Studie T.B.V. De Aanleg Van Overstromingsgebieden En Natuurgebieden I.H.K.V
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Studie t.b.v. de aanleg van overstromingsgebieden en natuurgebieden i.h.k.v. het SIGMAPLAN Bestek nr. 16EI/06/16 Cluster Dijlemonding : Definitief MER Bijlage 12: Niet-technische samenvatting Voorliggende bijlage betreft de niet-technische samenvatting bij het project-MER voor de inrichting van de gecontroleerde overstromingsgebieden binnen de cluster Dijlemonding i.k.v. het geactualiseerde Sigmaplan. Hierin wordt een samenvatting gegeven van de belangrijkste ingrepen in kader van het project en de effecten hiervan op het milieu. Dit gebeurt in niet-technische bewoordingen zodat ook een lekenpubliek op beschouwelijke wijze inzicht krijgt in de voorgenomen activiteit, de milieugevolgen door aanleg/exploitatie van de overstromingsgebieden, de milderende maatregelen en de gevolgen van de leemten in de kennis. Ondanks het opzet om in de niet-technische samenvatting eenvoudige bewoordingen te gebruiken, kunnen hier en daar onduidelijke termen ingeslopen zijn. Deze kunnen steeds worden opgezocht in de verklarende woordenlijst (zie hoofdstuk in MER). Het doel van de opmaak van een MER is om, in functie van latere besluitvorming, een synthese (samenvatting) te geven van de effecten van het geplande project en de noodzakelijke milderende maatregelen voor te stellen. Milieueffectrapportage is bijgevolg een juridisch-administratieve procedure waarbij vóórdat een activiteit of ingreep plaatsvindt, de milieugevolgen ervan op een wetenschappelijk verantwoorde wijze worden bestudeerd, besproken en geëvalueerd. De achterliggende grondgedachte suggereert dat het beter is om de voor het milieu schadelijke activiteiten vanaf een vroeg stadium in de besluitvorming te ondervangen en bij te sturen. Voor het lezen van de niet-technische samenvatting zijn volgende kaarten, uit de aparte kaarten- figuren- en bijlagenbundel bij het MER, relevant: - Bijlage 2 – inrichtingsplan cluster Dijlemonding - Bijlage 3 – inrichtingsplannen van de 4 deelgebieden - Bijlage 4 – dwarsprofielen - Bijlage 5 – ingrepenkaarten - Bijlage 10 – landschapstoets - Bijlage 11 – 3D visualisaties - Kaart 1 – situering - Kaart 2 – orthofoto - Kaart 3 – gewestplan - Kaart 4 – BPA RUP verkaveling - Kaart 5 – beleidskader natuur en bos - Kaart 6 – beleidskader landschap - Kaart 7 – werfwegen en stockagezones - Kaart 8 – gevoeligheid voor profielvernietiging - Kaart 9 – gevoeligheid voor bodemverdichting - Kaart 10 – geactualiseerde BWK - Kaart 11 – aanvoerroutes grond Niet-technische samenvatting MER Sigmaplan cluster Dijlemonding pagina 2 van 54 1 Verantwoording van het project 1.1 Inleiding Voorliggend project ‘cluster Dijlemonding’ behandelt de aanleg van een aantal ‘gecontroleerde overstromingsgebieden’ aan de samenvloeiing van de Dijle, Nete, Zenne en het kanaal Leuven-Dijle, gelegen te Mechelen en Willebroek. Dit project wordt uitgevoerd in het kader van actualisatie van het SIGMAPLAN. Het Sigmaplan werd opgesteld t.g.v. de overstromingen in 1976. Dit plan moet het Zeescheldebekken beveiligen tegen stormvloeden vanuit de Noordzee. Tengevolge van een gewijzigde visie inzake waterbeheer en de dreiging van de mondiale klimaatswijziging werd beslist dit plan te actualiseren en naast veiligheid ook ruime aandacht te hebben voor natuurlijkheid. Het geactualiseerd Sigmaplan ‘veiligheid + natuurlijkheid’ maakt melding van het zgn. meest wenselijk alternatief (MWeA). In het MWeA wordt de optimale bescherming tegen overstromingen gerealiseerd door de combinatie van lokale dijkverhogingen en de aanleg van gecontroleerde overstromingsgebieden langsheen de Schelde en haar zijlopen. Tezamen met de creatie van estuariene (ontpolderingen en gereduceerde getijdegebieden) en niet-estuariene (wetlands) natuur moet dit toelaten een duurzaam en robuust Schelde-estuarium uit te bouwen. Volgende gebieden in de Dijlevallei maken deel uit van het MWeA en werden opgenomen in de regeringsbeslissing van 22/07/2005 (te realiseren uiterlijk in 2010): Grote Vijver deel 1 Grote Vijver deel 2 Zennegat Heindonk – Tien Vierendelen Het project Heindonk – Tien Vierendelen situeert zich grotendeels in het oosten van de gemeente Willebroek en voor een klein gedeelte op het grondgebied van de stad Mechelen op de linkeroever van de Dijle, tussen het Zennegat en de samenvloeiing van Dijle en Nete. In het westen is de overgang van de polder naar de rivierduinen van Heindonk opmerkelijk. Het deelgebied wordt in het zuiden begrensd door de Heibeek. De historische scheidingsdijk Heffen-Heindonk vormt de (zuid)oostelijke grens. Verder wordt het gebied doorsneden door een hoogspanningsleiding en een Pidpa-leiding. De andere projecten (Grote Vijver deel 1, Grote Vijver deel 2 en Zennegat) situeren zich op Mechels grondgebied. Grote Vijver deel 1 ligt tussen Dijle, Nete en de Grote Vijver zelf (= deel 2). Het kasteel van Battenbroek ligt op de scheiding tussen beide delen. Deel 1 is overwegend een kapvlakte (recent ontbost) en omvat twee woningen. Grote Vijver deel 2 wordt integraal ingevuld door de Grote Vijver. Het zuidelijk deel kent een zekere ruimtelijke dynamiek, en leunt aan bij het industrieterrein van Mechelen Noord. Ten oosten situeert zich de E19. Doorheen en langs het gebied lopen hoogspanningsleidingen. In het noorden wordt de Grote Vijver begrensd door een PIDPA-leiding. Het gebied Zennegat ligt tussen de Dijle en het kanaal Leuven-Dijle. Een oude meander van de Dijle maakt deel uit van het gebied. Het wordt begrensd door de Dijle (NO), het kanaal Leuven-Dijle (ZW) en de bebouwing aan de sluis (‘Zennegatsluis’, NW). Het gebied grenst in het noorden aan een woningcluster. Ten zuiden van het gebied situeert zich een woningcluster ter hoogte van de Hogeweg. De projecten worden gesitueerd op onderstaande Figuur 1-1. Niet-technische samenvatting MER Sigmaplan cluster Dijlemonding pagina 3 van 54 Figuur 1-1: situering project ‘cluster Dijlemonding’ met aanduiding van de vier aan te leggen overstromingsgebieden Meer specifiek worden de gebieden Heindonk – Tien Vierendelen en Grote Vijver deel 2 omgevormd tot ‘gecontroleerd overstromingsgebied’ (GOG) en de gebieden Zennegat en Grote Vijver deel 1 omgebouwd tot gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerd getij (GOG/GGG). Deze termen worden hierna verduidelijkt. Gecontroleerde overstromingsgebieden (GOG’s ) zijn laaggelegen polders die van de rivier gescheiden worden door een verlaagde overloopdijk en landinwaarts begrensd worden door een hogere ringdijk. Tijdens een stormtij, wanneer in het Schelde- estuarium gevaarlijk hoge waterstanden dreigen, wordt het peil van de overloopdijk overschreden en vult de polder zich met vloedwater. Door het grote waterbergende vermogen kunnen de gecontroleerde overstromingsgebieden de waterstand in het estuarium verlagen en andere gebieden vrijwaren van overstromingen. De hoogtes van de zogenaamde ‘overloopdijken’ worden nauwgezet berekend door het Waterbouwkundig Laboratorium van Borgerhout, dat waakt over de veiligheid in het ganse Zeescheldebekken. Door van stroomafwaarts naar stroomopwaarts overloopdijken trapsgewijs aan te leggen, worden bij dreigende overstromingen de meest kritieke toppen van het getij afgeroomd op strategische locaties (de GOG’s), zodat woongebieden en waardevolle landbouwgebieden gevrijwaard kunnen blijven van overstromingen. Meer ruimte creëren voor slikken en schorren zal de ecologische kwaliteit van de Zeeschelde verbeteren. Daarom heeft de Vlaamse regering vooropgesteld om in bepaalde GOG’s ook een estuariene natuurdoelstelling te realiseren, door middel van een ‘gecontroleerd gereduceerd getij’ (GGG ). Om een slik- en schorecosysteem te introduceren in een gecontroleerd overstromingsgebied moet er dagelijks Nete- of Dijle- water in het gebied komen. Daarom is er een sluizensysteem nodig dat dagelijkse uitwisseling van Nete- of Dijlewater mogelijk maakt. Door op een gecontroleerde manier getij toe te laten in overstromingsgebieden kunnen er opnieuw slikken en schorren ontstaan. We spreken dan van een gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerde getijdenwerking (GOG-GGG). Door het creëren van het juiste tijregime Niet-technische samenvatting MER Sigmaplan cluster Dijlemonding pagina 4 van 54 krijgen we een dynamisch systeem, dat zorgt voor meer veiligheid en waarbij de natuur zelf de belangrijkste sturende factor wordt. Gecontroleerd overstromingsgebied Gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerd getij 1.2 Juridische randvoorwaarden Op het gewestplan werd het projectgebied, per toekomstig gecontroleerde overstromingsgebied, bestemd als: Heindonk-Tien Vierendelen: groengebied met vissershutten, landschappelijk waardevol agrarisch gebied, natuurgebied. Grote Vijver I: bosgebied, natuurgebied met wetenschappelijke waarde of natuurreservaten Grote Vijver II: bosgebied, natuurgebied met wetenschappelijke waarde of natuurreservaten, gebied voor dagrecreatie Zennegat: bosgebied, natuurgebied met wetenschappelijke waarde of natuurreservaten. Ook bevinden zich een aantal leidingentracés op het gewestplan. Eén ervan, namelijk de leidingstraat doorheen Heindonk – Tien Vierendelen, werd opgeheven op het gewestplan en vervangen door een enigszins parallel lopende leidingstraat. Hiervoor is een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘GRUP leidingstraat ter hoogte van Heindonk’ definitief vastgesteld op 20/09/2005. Het GRUP maakt de aanleg van een TMVW-hoofdtransportleiding (voor drinkwater) mogelijk. In de toekomst zullen de gewestplannen vervangen worden door ruimtelijke uitvoeringsplannen die de link leggen met de hogere structuur van het Ruimtelijke Structuurplan Vlaanderen, het Provinciaal