Van de Werkgroep Historisch Onderzoek Belkmerweg 37 te , stolp met historie

Trien Paarlberg – Waiboer en Marja Raat

De recent verbouwde stolpboerderij.

Zoals u wellicht in het voorbijgaan heeft gezien is de zaten, en onderdeel waren geweest van een hele stolp aan de Belkmerweg 37 te Burgervlotbrug schouw met open vuurplaats. Van haar vader, Henk onlangs ingrijpend opgeknapt. De stolp ligt tussen de Raat, hoorde ze dat vroeger wel in het achterom werd bollenvelden. De eigenaren / bewoners, Fred Koning gekookt. en Marja Raat kijken voor uit op het Noord-Hollands Kanaal en achter op het Pettemerbos. Ook Fred heeft Een wand met achttiende-eeuwse tegels in de stolp nog zijn, weliswaar gedeeltelijk al De geruchten over de oude tegels hielden aan. De afgebouwde, bollenkwekerij gevestigd. Hij teelt timmerlieden waren er bij hun sloopwerk erg alert momenteel nog zo’n 2 ha. narcissen. op. Niets werd gevonden. Maar Dik, de broer van Fred, die 30 jaar in de stolp woonde, meende toch vrij De verbouwing zeker te weten dat zij achter het behang van een Het meest in het oog springt de nieuwe voorgevel slaapkamer zaten. Nu wilde het geval, dat dit zo voorzien van luiken en ramen verdeeld in kleine ongeveer de enige wand was waar niets aan hoefde te ruitjes. De gevel, de kozijnen en de voordeur zijn gebeuren. En de verbouwing was al kostbaar, dus nieuw. Maar alles is exact op dezelfde plaats Fred voelde weinig voor onnodig sloopwerk. aangebracht, in dezelfde maten, op dezelfde wijze Immers, dat moest dan ook weer hersteld. Maar gemetseld en gevoegd als ruim 100 jaar geleden. Als Marja wilde het nu voor eens en altijd weten. Op een leidraad hiervoor diende een oude foto uit die tijd (zie zondagmiddag probeerde ze een hoekje van het illustratie op pagina 13). De architect heeft de foto hardboard waarop het behang geplakt zat los te simpelweg (leve de moderne techniek) onder de scan peuteren. Dat lukte niet, daarom maar een gelegd en had zo alle maten ter beschikking voor de schroevendraaier gegrepen en met geweld een gat bouwtekening. Tijdens de verbouw en ook wel eerder gemaakt. Door het gaatje glansde “iets”. Ook werd gaven oude buurtgenoten aan dat “ergens” in de stolp de tekening van een klein vogelkopje zichtbaar. nog oude tegels te vinden waren, maar niemand wist Dit maakte vogelaar Fred ook enthousiast. precies waar. Marja was al erg blij met de vier tegels Samen trokken ze het board van de latten die, zo met herderstaferelen erop die nog in het “achterom” bleek, dwars door de tegels aan de muur gespijkerd

11. zaten. Dit moest heel voorzichtig gevonden is. Zelfde kleur, zelfde gebeuren want spontaan lieten al patroon. Bovendien waren de tegels enkele tegels los. De wand die van het “Alkmaarse” fabriekje tevoorschijn kwam zag er beroerd gemiddeld 2 mm. groter dan uit. Het glanzende stukje was gebruikelijk in die tijd, evenals die uit ongeveer het enig stukje tegel dat niet de Belkmer- en Pettemerweg. De bedekt was met een laag olijfgroene heer Oswald zocht ook een patroon verf. De hele wand bleek uit dezelfde periode voor een tableau overgeschilderd, behalve waar al tegels waren van de ontbrekende hond. In de fabriek werd dit verdwenen. Heel voorzichtig werd begonnen met het bijpassende tableau gemaakt, waarbij goed gelet werd loskrabben. Maar het loonde de moeite, steeds meer op de eigenaardigheden van de tekenaar van de kat, patronen werden zichtbaar. Uiteindelijk bleek de zoals het “wielvormige” dijbeen. De wand is nu weer tegelwand te bestaan uit enkele kleine rozetten, prachtig gerestaureerd en vormt een van de enkele randen, een heel groot rozet in het midden met hoogtepunten van de stolp. links daarvan een tableau met daarop een kat (zie illustratie). Aan de rechterzijde van het rozet ontbrak Betekenis van de afbeeldingen op de tegels het tableau. Via de stolpenvereniging werden Navraag bij de familie Oswald leerde dat geen grote deskundigen geraadpleegd. De leeftijd van de tegels symbolische betekenis aan de afbeeldingen gehecht werd geschat tussen 1750-1780. Er ontbrak ongeveer moet worden. De opdrachtgevers hielden zich over 20%, grotendeels “witjes”, maar ook het andere het algemeen niet bezig met mystieke symbolen, tableau (volgens de kenners zeer waarschijnlijk dat zoals b.v. uit de Griekse of Romeinse mythologie. Als van een hond) en enkele gedecoreerde tegels. men al koos voor symboliek, dan werd teruggegrepen Geadviseerd werd om contact op te nemen met de op de bijbel, zoals engeltjes met guirlandes. Harlinger Aardewerk- en Tegelfabriek die ook Gebruikelijker waren afbeeldingen uit het dagelijks restauratiewerk verricht voor het Enkhuizer museum. leven in en rond de boerderij. Complete De eigenaar van deze fabriek, de heer Oswald, is een landschappen werden in tableaus verwerkt, maar ook ware “tegel freak”. Hij dook in de boeken en heel vaak het vee: paarden, koeien, schapen, pluimvee ontdekte dat de tegels waarschijnlijk in en/of huisdieren. Wel hield men de symmetrie in de gemaakt zijn; daar stond in die tijd het gaten, vandaar de tegenstelling koe/paard, haan/hen dichtstbijzijnde tegelfabriekje. Overigens zijn of kat/hond aan weerszijden van zo’n centraal rozet geleerden het er niet over eens of dit fabriekje eerst in op de wand. In de rozetten zijn gestileerde tulpen Hoorn stond en later in Alkmaar of omgekeerd. Een afgebeeld. In de 18e eeuw was de tulpengekte al interessante aanwijzing voor de leeftijd en herkomst geluwd, maar de tulp bleef nog lang een geliefde van de tegels is het feit dat in de oude stolp van bloem in decoraties. Uiteindelijk meer en meer mevrouw Corrie Vries – De Leeuw aan de gestileerd weergegeven en vereenvoudigd. De leeftijd Pettemerweg een aantal exact dezelfde tegels van de tegels is vaak goed op te maken aan de mate

De achttiende-eeuwse tegelwand in al zijn schoonheid.

12. De boerderij omstreeks 1900. De namen van de personen op deze foto zijn onbekend. Fotocollectie familie Koning . van gedetailleerdheid; hoe meer uitgewerkt, hoe 1818 – 1878 ouder de tegel vaak is. Later werd het vervaardigen 1818 Trijntje Schravesant sterft, haar echtgenoot van tegels op basis van stukloon vergoed, wat een veel Pieter Grin erft de boerderij. Pieter Grin huwt voor de slordiger tekenstijl veroorzaakte en kleinere tweede keer met Guurtje Erix. afbeeldingen. 1842 Pieter Grin sterft, zijn dochter Antje Grin erft de boerderij op 25 maart 1842. De boerderij, zijnde Historische gegevens, leeftijd van de stolp huismanswoning (de stolp) met tuin, erf en landerijen Niet bekend is hoe oud de stolp precies is. Dik groot 16.41.90 ha. wordt dan gewaardeerd op fl. Koning vertelde dat hij ooit ergens in de muur aan de 3.360,00. Het betreft de nummers in de sectie G. 295 noordzijde het jaartal 1609 gezien had, maar deze t/m 297 en 299 t/m 305 en 335. Het laatste nummer muur is lang geleden al bepleisterd en het jaartal is werd gewaardeerd op fl. 600,00 en was door Pieter dus niet (meer) zichtbaar. Op de oude foto van begin Grin gekocht op 19 november 1818. Antje is in 1842 vorige eeuw staat op het gebouwtje aan de noordkant getrouwd met Jan Corneliszn. Blaauboer, waarvan zij 1750 in de gevel. Dit is mogelijk een betrouwbare in 1848 scheidt. aanwijzing. Ook de leeftijd van de gevonden 1848 Jan Corneliszn. Blaauboer verwerft de boerde- wandtegels (tussen 1750-1780) vormen hiervoor een rij. Deze landman uit Wieringerwaard bezat verschil- aanwijzing. Toen de tegels werden losgemaakt bleek lende boerderijen. Enige tijd geleden stond in de dat onder de tegelwand aanhechtingsgaten zaten van Schager Courant (artikel J.N. de Wit) dat Blaauboer een hoge schouw. Ook was te zien aan verkleuring op van zijn echtgenote scheidde om met zijn jonge dienst- de muur onder de tegels dat onder die plek open vuur bode te kunnen trouwen die een kind van hem ver- had gebrand. Daaruit blijkt mogelijk dat de boerderij wachtte. Het huwelijk met Antje Grin was kinderloos. toch nog ouder is. 1851 Jan Corneliszn. Blaauboer verkoopt de boerderij voor Hfl. 1000,00 aan Cornelis Brouwer, Eigenaren van de stolp landman wonende aan de Belkmerweg in de . voorzover tot nu toe bekend Of Brouwer ook in deze stolp heeft gewoond is niet bekend, hij was wel inwoner van de Zijpe. Voordat hij 1790 - 1818 zijn bezit in 1878 verkocht veranderde er wel het een 1790 Lourens Schravesant en ander. Mogelijk zijn toen ook de 18e eeuwse tegels (huwde in dat jaar met Antje Jonker) aangebracht? Verder liet hij in 1872 een huis bijbouw- 1794 Lourens Schravesant sterft, en op nummer G. 303 (2.30.30 ha.) G. 303 was weiland dochter Trijntje erft de boerderij en werd hierbij gedeeld in twee stukken, te weten G. 826 (2.25.25 ha) en G 827 huis en erf (0.05.25 ha).

13. 1878-1886 de Zijpe geboren en trouwden en overleden er. Neeltje 1878 Jacob Brommer (geboren 1 april 1827, erft de boerderij van Dirk. overleden 13 februari 1886) wordt de nieuwe eigenaar, hij woonde aan het Noord-Hollands kanaal te St. 1919-1962 Maartensvlotbrug en betaalde 1919 Neeltje Boontjes Gerritsdochter verkoopt op Hfl. 18.099,75 voor het geheel. Hij was gehuwd met 25 november 1919 aan Cornelis Czn Kos (uit Dieuwertje Smit (geboren 12 mei 1830, overleden 2 ) de boerderij voor fl 19.115,00. Het geheel september 1890). bestaat dan uit sectie G.964 (erf), 965 (huis en tuin) 299 Zij kregen zeven kinderen: t/m 302 en 826 weilanden, groot 11.13.25 ha. De Dirk geboren 27 maart 1852, kadastrale nummerwijziging had al plaatsgevonden in overleden 10 november 1913 1884: G 304 werd G 964 (0.21.60 ha), G.305 werd G65 Neeltje geboren 5 juli 1853 (0.0910 ha). overleden 28 april 1928 Jan geboren 11 juli 1854 1927 Op 26 november verkoopt Cornelis Kos de overleden 4 september 1890, boerderij tezamen met 11.13,25 ha. land aan Jacob huwde Neeltje Boontjes Kleijne (geboren 26 februari 1895) uit Graft voor Simon geboren 17 november 1856 fl. 21.015,46. Jacob woont in de stolp met vrouw en overleden19 september1921 zoon Gerrit. Gerrit huwt in de oorlog, na de oorlog huwde Neeltje Beek (in 1952) wordt de boerderij gesplitst in twee Arie geboren 7 mei 1859 woongedeelten, voor Jacob en zijn vrouw en voor overleden 15 november 1859 Gerrit en zijn bruid. In 1952 laat Jacob nog een stal Trijntje geboren 9 maart 1862 bouwen en een gierkelder aanleggen. Volgens buurtge- overleden 10 maart 1940 noten was met name Gerrit erg handig en hij heeft in Guurtje geboren 14 januari 1867 de stolp heel wat kamertjes getimmerd en wandjes overleden 9 januari 1940 opgeknapt. zij trouwde Arie Koster 1962-heden 1886 Dirk Brommer Jacobszn. (landman uit de Zijpe Jacob Kleijne verkoopt de stolp aan J. F. Koning uit / ) erft de boerderij van zijn vader (hij Heemstede (samen met 5.35,65 ha. land). bezat 157 ha. land totaal). De boerderij werd toen J.F. Koning zet, samen met zijn zonen Dik en Fred zijn getaxeerd op fl. 8.209,00. Dirk Brommer huwde twee bollenkwekerij aan de Belkmerweg voort. keer, eerst met Antje Breed (geb. op 21 mei 1841 en 1982 Verkoop van de stolp en het land aan de overleden op 23 mei 1885) die daarvoor gehuwd was fa. J.F. Koning & Zn. (eigenaren D.P. Koning en F.J. geweest met Mies Brommer. Het huwelijk tussen Dirk Koning). en Antje bleef kinderloos. De tweede keer huwde Dirk 1991 F.J. Koning neemt de firma over (dus inclusief met Neeltje Boontjes (geb. 6 december 1855, overleden stolp en land). 19 mei 1927). Zij was toen weduwe (kinderloos) van 1998 Verkoop van het land aan de fa. Joh. Jan Brommer. Ook haar huwelijk met Dirk bleef Hoogeveen. kinderloos. Alle hier genoemde Brommers werden in

De percelen die bij de boerderij behoorden in 1830. In Sectie G, de volgende nummers 295 weiland 2.76.70 ha 296 weiland 1.90.90 ha 297 weiland 0.56.00 ha 299 weiland 0.57.10 ha 300 weiland 1.95.50 ha 301 weiland 3.25.00 ha 302 weiland 2.79.70 ha 303 weiland 2.30.30 ha 304 tuin 0.04.40 ha 305 huis en erf 0.26.30 ha 335, een perceel weiland gelegen aan de noordzijde van de Pettemerweg tussen de Belkmerweg en de Westerduinweg. (niet op deze kaart aangegeven)

14. Belkmerweg 37 omstreeks 1992. Foto Dirk Smit.

Bewoners van de stolp de stolp gesplitst in twee woningen. Naar verluidt Marja Raat vond in het centraal archief in Alkmaar dat woonde de ‘oude Kleijne’ tot 1962 in bij zoon en de oudst bekende eigenaar, Lourens Schravesant vanaf schoondochter. F.J. Koning, die de stolp kocht in 1962, zijn huwelijk in 1790 in de stolp woonde. In 1792 heeft alleen tijdelijk met zijn zoon Fred bij zijn zoon werd zijn dochtertje Trijntje geboren die conform het Dik en schoondochter Loes ingewoond. Dit omdat huwelijkscontract van haar ouders eigenaar van stolp zijn eigen woning op het land naast de stolp, en land werd toen haar vader in 1794 stierf. Haar Belkmerweg 35, in aanbouw was. Hij kon dit niet moeder Antje mocht met haar in de boerderij blijven afwachten in Heemstede, want er was teveel werk te wonen, maar moest wel pacht betalen aan de familie doen om het grasland gereed te maken voor het Schravesant (de stolp was waarschijnlijk eerder van planten van de eerste bollenoogst. Van 1962 tot 1992 Laurens vader geweest). Maar de pachtsom van 300 woonden Dik en Loes Koning in de stolp. Zij gingen gulden per jaar was even hoog als de vergoeding die het in 1992 kalmer aan doen in hun nieuw gebouwde Antje kreeg voor de opvoeding van Trijntje. Mits zij huis in Petten. Helaas overleed Dik, te jong, op 26 haar deugdelijk en volgens het juiste (lees doopsge- augustus 2002. Hij bleef, ondanks zijn ernstige ziekte zinde) geloof zou grootbrengen en goed zou voeden tot het eind toe erg geïnteresseerd in de verbouwing. en kleden. Hij heeft nog net gezien dat de nieuwe voorgevel werd aangebracht. Het echtpaar Fred Koning en Marja Raat Van de meeste eigenaren is niet bekend of zij in de verhuisden in januari 1992 van Belkmerweg 35 naar de stolp hebben gewoond. Zeker is wel dat Jan naastgelegen stolp met hun zonen Henk-Jan en Lukas Corneliszn. Blaauboer er niet woonde. Volgens het Koning. Zij hebben inmiddels hun ouderlijk huis eerder geciteerde artikel uit de Schager Courant verlaten en naar het zich laat aanzien zullen ook zij het woonde hij in Wieringerwaard. Helaas is ook de naam bollenbedrijf van hun vader niet voortzetten. van de familie op de foto van begin 1900 niet bekend. De boerderij was toen eigendom van Cornelis Kos. Bronnen: Misschien staat hij erop met zijn gezin, knechten, Regionaal Archief, Alkmaar. paard en sjees. Maar het kan ook zijn pachter zijn. Kadaster, Alkmaar. De familie Kleijne (Jacob, zijn vrouw en zoon Gerrit) “De familie Brommer in Noord Holland vanaf woonde er wel. Zoon Gerrit trouwde en in 1952 werd 1640”,door Jan Brommer.

15.