar echte ontdekkingen zijn minder evident en we kunnen onze verwachtingen niet invullen. De bekende schrijver Evelyn Waugh erkende dat in Labels: a Mediterranean journal (Labels: een mediterraan dagboek), zijn eerste reisboek en verslag van de huwelijkscruise met zijn vrouw Evelyn Gardner in 1930. Hij mijmert: ‘Ik heb dit boek “Labels” genoemd omdat alle plekken Red Star Line-uitgave van Isabella Bird, Unbeaten Tracks in Japan, 1907, die ik op deze reis heb bezocht al volledig gelabeld zijn. Ik was en foto’s van Japan tijdens wereldreizen op de Belgenland, Collectie niet het soort avonturier dat boeken zou kunnen schrijven met Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen, Bart namen als “Weg van platgetreden paden in Surrey” of “Tocht Huysmans en Michel Wuyts in het onbekende”. Ik vermoed dat er amper streken zijn die zo drukbezocht zijn als de Middellandse Zeekust, geen steden die

105 zo constant en volledig overspoeld worden met toeristen als de- gene die ik wil beschrijven.’12 In de geschiedenis van het toerisme spelen vertrouwde in- formatiebronnen als brochures en reisgidsen een belangrijke rol, zelfs in dit digitale tijdperk waarin die informatiebronnen nog enorm zijn toegenomen.13 Daarin vindt de potentiële toe- rist meestal een selectie van de hoogtepunten van een gekozen bestemming. Maar afgezien van de doelbewuste pogingen om toeristen zover te krijgen een bestemming te bezoeken, is er ook een overvloed aan informatie (fictie, non-fictie, film en televisie- programma’s en sociale media) die ons bewustzijn dermate prik- kelt dat de bewuste plek onze voorkeursbestemming wordt.14 De directheid van de communicatie, onze vertrouwdheid met de media en de kracht van de populaire cultuur kunnen bijna onmiddellijk een favoriet reisdoel creëren. Bepaalde streken die voorkomen in bekende films of televisieprogramma’s kunnen plots de vorm van een populaire bestemming aannemen, soms helemaal los van de plaatselijke gemeenschap.15 Gemakkelijk toegang krijgen tot die aantrekkelijke plaatsen blijft een doorslaggevende factor bij de ontwikkeling van toeris- tische bestemmingen. In die zin hebben transporttechnologieën en efficiënte businessmodellen altijd geleid tot het ‘openstellen’ van dorpen en steden, regio’s en landschappen als echte reisbe- stemmingen. Eerst via de strategische planning van nationale en transnationale spoorwegen, later via de vrijheid die de auto bracht en via de omkadering van het koloniale rijk. Maar een volledig wereldwijd bereik kwam er pas met de cruiseschepen. Die cruisesector was gebouwd op de patronen en verbindingen van het ‘westerse’ kolonialisme van de negentiende eeuw. Veel recenter was er het relatieve gemak van het vliegtuig, dat zeker met het low cost-aanbod de herontdekking en het openstellen van nieuwe bestemmingen mogelijk heeft gemaakt, in het bij- zonder in Europa.16 Het is niet de bedoeling de ontwikkeling van het internationale toerisme te reduceren tot een proces dat louter door technologie in de hand wordt gewerkt, maar te benadruk- ken hoe belangrijk die probleemloze ‘fysieke toegang’ tot toeris- tische bestemmingen is. Bestemmingen passen nu binnen een internationaal toeris- tisch systeem dat aansluit bij fysieke transportverbindingen, transnationale hotelketens, verzekeringsmaatschappijen, au- toverhuurbedrijven en internationale financiële en commu- nicatietechnologieën.17 Een gevolg van deze standaardisering waardoor reizen gemakkelijker wordt en bestemmingen toe- gankelijker worden, is dat de toerist de wereld in grote mate kan rondreizen in een soort ‘omgevingsbubbel’ waarin hij de meest afgelegen delen van de wereld gemakkelijk, veilig, en met een zekere mate van vertrouwdheid kan bezoeken.18 We reizen met minimale risico’s: tegenwoordig kunnen we ons vlotjes informeren over een reisbestemming, communiceren met het thuisfront, toegang krijgen tot onze financiën en zorgen voor Foto’s van de Belgenland op wereldreis, diverse collecties

106 een gevoel van comfort op maat van onze behoeften. De eerste touroperators speelden daar handig op in door hun vermogen om de verschillende componenten van de reis te integreren en de organisatie en diensten eenvoudiger te maken, zodat de toe- rist zich ten volle kon toeleggen op zijn reisbeleving zonder de band met de ‘thuiscultuur’ te verliezen. Een advertentie voor wereldcruises op de Belgenland in National Geographic van juni 1926 toont aan op welke manier ver op zee het thuiscomfort werd opgeroepen: ‘Stel dat uw thuis de wereld rond kon reizen. Dat u de wereld kon zien zonder het comfort van uw huis te verlaten. Dat er tegemoet werd gekomen aan al uw grillen, aan al uw wensen… Stel? Er is geen stel, het kan!’19 Hoewel het belang van touroperators de voorbije jaren sterk is afgenomen, is het feit dat toeristen nog steeds in staat zijn om een Engelse afternoontea te nuttigen op een boot die de Nijl afvaart, niet alleen een herinnering aan het imperialistische verleden maar ook aan de aandacht die Thomas Cook de eerste toeristen in Egypte gaf.20 Strikt genomen was per schip naar verschillende bestemmingen varen uiteraard iets wat al lang bestond, maar het was voor een groot deel dankzij de slimme marketing en het orga- nisatietalent van Thomas Cook en andere touroperators dat het oversteken van de oceaan werd omgetoverd tot een heuse cruise- ervaring. Cruises bereikten hun hoogtepunt tijdens het interbel- lum, zeker op het vlak van glamour en exclusiviteit. De reizigers kregen het gevoel op een drijvend luxehotel te verblijven.21 De cruiseschepen van de jaren 1920 en 1930 lokten een elite van kunstenaars, muzikanten en acteurs aan boord, maar ze waren Daibutsu (Grote Boeddha) bij Kotoku-In, boeddhistische tempel in Kama- ook belangrijk voor het openstellen van wereldwijde bestem- kura, Japan, diverse collecties mingen voor de steeds groter wordende reizende klassen. Terwijl trans-Atlantische cruiseschepen heel wat aandacht trokken, wer- den bestemmingen buiten Amerika ook bereikt via routes tussen Londen en China (p&o), Vancouver en Hongkong (Canadian Pacific Railway), San Francisco en Japan en China (Pacific Mail Steamship Company), Bremen en China en Japan (Nord Deut- scher Lloyd) en Japan en Londen (Nippon Yusen Kaisha Line). In 1928 pochte de Red Star Line in een advertentie in National Geographic: ‘De Belgenland. Grootste en mooiste schip ooit dat de aardbol omcirkelt. De zon achterna in 84 steden over de hele wereld.’22 In de jaren 1920 en 1930 voeren cruises naar toeristi- sche bestemmingen rond de Middellandse Zee, maar ze hadden ook bestemmingen die een reis rond de wereld inhielden.

De vroegtijdige ondergang van de reis De jaren 1960, 1970 en 1980 in het bijzonder waren getuige van grootschalige ontwikkelingen, het bedenken, herdenken en up- graden van toeristische bestemmingen over de hele wereld. De commerciële voordelen van het toerisme waren duidelijk een reactie op de achteruitgang en diversificatie van andere econo- mische sectoren zoals de landbouw en de industrie. Toeristische steden, vakantieoorden en regio’s raakten verstrikt in een con-

107 tinu proces van onderlinge concurrentie, in een verwoede strijd om steeds meer reizigers aan te trekken.23 Maar in hetzelfde tijdsbestek en wellicht al iets vroeger, veranderde de aard van de toeristische beleving drastisch, zeker in de manier van reizen en met betrekking tot wat de cultuur van onmiddellijkheid ge- noemd zou kunnen worden.24 Sinds het prille begin van het georganiseerde recreatieve toe- risme was de reis een vast onderdeel van de trip. Hoewel het uit- eindelijke doel van een tour of reis de aankomst op de bestem- ming was, was de manier van reizen wel belangrijk: enerzijds door de tijdsduur en anderzijds omdat de manier van reizen leidde tot nieuwe ervaringen en sociale contacten.25 Voor wie het zich kon veroorloven, was comfort van het grootste belang. De eerste tour- operators leerden dan ook snel daar de nodige aandacht aan te besteden – of het nu ging over een periode van enkele uren in een treinwagon of meerdere weken op een schip – en in te investeren. Ze probeerden de reizigers die lang en ver van huis waren, een ‘thuisgevoel’ te geven. Decoratie en design van het interieur van de cruiseschepen reflecteerden de smaak en mode van de dag en op die manier wisten touroperators en vervoersbedrijven zich te onderscheiden in een concurrerende markt.26 Tot diep in de twintigste eeuw gaat in toeristische dagboe- ken en reisverslagen veel aandacht naar het verblijf als een inte- graal onderdeel van de vakantie. Zowel luxueuze en ruime hut- ten als krappe en benauwde rijtuigen komen aan bod. In de late negentiende eeuw kon een cruise van de westkust van de Ver- enigde Staten naar Japan meer dan drie weken in beslag nemen, dus een ‘goed gevoel’ aan boord was van groot belang.27 Ook bij treinreizen door Europa, hoewel met regelmatige tussenstops, brachten reizigers aanzienlijke tijd door in de wagons. Treinrei- zigers kunnen wel genieten van het voorbijglijdende landschap. Naarmate reizen evolueerde en toeristen steeds meer ervaring opdeden, werden de eenvoud en spontaniteit van het naar bui- Itinerarium uit het logboek van Fred Hart met postzegels van de bestem- ten kijken verdrongen door de tourist gaze, of ‘toeristenblik’28 mingen die hij aandeed tijdens zijn wereldcruise op de Belgenland in waarbij de manier waarop een toerist kijkt en ervaringen op- 1928-1929, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Mu- doet, beïnvloed is door externe factoren. Op die manier is sight- seum, Antwerpen seeing niet louter een passieve bezigheid, maar iets dat wordt gevormd door herinneringen, persoonlijke ervaringen en aller- hande invloeden. Cruiseschepen spraken andere zintuigen aan. Want hoewel het landschap, of beter zeegezicht, vrij monotoon leek, was er toch een gevoel van in een rustig tempo te reizen naar een bepaalde bestemming en van een multizintuiglijke be- leving van de natuurelementen die duidelijk ontbrak bij andere reizen.29 De eerste luchtvaartmaatschappijen benadrukten het vlotte en rustige karakter van hun vliegreizen, maar het opspat- tende water en de geur van de oceaan zijn lichamelijke erva- ringen waar cruisepassagiers met nostalgie aan terugdenken.30 Luchtvaartmaatschappijen konden onmogelijk wedijveren met de ervaringen van de open ruimte en beweging, eigenschap- pen waar cruisebedrijven nog lang mee uitpakten. In de inlei-

108 ding van de brochure To the Mediterranean. The 1924 Cruise The Luxe by specially chartered New Red Star Liner Belgenland (Naar de Middellandse Zee. De luxecruise van 1924 door het speciaal gecharterde nieuwe Red Star Line-schip de Belgen- land) bijvoorbeeld, klonk het als volgt: The Sea! the Sea! the open Sea! The blue, the fresh, the ever free! (De zee! De zee! De open zee! Blauw, fris, eindeloos vrij!).31 Met de komst van de vliegreizen en het massatoerisme in de jaren 1960 veranderde het internationale toerisme specta- culair. De kortere reistijd kwam scherp tot uiting in de jaren 1970, toen bijvoorbeeld de Atlantische Oceaan oversteken met een passagiersschip vier dagen in beslag nam, maar met de introductie van de vlucht van de Concorde tussen Londen en New York slechts drie en een half uur. De aanvankelijke aan- trekkingskracht van reizen per vliegtuig verdween snel voor de toerist. Zeker voor wie in economyclass reist, is in een vlieg- tuig zitten iets als een noodzakelijk kwaad en is de reis op zich een vrij onbelangrijk en zelfs lastig aspect van de vakantie. De veiligheidscontroles en wachtrijen in de luchthaven zijn eerder iets dat we erbij moeten nemen en moeten tolereren om onze eindbestemming te bereiken. Het comfort is over het algemeen steeds functioneler en meer gestandaardiseerd. Als iemand over zijn vakantiebelevenissen vertelt, reduceert hij de details over de reis op zich – als hij die al geeft – meestal tot routine of verwijst hij alleen naar vertragingen van de vlucht of de trein, het grote aantal passagiers of de matige dienstverlening. Het idee van de ‘toeristenbubbel’ wordt bij uitstek geïllustreerd door de functionele ruimte van een vliegtuig of luchthaven, waar de toerist ver is verwijderd van het toeristische verlangen om het verschil te ervaren.32 De steeds kleiner wordende reistij- den leggen de nadruk op de reisbestemming als de plaats van de toeristische beleving. De opmars van goedkope luchtvaart- maatschappijen in Europa bijvoorbeeld, is gepaard gegaan met de opkomst van nieuwe reisbestemmingen aan of in de buurt van kleinere luchthavens en met de bestendiging van gerenom- meerde toeristische centra zoals Rome, Venetië en Praag.33 Het overwicht van de bestemming op de eigenlijke reis is niet alleen het gevolg van de snelheid om er te geraken. De toeristi- sche centra strijden om onze vakantietijd. Meer en meer toeris- ten proberen zo veel mogelijk bestemmingen te bezoeken bin- nen een bepaalde tijdspanne. Vakanties op meerdere locaties en meerdere vakanties per jaar zijn nu algemeen aanvaard in heel wat gemeenschappen, zeker bij de jongere generaties. Dat maat- schappelijk herwaarderen van vakanties vindt zijn weerklank in de transformaties van reisbestemmingen, of eerder de waaier aan organisaties die de publieke en privésectoren overkoepelen die deze bestemmingen voorstellen, promoten en organiseren, medeplichtig zijn aan de voortdurende wereldwijde escalatie van Red Star Line-concertprogramma’s met beelden van bestemmingen, keuze aan toeristische bestemmingen. 1929, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

109 De heropleving van de reis en de reisbestemming passeren. Tot slot speelt ook de aandacht voor een meer affec- Rekening houdend met de tijdsdruk en de ruime keuze aan be- tieve, zintuiglijke en sociale toeristische reiservaring een rol. stemmingen, zou je kunnen denken dat het reizen op zich geen Op basis van bovenstaande ontwikkelingen kunnen we de fe- belangrijke rol meer speelt in het toerisme. We leven nu eenmaal nomenale populariteitspiek van de cruisesector de voorbije twee in een maatschappij waar alles snel en efficiënt moet gaan.34 Be- decennia verklaren. Van 2003 tot 2013 is het aantal cruisepassa- stemmingen die ooit veraf lagen en waarvoor de reiziger grote giers gestegen met 77 procent. De trend zet zich nog door en naar inspanningen moest leveren om ernaartoe te gaan, zijn nu rela- schatting zou het aantal cruisereizigers tegen 2018 meer dan 24 tief snel te bereiken, ondanks de geografische afstand. Via onze miljoen bedragen.39 Cruiseschepen zijn aangepast aan de ge- smartphone kunnen we meteen meer te weten komen over ons wijzigde kenmerken van toeristen en het wereldwijde toerisme. reisdoel en er meer over leren. De reis ernaartoe, als een vorm Hoewel ze qua snelheid duidelijk de duimen moeten leggen voor van bedevaart of ritueel en als een sociaal proces, verloor aan de luchtvaartmaatschappijen, ligt bij cruiseschepen de klemtoon waarde.35 De voorbije jaren zijn er echter nieuwe ontwikkelingen op het reisgenot. Een advertentie voor de Cunard Line, die werd die wijzen op een herwaardering van de reis als volwaardig on- gebruikt tussen 1956 en 1962, toen rederijen het over het alge- derdeel van de toeristische trip. Het mondiale toerisme wordt in meen moeilijk hadden om op te boksen tegen de snelheid van de toenemende mate gekenmerkt door grotere afstanden met toe- nieuwe vliegroutes, luidde als volgt: ‘Het moderne reizen is voor risten die bereid zijn om langer te reizen en zo toegang te krij- velen een vorm van vervoer per capsule geworden: een operatie gen tot een enorm aanbod aan bestemmingen. Voor Europeanen waarin de reiziger verpakt wordt geleverd met de grootst moge- zijn langeafstandsreizen naar Zuidoost-Azië of Zuid-Amerika lijke snelheid. Het resultaat is uitputting en vaak een gebrek aan gemeengoed geworden. Opvallend is dat ze daarbij voormalige identiteit. Enkel de zee lijkt te ontsnappen aan dit ongeduld…’40 koloniale routes recycleren, maar nu met een tweerichtings- in Een iets directere slogan die ook werd gebruikt door de Cunard plaats van een eenrichtingsverkeer aan toeristen. Voorts streven Line in de jaren 1950 tegen de toenemende concurrentie van reisbestemmingen en touroperators ernaar zich zo veel mogelijk luchtvaartmaatschappijen was: ‘Er geraken is de helft van de te onderscheiden in een sterk concurrerende maar steeds meer pret’, om de voordelen van de reis te benadrukken.41 Hoewel het geavanceerde markt. Een prijzenslag voeren om toeristen te win- nieuwe en de snelheid van vliegreizen toen een grote aantrek- nen was een strategie die heel wat touroperators gebruikten in de kingskracht hadden op een groeiend aantal toeristen, merken we jaren 1970 en 1980. Nadien is die vervangen door een aanpak die bij de huidige generaties ervaren en meer veeleisende toeristen inzet op de waarde en de kwaliteit van de reiservaring, waarbij dat die snelheid minder belangrijk is, maar dat de reis eerder be- voldoende tijd nemen belangrijk is en tijd als een luxeproduct schouwd wordt als een verlengde van de bestemming. wordt beschouwd. Een andere ontwikkeling houdt verband met Cruisereizen zijn altijd een interessante en opvallende vorm de toenemende nadruk op een meer allesomvattende en meer van toerisme geweest die een evenwicht zoekt tussen het bezoe- zinvolle toeristische ervaring. Die evolutie is moeilijker te bepa- ken van verschillende bestemmingen en een soort betrokken- len en verwijst naar een bredere benadering van een levensstijl heid bij de reis. Uiteraard worden de bezochte bestemmingen die verrijkt, uitdaagt, opvoedt, entertaint en de identiteit vorm- uitgekozen door hun ligging in de buurt van de oceaan en hun geeft. Emotionele betrokkenheid, een ervaring die meerdere vermogen om regelmatige passagiersstromen die aan wal ko- zintuigen prikkelt en een frisse, nieuwe aanpak zijn belangrijke men, op te vangen. Bovendien moeten ze aantrekkelijk genoeg kenmerken geworden van een boeiende vakantie, verbonden aan zijn om toeristen te lokken. Maar aan boord van een schip zijn, is een reeks momenten en plaatsen die toeristen helpen hun identi- een specifieke ervaring en een bestemming op zich. Door de ja- teit te ontwikkelen.36 Hoewel de esthetische en historische kwa- ren heen boden cruisevakanties een meer comfortabel interieur liteiten van een bestemming belangrijk blijven, zijn ze nu meer aan, dat aan alle individuele en gemeenschappelijke behoeften dan plaatsen met bezienswaardigheden en bepaalde diensten. Ze voldoet. Op het programma staan activiteiten en entertainment zijn eerder het beginpunt voor een diepere toeristische ervaring. en er wordt een bijzondere sfeer gecreëerd, gelinkt aan vrije tijd Nauw verwante begrippen als slow mobilities, slow tourism en een gevoel van privilege en luxe. Die troeven worden dan en slow travel winnen terrein in het internationale toerisme.37 uitgespeeld tegenover de begrippen snelheid en gemak waar Ze kunnen worden opgevat als een reactie op de dictaten van luchtvaartmaatschappijen mee uitpakken.42 De beperkte bin- het mondiale kapitalisme en het verlies van de controle over het nenruimtes van cruiseschepen en het gevoel verbonden te zijn tempo van het leven. Ze verwijzen ook naar het debat over duur- met de elementen als het schip over de oceaan vaart, zorgen voor zaamheid dat snelheid koppelt aan energiegebruik en de bekom- een boeiende reis. Zo boeiend zelfs dat ze de aantrekkingskracht mernis om slinkende hulpbronnen. Voorts wint traditie weer van de bestemmingen aan land kan verdringen. De enorme af- aan belang, net als de zoektocht naar een verbondenheid met de metingen van cruiseschepen voorzien de toerist van een schat landschappen en gemeenschappen in plaats van er snel door te aan attracties en activiteiten aan boord die hem afleiden van de

110 culturele bestemmingen. Dergelijke afleidingen worden immers gezien als factoren die bijdragen aan een vaak korte, intense en zwakke betrokkenheid bij de kustbestemmingen. Dat is veel- voorkomende kritiek op de hedendaagse cruise-industrie en die richt zich op het gebrek aan culturele uitwisseling en de beperkte mogelijkheden tot economische uitwisseling met de traditionele bestemmingen.43 In de grote cruiseschepen van begin tot mid- den twintigste eeuw waren georganiseerde activiteiten, eten en drinken en allerlei animatie belangrijk om de lange reistijd te overbruggen.44 Tot op vandaag blijven de attracties op cruise- schepen toenemen: van dansen, muziekconcerten, lezingen en filmvoorstellingen, over kunstgalerijen, klimmuren en draaimo- lens, tot boksringen en ijspistes. Samen met een keur aan activi- teiten zijn ze bedacht om de passagiers zoveel mogelijk plezier te laten beleven en de cruisebedrijven extra inkomsten te laten genereren. Het gevolg is dat heel wat cruisepassagiers zich nooit ver wagen wanneer het schip aanmeert in een haven en het schip verkiezen boven een bezoek aan land.45 Het huidige cruisetoerisme benadrukt de complexiteit die tegenwoordig bestaat tussen de bestemmingen en de eigenlijke reis, tussen toeristen en agenten op zoek naar nieuwe ervarin- gen. Sommige zijn nieuw en andere bevestigen wat we al weten. We kunnen onze bestemmingen nu met ons meenemen terwijl we reizen. Daardoor heeft de ontdekking van de bestemming soms minder belang dan de reis ernaartoe. Voor sommigen is de reis op zich betekenisvol, voor anderen blijft het een middel om het doel te bereiken. Tegelijkertijd hebben we virtueel al heel wat afgereisd, aangezien we dagelijks worden gebombardeerd met kennis, beelden en voorstellingen van zelfs de meest afgelegen delen van de wereld.

De wereld aanschouwen vanuit de luie zetel. 3 van de 6 Red Star Line (menukaarten met afscheurbare)-ansichtkaarten uit reeks P met een exotische voorstelling, drukkerij J.L. Goffart, vanaf 1926, Red Star Line Museum, Antwerpen

111

★ HAWAÏ. PROMOTIE VOOR HET PARADIJS

DeSoto Brown

De Hawaïaanse eilanden staan al meer dan een eeuw internati- onaal bekend als een tropisch paradijs. Die reputatie steunt op hun onmiskenbare schoonheid en andere troeven, maar deels ook op een geplande, doelbewuste promotie door individuen, organisaties, bedrijven en overheidsinstellingen. Dat verhaal is complex en kan hier slechts in grote lijnen worden verteld. De politieke geschiedenis van Hawaï kan niet los worden ge- zien van zijn uitbouw tot toeristische bestemming. De Europese ontdekkingsreizigers en kolonisten streken eerder laat neer op de eilandengroep, zoals kapitein James Cook in 1778. Hij had het ongeluk een jaar later door inboorlingen te worden omgebracht, waardoor Hawaï voor het eerst internationaal in het nieuws kwam. Cook was al beroemd in zijn thuisland en zijn overlijden maakte de eilanden tot een begrip in de Angelsaksische wereld en een groot deel van geletterd Europa. Het waren echter de Verenigde Staten die zich opwierpen als de dominante buitenlandse mogendheid in Hawaï, sinds er in 1820 een eerste groep van protestantse zendelingen aan wal ging. Ze waren niet zo talrijk, maar sommigen onder hen brach- ten het tot invloedrijke regeringsadviseurs. Een aantal van hun nakomelingen nam deze status over, samen met de daaraan ver- bonden welstand. Het Engels werd de belangrijkste handelstaal in de negentiende eeuw en de Amerikaanse manier van zaken- doen werd toonaangevend. De suikerrietteelt werd de ruggengraat van de Hawaïaanse economie, vooral dankzij de Verenigde Staten. In 1876 tekende Kalakaua, koning van Hawaï, een verdrag met de Verenigde Staten. Dat stipuleerde dat Hawaï er taksvrij suiker mocht in- voeren, in ruil voor het gebruik van Pearl Harbor op het eiland Oahu voor militaire doeleinden door de Verenigde Staten. Het is deze basis die door Japan werd aangevallen op 7 december 1941, waardoor de Verenigde Staten betrokken raakten in de Tweede Brochure uitgegeven door Matson Navigation Company, circa 1930, Wereldoorlog. Ook een aspect, zij het een tragisch, van de we- Collectie DeSoto Brown reldwijde faam van Hawaï. In 1893 slaagden een groep Amerikanen en andere blanke bewoners van Hawaï erin de afzetting van koningin Liliuoka-

114 Patriottische afbeelding tijdens de Tweede Wereldoorlog, Advertentie van het Hawaii Tourist Bureau in een landelijk tijdschrift, Collectie DeSoto Brown Collectie DeSoto Brown

lani af te dwingen. Hun bedoeling was om de eilandengroep De regering Hawaï bij de Verenigde Staten aan te hechten, om politieke én Ook al waren er ten tijde van de Hawaïaanse onafhankelijkheid economische redenen. Uiteindelijk lukte hen dat in 1898 en werd al enkele initiatieven om het toerisme te stimuleren, het is pas Hawaï een staat van de Verenigde Staten. Deze gebeurtenis viel in de ‘Territoriale periode’, in 1902, dat er een permanent insti- samen met de Spaans-Amerikaanse oorlog die drie maanden tuut zou worden opgericht: het Hawaii Promotion Committee, duurde, waarna de Verenigde Staten de eilanden Puerto Rico, een initiatief van de regering én de privésector. Dat begon met Cuba, Guam, en de Filipijnen als oorlogsbuit in beslag namen. gedrukte promotie: tijdschriftadvertenties, brochures, boekjes, Vele publicaties spraken toen – surfend op de nieuwe imperialis- kaarten. Vanaf 1920 werden de eerste promofilmpjes besteld en tische hype – trots over ‘Onze nieuwe bezittingen’, ‘Onze eilan- verstuurde het comité beeldmateriaal naar allerlei media. den en hun volkeren’, of ‘Onze nieuwe kolonies’ bij het nieuw- De eerste publicaties van het promotiecomité waren folders imperialistische Amerikaanse publiek. Aangezwengeld door de in het vouwformaat dat de rekken van treinstations en reisagent- Amerikanen en hun vrijemarktprincipes kwam de toeristische schappen vulde. De tekst begint zo: ‘Hebt u al van Hawaï gehoord? industrie, die al sinds 1880 aarzelend begonnen was, nu volop Kent u die eilandengroep met een volmaakt klimaat en het meest op gang. Die industrie zou permanent blijven groeien, afgezien pittoreske landschap in heel de Stille Oceaan?’ Met die superlatie- van enkele dipjes, tot ze tot op de dag van vandaag de drijvende ven was de toon meteen gezet. Meer dan een eeuw later is die stijl, kracht van de Hawaïaanse economie werd. na enkele aanpassingen, nog steeds gangbaar.

115 Kaart ‘Island of Oahu’ uit een serie door Ruth Taylor White, publicatie van het Hawaii Tourist Bureau, 1930-1931, Collectie DeSoto Brown

Overvloedig geïllustreerde brochures lokten bezoekers niet oorspronkelijke Hawaïanen maar zelden openlijk hun afkeer alleen voor vrije tijd en ontspanning, maar het comité richtte voor de manier waarop hun cultuur via de reclame werd ‘ver- zich ook tot gegadigden die op de eilanden wilden komen wonen. kocht’. Eén uitzondering deed zich voor in 1934, toen het Ha- Voor de rijke ondernemers verscheen tussen 1905 en 1920 een waii Tourist Bureau wegwijzers had geplaatst met daarop een kleiner en dichter bedrukt boekje, getiteld Hawaï: A Primer (Ha- gestileerde afbeelding van een Hawaïaanse krijger om interes- waï: een kennismaking). De eerste editie verzekerde met klem sante locaties aan te duiden. Om de toerist de weg te tonen wees dat ‘giftige reptielen en vleesetend wild op de eilanden niet voor- de figuur met de hand de plek aan. Een onschuldig gebaar in de komen’ en dat ‘de Hawaïanen een gezond ras vormen. Ze zijn westerse cultuur, maar in de Hawaïaanse traditie not done en vrijgevig, levenslustig, (…) en het zijn nooit menseneters geweest’. al zeker niet voor een lid van de adel, zoals de uitrusting van de In 1920 werd het Hawaii Promotion Committee omgevormd krijger suggereerde. Het Bureau liet op basis van de kritiek de tot het Hawaii Tourist Bureau. In het begin van de jaren 1920 figuur hertekenen, de armen voor de borst gevouwen. De oor- verschenen dankzij de stijgende welvaart ook publicaties in spronkelijke wegwijzers bleven evenwel nog jaren staan, tot ze groot formaat met kleurenfoto’s. Ze werden gratis of tegen een versleten en aan vervanging toe waren. kleine vergoeding verzonden naar al wie reageerde op adverten- Door het rampzalige economische klimaat van de Grote De- ties in Amerikaanse tijdschriften. Dat bleef zo tot aan de Tweede pressie vanaf 1929 slonk het aantal toeristen, maar het Bureau Wereldoorlog. Midden jaren 1920 breidde het Toeristisch Bu- bleef niet bij de pakken zitten. Het bleef adverteren en breidde reau zijn aanbod uit met brochures over elk van de vier grootste zijn activiteiten opnieuw uit toen de economie weer aantrok. Bij eilanden: Kauai, Oahu, Maui, en Hawaï zelf. In 1930 startte een het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in 1939 werd Hawaï opmerkelijke campagne met een reeks mooi ingekleurde en zeer gepromoot als een veilige plek, ver weg van al het oorlogsgewoel, gedetailleerde kaarten van alle genoemde eilanden, getekend en bereikbaar ‘over lieflijke zeeën’. Deze bedrieglijke ‘vrede’ door Ruth Taylor White, een commerciële illustrator uit Cali- duurde tot december 1941, toen het ‘Paradijs in de Stille Oce- fornië. Ze waren zo informatief én aantrekkelijk, dat ze tot in de aan’, bij wijze van tragische ironie, de plek werd waar de Ver- jaren 1950 werden verspreid. enigde Staten werden meegesleurd in een oorlog. Omdat vanaf Zoals bij vele inheemse volkeren uit die periode, toonden de dan al het toerisme naar Hawaï officieel verboden was, sloot het

116 Toeristisch Bureau zijn deuren tot het einde van de oorlog in 1945. Na de oorlog herrees het onder de benaming Hawaii Visi- tors Bureau, dat tot op vandaag actief is.

Zaken en zakenlui De Amerikaanse kapitalistische economie groeide in de twin- tigste eeuw wereldwijd uit tot het grootste marktstelsel. Ze was gebaseerd op concurrentie, waarbij reclame behoeftes moest cre- ëren en de vraag aanzwengelen naar alle mogelijke producten. Ook Hawaï en zijn autochtone cultuur werden daarin gebruikt (en soms misbruikt). De scheepvaartdiensten die klanten naar de Hawaïaanse ei- landen brachten en de lokale hotelindustrie die hen opving, wa- ren de eerste belanghebbenden bij de imagocampagne. De eerste reisadvertenties voor Hawaï werden gemaakt in opdracht van de Oceanic Steamship Company, met als thuishaven San Francisco en met bestemmingen over de hele Stille Oceaan, tot in Austra- lië. Vanaf 1887 verspreidde Oceanic brochures en folders, met de typische beelden die vandaag nog altijd gebruikt worden: Diamond Head en Waikiki Beach, de lavastroom in de Kilauea- krater en surfers. Geleidelijk aan kreeg Oceanic te maken met kapers op de kust. De eerste was de Matson Navigation Company, eveneens in San Francisco gevestigd. In de jaren 1920 begon ook de Los Angeles Steamship Company vanuit Zuid-Californië bootrei- zen naar Hawaï aan te bieden. Lassco, zoals de maatschappij in de volksmond werd genoemd, gaf prachtig drukwerk uit in art-decostijl, met een kenmerkende combinatie van feloranje en donkerblauw die hen moest onderscheiden van de concurrentie. Advertentie van het Hawaii Tourist Bureau in het magazine Vogue, oktober Uiteindelijk trok Matson aan het langste eind, door Oceanic 1941, Collectie DeSoto Brown in 1926 op te kopen en Lassco in 1930. Toen brak pas de grote bloeiperiode van de maatschappij aan, met vier glamoureuze pakketboten die de Stille Oceaan doorkruisten en al even adem- benemend drukwerk dat in kwaliteit, kwantiteit en artistieke uitstraling alles van dien aard overtrof. In de jaren 1920 kwam zowel Lassco als Matson tot de vast- stelling dat hun passagiers de aan boord verspreide folders als souvenir bijhielden. Dus kwam het er voor de maatschappijen op aan om ze zo aantrekkelijk mogelijk te maken, aangezien ze nog lang na de reis werden bekeken. Ook de passagierslijsten, de menu’s, de sportprogramma’s voor op het dek en de animatie-agenda evolueerden tot kleurrij- ke en soms extravagante hebbedingen, dikwijls geïllustreerd met mooie Hawaïaanse plaatjes. Elk schip had zijn eigen drukkerij die het drukwerk-van-de-dag aanmaakte. Elk item was specifiek Twee versies van de aanwijzer voor bezienswaardigheden van het Hawaii gebonden aan één maaltijd of evenement, meestal met vermel- Tourist Bureau, 1934-1937. De eerste versie toont een krijger die wijst, ding van de datum. Ze konden dus niet opnieuw gebruikt wor- een handeling die niet hoort in de Hawaïaanse traditie. De nieuwe versie den en belandden bij het afval als de reizigers ze niet bijhielden. toont de krijger met gevouwen armen en is vandaag de dag nog in omloop. Tussen 1935 en 1941 produceerde Matson excellent druk- De helm en toga geven aan dat de krijger van koninklijken bloede is, werk. De jaarlijkse publicatie, genaamd Matson Travel Offerings, Collectie DeSoto Brown

117 Folder gepubliceerd door de Matson Navigation Company, 1937, door Frank McIntosh, Collectie DeSoto Brown

een uitgebreide internationale cruise, in die tijd hét symbool van glamour en rijkdom, zich bijna compleet op de eindeloze oceaan Ontwerp voor programma’s of menu’s aan boord van schepen van de Los afspeelde, met slechts korte en haastige tussenstops in de havens. Angeles Steamship Company, late jaren 1920, in de kenmerkende kleuren Een bezoek aan Honolulu nam hooguit een dag in beslag, van de rederij, feloranje en diepblauw, Collectie DeSoto Brown waarbij de reizigers vliegensvlug in auto’s sprongen voor een paar uur sightseeing en misschien één maaltijd, om dan weer even snel en tijdig aan boord te zijn voor de afvaart. Diegenen die Hawaï als bestemming hadden gekozen, verbleven er min- had een verbazingwekkende omvang. Het overzicht van één jaar stens twee weken, omdat de reistijd van en naar de Westkust van kon worden ontvouwd tot een grote affiche. Elk afzonderlijk deel Noord-Amerika al minstens tien dagen bedroeg. Wie zoveel va- bestond uit illustraties en tekst. In 1937 liet Matson zijn avond- kantie kon nemen, was heel rijk of gepensioneerd, of beide. menu’s met zes verschillende covers ontwerpen door de bekende De luchtvaart naar Hawaï stelde in de vooroorlogse periode graficus Frank McIntosh. Zijn afbeeldingen van slanke, drome- economisch weinig voor. Ook al maakten vanaf 1936 maar een rig ogende Polynesische vrouwen met een irreële, sprookjesachti- handvol mensen gebruik van de luchtvaartlijn naar de Hawa- ge achtergrond werden enorm populair. Reizigers namen ze mee ïaanse eilanden via Pan American Airways, toch werd er al we- om thuis in te lijsten en op te hangen. Het werk van McIntosh reldwijd aanzienlijke reclame gemaakt voor deze Trans-Pacific- kwam ook terecht op omslagen voor tickets en bagagestickers. dienst. Het traject van Californië naar Hawaï was in die tijd de Natuurlijk deden ook andere scheepvaartmaatschappijen de absolute afstandslimiet die een vliegtuig in één keer kon afleg- Hawaïaanse eilanden aan. In feite waren ze een vaste halte voor gen. Pan American diende voor zijn vliegroute naar Hawaï twee elk schip dat over de Stille Oceaan voer, om brandstof en pro- kleine eilanden in de Pacific, Midway en Wake, van accommoda- viand in te slaan. Reizigers beseffen vandaag wellicht niet dat tie en hotels te voorzien voor de noodzakelijke tussenstop. Het

118 Jonge vrouwen begroeten Belgenland-bezoekers van de stad Hilo (Hawaï) en geven iedere passagier een lei volgens de Hawaaiaanse traditie. Deze leis werden gewoonlijk van echte bloemen gemaakt, maar kransen van papieren bloemen waren goedkoper, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

Ontwerp voor menu’s van de Matson Navigation Company, gebruikt tussen 1937-1947, door Frank McIntosh, Collectie DeSoto Brown

traject over de Grote Oceaan werd beschouwd als een adembene- mend staaltje van technologisch vernuft, voor een reis die voor- heen weken in beslag nam en vanaf dan slechts een paar dagen. Hoewel niet rechtstreeks aan het toerisme gelinkt, profiteer- de de ananaskweek toch van het sterke Hawaïaanse imago. Ana- nas is van oorsprong geen Hawaïaanse vrucht, maar de kweek ervan werd bijzonder succesvol nadat een fruitbedrijf er rond Zicht op de boeg van de Belgenland aan de kade in Honolulu (Hawaï) met 1900 mee was begonnen. De verschillende bedrijven, met Dole tientallen wachtende auto’s, foto uit het fotoalbum van bemanningslid als marktleider, zetten nu eens de ananas als gezonde, goedkope Walter Pittoors tijdens de zevende wereldreis, 1930-1931, Collectie Vrien- lekkernij in de verf en dan weer het exotische karakter van de den van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen eilanden waar de vrucht vandaan kwam. In de jaren 1920 ver- schenen advertenties op volle pagina’s en in grote oplage. Ook voor andere producten zonder band met Hawaï verscheen soms reclame met een danseres-in-hoepelrokje of een surfer, kwestie van het product wat beter in de etalage te leggen en te associëren met het Hawaï-imago. Ook betekenisvol, maar niet gelinkt aan de Hawaïaanse eco- nomie, was het effect op de film- en muziekindustrie. Aangezien Hollywood in Zuid-Californië ligt, was een trip naar Hawaï be- trekkelijk makkelijk. Filmsterren en studiobazen maakten dan ook regelmatig de overtocht om zich te ontspannen. Hun reis-

119 ervaringen inspireerden de films die ze maakten, zodat er regelma- tig een Hawaïaanse scène op het scherm te zien was. Wereldwijd kon het publiek zich vergapen aan deze Hollywood-kijk op Hawaï. Muzikaal waren er ook grote invloeden. Toen in de vroege negentiende eeuw de westerse snaarinstrumenten in Hawaï werden geïntroduceerd, ontwikkelde zich daar een aparte mu- ziekstijl die de taal van de eilanden en de slagwerkeffecten, ei- gen aan de traditionele muziek, in zich opnam. In de twintigste eeuw verspreidde deze stijl zich over de hele wereld, vooral via de steelgitaar. Het instrument werd plat op de schoot gelegd en de snaren werden met de ene hand bespeeld, terwijl de an- dere hand er met een metalen staafje over gleed. Deze speel- wijze ontstond in Hawaï in de jaren 1890, en werd een echte rage in de Verenigde Staten gedurende en na de Eerste Wereld- oorlog. In de jaren 1930 kwam ook een elektrische versie van het instrument op de markt. Echte Hawaïanen reisden over de hele wereld met hun muziek, die enorm populair werd op plaat. Op die manier werden in Europa en Azië talrijke ‘Hawaïaanse’ muziekbands gevormd, dikwijls begeleid door vrouwen in stro- rokjes die met veel heupwiegen een grappige versie van de buik- dans ten beste gaven. Een typisch Amerikaanse methode om een bepaalde locatie te promoten, was het organiseren van een jaarlijkse parade of festival. Rond 1900 schoten die feesten overal in de Verenigde Staten als paddenstoelen uit de grond, evenementen die met veel pracht en praal bezoekers trachtten te lokken. Zo was er in Hawaï sinds 1906 de Floral Parade. Opmerkelijk genoeg vond die plaats op een Amerikaanse nationale feestdag, namelijk de verjaardag van de eerste president George Washington. Het was de bedoeling de Amerikanen op het hart te drukken dat die Advertentie die verscheen in landelijke Amerikaanse tijdschriften, met verre eilanden in de oceaan, schijnbaar zo exotisch en anders, reclame voor ananas in blik van Dole, 1937, Collectie DeSoto Brown deel uitmaakten van de Verenigde Staten. De parade bestond

Bemanningsleden van de Belgenland proeven ananas aan een fruit- Miss Hawaï aan boord van de Belgenland tijdens een van de wereldcrui- kraampje op Hawaï, circa 1925, mas, Antwerpen ses, circa 1925, mas, Antwerpen

120 Poster voor de Hollywoodmusical-film Honolulu, 1939, Collectie DeSoto Brown

grotendeels uit rijkelijk versierde auto’s, iets wat toen enkel voor de rijke elite was weggelegd, en een bonte stoet van Hawaïanen te paard. In 1910 werd de parade een onderdeel van een festivi- teit die een week in beslag nam, het Mid-Pacific Carnival. Het carnaval breidde elk jaar uit, maar verdween in 1917 abrupt van de kalender toen de Verenigde Staten betrokken raakten in de Eerste Wereldoorlog. Het was niet alleen niet vaderlandslievend om zich op dat moment met zulke frivoliteiten in te laten, maar de meeste passagiersschepen die de Stille Oceaan doorkruisten werden ook opgevorderd door de overheid, om over de Atlanti- sche Oceaan troepen en proviand naar het slagveld te transpor- teren. Het toerisme werd sterk beknot. Zoals gezegd is toerisme vandaag dé ruggengraat van de Ha- waïaanse economie. Niemand had in de vroege twintigste eeuw Ontwerp voor affiche en ansichtkaart, 1910. De bloemencorso die van kunnen vermoeden dat ooit meer dan acht miljoen mensen in 1906 tot 1917 op Honolulu werd georganiseerd, combineerde bewust een jaar deze eilanden zouden bezoeken, acht keer meer dus dan Hawaïaanse tradities met de moderne Amerikaanse cultuur, Collectie het aantal inwoners. Wat geen enkele reclame toen had durven DeSoto Brown te dromen, is vandaag werkelijkheid: het vervoer gaat zo snel en heeft zo’n breed aanbod, dat eventueel zelfs een eendagsbezoek mogelijk is. Hoe dan ook blijven de landschappelijke schoon- heid, de cultuur en het klimaat de mensen naar Hawaï lokken.

121

★ REIZEN NAAR EGYPTE VAN DE NEGENTIENDE EEUW TOT DE TWEEDE WERELDOORLOG. THOMAS COOK, HET MODERNE REIZEN EN DE OPKOMST VAN HET AMERIKAANSE TIJDPERK

Waleed Hazbun

Volgens verscheidene brochures over cruisereizen georganiseerd door de Red Star Line vanuit New York in de jaren 1920 vormde Egypte zonder twijfel het grote hoogtepunt onder de Mediter- rane cruises. Tijdens het interbellum stroomden er grote aantal- len Amerikaanse toeristen naar de Mediterranée. Egypte was in 1922 immers een populaire bestemming geworden na de ont- dekking van het graf van Toetanchamon door Howard Carter. Het interbellum kan in feite worden beschouwd als het begin van het ‘Amerikaanse tijdperk’ van reizen naar Egypte, toen het dalende aantal Britse bezoekers plaatsmaakte voor een nieuwe soort Amerikaanse cruisetoeristen. In de tweede helft van de negentiende eeuw hadden deze Britse toeristen ervoor gezorgd dat Egypte het eerste land werd buiten Europa waar reizen naar een verre, exotische bestemming gemakkelijker en betaalbaar- der werd in de vorm van pakketreizen verkocht door de firma Thomas Cook & Son. Tijdens het interbellum onderging de consumptie van het toerisme een nog grotere transformatie. Dat werd mogelijk ge- maakt door de uitbreiding van cruisereizen in een tijd waarin de Amerikanen meer middelen en interesse hadden om te reizen. Toen rederijen een nieuwe functie moesten geven aan hun vloten nadat de Verenigde Staten hun kusten hadden gesloten voor im- migratie, bleek Egypte een belangrijke bestemming voor medi- terrane cruises en wereldcruises. Hoewel het interbellum door- gaans wordt beschouwd als een breuk in de geschiedenis van het wereldtoerisme, aangezien de economische depressie en de toegenomen grenscontroles het internationale reizen beperkten, hielp deze periode toch ook de grondvesten leggen voor het tijd- perk van een modern, jetset-achtig toerisme na 1945. Het reizen over grote afstanden om verre vreemde landen te bezoeken werd een soort entertainment dat steeds meer als een filmisch avon- tuur werd georganiseerd. Cruiseschepen dienden niet enkel om Brochure voor cruises op de Middellandse Zee met de Adriatic en de bezoekers naar buitenlandse bestemmingen te brengen. Crui- Lapland, 1925, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line ses met meerdere haltes beïnvloedden sterk de tourist gaze (zie Museum, Antwerpen hoofdstuk 6). Reizigers kregen zo de kans om een bredere waaier

124 aan plaatsen en culturen waar te nemen vanuit de bescherming van hun eigen leefruimte.1 Vandaag heeft een reiziger in de Verenigde Staten zelfs geen cruiseschip of paspoort meer nodig om de sites van het oude Egypte te bewonderen. Hij kan in het Metropolitan Museum of Art in New York door de Tempel van Dendur wandelen of in het Field Museum van Chicago in een oude Egyptische tombe klim- men. Het ontdekken van de artefacten en de resten van het oude Egypte in de vorm van een driedimensionale tentoonstelling is geen recente vernieuwing. Het vormde zelfs de beleving van be- zoekers in Egypte. In Colonising Egypt argumenteert Timothy Mitchell dat veel Europese en Noord-Amerikaanse reizigers in de negentiende eeuw Egypte wilden bezoeken als een soort expo- sitie te vergelijken met de wereldtentoonstellingen van Londen, Parijs of Chicago.2 Op deze tentoonstellingen werden scènes uit ‘het Oosten’ in fijn afgewerkte diorama’s weergegeven. Daarom schrokken Europese en Noord-Amerikaanse bezoekers zich een hoedje toen ze aankwamen in Egypte en waren ze de kluts kwijt door wat ze er aantroffen. Zij interpreteerden wat ze zagen als wanorde.3 Ze hadden zich ingebeeld dat ze van de geëxposeerde stukken uit het Oosten naar het echte werk zouden gaan, dus bleven ze proberen de echte monumenten te begrijpen als een tentoonstelling.4 Het was vaak moeilijk om een uitkijkplaats te vinden waar ze zich konden afscheiden ‘van de wereld en het als een panorama konden beschouwen.’5 Mitchell gebruikt deze interpretatie van de door de tentoonstelling voorgestelde vorm van ‘orde’ om te bestuderen hoe de westerse koloniale macht de Egyptische maatschappij en economie in de negentiende eeuw Foto van piramides en sfinx uit een anoniem fotoalbum tijdens de Méditer- vervormde om ze te kunnen besturen. Een gelijkaardig proces ranée-cruise op de Belgenland van 4 januari tot 16 maart 1924, Red Star maakte een bepaalde beleving van ‘Egypte’ toegankelijk en be- Line Museum, Antwerpen grijpelijk voor Europese en Noord-Amerikaanse bezoekers.6

Egypte openstellen voor toeristische reizen De prille ontwikkeling en uitbreiding van het toerisme als een lu- cratieve onderneming heeft veel te danken aan de inspanningen van de Britse firma Thomas Cook & Son, een ware pionier in het organiseren en promoten van recreatieve reizen in Groot-Brit- tannië en het toenmalige Europese continent. Cook ontwikkel- de het concept dat later als ‘pakketreis’ zou worden bestempeld en kon daarmee het kostenplaatje van vrijetijdsreizen drastisch drukken. De pakketreis was een revolutionair zakenmodel dat handelswaar creëerde die gebaseerd was op consumptie en niet langer op productie. Deze zakenpraktijk leidde tot een grondi- ge verandering in het vrijetijdsreizen, dat vroeger beperkt was tot een vakantie aan zee of in een kuuroord (met uitzondering van religieuze pelgrimstochten en de grand tour). Naarmate het makkelijker en goedkoper werd om te reizen, raakte het vrije- tijdstoerisme ook meer verspreid in de middenklasse van de Eu- Brochure voor reizen op de Middellandse Zee en naar Egypte, 1923, ropese en Noord-Amerikaanse industrialiserende samenleving. Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, In 1869 begon Thomas Cook zijn activiteiten naar Egypte uit Antwerpen

125 Blad uit het fotoalbum van cadet George E. Karcher, van zijn cruise op de Belgenland van 4 januari tot 24 maart 1924, Red Star Line Museum, Antwerpen

te breiden met het organiseren van een reis naar Egypte en Pa- Brochure van de White en Red Star Line voor wintercruises naar de lestina waarbij de reiziger de opening van het Suezkanaal kon Méditerranée, de Caraïben en rond de wereld, 1929, Red Star Line bijwonen. In de negentiende eeuw steeg de aantrekkingskracht Museum, Antwerpen van Egypte als reisbestemming met de vooruitgang van de egyp- tologie, talrijke publicaties van reisverhalen en de verspreiding van illustraties. Dankzij de ontwikkelingen in fotografie en ste- reoscopie bereikten beelden van oude Egyptische monumenten ook een breed publiek.7 Spoedig werd de handelspraktijk zoals ontwikkeld door Thomas Cook & Son een drijvende kracht ach- ter het snelgroeiende toerisme in Egypte.8 In de jaren 1870 en 1880 leidde John Mason Cook, de zoon van oprichter Thomas Cook, de expansie van de handelsactivi- teiten in Egypte. Hij zag er de kans om de overgang te maken van een familiebedrijf naar een moderne onderneming. Al snel slaagde hij erin om een verticaal geïntegreerde toerismetak uit te bouwen. Controle over transport op de Nijl, over meerdere ho- tels en een netwerk van honderden reisagenten, gidsen, kruiers en bedienden verspreid over heel Egypte leidden tot een wijdver- breide vertakking. Die zakelijke aanpak zou aan de wieg staan van wat we nu de internationale toerisme-industrie noemen. Passagierster van de Belgenland-cruise op een terras langs de Nijl, losse foto uit haar fotoalbum tijdens de Méditerranée-cruise op de Belgenland Het Oosten als een tentoonstelling van 4 januari tot 16 maart 1924, Red Star Line Museum, Antwerpen Vóór Cook vormden reizigers zich een beeld van Egypte door middel van de Bijbel, beelden uit ‘1001 nacht’ en teksten van ori- ëntalisten, zoals Manners and Customs of the Modern Egyptians

126 van Edward Lane, dat ‘Caïro transformeerde in een openlucht [museum]galerie.’ 9 Maar de praktische en logistieke aspecten van het reizen doorprikten dat vaak. Voor sommige reizigers leek deze openlucht museumgalerie meer op een zoo met alle hokken open. Een speciale correspondent van de New York Daily Times schreef in 1857, terwijl hij de diensten als ‘gids, informant en tolk’ van zijn dragoman prees, dat ‘mensen die liever voor zich laten denken – die zich door de wereld willen laten dragen als was het een bezoek aan een panorama – misschien iets meer nodig hebben dan een dragoman.’10 In veel opzichten voorzag Cook in dat ‘iets meer’. De firma organiseerde en moderniseerde toeristische reizen zodanig dat er een systeem ontstond om reizigers door Egypte te vervoeren alsof ze ‘een panorama’ bezochten. John Mason Cook volbracht deze taak door zijn toeristen weg te houden van de on- gemakken en risico’s die verbonden waren aan plaatselijke eco- Nijlcruiseschip en kameel, losse foto uit een fotoalbum tijdens de nomische transacties, en door gidsen en vertalers te regelen. Met Méditerranée-cruise op de Belgenland van 4 januari tot 16 maart 1924, de oprichting van kantoren in Caïro en Jaffa en andere plaatselij- Red Star Line Museum, Antwerpen ke bijkantoren in 1873 bouwde de onderneming een netwerk uit van dragomans, gidsen, kruiers en bedienden in Egypte. Gezien de controle van de firma over het riviertransport kon Cook een toeristenindustrie leiden langs de Nijl. De rivier werd een toeris- tische omgeving met kruiers die de bedrijfsnaam op hun borst droegen, schepen die aanmeerden onder vaandels van Cook en uiteindelijk ook gasten die de winter doorbrachten in hotels van het bedrijf in Luxor. Egypte vormde samen met Syrië en Pales- tina een gebied waar de firma een exclusief netwerk van aan toe- risme gerelateerde diensten kon ontwikkelen, zodat het bijna een monopolie verkreeg over de regio. Cook construeerde een soort universum in Egypte waarin reizigers zich vrij en veilig konden bewegen. De firma ontplooide een systeem waarbij de toeristen niet in aanraking kwamen met de plaatselijke cultuur en eco- nomie. Ze gebruikte ‘industriële’ technieken om de verplaatsing van de reizigers te organiseren, hun leefruimte optimaal in te richten en het tempo en de invalshoek van hun reis langs de be- Drie passagiers van een Belgenland-cruise lopen in woestijnzand, losse zienswaardigheden van Egypte te bepalen. foto uit een anoniem fotoalbum tijdens de Méditerranée-cruise op de Belgenland van 4 januari tot 16 maart 1924, Red Star Line Museum, De modernisering van het toerisme aan de Nijl Antwerpen Het hoogtepunt van de meeste Egyptereizen in de negentiende eeuw was de tocht op de Nijl naar Luxor en andere sites. Die excursies werden vaak gevaren met een dahabiyyah, een grote woonboot. Het reizen op de Nijl bood een aparte, voyeuristische toeristische beleving. Elizabeth Butler, die reisde in de winter van 1885-1886, vertelt: ‘Wanneer je over de Nijl vaart, zie je hoe de mensen op de oevers leven. Je kan binnenkijken in hun dorpen, terwijl die enkele meters water je toch volledig vrijstellen van dat dichter contact waar je bij het reizen over de weg niet omheen kan. En zoals je wel weet, is dat in het Oosten maar beter zo.’11 Cooks vastberadenheid om van de stoomboot het hoofdvervoer- middel te maken voor het toeristenverkeer op de Nijl, werkte dat

127 Bemanningslid Fernand Draege in Egypte, tijdens een wereldcruise op de Belgenland, late jaren 1920, Red Star Line Museum, Antwerpen

effect in de hand. Op die manier speelde het bedrijf een grote rol in het drukken van de kosten en het verkorten van de reizen. Tegen het midden van de jaren 1870 had Cook het reizen op de Nijl grondig gewijzigd met de introductie van stoomboten die Twee dames in vrijetijdskledij tijdens een uitstap in Karnak, foto uit een hij tijdens het winterseizoen – van november tot maart – vol- fotoalbum tijdens de Méditerranée-cruise op de Belgenland van 4 januari gens een regelmatig schema liet varen. De popularisering van tot 16 maart 1924, Red Star Line Museum, Antwerpen het reizen met stoomboten, die grotere groepen toeristen konden vervoeren in een sneller tempo, zonderde de reizigers nog meer af van interactie met de Egyptische maatschappij. Zodra Cook over zijn eigen vloot beschikte, kon hij de schepen upgraden naar een luxestandaard, zodat ze echte drijvende hotels werden en steeds meer geïsoleerde sociale omgevingen vormden alsof ze rechtstreeks uit Europa waren overgebracht. Dat proces hielp om een meer gestandaardiseerde reisbele- ving te creëren. Reiziger George Steevens merkte op dat men tijdens de reis door het ‘landelijke Egypte op Kodak-afstand’ dreef.12 Een dergelijke vaststelling paste in het typisch laatne- gentiende-eeuwse denkpatroon van reizigers naar het Oosten, die de ‘tentoonstelling’ van Egypte bezochten vanuit hun veilige omgeving. Zij beleefden de trip als een opeenvolging van exoti- sche beelden of pittoreske overblijfselen die ze op de gevoelige plaat wilden vastleggen.13 In dezelfde tijd merkte een andere Informatieboekje over reiziger op: ‘Egypte is een openluchtmuseum waar de tempels Méditerranée-cruises door en tombes opgesteld zijn als etalages voor publieke inspectie.’14 dr. D.E. Lorenz, directeur van Het reizen werd minder interactief en steeds meer bepaald door World Wide Cruises, 1924, Col- vooraf vastgelegde reisroutes met het oog op een maximale vi- lectie Vrienden van de Red Star suele consumptie van oriëntalistische beelden van ‘het tijdloze Line, Red Star Line Museum, Egypte’. Zo werd deze manier van reizen de voorloper van de Antwerpen geënsceneerde avontuurbelevingen.

128 Brochure voor een ‘cruise de luxe’ met de Belgenland naar de Méditerranée, 1924, Red Star Line Museum, Antwerpen

Zoals in een verslag te lezen staat, waren deze vroegere klanten ‘te oud geworden om te reizen.’19 De groei werd mogelijk gemaakt door de jongere generatie rijke Amerikanen die stonden te pope- len om de wereld te ontdekken, maar wel in een sneller tempo. Ze kwamen aan met cruiseschepen, en bleven meestal niet lan- ger dan twee weken in Egypte. Ze reisden met slaaprijtuigen naar Luxor en keerden dan terug naar Caïro. Sommigen konden speciale regelingen treffen om een kijkje te nemen binnen in de Brochure voor cruises door de Méditerranée met Red Star Line en White tombes die in Luxor werden uitgegraven, of bij het opgraven van Star Line, 1925, Red Star Line Museum, Antwerpen de schatten. De meesten zouden uiteindelijk de ongelofelijke re- likwieën bewonderen in het Egyptische Museum in Caïro. Deze groeiende belangstelling was duidelijk te zien aan het spectaculair stijgende bezoekersaantal voor het Egyptische Mu- Het Amerikaanse tijdperk seum. Dat explodeerde van 37.000 bezoekers in 1922 naar een Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog was Egypte een duizelingwekkende 143.000 in 1926.20 Die stijging kwam gro- winterverblijf geworden voor een overwegend Brits clientèle. tendeels door de Amerikaanse markt, toen American Express De oorlog en de nationalistische beweging van 1919 verstoorden rechtstreeks begon te concurreren met Thomas Cook. Een ver- echter het vrijetijdsreizen naar Egypte. Pas in december 1920 slag van The New York Times uit 1925, getiteld Americans On kon Cook zijn stoomboten weer op de Nijl laten varen en zijn Tour Save Cairo Season (Amerikaanse toeristen redden het sei- hotels in Luxor en Aswan heropenen.15 Maar tegen 1921 maak- zoen in Caïro), vermeldt dat ‘Caïro deze lente overspoeld is door te The New York Times verslag van een ‘ongeziene stormloop Amerikanen. Ze krioelden in de winkelwijken, souvenirwinkels van Amerikanen naar Egypte.’16 In november 1922 creëerde de en moskeeën en reden op kamelen rond de piramides.’21 Terwijl ontdekking van het graf van Toetanchamon een ware Egypte- deze berichten melding maken van de hoge bedragen die werden koorts. Volgens de algemeen directeur van Thomas Cook & Son uitgegeven, leveren ze ook commentaar op de nieuwe stroom van zorgden de dagelijkse berichtgevingen uit Luxor door The New Amerikaanse bezoekers die ‘met grote snelheid door Egypte rei- York Times ‘over de fantastische rijkdommen gevonden in het zen’, aangezien ze slechts vijf dagen de tijd hadden indien ze te- graf van Koning Tut-ankh-Amen (…) voor de grootste bloei ooit rug wilden keren op hetzelfde schip waarmee ze gekomen waren. in Egypte.’17 Zowel Thomas Cook als concurrerende agentschap- In de late jaren 1920 en vroege jaren 1930 had meer dan 40 pen zetten onmiddellijk cruises in om Amerikaanse toeristen procent van Cooks klanten op de Nijl de Britse nationaliteit naar Egypte te brengen.18 terwijl de Amerikanen tussen 26 en 39 procent vertegenwoor- Deze nieuwe golf van reizigers verschilde echter van de voor- digden.22 Tegelijkertijd werd de Egyptische toerisme-industrie oorlogse bezoekers die overwinterden in resorthotels in Luxor. steeds afhankelijker van cruisereizigers. In het seizoen 1934-

129 Een anonieme passagierster poseert samen met een verkoper van Perzische tapijten, foto uit haar fotoalbum tijdens de Méditerranée-cruise op de Belgenland van 4 januari tot 16 maart 1924, Red Star Line Museum, Antwerpen

1935 waren 7000 van de 20.500 toeristische bezoekers in Egypte (van wie er 8000 via het Suezkanaal reisden) cruisereizigers. Hun gemiddelde uitgaven waren goed voor meer dan een derde van de totale inkomsten uit toerisme in Egypte. Terwijl Thomas Cook, American Express en andere toeris- mebureaus en reisagentschappen een waaier aan tours en toe- ristische activiteiten organiseerden (zoals hotelverblijven en transport over de Nijl) begonnen verschillende rederijen in de jaren 1920 cruisen te promoten als een buitengewone manier om Egypte en de rest van de wereld te ontdekken. Dr. D.E. Lorenz, directeur van World Wide Cruises en auteur van talrijke cruise- gidsen, prees de voordelen van cruises: ‘Reizigers zullen nadien in een grotere en gelukkigere wereld leven.’23 Hij merkte de spe- ciale waarde op van het Middellandse Zeegebied, aangezien het ‘door de eeuwen heen een belangrijke plaats in de geschiedenis heeft ingenomen.’24 Dr. Lorenz suggereerde dat deze cruises, die gedurende twee maanden Europese en mediterrane havens aan- deden, veel voordelen boden ten opzichte van onafhankelijke rei- zen. Thomas Cook introduceerde als eerste deze voordelen, zoals de mogelijkheid om medereizigers te ontmoeten en de veiligheid voor vrouwen die alleen reisden en begeleiding aangeboden kre- gen. Op een cruiseschip konden reizigers (nog meer dan met de karavanen die Cook door Egypte en Palestina leidde) in hun ei- gen luchtbel van comfort door de wereld trekken en genieten van al deze voorzieningen samen met nog vele andere luxevoordelen. Zowel de mediterrane als de wereldcruises konden meer be- stemmingen bieden dan de reizen van Cook in de negentiende Een verkoopster van zijden sjaals in Assiut in Egypte, foto uit de brochure eeuw. Door de vele haltes kregen de reizigers echter niet veel tijd ‘The Mediterranean’, 1922, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red voor lange bezoeken, met als grootste uitzondering Egypte en Star Line Museum, Antwerpen de Levant. Zoals in een Red Star Line-brochure te lezen staat, ‘zal een van de spannendste momenten (…) uw eerste aanblik van

130 De haven en markt van Algiers, foto’s uit het dagboek van mevrouw Anderson tijdens haar Méditerranée-cruise op de Lapland, juli 1932, Red Star Line Museum, Antwerpen

de Sfinx en de Egyptische piramiden zijn.’25 Hoewel dergelijke Doordat onder het koloniale bewind grote groepen Europe- bezoeken niet langer onder een grand tour-reisbeleving vielen anen woongemeenschappen vormden in hun kolonies, werd de waarvoor je de ruïnes moest bestuderen of een kunstopleiding cruisereizigers tegen de jaren 1920 de beleving van de ‘nieuwe nodig had, promootten de rederijen hun tours als een leerzaam mediterrane wereld’ van Caïro en Algiers beloofd.32 Het waren equivalent van studeren in het buitenland: ‘Het zal een leerzame werelden van ‘vertier en mode, waar moderne Europeanen en en culturele ervaring vormen die men zelfs niet kan evenaren Amerikanen naartoe gingen op zoek naar plezier in de prach- met vele jaren onderwijs.’26 Ze nodigden potentiële reizigers uit tigste winterklimaten.’33 In verschillende van deze cruisebro- om de belangrijke verafgelegen plaatsen uit de wereldgeschie- chures wordt Caïro omschreven als ‘schitterend en opgewekt’ en denis te bezoeken om het historische belang ervan te snappen. ‘de meest wereldse stad ter aarde.’34 Er werd benadrukt dat de Op hun cruises pochten ze dat ‘alle klassieke literatuur en alle bezoekers zouden overnachten in prachtige hotels ‘die uitgaven politieke en sociale geschiedenis tot leven zal komen terwijl de op de doezelige Nijl en de grootse piramides’.35 Zo bood het toe- wereld zich aan u onthult.’27 risme tijdens het interbellum al een voorsmaakje van hoe er in de Naast de waarde van sightseeing zetten de rederijen ook in naoorlogse moderne tijd naar Egypte zou worden gekeken. Aan- de verf dat de aankomst van hun schip ‘een evenement is in de gezien Hilton Hotels in een architecturale, modernistische stijl havens van de wereld’, waarbij de reizigers mochten verwachten werden opgetrokken op strategische locaties in Istanbul, Caïro dat ‘buitenlandse havens zich voor u openstellen.’28 Ze sugge- en Athene, doen ze (nog steeds) dienst als grote ‘kijkmachines’.36 reerden voorts dat behalve diplomaten en artiesten ook zakenlui Tijdens het interbellum kon het aantal Amerikaanse bezoe- dankzij hun cruises een ‘wereldvisie’ konden ontwikkelen. Ze kers in Egypte niet tippen aan het aantal reizigers naar andere konden zo ook de materiële behoeften van andere landen achter- belangrijke buitenlandse bestemmingen, zoals Europa en La- halen en markten ontdekken waar Amerikaanse bedrijven hun tijns-Amerika. Toch had de instroom van Egyptische beelden ‘overproductie’ kwijt zouden kunnen.’29 Tegelijkertijd boden en voorwerpen een blijvende impact door de heuse ‘egyptoma- cruisereizen de mogelijkheid om op vele traditionele markten nie’ die in de Verenigde Staten ontstond en door de invloed van plaatselijke producten en handgemaakte voorwerpen aan te ko- verschillende aspecten van de oriëntalistische verbeelding op de pen.30 Tegen de jaren 1930 had de uitbreiding van de internati- Amerikaanse cultuur en cinema. De tentoonstelling The Trea- onale handel een breder aanbod aan producten in deze bestem- sures of Tutankhamun trok in de late jaren 1970 door Amerika, mingen beschikbaar gemaakt. Zo schreef mevrouw Anderson, net rond de tijd van de door de Verenigde Staten gepropageerde een reizigster op de Lapland, in haar reisverhaal uit 1932 over Camp David-gesprekken. Beide droegen bij tot het aanbreken een wandeling door Algiers: ‘Aan de hoofdstraat aangekomen, van een tijdperk van nauwe banden tussen de Verenigde Staten zagen we enorme winkels met prachtige spullen, kantoren en en Egypte.37 banken. Door het zien van deze vertrouwde dingen, verloor het Oosten eigenlijk een beetje van zijn romantiek.’31

131

134 CRUISES EN TOERISME ★ HOMO TOURISTICUS. EEN GESCHIEDENIS MET ZEVENMIJLSLAARZEN

Gerrit Verhoeven

Tegenwoordig neemt toerisme meer dan 9,8 procent van het bruto binnenlands product wereldwijd voor zijn rekening. Ame- rikaanse, Europese en Japanse toeristen spenderen daarbij ruim 7,2 biljoen dollar per jaar, terwijl ook steeds meer Chinese, In- diase, Russische en Zuid-Amerikaanse reizigers hun duit in het zakje doen. Meer dan 284 miljoen mensen zijn wereldwijd in de toeristische sector tewerkgesteld. Toerisme groeit daarmee snel- ler dan de algemene wereldeconomie.1 Dat was ooit anders. In de negentiende eeuw was toerisme weinig meer dan een neolo- gisme, dat langzaam maar zeker in woordenboeken, encyclo- pedieën en andere naslagwerken opdook.2 Niet dat er eerder nooit gereisd werd, wel integendeel. Maar het toerisme dat in de loop van de negentiende en twintigste eeuw zijn beslag kreeg, verschilde onmiskenbaar van vroegmoderne vormen van rei- zen. Nieuwe bestemmingen en bezienswaardigheden verover- Documentmap met postzegels uit verschillende landen en een foto van de den bijvoorbeeld een plekje op de kaart, met een rist mondaine Belgenland tijdens de vijfde wereldcruise, 1928-1929, Collectie Vrienden kust- en kuuroorden op kop, terwijl nieuwe transportmiddelen, van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen zoals treinen, fietsen,touring cars, automobielen en – in extre- mis – vliegtuigen reizen een flink pak sneller, comfortabeler en goedkoper maakten. Nieuwe motivaties om te reizen raakten in- geburgerd, zoals het zorgeloze ideaal van sea, sand and sun, dat naars, souvenirverkopers, gidsen en andere ondernemers die een in de jaren 1950 ruim verspreid werd. Toerisme evolueerde ook graantje mee wilden pikken. Patriciërs zochten het soms nog ver- van een exclusief tijdverdrijf voor de adel en steenrijke burgers der. Naast Griekenland kwam vooral Egypte uit de verf. Met zijn tot een massafenomeen.3 Met een verscheurende sneltreinvaart tempels en koningsgraven langs de Nijl, de kolos van Memnon dendert dit hoofdstuk door die eeuwenlange ontwikkelingsge- en de piramides was het een ware topbestemming. Wie wou, kon schiedenis van toerisme. zelfs de heilige krokodillen voeren.5 In de middeleeuwen kwa- men lange pelgrimages naar Rome, Compostella of Jeruzalem Een lange aanloop op. Pelgrimsverhalen leren dat de religieuze motieven vaak wei- Pas in 1878 verscheen het lemma touriste in de Dictionnaire de nig meer dan een schaamlapje waren. In Venetië, waar pelgrims l’Académie française,4 wat het cliché lijkt te bevestigen dat toe- inscheepten voor het Heilige Land, lokten de wereldse beziens- risme – en reizen in het algemeen – moderne uitvindingen zijn. waardigheden zoals het Dogepaleis, het Arsenaal en de talloze Dat is natuurlijk je reinste onzin. Uit onderzoek weten we bij- winkels vaak meer bezoekers dan de meer sacrale plekken zoals voorbeeld dat reizen in de klassieke oudheid al bijzonder popu- de relieken van San Marco.6 lair was. Romeinse burgers met tijd en geld trokken in de zomer In de late zestiende eeuw kwam er sleet op het pelgrimside- naar Capua, Pompeï en andere zuiderse bestemmingen om de aal onder invloed van de reformatie. Een nieuwe humanistische verzengende hitte en stank van de eeuwige stad te ontvluch- vorm van reizen maakte opgeld, toen de klassieke grand tour ten. Ter plekke werden ze opgewacht door een meute hoteleige- naar Italië zich ontwikkelde tot de bekroning van een aristo-

136 Ansichtkaart met het strand en badgasten bij Ostseebad (Duitsland), circa 1925, uit de correspondentie van August Roeis, agent van de Red Star Line in Warschau, Red Star Line Museum, Antwerpen

cratische opvoeding. Naast Rome lokten ook Firenze, Venetië, Amsterdam, Wenen en Berlijn zich op als smaakvolle bestem- Napels en een reeks kleinere steden een schare bezoekers uit het mingen.10 New York zou pas in de late negentiende eeuw aan Noorden.7 De verwachtingen waren hooggespannen. Ouders de horizon verschijnen.11 Bovendien won binnenlands toerisme hoopten immers dat zoonlief bij terugkeer een aardig woordje onmiskenbaar terrein. Engelse reizigers maakten al sinds de late Frans en Italiaans kon praten, de nobele artes van het schermen, achttiende eeuw trips in eigen land, waarbij ze zich vergaapten dansen en paardrijden onder de knie had, een diploma van een aan neolithische steencirkels – met Stonehenge als ultiem vaut- buitenlandse universiteit op zak had en allerlei vaardigheden le-voyage –, middeleeuwse abdijruïnes, beroemde slagvelden of kon etaleren, die in een toekomstige loopbaan van pas zouden de nieuwste technologie van de industriële revolutie. Bovendien komen. Het programma nam algauw twee à drie jaar in beslag. werden tochtjes door de zachte heuvels van het Lake District, Door de torenhoge prijs was een klassieke grand tour het pri- over de ruige bergkammen van Wales of langs de meanderende vilege van de kleine, steenrijke adellijke en burgerlijke toplaag, Wye immens populair onder impuls van de nieuwe, sublieme terwijl het educatieve aspect in de kaart speelde van jonge sna- esthetica. Toeristen bleken vooral tuk op Schotland, dat niet al- ken met een overvloed aan vrije tijd. Pas in de late achttiende leen prat kon gaan op ruwe bergen, diepe meren, eindeloze hei en eeuw werd het profiel vangrand ‘tourists’ gevarieerder, toen de mysterieuze kasteelruïnes, maar dankzij het Gaelic, de tartan en Italiëreis ook vrouwen, kinderen en oudere heren aansprak. haggis ook meteen een vleugje exotisme uitademde. Dergelijke Langzaam maar zeker was ook het strenge, humanistische ideaal binnenlandse reisjes wonnen in de negentiende eeuw nog aan be- vervaald en vervelde de grand tour eerder tot een kunst- en cul- lang en verspreidden zich over de rest van Europa.12 tuurreis, waarbij reizigers uit het Noorden uitgebreid de lof zon- Kust- en kuurtoerisme waren ook een nieuwigheid. Margate, gen van de meesterwerken van Michelangelo, Bernini, Palladio Brighton, Blackpool en een rist kleinere badsteden ontwikkel- en Vivaldi. Hoewel Nederlandse, Franse en Duitse reizigers zich den zich in de negentiende eeuw tot trendy badplaatsen. Nieuwe ook wel eens aan een grand tour waagden, bleven Britse ‘tourists’ medische inzichten stimuleerden hun stormachtige groei, omdat beeldbepalend.8 Met de Franse revolutie en de Napoleontische steeds meer dokters het baden in zee als een heilzame remedie oorlogen droogde de stroom naar het zuiden tijdelijk op, maar in voorschreven tegen melancholie, koliek, migraine, hysterie en de negentiende eeuw nam men de draad weer enthousiast op.9 tal van andere kwalen. Het regime was Spartaans. Bij het krie- ken van de dag werden de kuurgasten in karren naar het strand Neologisme gevoerd waar ze, onder het alziend oog van de badmeester, in het Uiteraard zijn de begrippen grand tour en tourisme etymologisch ijskoude water werden ondergedompeld. Kennelijk werd een ge- verwant, maar dat wil helemaal niet zeggen dat negentiende- voel van verstikking als therapeutisch ervaren.13 Kuurgasten in eeuwse reizen een flauw aftreksel waren van de klassieke traditie. het Franse Vichy beschreven hun dag als een eindeloze kwelling, Nieuwe bestemmingen en bezienswaardigheden maakten bij- waarbij vooral de behandeling met ijskoude douches en natte la- voorbeeld hun opwachting. Kunstminnaars bleven gebrand op kens werd gevreesd.14 Naarmate het medische motief in de negen- een retourtje Rome, maar tegelijk wierpen ook Londen, Parijs, tiende eeuw afkalfde, kwam er meer ruimte voor ontspanning.

137 Britse badsteden namen daarbij het voortouw, maar ook Oosten- de, Dieppe, Scheveningen en een reeks nieuwe spelers, die in de negentiende eeuw opkwamen, lieten zich niet onbetuigd. Langs de dijk verschenen luxehotels, waar reizigers in alle stijl werden ontvangen. In advertenties werd het comfort breed uitgemeten, zoals kamers met koud en warm stromend water, een marmeren lobby, een wintertuin, een bibliotheek, eigen kuurfaciliteiten, et cetera. Met de bouw van een pier, casino’s, een renbaan, parken en andere faciliteiten probeerden badsteden elkaar de loef af te steken, terwijl ze in de loop van de negentiende eeuw ook steeds meer evenementen organiseerden zoals kunsttentoonstellingen, concerten, autorally’s en vliegmeetings. Spa wist samen met Luik zelfs de Wereldtentoonstelling van 1905 te organiseren.15 Dat kust- en kuuroorden bloeiden, maar dat ook allerlei ande- re steden uitgroeiden tot belangrijke toeristische bestemmingen had veel, zo niet alles, te maken met nieuwe transportmiddelen. Stoom was in de negentiende eeuw de energie van de toekomst. Stoomschepen maakten reizen een pak sneller en comfortabeler. Margate ontving in 1812 nauwelijks 17.000 bezoekers. Na het Reisagentschap van de White Star, Red Star en Cunard Line in Warschau, inleggen van een stoomboot steeg dat aantal tot 44.000 in 1820 1932, uit de correspondentie van August Roeis, agent van de Red Star Line en 85.000 tien jaar later. Natuurlijk waren ook Schotse onderne- in Warschau, en zijn familie, Red Star Line Museum, Antwerpen mers er als de kippen bij om de nieuwe technologie in te zetten. Stoomboten waren immers ideaal om over de lochs en glens te va- ren. Nieuwe stoombootverbindingen hadden ook tot gevolg dat Engelse reizigers het continent overspoelden. Britse badgasten pelgrims letterlijk met duizenden toe om Maria te groeten, maar die uitgekeken raakten op Brighton, Margate of Yarmouth stre- ook om de toeristische trekpleisters in de omgeving zoals het Cir- ken met honderden in Oostende, Dieppe of Scheveningen neer.16 que de Gavarnie en de Pont d’Espagne te bezoeken. Voor katho- In de jaren 1840 zette Samuel Cunard de eerste stoomschepen in lieken bood een retourtje Lourdes trouwens een devoot alterna- op de Atlantische vaart. Naast de Cunard Line waren de grote tief voor het onzedige strandtoerisme, waar al te veel bloot werd rederijen zoals de White Star Line, French Line, Hamburg-Ame- getoond. Dat religieuze toerisme was onmiskenbaar in opmars in rikalijn en de Red Star Line algauw in een verbeten competitie de negentiende eeuw, toen rederijen zoals de Red Star Line ook verwikkeld om de meeste passagiers – toen nog vooral landver- schepen verhuurden aan reisagenten die cruises naar het Heilige huizers – over de grote plas te brengen.17 Land organiseerden (zie hoofdstuk 1).19 Naast stoomschepen was het vooral de trein die een revolutie Luxueuze hotels, cruiseschepen en Pullman-treinen waren in het toerisme veroorzaakte. In 1825 tufte de eerste trein met niet de enige belichaming van de toenemende professionalise- een verscheurende snelheid van vijfentwintig kilometer per uur ring van toerisme. In de loop van de negentiende eeuw versche- over de Stockton and Darlington Railway in Engeland, maar de nen ook steeds meer reisgidsen op de markt. Met zijn rode boek- spoorweg breidde zich algauw als een inktvlek uit over de rest jes zette Baedeker uit Duitsland de (internationale) trend, hoewel van Groot-Brittannië, België, Duitsland, Frankrijk en – met ze- er ook in Frankrijk en Engeland talloze handige gidsen versche- kere vertraging – de rest van Europa. Treinreizen waren snel en nen.20 Dergelijke boekjes oefenden niet alleen een verpletterende relatief goedkoop. Met de komst van Wagon-Lits- of Pullman- invloed uit op de keuze van bezienswaardigheden, maar beïn- treinen in de loop van de negentiende eeuw werden ze ook com- vloedden ook de wijze waarop toeristen keken en schreven over fortabel. Treinstellen werden uitgerust met een betere vering en hun ervaringen. Een fenomeen dat de Britse socioloog John Urry een luxueus interieur, waarbij reizigers een coupé met zit-/slaap- de tourist gaze doopte. Bayard Taylor, een Amerikaanse toerist, banken en sanitair konden reserveren. De meest beroemde trein merkte het perverse effect op tijdens zijn reis langs de Rijn. Wal- van de Compagnie Pullman (de Orient Express) denderde tus- gend schreef hij over zijn medereizigers: ‘Met Murray’s reisgids sen London en Constantinopel, maar ook alle andere belangrijke opengeslagen in de hand, lazen ze over de steden en torens die Europese steden waren verbonden.18 Lourdes had zijn reputatie we passeerden, terwijl ze nauwelijks hun ogen opsloegen om de als internationaal bedevaartsoord vooral aan die spoorwegen te echte landschappen te zien. Nu en dan keken ze dan toch even op danken. Na 1866, toen de eerste trein arriveerde, stroomden de om droogjes op te merken dat het “heel mooi” was (…)’.21

138 Cartoon van huiscartoonist William Seabrook, The Ocean Ferry, oktober 1929, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, Antwerpen

Post- en ansichtkaartjes die in de late negentiende eeuw ver- schenen, werkten standaardisering in de hand. Kaartjes met de Parijse Eiffeltoren, de London Tower, het Duitse Hermanns- denkmal of het strand van Blankenberge maakten potentiële reizigers warm om die plekken te bezoeken. Op hun beurt in- spireerden die toeristen weer andere reizigers door Ansichten te versturen of smakelijke verhalen op te dissen.22 Affiches werkten Affiche, ontwerp Victor Creten, circa 1900, Red Star Line Museum, ook als een magneet. In de late negentiende eeuw, maar voor- Antwerpen al in de jaren voor de Eerste Wereldoorlog, ontdekten kust- en kuuroorden, toeristische steden, spoorwegmaatschappijen en rederijen het medium om toeristen te verleiden. Vrouwen kre- gen vaak een hoofdrol in die reclame. Die beelden van vrouwen, slenterend over de bijna lege stranden van Oostende, afdalend in de grotten van Han of loom uitkijkend over de golven van op de boeg van een Red Star Line-schip werkten niet alleen wer- vend voor andere vrouwen, die een belangrijke doelgroep vorm- den in het ante- en interbellum, maar spraken door hun sensuele pose ook tot de verbeelding van mannen.23 Conformisme en de tourist gaze werden ook versterkt door de opkomst van package tours, waarbij een reisagent niet alleen de treinen en stoomboten regelde, maar ook voor logies, maaltijden en gidsen zorgde. Tho- mas Cook afficheerde in 1845 een eerstepackage naar , Caernarfon Castle en Mount Snowdon in Wales. Het was een daverend succes. Langzaam maar zeker werd het aanbod uit- Ansichtkaart met de pier van Blankenberge, vermoedelijk 1912, uit de gebreid. Klanten van Thomas Cook & Son konden kiezen voor correspondentie tussen John Van Rickstal, viceconsul van België te New reisjes naar Schotland en later naar het continent. Natuurlijk York, en zijn familie, Red Star Line Museum, Antwerpen werd de blauwdruk algauw overgenomen door andere bureaus, maar Cook & Son bleef in de late negentiende eeuw toonaan- gevend, toen er ook packages voor vrouwen, arbeiders en andere nieuwe doelgroepen werden uitgewerkt.24

139 Ansichtkaart met badgasten aan Manhattan Beach, 1912, uit de corres- pondentie tussen John Van Rickstal, viceconsul van België te New York en zijn familie, Red Star Line Museum, Antwerpen

Belle époque Naarmate stoomtreinen en -schepen de wereld veroverden, zeppe- lins aan de horizon verschenen en de fiets en automobiel hun op- wachting maakten, nam toerisme voor de Eerste Wereldoorlog een hoge vlucht. Hoewel in Engeland ook steeds meer middengroepen – bedienden en klerken in dienst van bedrijven en de overheid (de witte boorden) en beter betaalde fabrieksarbeiders (de blauwe boorden) – reisden, bleef toerisme toch lang een stempel van exclu- siviteit behouden.25 Dat was overduidelijk aan de Belgische kust, die in de loop van de negentiende eeuw niet alleen een toevluchts- oord werd voor de lokale beau monde – Brusselse bankiers, Waalse industriëlen, Antwerpse reders en natuurlijk ook het blauwe bloed onder aanvoering van Leopold ii – maar ook een ontmoetings- Ansichtkaart met villa’s in Duinbergen, 1912, uit de correspondentie tus- plek voor steenrijke Engelse, Franse en Duitse badgasten op zoek sen John Van Rickstal, viceconsul van België te New York en zijn familie, naar een vleugje exotisme. Oostende ontving in 1880 ongeveer Red Star Line Museum, Antwerpen 25.000 toeristen.26 Pas in de late belle époque was er verandering op til. Met de trains de plaisir brachten de Belgische spoorwegen massa’s arbeiders voor een dagje naar zee. Op zon- en feestdagen werden bodemtarieven gehanteerd. Toen in 1905 de verplichte zondagsrust werd ingevoerd, nam dat dagjestoerisme een hoge vlucht.27 Dat wekte soms wrevel op bij de rijkere badgasten. Bae- deker mopperde bijvoorbeeld over Oostende: ‘Op zondag ma- ken de ontelbare arbeiders en boeren die met de trains de plaisir toestromen het verblijf bijzonder onaangenaam (…)’.28 Door die massale toestroom vielen Oostende, Blankenberge en Knokke langzaam in ongenade bij de elite, die voortaan De Haan, Duin- bergen, ’t Zoute en andere exclusieve plekken verkozen om hun villa’s en vakantiehuizen op te trekken.29 Maar de elite keek ook

140 verder. Dankzij het uitdijende spoorwegnetwerk lag een reisje naar de Franse Rivièra, het Venetiaanse Lido of een andere zui- derse bestemming steeds meer voor de hand.30 Langere, exoti- sche reizen waren ook en vogue, waarbij de Europese kolonies, die in de negentiende eeuw tijdens de hoogdagen van het impe- rialisme verworven werden, een hoofdrol kregen. Engeland nam opnieuw het voortouw. Nauwelijks enkele jaren nadat Egypte een Brits protectoraat was geworden, zetten de eerste toeristen voet aan wal. Thomas Cook nam de bestemming onmiddellijk op in het programma, terwijl ook Syrië, Palestina en de rest van het Midden-Oosten op de bucket list terechtkwamen. Omdat de stoomschepen de Nijl konden opvaren, leende Egypte zich ui- termate goed tot een stormachtige toeristische ontwikkeling.31 Cook & Son pakte overigens in 1872 uit met een eerste full pac- kage-reis rond de wereld met bezoekjes aan Europa, het Midden- Oosten, India, het Verre Oosten, Australië en de Verenigde Sta- ten.32 Dat laatste land was zopas aan zijn toeristische reveil begon- nen. Toerisme richtte zich in de Verenigde Staten bij gebrek aan eeuwenoude kunst- en cultuursteden vooral op natuur. Weer- galoze landschappen waren er immers te over. Niagara Falls en Mammoth Cave kwamen het eerst tot ontwikkeling, omdat ze makkelijk toegankelijk waren met de stoomboten op de Hudson en de eerste spoorwegen. Dankzij de railway boom kwamen ook Yosemite, Yellowstone en andere nationale parken in het vizier in de jaren 1860 en 1870. Toeristische ontwikkeling ging ook hier Cartoon door Al Posen, verschenen in Amerikaanse kranten, herdrukt in hand in hand met een wildgroei aan hotels, restaurants, souve- The Ocean Ferry, november 1925, Collectie Vrienden van de Red Star Line, nirshops en lokale reisbureaus. Spoorwegmaatschappijen speel- Red Star Line Museum, Antwerpen den in hun reclame handig in op het romantische beeld van het Wilde Westen om potentiële reizigers te lokken.33 In navolging van Europa ontwikkelden zich ook mondaine badsteden. Coney Island bloeide op in de schaduw van New York, maar ook New- port, Rhode Island en Marblehead waren populair. New York, vers hadden een harde noot aan die Amerikaanse metropolen, Boston en een reeks andere metropolen aan de Oostkust lokten die arm leken aan traditionele bezienswaardigheden (paleizen, in de late negentiende eeuw steeds meer reizigers.34 Lokale toe- kerken en kloosters, standbeelden) die Europese steden vorm en ristische verenigingen pakten uit met de slogan: ‘Bezoek Europa structuur gaven. Pas in de late negentiende eeuw ontwikkelden als het moet, maar reis eerst door Amerika.’35 Trans-Atlantisch ze een nieuw discours: Baedeker stuurde zijn lezers op pad langs toerisme bleef, ondanks de sluwe slogan, nog steeds tot de ver- Fifth Avenue, wees op het woud van oprijzende wolkenkrabbers beelding spreken van welgestelde Amerikanen, die op hun grand en raadde aan om de Hudson over te steken via Brooklyn Bridge tour door Europa graag een vleugje eeuwenoude kunst, cultuur om de alomtegenwoordige sfeer van moderniteit op te snuiven.37 en geschiedenis opsnoven. De Cunard Line, White (en Red) Star Line, Hamburg-Amerikalijn en andere rederijen speelden daar Interbellum handig op in door luxueuze overtochten aan te bieden. Terwijl Na de Grote Oorlog herstelde het toerisme in Europa zich maar benedendeks duizenden migranten de overtocht maakten als moeizaam. Niet alleen de verwoestingen speelden een rol – Oos- sardientjes in een blik, werden eersteklaspassagiers onderge- tende, Knokke en andere Belgische badsteden lagen dicht bij de dompeld in onversneden luxe met weelderige kajuiten, copieuze frontlijn – maar de economie raakte ook moeilijk uit het slop, maaltijden, concerten, een gymzaal, een bibliotheek en tal van waardoor hotels, pensions en lokale reisbureautjes minder volk andere faciliteiten.36 Met aanlokkelijke plaatjes van Yosemite, over de vloer kregen.38 Alleen het fronttoerisme nam een hoge Niagara en New York trachtte men ook Europese toeristen naar vlucht. In de jaren 1920 overspoelde een groeiend legertje Engel- de Verenigde Staten te lokken. Baedeker en andere reisuitge- se, Franse en Amerikaanse toeristen Flanders Fields, waarbij ze

141 een bezoek brachten aan de legendarische slagvelden, aan Tyne Cot en andere kerkhoven, maar ook massaal kwamen luisteren naar het blazen van de Last Post bij de Menenpoort in Ieper.39 Toerisme kende daarentegen wel een stormachtige groei in de Verenigde Staten, waar de roaring twenties meer welvaart en vrije tijd brachten (zie hoofdstuk 5). Dankzij Ford, General Mo- tors en andere bedrijven werd de automobiel langzaam maar ze- ker gemeengoed. Nieuwe snelwegen leidden toeristen naar Yel- lowstone en andere nationale parken. Kampeerspullen gingen als warme broodjes over de toonbank.40 Meer dan zeven miljoen Amerikaanse toeristen reisden in de jaren 1930 in de Verenigde Staten rond, waardoor massatoerisme langzaam maar zeker tot ontwikkeling kwam.41 Bovendien mocht de middenklasse ook hardop dromen over een cruise. Niet de luxeversie natuurlijk, waarbij the rich and the famous onthaald werden op royale ka- juiten, eindeloze diners, een zwembad en zelfs tennisbanen aan boord, maar wel op tourist third cabin. Die nieuwe klasse bood een waarmerk voor bescheiden, maar betaalbaar comfort. Der- gelijke schepen voeren van New York naar Europa, maar er wa- ren ook pleasure cruises op de Middellandse Zee, naar de Caraï- ben en andere bestemmingen.42 In de late jaren 1920 en 1930 experimenteerde men in Eu- ropa ook met nieuwe vormen van toerisme. Fascistische en com- munistische regimes waren daarbij bijzonder actief. Mussolini’s zwarthemden richtten in 1923 de Opera Nazionale del Dopala- voro (ond) op – letterlijk ‘na het werk’ – een overheidsdienst die toerisme, sport en recreatie toegankelijk wilde maken voor ar- beiders en lagere bedienden. Tegen 1937 bood ond al meer dan 50.000 wandeltochten, dagexcursies en meerdaagse reizen aan, waarbij vooral de fietstochten goed in de markt lagen. Bovendien trachtte het regime ook toerisme naar Libië, Albanië en andere pasverworven regio’s te stimuleren.43 Het Italiaanse voorbeeld werkte inspirerend. Nazibonzen kwamen in 1933 op de proppen met Kraft durch Freude (kdf), waarmee ze arbeiders vertrouwd wilden maken met toerisme, sport en cultuur. Onder impuls van Robert Ley ontplooide de organisatie tal van initiatieven. Leden konden inschrijven op reizen naar Beieren, Berlijn of het Zwarte Woud. Dankzij massale kortingen van de spoorwegen en lokale hotels bleven dergelijke excursies betaalbaar. Kdf orga- niseerde skitrips in de winter, terwijl er in de zomer keuze was tussen de bergen en de kust. Op het eilandje Rügen aan de Oost- zee bouwde kdf een immense vakantiekolonie, waar meer dan veertigduizend badgasten een plekje vonden. In 1938 kocht de Brochure en menukaart voor het afscheidsdiner tijdens een herdenkings- organisatie eigen cruiseschepen, zoals de Wilhelm Gustloff, die reis naar Parijs voor veteranen van de Eerste Wereldoorlog met de Penn- een zwembad, een gymzaal en ander modern comfort aan boord land, 1927, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star Line Museum, hadden. Noorwegen en de Kanaaleilanden stonden regelmatig Antwerpen op het programma, maar rondvaarten op de Middellandse Zee bleven favoriet.44 Met haar ambitieuze plannen wist Kraft durch Freude vriend en vijand te verbazen. Op internationale salons kaap-

142 Ansichtkaart met een zicht op de ‘Cocoanut Grove’ in het Ambassador Hotel Los Angeles, 1931, uit de correspondentie tussen John Van Rickstal, viceconsul van België te New York, en zijn familie, Red Star Line Museum, Antwerpen

ten de talloze initiatieven mooie prijzen weg. Nog in 1937 won Prora, de immense vakantiekolonie op Rügen, een architec- Brochure van de Arnold Bernstein Line voor reizen van de Verenigde Sta- tuurprijs op de Wereldtentoonstelling van Parijs. Bovendien ten naar Europa, 1938, Collectie Vrienden van de Red Star Line, Red Star vonden Amerikaanse, Britse en Franse toeristen tot in de late Line Museum, Antwerpen jaren 1930 de weg naar Berlijn. Meestal werd de stad als een moderne, bruisende metropool beschreven, terwijl er over de Jodenvervolging en andere sinistere aspecten van het regime kies gezwegen werd. Baedeker voerde de synagogen, die tijdens de Kristallnacht in vlammen opgingen, met stille trom af.45 Toerisme bleek echter vooral een efficiënt middel om de eigen bevolking te beïnvloeden. Door Beieren, het Zwarte Woud en andere regio’s op het programma te zetten, waar boerinnen in traditionele klederdracht, oude vakwerkhuizen en folkloristi- sche feesten legio waren, versterkte kdf de ideologie van Blut und Boden, terwijl bezoekjes aan Oostenrijk, Tsjechisch Sude- tenland of de Franse Elzas de nationaalsocialistische eis voor meer Lebensraum schraagden. Toerisme verzekerde het natio- naalsocialisme echter vooral van loyale steun van ‘Fritz met de pet’, die droomde van een vakantie aan zee of in de bergen. Kdf pakte immers uit met ambitieuze plannen voor arbeiderstoeris- Ansichtkaart met een scène op het dek van een cruiseschip van de Nip- me, terwijl reizen in de rest van Europa langer een stempel van pon Yusen Kaisha Line, 1936, uit de correspondentie tussen John Van exclusiviteit behield. Hoewel veel van die programma’s finaal Rickstal, viceconsul van België te New York, en zijn familie, Red Star Line totaal onuitvoerbaar bleken – nauwelijks 5 procent van de kdf- Museum, Antwerpen leden waren blauwe boorden – wist het regime veel loyaliteit te kopen, waardoor mensen sneller geneigd waren om een oogje dicht te knijpen bij de vervolging van Joden, communisten en andersdenkenden. Dat effect deemsterde ook in de eerste oor- logsjaren nauwelijks weg. Toerisme bleef populair.46

143 ‘Golden sixties’ magneet voor Amerikaanse, Britse en andere buitenlandse toe- Na de Tweede Wereldoorlog kwam massatoerisme pas echt op risten, maar lokte ook Belgen die op safari een neushoorn, een kruissnelheid. Frankrijk, Engeland, Nederland en andere Euro- okapi of een berggorilla in het vizier wilden nemen. De Com- pese landen hadden al in de late jaren 1930 de basis gelegd voor de pagnie Maritime Belge (cmb), die de legendarische Congoboten democratisering van toerisme door betaalde vakantie in te voe- uitbaatte, kwam op de proppen met veelkleurige brochures die ren. Met het Front Populaire kwam de congé payé van twee weken de luxe aan boord van de Léopoldville en andere schepen breed in 1936 op de politieke agenda in Frankijk, terwijl de vakbonden uitspeelden. Luxueuze kajuiten, een bioscoopzaal en het ruime ijverig aan de uitbouw van sociaal toerisme begonnen. Daarente- wandeldek moesten potentiële toeristen overhalen, terwijl de gen liet de Britse overheid meer aan de vrije markt over.47 België lange tocht tussen Antwerpen en Matadi als een boeiende, ont- volgde het Franse model, waarbij de regering in 1936 niet alleen spannen cruise gepresenteerd werd. Dergelijke sluwe marketing een betaalde vakantie van vijf dagen invoerde, maar ook samen was in de jaren 1950 meer dan nodig, omdat de rechtstreekse met de katholieke en de socialistische zuil talloze initiatieven Sabena-vluchten van Brussel naar Léopoldville alle wind uit de opzette voor sociaal toerisme. Politieke partijen, vakbonden, zeilen dreigden te halen.54 Dat laatste was natuurlijk een meer ziekenfondsen en vrouwenorganisaties bouwden in het interbel- algemeen fenomeen. Toeristen werden almaar mobieler in de lum hun eigen vakantiekolonies en homes aan de kust, in de Ar- naoorlogse periode dankzij de ontwikkeling van de burgerlucht- dennen of in de Kempen, waardoor bedienden en arbeiders van vaart.55 Klassieke rederijen kwamen daardoor in de problemen. een streepje vakantie konden dromen. De Belgische overheid De Cunard Line raakte in de jaren 1970 en 1980 helemaal van de kwam ook op de proppen met de Volksvakantiekaart, waarmee regen in de drup. Pas in de jaren 2000 kwam de remonte, toen de arbeiders korting kregen op hun treinkaartjes, hun hotelreserva- rederij zich op de markt van exclusieve kwaliteitscruises stortte. tie en diverse toeristische attracties.48 Natuurlijk deden ook ver- Met drijvende paleizen zoals de Queen Mary ii speelde Cunard enigingen zoals de Arbeiders Toeristen Bond (atb), de Vlaamse Line in op een nieuw verlangen naar onversneden luxe. Toeristen Bond (vtb) en de Touring Club Belge (tcb) een duit in het zakje door te experimenteren met nieuwe, betaalbare formu- Epiloog les zoals kampeerterreinen of natuurvriendenhuizen.49 Toch lijkt die laatste trend ook al over te waaien. Onthaasting Nochtans zetten die inspanningen niet altijd zoden aan de is immers het nieuwe ordewoord. Wie echt mee wil zijn, koopt dijk. Voorvechters van de congé payé stelden verbitterd vast dat geen kaartje voor een lawaaierige cruise, maar laat zich verwen- arbeiders hun vakantiedagen niet aan zee doorbrachten, maar nen aan boord van een van de luxueuze zeiljachten die loom liever thuisbleven om te klussen of te ontspannen. Bovendien langs de Kroatische kust, de Noorse fjorden en andere kalme bleef een meerdaagse vakantie ondanks de maatregelen van de bestemmingen varen. Het idee borduurt verder op het concept overheid en de zuilen te duur. Na de Tweede Wereldoorlog wer- van slow tourism, waarbij passagiers hun tijd doorbrengen met den in België en andere Europese landen ambitieuze program- rondslenteren in godvergeten stadjes, praten met medereizigers ma’s voor sociaal toerisme opgezet om dat euvel uit de wereld en staren – urenlang als het moet – naar de deinende golven, te helpen.50 Maar massatoerisme kreeg toch vooral de wind in naar de vage kustlijn of naar de weergaloze zonsondergang, al de zeilen dankzij de fenomenale welvaartsgroei in de golden six- hebben die ogenschijnlijk sobere zeilschepen natuurlijk alle ties, waardoor modale gezinnen zich een auto, een tent en een trendy comfort aan boord, topchefs, masseurs en pursers incluis. jaarlijkse vakantie konden veroorloven. Family vacations kwa- Een verlangen naar onthaasting, authenticiteit en slow tourism men eerst op kruissnelheid in de Verenigde Staten, maar waai- dreef ons in het jongste decennium ook naar agrotoerisme in den algauw naar Europa over.51 Aan de Belgische kust leidde de Italië, kamelentochten in Jemen, op-zoek-naar-je-rootstoerisme, komst van massatoerisme tot een totale metamorfose, waarbij ecotoerisme op de Galapagoseilanden, trektochten op de Noord- de luxehotels, villa’s en pensions uit de negentiende eeuw onder pool of ‘voluntoerisme’ op de Griekse eilanden. Soms lijkt het de sloophamer gingen en plaats ruimden voor hoogbouw, huur- alsof toerisme pas de jongste jaren aan een razendsnelle ontwik- appartementen en kampeerplaatsen.52 Busreizen kenden ook een keling is begonnen, maar dat is, met het oog op de eeuwenlange ruime verspreiding in de jaren 1970 en 1980, waardoor toeristen evolutie, natuurlijk weinig meer dan een broodjeaapverhaal. de grauwe Noordzeekust langzaam maar zeker inruilden voor de zonovergoten stranden in Benidorm, Lloret de Mar en andere – toen nog – onbekende plekjes aan de Spaanse Costa’s.53 Naoorlogs Europa kreeg ook af te rekenen met dekoloni- satie. Daarmee kwam een abrupt einde aan het koloniale toe- risme dat tijdens het interbellum, maar vooral in de jaren 1950 zijn hoogdagen beleefde. Belgisch Congo bleek bijvoorbeeld een

144 Brochure van Pan American World Airways met vliegroutes over de Stille Oceaan, 1937. Afgebeeld is een modern vliegtuig dat een vroeg-negentiende-eeuwse clipper, het snelste schip van die tijd, voorbijvliegt. Ter ere hiervan noemde Pan Am zijn vliegtuigen ook ‘Clippers’, Collectie DeSoto Brown

★ GEPAMPERD IN EEN GOUDEN KOOI OP DE MIDDELLANDSE ZEE

Ayfer Erkul

De oudere Engelsman draait zich om naar ons en fluistert, hard en geïrriteerd: ‘What a noise!’ Hij knikt naar het groepje Aziaten dat in een heftige discussie lijkt verwikkeld met een van de re- ceptionisten. Ze staan er al enkele minuten en het moet zijn dat de Engelsman hen niet begrijpt, wat hem noopte tot de veronge- lijkte opmerking. Hij vervolgt met een nergens naartoe leidend verhaal over een Spaanse vriendin die niet bij haar familie in Spanje wilde gaan wonen omdat haar broers en zussen te veel ka- baal maakten. ‘Terwijl ze waarschijnlijk gewoon aan het praten waren’, lacht hij smakelijk. ’s Mans argwanende blik blijft intus- sen rusten op de vier Aziaten, die versterking hebben gekregen van twee anderen. ‘One really wonders what they are saying.’ We staan bij een van de twee recepties van de msc Orchestra. De passagiers zijn amper een uur aan boord van het cruiseschip, De msc Orchestra: een gigantisch all-inn hotel, Mashid Mohadjerin hebben dan al meer dan twee uur wachten achter de rug aan de check-in in Venetië, en ze zijn moe. Maar er moet al een pak din- gen worden geregeld. Welk drankpakket ze moeten nemen. En of die excursie in Santorini de moeite is? Of waar hun koffers Op welke manier trekt de hedendaagse toerist op cruise? Wat naartoe zijn, vraagt een Belgisch koppel zich af. We zullen het wacht hem aan boord? En wat ziet hij van de plaatsen die worden hen zich nog enkele dagen horen afvragen. bezocht? Op zoek naar antwoorden trokken we begin mei 2016 De file, in goede banen geleid met dikke touwen en bordjes in het kielzog van de cruises van de Red Star Line zelf naar de entry en exit, slinkt intussen maar langzaam. Ook al omdat pas- Middellandse Zee. sagiers zich niets aantrekken van de bordjes en naar eigen goed- De reisbrochure van msc Cruises, waarmee wij voeren, be- dunken ergens in de rij gaan staan. Dat wordt door de Engels- looft een ‘ontdekkingstocht’. Fotografe Mashid en ik, een jour- man telkens onthaald op luid gezucht en ostentatief ogengerol, naliste, ontdekten vooral dat cruisen niets elegants of exclusiefs om een onduidelijke reden altijd naar ons gericht. meer heeft. We ondervonden dat cruiseschepen gigantische all- Oververhit door het lange wachten, geërgerd door de drukte inhotels zijn die toevallig niet aan de Costa del Sol of in Hurgha- aan de liften naar de kajuiten en niet in staat om ook maar een da staan. We stelden vast dat wie op cruise gaat, aan het handje drankje te bestellen door de massa aan de bars: zo begint onze wordt vastgehouden en entertained, met dancing boys die je de cruise aan boord van de msc Orchestra. Of, zoals de maatschap- salsa leren dansen, met talentenshows en cocktailparty’s aan pij msc Cruises het zelf omschrijft, onze ‘ontdekkingsreis’. En het zwembad. En we zagen passagiers die de strikte timing en die zal volgens de vetgedrukte woorden vooral gepaard gaan enerverende gidsen niet aan hun hart lieten komen en genoten met ‘entertainment, ontdekkingsmogelijkheden en faciliteiten van hun reis. Ons verhaal is geen objectief verslag, maar het crui- om te ontspannen’. We zullen, eenmaal vertrokken uit Venetië, severhaal van twee vrouwen die nooit eerder een dergelijke reis Bari aandoen, vervolgens Katakolon, Piraeus, Santorini, Corfu ondernamen. en ten slotte via Kotor in Montenegro terugkeren naar Venetië.

148 Bari roept beelden op van oude, smalle steegjes met drogende was, Santorini van lieflijke, witte huisjes tegen een achtergrond van rotsen. In Athene hopen we onder een brandende Griekse zon aan de Akropolis heldhaftige verhalen te horen.

Gigantische schepen De belofte van msc Cruises is nog even zoek als we met het no- dige ellebogenwerk, laverend om opgestapelde koffers te vermij- den, de gang door stappen naar onze kajuit. Maar we moeten meteen weer weg: door de microfoons in de gang schalt een stem die in het Italiaans, Engels en Spaans iedereen oproept zwemves- ten uit de kast te nemen en zich te verzamelen in de Savannah- bar voor de reddingsoefening. Iedereen is verplicht deel te nemen, en toch zien we na afloop van de oefening enkele passagiers rustig kaartend aan een ta- feltje. Verstokte cruisereizigers wellicht, die wisten dat de oefe- ning niets meer zou voorstellen dan het zwemvest over het hoofd trekken en de riempjes vastmaken. We blijven zen, een gewaar- schuwd en voorbereid passagier is beter dan een drenkeling op- peren we, de ramp met de Costa Concordia met 32 doden nog in het achterhoofd. Al zou zo’n oranje vest niet veel helpen als de motor in brand zou vliegen, bedenken we. Toen de passagiers van de Carnival Triumph dat meemaakten in februari 2013 aan de kust van Mexico, dobberden ze dagenlang rond zonder elek- triciteit, met overlopende toiletten en een gerantsoeneerde hoe- veelheid drinkwater. Poop cruise, zo werd de cruise gedoopt. Een ‘ontdekkingsreis’ die allicht niet snel zou worden vergeten. Ondanks de hoger genoemde rampen en ongelukken blijft op cruise gaan een heel populaire vakantie. In 2015 gingen volgens de Cruise Lines International Association (clia) 6 miljoen Eu- ropeanen aan boord van een cruiseschip, het hoogste aantal ooit De msc Orchestra ligt aangemeerd in Kotor, Mashid Mohadjerin en een stijging van 3 procent met het jaar ervoor. In ons land boekten in 2015 65.000 Belgen een cruise via een Belgische tour- operator. Het werkelijke aantal ligt hoger omdat boekingen bij buitenlandse agentschappen niet zijn meegerekend. Cruiseschepen werden de afgelopen jaren dan ook niet ge- woon groter, ze werden gigantisch. Kan de msc Orchestra, waarop wij meevoeren, zo’n 2500 passagiers aan, dan biedt het allernieuwste luxeschip de Harmony of the Seas van Royal Ca- ribbean International plaats aan meer dan 6000 reizigers. De Harmony pocht in brochures met haar dertien glijbanen, twintig restaurants en twee klimmuren. Daarmee vergeleken is de msc Orchestra heel wat beschei- dener van omvang en van ontspanningsaanbod. Maar toch, het schip is ook niet bepaald klein met drie gewone restaurants, een buffetrestaurant, een Chinees restaurant, een kledingzaak, een juwelier en een parfumerie. Er zijn massagesalons, twee zwem- baden en nog enkele jacuzzi’s. En dan zijn er nog vijftien bars, een bibliotheek en een fitnesscenter. Om alles in goede banen File aan de receptie van de msc Orchestra, Mashid Mohadjerin te leiden, is timing van groot belang. Alles is geregeld, van uur

149 tot uur, van plaats tot plaats, zelfs van stoel tot stoel. Ook in het restaurant. Wij hebben de first seating, de groep die om halfzeven mag dineren in Villa Borghese. Op de msc Orchestra wordt stiptheid gewaardeerd: om kwart voor zeven mag niemand meer binnen. De eerste avond komen wij, onervaren cruisegasten, om acht uur aan bij Villa Borghese en krijgen we een zure blik van de ober. ‘Te laat’, zegt hij bestraffend. We voelen ons onmiddellijk schuldig. ‘U kunt nog naar het buffetrestaurant boven gaan.’ We dringen aan, we zijn die eerste avond zo moe dat zelfs het uitkie- zen van ons eigen eten een karwei lijkt. Na een korte discussie begeleidt de maître d’hôtel ons nors naar een tafel. Die heeft nog sporen van de vorige eters, maar we durven niet te klagen. We ondergaan ook lijdzaam de arrogante houding van de ober, die, als we om witte wijn vragen, zuchtend wegloopt. Hij komt te- Gezellig dineren in een van de vele restaurants, Mashid Mohadjerin rug met een fles, kwakt de wijn in onze glazen en verdwijnt. Een andere ober neemt onze bestelling op: ‘Soep zeker? Neen? Geen soep? Waarom niet?’ Hij is supervriendelijk, maar luistert nau- welijks naar onze vragen, hoort ‘kalf’en ‘kabeljauw’ en is meteen weg. Enkele minuten later is hij al terug met het eten. We hebben nauwelijks enkele happen genomen – het eten is lauw en sma- keloos – of de lichten knipperen. We denken aan een storing en babbelen rustig verder. Maar daar is de eerste, arrogante, ober al terug. ‘Tijd om te vertrekken’, zegt hij en hij tikt op zijn horloge. ‘De tweede lichting eters komt eraan.’ We zijn teleurgesteld. De brochures beloofden immers altijd lachend personeel. Maar wanneer we de volgende keer op tijd komen, toveren de obers hun meest stralende glimlach tevoorschijn en verwel- komen ze ons alsof we royals zijn. Zelfs de maître d’hôtel wringt zijn mondhoeken naar boven. Dat is, zo zien we rondom ons, de doorsneebehandeling voor gasten die niet te laat zijn. We zijn niet de enigen die de stiptheid op het schip niet gewoon zijn: daags nadien zien we andere passagiers beteuterd kijkend voor Villa Borghese wachten. ‘Can you believe it, they sent us away.’

Niet meer alleen voor de ‘lucky few’ Cruisen is al lang niet meer, zoals in de tijd van de Red Star Line, weggelegd voor de lucky few, voor de gefortuneerde erfgenamen en voor de grijsaards die van hun ruime pensioen willen genieten. Tegenwoordig zijn alle vakantieclichés uit Benidorm of Bodrum ook op een schip te zien. De witte-sokken-in-sandalen-Duitsers, de met veel te blote topjes getooide weelderige Britse meisjes, de vrolijk snaterende Italianen en de voorkruipende Aziaat met zijn onafscheidelijke camera. Cruises van nu passen helemaal in het concept van de all-ins van het huidige massatoerisme: democratische prijzen en veel waar voor je geld. Wie een cruise koopt, koopt eigenlijk een reeks (snelle) mini-stedentrips en krijgt daarnaast ook de maal- tijden aan boord en de bijbehorende ontspanning. Je hoeft zelf De obers overlopen het buffet voor de tweede lichting, niets te plannen en niet voortdurend in- en uit te pakken. De Mashid Mohadjerin

150 jongste jaren worden vooral families als doelgroep geviseerd en tijdens onze cruise lopen dan ook heel wat kinderen rond op het schip. Kinderen onder de twaalf mogen vaak gratis meereizen met de ouders, ook op de msc Orchestra. Jong, oud, Belg of Koreaan, allemaal zullen ze gepamperd worden, of ze willen of niet. Het gepamper begint al als we de eerste avond terugkeren naar onze kajuit. Er is iets veranderd, maar we zien niet meteen wat. Dan merken we op dat de bed- spreien zijn verwijderd en de dekbedden zijn opengeslagen. Het klokhuis van een appel op de rand van het tafeltje is verdwenen. Een slordig over de stoel gegooide jas hangt nu netjes over de leuning. Een kaartje meldt dat Nazima ons kamermeisje is en dat ze alles zal doen om het ons naar de zin te maken hier. We zullen de volgende dagen merken dat Nazima minstens twee keer per dag in onze kamer komt en dat bedden worden op- gemaakt, gordijnen worden gesloten voor de nacht en de badka- mer zowel ’s ochtends als ’s avonds een beurt krijgt. Het voelt pas echt aan als pamperen wanneer we merken dat ze, telkens als we weg geweest zijn uit de kajuit, alles heeft opgeruimd. Schoenen aan de kant, toiletspullen opnieuw op een rij. Hoe weet Nazima toch dat we lang genoeg zullen wegblijven, zodat ze alles onder handen kan nemen? Het zal de rest van de cruise een mysterie blijven.

‘Kijk niet naar de lelijke dingen’ Wij deden een aantal van dezelfde bestemmingen aan als de cruiseschepen van de Red Star Line, zowat een eeuw geleden. Die boten passeerden toen ook langs Athene en Venetië, en voe- ren ook op de Ionische zee. Maar terwijl wij er varen, overheerst het vluchtelingenprobleem de Middellandse Zee en worden de De site van Katakolon is vandaag gesloten en enkel van achter het hek te antieke bestemmingen in Griekenland overschaduwd door de bekijken, Mashid Mohadjerin economische crisis van de afgelopen jaren. Daar merken de pas- sagiers niets van: ze worden vakkundig weggehouden van pro- bleemgebieden en zijn ook niet bijster geïnteresseerd in wat er gebeurt rond hen. In hun gouden kooi dobberen ze van beziens- de Roma-zigeunermeisjes die aan ieder kruispunt opduiken om waardigheid naar toeristische site. te bedelen of om bloemenkettingen te verkopen. ‘Sluit de ogen voor al dat lelijke en kijk alleen naar de mooie De bus stopt naast tientallen andere bussen aan de site waar dingen’, zegt onze gids Ioanna haastig. De bus rijdt langs een ooit de eerste Olympische Spelen werden gehouden. Dan blijkt grote berg blauwe afvalzakken en rondslingerend vuilnis en zal ook dat de site gesloten is: het is vandaag Pasen in Griekenland. dat nog verschillende keren doen tijdens ons uitstapje. Het op- Op de boot had niemand ons daarvan op de hoogte gebracht. halen van huisvuil en het bestrijden van illegaal storten is al ja- Ioanna doet alsof er niets aan de hand is en stapt met gezwinde ren een probleem in Griekenland. De crisis heeft dat alleen maar tred verder, haar paraplu in de lucht houdend zoals gidsen dat verergerd. Tijdens onze excursie naar Katakolon op het schierei- overal doen. ‘We zullen de site van buiten bekijken’, zegt ze op- land Peloponnesos, waar de site van de Olympia ligt, komen we gewekt. De toeristen sjokken achter haar aan. Onze groep is erg de kern van het probleem niet te weten. Een van de meereizende internationaal. Dat weten we, omdat Ioanna tijdens de busrit en- toeristen maakt een opmerking over de stapels vuil langs de weg. thousiast verschillende landen afriep. ‘Who is frooooom England? Ionna gaat er luchtig overheen, zegt dat we er niet te veel aan- You two? Great! Who is frooooom America? Do we have Ameri- dacht aan mogen besteden. Dat het een kwestie is van geld en cans? Ah you with the baby, how nice! Anyone Irish? Swedish?’ dat de situatie al anderhalf jaar duurt. En dat we naar de mooie Zuid-Afrika, Australië, Nederland, Frankrijk. België vergeet ze, dingen moeten kijken. Waarschijnlijk bedoelt ze daarmee niet we steken dan zelf maar de hand op om ons bekend te maken.

151 De passagiers kijken uit naar de kust van Santorini vanuit het cruiseschip, Mashid Mohadjerin

We stoppen aan een olijfboom. We zijn nog niet bij de site, niemands verzoek ‘Children of Piraeus’ van Melina Mercouri te maar eerst wil Ionna nog eens even lyrisch doen over de Griek- zingen in de microfoon. Haar stem is niet slecht, maar we voelen se olijfolie. Zo’n weldaad, had ze in de bus gezegd. Zo’n zalige ons een beetje ongemakkelijk en zien ook andere toeristen el- smaak. Ze gebruikt dezelfde bewoordingen als we aan de boom kaar verbaasd aankijken. staan. Het lijkt een voorbereiding op wat ons te wachten staat De excursie eindigt, zoals zoveel dingen op de msc Orchestra, in de souvenirwinkeltjes straks: schappen vol olijfolie, olijfolie- met een lange file. Wie de boot terug op wil en zich na de vuil- zeep, olijfoliecrème. nisbelten en teleurstelling om gesloten toeristische plekken en Vanaf de omheining kijken we naar de ruïnes van wat ooit winkels, wil nestelen in de geborgenheid van een sauna of een het gymnasium was: enkele zuilen die we nog net kunnen zien. cocktailbar, moet eerst door metaaldetectoren. Maar geen nood: Ioanna houdt een boekje omhoog met prenten van de plaats waar atleten destijds trainden in discipline en ken- Ontbijtgevechten nis. Of we weten dat de mannen naakt trainden? Gegniffel hier Er zijn bijna iedere dag excursies, maar voor wie niet van boord en daar in de groep. Een enkeling luistert daarna nog aandachtig wil, draait de entertainment-molen op volle kracht verder. Nu- naar Ioanna’s uitleg over de tempel van Hera en de badplaats iets tella Party aan de Sombrero Bar, lessen Country Dance door Yil- verder. De rest van de groep neemt foto’s: van de site, van de me- la en Raymond, aerostretching, tafeltennistoernooi, Super Quiz, dereizigers, van zichzelf met selfiesticks. Bingo: ieder uur van de dag op het schip is gevuld. We raken wat Hooguit een uurtje duurt het bezoek aan de ruïnes, daarna de kluts kwijt over op welk dek we moeten zijn voor welke acti- moeten we souvenirs kopen. We moeten niet, maar omdat Io- viteit. Maar gelukkig is er Nazima die iedere avond een krantje anna minstens tien keer zegt dat we ons niet verplicht moeten op een van de bedden legt. Soms in het Engels, soms in het Frans, voelen, voelen we ons bijna verplicht om iets te kopen. ‘Look for soms in het Spaans, waarschijnlijk naargelang van het vermoe- the blue eyes’, had ze in de bus gezegd over de blauwe stenen-met- den dat ze die dag koestert over ons taalgebruik. Dat krantje oog die het kwaad bezweren. ‘And the baklava, and the ouzo.’ Ze is de Daily Program van de msc Orchestra en biedt uur per uur geeft niet helemaal van harte toe dat het allemaal, door de Ot- een overzicht van de excursies van die dag, de activiteiten op het tomaanse bezetting, gedeeld erfgoed is met de Turken. Maar de schip en welk soort muziek in welke bar wordt gespeeld. Griekse producten zijn – ‘uiteraard’ – beter. En er kunnen altijd koopjes worden gedaan, wandelend door Op de terugweg, nadat we een straat vol souvenirwinkels de winkelgalerij, drinkend in een van de bars of tijdens een mas- hebben bezocht, bewierookt Ioanna de schoonheid van Grie- sage in het spacenter. Een halfuur relaxatie, te kiezen uit een kenland, van Santorini, Corfu en Piraeus. Plots begint ze op Bali-massage, Bali ‘reflexologie’-massage, massage met hete la-

152 Aan boord vind je alles wat je nodig hebt: winkels, een spa-center, bars en zelfs een casino, Mashid Mohadjerin

vastenen of lymfedrainage-massage: slechts 59 euro in plaats van We krijgen medelijden met de ploeg die moet zorgen voor de 70 euro! Twintig procent korting op witte wijn ter ere van het be- fruitsla: iedere dag is de hele dag door een verse massa gesneden zoek aan Griekenland! Calvin Klein, Emporio Armani, Guess, fruit beschikbaar. Kleingesneden stukjes meloen, watermeloen en Fossil: koop het horloge dat u altijd wilde voor 30 procent van de ananas. Soms stukjes aardbei, dat lijkt ons nog de zwaarste klus. prijs aan land! Wie na al dat gecijfer moe is, kan naar de Shaker Aan de ontbijttafel vallen Pierre-Yves en Nicole, een koppel Lounge om enkele danspassen te wagen of naar het casino om uit Lyon, uit de toon. Ze kijken niet nors naar de regen, maar het verloren geld terug te winnen. De msc Orchestra lijkt op een babbelen goedgemutst over de excursies die ze nog willen doen. megagroot hotel, all inclusive, ergens in Benidorm of Antalya. Het is hun eerste cruise, op aanraden van vrienden. ‘Iedereen Wie geen zin heeft om de vreemde wereld daarbuiten te verken- gaat tegenwoordig op cruise, dus wij wilden het ook eens probe- nen, vindt binnen alles wat hij nodig heeft. ren’, zegt Nicole, een mollige vrouw van in de vijftig. ‘En we vin- Het regent de eerste drie dagen van onze cruise. Venetië is den het heerlijk allemaal. Zo veel keuze, zo veel te doen ook. Ik kil, Bari oogt triest in stortbuien die alles doordrenken en zelfs heb gisteren leren salsadansen en ik ga zeker nog de chachacha het gezang van gids Ioanna kan de miezerige neerslag in Katako- doen.’ Of ze vinden dat ze waar krijgen voor hun geld, vragen lon niet verdrijven. Het natte weer is niet naar de zin van de pas- we. ‘God ja, dat zal wel, zeker. We hoeven niet echt op ons geld te sagiers. Ze hangen wat rond in het buffetrestaurant La Piazzetta letten, we kunnen ons dat wel veroorloven.’ Cafetaria op dek 13. Daar kun je de klok rond eten. Van zes uur Na drie dagen van onophoudelijke regen en nachten met storm ’s morgens tot halftwaalf is er ontbijt, dan volgen tot halfvijf een op zee, breekt de zon door. Het is alsof het cruisepubliek uit een buffetlunch, afternoon snacks, make your own sandwich, diner cocon komt gekropen, zich in de ogen wrijvend voor de felle zon- en midnight snacks. Pizza is intussen verkrijgbaar van ’s middags nestralen. De reizigers kleden zich uit om zich meteen te kunnen tot middernacht. uitstrekken op een ligstoel aan het zwembad. Blote witte buiken In La Piazzetta worden ’s morgens heuse veldslagen uitge- verschijnen, zonnebrandcrème wordt royaal uitgesmeerd. Sommi- vochten om een tafel te bemachtigen. Tussen acht en elf uur ge vrouwen hebben niet eens de moeite genomen om een badpak stromen de passagiers toe, dienblad in de hand, zoekende blik in aan te trekken in de kajuit en zonnen ongegeneerd in beha. Kin- de ogen. Wie een tafel opmerkt waar de eters bijna klaar zijn (ze deren springen enthousiast het zwembad in. Dit is hoe een cruise drinken langzaam slokjes koffie en staren wat uit het raam – dat moet zijn volgens de glanzende brochures: eten, drinken, een duik leer je tijdens een cruise), plant zich nadrukkelijk naast hen, het nemen in het zwembad, een cocktail aan de zwembadbar. Dek 13, liefst met gekruiste armen. Wie niets vindt, moet afdruipen of waar behalve La Piazzetta ook de twee zwembaden en de zwem- bij onbekenden aan tafel gaan zitten. badbar El Sombrero liggen, is vanaf dag vier nooit meer leeg.

153 Zonnen op het dek, Mashid Mohadjerin

Onzichtbaar vluchtelingenkamp Van in het vluchtelingenkamp aan de haven van Piraeus is de msc Orchestra goed te zien, blinkend wit in de zon. ‘Misschien moet ik gewoon een ticket proberen te kopen en met die boot meevaren’, zucht Hasan. ‘Dan denken ze dat ik een toerist ben en mag ik Europa eindelijk binnen.’ Op dit moment zou niemand Hasan of zijn familie voor een toerist aanzien. Ze lijken gekreukt door het wekenlange leven met zijn zevenen in een klein tentje. Dekens liggen op de grond gespreid, een gasbrander zorgt voor koffie of soep en stromend water is tientallen meters verder te verkrijgen, in een container waar ook de wc’s zijn. Hasan komt uit de buurt van Aleppo en vluchtte twee jaar ge- leden naar Turkije. In Istanbul konden ze een tijdje rondkomen Het personeel van het restaurant staat klaar aan het buffet, met allerlei klusjes. Tot een dochter ziek werd en naar Duitsland Mashid Mohadjerin werd overgebracht voor verzorging. ‘Ze heeft een nier nodig en daarom trokken we weg uit Turkije. We willen naar Duitsland omdat we hopen dat een van ons een geschikte donor zal zijn.’ Maar zelfs als potentiële nierdonoren geraakte de Koerdische

154 familie niet verder dan de grens met Macedonië. Daar bleek de grensovergang gesloten en moesten ze, samen met duizenden an- deren, noodgedwongen terugkeren. Ze trokken naar Piraeus, in de hoop er een oplossing te vinden. Die kwam er niet. Rojda, de oudste dochter des huizes, ziet er bleek en ongelukkig uit. ‘Ik zou heel graag mijn studie handelsingenieur, die ik in Aleppo moest onderbreken, terug opnemen’, zegt ze. In Turkije werkte ze nog in een apotheek, hier vult ze haar dagen met nietsdoen. Van op de boot is het geïmproviseerde vluchtelingenkamp aan de haven niet zichtbaar. De Griekse regering probeert de duizenden vluchtelingen, hier gestrand door de strengere grens- controles en een strikter asielbeleid in Europa, al weken over te brengen naar een containerkamp, maar dat lukt niet zo vlot. ‘Ze zijn intussen wel allemaal verplaatst naar de andere kant van de haven’, zegt een taxichauffeur die werkt in de haven en de ver- huizing zag. ‘Dat gebeurde vlak voor de eerste cruiseschepen hier aanmeerden. Misschien dacht de overheid dat de toeristen dit niet wilden zien.’ Als de passagiers van de msc Orchestra al weten van het be- staan van het kamp, dan stellen ze er toch geen vragen over aan Kallina, de gids die ons naar Athene en de Akropolis begeleidt. Kallina is een kloeke vrouw die zegt dat we haar als ‘our mother’ moeten beschouwen. Ze is eerder bazig dan moederlijk en ziet er niet uit alsof ze tegenspraak duldt. Op weg van Piraeus naar de Akropolis rijden we met de bus door de drukke straten van Athene. Over het kamp zwijgt ze, maar over de familie Onassis is Kallina een grote spraakwaterval. Ze toont zich gepast trots op de verwezenlijkingen van reder Aristoteles Onassis en is oprecht verontwaardigd over diens kleindochter die, ‘opgevoed door een Het vluchtelingenkamp in de haven van Piraeus, Mashid Mohadjerin niet-Griek’, het familie-eiland Skorpios durfde te verkopen aan een Rus. Die laatste woorden spuwt Kallina eruit. In de Griekse hoofdstad klinkt luid getoeter en haasten men- sen zich door de stad naar hun werk. Aan de Akropolis klimmen we naar het Parthenon, waar Kallina blijft staan. Hier doet ze haar verhaal over het belang van de tempel, roemt ze de oude Grieken en toont ze zich weer trots, dit keer op de overwinning van de Grieken op de Perzen. ‘We mogen ons gelukkig prijzen dat dat gebeurde.’ Ze klopt zich op de borst. ‘Wie weet hoe Eu- ropa er dan had uitgezien! Welke cultuur! Welke godsdienst!’ Kallina ratelt verder. Dit keer over de Ottomanen, die Grie- kenland eeuwenlang bezet hebben en die de tempel gebruikten als opslagplaats voor buskruit, waarna bij een ontploffing het bouwwerk voorgoed beschadigd werd. ‘Barbaars’, zucht ze en ze laat merken dat de vijandige houding tussen Grieken en Turken nog lang niet tot het verleden behoort. De toeristen die nog luis- teren, knikken instemmend. De rest heeft het opgegeven en kijkt in de verte. Wanneer ze zich laatdunkend uitlaat over de Romei- nen, voelen ook de twee Australiërs in de groep zich ongemak- kelijk. Het is een koppel van middelbare leeftijd dat een reis door Europa maakt. ‘We zijn Italiaans van origine’, zucht de man. ‘We

155 Ritje op een ezel op Santorini, Mashid Mohadjerin

doen deze cruise juist om ons verleden te leren kennen. Ze maakt maanden oude baby grinnikt bij zoveel doorzichtigheid. ‘Dit het nu echt wel gortig.’ Maar tegen Kallina durft niemand iets te hebben we nog nooit gezien’, fluistert de vrouw. Our‘ mother is zeggen. haar roeping misgelopen: ze zou beter verkoopster zijn gewor- Onderweg terug naar het schip rijden we nog even door den.’ De Amerikanen komen uit Florida en dit is hun derde Athene, om mooie plekjes te zien. Uitstappen zit er niet meer cruise. Cruisen, zo zegt de man, is zowat de beste manier om in, er is geen tijd. ‘Turn your heads to the left’, zegt Kallina tel- snel een aantal steden te ontdekken. Volgend jaar gaan ze samen kens als we een bezienswaardigheid passeren. ‘And take a picture met vrienden richting Caraïben. ‘Cruisen is ontspannen. Je hoeft here.’ We stappen af bij het Syntagmaplein, waar het Griekse par- bijna letterlijk niets te doen: mijn zoon neemt deel aan de kin- lement ligt en waar de afgelopen jaren massaal werd betoogd te- deractiviteiten, voor de baby is er een oppasdienst aan boord, gen de regering. Maar dat is niet het doel van deze tussenstop en zodat wij onze handen vrij hebben. En dus luieren we wat aan het Kallina geeft ook geen verdere uitleg over de betekenis van het zwembad, of pingpongen we of drinken we cocktails.’ plein. We trekken onmiddellijk te voet verder, richting Megalí Mitrópoli, de kathedraal van het aartsbisdom Athene. Ook dat Onze cruise nadert haar einde. Die avond is het chachacha-night blijkt niet het eindpunt. Kallina wijst wel naar het nabijgelegen in de Savannahbar. De dancing boys zijn al vroeg in actie: jonge- winkelcentrum waar souvenirs kunnen worden gekocht. Zonder mannen van het entertainmentteam die – vaak oudere – vrou- verplichting, zegt ze met nadruk. Maar het is wel het minst dure. wen ten dans vragen, zodat mevrouw zich gevleid voelt en de En het beste. En je wordt er gegarandeerd niet opgelicht. Na af- dansvloer niet leeg blijft. ‘Galadress’ is de dresscode voor deze loop van haar uitleg zou je wel gek moeten zijn om je fles olijfolie avond, en hoe rekbaar dat begrip is, wordt hier in alle variëteiten of beeldje van Homeros of Aphrodite niet hier te kopen. en kleuren duidelijk. Lange, glanzende jurken. Mini-jurkjes. Een Een Amerikaans koppel met een zoontje van zes en een acht jeansbroek en slippers.

156 Onder leiding van professionals kun je zelfs leren salsadansen, Mashid Mohadjerin

Na de openingsdans is het tijd om die chachacha eens einde- lijk onder de knie te krijgen. De superlenige Yilla en Raymond nemen zowat alle danslessen aan boord voor hun rekening: van rumba over salsa tot country en tarantella. Een groep vrouwen posteert zich voor het podium en houdt de bewegingen van le- raars Yilla en Raymond in het oog. Die heupwiegen lichtjes: een, twee, chachacha. De pasjes zijn snel geleerd, een half uur later zien we al chachacha’s van koppels. Elders op de boot is er een schlagermoment voor de Duitsta- ligen onder de passagiers. In wijnbar La Cantinella heeft ook Ste- fano zijn gitaar omgegord en speelt hij deuntjes van The Police en Prince, soms ook Michael Jackson. In La Cubana Cigar Room zitten officieren die vrij zijn te roken en te drinken. In souve- nirwinkels passen passagiers sweatshirts met het embleem van msc. Overal loopt volk rond, behalve in de kleine bibliotheek. Daar hebben we, tijdens onze zevendaagse cruise, nooit iemand zien zitten.

157

NOTENAPPARAAT

Het toevluchtsoord. De cruiseschepen van de Red Star Line 46. Chaplin, 2013, p. 284. 1. Maxtone-Graham, 2000, p. 104. 47. Finch, 1988, p. 106. 2. Wilson, 1899, p. 84. 48. Interview met Peter Boyce door David DeVorkin op 4 december 1996, 3. Kark, 1994, p. 235. American Institute of Physics, geconsulteerd op https://www.aip.org/ 4. Mark Twain, Innocents abroad (1869), geconsulteerd op history-programs/niels-bohr-library/oral-histories/5921-1. https://www.gutenberg.org/files/3176/3176-h/3176-h.htm#ch1. 49. Boyce, 1925, p. 6. 5. Kark, 2001, p. 155-174. 50. Boyce, 1925, p. 38. 6. Sebag Montefiore, 2011, p. 435-436. 51. Boyce, 1925, p. 39. 7. Oorspronkelijke tekst: ‘one of the strangest chapters in American 52. Boyce, 1925, p. 39. history.’ 53. Boyce, 1925, p. 40. 8. Kark, 1994, p. 195. 54. Boyce, 1925, p. 40-41. 9. Wilson, 1899, p. 84-85 55. Stueve, 1925, p. 26. 10. Wilson, 1899, p. 9-10. 56. Boyce, 1925, p. 93. 11. Stoddard, p. 6. 57. Finch, 1988, p. 111-113. 12. Wilson, 1899, p. 23. 58. Kindt en Vervoort, 1990, p. 100-103. 13. Stoddard, p. 39. 59. Burgess Jr., 2016, p. 189. 14. Wilson, 1899, p. 21. 15. Stoddard, p. 60. ‘Selling a boatride’. Hoe de Red Star Line toeristenreizen 16. Wilson, 1899, p. 31. en cruises in de markt zette 17. Stoddard, p. 96. 1. Citaat vertaald uit het Engels, uit reisbrochure One half the world does 18. Stoddard, p. 127-128. not know the other half uit 1927, RSL.IB.0001.0252. 19. Stoddard, p. 128. 2. Citaat vertaald uit het Engels, uit brochure voor de tweede 20. Wilson, 1899, p. 69. Méditerranée-cruise van de Friesland in 1896, RSL.IB.0001.1390. 21. Stoddard, p. 253. 3. Coons en Varias, 2003, p. 137-139. De auteurs besteden een lang 22. Maxtone-Graham, 2000, p. 106. hoofdstuk aan projecting an image. Ook bij de Cunard Line draaide 23. Spelkens, 1976, p. 111. alles om visuele communicatie, zie Gladden, 2014, p. 57-59. 24. Krans, 1997, p. 319-320. 4. Bijvoorbeeld de brochure ‘Red Star Line steamships New York Antwerp’ 25. Beelaert (red.), 2013. uit 1884, RSL.IB.0001.0624, en de Engelstalige brochure voor de 26. Brochures van Gates Tours, Collectie Vrienden van de Red American Line/Red Star Line uit 1893, RSL.IB.0001.0113. Star Line, bewaard in het Red Star Line Museum: RSL.IB.0001.243 5. Bijvoorbeeld het informatieboekje van John H. Gould, ‘Over the Ocean en RSL.IB.001.224. on the Red Star Line. A souvenir of the voyage’, met achteraan pagina’s 27. Vervoort, 1999, p. 70-73; Kindt enVervoort, 1990, p. 27; Finch, bestemd om een reisdagboek bij te houden. Zie RSL.IB.0001.2517 en 1988, p. 82-83. RSL.IB.0001.2518 uit 1893 en 1894. 28. Hyde, 1975, p. 172. 6. Bijvoorbeeld een theelepeltje uit 1892 met een afbeelding van de 29. Beelaert (red.), 2013. Westernland i en opschriftSouvenir of a Pleasant Voyage L.D. 30. Vervoort, 1999, p. 76-77. June 1892, RSL.IB.0001.2845. 31. Vervoort, 1999, p. 74. 7. Keyser, 1993; Sliggers, 2009. Er is veel literatuur beschikbaar over 32. Kindt enVervoort, 1990, p. 127. de ‘tentoongestelde mens’, zie onder andere Faber, 1990; Corbey, 33. The Ocean Ferry, april 1923, p. 5. 1993; Keyser, 1993; Rothfels, 1996; Schwarz, 2001; Goodall, 34. Finch, 1988, p. 99-100. 2002; Dreeasbach, 2005; Dujardin, 2007; Sliggers, 2009. Met dank 35. Gazet van Antwerpen, 20 maart 1923, p. 2. aan Bert Sliggers voor de bibliografie. 36. Geciteerd in The Ocean Ferry, april 1923, p. 15. 8. Van Oostveldt en Bussel, 2012, p. 11. 37. Vervoort, 1999, p. 74. 9. Merrill, 2009, p. 15-20; Steel, 2013, p. 7-8 en 12-13. 38. Gazet van Antwerpen, 4 april 1923, p. 2. 10. Feest, 1989; Pieterse, 1992; Sliggers, 1993; Kort; 2006; Meethan, 2010. 39. Chaplin, 2003, tabel p. 9. Met dank aan Bert Sliggers voor zijn notities. 40. Chaplin, 2003, tabel p. 9. 11. Meer over de wereldtentoonstelling van 1894 in Antwerpen bij 41. Withey, 1997, p. 263-264. Van Oostveldt en Bussels, 2012. 42. Bulliet, 2001, p. 749. 12. The New York Times, 5 april 1894. 43. Jordan, 1996, p. 22. 13. Krans, 1997, p. 319-321 en 325. 44. Williams, 1990, p. vi-vii. 14. The History of Postcards - The Art History Archive, 45. Jordan, 1996, p. 22. http://www.arthistoryarchive.com/arthistory/photography/

160 History-of-Postcards.html, geraadpleegd op 14.03.2016. Research, zie http://www.nber.org/databases/macrohistory/contents/ 15. De Buttolph collection of menus, New York Public Library, bevat chapter08.html, geraadpleegd op 20.03.2016. tientallen menukaarten met afscheurbare ansichtkaarten van de 42. Citaat vertaald uit het Engels, uit de reisgids Strange places and strange Norddeutscher Lloyd uit 1899, zie http://digitalcollections.nypl.org/ faces uit 1929, RSL.2011.021.105, p. 45. collections/buttolph-collection-of-menus#/ geraadpleegd 43. Citaat vertaald uit het Engels, uit de brochures Strange places and op 14.03.2016. strange faces voor de vierde wereldcruise, 1927, RSL.2011.021.105, p. 7, 16. The New York Times, 7 februari 1906. en Around the world on the largest ship voor de vijfde wereldcruise, 17. Loyen, 2008, p. 323-335. 1928, RSL.IB.0001.2693, p. 11 en 13. 18. Citaat vertaald uit het Engels, uit brochure The Red Star Line uit 1905, 44. RSL.IB.0001.0225. RSL.IB.0001.0104. 45. Over raciale stereotypering zie bijvoorbeeld Nederveen Pieterse, 1990. 19. Er werd een speciale brochure uitgegeven (op 21 april 1906) onder 46. Keyser, 1993; Sliggers, 2009. de titel Red Star Line New service between Philadelphia-London- 47. Citaat vertaald uit het Engels, uit reclametekst in National Geographic, Antwerp-Boston only one class of passengers carried, RSL.IB.0001.0102. oktober 1926. 20. Bijvoorbeeld de lijst met tarieven voor de overtocht in tweede klasse 48. Van Hove, 1927-1928, p. 29. van Antwerpen, naar Londen, 1908, RSL.IB.0001.0100. 49. Hu, 2007, p. 204-206; Inkster, 2011, p. 83. 21. Zie beschrijving in boekje Facts For Travelers uit 1908, RSL. 50. Takekoshi, 1907, p. 210-219; Hu, 2007, p. 196 en 199-204; Inkster, IB.0001.0950, p. 47-49. 2011, p. 72-73. Wie meer wil lezen over de inheemse bevolking van 22. Bijvoorbeeld brochure Crossing the Atlantic by the Red Star Line, 1921, Taiwan kan ook te rade gaan op Wikipedia voor een uitvoerig artikel RSL.IB.0001.1405. hierover met uitgebreide referenties, zie https://en.wikipedia.org/ 23. The New York Times, 12 juni 1927. wiki/Taiwanese_aborigines, geraadpleegd op 23.05.2016. 24. Krans, 1997, p. 325-329. 51. De reisgids Around the world on the largest ship voor de vijfde 25. Gladden, 2014, p. 60; Gough, 2011, p. 269. wereldcruise, 1928, RSL.IB.0001.2693, introduceerde deze indeling 26. Oorspronkelijke tekst: ‘Plan your European trip NOW. Whatever your voor het eerst. travel requirements, we can meet them.’ Citaat vertaald uit het Engels, 52. Citaat vertaald uit het Engels, uit de reisgids Around the world on the uit reclame in de National Geographic, maart 1923. largest ship voor de vijfde wereldcruise, 1928, RSL.IB.0001.2693, p. 27. 27. Advertenties in The Ocean Ferry, vol. V, nr. 1 en 4, 1925 en vol. IV, 53. Reisgids voor de tweede Méditerranée-cruise van de Friesland in nr. 8, mei 1925. 1896, RSL.IB.0001.1521. 28. Krans, 1997, p. 332-333. 54. RSL.IB.0001.0253. 29. Oorspronkelijke tekst: ‘“Selling a Boat Ride” gives in a few words the 55. Boyce, 1925, p. 3. purpose of this interesting house magazine’, Printed Salesmanship, 56. Citaat vertaald uit het Engels, uit Stueve, 1925, p. 4. maart 1926; herdrukt in The Ocean Ferry, april 1926, p. 5. Met dank 57. Melton, 2002, p. 5; Dybiec, 2010. Gepubliceerde cruiseverslagen van aan de stagiaires Anaïs Masure en Mechteld Jungerius, die een de Friesland-cruise, bijvoorbeeld: Stoddard, 1896; Wilson, 1899. uitgebreide inhoudsopgave van de hele reeks Ocean Ferry’s hebben 58. Zo hield Dr. J.R. Weatherbee, de Educational Director of the samengesteld. Belgenland World Cruise lezingen op verschillende plaatsen in de 30. Folder Europe roundtrips tourist third cabin, 1926, RSL.IB.0001.0255, Verenigde Staten om de cruise te promoten, zie onder andere artikelen p. 1. Over de oorsprong van de tourist third cabin verscheen ook een in de Harrisburg Telegraph, 5 oktober 1926, en in de Evening News, uitgebreid artikel in The Ocean Ferry, juli-augustus 1927, p. 14-15 en 23. 5 oktober 1926. Ook de concurrent de Cunard Line promootte 31. Folder ‘What is tourist third cabin?, circa 1925, RSL.IB.0001.1484. wereldcruises via geïllustreerde lezingen, zie de Pittsburgh Post 32. Gladden, 2014, p. 71-72. Gazette, 29 november 1925. 33. Krans, 1997, 333-334. 59. Zie World Cruise News, nrs. 51 en 53, 7 en 17 april 1930, 34. Gladden, 2014, p. 71-73. RSL.IB.0001.2499.001. 35. Het percentage Amerikaanse passagiers is berekend aan de hand van 60. Voorbeeld: brochure Summer vacation tours uit 1932, een analyse van passagierslijsten voor de wereldcruises op de RSL.IB.0001.1483. Belgenland. 61. Zie reclames uit National Geographic, 1930. Verder is er een artikel 36. Het percentage vrouwelijke passagiers is gebaseerd op zeven over de campagne door Robert R. Endicott, A campaign that has souvenir-passagierslijsten voor cruises en vijftig souvenir-lijsten definitely “clicked”, The Ocean Ferry, januari 1931. voor trans-Atlantische vaarten in kajuitklassen (eerste, tweede of 62. Citaat vertaald uit het Engels, uit de folder voor de Show Boat-cruises tourist third klas) uit de periode 1890-1934. Met dank aan Hildegarde in de zomer van 1931, RSL.IB.0001.0233. Feys voor de transcriptie van de lijsten. 63. Maxtone-Graham, 1997, p. 260. 37. Stadsarchief Rotterdam, Holland Amerika Lijn, 318.04, Passage, 64. Beelaert en Vervoort, 2013, p. 26-27; Feys, 2013, p. 39-40. A 579. 38. Volgens advertenties in National Geographic in september, oktober De crew op cruise. Een blik achter de schermen van en november 1925. het drijvend hotel Belgenland 39. Volgens reclames in National Geographic in december 1927. Vanaf 1. Citaat uit het Engels vertaald, uit het dagboek van Fred Hart, 1928 afficheerde men 1.750 dollar als basisprijs voor een wereldcruise. RSL.IB.0001.2516, p. 109. Met dank aan stagiair Arne Vlerick voor 40. Prijzen volgens de brochure voor de vijfde wereldcruise van de zijn samenvatting van dit dagboek. Belgenland in 1928-1929, RSL.IB.0001.0220. 2. Citaat uit het Engels vertaald, uit de reisgids If I had a ship, Monsieur 41. U.S. Average Annual Earnings of Teachers 1890-1928 en U.S. Average voor de zevende wereldreis met de Belgenland, 1930, Annual Salaries of Postal Employees, The National Bureau of Economic RSL.IB.0001.2697. De reisgids Around the world on the largest ship

161 voor de vijfde wereldcruise, 1928, RSL.IB.0001.2693, introduceerde 34. Cashman, 2014, p. 12. deze tekst voor het eerst. 35. Volgens de cijfers gepubliceerd voor de zesde wereldcruise, 3. ‘Purser John Lock, a cruise specialist’, World Cruise News, nr. 2, World Cruise News, nr. 13, 9 januari 1929, RSL.IB.0001.2499.001. 23 december 1929, RSL.IB.0001.2499.001. Met dank aan Jolien 36. ‘Purser John Lock, a cruise specialist’, World Cruise News, nr. 2, Tegenbos voor haar inhoudsanalyse van de hele reeks World Cruise 23 december 1929, RSL.IB.0001.2499.001. News uit 1929-1930. 37. ‘Charles L. and Burton E. Fischer’, Kalamazoo Public Library, 4. Van Hove, 1927-1928, p. 5. Met dank aan stagiaires Anaïs Masure en zie http://www.kpl.gov/local-history/biographies/charles-and- Arne Vlerick voor hun samenvatting van dit dagboek. burton-fischer.aspx, geraadpleegd op 25.03.2016. Over muziek 5. Berekeningen gebaseerd op de passagierslijsten voor de eerste en de aan boord zie Cashman, 2014. vierde wereldcruise van de Belgenland in 1924-1925 en 1927-1928. 38. Zijn persoonlijke documenten en archief zijn onderdeel van de 6. Van Hove, 1927-1928, p. 1. collectie van de Vrienden van de Red Star Line, RSL.IB.0001.2499. 7. Van Hove, 1927-1928, p. 2. 39. Fred Hart vermeldt in zijn reisdagboek dat de logboeken gratis 8. Van Hove, 1927-1928, p. 3. verkrijgbaar waren, zie RSL.IB.0001.2516, p. 110. 9. Van Hove, 1927-1928, p. 3. 40. Berekend op basis van passagierslijsten van de eerste, vierde en zesde 10. Citaat uit het Engels vertaald, uit het reisdagboek van mevrouw wereldcruise van de Belgenland in 1924-1925, 1927-1928 en Anderson over haar Méditerranée-cruise van 16 tot 29 juli 1932, 1929-1930. De officiële gegevens (379 passagiers, 23 cruisestaf en RSL.IB.0001.2638, p. 11. Met dank aan Jolien Tegenbos voor haar 620 bemanningsleden) voor de vijfde wereldcruise werden ook inhoudsanalyse van dit dagboek. gepubliceerd in de World Cruise News, nr. 13, 9 januari 1929, 11. Van Hove, 1927-1928, p. 5. RSL.IB.0001.2499.001. 12. Citaat uit het Engels vertaald, uit het dagboek van Fred Hart, 41. Coons en Varias, 2003, p. 67. RSL.IB.0001.2516, p. 109. 42. Berekening gebaseerd op zeven luxepassagierslijsten: 13. Citaat uit het Engels vertaald, uit het reisdagboek van mevrouw RSL.IB.0001.0594, RSL.IB.0001.0602, RSL.IB.0001.0603, Anderson over haar Méditerranée-cruise van 16 tot 29 juli 1932, RSL.IB.0001.0611, RSL.IB.0001.0617-0619. RSL.IB.0001.2638, p. 8. 43. Maxtone-Graham, 1997, p. xxvi-xxvii. 14. Op de passagierslijst is zijn naam doorgehaald met toevoeging 44. Maxtone-Graham, 1997, p. 250-254. Lost at sea. 24/12/1927, zie https://archive.org/stream/ 45. Ook vermeld in het reisdagboek van mevrouw Anderson over haar passengercrewlis4253unit#page/n811, geraadpleegd op 8 april 2016. Méditerranée-cruise van 16 tot 29 juli 1932, RSL.IB.0001.2638, p. 23. 15. Van Hove, 1927-1928, p. 9-10. 46. Steel, 2011, p. 77; Coons en Varias, 2003, p. 69 en 76. 16. Steel, 2011, p. 71-72; Maxtone-Graham, 1997, p. xxvi. 47. Coons en Varias, 2003, p. 89-98. 17. ‘Far East an open book to captain’, World Cruise News, nr. 1, 48. Steel, 2011, p. 71. 21 december 1929, RSL.IB.0001.2499.001. 49. Loonbrief voor Méditerranée-cruise op de Belgenland van 9 december 18. ‘Surgeon has won place as an artist’, World Cruise News, nr. 21, 1923 tot 16 maart 1924, RSL.IB.0001.2523. 23 januari 1930, RSL.IB.0001.2499.001. 50. Loonbrief voor Méditerranée-cruise op de Lapland van 13 tot 24 april 19. ‘Philosophy in verse his hobby’, World Cruise News, nr. 3, 1933, RSL.2008.007.004. 26 december 1929, RSL.IB.0001.2499.001. 51. Loonstrookjes voor diensten aan boord van de Zeeland, Westernland 20. Steel, 2011, p. 77. en Belgenland, 1925-1933, RSL.IB.0001.2499.040-043. 21. Reisdagboek van mevrouw Anderson over haar Méditerranée-cruise 52. Voor omrekening naar prijzen vandaag zie Historical UK inflation van 16 tot 29 juli 1932, RSL.IB.0001.2638, p. 22-24. rates and calculator, http://inflation.stephenmorley.org/, geraadpleegd 22. RSL.IB.0001.2515.002. op 08.04.2016. 23. Maxtone-Graham, 1997, p. xxvi-xxvii. 53. Prijzen volgens brochure voor wereldcruises op de Belgenland, 24. ‘Knows his East’, World Cruise News, nr. 46, 1 april 1930, zie ook overzicht van cruises in bijlage. RSL.IB.0001.2499.001. 54. Coons en Varias, 2003, p. 77; Steel, 2011, p. 72. 25. ‘Born a sea cook’, World Cruise News, nr. 47, 2 april 1930, 55. Bijvoorbeeld brochure World Cruise Red Star Liner De Luxe RSL.IB.0001.2499.001. Belgenland, RSL.2011.021.058, p. 108. 26. Citaat uit het Engels vertaald, uit het reisdagboek van mevrouw 56. World Cruise News, nr. 14, 10 januari 1930. Anderson over haar Méditerranée-cruise van 16 tot 29 juli 1932, 57. Loonstrookjes voor diensten aan boord van de Zeeland, Westernland RSL.IB.0001.2638, p. 5. en Belgenland, 1925-1933, RSL.IB.0001.2499.040-043. 27. Coons en Varias, 2003, p. 67-68. 58. Prijzen volgens brochure voor Méditerranée cruises met de Lapland in 28. Maxtone-Graham, 1997, p. 255-261. 1933, RSL.IB.0001.1495. 29. Coons en Varias, 2003, p. 71-74. 59. Van Hove, 1927-1928, p. 14-17. 30. Citaat uit het Engels vertaald, uit het reisdagboek van mevrouw 60. Reisdagboek van Fred Hart tijdens de wereldcruise van de Belgenland Anderson over haar Méditerranée-cruise van 16 tot 29 juli 1932, in 1928-1929, RSL.IB.0001.2516, p. 138-139. RSL.IB.0001.2638, p. 3. 61. Van Hove, 1927-1928, p. 18-19. 31. ‘Born a sea cook’, World Cruise News, nr. 47, 2 april 1930, 62. Van Hove, 1927-1928, p. 36-38. RSL.IB.0001.2499.001. 63. Van Hove, 1927-1928, p. 44. 32. Van Hove, 1927-1928, p. 12-13. 64. Van Hove, 1927-1928, p. 44-45. 33. Finch, 1988, p. 102-103. Hierover verscheen zelfs een artikel in de 65. Van Hove, 1927-1928, p. 46. pers: ‘Comely widow and rich weds ship’s steward’, The Evening News, 66. Carl Kay, My trip around the world. The good ship Belgenland sailing 22 april 1927. from N.Y. Dec. 15th 1930, privébezit van Jed J. Rogers, Austin, Texas,

162 maar gedigitaliseerd door de Kalamazoo Public Library, zie https:// 34. Citaat vertaald uit het Engels, uit RSL.IB.0001.2638, p. 37. issuu.com/kalamazoo-public-library/docs/carl-kay-journal- 35. Citaat vertaald uit het Engels, uit RSL.IB.0001.2638, p. 43. combined-4?e=3797024/2594834, geraadpleegd op 08.04.2016. 36. Citaat vertaald uit het Engels, uit RSL.IB.0001.2638, p. 44. Notities op 8 februari 1931. 37. Citaat vertaald uit het Engels, uit Maxtone-Graham, 1997, p. 80. 67. Van Hove, 1927-1928, p. 57-59. 38. Coons, 2008, p.155. 68. Maxtone-Graham, 1997, p. 256. 69. Op de passagierslijst staat hij geregistreerd als deserting seaman, Het interbellum. Een wereld van contrasten (1919-1939) zie https://archive.org/stream/passengercrewlis4253unit#page/n807, 1. Clements, 2015, p. 29-30. Lees ook het autobiografische fragment: geraadpleegd op 07.04.2016. Lindbergh, 2002, p. 171-183. 70. Van Hove, 1927-1928, p. 64-67. 2. Literatuur ten overvloede over deze periode. Enkele voorbeelden: Kyvig, 2004; Clements, 2015; Kallen, 2002. ‘Bring back a new self!’ Vrouwen aan boord van 3. Een analyse van die economische crisis in: Touwen, 2011, p. 201-207. de Red Star Line-cruises 4. Clements, 2015, p. 54. 1. Catherine Bates-Stephens, ‘For small means and great ambitions. 5. Kyvig, 2004, p. 62-67. A letter from a young woman to a girlfriend’, in brochure Tourist third 6. Kyvig, 2004, p. 27-37; Clements, 2015, p. 57-58. cabin, RSL.IB.0001.0255, p. 6-7. 7. Zuelow, 2016, p. 119-121. 2. Citaat vertaald uit het Engels, uit The Ocean Ferry, februari 1926, p. 12. 8. Clements, 2015, p. 71; Bachin en Donnelly, 2012, p. 175-182; 3. The Ocean Ferry, februari 1926, p. 12. Sakolski, 2002, p. 50-58. 4. Allen, 1931. 9. Coons en Alexander, 2003, p. 9-14 en 28-31. 5. We vertrekken van de Amerikaanse case omdat de meerderheid van 10. Citaat vertaald uit het Engels, geciteerd in Coons en Varias, 2003, p. 26. de passagiers Amerikaans was. Een gelijkaardige sociale en culturele 11. Gough, 2011, p. 269. ontwikkeling vond plaats in Europa. 12. Coons en Varias, 2003, p. 55-56. 6. Citaat vertaald uit het Engels, uit Fitzgerald, 2012, p. 54. 13. Kyvig, 2004, p. 91-100. 7. Citaat vertaald uit het Engels, uit Fitzgerald, 2012, p. 156. 14. Kyvig, 2004, p. 80-88. 8. Rinaldi, 2005, p. 7. 15. Clements, 2015, p. 63. 9. Over de reële impact van het 19de amendement op de vrouwenstrijd 16. Kyvig, 2004, p. 9. lees Freedman, 1974. 17. Kyvig, 2004, p. 3; Berns 2002, p. 100-107. 10. Citaat vertaald uit het Engels, uit Dumond, 1937, p. 35. 18. Kyvig, 2004, p. 4. 11. Coons en Varias, 2003, p. 109. 19. Citaat vertaald uit het Engels, uit Allen, 2000, p. 130. 12. Citaat vertaald uit het Engels, uit de reisgids Strange places and 20. Allen, 2000, p. 130. strange faces uit 1929, RSL.2011.021.105, p. 17. 21. Touwen, 2011, p. 185-222. 13. Percentage berekend op basis van passagierslijsten van de eerste, 22. Kyvig, 2004, p. 53-70. vierde en zesde wereldcruise van de Belgenland in 1924-1925, 23. Touwen, 2011, p. 203; Clements, 2015, p. 83. 1927-1928 en 1929-1930. De officiële gegevens (379 passagiers, 24. Clements, 2015, p. 71-72. 23 cruise staf en 620 bemanningsleden) voor de vijfde wereldcruise 25. Touwen, 2011, p. 204. werden ook gepubliceerd in de World Cruise News, nr. 13, 9 januari 26. Lamberts, 2012, p. 289. 1929, RSL.IB.0001.2499.001. 27. Touwen, 2011, p. 204-207. 14. The Ocean Ferry, ‘Belgenland special’, 1925, p. 28. 28. Geciteerd in Clements, 2015, p. 105. 15. The Ocean Ferry, december 1925, p. 14. 29. Houtman en Cuyvers, 1999, p. 384. 16. Stanley, 2010, p. 65. 30. Houtman en Cuyvers, 1999, p. 380-381. 17. Citaat vertaald uit het Engels, uit Maxtone-Graham, 1997, p. 50. 31. Clements, 2015, p. 162. 18. Citaat vertaald uit het Engels, uit Maxtone-Graham, 1997, p. 79. 32. Zuelow, 2016, p. 125-126 19. Citaat vertaald uit het Engels, uit Stueve, 1925, p. 8. 33. Gough, 2011, p. 269. 20. Citaat vertaald uit het Engels, uit Maxtone-Graham, 1997, p. 118. 34. Coons en Varias, 2003, p. 21-22 en 59. 21. Citaat vertaald uit het Engels, uit Stueve, 1925, p. 17. 35. Kyvig, 2004, p. 126-127 22. Citaat vertaald uit het Engels, uit Stueve, 1925, p. 114. 36. Houtman en Cuyvers, 1999, p. 373-375. 23. Citaat vertaald uit het Engels, uit Stueve, 1925, p. 26. 37. Houtman en Cuyvers, 1999, p. 376. 24. Apostol, 2007-2008, p. 374. 38. Lamberts, 2012, p. 289-290. 25. Apostol, 2007-2008, p. 377. 39. Houtman en Cuyvers, 1999, p. 384. 26. Citaat vertaald uit het Engels, uit Crane-Gartz, 1929, inleiding. 40. Koshar, 2002, p. 218-224. 27. Citaat vertaald uit het Engels, uit Crane-Gartz, 1929, p. 29. 41. Houtman en Cuyvers, 1999, p. 384. 28. Citaat vertaald uit het Engels, uit The Ocean Ferry, ‘Belgenland 42. König, 2003, p. 269-289. special’, 1925, p. 30. 43. Koshar, 2002, p. 217; Koshar, 2000, p. 121-122. 29. Maxtone-Graham, 1997, p. 224. 44. Koshar, 2000, p. 121-125; Baranowski, 2005, p. 125-143; Semmens 30. Stueve, 1925, p. 26. 2005, p. 145-152. 31. The Ocean Ferry, ‘Belgenland special’, 1925, p. 30. 45. Koshar, 2000, p. 121-125; Baranowski, 2005, p. 125-143; Semmens 32. Reisdagboek van mevrouw Anderson over haar Méditerranée-cruise 2005, p. 145-152. van 16 tot 29 juli 1932, RSL.IB.0001.2638, p. 2. 46. Wilson, 2002, p. 75-87. 33. RSL.IB.0001.2638, p. 3.

163 Een wereld van bestemmingen. Een wereld van reizen 1956-62, NMM, E/Cunard/Brochures. 1. United Nations World Tourism Organization, World Tourism 41. Cunard Steam Ship Company Ltd., Getting There is Half the Fun, Barometer, Vol.14 (Madrid 2016). reclamebrochure, SSSM, 2003.33.257. 2. United Nations World Tourism Organization, Tourism towards 2030. 42. Braasch, 2011. A global view (Madrid 2011). 43. Zie bijvoorbeeld: Seidl, Guilano and Pratt, 2007. 3. McKercher, 2015, p. 8. 44. Braasch, 2011. 4. Zie Schultz, 2003. Dit boek zou de trend voor dit genre reisgidsen 45. Brinnin en Gaulin, 1988. gelanceerd hebben. 5. Verschillende auteurs grijpen terug op de continuïteit van reizen door Reizen naar Egypte. Van de negentiende eeuw tot de eeuwen heen die uitgaat van het narratief dat voortvloeit uit de de Tweede Wereldoorlog zeven wereldwonderen van de antieke wereld. Zie bijvoorbeeld: 1. Urry, 1990. Towner, 1985. 2. Over de Egyptische tentoonstelling tijdens de Great Exhibition van 6. Unesco World Heritage List - http://whc.unesco.org/en/list voor 1851 in Londen en de wereldtentoonstelling van 1889 in Parijs zie een complete lijst en verdeling. Mitchell, 1991, p. 1-21. 7. Zie bijvoorbeeld Towner, 1996; Walton, 2005. 3. Mitchell, 1991, p. 21. 8. Sheller en Urry, 2004. 4. Mitchell, 1991, p. xiv. 9. Zie bijvoorbeeld Heidenreich and Plaza, 2015. 5. Mitchell, 1991, p. 24. 10. Steeds vaker promoten touroperators reisbestemmingen zoals ze in 6. Gregory, 1999; Gregory, 2001; Gregory, 2003. films en op televisie worden voorgesteld. Zie bijvoorbeeld Beeton, 7. Zie Reid, 2002; Gregory, 2003. 2015; Hao en Ryan, 2013. 8. Deze paragraaf en de volgende twee zijn gebaseerd op Hazbun, 2007. 11. Robinson, 2005. 9. Gregory, 1999, p. 140. 12. Waugh, 1995, p. 13. 10. Speciale correspondentie van de New York Daily Times, ‘The Nile’, 13. Een goed verslag is te vinden in Parsons, 2007. New York Daily Times, 12 augustus 1857, p. 2. 14. Robinson, 2004. 11. Butler, 1905, p. 55 zoals geciteerd in Gregory, 1999, p. 121. 15. Robinson en Silverman, 2015. 12. Steevens, 1898, p. 215. 16. Davison en Ryley, 2010. 13. Zie Gregory, 2003. 17. Jacobsen, 2003. 14. Sladen, 1911, p. 332 zoals geciteerd in Gregory, 2015, p. 134. 18. Jaakson, 2004. 15. Reid, 2015, p. 145. 19. Molz, 2012. 16. ‘Tourist tide to Egypt’, The New York Times, 25 december 1921. 20. National Geographic, juni 1926. 17. ‘Tourist rush to Egypt’s tombs’, The New York Times, 4 februari 1923. 21. Withey, 1998. 18. Reid, 2015, p. 143. 22. Norris Nicholson, 2009. 19. ‘Tourist rush to Egypt’s tombs’, The New York Times, 4 februari 1923. 23. Zie bijvoorbeeld: Fussell, 1980; Coons and Varias, 2003. 20. Reid, 2015, p. 139. 24. National Geographic, april 1928. 21. ‘Americans on tour save Cairo season’, The New York Times, 25. Voor een discussie zie: Tomlinson, 2009. 17 mei 1925. 26. De ontwikkeling van sociale verhoudingen als onderdeel van de reis 22. Reid, 2015, p. 148. wordt goed besproken in de context van treinreizen. Zie Schivelbusch, 23. Lorenz, s.d., p. 3. 1986. 24. Lorenz, s.d., p. 3. 27. Maxtone-Graham, 1985. 25. Strange places and strange faces, p. 28. 28. Brinnin en Gaulin, 1988. 26. Strange places and strange faces, p. 33. 29. Het fenomeen tourist gaze werd in 1990 voor het eerst verspreid door 27. Strange places and strange faces, p. 33. de Britse socioloog John Urry. Zie Urry and Larsen, 2011. 28. Strange places and strange faces, p. 19. 30. Braasch, 2011. 29. Strange places and strange faces, p. 51. 31. Brochure The 1924 cruise the luxe to the Mediterranean, Thomas Cook 30. Lorenz, s.d., p. 38-41. & Son, RSL.IB.0001.0227, p. 5. 31. Reisdagboek van mevrouw Anderson over haar Méditerranée-cruise 32. British Airways, Concorde. Cross the Atlantic in 3 ½ Hours, van 16 tot 29 juli 1932, RSL.IB.0001.2638, p. 13. reclameborchure, s.d., BAA&M, British Airways, Concorde, 15086. 32. Brochure To the Mediterranean: The 1924 cruise de luxe, 33. Voortbouwend op het werk van de Franse socioloog Marc Auge over RSL.IB.0001.2642, p. 5. non-places, verwijzen Aubert-Gamet en Cova naar de idee van 33. Brochure To the Mediterranean: The 1924 cruise de luxe, servicescapes waar het deze functionele ruimtes betreft. RSL.IB.0001.2642, p. 5. Zie Aubert-Gamet en Cova, 1999. 34. Brochure The Mediterranean and Egypt voor de cruises van de 34. Davison en Ryley, 2010. Adriatic (White Star Line) en de Lapland (Red Star Line), 35. Wajcman, 2015. RSL.IB.0001.0236, p. 20 and 22. 36. Molz, 2009. 35. Brochure To the Mediterranean: The 1924 cruise de luxe, 37. Rickly-Boyd, Knudsen en Braverman, 2014. RSL.IB.0001.2642, p. 5. 38. See Fullagar, Markwell en Wilson, 2012. 36. Zie Wharton, 2001. 39. http://www.statista.com/topics/1004/cruise-industry/, geraadpleegd 37. Zie McAlister, 2005. op 16.04. 2016. 40. Cunard Steam Ship Company Ltd., Atlantic Fairway, reclameboekje,

164 Homo Touristicus. Een geschiedenis met zevenmijlslaarzen 49. Denolf, 2003, p. 31-45; De Wever, 1998, p. 3478-3483. 1. De World Travel & Tourism Council maakt jaarlijks een rapport op 50. Verhoeven, 2010; Vermandere, 2010, p. 112-135; Beyaert, 2006, over de economische waarde van toerisme. De cijfers zijn afkomstig p. 206; Gobyn, 1998, p. 60-63. uit het verslag van 2015: http://www.wttc.org/research/economic- 51. Rugh, 2008, p. 1-14. research/economic-impact-analysis, geraadpleegd op 07.04.2016. 52. Beyaert, 2006, p. 214. 2. Leiper, 1983, p. 277-281. 53. Aledo, 2011, p. 111-139. 3. Verhoeven, 2013, p. 262-283. 54. Verhoeven, [verwacht voor 2017]. 4. Dictionnaire de l’Académie Française (Parijs 1878) III: p. 866. 55. Lyth, 2003, p. 111-122. 5. Lees over dat Romeinse toerisme onder meer Lomine, 2005, p. 69-87; Van der Vliet, 2004, p. 292-297. 6. Een algemene inleiding is Van Herwaarden, 2003. Meer informatie over pelgrims in Venetië in Davis, 2003, p. 119-132. 7. Black, 2003; Sweet, 2012. 8. Verhoeven, 2015; Leibetseder, 2004. 9. Levillain, 2006, p. 61-70 10. Gilbert, 1999, p. 279-297; Spring, 2006, p. 21-43. 11. Gilbert, 2006, p. 77-107. 12. Grenier, 2005, p. 17-38. 13. Corbin ,1988, p. 88-94; Walton, 2001, p. 274-275. 14. MacKaman, 2001, p. 35-62. 15. Gobyn, 1988, p. 36-55. 16. Furnée, 2011, p. 33-49; Gobyn, 1988, p. 40. 17. Coons en Varias, 2003, p. 8-9. 18. Zuelow, 2016, p. 51-54. 19. Constandt 2003, p. 85-91. 20. Koshar, 2000, p. 1-16; Koshar, 1998, p. 323-340. 21. Citaat vertaald uit het Engels, geciteerd in Zuelow, 2016, p. 78. Lees over het effect ook Urry, 2002, p. 1-2. 22. Zuelow, 2016, p. 86-87. 23. Harrington, 2004, p. 22-45. 24. Zuelow, 2016, p. 64-65. Een vroeg Nederlands voorbeeld is Stegehuis 2013, p. 331-354. 25. Lees over die langzame democratisering van Brits toerisme Walton 2000, p. 27-32. 26. Constandt, 1986, p. 20. 27. Verhoeven, 2010; Beyaert 2006, p. 206. 28. Citaat uit het Frans vertaald, uit Constandt, 1986, p. 48. 29. Beyaert, 2006, p. 206; Constandt, 2006, p. 20-26. 30. Anderson, 2012, p. 259-279. 31. Zuelow, 2016, p. 103. 32. Zuelow, 2016, p. 109. 33. Shaffer, 2001, p. 93-129; Sears, 1998, p. 12-48. 34. Cocks, 2001, p. 9-40 en 143-173; Blake, 2012, p. 197-201; Gilbert, 2006, p. 78-79. 35. Citaat vertaald uit het Engels, geciteerd in Zuelow, 2016, p. 109. 36. Coons en Varias, 2003, p. 8-9. 37. Gilbert, 2006, p. 77-107. 38. Neirinckx, 2006, p. 24-39; Harrington, 2004, p. 22-45. 39. Zuelow, 2016, p. 125-126. 40. Zuelow, 2016, p. 121-126. 41. Gough, 2011, p. 269. 42. Coons en Varias, 2003, p. 29-31. 43. Zuelow, 2016, p. 134-137; Hom, 2012, p. 281-300. 44. Baranowski, 2005, p. 125-143. 45. Koshar, 2000, p. 129-134; Semmens, 2005, p. 145-152. 46. Koshar, 2000, p. 116-125; Baranowski, 2005, p. 125-143. 47. Cross, 1989, p. 599-621. 48. Stroobants en Verhoeven, 2010; Gobyn, 1988, p. 60-63; Beyaert, 2006, p. 203-227; Vermandere, 2010, p. 75-92.

165

CHRONOLOGISCH OVERZICHT VAN RED STAR LINE-CRUISES

TYPE CRUISE1 TOUROPERATOR SCHIP DATUM VERTREK PRIJS vanaf 2 DUUR ITINERARIUM (havens) (charter of samenwerking) (in dagen)

Méditerranée Frank C. Clark Friesland 29/01/1895 prijs onbekend 60 (?) New York – Bermuda – Zuid-Spanje – Noord-Afrika – Egypte – het Heilig Land – Turkije – Griekenland – Italië – Franse Rivièra – New York Méditerranée Frank C. Clark Friesland 29/01/1896 prijs onbekend 64 New York – Bermuda – Zuid-Spanje – Noord-Afrika – Egypte – het Heilig Land – Turkije – Griekenland – Italië – Franse Rivièra – New York West-Indië (Caraïben) Red Star Line Lapland 24/01/1914 175 dollar 28 New York – Port-au-Prince – Kingston – Panama – La Guaira – Port of Spain – Barbados – Fort-de-France – St. Thomas – San Juan – Nassau – New York West-Indië (Caraïben) Red Star Line Lapland 25/02/1914 175 dollar 28 New York – Havana – Guantanamo – Port-au-Prince – Kingston – Panama – La Guaira – Port of Spain – Barbados – Fort-de-France – St. Thomas – San Juan – New York Zuid-Amerika Gates Tours Kroonland 21/01/1915 450 dollar 82 New York – Havana – Kingston – Colon – Panama City – Mollendo – Arica – Antofogasta – Valparaiso – Punta Arenas – Buenos Aires – Montevideo – Santos – Rio de Janeiro – Bahia – Pernambuco – Para – Port of Spain – Brighton – St. Pierre – St. Thomas – San Juan – New York Zuid-Amerika Gates Tours Lapland 23/01/1915 400 dollar 78 New York – Havana – Kingston – Colon – Panama City – Payta – Callao – Mollendo – Lota – Buenos Aires – Montevideo – Santos – Rio de Janeiro – Bahia – Pernambuco – Para – Port of Spain – Brighton – St. Pierre – St. Thomas – San Juan – Nassau – New York Méditerranée IMMC Lapland 18/01/1923 prijs onbekend 45 (?) New York – Madeira – Gibraltar – Algiers – Monaco – Napels – Alexandrië – Haifa – Athene – New York Méditerranée IMMC Lapland 10/03/1923 prijs onbekend 45 (?) New York – Madeira – Gibraltar – Algiers – Monaco – Napels – Alexandrië – Haifa – Athene – New York Méditerranée Thomas Cook & Son Belgenland 19/01/1924 prijs onbekend 67 New York – Madeira – Cadiz – Gibraltar – Algiers – Tunis – Napels – Athene – Istanbul – Alexandrië – Napels – Monaco Gibraltar – New York Méditerranée IMMC Lapland 05/03/1924 prijs onbekend 11 New York – Madeira – Gibraltar – Algiers – Monaco – Napels – Athene – Haifa – Alexandrië – New York Wereldcruise American Express Company Belgenland 04/12/1924 2000 dollar 133 New York – Havana – Hilo – Honolulu – Yokohama – Kobe – Shanghai – Hongkong – Manila – Jakarta – Singapore – Calcutta – Colombo – Mumbai – Port Soedan – Port Tewfik Alexandrië – Napels – Monaco – Gibraltar – New York Méditerranée IMMC Lapland 17/01/1925 prijs onbekend 47 New York – Madeira – Gibraltar – Algiers – Monaco – Napels – Athene – Haifa – Alexandrië – Napels – Monaco – New York Méditerranée IMMC Lapland 08/03/1925 prijs onbekend 47 New York – Madeira – Gibraltar – Algiers – Nice – Monte Carlo – Napels – Athene – Istanbul – Haifa – Alexandrië – Caïro – Monaco – New York Wereldcruise American Express Company Belgenland 25/11/1925 2000 dollar 133 New York – Havana – Balboa – Panama – Los Angeles – San Francisco – Hilo – Honolulu – Yokohama – Tokyo – Nikko – Kamakura – Kobe – Nara – Kyoto – Shanghai – Hongkong – Manila – Java – Singapore – Calcutta – Colombo – Mumbai – Port Sudan – Port Tewfik – Caïro – Alexandrië – Napels – Monaco – Gibraltar – New York

168 Méditerranée IMMC Lapland 16/01/1926 690 dollar 45 New York – Madeira – Gibraltar – Algiers – Monaco – Napels – Athene – Dardanelles – Istanbul – Haifa – Alexandrië – Syracuse – Napels – Monaco – Gibraltar – New York Méditerranée IMMC Lapland 06/03/1926 690 dollar 45 New York – Madeira – Gibraltar – Algiers – Monaco – Napels – Athene – Dardanelles – Istanbul – Haifa – Alexandrië – Syracuse – Napels – Monaco – Gibraltar – New York Méditerranée IMMC Lapland 08/07/1926 600 dollar 52 New York – Madeira – Algiers – Napels – Venetië – Trieste – Ragusa – Kotor – Corfu – Genua – Monaco – Barcelona – Gibraltar – Cadiz – New York Wereldcruise American Express Company Belgenland 25/11/1926 2000 dollar 132 New York – Havana – Balboa – Panama – Los Angeles – San Francisco – Hilo – Honolulu – Yokohama – Tokyo Nikko – Kamakura – Kobe – Nara – Kyoto – Shanghai – Hongkong – Manila – Java – Singapore – Calcutta – Colombo – Kandy – Mumbai – Port Sudan – Port Tewfik – Caïro – Alexandrië – Napels – Monaco – Nice – Gibraltar – New York Méditerranée IMMC Lapland 15/01/1927 695 dollar 46 New York – Madeira – Gibraltar – Algeria – Monaco – Napels – Athene – Istanbul – Haifa – Alexandrië – Syracuse – Napels – Monaco – Gibraltar – New York Méditerranée IMMC Lapland 05/03/1927 695 dollar 46 New York – Madeira – Gibraltar – Algeria – Monaco – Napels – Athene – Istanbul – Haifa – Alexandrië – Syracuse – Napels – Monaco – Gibraltar – New York Wereldcruise American Express Company Belgenland 14/12/1927 2000 dollar 134 New York – Los Angeles – San Francisco – Havana – Panama – Hilo – Honolulu – Yokohama – Kobe – Miyajima – Shanghai – Keelung – Hongkong – Manila – Bangkok – Jakarta – Singapore – Calcutta – Colombo – Mumbai – Port Soedan – Port Tewfik – Alexandrië – Athene – Napels Monaco – Gibraltar – New York Zuidelijke continenten IMMC Lapland 16/01/1928 1515 dollar 101 New York – Trinidad – Rio de Janeiro – Santos – Monte Video – Buenos Aires – Tristan da Cunha – Kaapstad – Port Elisabeth – Durban – Mozambique – Majunga – Dar Es Salaam – Zanzibar – Mombasa – Aden – Port Sudan – Port Tewfik – Alexandrië – Napels – Monaco – Gibraltar – New York Wereldcruise American Express Company Belgenland 17/12/1928 1750 dollar 108 New York – Los Angeles – San Francisco – Havana – Panama – Hilo – Honolulu – Yokohama – Kobe – Miyajima – Shanghai – Keelung – Hongkong – Manila – Bangkok – Jakarta – Singapore – Calcutta – Colombo – Mumbai – Port Soedan – Port Tewfik – Alexandrië – Athene – Napels – Monaco – Gibraltar – New York West-Indië (Caraïben) Red Star Line Lapland 31/01/1929 prijs onbekend 22 New York – Nassau – Kingston – Colon – Vera Cruz – Havana – New York West-Indië (Caraïben) Red Star Line Lapland 25/02/1929 prijs onbekend 22 New York – Bermuda – San Juan – Kingston – Havana – New York West-Indië (Caraïben) Red Star Line Lapland 16/03/1929 695 dollar 17 New York – Nassau – Havana – Kingston – San Juan – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) Red Star Line Lapland 06/04/1929 prijs onbekend 12 New York – Bermuda – Havana – Nassau Wereldcruise American Express Company Belgenland 20/12/1929 1750 dollar 132 New York – Los Angeles – San Francisco – Havana – Panama – Hilo – Honolulu – Yokohama – Kobe – Miyajima – Shanghai – Hongkong – Manila – Bangkok – Jakarta – Singapore – Calcutta – Colombo – Mumbai – Port Soedan – Port Tewfik – Alexandrië – Athene – Napels – Monaco – Gibraltar – New York West-Indië (Caraïben) Red Star Line Lapland 28/12/1929 175 dollar 11 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) Red Star Line Lapland 11/01/1930 175 dollar 11 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 25/01/1930 175 dollar 11 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 08/02/1930 175 dollar 11 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York

169 West-Indië (Caraïben) Red Star Line Lapland 22/02/1930 175 dollar 11 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 08/03/1930 175 dollar 11 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York Wereldcruise American Express Company Belgenland 15/12/1930 1750 dollar 134 New York – Havana – Panama – San Francisco – Los Angeles – Hilo – Honolulu – Yokohama – Kobe – Miyajima – Shanghai – Hongkong – Manila – Bangkok – Singapore – Jakarta – Padang – Colombo – Mumbai – Port Soedan – Port Tewfik – Alexandrië – Athene – Napels Monaco – Gibraltar – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 18/02/1931 193,50 dollar 19 New York – Nassau – Port-au-Prince – Kingston – Vera Cruz – Havana – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 11/03/1931 123,50 dollar 12 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 25/03/1931 143,50 dollar 14 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York Show Boat Cruise IMMC Lapland 18/07/1931 70 dollar 6 New York – Halifax – New York Show Boat Cruise IMMC Lapland 25/07/1931 70 dollar 6 New York – Halifax – New York Show Boat Cruise IMMC Lapland 01/08/1931 70 dollar 6 New York – Halifax – New York Show Boat Cruise IMMC Lapland 08/08/1931 70 dollar 6 New York – Halifax – New York Show Boat Cruise IMMC Lapland 15/08/1931 70 dollar 6 New York – Halifax – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 26/10/1931 prijs onbekend 4 New York – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 22/12/1931 prijs onbekend 4 New York – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 02/01/1932 prijs onbekend 4 New York – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 07/01/1932 125 dollar 12 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 21/01/1932 125 dollar 12 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 20/01/1932 prijs onbekend 16 New York – Havana – Panama – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 04/02/1932 125 dollar 12 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 06/02/1932 prijs onbekend 16 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 18/02/1932 125 dollar 12 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 24/02/1932 prijs onbekend 16 New York – Havana – Panama – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 03/03/1932 125 dollar 12 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 12/03/1932 prijs onbekend 10 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 17/03/1932 125 dollar 12 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 23/03/1932 prijs onbekend 10 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 05/04/1932 prijs onbekend 10 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Lapland 06/06/1932 prijs onbekend 4 New York – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 01/07/1932 prijs onbekend 4 New York – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) American Express Company Belgenland 09/07/1932 74 dollar 6 Halifax – New York – Bermuda – New York – Hailfax Méditerranée IMMC Lapland 16/07/1932 prijs onbekend 13 Londen – Algiers – Palma – Gibraltar – Lissabon – Londen West-Indië (Caraïben) American Express Company Belgenland 16/07/1932 74 dollar 6 Halifax – New York – Bermuda – New York – Hailfax West-Indië (Caraïben) American Express Company Belgenland 23/07/1932 74 dollar 6 Halifax – New York – Bermuda – New York – Hailfax Méditerranée IMMC Lapland 30/07/1932 prijs onbekend 13 Londen – Algiers – Palma – Gibraltar – Lissabon – Londen West-Indië (Caraïben) American Express Company Belgenland 30/07/1932 74 dollar 6 Halifax – New York – Bermuda – New York – Hailfax West-Indië (Caraïben) American Express Company Belgenland 06/08/1932 74 dollar 6 Halifax – New York – Bermuda – New York – Hailfax Méditerranée IMMC Lapland 13/08/1932 prijs onbekend 13 Londen – Algiers – Palma – Gibraltar – Lissabon – Londen West-Indië (Caraïben) American Express Company Belgenland 13/08/1932 74 dollar 6 Halifax – New York – Bermuda – New York – Hailfax West-Indië (Caraïben) American Express Company Belgenland 20/08/1932 74 dollar 6 Halifax – New York – Bermuda – New York – Hailfax West-Indië (Caraïben) American Express Company Belgenland 27/08/1932 74 dollar 6 Halifax – New York – Bermuda – New York – Hailfax Méditerranée IMMC Lapland 27/08/1932 prijs onbekend 13 Londen – Algiers – Palma – Gibraltar – Lissabon – Londen

170 West-Indië (Caraïben) Red Star Line Belgenland 02/09/1932 40 dollar 5 New York – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 27/12/1932 prijs onbekend 11 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 04/02/1933 177,50 dollar 15 New York – La Guaira – Curaçao – Colon – Kingston – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 25/02/1933 177,50 dollar 15 New York – La Guaira – Curaçao – Colon – Kingston – New York West-Indië (Caraïben) IMMC Belgenland 15/03/1933 177,50 dollar 15 New York – Havana – Nassau – Bermuda – New York Méditerranée Thomas Cook & Son Lapland 13/04/1933 1810 Belgische frank / 11 Londen – Lissabon – Madeira – Ceuta – Londen 13 Britse pond Méditerranée Thomas Cook & Son Lapland 03/06/1933 1950 Belgische frank / 13 Londen – Lissabon – Gibraltar – Alger – Palma – Londen 15 Britse pond Méditerranée Thomas Cook & Son Lapland 17/06/1933 2070 Belgische frank 14 Londen – Madeira – Las Palmas – Tenerife – St. Michaels – Londen Méditerranée Thomas Cook & Son Lapland 08/07/1933 1950 Belgische frank 13 Londen – Malaga – Palma – Barcelona – Ceuta – Londen Méditerranée Thomas Cook & Son Lapland 22/07/1933 1800 Belgische frank 13 Londen – Cadiz – Barcelona – Palma – Alger – Londen Méditerranée Thomas Cook & Son Belgenland 29/07/1933 3150 Belgische frank 19 Londen – Monte Carlo – Rome (Civitavecchia) – – Tunis – Londen Scandinavië Thomas Cook & Son Lapland 05/08/1933 2070 Belgische frank 15 Londen – Leith – Nordheimsund – Ulvik – Molde – Aandalsnaes – Ole – Hellesylt – Merok – Olden – Loen – Balholm – Mundal – Bergen – Londen Méditerranée Thomas Cook & Son Belgenland 19/08/1933 3150 Belgische frank 20 Londen – Monte Carlo – Rome (Civitavecchia) – Malta – Tunis – Londen Méditerranée Thomas Cook & Son Lapland 26/08/1933 2790 Belgische frank 20 Londen – Monte Carlo – Rome (Civitavecchia) – Napels – Malta – Tunis – Londen Méditerranée Thomas Cook & Son Lapland 16/09/1933 2070 Belgische frank 14 Londen – Palma – Barcelona – Malaga – Tanger – Vigo – Londen Canada IMMC Westernland 27/07/1934 prijs onbekend 10 New York – Halifax – New York Méditerranée Thomas Cook & Son Belgenland 28/07/1934 18 Guinies 13 Londen – Cadiz – Gibraltar – Tanger – Madeira – Lissabon – Londen Canada IMMC Pennland 10/08/1934 prijs onbekend 10 New York – Halifax – New York Méditerranée Thomas Cook & Son Belgenland 11/08/1934 18 Guinies 13 Londen – Algiers – Palma – Barcelona – Gibraltar – Londen Canada IMMC Westernland 24/08/1934 prijs onbekend 10 New York – Halifax – New York Méditerranée Thomas Cook & Son Belgenland 25/08/1934 prijs onbekend 20 Londen – Algiers – Istanbul – Athene – Messina – Cadiz – Londen Canada IMMC Pennland 07/09/1934 prijs onbekend 10 New York – Halifax – New York Canada IMMC Westernland 21/09/1934 prijs onbekend 10 New York – Halifax – New York

1. Dit chronologisch overzicht is samengesteld aan de hand van reisbrochures en advertenties in The Ocean Ferry uit de collecties van het Red Star Line Museum en de Stichting Vrienden van de Red Star Line. Met dank aan Mechteld Jungerius en Anaïs Masure voor het aanvullen van dit overzicht.

2. Een Britse pond van 1925 komt overeen met 68 euro vandaag, zie Historical UK inflation rates and calculator, http://inflation. stephenmorley.org/, geraadpleegd op 08.04.2016. Een dollar van 1925 zou nu een koopkracht hebben van ongeveer 13,50 dollar, zie https:// www.measuringworth.com/uscompare/relativevalue.php, geraadpleegd op 25.05.2016.

171 BIBLIOGRAFIE

A. Aledo, J.K. Jacobsen en L. Selstad, ‘Building tourism History 6:1 (2014) 1-15. Collection of Essays (Lincoln-Londen 1989). in Costa Blanca: second homes, second chances?’, in: J.E. Chaplin, ‘Planetary Power? The and T. Feys, ‘Making money off migration: Red Star Line Pedregal-Nogués (ed.), Culture and Society in Tourism the history of around-the-world travel’, Journal of Ame- and its floating bridges to the New World’, in:One Foot Contexts (Bingley 2012) 111-139. rican Studies, 47:1 (2003). in America (Antwerpen 2009) 71-98. F.L. Allen, ‘Flappers, fashion, and a new morality’, in: J.E. Chaplin, Round About the Earth: Circumnavigation T. Feys, ‘Trans-Atlantic migration at full steam ahead: S. Kallen (red.), The Roaring Twenties (San Diego 2002) from Magellan to Orbit (New York 2013). A flourishing and well-oiled multinational enterprise’, 128-140. P. Clements, Prosperity, Depression and the New Deal: in: Red Star Line Antwerp. 1873-1934 (Leuven 2013) F.L. Allen, Only Yesterday: an Informal History of the the USA 1890-1954 (Londen 2015). 32-44. Nineteen Twenties (1931). C. Cocks, Doing the Town. The Rise of Urban Tourism in E.W. Finch, The Red Star Line and International Mer- M. Anderson, ‘The development of British tourism in the United States, 1850-1915 (Berkeley 2001). cantile Marine Company (Antwerpen 1988). Egypt, 1815 to 1850’, in: Journal of Tourism History 4 M. Constandt, ‘De Lourdesreizen als alternatief voor F. Scott Fitzgerald, This Side of Paradise (herdruk (2012) 259-279. het “onzedig” kusttoerisme?’, Brood en Rozen 8 (2003) Londen 2012). J. Apostol, ‘From salon to soap-box: Kate Crane Gartz, 85-91. E.B. Freedman, ‘The new woman: changing views of parlor provocateur’, Southern California Quarterly 89:4 L. Coons en A. Varias, Tourist Third Cabin: Steamship women in the 1920s’, The Journal of American History (2007-2008) 373-390. Travel in the Interwar Years (Basingstoke 2003). 61:2 (1974) 372-393. V. Aubert-Gamet en B. Cova, ‘Servicescapes: from L. Coons, ‘From “Company Widow” to “New Woman”: S. Fullagar, K.W. Markwell en E. Wilson (red.), Slow modern non-places to postmodern common places’, female seafarers aboard the “floating palaces” of the In- Tourism: Experiences and Mobilities (Clevedon 2012). Journal of Business Research 44:1 (1999) 37-45. terwar years’, International Journal of Maritime History J.H. Furnée, ‘A Dutch idyll? Scheveningen as a seaside R. Bachin en J. Donelly, ‘Miami Beach’, in: M. Souther 20:2 (2008) 143-174. resort, fishing village and port, ca. 1700-1900’, in: P. en N. Bloom (red.), American Tourism. Constructing a R. Corbey, ‘Ethnographic Showcases, 1870-1930’, Cul- Borsay en J.K. Walton (red.), Resorts and Ports. Euro- National Tradition (Chicago 2012) 175-182. tural Anthropology 8:3 (1993) 338-369. pean Seaside Towns Since 1700 (Bristol 2011) 33-49. S. Barnanowki, ‘Radical nationalism in an international A. Corbin, Le territoire du vide. L’Occident et le désir du P. Fussell, Abroad. British Literary Travelling Between context: strength through joy and the paradoxes of rivage (1750-1840) (Parijs 1988). the Wars (Oxford 1980). Nazi tourism’, in: J.K. Walton (red.), Histories of Tou- K. Crane-Gartz, A Travel Diary (Pasadena 1929). D. Gilbert en C. Hancock, ‘ and the rism. Representation, Identity and Conflict (Clevedon G. Cross, ‘Vacations for all: the leisure question in transatlantic imagination. French and English tourism 2005) 125-143. the era of the popular front’, Journal of Contemporary and the spectacle of the modern metropolis, 1893-1939’, B. Beelaert en R. Vervoort, ‘Star boats: the Red Star History 24 (1989) 599-621. Journal of Urban History 33 (2006) 77-107. Line in Antwerp’, in: Red Star Line Antwerp 1873-1934 L. Davison en and T. Ryley, ‘Tourism destination pre- D. Gilbert, ‘London in all its glory – or how to enjoy (Leuven 2013) 18-28. ferences of low-cost airline users in the East Midlands’, London: guidebook representations of imperial B. Beelaert (red.), Red Star Line Antwerp 1873-1934 Journal of Transport Geography 18:3 (2010) 458–465. London’, Journal of Historical Geography 25 (1999) (Leuven 2013). R.C. Davis, ‘Pilgrim-Tourism in Late Medieval Venice’, 279-297. S. Beeton, Travel, Tourism and the Moving Image in: P. Findlen e.a. (red.), Beyond Florence. The Contours P. Gladden, ‘Marketing ocean travel: Cunard and the (Clevedon 2015). of Medieval and Early Modern Italy (Stanford 2003) White Star Line, 1910-1940’, Journal of Transport His- C. Berns, ‘Selling bootleg liquor in New York City’, in: 119-132. tory 35:1 (2014) 57-77. S. Kallen (red.), The Roaring Twenties (San Diego 2002) B. De Wever, ‘Vlaamse toeristenbond – Vlaamse auto- R. Gobyn, ‘Kuuroorden en badplaatsen in België, 16de- 99-107. mobilistenbond (VTB-VAB)’, in: Nieuwe Encyclopedie 20ste eeuw’, in: R. Gobyn (red.), Te kust en te kuur. M. Beyaert, ‘Het toerisme in België’, in: M. Beyaert, van de Vlaamse Beweging (Tielt 1998) III: 3478-3483. Badplaatsen en kuuroorden in België, 16de-20ste eeuw België in kaart. De evolutie van het landschap in drie M. Denolf, ‘En zij leerden hun volk reizen. De Arbei- (Brussel 1988) 9-67. eeuwen cartografie (Brussel 2006) 203-227. derstoeristenbond – De Natuurvrienden’, Brood en J.R. Goodall, Performance and Evolution in the Age of J. Black, Italy and the Grand Tour (New Haven 2003). Rozen 8 (2003) 31-45. Darwin. Out of the Natural Order (Londen/New York A. Blake, ‘New York, New York’, in: M. Souther en N. A. Dreesbach, Gezähmte Wilde. Die Zurschaustellung 2002). Bloom (red.), American Tourism. Constructing a Natio- ‘exotischer’ Menschen in Deutschland 1870-1940 (Frank- B.M. Gordon, ‘Warfare and tourism. Paris in World nal Tradition (Chicago 2012) 197-206. furt/New York 2005). War II’, Annales of Tourism Research 25 (1998) 616-638. B. Boyce, Around the World on the Belgenland (New L. Dujardin, Ethnics and Trade: Photography and the R. Gough, ‘“What I did on my summer vacation”: the York 1925). Colonial Exhibitions in Amsterdam, Antwerp and significance of tourism for American teachers, 1919- B. Braasch, Constructing a North Atlantic Seascape: Brussels [Rijksmuseum Studies in Photography, vol. 2] 1940’, Journal of Tourism History 3:3 (2011) 267-287. Tourist Crossings between 1947 and 1976 [Unpublished (Amsterdam 2007). D. Gregory, ‘Colonial nostalgia and cultures of travel: PhD Thesis, Centre for Tourism and Cultural Change] D.L. Dumond, Roosevelt to Roosevelt: the United States spaces of constructed visibility in Egypt’, in: Nezar (Leeds 2011). in the Twentieth Century (New York 1937). Alsayyad (red.), Consuming Tradition, Manufacturing P. Brendon, Thomas Cook: 150 years of Popular Tourism J. Dybiec, ‘Mark Twain’s The Innocents Abroad as a Heritage (Londen 2001). (Londen 1991). Post-tourist Travelogue?’, in: G. Moroz en J. Sztachelska D. Gregory, ‘Emperors of the gaze: photographic prac- J.M. Brinnin en K. Gaulin, Grand Luxe: the Transatlan- (red.), Metamorphoses of Travel Writing. Across Theories, tices and productions of space in Egypt, 1839-1914’, in: tic Style (New York 1988). Genres, Centuries and Literary Tradition (Cambridge Joan M. Schwartz en James Ryan (red.), Picturing Place: R.W. Bulliet e.a., The Earth and Its peoples. A Global 2010) 78-87. Photography and the Geographical Imagination (Londen History (Boston/New York 2001). Chr. Endy, ‘Travel and World Power: Americans in 2003). D.R. Burgess Jr., Engines of Empire: Steamships and the Europe, 1890–1917’, Diplomatic History 22:4 (1998) D. Gregory, ‘Scripting Egypt: orientalism and the cul- Victorian Imagination (Stanford 2016). 565-594. tures of travel’, in: J. Ducan and D. Gregory (red.), Wri- E. Butler, From Sketch-book and Diary (Londen 1905). P. Faber en S. Wachlin, ‘Mensen te kijk’, Spiegel Histori- tes of Passage: Reading Travel Writing (Londen 1999). D. Cashman, ‘Brass bands, icebergs and jazz: music ael 25:1 (1990) 2-9. K.H. Grenier, Creating Caledonia. Tourism and Iden- on passenger shipping 1880-1939’, Journal of Tourism Chr.F. Feest, Indians and Europe. An Interdisciplinary tity in Scotland, 1770-1914 (Aldershot 2005).

172 X. Hao en C. Ryan, ‘Interpretation, film language and West [catalogus bij gelijknamige tentoonstelling Schirn K. Meethan, ‘Touring the other: Buffalo Bill’s Wild tourist destinations: a case study of Hibiscus Town, Kunsthalle] (Frankfurt 2006). West in Europe’, Journal of Tourism History 2:2 (2010) China’, Annals of Tourism Research 42 (2013) 334-358. R. Koshar, ‘Germans at the wheel: cars and leisure tra- 117-132. R. Harrington, ‘“Beyond the bathing belle.” Images of vel in Interwar ’, in: R. Koshar (red.), Histories J. Melton, Mark Twain, Travel Books and Tourism: the women in interwar railway publicity’, Journal of Trans- of Leisure (Oxford/New York 2002) 215-230. Tide of a Great Popular Movement (Tuscaloosa 2002). port History 25 (2004) 22-45. R. Koshar, ‘What ought to be seen: tourists’ guidebooks D. Merrill, Negotiating Paradise. U.S. Tourism and W. Hazbun, ‘The East as an exhibit: Thomas Cook and national identities in modern Germany and Euro- Empire in Twentieth-century Latin America (Chapel & Son and the origins of the international tourism pe’, Journal of Contemporary History 33 (1998) 323-340. Hill 2009). economy in Egypt’, in: Philip Scranton en Jan Davidson R. Koshar, German Travel Cultures (Oxford 2000). T. Mitchell, Colonising Egypt (Berkeley 1991). (red.), The Business of Tourism: Place, Faith and His- R.H. Krans, ‘“Leaving New York February 6th”. Het J.G. Molz, ‘Representing pace in tourism mobilities: tory (Philadelphia 2007) 3-33. cruisebedrijf van de Holland-Amerika Lijn in de tijd staycations, slow travel and the amazing race’, Journal M. Heidenreich en B. Plaza, ‘Renewal through Culture? van de passagierslijnvaart’, Rotterdams Jaarboekje of Tourism and Cultural Change 7:4 (2009) 270-286. The role of museums in the renewal of industrial regi- (1997) 316-370. J.G. Molz, Travel Connections: Tourism, Technology, ons in Europe’, European Planning Studies 23:8 (2015) D.E. Kyvig, Daily Life in the United States, 1920-1940. and Togetherness in a Mobile World (Londen 2012). 1441-1455. How Americans Lived Through the ‘Roaring Twenties’ J. Nederveen Pieterse, Wit over zwart. Beelden van S.M. Hom, ‘Empires of tourism: travel and rhetoric in and the Great Depression (Chicago 2004). Afrika en zwarten in de Westerse populaire cultuur Italian colonial Libya and Albania, 1911-’43’, Journal of E. Lamberts, ‘België sinds 1830’, in: J. Blom en E. (Amsterdam 1990). Tourism History 4 (2012) 281-300. Lamberts (red.), Geschiedenis van de Nederlanden P. Neirinckx, Affiches op het spoor. Spoorwegaffiches in H. Houtman-De Smedt en L. Cuyvers, Vijf eeuwen (Amersfoort 2012). België, 1833-1985 (Tielt 2006). wereldeconomie (1500-2000) (Leuven 1999). M. Leibetseder, Die Kavalierstour. Adlige Erziehungs- H. Norris Nicholson, ‘Floating hotels: cruise holidays C. Hu, ‘Taiwanese aboriginal art and artifacts: entang- reisen im 17. und 18. Jahrhundert (Köln 2004). and amateur film-making in the Inter-war period’, in: led images of colonization and mordernization’, in: Y. N. Leiper, ‘An etymology of tourism’, Annals of Tourism D.B. Clarke, V. Crawford Pfannhauser en M.A. Doel Kikuchi (red.), Refracted Modernity. Visual Culture and Research 10 (1983) 277-281. (red.), Moving Pictures/Stopping Places: Hotels and Identity in Colonial Taiwan (Honolulu 2007) 193-216. H. Levillain, ‘Venise romantique: regards comparés des Motels on Film (New York 2009) 49-72. F.R. Hunter, ‘Tourism and empire: the Thomas Cook & voyageurs français et anglais’, in: C. Del Vento en X. N.T. Parsons, Worth the Detour: a History of the Guide- Son enterprise on the Nile, 1868-1914’, Middle Eastern Tabet (red.), Le mythe de Venise au XIXe siècle. Débats book (Phoenix Mill 2007). Studies 40:5 (2004) 28-54. historiographiques et représentations littéraires (Caen E. Pieterse, ‘Amerika binnen handbereik’, Wampum F.E. Hyde, Cunard and the North Atlantic, 1840-1973. 2006) 61-70. 11 [themanummer Indianen en Nederlanders] (1992) A History of Shipping and Financial Management (Lon- C. Lindbergh, ‘Lucky Lindy Lands in Paris’, in: S. 16-39. den/Basingstoke 1975). Kallen (red.), The Roaring Twenties (San Diego 2002) D.M. Reid, Contesting Antiquity in Egypt: Archaeolo- I. Inkster, ‘Anthropologies of enthusiasm: Charlotte 171-190. gies, Museums & the Struggle for Identities from World Salwey, Shinji Ishii, and Japanese colonialism in For- L. Lomine, ‘Tourism in Augustan Society (44BC- War I to Nasser (Cairo 2015). mosa circa 1913-1917’, Taiwan Journal of Anthropology AD69)’, in: J.K. Walton (red.), Histories of Tourism. D.M. Reid, Whose Pharaohs? Archaeology, Museums, 9:1 (2011) 67-97. Representations, Identity and Conflict (Clevedon 2005) and Egyptian National Identity from Napoleon to World R. Jaakson, ‘Beyond the tourist bubble? Cruiseship 69-87. War I (Berkeley 2002). passengers in port’, Annals of Tourism Research 31:1 D.E. Lorenz, Mediterranean Cruising (New York, Cos- J.M. Rickly-Boyd, D.C. Knudsen en L.C. Braverman, (2004) 44-60. mopoliatian Travel Service s.d.). Tourism, Performance, and Place: a Geographic Perspec- J.K.S. Jacobsen, ‘The tourist bubble and the europe- P. Louden-Brown, The White Star Line. An Illustrated tive (Abingdon 2014). anisation of holiday travel’, Journal of Tourism and History, 1869-1934 (tweede druk: Herne Bay 2001). R.A. Rinaldi, The United States Army in Cultural Change 1:1 (2003) 71-87. R. Loyen, Haven in de branding. De economische ontwik- (2005). A.E. Jordan, ‘Cruising’s classic past. Around the world keling van de Antwerpse haven vanaf 1900 (Leuven M. Robinson, ‘Narratives of being elsewhere: tourism in 108 days’, Cruise Travel 1 (1996). 2008). and travel writing’, in: A. Lew, A. Williams en M. Hall R. Kark, American Consuls in the Holy Land, 1832-1914 P. Lyth, ‘“Gimme a ticket on an airplane…”: the jet (red.), A Companion to Tourism Geography (Oxford (Jerusalem/Detroit 1994). engine and the revolution in leisure travel’, in: L. Tissot 2004) 303-315. R. Kark, ‘From pilgrimage to budding tourism: the role (red.), Development of a Tourist Industry (Neuchatel M. Robinson, ‘The trans-textured tourist: literature as of Thomas Cook in the rediscovery of the Holy Land in 2003) 111-122. knowledge in the making of tourists’, Tourism Recrea- the nineteenth century’, in: M. Wagstaff and Searight D.P. MacKaman, ‘The tactics of retreat. Spa vacations tion Research 30:1 (2005) 73-81. (red.) Travellers in the Levant: Voyagers and Visonaries and bourgeois identity in nineteenth-century France’, M. Robinson en H. Silverman, ‘Mass, modern, and (Londen 2001) 155-174. in: S. Baranowski en E. Furlough (red.), Being Else- mine: heritage and popular culture’, in: M. Robinson M. Keyser, ‘Wat van ver komt… De exotische mens where. Tourism, Consumer Culture, and Identity in en H. Silverman (red.), Encounters with Popular Pasts: tentoongesteld’, in: B.C. Sliggers en A.A. Wertheim, Modern Europe and North America (Ann Arbor 2001) Cultural Heritage and Popular Culture (New York De tentoongestelde mens. Reuzen, dwergen en andere 35-62. 2015) 1-30. wonderen der natuur (Zutphen 1993) 57-68. J. Maxtone-Graham, Titanic Survivor. The Memoirs of W.B. Roka, ‘Building the Titanic for Mr. Morgan: how A. Kindt en R. Vervoort, De Red Star Line: Violet Jessop, Stewardess (Stroud 1997). the rise of the American economy in the early twentieth vergane glorie! (Antwerpen/Rotterdam 1990). J. Maxtone-Graham, Liners to the Sun (2000). century created a travelling high society that spurred W. König, ‘Der Volksempfänger und die Radioindus- M. McAlister, Epic Encounters: Culture, Media & U.S. the development of the North Atlantic superliner’, Tra- trie. Ein Beitrag zum Verhältnis von Wirtschaft und Interests in the Middle East since 1945 (Berkeley 2005). versea: Journal of Transatlantic History 3 (2013) 61-76. Politik im Nationalsozialismus’, Vierteljahrschrift für B. McKercher, ‘Tourism: the quest for the selfish’, in: N. Rothfels, ‘Aztecs, aborigines, and ape-people: sci- Sozial- und Wirtschaftsgeschichte 90 (2003) 269-289. T.V. Singh (red.), Challenges of Tourism Research (Cleve- ence and freaks in Germany, 1850-1900’, in: R. Garland P. Kort e.a. (red.), I like America. Fictions of the Wild don 2015). Thomson (red.),Freakery. Cultural Spectacles of the

173 Extraordinary Body (New York/ Londen 1996) 158-172. B. Stroobants en G. Verhoeven, Met de trein. 175 jaar (red.), Being Elsewhere. Tourism, Consumer Culture, S. Rugh, Are We There Yet? The Golden Age of American sporen (Mechelen 2010). and Identity in Modern Europe and North America Family Vacations (Lawrence 2008). M.D. Stueve, A Woman’s Trip Around the World. (Ann Arbor 2001) 272-298. A.M. Sakolski, ‘Florida land Boom and Bust’, in: S. Kal- Around the Globe on the Belgenland (with illustrations) J.K. Walton, ‘Introduction’, in: J.K. Walton (red.), His- len (red.), The Roaring Twenties (San Diego 2002) 50-58. (s.l. 1925). tories of Tourism: Representation, Identity and Conflict M. Schaffer,See America First. Tourism and National R. Sweet, Cities and the Grand Tour. The British in Italy, (Clevedon 2005) 1–18. Identity, 1880-1940 (Washington 2001). c. 1690-1820 (Cambridge 2012). E. Waugh, Labels. A Mediterranean journal (Londen, W. Schivelbusch, The Railway Journey: the Industriali- Y. Takekoshi, Japanese Rule in Formosa (Londen 1907). paperback editie 1995). sation of Time and Space in the 19th Century (Berkeley J. Tomlinson, The Culture of Speed: the Coming of Im- A.J. Wharton, Building the Cold War: Hilton Internatio- 1986). mediacy (Londen 2009). nal Hotels and Modern Architecture (Chicago 2001). P. Schultz, 1000 Places to See Before You Die - A Trave- J. Touwen, ‘Expansie, stagnatie en globalisering: eco- D. Williams, ‘Introduction’, in: Our World Tour 1922- ler’s Life List (New York 2003). nomische ontwikkelingen’, in: K. Davids en M. ’t Hart, 1923. An Account of the First Ever World Cruise by a W.M. Schwarz, Anthropologische Spektakel. Zur Schaus- De wereld en Nederland. Een sociale en economische Passenger Liner (Liverpool 1990). tellung ‘exotischer’ Menschen, Wien 1870-1910 (Wenen geschiedenis van de laatste duizend jaar (Amsterdam J. Willink, De bewogen verzamelgeschiedenis van de 2001). 2011) 185-228. West-Centraal-Afrikaanse collecties in Nederland (1856- J.F. Sears, Sacred Places. American Tourist Attractions J. Towner, Annals of Tourism Research, Rousseau, the 1889) (Ridderkerk 2006). in the Nineteenth Century (Amherst 1998). Age of Enlightenment, and Their Legacies (Princeton James T. Wilson, Our Cruise in the Mediterranean S. Sebag Montefiore,Jerusalem. The Biography (Londen 1985). (Baltimore 1899). 2011). J. Towner, An Historical Geography of Recreation and W.E. Wilson, ‘The Ku Klux Klan takes Indiana’, in: S. A. Seidl, F. Guilano en L. Pratt, ‘Cruising for Colones: Tourism in the Western World, 1540-1940 (Oxford Kallen (red.), The Roaring Twenties (San Diego 2002) cruise tourism economics in Costa Rica’, Tourism Eco- 1996). 75-87. nomics 13:1 (2007) 67-85. J. Urry, The Tourist Gaze (Londen 1990). L. Withey, Grand Tours and Cook’s tours: a History of K. Semmens, ‘“Travel in Merry Germany”: tourism in J. Urry en J. Larsen, The Tourist Gaze 3.0 (Londen Leisure Travel, 1750-1915 (New York 1997). the Third Reich’, in: J.K. Walton (red.),Histories of Tou- 2011). E. Zuelow, A History of Modern Tourism (Londen 2016). rism. Representations,Identity and Conflict [Tourism F. Vancraeynest, De opkomst van de cruisescheepvaart. and Cultural Change 6] (Clevedon/Buffalo/Toronto Een Belgische casus: de Red Star Line [onuitgegeven 2005) 144-161. master thesis Universiteit Gent] (Gent 2015). M. Sheller en J. Urry, ‘Places to play, places in play’, in: E. Van der Vliet, ‘Het voeren van de heilige krokodil. M. Sheller en J. Urry (red.), Tourism Mobilities: Places to Toeristische reizen in het Romeinse rijk’, Spiegel Histo- Play, Places in Play (Londen 2004) 1-10. riael 39 (2004) 292-297. D. Sladen, Oriental Cairo (Londen 1911). J. van Herwaarden, Between Saint James and Erasmus B.C. Sliggers en A.A. Wertheim (red.), De tentoonge- (Leiden-Boston 2003). stelde mens. Reuzen, dwergen en andere wonderen der E. Van Hove, Wereld-reis 1927-1928 per S.S.‘Belgenland’ natuur (Zutphen 1993) – Red Star Line, RSL.2014.028.001. B.C. Sliggers (red.), De exotische mens. Andere culturen B. Van Oostveldt en S. Bussels, ‘De Antwerpse wereld- als amusement (Tielt 2009). tentoonstelling van 1894 als ambigu spektatel van de E. Spelkens, ‘Antwerp as a port of emigration 1842- moderniteit’, Tijdschrift voor Geschiedenis 125:1 (2012) 1913’, in: G. Kurgan-Van Hentenryk en E. Spelkens 4-19. (red.), Two Studies on Emigration Through the Port of G. Verhoeven, ‘“Les pèlerins de la saison sèche”. Colo- Antwerp (Brussel 1976) nial tourism in the Belgian Congo (1945-’60)’, Past and U. Spring, ‘The linear city: touring vienna in the nine- Present [verwacht voor 2017]. teenth century’, in: M. Sheller en J. Urry (red.), Mobile G. Verhoeven, ‘Foreshadowing tourism? Looking for Technologies of the City (Londen 2006) 21-43. modern and obsolete features – or a missing link – in J. Stanley, Women at Sea - Four Stewardesses in the early modern travel behaviour (1600-1750)’, Annals of 1930s (Liverpool 1987). Tourism Research 42 (2013) 262-283. J. Stanley, ‘The company of women’, in:The Northern G. Verhoeven, ‘Le train de plaisir. Sociaal toerisme en Mariner/Le Marin du Nord IX:2 (1999) 69-86. de spoorwegen’ (2010) op http://erfgoeddag.faronet. J. Stanley, ‘“Caring for the poor souls”. Inter-war se- be/nieuws/le-train-de-plaisir-sociaal-toerisme-en-de- afaring women and their pity for passengers’, in: M.G. spoorwegen. Reynolds en P.G. Letherby (red.), Gendered Journeys, G. Verhoeven, Europe within Reach. Netherlandish Tra- Mobile Emotions (Farnham 2009) 121-132. vellers on the Grand Tour and Beyond (Leiden 2015). J. Stanley: ‘We were skivvies/We had a ball: shame and M. Vermandere, We zijn goed aangekomen! Vakantieko- interwar ships’, Oral History 38:2 (2010) p. 64-74. lonies aan de Belgische kust [1887-1980] (Gent 2010). F. Steel, Oceania Under Steam. Sea Transport and the R. Vervoort, Red Star Line (Antwerpen 1999). Cultures of Colonialism, c. 1870-1914 (Manchester J. Wajcman, Pressed for Time: the Acceleration of Life in 2011). Digital Capitalism (Chicago 2015). F. Steel, ‘An ocean of leisure: early cruise tours of the M. Walsh, ‘Gender and travel. Mobilizing new perspec- Pacific in an age of Empire’,Journal of Colonialism and tives on the past’, in: M.G. Reynolds en P.G. Letherby, Colonial History 14:2 (2013) 1-12. Gendered Journeys, Mobile Emotions (Farnham 2009) G.W. Steevens, Egypt in 1898 (New York 1898). 5-18. A. Stegehuis, ‘Met Lissone op reis! De betekenis van J.K. Walton, The British Seaside. Holidays and Resorts de eerste reisorganisator in het Nederlandse toerisme, in the Twentieth Century (Manchester 2000). 1876-1927’, De Negentiende Eeuw 37 (2013) 331-354. J.K. Walton, ‘Consuming the beach. Seaside resorts R.S. Stoddard, ‘In Mediterranean lands’. The Cruise of and cultures of tourism in England and Spain from the the Friesland (Glens Falls 1896). 1840s to the 1930s’, in: S. Baranowski en E. Furlough

174 OVER DE AUTEURS

Bram Beelaert studeerde geschiedenis aan de Rijksuniversiteit An Lombaerts studeerde geschiedenis aan de Katholieke Univer- Gent en journalistiek aan de Vlaamse Economische Hogeschool siteit Leuven en cultuurmanagement aan de Universiteit Antwer- in Brussel. Hij is curator en onderzoeksleider bij het Red Star Line pen. Zij is verantwoordelijk voor de publiekswerking van het Red Museum in Antwerpen. Star Line Museum.

DeSoto Brown is historicus en archivaris van het Bernice Pauahi Mashid Modjaherin is fotografe. Zij studeerde af aan de Ko- Bishop Museum op Honololu. Hij is levenslang verzamelaar en ninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen (kaska). onderzoeker van kunst en materiële cultuur van Hawaï. Hij is In 2008 trok zij naar Lampedusa, voor een fotoreportage over de de auteur van verschillende boeken, waaronder Surfing: Historic bootvluchtelingen. In 2009 won een van haar foto’s de World Press Images from the Bishop Museum Archives (Honolulu 2006) en Ha- Photo-prijs. In 2014 maakte zij in opdracht van het Red Star Line waii Recalls: Selling Romance to America – Nostalgic Images of the Museum een fotoreportage over de reis naar Marokko in het kader Hawaiian Islands, 1910-1945 (Honolulu 1982). van de tentoonstelling ‘Home Sweet Home’. Mashid voert mo- menteel een onderzoeksproject uit aan de kaska over de visuele Ayfer Erkul is freelance journaliste. Zij studeerde pers en voor- representaties van vrouwelijke activisten na de Arabische Lente. lichting aan de hogeschool voor bedrijfsopleidingen in Hasselt en geschiedenis aan de Vrije Universiteit Brussel. Zij werkte van Mike Robinson is professor cultureel erfgoed en directeur van 1995 tot 2016 als journaliste bij De Morgen. Ze maakte reportages het Ironbridge International Institute for Cultural Heritage aan in landen als Afghanistan, Syrië, Irak, Pakistan en Turkije. Haar de Universiteit van Birmingham (Groot-Brittannië). Zijn interes- specialisaties hebben betrekking op terrorisme, extremisme en segebied van de afgelopen vijfentwintig jaar beslaat erfgoed en internationale politiek, met de focus op Turkije en het Midden- toerisme. Hij publiceerde tal van boeken, artikelen en hoofdstuk- Oosten. ken over erfgoed en toerisme. Recente boeken die hij schreef waren Tourism and Emotion (Ashgate), Encounters with Popular Pasts Waleed Hazbun is professor internationale betrekkingen aan de (Springer) en World Heritage, Tourism and Identity (Ashgate). Amerikaanse Universiteit van Beiroet (aub). Hij studeerde af aan Mike werkt samen met Unesco op nationaal en internationaal ni- Princeton University en behaalde zijn doctoraat in de politicologie veau rond de thema’s werelderfgoed, toerisme, duurzame ontwik- aan het mit. Voordat hij begon aan de aub in 2010 doceerde hij keling en culturele diversiteit. Zijn werkterrein op het gebied van aan de John Hopkins University in Baltimore, Maryland. Hij is de erfgoed en toerisme beslaat ruim dertig landen. auteur van Beaches, Ruins, Resorts: The Politics of Tourism in the Arab World (Minnesota 2008) en is lid van de redactieraad van het Gerrit Verhoeven doceert geschiedenis aan de universiteiten Journal of Tourism History. Zijn lopend boekproject onderzoekt de van Antwerpen, Gent en Leiden. Een van zijn specialismes is de globale luchtvaartpolitiek in het Midden-Oosten. ontwikkeling van reizen en toerisme. In 2015 verscheen zijn boek Europe within Reach. Netherlandish Travellers on Grand Tour and Marie-Charlotte Le Bailly heeft geschiedenis gestudeerd en be- Beyond bij Brill. De Nederlandse versie kwam in 2009 van de per- haalde haar doctoraat aan de Universiteit Leiden in 2001. Zij heeft sen bij Verloren. veel gepubliceerd over Nederlandse geschiedenis in de periode circa 1400-1800. Sinds 2012 is zij verbonden aan het Red Star Line Museum als verantwoordelijke voor de digitale collecties. Zij is curator van de tentoonstelling ‘Cruise Away. Met de Red Star Line de wereld rond’.

175 COLOFON

TENTOONSTELLING PUBLICATIE

Curatoren: Uitgegeven door Davidsfonds / WPG Uitgevers België voor het Red Star Bram Beelaert en Marie-Charlotte Le Bailly Line Museum

Publiekswerking en programmatie: Redactionele leiding: An Lombaerts Marie-Charlotte Le Bailly en Bram Beelaert

Research: Coördinatie en eindredactie: Marie-Charlotte Le Bailly Marie-Charlotte Le Bailly stagiairs en assistentie voor research: Stefanie Callens, Debby Esmeé de Vlugt, Hildegarde Feys, Mechteld Jungerius, Arne Knapen, Anaïs Masure, Tekstredactie: Jolien Tegenbos, Arne Vlerick Bram Beelaert, Piet Boncquet, Marie-Charlotte Le Bailly, Els Peeters, Luc Verheyen Marketing en communicatie: Karen Vandenberghe (coördinatie), Gerrit Van Dyck, QianQian Ju, Vormgeving: Karen Werkhoven (website), Nadia De Vree (pers) Bart Luijten

Scenografie en design: Foto’s spreads: Duinzand Museale Projecten in samenwerking met Mashid Mohadjerin Photography Studio Rogier Martens en Merktuig Beeldredactie en -verwerking: Fotoreportage ‘Cruise 2016’: Marie-Charlotte Le Bailly, Mashid Mohadjerin, Monique Kontzen, Bart Mashid Mohadjerin Photography Huysmans, Michel Wuyts

AV en interactie Met dank aan: Duinzand / Frodo Terpstra (montage) Peter Arnade, Peter Baetes, Silvia Barisione, Daniëlle de Gast, John Zesbaans / Juul Spee (interactive design) Lauper, Fiona McClean, Jed J. Rogers, Amy Silverman, Karin Vetters, Lien Joris van Grunsven (sound design) Vloeberghs

Realisatie: Bram Beelaert en Marie-Charlotte Le Bailly (algemene projectleiding), © 2016 Red Star Line Museum, Davidsfonds / WPG Uitgevers België nv en Frodo Terpstra en Martha Bakker (projectleiding scenografie), Monique de auteurs Kontzen (tentoonstellingsadministratie), Karen Werkhoven (website applicatie), Juul Spee (multimedia), Jarno Aafjes (grafisch ontwerp), D/2016/0034/214 Timothy Goetmaeker (hardware), Louis Prenen (belichting) ISBN 978 90 5908 728 6 NUR 686 Collectiemanagement en conservatie: Dienst Collectiebeleid van de Stad Antwerpen, Hilda Van Hove, We hebben gepoogd de wettelijke voorschriften inzake copyright toe te passen Monique Kontzen, Hanne Moris, Riet De Coninck, Martijn Breunesse voor zover dat mogelijk was. Wie meent rechten te kunnen laten gelden, wordt verzocht zich tot de uitgever te wenden. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd – op enige Algemene coördinatie: manier – zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Luc Verheyen

Bruikleengevers: Privécollectie Christiane Budts (Merksem) Privécollectie Anita Van Hove (Zoersel) Privécollectie familie De Ridder (Steenokkerzeel)