Tussen Twee Werelden. Rhijnvis Feith Als Dichter Van 'Het Graf'

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Tussen Twee Werelden. Rhijnvis Feith Als Dichter Van 'Het Graf' Tussen twee werelden. Rhijnvis Feith als dichter van 'Het graf' P.J. Buijnsters bron P.J. Buijnsters, Tussen twee werelden. Rhijnvis Feith als dichter van 'Het graf'. Van Gorcum & Comp. / Dr. H.J. Prakke & H.M.G. Prakke, Assen 1963 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/buij001tuss01_01/colofon.php © 2011 dbnl / P.J. Buijnsters t.o. π3 P.J. Buijnsters, Tussen twee werelden. Rhijnvis Feith als dichter van 'Het graf' I Verantwoording Hoewel de grote historische betekenis van Rhijnvis Feith door niemand ooit in twijfel getrokken werd, is het oordeel omtrent de kwalitatieve waarde van zijn werk in de loop der jaren aan heftige schommelingen onderhevig geweest. Eenmaal als de prins van onze dichters gevierd1, naderhand gedoodverfd als de zwakke navolger van een literaire aberratie, geldt hij sedert enkele decennia weer als een authentiek kunstenaar. Intussen valt er in de Feith-waardering nòg een merkwaardige verschuiving op te merken. De Zwollenaar werd na 1850 door de literatuurhistorici geheel vastgenageld op zijn twee romans Julia en Ferdinand en Constantia. J.C. Brandt Corstius heeft enkele jaren geleden nog in een artikel in de Nieuwe Taalgids (jrg. L, 1957, p. 241-247) gewezen op deze eenzijdige benadering, waarbij Feith vrijwel uitsluitend wordt gezien als de auteur van enkele hypersentimentele gedichten en prozageschriften uit zijn beginperiode. Voor de tijdgenoot was hij, aldus Brandt Corstius, ook en vooral beoefenaar van klassieke dichtgenres: oden, treurspelen en leerdichten - alle godsdienstig-wijsgerig van aard. Deze exclusieve aandacht voor het oudste werk heeft ook het onderzoek van zijn latere gedichten in de weg gestaan, hoewel Feiths poëzie omstreeks 1788 toch merkbaar van gedaante verandert. Ze wordt - al had dan het persoonlijke element nooit geheel ontbroken - direct-bewogen wijze van zelfopenbaring. Deze ervaring, tijdens het lezen van Feiths poëzie opgedaan, vormde voor mij een eerste aanleiding om de gedichten uit de jaren 1788-1792 nader te bestuderen. Niet alleen trof mij het toonverschil met vele vroegere gedichten, maar tevens bleken verzen als de Herfst-Zang uit 1790, de Treurzang van 1789 en Aan de Eenzaamheid uit 1788 onderling nauw verwant, namelijk van eenzelfde geest van resignatie doortrokken. In het bijzonder trok het grote leerdicht Het 1 Zie pag. 264 van dit boek. P.J. Buijnsters, Tussen twee werelden. Rhijnvis Feith als dichter van 'Het graf' II Graf uit 1792 de aandacht, omdat dit weer zo geheel bij de al genoemde gedichten aansloot. Een blik in de dissertatie van H.G. ten Bruggencate over Rhijnvis Feith leerde, dat de Zwolse dichter in 1787 door gebeurtenissen van politieke aard werd teleurgesteld. Ten Bruggencate bagatelliseerde echter het effect van deze ontgoocheling, die Feith, sensibel als geen, geestelijk volkomen ontredderde. Belangrijker was, dat deze ervaringen hun repercussie bleken te hebben in Feiths poëzie, iets wat Ten Bruggencate goeddeels ontging, waaraan hij althans weinig betekenis hechtte. Zo merkte hij niet, dat de desbetreffende verzen eerst tegen de achtergrond van de politieke verwikkelingen van 1787, met de daaruit voortvloeiende religieuze crisis, geheel verstaanbaar worden en ons als persoonlijke belijdenis in het centrum van Feiths dichterschap voeren. Deze ontdekking vormde het uitgangspunt voor een uitvoerige studie van het centrale dichtwerk in Feiths oeuvre, Het Graf, waarbij natuurlijk enige kennis van het leven van de auteur gewenst was. Een goede Feithbiografie bezitten wij niet en die zal er met het thans voorhanden materiaal ook niet gemakkelijk komen. Bijna alle aan de dichter gerichte brieven schijnen verloren te zijn gegaan. Het werk zelf bevat slechts sporadisch gegevens van autobiografische aard. Het zal duidelijk zijn, dat op deze wankele basis een onderzoek van het werk ten zeerste bemoeilijkt wordt. Het kwam mij daarom noodzakelijk voor allereerst een kritische biografie samen te stellen, lopend tot 1792, het jaar waarin Het Graf verschijnt. In deze levensbeschrijving, die hoofdstuk 1 van dit boek uitmaakt, heb ik de summiere informaties die enkele, meer dan een eeuw oude biografieën verschaften, bijeengebracht, zonodig gecorrigeerd en op tal van punten aangevuld. Ik heb daarbij, tot mijn grote erkentenis, documentatiemateriaal mogen ontlenen aan o.a. de huisarchieven-Feith, -Staring, -Six, -Van der Pot en -Groeneveld. In het tweede hoofdstuk vindt men een overzicht van de zogenaamde graf- en nachtpoëzie uit de tweede helft van de achttiende eeuw, waar Het Graf, zoals blijken zal, een specimen van is. Onze aandacht zal vooral uitgaan naar de plaats die deze mortuaire geschriften in de literaire en geestelijke ontwikkeling binnen onze landsgrenzen hebben ingenomen. De volgende drie hoofdstukken zijn geheel aan Feiths leerdicht gewijd. Achtereenvolgens komen aan de orde: illustraties en voorwerk, waarbij met name het probleem van de didactische poëzie ons zal bezig houden (hoofdstuk 3); vormaspecten (hoofdstuk 4) en poëtische motieven (hoofdstuk 5). P.J. Buijnsters, Tussen twee werelden. Rhijnvis Feith als dichter van 'Het graf' III Het zesde hoofdstuk onderzoekt de verhouding van Feiths gedicht tot de contemporaine en oudere mortuaire literatuur, terwijl in het slothoofdstuk een overzicht gegeven wordt van de Feith-waardering. Volledigheidshalve heb ik in een viertal bijlagen het belangrijkste documentatiemateriaal over Rhijnvis Feith bijeengezet. Voor een bibliografie van Het Graf en zijn vertalingen verwijs ik naar mijn uitgave van deze tekst in de door W.E.J. Tjeenk Willink te Zwolle verzorgde reeks ‘Klassieken uit de Nederlandse Letterkunde’, welke uitgave weldra verschijnen zal. Nijmegen, 21 april 1963 Mijn dank gaat vooral uit naar Jhr. Mr. P.R. Feith te Vorden, beheerder van het familie-archief, die zijn bibliotheek welwillend voor mij openstelde. P.J. Buijnsters, Tussen twee werelden. Rhijnvis Feith als dichter van 'Het graf' V Lijst van de meest gebruikte afkortingen Brieven: ‘Brieven over verscheide onderwerpen’, 6 dln., Amsterdam 1784-1793. Ten Bruggencate: H.G. ten Bruggencate, ‘Mr. Rhijnvis Feith, een bijdrage tot de kennis van zijn werken en persoonlijkheid’ (diss.), Wageningen 1911. Catalogus: ‘Catalogus van de bibliotheek der familievereniging-Feith’ door Jhr. Mr. P.R. Feith, 1950 (particuliere uitgave). Dag-Boek: ‘Dag-Boek mijner goede werken, in rekening gebragt bij God tegen den dag der algemeene vergelding’, Amsterdam 1785 (1e druk). Ferdinand: ‘Ferdinand en Constantia’, 2 dln., Amsterdam 1785. Gedenkzuil: ‘Gedenkzuil voor Mr. Rhijnvis Feith’, Leeuwarden 1825. Genealogie: ‘Genealogie van de familie Feith’ door Jhr. Mr. Rh. Feith, 's-Gravenhage 1924 (particuliere uitgave). Het Graf: ‘Het Graf, in vier Zangen’, door Mr. Rhijnvis Feith, Amsterdam 1792 (1e druk). Julia: Rhijnvis Feith: ‘Julia’, met inleiding en aanteekeningen van H.C.M. Ghijsen, Purmerend 1933 (= ongewijzigde herdruk van de 2e uitgave te Amsterdam 1786, die op haar beurt gelijk is aan de eerste editie van 1783). K.B.: Koninklijke Bibliotheek te 's-Gravenhage. Knuvelder: G. Knuvelder: ‘Handboek tot de geschiedenis der Nederlandse letterkunde’2, 4dln., 's-Hertogenbosch 1957-1961. Levensberigt: ‘Levensberigt van Mr. Rhijnvis Feith’ door N.G. van Kampen in Werken I, p. 3-23. N.N.B.W.: ‘Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek’, 10 dln., 1911-1937. P.J. Buijnsters, Tussen twee werelden. Rhijnvis Feith als dichter van 'Het graf' Oden: Rhijnvis Feith: ‘Oden en Gedichten’, 5 dln., Amsterdam 1796-1814. Ontwikkelingsgang: J. te Winkel, ‘Ontwikkelingsgang der Nederlandsche letterkunde’2, 7 dln., Haarlem 1922-1927. Van Tieghem: Paul van Tieghem: ‘La poésie de la nuit et des tombeaux en europe au XVIIIe siècle’ in: ‘Le Préromantisme’2, T. II, Paris 1948, p. 1-203. U.B.: Universiteitsbibliotheek. Werken: ‘Dicht- en Prozaïsche Werken van Mr. Rhijnvis Feith’, 14 dln., Rotterdam 1824-1825. Wille: J. Wille, ‘De literator R.M. van Goens en zijn kring’, Zutphen 1937. P.J. Buijnsters, Tussen twee werelden. Rhijnvis Feith als dichter van 'Het graf' 1 Hoofdstuk 1 Rhijnvis Feith tot 1792 Rhijnvis Feith stamt uit een aanzienlijk en bemiddeld geslacht, afkomstig uit het Hanzestadje Elburg.1 Oorspronkelijk een familie van schippers en reders, behoorden de Feithen in de loop van de zestiende eeuw reeds tot de regentenklasse, terwijl zij door aanhuwing en kapitaalverwerving hun positie allengs wisten te verbeteren. De grootvader van de dichter, Dr. Rhijnvis (1699-1772), had zich in 1721 als eerste Feith in de hoofdstad van het gewest Overijssel gevestigd,2 alwaar hij tot stadsgeneesheer benoemd was.3 Drie jaar later trad hij er in het huwelijk met de Zwolse Geertruyd Beekman. Waarschijnlijk leek het hem, eenmaal getrouwd, verstandig om - bij wijze van nevenfunctie - een leraarsbaantje aan de Latijnse school te accepteren, want van 1726-1730 vinden we hem als praeceptor van de derde classe vermeld.4 Hij wist zich echter al gauw omhoog te werken. Op 26 februari 1 De voornaamste bron voor de kennis van Feiths leven is het Levensberigt, geplaatst in het eerste deel van Werken. De uitgever, J. Immerzeel Jr., had tevoren aan Feiths dochter Elsje om gegevens voor deze biografie gevraagd (zijn brief d.d. 15-2-1824 in K.B. coll. Immerzeel), die hem door de oudste zoon van de juist gestorven dichter, Pieter Rutger, verstrekt zijn. Desondanks is de levensschets, van de hand van N.G. van Kampen, tamelijk onnauwkeurig, waarschijnlijk als gevolg van de grote haast waarmee ze geschreven moet zijn. Zo wordt bijv. zelfs als sterfdatum 6 i.p.v. 8 febr. opgegeven! Uit hetzelfde jaar als het
Recommended publications
  • 1 Curriculum Vitae Name Lotte Eilskov Jensen Date Of
    Curriculum Vitae Name Lotte Eilskov Jensen Date of birth 13 January 1972 Place of birth Hillerød (Denmark) Nationality Danish E-mail [email protected] Homepage http://www.lottejensen.nl Education 1997-2001 PhD, University of Amsterdam. Title dissertation: ‘Bij uitsluiting voor de vrouwelijke sekse geschikt’. Vrouwentijdschriften en journalistes in Nederland in de achttiende en negentiende eeuw. Doctoral supervisor: Prof. dr. W. van den Berg, co-supervisor: Dr. S. van Dijk (Degree 22 Nov 2001) 1992-1997 Philosophy, Utrecht University 1991-1996 Dutch Language and Culture, Utrecht University, Cum Laude 1984-1990 Stedelijk Gymnasium, Leiden Work experience since completing PhD Maternity leave: March-Aug 2006 (birth 18-03-2006), May-Sept 2008 (birth 09-06-2008) 2017-present Full Professor Dutch Cultural and Literary History, Faculty of Arts, Radboud University Nijmegen 2016, 2018 Two periods Visiting Professor, Universität Zürich, Switzerland 2011-2017 Associate Professor of Dutch Historical Literature, Faculty of Arts, Radboud University Nijmegen 2010-2011 Visiting Professor of Dutch Literature, Faculty of Arts and Philosophy, Ghent University, Belgium 2007-2011 Assistant Professor of Dutch Historical Literature, Faculty of Arts, Radboud University Nijmegen 2005-2008 Postdoc Modern Dutch Literature, University of Amsterdam, Faculty of Humanities 2004-2005 Junior Lecturer Genderstudies, Faculty of Arts, Utrecht University 2003-2005 Junior Lecturer Cultural Studies, Faculty of Arts, Utrecht University 2003-2005 Assistant Professor Liberal Arts & Sciences, Faculty of Philosophy, Utrecht University 2003 Policy Officer, Faculty of Arts, Utrecht University 2001-2003 Policy Officer, Faculty of Philosophy, Utrecht University 2001-2002 Teacher Dutch as a Second Language, James Boswell Institute, Utrecht University Awards / Grants / Prizes 2019: with Marguerite Corporaal (PI) & Ingrid Zwarte: Nationale Wetenschapsagenda NWO (€ 1.800.000) 2019: KNAW symposium grant € 1000 2018: Aspasia Grant NWO (€ 100.000) 1 2017: VICI, NWO (€ 1,500,000) 2015: (with A.
    [Show full text]
  • Download PDF Van Tekst
    Het Bilderdijk-museum. Jaargang 26 bron Het Bilderdijk-museum. Jaargang 26. Vereniging ‘Het Bilderdijk-Museum’, Amstelveen 2009 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_bil002200901_01/colofon.php © 2012 dbnl 1 Bij Bilderdijk aan tafel Een uniek ooggetuigenverslag van Robert Southey uit 18251. Willem Bilderdijk wordt, in de woorden van Johan Huizinga, vaak aangeduid als de ‘groote Ongenietbare’.2. In het artikel ‘Een beminnelijke Izegrim? Bilderdijk van verschillende zijden belicht’,3. waarin enkele tijdgenoten aan het woord werden gelaten, heeft Peter van Zonneveld dit beeld enigszins bijgesteld en laten zien dat de dichter ook een vriendelijke, huiselijke kant had. In zijn stuk citeerde hij onder meer uit de brieven van de Engelse dichter Robert Southey (1774-1843). Tijdens mijn onderzoek stuitte ik op unieke documenten, die een kijkje bij Bilderdijk thuis geven. Het gaat om een serie brieven die Southey vanuit Leiden aan zijn vrouw en kinderen stuurde. Ze werden postuum uitgegeven door zijn zoon Charles Cuthbert (1819-1888) in: The life and correspondence of Robert Southey (New York 1855). Daarin is één hoofdstuk gewijd aan de ontmoeting met Bilderdijk. Omdat het werk in geen Nederlandse openbare bibliotheek voorhanden is, werd dit bijzondere ooggetuigenverslag tot op heden onvoldoende opgemerkt.4. Ook het werk Selections from the letters of Robert Southey (4 dln, London 1856) bevat relevante brieven. Deze documenten vormen een waardevolle aanvulling op het door Van Zonneveld geschetste beeld van de ‘beminnelijke Izegrim’. De aanloop naar de ontmoeting tussen beide dichters is goeddeels bekend. Toen Southey in 1825 een reis naar Nederland maakte, bracht hij ook een bezoek aan Bilderdijk.5.
    [Show full text]
  • Boude Bewoordingen
    Boude bewoordingen Hub Zwart Boude bewoordingen De historische fenomenologie (‘metabletica’) van Jan Hendrik van den Berg Uitgeverij Klement – Kampen Uitgeverij Pelckmans – Kapellen © 2002, Uitgeverij Klement, Kampen Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Omslagontwerp: Rob Lucas Portret op omslag: Sjef Drummen (1991) isbn 90 77070 26 5 (Nederland) isbn 90 289 3202 x (België) d/2002/0055/161 Inhoud Inleiding 11 § 1 Lezen en nog eens lezen 11 § 2 Parijse anekdotes 14 § 3 Wie is J.H. Van den Berg? 16 § 4 Critici en volgelingen 28 § 5 Opzet van de studie 36 Hoofdstuk 1 Een medisch-ethische bestseller 41 § 1 Inleiding 41 § 2 De uitgangssituatie 42 § 3 Eerbied voor het leven 46 § 4 Misnoegde artsen 49 § 5 Anomalieën van de macht 51 § 6 De discretie voorbij 56 § 7 Making the private public (Freud en Van den Berg) 58 Hoofdstuk 2 Wat is metabletica? 63 § 1 Een onderzoeksprogramma 63 § 2 Crisis in de psychologie 65 § 3 De crisis van de puberteit 67 § 4 De crisis van de neurose 74 § 5 Paradise lost 77 § 6 Wat is fenomenologie? 79 5 § 7 Wat is crisis? 83 § 8 De grondgedachte van de moderne fysica 88 § 9 Twee structuren (Husserl en Van den Berg) 92 Hoofdstuk 3 Harteneeuw 99 § 1 Terug naar het begin 99 § 2 De voorgeschiedenis van het begin 102 § 3 Synchronismen 104
    [Show full text]
  • The Romantic Landscape Garden in Holland: Gijsbert Van Laar (1767–1820) and the Magazijn Van Tuin-Sieraaden Or Storehouse of Garden Ornaments
    The Romantic Landscape Garden in Holland: Gijsbert Van Laar (1767–1820) and the Magazijn Van Tuin-Sieraaden or Storehouse of Garden Ornaments Vanessa Bezemer Sellers Introduction ijsbert van Laar’s Magazijn van Tuin-sieraaden or Storehouse of Garden Orna- ments is a unique document for those seeking a deeper understanding of the Gdevelopment of the landscape garden in the Netherlands around the year 1800. No other work of this kind was published at the time in Holland, and no pub- lication gives a better visual overview of what was a crucial and complex transitional moment in Dutch garden history. It was precisely at this moment that Dutch gardens underwent major changes, with traditional formal gardens being replaced gradually by informal landscape gardens.1 Gardens laid out in this period – from roughly 1760 to 1820 – belong to what is de- fined as the Early Landscape Garden period in the Netherlands. Irregular features characteristic of the English landscape garden – undulating grounds with artifi- cial hills and valleys; winding paths; curvilinear bodies of water; ponds with little rounded islands; and wooded areas densely planted with a combination of trees, shrubs, and exotic flowers – were adopted only hesitatingly in Holland; as a result, the Early Landscape Garden is a transitional style drawing from both the formal and informal garden-design traditions. Initially, only basic landscape-garden elements were introduced, such as winding paths and rounded ponds. These were applied to the geometrical grid of formal, seventeenth-century layouts, with most gardens retaining their rectilinear framework of canals and their symmetrical inner ar- rangements. In the first decade of the nineteenth century, as the principles of land- scape gardening came to be more widely understood, a reaction against the partial rigidity of the Early Landscape Garden is noticeable.
    [Show full text]
  • PDF Hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen
    PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/107193 Please be advised that this information was generated on 2017-12-06 and may be subject to change. PIETER NIEUWLAND EN HET EVENWICHT DOOR G. Α. STEFFENS Ν. V. UITGEVERSMAATSCHAPPIJ W. E. J. TJEENK WILLINT ZWOLLE PIETER NIEUWLAND EN HET EVENWICHT Promotor: PROF. DR. W. J. M. A. ASSELBERGS ab. P. NIEUWLAND A. L. M. et Philos. Doct. Phys. Math. Sublim. Architecture Civilis Militaris et Hydraul. ut et Astron. Prof. Ord. 28 Sept. 1793. Natus 5 Nov. 1764. Ob. 15 Nov. 1794. Lith. de L. Springer à Leide. Topografische Atlas. Gem. Archiefdienst, Amsterdam. PIETER NIEUWLAND EN HET EVENWICHT PROEFSCHRIFT TER VERKRIJGING VAN DE GRAAD VAN DOGTOR IN DE LETTEREN AAN DE KATHOLIEKE UNIVER­ SITEIT TE NIJMEGEN, OP GEZAG VAN DE RECTOR MAGNIFICUS T. A. BIRRELL, HOOGLERAAR IN DE FACULTEIT DER LETTEREN, VOLGENS HET BESLUIT VAN DE SENAAT IN HET OPENBAAR TE VERDEDIGEN OP 3 JULI I964 DES NAMIDDAGS TE 2 UUR DOOR GERRIT ANTONIUS STEFFENS GEBOREN TE OLDENZAAL N.V. UITGEVERS-MAATSCHAPPIJ W. E. J. TJEENK WILLINK ZWOLLE, I964 Aan mijn ouders Aan mijn medebroeders INHOUDSOPGAVE Verantwoording 1 Hoofdstuk 1 : Levensschets 3 Hoofdstuk 2 : Over Pieter Nieuwlands karakter en per­ soonlijkheid 49 Hoofdstuk 3 : Beslissende keus 88 Hoofdstuk 4 : Een voorlopige schets van de aard en ont­ wikkeling van Nieuwlands dichterschap . 131 Hoofdstuk 5: Zekerheid 201 Hoofdstuk 6 : Verhouding tussen wiskunde en andere wetenschappen 234 Hoofdstuk?: Equatie 268 Hoofdstuk 8: Orde 287 Bijlagen 319 Personenregister 323 VERANTWOORDING Pieter Nieuwland maakt de indruk een zeer bijzonder mens te zijn geweest.
    [Show full text]
  • The Parentage of Nationalism: an Inquiry Into the Origins of Dutch Intellectual Nationalists
    The parentage of nationalism: an inquiry into the origins of Dutch intellectual nationalists. Guus Wieman, 3795780 Burgemeester van Tuyllkade 76-bis [email protected] Bachelor thesis history, OS III Nationalisme en de vorming van nationale identiteiten. June 12th 2015 C. Creyghton MA. 9708 words. 2 Table of contents: Introduction! 3 Part 1: Historiography and historical context! 5 1.1 Historiography: modernism and cultural dominance! 5 1.2: Historical context: the Dutch Enlightenment.! 9 1.3: Historical context: political turmoil! 12 Part 2 programme and implementation! 14 2.1 The research programme! 15 2.2 Results! 18 2.3 Interpreting the data! 27 Conclusion! 30 Appendix 1:! 32 Literature:! 47 3 Introduction Although nationalism was perceived as all but gone during the last decade of the 20th century, few could argue that nationalism is not omnipresent in today. The annexation of the Crimean peninsula by the Russian Federation and the separatist war in eastern Ukraine, the Scottish referendum on independence from Great-Britain, the Catalonian independence movement in Spain and the struggle between Flanders and Wallonia in Belgium are just a few of these nationalist themes and conflicts. Moreover, in Europe almost every country has seen the rise of new popular nationalist parties: the Golden Dawn party in Greece, the Jobbik party in Hungary, but also less militant movements such as: UKIP in Great-Britain, the Freedom party in the Netherlands, the Danish Folk party, True Finns and the Front National in France. The rise nationalist sentiment these past decades, has made the study of nationalism and its origins more relevant than ever.
    [Show full text]
  • 16191835.Pdf
    PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/107387 Please be advised that this information was generated on 2017-12-06 and may be subject to change. DE GEZANGEN VAN OSSIAN IN NEDERLAND Q. W. J. DAAS DE GEZANGEN VAN OSSIAN IN NEDERLAND PROMOTOR : Prof. Dr. W. J. Μ. Α. ASSELBERGS DE GEZANGEN VAN OSSIAN IN NEDERLAND ACADEMISCH PROEFSCHRIFT TER VERKRIJGING VAN DE GRAAD VAN DOCTOR IN DE LETTEREN AAN DE KATHOLIEKE UNIVERSITEIT TE NIJMEGEN OP GEZAG VAN DE RECTOR MAGNIFICUS MAG. DR. J. P. M. VAN DER PLOEG O.P.. HOOGLERAAR IN DE FACULTEIT DER GODGELEERDHEID, VOLGENS BESLUIT VAN DE SENAAT IN HET OPENBAAR TE VERDEDIGEN OP 26 MEI 1961 'S MIDDAGS OM 2 UUR DOOR QUIRINUS WILHELMUS JOHANNES DAAS GEBOREN TE OUDENBOSCH DRUKKERIJ GEBR. JANSSEN N.V. • NIJMEGEN . 1961 Aan mijn vadee, mijn moeder en mijn vrouw INHOUD I INLEIDING A De Romantiek in het algemeen 1 В James Macpherson en de Songs of Ossian 8 II DE BETEKENIS VAN OSSIAN VOOR DE NEDERLANDSE LETTERKUNDE A De introductie 29 В Ossian van bekend naar geliefd 44 С Twijfel en verminderende belangstelling ... 104 III SUMMARY 123 IV BIBLIOGRAFIE VAN DE VOORNAAMSTE WERKEN VOOR DE NEDERLANDSE LITERATUUR MET BETREKKING TOT OSSIAN 126 V BIJLAGEN A De voornaamste buitenlandse en alle Nederlandse vertalin­ gen van enige beroemde stukjes uit Ossian ter staving en vergelijking 129 В Ontwerp eener Nederduitsche Dichtmatige Vertaling van de gezangen van Ossiaan, den zoon van Fingal, door W.
    [Show full text]